op zaterdag 13 april verplaatsen we ons van Da Lat naar Nha Trang aan de kust, een rit van ongeveer 140km.
We bezoeken er het Po Nagar Cham tempelcomplex, gebouwd in de 8ste tot de 11de eeuw door het Cham volk. Hun rijk strekte zich uit over Cambodja en Thailand, ook daar zijn gebouwen (hoofdzakelijk tempels) van het Cham volk uit deze periode te vinden.
Vanaf deze site kijk je uit over de baai van Nha Trang en de bruggen over de Cai rivier die hier uitmond in zee.
Als we naar beneden wandelen tot aan de oever is het gedaan met het feërieke plaatje, het ligt er bezaaid met plastic afval...
Na dit bezoek checken we in in het hotel voor het middagmaal, het is hier aan de kust opnieuw heel warm zodat we de namiddag doorbrengen met wat rust een een duik in het zwembad boven op het dak van het hotel.. ook hier hebben we het zwembad voor ons alleen... Pas nadat de zon verdwenen is wandelen we naar het nabije strand en op de boulevard langs de zee.
De volgende dag vertrekken we na het ontbijt naar de haven van Nha Trang. Er loopt een kabelbaan naar een nabijgelegen eiland, maar wij nemen een shuttleboot naar een klein eilandje (Hon Mun) wat verderop gelegen.
Dit eilandje ligt in een beschermd natuurgebied met een koraalrif. Na wat rondgewandeld te hebben nemen we een kleine boot met een glazen plaat in de bodem die toelaat om het leven onder water waar te nemen. Het koraal ziet er niet goed uit, op vele plaatsen gebleekt en dood.. Na de rondvaart stappen we op een volgende boot die ons naar Robinson beach brengt, op het grote eiland. Het is reeds middag, dus etenstijd..
Na de middag installeren we ons voor enkele uren op het strand om er te zwemmen en een kanotochtje te maken.
Volgende bestemming is een ander eilandje in de buurt, voor een bezoek aan het Long Tru Nguyen aquarium, ondergebracht in een vreemd uitziend gebouw. We moeten de tijd in de gaten houden om tijdig naar een andere plaats te wandelen voor een show met zeehonden.
het word stilaan avond, we nemen voor de laatste keer de boot terug naar de haven van Nha Trang.
Op zondag 15 april nemen we s'morgens het vliegtuig naar Hanoi. Met een bus rijden we van het vliegveld naar de Tran Quoc Pagode gelegen aan het grootste meer van Hanoi. Na het middageten bezoeken we het Ba Dihn plein, waar het mausoleum voor Ho Chi Minh staat. We passeren het presidentieel paleis en na een grondige 'security scan' mogen we het plein betreden. We zien er ook de wisseling van de wacht. Het militair museum van Vietnam en het Ho Chi Minh museum liggen ook bij dit plein en wat verder de keizerlijke oude stad. We bezoeken deze niet maar wandelen naar de site van de 'one pillar pagoda', een boeddhistische tempel die rust op één zuil (en daarmee de lotusbloem nabootst).
Volgende stop is het Hoan Kiem meer met de Jade heuveltempel op een klein eilandje, we wandelen rond het meer en aansluitend door het oude centrum waar we nog de St-Josephs kathedraal bezoeken. Tijd om terug te keren naar het hotel voor een douche en het avondeten. Opgefrist en aangesterkt nemen we een taxi terug naar het centrum. Intussen zijn de straten rond het Hoan Kiem meer autovrij, er is meer volk op pad dan deze namiddag.. We kopen tickets voor het Thang Long waterpoppentheater waar we genieten van een mooie show. Nadien wandelen we nog wat rond en proeven van het lokale 'streetfood' op deze laatste dag in Vietnam.
Morgen nemen we het vliegtuig naar Shanghai waar we nog 3 weken zullen blijven.
Dit jaar combineren we ons bezoek aan China met een uitstapje naar Vietnam.
We vertrekken op dinsdag 9 april vanuit Shanghai naar Ho Chi Minh city, het vroegere Saigon.
De vlucht vertrekt met meerdere uren vertraging, wanneer we in het hotel aankomen is het reeds te laat om nog op stap te gaan.
Op 10 april bezoeken we Saigon, starten doen we bij de kathedraal Notre Dame en het hoofdpostkantoor dat nog stamt uit de franse koloniale tijd (een ontwerp van Gustav Eiffel).
Van hier hebben we zicht op het 'herenigingspaleis', het gebouw waar de Vietnamese president en de ministers werkzaam zijn.
Volgende stop is bij het operagebouw, daarna wandelen we naar het stadhuis. Er volgt nog een bezoek aan de Quan Am Pagode, een boedhistische tempel in de Chinese wijk. Ook voor het middageten blijven we in de Chinese wijk, daarna gaat het de bus op naar een vakantieresort, het Melon Phan Thiet Beach Resort.
Onderweg stoppen we in de buurt van Phu Thuy, voor een bezoek aan een tempel (en bijhorende toeristen winkels). Er word ook gedemonstreerd hoe er (manueel) bandweefsel gemaakt word. Op dezelfde heuvel bevind zich ook een overwinningsmonument en een bunkercomplex. In de buurt van het vakantieresort wandelen we nog langs een riviertje dat zich door de duinen naar zee slingert.
Na het avondeten rijden we terug naar de baai voor een zicht op de talrijke visserbootjes. Daarna is het tijd om in te checken in het Melon vakantieresort.
Bij de receptie krijgen we wat voorstellen voor morgen, we kiezen ervoor om een jeep te huren -met chauffeur- die ons na het middageten zal komen oppikken.
Op 11 april, een kwartier voor de afgesproken tijd komt de jeep ons afhalen aan het resort.
We rijden naar de baai met de visserbootjes die we gisterenavond gezien hebben in het donker. Dan gaat het verder langs de kust tot we bij een duinengordel komen waar we overstappen op een quad voor een rit door de uitgestrekte duinen. Nadien brengt de chauffeur ons naar een andere kustplaats (eveneens met veel duinen...) voor een wandeling. Ondanks het feit dat we voldoende drinken hebben we stilaan het gevoel uit te drogen in de brandende zon. We laten de volgende bezienswaardigheid op het programma vallen en keren wat vroeger dan voorzien terug naar het resort voor een verfrissende duik in het zwembad (dat we voor ons alleen hebben...) We vinden een lokaal restaurant op wandelafstand waar we lekker (en goedkoop) tafelen.
De volgende dag vertrekken we uit Phan Tiet en rijden het binnenland in naar Da Lat, gelegen op een kleine 200 km.
We rijden de bergen in, Da Lat ligt 1500 meter boven zeeniveau. Voor we de stad bereiken word er gestopt aan de Datanla watervallen, een druk bezochte 'scenic spot'. Om de watervallen te bezoeken word er gebruik gemaakt van een achtbaan (van Oostenrijkse makelij). Na het bezoek aan de watervallen stappen we opnieuw in een 'slee' die door een kabelsysteem naar het vertrekpunt boven getrokken worden.
Op deze hoogte is het een stuk minder warm dan aan de kust, vandaar dat de laatste koning van Vietnam (Bao Dai) hier zijn zomerpaleis had. Ook veel Fransen hadden hier in de koloniale tijd een villa. In Da Lat bezoeken we eerst het 'crazy house', een bizarre constructie die lijkt op Disneyland maar dan ontworpen door Gaudi..
Volgende bezoek is aan het treinstation van Da Lat, gebouwd naar de plannen van een Franse architect.
Er werd in Da Lat een spoorweg aangelegd die 84 km verder aansloot op de noord-zuid lijn tussen Saigon en Hanoi. Omwille van de moeilijke geografie werden Zweedse spoorwegingenieurs ingehuurd om het tracé uit te tekenen. Op enkele secties was de helling te groot voor gewone treinen en moest er met een tandrad systeem gewerkt worden. De stoomlocomotieven werden dan ook (in fases) besteld in Zwitserland waar men ervaring had met dit type locomotief dat zowel geschikt was voor gebruik op een normaal spoor als op een tandradspoor. De meeste ervan werden tijdens de Japanse bezetting (WW2) vernield of zwaar beschadigd.
In 1947 werden 4 tweedehandse locomotieven uit Zwitserland aangekocht voor deze spoorweg (toen de Zwitsere Furka-Oberalp lijn overstapte op electrische tractie ipv stoom.) Bouwjaar van deze locomotieven was 1913 en 1914, een stuk ouder dan de oorspronkelijke 9 locomotieven waarvan de laatste 2 in 1930 gebouwd werden.. Ook deze 4 werden beschadigd tijdens de Vietnam-oorlog.
Pikant detail: een deel van deze locomotieven werden door Zwitserland teruggekocht in 1990 en 2 ervan werden intussen reeds gerestaureerd. In 1993 werd de historische Zwitserse Furka spoorlijn opnieuw in gebruik genomen voor toeristische uitstapjes tijdens de zomer. Deze spoorweg verloor in 1982 zijn nut (na de bouw van de Furka tunnel).
We brengen nog een bezoek aan het zomerpaleis van de laatste koning/keizer van Vietnam dat in quasi originele toestand is gebleven, inclusief de originele inboedel. Deze keizer Bao Dai werkte samen met de Japanse bezetter tijdens WW2 en moest aftreden in 1945. Hij ging in ballingschap in Frankrijk. In 1947 werd hij gerecupereerd door de Fransen en aangesteld als president. In 1955 verloor hij de verkiezingen en ging terug in ballingschap naar Frankrijk waar hij in 1997 overleed.
Na aankomst in het hotel frissen we ons eerst op. Na het avondeten wandelen we naar de nabijgelegen markt van Dalat, daar is het heel druk. We proeven nog wat lokaal 'streetfood' vooraleer terug te keren naar het hotel.