WAT ?
Een "rouër" is in het Atoms een rammelaar, een mannelijk konijn.  Het werkwoord "rouën" betekent "rijden".  Het gebruik van "rouër" in de betekenis van "mountainbiker" wordt  toegeschreven aan Sylvia B., die na een toertocht in 2006  een collega-biker toeriep : "Aa, zeje gouë oek ne rouër ?"

Zoeken in blog

Links
  • bloggen.be
  • Wethuys
  • Fietsersbond
  • Garmin GPS Helpdesk
  • Mountainbike.be
  • Het Thienhof
  • Weinhotel Platz
  • The Whisky House
  • Isle of Islay
  • TripAdvisor
    DE ROUËRS
    Meer dan mountainbiken alleen
    04-08-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Champagne, 2008

    Champagne 2008


    Na ons Frankrijk-avontuur van vorig jaar stond het tamelijk vlug vast dat we nog eens la douce France zouden aandoen. De kaarten hadden we al, we wisten al dat je in Frankrijk links moet rijden, en de taal was ook geen probleem (dérailleur, vitesse, guidon, amateur etc.). Alleen moesten we nu zeker van drank veranderen, want van al dat zwaar bier krijg je makkelijk zadelpijn. Dus werd het de Champagne.

    De routes zullen worden uitgestippeld op de GPS, en we zijn al enkele weken aan het trainen op kilometers. Dus we moeten alleen de logistiek regelen. Onze twee verblijfplaatsen zijn reeds gereserveerd : “Domein Sélèque” in Pierry en “Auberge du Val des Bois” in Warmériville. Blijkbaar twee etablissementen van hoog niveau. Dat zal rap veranderen als wij er aankomen…

    Volgende zaterdag, 28 juni, organiseert de Lukken een grote vergadering, om de laatste details te bespreken. En dan beginnen we af te tellen.

    Zondag 29 juni 2008

    Gisteren heeft de Lukken een etentje georganiseerd waarop de laatste afspraken (vooral culinaire) zijn gemaakt voor ons Champagneweekend. Er was gemarineerde zalm, op basis van een recept van Peter, en er was drank natuurlijk. Door het warme weer was de witte wijn tamelijk rap vervlogen, en toen zijn we allemaal overgeschakeld op Leffe. Omdat Peter zijn beste hoed had opgezet, kreeg hij een Leffe "spécial" met brokken (ziede foto onder "zalmfestijn").

    Op het einde van de avond was er nog afgesproken dat we zondagmorgen een ritje zouden doen. Alleen was er blijkbaar een misverstand over het uur van vertrek, want de Gust stond een uur te vroeg aan de sporthal. Om halftien staan Peter, Gust en de Skeer dan toch vertrekkensklaar, en ze wachten op de Lukken. Tevergeefs. Een telefoontje brengt meer (on)duidelijkheid : de Lukken is aan het kuisen, en heeft nog veel te doen enz. Maar hij zou na de rit toch een pintje komen meedrinken.

    We proberen een rechte lijn naar Berlare te volgen, om eens iets anders te doen. Nabij het Eiland vinden we een onbekend baantje dat op de koop toe nog goed onderhouden blijkt. We komen uit aan het rond punt voorbij Bogaert en daar ziet Peter niet eens dat zijn eigen vrouw ons met de auto voorbijrijdt. In ieder geval, hij zal nu wel goede punten hebben want Vero weet nu dat we wel degelijk op de fiets zitten.

    De rest van de rit is iets minder interessant wegens te vlak en te weinig baantjes. Gust doet een historische uitleg over het "land van Aalst", maar de twee anderen zijn meer geïnteresseerd in wereldse dingen (het begint met een t). Onderweg komen we wel een tof restaurantje tegen : de Jaeger in Lede, waar we met de vrouwen absoluut eens naartoe moeten.

    Bij de terugkomst in Atom, na ongeveer 40 km, zetten we zelf de stoeltjes op het terras van de Zwetten, en daar komt de Lukken al aangereden. Hij drinkt geen bier, en ziet er eigenlijk niet 100 % uit. Nu beklaagt hij zich dat hij niet meegereden heeft natuurlijk. Peter kan niet zwijgen over hoe goed die zalm van gisterenavond wel was, en zo komt het gesprek terecht op de snacks die zullen worden geserveerd in "Peter en de Gust". Ook het personeel wordt al virtueel aangeworven, en de omzet wordt al besproken. Daar zullen we in de Champagne ook nog vaak moeten naar luisteren...

    Zondag 13 juli 2008

    Vorig weekend hebben we een tocht naar Galmaarden en terug gedaan. Vier van de Rouërs hebben 42 km afgemaald zonder noemenswaardige problemen. De foto’s spreken voor zichzelf; de vier zijn er gerust in, en bezegelen het succes met een pint in de Rialto. Ondertussen zijn ook de routes voor de Champagne op kaart en GPS gezet; hiervoor hebben de Gust, Peter en Danny een paar avonden samengezeten en evenveel flessen wijn gekraakt.

    En vandaag is het de laatste rit voor het grote avontuur. Iedereen is opgetrommeld om 50 km te rijden. Wilfried houdt zich met dit soort familietochtjes niet bezig, dus zijn we met vijf.. Stefaan wil zichzelf en de conditie van de anderen nog even testen, en start samen met de anderen aan de sporthal van Denderhoutem. We gaan richting Gaasbeek en Sint-Pieters-Leeuw. We rijden door Iddergem, en in Okegem begint de miserie : Peter heeft de eerste lekke band. Met de hulp van de Lukken is alles echter tamelijk snel opgelost, en we rijden spoedig de Dender over richting Pamel. In Strijtem rijden we ons twee keer vast in een privé-baantje, maar Stefaan geeft het zo vlug niet op. Hij baant zich een weg door bramen en doornen, maar moet toch terugkeren. We rijden een kilometer verder het veld in, en zijn net de pracht van de natuur aan het bewonderen als een enorme klap weerklinkt. Stefaan denkt dat er een kwade boer op hem geschoten heeft, maar hij merkt dan dat zijn voorband van de velg gesprongen is (zie foto) en dat er een doorn inzit. De gevolgen van zijn avonturen van zowat een kilometer geleden. Stefaan laat de anderen het vuile werk opknappen “omdat hij zijn band in het oog wil houden”. En dan terug de fiets op. Een halve kilometer verder heeft hij prijs met zijn achterband. De anderen beginnen zich te vervelen. De Skeer geeft de voeten van Peter een douche, want zijn sandalen houden natuurlijk de zweetgeur niet tegen. We zijn 10 km ver en beginnen aan terugkeren te denken. We beseffen echter dat we kilometers in de benen moeten hebben, en rijden toch maar verder tot in Gaasbeek. De miserie wordt doorgespoeld met een kriek van het grote vat tegenover het kasteel. De laatste details voor donderdag worden besproken, en we rijden in rechte lijn terug naar Atom. We hebben, ondanks alles, zo’n 45 km op de teller. Nog vier dagen en ’t is zover. Gelukkig is Wilfried er dan bij, om ons uit ons technische lijden te verlossen.

    Donderdag 17 juli 2008

    Na een autoritje van zowat 270 km komen we in de late namiddag aan op domein Sélèque in Pierry bij Epernay.

    De GPS van den Aldi wint het nipt van Peter zijnen veel duurdere Tom – Tom. We laden de bagage uit en steken onmiddellijk het vuur voor de barbecue aan. Onze stek voor de volgende vier dagen is eenvoudig, maar wel een ideale uitvalsbasis voor onze tochten : legerbedden, grote tafels, houten banken, een ruime keuken en vooral een grote frigo. Mevrouw Sélèque is zo vriendelijk geweest deze vol te steken met champagne, en dat zal ze geweten hebben. We vinden ook enkele flessen zelfgebottelde rosé-rode landwijn, die normaal door de plukkers in de wijngaard wordt gedronken.

    Na een uurtje eten we al mosselen en sardienen (in druivebladen gewikkeld) van de barbecue, en daarna een sappige rib-eye. Dit alles wordt doorgespoeld met champagne, de landwijn, en rode wijn die begint met een K.

    Na de barbecue gaan er enkelen slapen, maar Wilfried, de Gust en de Skeer blijven tot een stuk in de nacht napraten over de fietsen, over Frankrijk, over Carla Bruni en over Peter natuurlijk. De Skeer was verwittigd niet bij deze twee nachtbrakers te blijven zitten, maar slaat die goede raad in de wind.

    Vrijdag 18 juli 2008 : Pierry - Warmériville

    Voormiddag (door de Gust)

    Na het ontbijt dat Stefaan maar al te graag is gaan kopen bij de plaatselijke bakkerin en Luk die ergens een koersbroek moet gaan lenen staan we om 9h00 gepakt en gezakt klaar om te fietsen. Uitgezonderd de Skeer …. die lijkt niet op gang te komen, (’s nachts veel te lang bij de getrainde nachtbrakers Wilfried en Gust blijven zitten). Als Peter na een kwartiertje wachten zijn ongeduld en misprijzen laat blijken, gaat het helemaal fout. De Skeer rent als bezeten van de slaapkamer naar de keuken naar de koffer van zijn auto maar slaagt er niet in om afgewerkt op de fiets te kruipen. Rien ne va plus.

    In de rest van de groep ontwikkelt zich een gesprek over de dure en langzaam werkende Europese Instellingen.

    Uiteindelijk om 9h30 komt de Skeer toch te voorschijn met de belofte dat hij de ongeduldige Peter noch een peer zal stoven.

    De Gust krijgt de GPS op zijn fiets en leidt de groep kilometers lang op een autostrade die thuis op de computer nog op een baantje leek. Vrachtwagens stuiven ons rakelings voorbij en het vertrouwen in de Gust zijn navigatiekunsten raakt zoek. Gelukkig kan hij het net op tijd herstellen door eindelijk een veldweg in te slaan. Aan hoogtemeters alleszins geen gebrek. Bij de Skeer gaat ondertussen alles fout wat fout kan gaan : zijn rugzak zit voortdurend in de weg, en dan verliest hij ook nog zijn banaan, die hem van de nodige energie moest voorzien. Een absolute off-day is het.

    Namiddag (door de Skeer)

    We komen aan in Mourmelon-le-Grand, een stadje dat blijkbaar vooral leeft van de militairen die op een nabije basis verblijven. Na een aperitief in een trendy café (naar Franse normen) eten we een lichte dagschotel in Bar la Nation (chez Max). Max vult onze drinkbussen met koel water en daarna gaan we weer op pad. Voorbij de kerk van Mourmelon zitten we onmiddellijk op de karakteristieke kalkwegen van de Champagne. We zien zelfs papavervelden en sommigen worden al high van het idee.

    De GPS wijst ons de weg, maar plotseling staan we voor een militair domein : de GPS toont rechtdoor, maar dan moeten we over de prikkeldraad, en het domein doorkruisen. Er ontstaan twee kampen binnen de Rouërs : de incivieken die door het militair domein willen (Stefaan, Gust, en Peter) en de drie wijzen (Wilfried, Lukken, en de Skeer). De enen hebben lak aan regels en procedures, de ambtenaren en zelfstandigen onder ons lopen liever binnen de krijtlijnen. Het gezond verstand zegeviert echter en we besluiten gewoon rond het militair domein te rijden. Aan onze kant van de prikkeldraad ligt een hobbelige veldweg, en rechts ervan een brede asfaltweg, zo vlak als een biljart. De verleiding is dus groot en we laten het aan uw verbeelding over of er nu toch niet iemand van de groep op die asfaltbaan is gaan rijden. Als we helemaal aan het einde van het domein op een openbare weg komen, doet een oude militair in burger ons stoppen. Hij ziet de kans om aan zijn vrouw naast hem te bewijzen dat hij nog iets te zeggen heeft , en geeft ons een preek over op het militair domein rijden, en over de gendarmes bellen, etc. We rijden verder, en een paar kilometers verder staat er plots toch een blauwe Landrover van de Gendarmerie in de graanstoppels naast ons. Gust roept “alles ontkennen !”, Stefaan leert ons een nieuwe Franse uitdrukking (“longer le fil”) en na een kleine discussie mogen we van de gendarmes toch voortrijden. Het gevaar is geweken. De hele scène doet mij wat denken aan deze film : http://www.youtube.com/watch?v=fBNBBcdcGpo&feature=related. De gendarmes stappen opnieuw in de Landrover, en vertrekken in een wolk van stof in de richting die wij uitmoeten. Niet toevallig komen we een kilometer verder aan een ander militair domein, en ongetwijfeld hebben die mannen zich daar ergens verstopt. We rijden er wijselijk in een grote boog omheen. Het gezond verstand zegeviert opnieuw. Maar Wilfried denkt er toch aan een andere club te zoeken, want binnenkort zitten ze misschien toch allemaal in de bak.

    We zijn eigenlijk niet ver meer van Warmériville, en om de emoties door te spoelen, wijken we even af van de uitgestippelde route om in Pontfaverger-Moronvilliers (wablieft ?) een Affligem of Pelforth te gaan drinken bij de meest rondborstige bazin die we in jaren hebben gezien.

    Als we na 78 km in “Auberge du Val des Bois” in Warmériville aankomen, wenst de bazin ons onmiddellijk “bonne douche!”. Hou zou dat nu komen ? Na het avondeten (konijn) trekken we Warmériville in, en worden onze ergste nachtmerries waarheid : we zitten in een Frans slaapdorp met 1 café en het is nog gesloten op de koop toe. Wanhopig loopt Peter het ene steegje in het andere uit maar meer dan wat oude kannonen is er niets te vinden. We hebben onze hoed voor niets opgezet. We keren van ellende terug naar het hotel, waar we nog 1 drankje kunnen krijgen, en daarna onder de lakens…

    Zaterdag 19 juli 2008 : Warmériville - Pierry

    Na het ontbijt worden de fietsen gesmeerd. Ook de schijfremmen van Wilfrieds nieuwe Bianchi worden onder handen genomen. Enkele Limburgse motards, die ook in het hotel verblijven, zijn zeer onder de indruk als we vertellen dat we een trip van 90 km gepland hebben. We rijden Warmériville uit, en na enkele honderden meters zitten we al in het groen. In het open veld staat er een stevige wind, maar de kalkwegen zijn goed berijdbaar. Na zowat 20 kilometer zien we Reims in de verte opduiken, en we besluiten een foto te maken. Een Franse dame, op wandel met de hond, helpt ons hierbij een handje.

    We moeten rond Reims zien te rijden, en raken wat op de sukkel in een industrieterrein. Maar uiteindelijk, na een aantal bruggen, waterloopjes, en hoofdwegen te hebben omzeild, komen we opnieuw op het platteland, dat verbazend dicht bij de stad Reims ligt. Zeer merkwaardig : de Franse vrouwen zijn heel fier op het lokale wegennet, want telkens als er één van de Rouërs “Put !” roept, worden we boos aangekeken.

    Zowat vijftien kilometer verder wacht er ons een afdaling in het gras, en daar leert de Gust het belang van een juiste bandenkeuze : met zijn slicks rijdt hij natuurlijk sneller op een harde ondergrond, maar remt hij bijna niet op een vochtige ondergrond. Als Wilfried stopt om de juiste weg te vinden, knalt de Gust in volle snelheid achteraan op Wilfrieds nieuwe fiets. Gelukkig is er niets gebroken bij de fiets of bij Wilfried, alleen is hij een of ander vijsje kwijt (of is het nu een rondel ?).

    Op een bepaald moment moeten we een HST-lijn kruisen. De enige mogelijkheid is te voet een stuk afdalen en 30 meter door een rioolbuis rijden. We kruipen letterlijk door de buis (van de naald), en belanden dan opnieuw op TGV-terrein. Peter krijgt de schrik van zijn leven als hij het woord TGV-police hoort. De anderen kennen intussen de Stefaan zijn farcen.

    Het is bijna middag, en bij sommigen begint de maag al te grommen. Daarom besluiten we op zoek te gaan naar iets om te eten, en we belanden in Jonchery-sur-Vesle. Iedereen verwijst ons naar de plaatselijke pizzeria. De eerste indruk s niet echt veelbelovend, maar de pizza’s zijn er wel handgemaakt, en in de ijskast ligt er fris bier. Peter, Wilfried en de Skeer nemen elk een blik Bavaria, en zien na een half blik dat het 7,9° alcohol bevat, iets meer dan een Duvel. Om van de emotie te bekomen, wordt er onmiddellijk een tweede blik gekraakt, en de pizza’s worden onder luid gelach verorberd. Ondertussen eten Luc, Stefaan en Gust buiten op het pleintje, de plaatselijke schonen bewonderend.

    Na het eten willen we terug op onze route komen, en moeten we een helling nemen van zeker anderhalve kilometer lang. Daar beginnen de eerste tekenen van vermoeidheid zich te manifesteren, en er wordt besloten onze trip enkele kilometers in te korten. http://www.youtube.com/watch?v=8BGA7YfNzqs
    We zullen dus zoweel mogelijk in rechte lijn naar Pierry rijden. We winnen wel enkele kilometers, maar het blijft toch een zware opgave : het platteland is heuvelachtig, er is veel lang gras, en door al deze inspanningen beginnen de eerste slachtoffers te vallen. Luc is bijna in staat van ontbinding, Wilfrieds drinkbus is leeg, de Skeer zit met slappe benen en bovenal, het vertrouwen is zoek. Eén ding kan ons redden : een café. In Belval zijn er die avond dorpsfeesten. Er staat al een bierkraam, maar het bier is nog niet geleverd. In Fleury-la Rivière is er een café, maar het is gesloten. En eindelijk, in Daméry, vinden we de zo begeerde herberg. De bazin is niet van de rapste, maar Peter denkt er toch aan hier een druif te zetten. http://www.youtube.com/watch?v=gk3Z4DEJOu0&feature=related
     Luc ziet het absoluut niet meer zitten, en hij spreekt ervan een taxi te nemen. Maar na enkele drankjes (coca voor Luc, Pelforth en Leffe voor de anderen) gaat de moraal omhoog en kunnen we hem toch overtuigen de laatste 10 km met de fiets te doen. We steken de Marne over, rijden stapvoets de allerlaatste berg op, en dalen dan af naar Pierry. We hebben 89 km afgelegd.
    http://www.youtube.com/watch?v=SSzt8pvU04c&feature=related

    Bij aankomst op domein Sélèque kijkt Luc onmiddellijk of we genoeg vlees hebben om te barbecuen. Er waren er immers een paar die hadden voorgesteld Luc op de barbecue te leggen mocht hij begeven.

    Zondag 20 juli 2008

    Vandaag hebben de Rouërs een rustdag ingelegd, om morgen fris als een hoentje huiswaarts te kunnen keren. In de voormiddag nemen we de fiets naar Epernay, om er het laatste stukje vaste vis te kopen dat we nodig hebben voor de paella, die vanavond op het menu staat. Stefaan heeft met mevrouw Sélèque al een afspraak gemaakt voor een degustatie, en ze heeft ons aangeraden niet te eten, om de smaakpapillen niet aan te tasten. In Epernay beperken we ons dus tot een Ricard op een terrasje. Daarna fietsen we terug naar Epernay, alwaar we een productconfrontatie met de Sélèque-champagne aangaan.

    In de namiddag worden we in de kelders rondgeleid door Bernard. We zijn onder de indruk van zoveel flessen, en bij het buitengaan wordt het Gust allemaal even te machtig; hij moet er even de ogen bij sluiten.

    Daarna beginnen we aan de voorbereiding van de paella. Peter deelt de orders uit, en is er vrij zeker van dat de schotel paella zal volstaan voor 15 man. Na een uur of twee is hij klaar, en het mag gezegd worden, het resultaat is verbluffend.

    Peter maakt echter een kapitale fout : hij zegt : “dit krijgen jullie met 6 man nooit op !”. Voor Wilfried en de Skeer is dit een even grote uitdaging als een col van eerste categorie, en ze steken een tandje bij. De anderen worden letterlijk onder tafel gegeten. Peter ziet de bui hangen, gaat snikkend naar de slaapkamer en belt vandaar naar het thuisfront om steun te zoeken bij Vero. Als hij een half uur later terugkomt, vindt hij nog enkele rijstkorrels in de pan.

    En dit waren we nog vergeten te zeggen : de inzet van de weddenschap was een doos champagne. Peter, 6 flessen volstaan en het mag Sélèque zijn.

    En volgend jaar, mannen ?

    Gust en Danny

    04-08-2008 om 00:00 geschreven door Danny  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)


    Spreuk van de dag. Mannen blijven kleine kinderen, alleen de prijs van hun speelgoed verandert.
    Inhoud blog
  • Riquewihr, de foto's
  • Riquewihr
  • Onze 5000e hit is een feit !
  • Terschelling - de foto's
  • Terschelling

    Archief per week
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/10-07/10 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 15/08-21/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 01/03-07/03 2010
  • 03/08-09/08 2009
  • 27/07-02/08 2009
  • 12/01-18/01 2009
  • 20/10-26/10 2008
  • 04/08-10/08 2008
  • 28/07-03/08 2008
  • 16/06-22/06 2008
  • 09/06-15/06 2008
  • 23/07-29/07 2007
  • 26/09-02/10 2005

    Gastenboek
  • mooi
  • groetjes van Maria & Jean uit Scherpenheuvel
  • over het stukje van de crisis
  • foto's
  • keigoed

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Laatste commentaren
  • Verbazing.. (Anke)
        op Moezel 2010 - De Foto's
  • Was het nu -st of -ts? (Anke)
        op Voeren 2009.
  • Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs