Manjarin, El Acebo en Molinaseca
Na het Cruz de Ferro doet de Camino Francez het dorpje Manjarin en El Acebo aan om dan verder via Molinaseca de stad Ponferrada te bereiken.
In het midden van de twintigste eeuw, net als veel andere bergdorpen, werd Manjarin ontvolkt. Slechts enkele bewoners bleven over, momenteel is het aantal zelfs beperkt tot een tiental inwoners. En van hen was een oud vrouwtje dat gedurende vele jaren voorbijtrekkende pelgrims voorzag van hun stempel en essentiële proviand. Ook het aantal voorbijtrekkers noteerde zij plichtsgetrouw tot op haar laatste levensdagen. Enkele jaren geleden overleed deze dame en nu is het haar zoon die haar werk voortzet in het typische en kleurrijke huisje.
El Acebo is het eerste dorpje van de Bierzo, de landstreek in het uiterste westen van de provincie Leon gelegen. Het landschap is gevarieerd, met bergen en bossen en doorsneden door rievieren. Er zijn vruchtbare velden, wijngaarden en fruitbomen. De kersen van de Bierzo zijn in heel Spanje bekend. Geografisch en cultuurhistorisch gezien is de Bierzo een gebied met eigen kenmerken. In de vijftiende eeuw kreeg El Acebo een privilege van de katholieke koningen Fernando en Isabel : kwijtschelding van belastingen in ruil voor diensten een de gemeenschap. Ze werden verplicht sneeuwpalen te plaatsen tussen de bergpas en het dorp opdat de pelgrims niet zouden verdwalen. De bewoners waren ook nog ontslagen van wapendienst.
Molinaseca ligt op een hoogte van 600 m, dat wil zeggen dat men 900 m gedaald is over een afstand van amper 20 km komende van het Cruz de Ferro. Bij het binnenkomen van de stad ligt een mooie brug ooit door de Romeinen gebouwd. Meerdere inwoners werkten destijds als maaiers op de graanvelden van de Tierra de campos (zie vroeger). Na de oogsttijd kwamen ze terug en offerden hun sikkels, als dank voor het goede afloop in het heiligdom van Nuestra Señora de las Angustias, de Moeder van Smarten. Deze kerk is net buiten de stad gelegen en bij de pelgrims bestond de gewoonte splinters hout van de kerkdeuren als aandenken mee te nemen. Dit gebruik was afgekeken van de maaiers die, voor hun vertrek naar de Tierra de campos, de scherpte van hun sikkel controleerden op deur van de kerk. M dit, zij het langzame, slopen van de deuren tegen te gaan heeft men ze met ijzeren platen bedekt.










|