Het banale leven en lijden van een chauffeur bij De Lijn
27-01-2019
De zondagse rust
God afton
Vandaag opnieuw op lijn 1/13, eerst 3 uur op lijn 13 en vervolgens 4,5 uur op lijn 1.
Het was een bijzondere dag: niet omwille van het schrijnend slechte weer, maar omdat er absoluut niets gebeurd is. Ik heb zelfs niet uitzonderlijk hard moeten remmen. Ik ben zelf verbaasd.
Lijn 13 nochtans heeft me al met twee ongevallen opgezadeld, waaronder, zoals gisteren reeds geschreven, mijn laatste.
Vandaag passeerde ik dus weer meermaals de plaats van mijn laatste ongeval: en of ik er voorzichtig was!
Op onze omleiding die bijna alle rusttijd aan de eindhaltes kost, moeten we op een gegeven moment vanuit de Berkenrodelei in Hoboken de Commandant Weynsstraat indraaien. Dat is een bocht naar links van meer dan 90 graden in een éénrichtingsstraat, met een nogal lastig geplaatst verkeersbord en paaltje in de laatstgenoemde straat.
We moeten dus zeer scherp afdraaien vanop de Berkenrodelei. Maar aan de rechterkant zijn parkeerplaatsen. Toen ik daar een ongeval heb gehad, gold er nog een parkeerverbod. Dat parkeerverbod is nu opgeheven en dus nu mogen er legitiem auto's staan: nog altijd een gevaar.
Ik heb dus in het bewuste ongeval met mijn uitzwaai zo'n geparkeerde auto langs zijn spiegel en koetswerk van zijn voorwiel geraakt. De auto zag er niet meer uit, al was de spiegelkap het enige kapotte aan de spiegel. Die kap kon je er zelfs nog gewoon opzetten.
Het was toen spits: heel veel getoet en een razende voetganger (niet de eigenaar) riepen mij heel snel een halt toe. En maar goed ook, want ik was me pas op hun lawaai van mijn kwaad bewust.
Ik heb vriendelijk mijn reizigers afgezet en de bus zo goed en kwaad als mogelijk opzij gezet. Zij hadden geluk dat enkele minuten later al een volgende bus kwam.
De "uitzwaai" van een bus, voor mensen die niet weten wat het is, is de achterkant van de bus, achter het wiel. Een vrij groot stuk van de bus steekt achter het wiel uit. Dit zorgt ervoor dat als wij naar rechts afdraaien, de bus achteraan naar links draait en omgekeerd. Er gebeuren dus - naast met de spiegels - procentueel veel ongevallen mee met de bussen. Als je te dicht bij een obstakel rijdt en al dan niet onverwacht moet draaien, bestaat de kans dat je dat obstakel meeneemt. Goed spiegelgebruik minimaliseert deze kans natuurlijk.
Zo heb ik deze geparkeerde auto dus geraakt. Met mijn uitzwaai. Normaal ben ik mij vrij goed bewust van dit gevaar: maar ik moest toen uitwijken voor een tegenligger en zo kwam ik rechts te dicht staan, en bij het draaien heb ik er niet bij stilgestaan. Bijzonder stom en vooral lastig voor de personen van die auto, natuurlijk. Zelfs al mogen ze er niet staan, ik blijf in fout: je bent altijd in fout als je tegen iets dat stilstaat rijdt.
De procedure is: veiligheid garanderen (bus uit de weg zetten, mensen inlichten...), dispatch oproepen en ongevallenformulier invullen.
Normaal krijg je de toestemming van de dispatch, die de politie inlicht, om de plaats van het ongeval te verlaten. Maar ik kreeg die toestemming niet: de politie wilde ter plaatse komen omdat ze vermoedden dat de eigenaars in de buurt woonden en dan konden zij ook ineens hun kant van het ongevallenformulier invullen. Met dat de politie moest komen, moest een controleur ook aanwezig zijn.
Goed, driekwartier later komt de controleur. Die kan eigenlijk ook niet veel doen behalve met mij wachten. En dat doen we.
Na 2 uur wachten komt de politie. Zij inspecteren mijn ongeval (de bus, de auto) en hebben vrij snel de eigenaars gevonden die inderdaad in de buurt woonden. Er kwam een vrouw bij die haar kant van het ongevallenformulier invulde. Begrijpelijk vrij slechtgezind.
Dan was afgelopen. Dan mocht ik opeens binnenrijden omdat ik eigenlijk al gedaan had met werken.
Het geeft behoorlijk veel stress, zoiets meemaken. Ik twijfel dan vooral aan mezelf: kan ik eigenlijk wel goed rijden?
Als ik voor het ongeval nipt iets ontweek of maar net iets niet raakte, dacht ik: 'Ik kan eigenlijk vrij goed rijden.' Na het ongeval was dat: 'Stijn, leer rijden!'
Alleszins, dat was begin november 2018. Sinds dan heb ik geen accidentjes meer veroorzaakt en laten we hopen dat dat zo blijft! Want ik kan eigenlijk vrij goed rijden... hoop ik.
Vandaag eerst een paar bezoeken - bij mijn mama en oma en opa.
Ik wist dat mama niet thuis was, mijn oudste (jongere) broer had blijkbaar examen en de jongste, jha, die sliep nog om 11u45. Het moment dat ik al vertrokken was naar mijn grootouders om te kaarten. Daar heeft mijn opa vrij overduidelijk gewonnen en zijn inzet meer dan verdubbeld (2 euro beginnen en met 4,61 euro eindigen, chapeau!).
Gebeurde dat maar eens met mijn aandelen... Ja ik ben belegger, maar absoluut niet professioneel. Ik doe het omdat ik het leuk vind, omdat het mij interesseert en omdat geld op een spaarboekje toch geen rosse cent oplevert (figuurlijk dan).
Mijn werkdag begon om 17u10 en eindigt om 01u40. De volle 8u30 dus. Dat komt omdat ik "reserve" zit.
Ik heb dus geen lijndienst, maar moet in de stelplaats present zijn (en blijven) en inspringen als er iemand wegvalt door ziekte, een ongeval, door een verkeerde planning, een tekort aan chauffeurs die dag etc...
Meestal moet je dan op z'n minst een stukje rijden van bijv. 2 uur, soms een hele dienst.
Maar deze avond was er niets. Absoluut niets. De portier heeft me wel eventjes aan het werk gezet en me in alle brievenbussen van het personeel hier twee papieren te laten steken (een vrij saai jobje, maar het is wel gebeurd).
Wat heb ik dus gedaan? Mijzelf ontspannen op de stelplaats. Ik ben hier op voorbereid en heb mijn laptop mee, kranten... En zo houd ik me (eigenlijk op kosten van De Lijn) bezig. Op zich is het zo een prachtige job. Of zoals een naaste van mij het omschreef: "Ik ga ook werken bij De Lijn, kan ik tijdens die job columns schrijven!" Of een blog schrijven, dat kan ook.
Maar deze reservedag is dus een uitzondering. Meestal zit je hier wel een paar uur, maar de hele dienst uitzitten is eerder zeldzaam (geworden). Op zich is het natuurlijk wel heel leuk. Al begint het na een tijd ook te vervelen en rijd ik ook graag. Echter, omdat ik eergisteren een extra dienst gereden heb, voelt vandaag eerder aan als mijn tweede vrije dag, dus dat valt allemaal nog wel mee. Mij hoor je alleszins niet klagen.
Spectaculaire verhalen en ongelofelijke heldendaden heb ik vandaag dus helaas niet te vermelden, maar geen nood, morgen is er weer een dag! En een zaterdag, wie weet wat er dan allemaal zal gebeuren!
Vandaag gewerkt, jawel. Een zaterdag is aangenaam om te werken. De zaterdagspits is te situeren rond 14u. Voor de rest is het op zaterdag behoorlijk rustig.
Mijn dienst was op lijn 1/13, van ruwweg 12u tot 19u30.
Lijn 1 (vanaf maart lijn 14) en lijn 13 zijn haast dezelfde, met dat verschil dat lijn 1 naar Hemiksem rijdt (een rit van een uur) vanaf de Noorderplaats en lijn 13 naar Polderstad. In Antwerpen rijden ze helemaal hetzelfde en ze splitsen pas in Hoboken: vandaar worden ze min of meer als dezelfde lijn gezien. Mijn eerste (korte) stukje was dan ook op lijn 13, mijn tweede (lange) stukje op lijn 1.
Op lijn 13 was er (gelukkig) niet veel gebeurd. In het afgelopen jaar heb ik een aantal (stoffelijke) accidentjes gehad waarvan 2 op lijn 13 waren. Mijn laatste was ook op die lijn. Maar dat vertel ik misschien later wel.
Op lijn 1 was ik vandaag bijzonder dicht bij een vrij serieus ongeval. Normaal geraak ik ongeveer 1 keer per week maar in conflict met andere weggebruikers, en dan meestal omdat zij iets doms of onverwachts doen. Natuurlijk maak ik soms ook fouten, maar dan zet ik een excuserende blik op. Als iemand mij serieus stoort, kijk ik die persoon uit reflex vernietigend aan. Soms beseffen mensen dat ze in fout zijn, soms 'moet ik het maar gezien hebben'.
In de laatste categorie situeert mijn "bijna-ongeval" van vandaag zich. Een auto wil zijn parkeerplaats verlaten, heeft zijn pinkers opstaan, maar ik, met een collega achter mij, rijd tegen 50. De man rijdt gewoon nonchalant uit zijn parkeerplaats. Ik moet al heel erg hard remmen, maar in plaats van ineens van mijn baanvak weg te zijn, aarzelt hij (ik weet niet waarom). Ik moet alles dicht gooien, met een serieuze toooooeeeeeeeeeeeeeeeeeet erbij, nog eens extra hard versterkt door mijn collega achter mij. Ik eindig op amper 20 centimeter van de achterkant van de auto. En hij staat ondertussen dwars op mijn baanvak.
Ik kijk hem met een erg boze blik aan. Maar meneer is niet onder de indruk, doet nogal opgefokt zijn raampje naar beneden en zegt de volgende woorden: "Zijde gij blind of wa?"
Veel woorden heb ik er niet aan vuil gemaakt en dat ben ik nu ook niet van plan. Dat heeft weinig zin.
Toen ik nog maar net alleen op de baan was, gebeurde zo'n situatie bijna dagelijks. Nu dus amper nog. Maar op de baan rijden mensen: en mensen doen soms rare dingen. Wat die man bezielde door eerst uit zijn parkeerplaats te rijden wanneer ik er tegen 50 aankom, met een collega achter mij, dan te aarzelen en dwars voor mij te stoppen, om dan ten slotte de schuld in mijn schoenen te schuiven, ik weet het niet. Allicht had hij de situatie niet helemaal correct ingeschat. Wellicht was hij ook gewoon erg geschrokken.
Mijn collega kon er vanzelfsprekend ook niet om lachen en was bijna recht in mijn achterkant gereden. Gelukkig hebben we nog goede reflexen.
Ik heb tijdens mijn job behoorlijk wat allegieën, zowel in het verkeer als bij mijn reizigers. Ik zal daar later nog wel verder op in gaan, maar het betreft vooral het niet volgen van regels. Maar deze "allergieën" maken mijn job niet onaangenaam. Het is niet zo dat ik gefrustreerd geraak of agressief word of navenant begin te rijden. Ik neem het ook niet mee naar huis: daarom noem ik ze liever "allergieën" dan frustraties of ergernissen. Ze beïnvloedden de kwaliteit van mijn werk of leven hoegenaamd niet.
De grootste allergie - en dat zeg ik toch al even - in het verkeer is het continue door het rood rijden, in het bijzonder fietsen en nog eens zo erg stappen. Dat moet echt stoppen. Het is gevaarlijk, onverantwoord en getuigt van bijzonder weinig respect voor andere weggebruikers, de wegcode of veiligheid in het algemeen. Een beetje geduld, als eender welke weggebruiker, kan toch wel?
Ik zie elke dag minstens tien (!) rode licht overtredingen. Speciaal voor vandaag heb ik ze geteld: 3 auto's, 8 fietsers en 13 voetgangers. Dat is op 7 uur 24 rode-licht-overtredingen. Dankzij mijn rekenmachine weet ik dat ik dus ongeveer elke 18 minuten iemand tegen kom die een rood licht negeert. Mooi, niet?
Alleszins, een iets grappiger verhaaltje - en als ik eerder was begonnen met deze blog, eentje dat al afgezaagd zou zijn geworden.
Ik kom, na een rit van een uur, aan in Hemiksem, één halte verwijderd van mijn eindhalte. Komt er een man naar voren: "Ik vermoed dat dit niet de Noorderlaan is?" Ik, een beetje uit het lood geslagen, schud mijn hoofd en vertel de man vriendelijk dat dat een beetje uit de richting is. "Dan moesten we de bus in de andere richting nemen, zeker?"
Ja, meneer, ik vrees voor u van wel. Al was u zelfs met moeite met lijn 1 tot op de Noorderlaan geraakt.
Hij en de vrouw die hem vergezelde konden er gelukkig mee lachen. Zij zijn net een uur onderweg geweest om in een vrij banaal dorp als Hemiksem te beseffen dat ze misschien niet juist zaten. Om als vooruitzicht te hebben: nog een uur op deze bus met deze chauffeur te zitten tot in Antwerpen, om dan nog een andere bus te nemen tot in hun hotel op de Noorderlaan.
Toen hij eventjes aan mijn eindhalte een sigaretje ging roken, zei hij de volgende woorden: "Nou, we krijgen tenminste wel waar voor ons geld!" Toen kon ik een lichte lach toch niet onderdrukken.
Het is lang niet het enige geval. Op bijna elke lijn heb ik het wel eens meegemaakt. Het gaat dan in hoofdzaak (maar ook niet altijd) om toeristen, zowel binnenlandse als buitenlandse. Ik probeer me even in te beelden hoe dat loopt.
Je zoekt op de app of op een kaart van De Lijn op welke halte je moet hebben. Die zegt je bijvoorbeeld "Nationale Bank". Top! Je komt aan een halte en er staat "Nationale Bank" op het haltehuisje. Op het bord met de bussen en trams staat de lijn die je nodig hebt, bijvoorbeeld lijn 1. Top! Dan kan er niets meer mislopen.
Dat kan dus wel. Want aan de overkant van de straat is er ook een halte. En die heet ook Nationale Bank. En daar komt lijn 1 ook.
Ik snap dus wel dat mensen die het hier niet goed kennen in de war geraken van het systeem.
Op de bussen, op de zogenaamde lijnfilm, staat natuurlijk wel mijn bestemming. Maar daar ontstaan twee problemen: (1) mensen lezen dat niet: ze zien het lijncijfer "1" en zijn tevreden (voor de kenners, zie de halte Middelheim) en (2) meestal moeten mensen niet naar de eindhalte en weten ze dus niet in welke richting de bus rijdt.
De beste manier om zeker te zijn is op de uurtabellen kijken die in de haltehuisjes hangen: daar kunnen ze het traject volgen met de belangrijkste haltes. Maar ik snap dus wel perfect waarom die mensen in de war zijn. Voor ons spreekt het voor zich en wij weten waar we moeten kijken en vooral de eindbestemming van bus of tram goed in het oog te houden. Zij staan daar minder bij stil.
Ik ken ook de bussituatie in het buitenland niet om daarover meer te zeggen. Wel is het bij treinen eigenlijk hetzelfde systeem.
Maar het is wel heel opvallend dat mensen vooral kijken naar dat prachtige nummer op je bus: als dat juist is, wat kan het dan nog belangrijk zijn tot waar de bus rijdt?
Tot slot reed ik vandaag ook weer op mijn lange stuk met een 17 jaar oude bus, nummer 4096. En dit keer reed ze bijzonder goed! Om toch maar eventjes nummer 4103 uit het hoofd te wissen als representatie van die series bussen... Nee, dat trauma is nog steeds niet verwerkt, nee.
Gisteren (donderdag) was een vrije dag.
Veel spannends valt er dan ook niet over te vertellen. Ik heb
achtereenvolgens geshopt, gegamed, wat opgeruimd, naar één van mijn
beste vrienden gespoord en ten slotte met mijn Duitstalige buddies
ook nog gegamed.
De post komt ook nog eens extra laat omdat mijn internet thuis niet meer werkt. Dus doe ik het nu op de stelplaats van De Lijn, omdat ik reserve zit en geen dienst moet rijden (meer daarover wanneer ik mijn bericht over vandaag schrijf).
Ik maakte aan het begin van de dag de
afweging dat ik misschien vandaag best ook iets nuttigs moest doen.
Ik had nog potgrond nodig om mijn bijzonder snel groeiende
bananenboom een mooie, nieuwe, maar vooral gevulde pot te geven, dus
heb ik mij naar een Aveve gerept.
Maar mij in een winkel met planten
zetten is nooit een goed idee. Eén zak potgrond moest ik hebben,
maar ik kwam buiten met twee zakken, twee nieuwe potten en twee
nieuwe planten. Een vriend van mij lachte vroeger er altijd mee dat
hij zich mijn kot inbeeldde als een 'jungle'. Wel, de vensterbank aan
mijn raam staat alleszins al goed vol met planten. Ik leef maar op
een dikke 30m², maar ik heb wel 16 planten. En ik hou van hen
allemaal.
Een ruimte zonder een plant vind ik
maar saai en lelijk. Bovendien is niets zo mooi als een witte ruimte
met een plant in een witte pot. Uiteindelijk zijn ze ook absoluut
niet veel werk. Daarbij, het kost niets in onderhoud, tenzij je hen
wat wilt bemesten.
Alleszins, de twee nieuwe planten zien
er gelukkig uit in hun nieuwe thuis. Hopelijk nemen ze meneer
Bananenboom als voorbeeld.
Als ik niet moet werken, volgt daaruit
logisch dat ik geen nieuwtje heb over mijn werk. Dus moet ik iets
anders verzinnen om jullie te vermeien.
Geen nood, dat lukt me. Ik ben koning
“uit mijn nek kletsen” (of “lullen”, als je dat mooier vindt
met je perverse geest). Ik heb ook al 4 onderwerpen die ik wil behandelen op vrije dagen als die van gisteren.
Sommigen zouden zich serieuze vragen
kunnen stellen bij mijn gebruikersnaam of webadresnaam: “Stinia”.
Is dit een vrouw opgesloten in een mannenlichaam? En durft hij zich
niet te uiten?
Nee, dat is hij dus niet. “Stinia”
is, ondanks zijn voor velen vrouwelijke bijklank, ook mijn gamenaam.
Ik hou niet van verandering, dus hou ik die naam ook liever.
Bovendien ben ik ook het meest bekend als een “Stinia”. Maar hoe
kom ik dan op een vrouwennaam?Wel, daar zit een niet al te spannend
verhaaltje achter. Vroeger ging ik door het leven als “Stino
Konino” (zie ook mijn e-mailadres). Mijn gamenaam (op Steam) was
toen dus ook “stinokonino”. Tijdens mijn eerste jaar
universiteit, na mijn breuk met mijn eerste vriendin, ben ik vrij
snel in een verslaving gevallen: een online game, met de naam Tynon.
Ik was er vrij vroeg bij en ontpopte me al vrij snel als één van de
sterkere spelers. Tot op de tweede plaats toe zelfs. Ik werd ook
“guild leader”. Spelers engageren zichzelf in “guilds”. Ze
gaan een soort van alliantie aan, zeg maar, tegen andere guilds. Ik
was leider van één van de sterkste guilds, die onder de naam
Defiance door het leven ging.
Ikzelf had de guild niet opgericht.Bon, na een tijdje
heb ik echter besloten dat ik verslaafd was en ben ik van de één op
de andere dag met het spel gestopt. Ik was vooral verslaafd aan de
sociale contact en zelfs sociale macht: mensen keken naar mij op, ik
was steeds deftig en diplomatisch (een zeldzaam fenomeen daar, en op
het internet in het algemeen) en daardoor vrij geliefd en
complotvrij.
Wat heeft dit met
“Stinia” te maken?
Wel, toen ik een
account aanmaakte bij dit spel, gaf ik oorspronkelijk de naam
“stinokonino” in. Maar deze naam was al bezet. Bovendien speelde
ik een vrouwelijke personage. Dus heb ik dat toentertijd veranderd
naar “Stinia”.
Nadat
mijn saga op Tynon voorbij was, heb ik ook mijn steamnaam veranderd
in Stinia, omdat ik vrij gehecht was geraakt aan die naam. Ondanks
het feit dat ik vrij veel berichten als “be my bitch” en “I
want to have sex with u” kreeg – en dan kregen die mannen een
mindfuck wanneer ik
hen zei dat ik een man was, waarop ze hetzij opeens zwegen oftewel
mijn huid vol scholden – heb ik me daar heel sterk geamuseerd. Het
was één van mijn negatiefste, maar tegelijkertijd ook sterkste
ervaringen met gamen.
En zo
was “Stinia” geboren. “stinokonino” klinkt ook wat
kinderachtig en was vroeger ook wel min of meer tot spot geweest:
toen ik op een gegeven moment bij bPost als jobstudent solliciteerde,
belde een man van het interimkantoor. Na het bepalen van mijn dagen,
vroeg hij: “En jouw e-mailadres, is dat nog altijd... euh...
stinokonino@hotmail.com?”
Ik zei dat het klopte. “Ik raad je aan,” ging hij verder, “om,
met het oog op professionele doeleinden, dit e-mailadres wel te
veranderen.”
Na dat gesprek was
ik een beetje boos dat hij dat zei, maar de man had 100% gelijk. Soms
besef je zelf niet hoe belachelijk iets is totdat iemand het benoemt:
en dat heeft deze vriendelijke man gedaan.
Nog diezelfde week
maakte ik mijn serieuzere g-mailadres aan.
Dat is alweer
genoeg leesvoer voor vandaag over gisteren over vooral veel langer
geleden dan gisteren.
Vandaag wederom lijn 33 - een dagje bijwerk aan 200%. Met andere woorden, ik word uitbetaald als een normale werkdag, plus een extra uitbetaling aan mijn uren (of kort gezegd, zoals een zondag, word ik dubbel betaald).
Dat kan, omdat ik normaal vandaag niet moest werken, maar mezelf heb opgegeven voor "bijwerk". Als er dan een dienst vrijkomt en ze hebben mensen nodig, dan bellen ze je op. Of ditmaal riepen ze het af via de dispatch, en heb ik hun gebeld. Ik offerde dus een vrije dag op om te werken.
Ik kreeg/koos een lange dienst van 13u24 tot 21u53. Mijn pauze lag helemaal in het begin, dus ik mocht het laatste stukje 6u en 41 minuten aan één stuk rijden. Dat is best lang en vermoeiend. Goed, theoretisch heb je pauzetijd aan je eindhaltes: dat was in die zes uur 2 minuten, 4 minuten, 15 minuten en 2 minuten. Alleen die 15 minuten helpen natuurlijk. De andere voel je niet (die duren ongeveer even lang als een lange fase voor een rood licht).
Op dat ellenlange stuk had ik een hele slechte bus. Bus 4103. Een bus van 17 jaar oud (men vraagt zich toch af wat die in de Lage-Emissiezone rondrijden, maar ja; de Lijn betaalt de stad veel om die bussen nog in het centrum te laten...). Soms rijden die nog formidabel. Deze had vrije goede remmen, vrij goed vermogen en er was weinig kapot (op de scanner vooraan na).
Maar...
Maar...
Ze had geen vering én haar ophanging was te laag. In het bijzonder voor lijn 33.
Herinner u enkele dagen geleden mijn vrij grote rage over de Pastoor Bauwenslaan. Met zijn bulten.
Wel, met deze bus was dat éxtra erg. Een lage ophanging, daarmee bedoel ik dat deze bus laag bij de grond hangt. Deze bus had rechts vooraan eens een "grondverzakking" gehad, naar ik vermoed. Daardoor moest de vloer ondersteund worden met een aangevezen metalen plaat. Allemaal geen probleem, maar daardoor was die bus dus automatisch enkele centimeters lager. KNAL. Elke drempel. KNAL. Volgens mij denken... KNAL ... mijn reizigers... KNAL... dat ik niet kan rijden.
Tegen 5 km/u baatte niet. De knal was reëel. En niet alleen in de Pastoor Bauwenslaan, maar ook in Ekeren, op de drempels van de straat "De Oude Landen" (doet mij eraan denken, lees verder). Ik schrok mezelf elke keer een bult (pun intended).
Op een gegeven moment vroeg een jong meisje bij zo'n knal in Ekeren. "Papa, wat was dat?" Ik kon niet horen wat meneer de papa zei, maar ik vermoed dat hij er het... KNAL ... raden naar had.
Het effect van elke... KNAL... is nog niet half zo storend als het ... KNAL ... voortdurend onderbreken van mijn zinnen in deze tekst... KNAL... geloof mij.
Dat meisje doet mij denken aan één van mijn favoriete anekdotes. En eentje die ik mij nog herinner, van voordat ik aan dit online-schrijven begon.
Een meisje van ongeveer 7 zat met haar papa vooraan in de bus, op het stoeltje aan de kant van de voordeuren.
Dat noem ik het "elitestoeltje" omdat je vandaar uit alles goed kan volgen op de baan en in de spiegels, je zit vlakbij de chauffeur... Ik heb het dus ook graag dat daar mensen gaan zitten die een beetje co-piloot spelen en alles gadeslaan.
Of hele knappe vrouwen, want die kan ik op dat stoeltje goed in het oog houden. Maar dat mag dan weer niet, sorry... Nee nee, ik kan me goed concentreren op de baan dan. Maar tijdens het halteren of een rood licht mag ik toch wel een oogje werpen op dat stoeltje, niet?
Swat, het meisje van 7 zat daar dus met haar papa en ze was heel actief alles in het oog aan het houden. Mij ook. Maar vooral de baan. Je zag dat ze dat heel leuk vond. En op een gegeven moment zei ze het volgende: "Papa, ik ga later trouwen met een buschauffeur. Dan kan ik aaaaltijd vooraan zitten in de bus."
Ik was eigenlijk bijzonder hard vertederd en kon een geamuseerde glimlach niet onderdrukken.
Een belofte eerder na de woorden "Oude Landen" dient ook nog even mijn aandacht. "De Oude Landen" is niet alleen een straat in Ekeren, maar ook een natuurgebied onderhouden door Natuurpunt tussen Ekeren en Merksem, voornamelijk op het grondgebied Ekeren. Ik ben er eens op weg naar Kalmthout doorgefietst en vond het verbluffend mooi. Zo mooi, dat ik er later nog eens naartoe gefietst ben om er in te wandelen.
Het is echt een heel mooi, authentiek en divers natuurgebied. Niet zo heel groot, maar zeker de moeite waard voor natuurliefhebbers. Er lopen ook Schotse runderen 'in het wild' rond. Voor de rest zijn er vrij weinig wandelaars.
Enige nadeel: in een deel van het natuurgebied hoor je de snelweg, wat de rust wel wat verstoord.
Goed, dat was het weeral voor deze mooie donderdag waarop ze een grijze dag voorspeld hadden maar in Antwerpen tussen 9u en 15u de zon aan één stuk door geschenen had.
Als ik al over het weer begin, is het duidelijk tijd hier een eindlijn te trekken.
Vandaag een vroege (vanaf 5u10) op lijn 21. Totaal geen problemen (ik ben zelfs vrij wakker voor iemand die al van 4u30 met de wekker wakker schoot) en een bijzonder rustige dag met een rustige spits. Mensen waren natuurlijk afgeschrikt dat "de sneeuw de ochtendspits in de war zou sturen".
Vanaf 10 uur is het in Antwerpen (heel lichtjes) beginnen sneeuwen. Ik had nog nooit in sneeuw gereden, maar een uur later was ik al klaar, dus erg veel ervaring heb ik niet opgedaan. In dat uur ben ik wel niet één keer geslipt of hinder ondervonden van de sneeuw.
Thuis wel, daar ben ik met mijn natte zolen pardoef van de trap gevallen in de gang van het appartement. Geen nood: de trap heeft niets.
Ik ook niet, trouwens.
Vorig jaar, in december, was de sneeuw wel een catastrofe. Toen 'werkte' ik al bij de Lijn. Werken tussen aanhalingstekens, want ik was in opleiding. Toen had ik mijn rijbewijs nog niet. Op die dag moesten we examen manoeuvres doen. Eén persoon heeft dat kunnen doen, en is geslaagd, maar slipte voortdurend op de parking van de rijschool. Vandaar werd het onze uitgesteld en werden we al in de namiddag huiswaarts gestuurd. Op zich jammer, want de sneeuw biedt een unieke kans om ons die speciale weersituatie aan te leren. Op de parking dan.
Geen sneeuwproblemen dus. Ook niet om met de bus naar Zoersel, naar mijn papa, te gaan. De bussen reden op tijd. De eerste chauffeur reed zelfs alsof er geen sneeuw lag. Hij is ook niet uitgeschoven.
Ik lag er met mijn fiets wél bijna, maar dankzij mijn super-de-luxe jongmenselijke reflexen heb ik dat verijdeld. Lees: ik heb geluk gehad.
Sneeuw. Dat zijn mijn meest gelukkige dagen. Ik ben al dagen op voorhand opgewonden omdat het zou gaan sneeuwen. Ik vind niets zo mooi als dat.
Wat betovert de wereld meer dan sneeuw? Al die lelijke beton, al die lelijke asfalt, alles wat lelijk is, wordt zachtjes toegedekt met een stralend tapijt (ik hoor sommigen denken: "totdat het van die vieze, zwarte drek wordt!"; weg met die negativiteit, er is meer sneeuw dan drek, nah!). De wereld ziet er anders uit. En ze klinkt ook anders. Niet alleen dempt de sneeuw alle geluid, behalve het knerpen van voetstappen, ook wordt iedereen rustig omdat ze allemaal schrik hebben te vallen of uit te schuiven. Alles gaat trager dus, maar zo wordt alles aangenamer.
"En de koude dan?" hoor ik u vragen. Voor mij is koude absoluut geen belet. Integendeel, ik hou van koude. En wie er niet van houdt, die moet zich maar lekker warm aankleden. Gezellig, toch?
Sneeuw. Samen met mijn beste vriend worden we er helemaal vrolijk van. En in het donkere bestaan mag dat wel eens. Witheid. Stralende, pure witheid. Een wit wonder, dat de wereld in een paar minuten verandert. Kom maar op, lieve sneeuwvlokjes, en maak mijn leven mooier!
Zo, genoeg in de zevende hemel gezeten. Straks denken ze nog dat ik iets gesnoven heb. Een vlokje sneeuw misschien?
Vandaag een lange werkdag. Van 10u34 tot 19u01. Met een halfuur pauze, uiteraard. Op lijn 17.
Onze langste diensten zijn 8 uur lang. Zo een dienst als vandaag dus.
Het is me gelukkig gelukt om 's morgens vroeg op te staan en naar de Colruyt te gaan. Op een maandagmorgen is dat altijd een genot, want dan moet je niet lang aanschuiven. Of nog beter: niet aanschuiven. Als je dan een vriendelijke kassierster hebt, dan begint natuurlijk je dag goed.
Ik was verbaasd over de afwezigheid van de spits vandaag. Ik heb vrij weinig in file gestaan en niet meer dan 2 minuten te laat gereden. Zonder mij te moeten haasten. Eigenlijk zou de drukte van vandaag zowat de bovengrens van drukte in Antwerpen moeten zijn. Dromen mag.
Veel is er eigenlijk niet gebeurd vandaag.
Helemaal in het begin stond ik in de Jozef Cuyversstraat (een straat die jullie even weinig zegt als de naam van de persoon) vast. Dat is weer zo'n typische straat waar bussen door moeten, maar met andere brede voertuigen niet kunnen passeren. Met een auto gaat het net, als die persoon kan rijden natuurlijk. Een bepaalde meneer Jaguar van enkele dagen geleden moet het dus niet proberen.
Alleszins, ik heb in die straat een halte, maar net wanneer ik de straat ben ingereden, zie ik een (kleine) vrachtwagen aan de verkeerde kant, in de verkeerde richting, dubbel geparkeerd staan. In principe zou ik de regel overtreden (oh!) en een stukje over het voetpad rijden om hem te passeren, maar dankzij een verkeersbord en boompjes, ja... ik laat liever de infrastructuur nog wat staan (zie verder).
De man had vrij snel door dat ik daar maar wat stond te staan, te wachten totdat hij uit de weg zou gaan. Maar erg veel vaart maakte hij niet. Hij stapte in, en weer uit om zijn spiegel naar buiten te plooien. Hij stapte in en weer uit om iets te laten aftekenen.
Bon, uiteindelijk is hij weg. Wellicht de enige keer van het hele jaar dat er in de Jozef Cuyversstraat een file stond. Of althans, van de 5 auto's achter mij en 3 in de andere richting. Maar dat is al genoeg om de hele straat te vullen.
Een gênanter moment vond plaats op de Rooseveltplaats. Daar was een stuk van de straat, verschuivend, afgezet om met een hoogtewerker aan het atheneum te werken (ik weet niet wat ze deden). Op een gegeven moment, als je van de Rooseveltplaats de tramsporen oversteekt en de Osystraat inrijdt, stond er een hek met een pijl naar rechts (zodat je, vanzelfsprekend, niet alle paaltjes zou omverrijden). Achter dat prachtige geplaatste hek, was een ruimte, een zebrapad en... mijn halte.
Dus ik wijk uit, maar ga iets te vroeg terug naar rechts.
Een schampschot op het bord met de pijl maakt mijn reizigers eventjes alert. Ik schrok ook eventjes.
Oeps.
Gelukkig bleek er geen schade aan de bus noch aan het tijdelijk bord (ik geef toe dat ik dat laatste niet kon nakijken: het bord was al helemaal beschadigd). Oef. Maar het was wel dom van me.
Gelukkig is dit niveau 1. Geen schade en gewoon een tits. Daar is nog nooit iemand van gestorven.
Trouwens, al wie rond 18u30 naar buiten keek, kon één van de mooiste (volle) manen zien. Heel groot, vol, geel verlicht en kraakhelder. Prachtig. Jammer dat ik geen nachtcamera heb.
Hop naar morgen, in principe de laatste werkdag. Een heerlijke vroege, te beginnen om 05u10. En in de loop van mijn dienst zou het gaan sneeuwen...
Als de vergeetkous die ik ben, gisteren vergeten mijn verhaaltjes van gisteren uit de doeken te doen. En nu moet het rap gebeuren, want over een uur zit ik alweer achter het stuur.
Het was gisteren zondag. Dat heeft heel veel voordelen:
- weinig verkeer/geen spits
- weinig mensen
- beter gezinde mensen
- 200% betaald
- voldoende tijd
En dat geschiedde allemaal op lijn 33. De langste lijn die wij (de chauffeurs van 't Stad of Zurenborg) hebben. Die rijdt van Ekeren/Merksem naar Hoboken, over achtereenvolgens Ekeren, Merksem, Deurne (Noord - Zuid), Borgerhout, Berchem, Mortsel, Berchem, Wilrijk en Hoboken (en in de andere richting ook natuurlijk). Toch wel een ritje van, afhankelijk van het moment en je eindbestemming (Ekeren of Merksem), tussen 1 uur en 1 uur en 40 minuten. Ik rijd die lijn graag, omdat je veel rijdt. En dan gaat de dag heerlijk vooruit. Bovendien rijd ik gewoon graag.
Het grootste nadeel aan zo'n lange lijn is dat er veel kan mislopen. Vooral als het omleidingen betreft.
We hadden er gisteren maar twee. Eén in Hoboken in twee richtingen.
Hoboken spant de kroon in de districten van slecht alles opengooien. Zeker toen voor de verkiezingen in oktober werden ineens alle straten opengegooid. Verschrikkelijk lastig.
Ze gooien alles open, maar als het dan nog zou af geraken... Er komen voortdurend "omleidingen verlengd"-berichten binnen bij ons. De kioskplaats is een recent voorbeeld van waar alles vertraagd verloopt. Of, als je een beter voorbeeld wenst, vraag het eens aan de bewoners van de Meerlenhoflaan...
Maar de omleiding die vrij schandalig is is die in Wilrijk. De Berkenrijslaan is afgesloten, en ook het rondpunt met de Valaardreef. Dus wij moeten omrijden via de Pastoor Bauwenslaan.
Een straat waar men langs twee kanten passeert en waar wij nog net met een auto kunnen passeren, met moeite met een bestelwagen en niet met een bus of vrachtwagen; daar komen wij in twee richtingen door, dus als er een collega aankomt.
Nu ja, op zich kan dat nog. Ik heb daar geen problemen mee. De omleiding kost je ook geen tijd. Maar de bulten. Mensen, de bulten.
Al wie dacht dat Schilde hoge drempels had, die moet maar eens in de Pastoor Bauwenslaan rijden. Die straat is net opnieuw aangelegd (!). Net opnieuw hè. Maar de bulten zijn zo schandalig hoog. Ik rijd daar nog niet tegen 10 km/u over, en alsnog vlieg ik een paar centimeter van mijn stoel. Als ik dat al doe, hebben mijn reizigers hetzelfde.
Bon, "die straat is niet gemaakt voor bussen". DIE STRAAT IS NIET GEMAAKT OM DOOR TE RIJDEN. Misschien voor terreinwagens.
Ik rijd altijd met mijn raampje open. Ik heb gisteren drie keer (!) in die straat de auto van een onderkant tegen de bulten horen schrapen. En geen lamborghini's: nee, een opel, een bmw en een volkswagen. SCRAAATSH... Tegen 10 km/u de onderkant van de auto kapot rijden. Proficiat, Wilrijk. Of althans de aannemer van die straat. Het is schandalig.
Ten slotte voor gisteren moest ik om 18u32 afgelost worden. Dat wil zeggen dat ik pauze heb en mijn collega de bus moet overnemen. Op zich gaat dat vrij snel.
Ik kom aan de afloshalte aan. Er staat geen collega. Ik was enkele minuten te vroeg, dus ik wacht maar even.
Om 18u34 is er nog niemand. Ik licht mijn reizigers in (zo'n 8 mensen). Gelukkig was de (knappe) vrouw vooraan heel vriendelijk en begripvol en kon ze er mee lachen. Dat neemt ongelofelijk veel stress weg. Bedankt! Lang leve de vriendelijke en begripvolle mensen! Want ja, ik kan er niets aan doen, maar ik snap heel goed dat dat heel ambetant is voor mijn reizigers. Voor mij ook, want ik heb pauze en wilde iets gaan eten (ik had een klein uur, dus ging wat sushi halen).
Om 18u38 was ik het beu en roep ik de dispatch op. Die zeggen mij iets te laten weten. Om 18u45 zeggen ze mij dat mijn collega "onderweg is" en "een paar minuutjes te laat is".
Om 18u52 doet een auto teken. Mijn collega is er. Uiteindelijk meer dan 20 minuten te laat. Nogmaals, bedankt aan de vrouw die zo vriendelijk was. Anders had ik op geweest van de stress.
Ik hoop alleszins dat mijn collega zich tegenover hen verontschuldigd heeft. Want zij hebben bijna een halfuur in een stilstaande bus gezeten. Ik was uiteraard ook licht geïrriteerd. Vooral omdat ik moest gaan eten. Maar ik doe er niet moeilijk over: errare humanum est. Of vergissen is menselijk.
En ik heb nog op de valreep genoeg tijd gehad voor mijn sushi-maaltijd. Hmm...