Het was maar een kort zonnig intermezzo want we vertrekken weer onder een grijs wolkendek. De ring van Wernigerode is druk maar met mooi vrijliggend fietspad. We werpen nog een blik op het kasteel hoog boven de stad, je kan er vanaf 10u met een treintje naar toe maar het is op maandag gesloten. Een stuk de drukke baan op klimmen en dan weer het bos in. Joepie : twee stroken beton, dat maakt het klimmen iets gemakkelijker. De pret duurt niet lang, en het wordt weer hotsen en botsen naar beneden, nog trager dan omhoog want we voelen de wielen wegschuiven. Na een kasseiweg komen we bij het klooster Michaelstein met oorsprong in de 10de eeuw. Daar zie je niets meer van door alle verbouwingen en uitbreidingen in latere eeuwen. Weer het bos in, over een klein smal pad, onbegrijpelijk. Dit doet ons denken aan onze fietsreis naar Lourdes, toen we ook vaak over barslechte weg moesten om 50 m af te snijden, of een niet eens drukke baan te mijden. Te voet omhoog en zelfs een stuk te voet omlaag, dit is niet plezant meer. Het vraagt teveel energie en concentratie om het evenwicht te bewaren zodat we niets van de omgeving zien. En het schiet niet op : we zijn 2u onderweg, en nog maar 16 km ver.
In Blankenburg even door wat straten en dan zouden we weer recht omhoog het bos in moeten om bij het 'Groze Schloss' te komen. En dat hoeft niet meer voor ons, dit nodeloos boswegen kiezen is er teveel aan, we rijden het centrum in, zien het raadhuis en gaan langs iets drukkere wegen richting Thale. We zijn wel blij dat we gisteren halt hielden in Wernigerode want dat was een leuke mooie stad, Blankenburg is een dooie afgeleefde stad waar niets te beleven valt.
In Thale pikken we weer aan. Ook dit is een stad van vergane glorie, het is duidelijk dat we in de vroegere DDR zijn. Deze streek heeft iets met heksen, overal kom je exemplaren tegen, en in Thale wordt met Walpurgisnacht (1 mei) de heksendans gehouden. We volgen opnieuw de R1 en op een uitzichtpunt zien we in de verte de 'Teufelsmauer' liggen, weer zeer speciale rotsformaties. Door de velden komen we net voor Gernrode voorbij een historische pleisterplaats , de 'Bückemühle', een oude watermolen. Zeer speciaal interieur en lekker eten.
Even verder zit een jong paar trekkers te picknicken op een bank. Wij klimmen weer het bos in maar geven het snel op : kasseiweg recht omhoog, en als even later de hemelsluizen open gaan wordt het pas echt waanzinnig om hier mee voort te gaan. Het jonge koppel komt ook te voet naar boven : ook zij vinden de weg te slecht en te gevaarlijk met bagage, en sneden al stukken van de route af.
In het centrum houden we het voor bekeken en volgen de grote baan naar Rieder en Ballenstedt. Dat gaat vlotjes maar mijn voorwiel begint te rammelen en mijn stuur te daveren. Er is iets mis met de naaf van het voorwiel, alles afladen, wiel bekijken, we zien niets fouts maar er zit waarschijnlijk iets los in de naaf. Paul spant die wat meer aan, het rammelt en davert minder maar gerust zijn we er toch niet in. Dat wordt straks uitpluizen wat er aan de hand is, als iemand een idee of oplossing heeft, laat maar weten.
De alternatieve weg is druk maar gaat goed vooruit, tot we in Radisleben een oriëntatie-fout maken en ... op veldwegen vol keien belanden. We snijden zo wel een stuk van de route af, maar rammelen weer door elkaar. De zon is ondertussen weer te voorschijn gekomen en de wind blaast in de rug, het gaat nog redelijk vooruit.
In Gatersleben vinden we een klein pension met prachtige kamers. Mevrouw vraagt onze was want die mag de wasmachine in (op weg naar Lourdes hadden we in Le Blanc ook zo'n lieve gastvrouw). We kunnen hier ook eten, niet à la carte, maar wat de pot schaft. Het is pompoensoep en dan een witte koolblad gevuld met een pittig gehakt met een lekker sausje.
En zo eindigt deze dag toch nog goed. Morgen zien we wel hoe we verder rijden.
Trip : 61 km ; 619 hm.
Totaal : 761 km ; 5097 hm.
|