Berlijn bezoeken, hoe begin je daaraan? Het is een immens grote stad. Dat ondervonden we vrijdagnamiddag al toen we 'nog even' naar de Brandenburger Tor wilden. Op het stadsplan leek het vlakbij, in realiteit was het een flinke wandeling van 5 km heen, en dan nog eens terug ook. En als je net 2 weken vnl door bossen en velden gefietst hebt, merk je opnieuw hoeveel lawaai en stank autoverkeer veroorzaakt. Gelukkig konden we een stuk door het park wandelen, waar we net niet van de sokken werden gereden door de massa fietsers.
Berlijn per fiets zou een goed idee kunnen zijn. Er ligt een plan met enkele fietsroutes klaar, we zien veel wegwijzers voor fietsers naar de highlights en er zijn weer brede fietspaden. Er worden zelfs verschillende bike-tours met gids aangeboden, we kwamen er al wat tegen. De drukte houdt ons tegen dit plan uit te voeren. Georganiseerde city-trips per dubbeldekbus zijn er in overvloed, zeker 10 maatschappijen dingen naar de gunst van de toerist (met als gevolg veel verkopers van tickets die je op straat aanklampen). We kunnen ons laten rondrijden in een riksha, maar dat vinden we niet passen bij ons trekkersstatuut. Ook een boottocht hoort tot de mogelijkheden. We verkiezen zelf op stap te gaan met de gids '100% Berlijn' (dank u Anne C.) als leidraad.
Om de grote afstanden te overbruggen kopen we wel een metro-ticket, want zelfs dan wacht ons een flinke wandeling. Maar openbaar vervoer (hier nochtans goed georganiseerd) en wij, dat gaat niet goed samen. Paul, beroemd om zijn voortreffelijk duiveninstinct, vindt er zijn weg niet in, waardoor we bovengronds meermaals de verkeerde richting uitgaan. Het duurt ook even eer hij door heeft dat om een andere lijn te gebruiken, je in een metro-station van perron moet veranderen. En ik, die zelden mijn weg vind, heb het hier meestal bij het rechte eind. Als we dan ook nog ergens vroeger moeten afstappen door een manifestatie, zijn we wel totaal de kluts kwijt.
Bij de eerste twee monumenten die we willen zien loopt het al mis : een grenswachtpost is verstopt door een bouwwerf, en een monument voor de opstanden in 1953 onbereikbaar. Met een hele omweg komen we wel bij 'checkpoint Charlie'. Een replica bemand met amateur-soldaten heeft veel aantrek (betalen om met hen op de foto te gaan), de informatiestand over de muur met knappe foto's en weetjes boeit ons meer. Er is ook een groot stuk muur bewaard, je kan zelfs een hele wandeling langs de oude muur dwars door de stad volgen. Met een ballon aan een kabel kan je 150 m de lucht in, dat moet een prachtig zicht over de stad geven op deze zonnige dag, maar pokkeduur en alleen begin ik er niet aan.
Het monument voor de holocaust is van heel andere orde. 2711 grijze betonblokken, staand en liggend door elkaar, herdenken de slachtoffers van de jodenvervolging in WOII. Een kleine jongen ziet er een ideale speelplaats in en springt van steen tot steen, zijn papa laat begaan. Maar dat is buiten een bewaker gerekend die hem snel tot de orde roept. Pas dan beseft de papa waar hij is, en gaat stil met zoon aan de hand verder (ook enkele volwassenen die respectloos op de stenen klimmen krijgen een waarschuwing).
We passeren opnieuw de Brandenburger Tor, massa's volk en waakzame politie want een verkiezingsstandje wordt opgebouwd. Even verder aan de Reichstag is het aanschuiven om binnen te kunnen (enkel na reservatie, zodat ze je kunnen screenen). Het gebouw imponeert, de koepel zie je van ver. Weer een enorme politiemacht present, een kleinere partij houdt er een ludieke meeting. Wij gaan richting Alexanderplatz, een hippe en levendige plaats met grote historische betekenis. Voorbij de Fernsehturm (die je ook op kan, wel 2u geduld aub) en het rode Rathaus gaat het richting Dom. Dan pas zien we een indrukwekkende politiemacht zich ontplooien: we zitten midden in de manifestatie die daarstraks ook al onze weg versperde. Het is een allegaartje van organisaties die samen opstappen voor meer solidariteit, met iedereen en alles over de hele wereld. Veel lawaai, leuzes, toespraken in allerlei talen, dansen en zingen. Het blijft ludiek en vredig, maar ik ben wel blij als we er voorbij zijn. Op de rommel-en boekenmarkt is het veel rustiger. De gebouwen op het achterliggende museuminsel staan allemaal in de steigers, zoals opvallend veel andere gebouwen in de stad. De daaropvolgende straat brengt ons langs het imposante oude postgebouw in de meer artistieke buurt, met veel kunstgalerijen en winkeltjes. Het joodse kerkhof herbergt de 2495 joden die de laatste dagen van WOII het leven lieten, 55000 andere werden van hieruit op transport naar de kampen gezet. Aan de muur een metershoge en brede mozaïek die het thema vrede uitdrukt, zoals kinderen het zich voorstellen. Het Hackesche Höfe is (opnieuw) een hippe buurt met gezellige binnenpleintjes.
Terug richting Alexanderplatz, waar we daarstraks een leuk Italiaans restaurant ontdekten. Het is er lekker eten (opvallend veel Italiaanse restaurants trouwens hier). En dan richting hotel naar bedje toe. 80 km fietsen is minder vermoeiend dan 17 km wandelen, om 9u val ik al in slaap.
Dag 2.
Gisteren vooral door voormalig oost-Berlijn gewandeld, vandaag trekken we door het oude west-Berlijn.
Eerst richting Schloz Charlottenburg, een zeer groot kasteel in een groot park. De tuinen zijn prachtig, en het is heel rustgevend om hier ver van alle stadsdrukte rond te wandelen. Metro in richting Wittenbergplatz, en dan naar de Gedächtniskirche. De verwoesting van de bombardementen van WOII zijn nog steeds zichtbaar. In een kleine hal zijn de mozaïeken op plafond en vloer knap gerestaureerd. De nieuwe klokkentoren naast de kerk staat al in de steigers, duidelijk niet zo stevig gebouwd als de kerk zelf. We wandelen verder langs de Savignyplatz, met mooi parkje en standbeelden, en dan door de Fasanenstraze. Knappe gebouwen langs beide kanten, even wanen we ons in de Cogels-Osylei in Antwerpen. We willen nog naar de Siegesaule, een monument opgericht in 1864 na weer maar eens een oorlog. Je hebt er een mooi uitzicht over de stad. Het punt doet wat denken aan de Arc de Triompfe in Parijs, ook een rondpunt waar vele brede lanen op uitkomen. Maar de metro is verstoord door een incident, dus wandelen we er te voet naar toe, door het park, langs de zoo.
Nog even langs een andere rommelmarkt, eten bij een super lekker Italiaans (alweer) restaurant vlakbij het hotel. Weer 15 km gewandeld vandaag. Echt rusten was het niet dit weekend, maar we hebben er wel van genoten. Morgen terug de fiets op, richting huisje.
Rit 14 : Beelitz Heilstätten - Berlijn. We zijn er!!!
Het is zuiver toeval, moesten we het geprobeerd hebben, het had niet gelukt. Maar we zijn nog 60 km van Berlijn verwijderd. Althans als we door het Grunewald rijden, maar dat zien we straks wel.
Volop zon bij de start, de weergoden zijn me dus alvast gunstig gezind. Als de weggoden dat nu ook nog willen zijn wordt dit een perfecte verjaardagsrit. De eerste 2 km is dat al zeker niet het geval want ik krijg alles onder mijn wielen geschoven dat ik niet graag heb. Maar toch fietsen we liever over deze verhakkelde bosweg dan langs de uiterst drukke baan 100 m links van ons. En vanaf dan word ik op mijn wenken bediend met niets dan mooie fietspaden.
We zijn blij dat we gisteren niet verder gereden zijn. Enerzijds omdat het bos met een streepje zon zoveel aangenamer is dan in de regen, anderzijds omdat het volgende hotel kilometers verder ligt.
Vanaf Mittelbusch rijden we langs de Schwielowsee. Net voor Petzow nog een flinke klim (een jogger blijft naast mij lopen aan 12km/u, goede conditie die kerel!) en bij de oude dorpskerk hebben we een prachtig uitzicht over het water. De weg gaat verder naast het water tot in Potsdam. In het centrum krioelt het van politieagenten, er wordt een verkiezingsmeeting voorbereid. We zitten nu niet bepaald te springen om Merkel & co in levende lijve te zien dus rijden we snel door, het is veel te druk om het centrum te bezoeken. Net voor de Glienicker Brücke houden we even halt : het is de plaats waar de twee duitslanden tot 10 november 1989 gescheiden waren.
We maken niet de omweg door het Grunewald maar volgen de baan rechtdoor op een mooi fietspad. Even zoeken in het centrum naar het hotel, het eerste staat ons niet aan, nr 2 is perfect. Zo zijn we na 50 km om 14u in Berlijn. De resterende 10 km wandelen we over en weer naar de Brandenburger Tor.
Rit 13 : Wittenberg - Beelitz Heilstätten. De bossen van Fläming.
Ofwel rijden er na halftwaalf geen treinen meer, ofwel heb ik tot 5u heel diep geslapen, want pas dan hoor ik een eerste trein passeren. Naast de spoorlijn slapen viel dus goed mee.
Vandaag zitten er allemaal fietsers aan het ontbijt : een vrolijk Duits koppel, een zuur kijkend stel Nederlanders, een stille Duitser en iemand met onbestemde nationaliteit wegens onverstaanbaar. En wij natuurlijk. De gastvrouw Christiane babbelt honderduit, haar man Christian zei gisteren nauwelijks een woord. Dit pension heeft al een lange voorgeschiedenis : opgericht in 1908 als 'Brughaus' en al vier generaties in handen van de familie Roloff. In de gang hangen er mooie foto's van elk paar in dezelfde pose bij de overname. En ook een wapenschild uit 1727.
Wittenberg is de stad van Luther en daar kan je niet naast kijken, zeker nu het 500 jaar geleden is dat hij zijn manifest op de kerkdeuren hing. De stad heet trouwens voluit 'Lutherstadt Wittenberg'. Grote groepen toeristen lopen er al rond. De toren van de 'Schlosskirche Allerheiligen' domineert het stadsbeeld. De stadskerk St.Marien heeft twee hoge spitse torens zoals deze van Köthen. Ernaast staat de kleine kapel 'fronleichnam' uit 1368. Iets verder op een plein staat een waterfontein. Ze dateert uit 1556, en is via houten pijpen verbonden met een bron 2.7 km verderop. Het systeem werd verbeterd in 1559 en werkt nog steeds op dezelfde wijze!
Wittenberg zijn we snel buiten, een kleine klim, en dan weer de bossen in, we komen in het natuurgebied 'Hoher Fläming'. Weer archi-slechte wegen, heel glooiend terrein en weer uiterst moeilijk om het evenwicht te bewaren. Er rijden duidelijk veel zware tractoren over want de weg lijkt wel een wasbord, we zijn weer compleet dooreengeschud. We passeren enkele kleine dorpjes met mooie speciale kleine kerken, maar geen levende ziel op straat te zien. Op een hoogplateau wordt de mais geoogst, een jager staat met jachtgeweer in aanslag klaar om het wild dat het veld uitvlucht af te knallen. Grellig!
In Raben kunnen we een omweg maken naar de burcht 'Rabenstein'. Sterk aanbevolen volgens het roadbook en alhoewel we al achter staan op ons schema, beginnen we toch aan de klim. De toren, gebouwd in 1212, staat op het hoogste punt (153 m) van Fläming. Mooi uitzicht verzekerd, behalve bij zware bewolking zoals vandaag. Of de omweg en fikse klimpartij de moeite waard zijn, laat ik heel even onbeantwoord. Want we moeten langs de andere kant van de berg naar beneden over een combinatie van kasseien, keien, grind en slijk. Waanzin! Ik stap af want het is veiliger een km naar beneden te stappen dan te rijden.
Maar dan is de weg-ellende voorbij en rijden we over mooie fietspaden en boswegen van het ene bos naar het andere. Net voor Bad Belzig halen we de zure Nederlanders in. Onderweg passeren we veel mooie schuilhutten. Langs één van die boswegen staan weer speciale sculpturen, in hout deze keer, o.a. een giraf, een uil, twee slangen, teveel om allemaal te fotograferen.
Vanuit Borkheide volgen we de spoorlijn tot in Beelitz Heilstätten. Hier hebben we de keuze 5 km van de route af te wijken om naar het hotel in Beelitz te gaan, of nog 10 km verder de route te volgen en daar een hotel te zoeken. We wagen een gok en gaan voor de tweede mogelijkheid. Twee minuten later krijgen we een stortbui over ons heen. We volgen niet de voorziene route (weer maar eens klimmen en dalen over boswegen terwijl je simpel even rechtdoor kunt), maar volgen de rechtstreekse weg. We trotseren nog wat wegenwerken en komen een prachtig, rustig hotel tegen. Niet aangegeven in het roadbook, en toch vlakbij de route. Onze gok was dus goed. De fietsen mogen binnen in de lounge en staan bij de piano.
Morgen belangrijke dag : dan rijden we Berlijn binnen, en ik doe dat dan met tram 6.
Rit 12 : Köthen - Wittenberg. Stormwind en zondvloed.
Collega Filip heeft enkele tips gegeven over het mankement aan mijn fiets. Paul kijkt ze na, maar er zit geen speling op het wiel of het stuur. Nu hij het wiel vaster gezet heeft, trilt het stuur al veel minder. We kunnen er mee voort.
Eerste werk is cash geld aanvullen, want de telefoonlijnen zijn hier zo slecht dat betalen met kredietkaart vaak niet lukt. Het centrum van Köthen is pas heraangelegd en autovrij. Dankzij de gekleurde gevels oogt het minder somber dan de voorgaande steden die grauw en grijs waren. Wel zie je nog de sobere bouwstijl van DDR primeren. Op het centrale marktplein staat de laatgotische kathedraal St Jacob, binnenin zeer sober, geen beelden of schilderijen. Het is dan ook een lutherse kerk. Ze heeft twee spitse torens, van ver lijkt het wel de stadspoort van Sneek in Friesland. Het kasteel van Köthen wordt nog volop gerestaureerd.
We hebben de keuze tussen een tocht langs de rijweg of een alternatieve, meer landelijke en iets langere route. Normaal pakken we de langere variant, nu niet. We weten ondertussen wat we hier onder 'landelijk' moeten verstaan, en, niet onbelangrijk detail, er is een lang stuk met wind op kop, en dat is vandaag een stormwind. Dus wij langs de weg, en het blijkt een zeer goede keuze, want de baan is volledig afgesloten voor herstellingswerken, zodat wij heel rustig over het fietspad met de wind in de rug naar Reppichau rijden. Dit is een zeer kunstzinnig dorp : op vele gevels zijn taferelen geschilderd, en er zijn allerlei kleinere kunstwerken opgesteld. Onder meer een 'melkbank', die verwijst naar de periode waarin de melkkannen op een centraal punt verzameld werden.
Op weg naar Dessau krijgen we af te rekenen met zijwind, we worden bijna omver geblazen. Ooit hadden we dat voor op de stormvloedkering in Nederland, hier tussen de velden hadden we het niet verwacht. We moeten een eerste keer een omgewaaid boompje van het fietspad halen en laveren tussen de afgevallen takken.
Dessau is een grote drukke stad. De drukke invalsweg mét fietspad voert ons naar het park met weer een kasteel. We komen uit op het Elbe-pavillion, een uitzichtstoren om de hoogwaterstand van de Elbe op te volgen, gebouwd in 1770. Door het bos de stad uit, en net voor de 'Jagdbrücke', een mooie houten brug over de Mülde voor fietsers en wandelaars, begint het te regenen. Schuilen op de brug met mooi uitzicht, het zit weer even mee. De bui is van korte duur en de sterke wind blaast de wolken weg. We rijden nu in het 'Biosphärenreservat'. Er ligt weer een boom over het fietspad, te zwaar om weg te slepen, het vraagt enige acrobatie om er voorbij te geraken. We ontmoeten hier veel andere trekkers : de R1 loopt hier gelijk met de Elbe-radweg, ook een zeer geliefde fietsroute voor trekkers. Bij het 'Rauhe Waldwachhaus', een oude rustpost, houden we even halt. De derde boom op het fietspad moeten we over klauteren, en verderop sleuren we nog vele takken weg. En dan eindelijk een bosweg zoals we die graag hebben : gewoon harde bosgrond, hier en daar verstevigd door een dun laagje grind, geen keien of steenslag, en niet stuk gereden door gemotoriseerd verkeer, enkel voor fietsers en wandelaars.
In Oranienbaum bewonderen we het immens grote kasteel en de bijgebouwen in het kasteelpark. Hier zouden we zelf over veldwegen een doorsteek naar Bergwitz kunnen maken, maar we volgen toch de bocht naar de 'Gremminer See'. Heel mooie omgeving, maar om 3u gaan de hemelsluizen open en ze sluiten pas een uur later. Spijtig, want langs het eerste stuk staan om de 20m mooie ijzeren sculpturen. De asfaltweg gaat over in een grindweg, het water spat langs alle kanten op en al snel hangen we vol slijk. Het grind blijft op de velgen hangen zodat remmen zeer moeilijk wordt. En natuurlijk moeten we dan een stuk bergaf. Er volgen nog wat kasseistroken en zo hebben we weer alle ondergronden gehad vandaag.
De regen houdt op en de zon droogt ons snel op. We bereiken na 88 km Lutherstadt Wittenberg. Op het marktplein schittert het witte raadshuis in de zon. Er is een rare manifestatie van enkele geestelijken met spandoeken, iets ivm met het 500-jarig manifest van Luther, we begrijpen er weinig van. Een hotel vinden is niet gemakkelijk, er zijn er genoeg maar iedereen wil hier zijn want de eerste drie zitten vol. We worden doorgestuurd naar een pension aan de rand van de stad, mooie kamer, badkamer aan de overkant van de gang, alles tiptop in orde, maar vlak naast de spoorweg, we voelen de vloer trillen als er weer een goederentrein voorbij dendert. Een rustige nacht zal het wel niet worden.
Rit 11 : Gatersleben - Köthen. Kasseien in alle maten, vormen en kleuren.
Het was aangenaam vertoeven bij fraulein Heidi, een vrouw met een speciaal gevoel voor humor.
De nachtrust heeft mijn fiets deugd gedaan want mijn stuur trilt niet meer. Na het eerste stuk kasseien herbegint het echter om dan weer te verdwijnen na de volgende hobbelweg, enz, begrijpe wie kan! We vrezen dat de naafdynamo los gerammeld is (hoe zou dat toch kunnen komen ?), het is nochtans de oerdegelijke 'Son-dynamo', speciaal aanbevolen voor trekkers omdat die zo solide en betrouwbaar is. Het is niet de enige averij die de slechte wegen veroorzaakt hebben : er zit (opnieuw) een vervelende tik in de trapas bij Paul, en mijn versnellingsbak reclameert bij enkele versnellingen. Jürgen zal werk hebben om dat terug in orde te krijgen.
Voor alle duidelijkheid : we fietsen graag over boswegen, heel graag zelfs, maar ze moeten wel berijdbaar zijn. En dat staat niet gelijk met betonpad of asfaltweg, een bosweg moet een bosweg blijven. We begrijpen alleen de drang van de tekenaars van de R1 niet om steeds die slechte wegen op te zoeken terwijl er vaak een alternatief voorhanden is. Ze willen ons natuurlijk alle mooie en belangrijke plaatsen laten zien, maar vergeten vaak voor welk publiek deze route bestemd is : mensen met zwaar bepakte fietsen, geen mountain-bikers.
En vandaag valt het met die slechte wegen redelijk mee. We verlaten Gatersleben via een vrijliggend fietspad. De afslag naar het Concordia meer nemen we niet : het roadbook waarschuwt dat er nog steeds veel schade is door overstromingen van enkele jaren geleden, daarom rijden we even verder over de rustige hoofdweg tot in Schadeleben. Vandaar gaat het over een hoogplateau over een grintpad, deze keer roze getint (we hadden al grijs, zwart, wit en geel). Mooi panorama, langs rechts afgezoomd door een reeks windmolens, langs links door fruitbomen. Na het kruisen van de hoofdbaan gaat het over een vlakke baan rustig naar beneden, met de wind in de rug betekent dat vele km zonder een pedaalslag of de remmen dichtknijpen. En het schiet reuze op : na 1 uur zijn we verder dan gisteren na 2u! Stasfurt rijden we binnen op een kasseiweg langs het riviertje de 'Bode'. We moeten een zeer smal bruggetje over (@Karen : zelfs over die vreselijke ijzeren roosters, grrr!) het voelt héél creepy. En dan moet ik nog eens terug voor de fotograaf ook! De stad heeft niet veel te bieden : door de ontginning van zoutmijnen ontstonden er vele grondverzakkingen waardoor er van de historische gebouwen weinig overblijft.
Ook voor het volgende stuk waarschuwt het roadbook voor overstromingsschade, maar in Stasfurt was alles mooi hersteld dus wagen we het erop. Goede gok, we volgen de rivier Bode tot in Nienburg, mooi landschap en rustig rijden. Het moet niet altijd tegenzitten! Daar stoppen we even bij de slotkerk, oudste gedeelte uit de 10de eeuw, nieuwer deel uit de 16de eeuw. De kerk zelf staat mooi gerestaureerd overeind, van het bijhorende klooster blijft weinig over. Hier zijn de herstellingen na de overstroming nog niet klaar, het parcours is volledig verlegd. We rijden niet langs de rivier Saale maar moeten een omleiding volgen die ons kilometers lang in het ongewisse laat over waar we ergens zijn. Wel goed aangeduid en rustige landwegen, we komen langs de andere kant Bernburg binnen. Zeer grote stad met weer grote kerken en kastelen (of wat daar van overblijft). Langs de rand van de drukke stad sluiten we weer aan op het oorspronkelijke parcours en zitten we opnieuw in de natuur, en volgen nu de rivier Fuhne. We komen het jonge koppel trekkers weer tegen. Kasseistroken, grindwegen en verkeerswegen wisselen elkaar af. In Köthen vinden we snel het gewenste hotel, 78 km op de teller, dan mag er gerust worden. Het centrum bezoeken we morgen.
Rit 10 : Wernigerode - Gatersleben. Een brokkenparcours.
Het was maar een kort zonnig intermezzo want we vertrekken weer onder een grijs wolkendek. De ring van Wernigerode is druk maar met mooi vrijliggend fietspad. We werpen nog een blik op het kasteel hoog boven de stad, je kan er vanaf 10u met een treintje naar toe maar het is op maandag gesloten. Een stuk de drukke baan op klimmen en dan weer het bos in. Joepie : twee stroken beton, dat maakt het klimmen iets gemakkelijker. De pret duurt niet lang, en het wordt weer hotsen en botsen naar beneden, nog trager dan omhoog want we voelen de wielen wegschuiven. Na een kasseiweg komen we bij het klooster Michaelstein met oorsprong in de 10de eeuw. Daar zie je niets meer van door alle verbouwingen en uitbreidingen in latere eeuwen. Weer het bos in, over een klein smal pad, onbegrijpelijk. Dit doet ons denken aan onze fietsreis naar Lourdes, toen we ook vaak over barslechte weg moesten om 50 m af te snijden, of een niet eens drukke baan te mijden. Te voet omhoog en zelfs een stuk te voet omlaag, dit is niet plezant meer. Het vraagt teveel energie en concentratie om het evenwicht te bewaren zodat we niets van de omgeving zien. En het schiet niet op : we zijn 2u onderweg, en nog maar 16 km ver.
In Blankenburg even door wat straten en dan zouden we weer recht omhoog het bos in moeten om bij het 'Groze Schloss' te komen. En dat hoeft niet meer voor ons, dit nodeloos boswegen kiezen is er teveel aan, we rijden het centrum in, zien het raadhuis en gaan langs iets drukkere wegen richting Thale. We zijn wel blij dat we gisteren halt hielden in Wernigerode want dat was een leuke mooie stad, Blankenburg is een dooie afgeleefde stad waar niets te beleven valt.
In Thale pikken we weer aan. Ook dit is een stad van vergane glorie, het is duidelijk dat we in de vroegere DDR zijn. Deze streek heeft iets met heksen, overal kom je exemplaren tegen, en in Thale wordt met Walpurgisnacht (1 mei) de heksendans gehouden. We volgen opnieuw de R1 en op een uitzichtpunt zien we in de verte de 'Teufelsmauer' liggen, weer zeer speciale rotsformaties. Door de velden komen we net voor Gernrode voorbij een historische pleisterplaats , de 'Bückemühle', een oude watermolen. Zeer speciaal interieur en lekker eten.
Even verder zit een jong paar trekkers te picknicken op een bank. Wij klimmen weer het bos in maar geven het snel op : kasseiweg recht omhoog, en als even later de hemelsluizen open gaan wordt het pas echt waanzinnig om hier mee voort te gaan. Het jonge koppel komt ook te voet naar boven : ook zij vinden de weg te slecht en te gevaarlijk met bagage, en sneden al stukken van de route af.
In het centrum houden we het voor bekeken en volgen de grote baan naar Rieder en Ballenstedt. Dat gaat vlotjes maar mijn voorwiel begint te rammelen en mijn stuur te daveren. Er is iets mis met de naaf van het voorwiel, alles afladen, wiel bekijken, we zien niets fouts maar er zit waarschijnlijk iets los in de naaf. Paul spant die wat meer aan, het rammelt en davert minder maar gerust zijn we er toch niet in. Dat wordt straks uitpluizen wat er aan de hand is, als iemand een idee of oplossing heeft, laat maar weten.
De alternatieve weg is druk maar gaat goed vooruit, tot we in Radisleben een oriëntatie-fout maken en ... op veldwegen vol keien belanden. We snijden zo wel een stuk van de route af, maar rammelen weer door elkaar. De zon is ondertussen weer te voorschijn gekomen en de wind blaast in de rug, het gaat nog redelijk vooruit.
In Gatersleben vinden we een klein pension met prachtige kamers. Mevrouw vraagt onze was want die mag de wasmachine in (op weg naar Lourdes hadden we in Le Blanc ook zo'n lieve gastvrouw). We kunnen hier ook eten, niet à la carte, maar wat de pot schaft. Het is pompoensoep en dan een witte koolblad gevuld met een pittig gehakt met een lekker sausje.
En zo eindigt deze dag toch nog goed. Morgen zien we wel hoe we verder rijden.