Ik besloot om nog een paar dagen in Parijs te blijven. Er
hing een drukke, maar ook gezellige sfeer in deze grote stad. Om de
verschillende bezienswaardigheden te bereiken, ging ik met de metro. Een
avontuur apart! Mensen laten dan een hele andere kant van zichzelf zien, ze
zijn gehaast, humeurig en willen zo snel mogelijk zitplaats bemachtigen. Een
metrostation is dan ook een ideale plek voor handtasdieven. Zo probeerde er één
mijn saxofoon te stelen, al een geluk kon ik dat nog snel verhinderen door net
op tijd de metro op te stappen.
Het eerste monument dat ik ging bezoeken, was de Eifeltoren.
Nu moet ik eerlijk toegeven, die stalen constructie ziet er mooier uit op
fotos dan in het echt, maar ondanks het uiterlijk, gaf het toch een mooi
uitzicht op de stad. Ik had dan ook geluk met het weer, het regende niet en er
was geen mist. Vervolgens bezocht ik een paar souvenirwinkeltjes, maar ik kocht
er niets, het was iets te duur naar mijn smaak. Uiteindelijk vond ik een klein
kraampje voor de ingang van het metrostation, waar een jongedame sleutelhangers
verkocht. Je kent wel van die sleutelhangers met de Eifeltoren eraan of LArc
de Triomphe. Ze kostte een anderhalve euro. Ik dacht zo bij mezelf dat ik iets
aan dat prijsje kon doen, dus onderhandelde ik met de jongedame. Voor iedere
kus die je me geeft, krijg je een sleutelhanger zei ze plagerig. Dus ik gaf haar
tien kussen, nam tien sleutelhangers en ging ervandoor. De dame bleef versuft
achter en had de eerste minuten niet door wat er gebeurde. Dat heb je dus als
je met Nikolai Bellic kust. Voor de rest verliepen de dagen rustig. Ik wandelde
over de Champs-Elysées, bezocht Montmartre en speelde op mijn saxofoon op La
Place de la Concorde. Tenslotte bracht ik een bezoekje aan de Mona Lisa in het
Louvre.
Veel mensen zeggen dat er iets bijzonders is met dat
schilderij van Leonardo da Vinci, wel ik ben erachter gekomen wat dat is. Het
schilderij flirt heel de tijd met je, haar ogen volgen je waar je ook naartoe
gaat en die glimlach is mysterieus, speels alsof ze iets van je wil. Met andere
woorden ze gaf me een kick. Ik bleef nog een paar minuten naar haar staren en
ging toen weg. Buiten bewogen de wolken dichter naar elkaar toe en ik zag in de
krant dat de weersvoorspellingen voor de komende dagen niet zo bijzonder waren.
Voor mij was het dus de hoogste tijd om te vertrekken, maar naar waar?
De
Uitverkorene! We zijn gered mompelde de bizarre man nog eens voor zich uit. Ik
bleef staan. En opeens... zag ik het licht. De man draaide zich om en keek me veelbetekenend
aan. Ik hield mijn hoofd wat schuin en begon te schaterlachen. De straten vulde
zich met een lach, die al veel te lang niet meer gehoord was.
Kijk,
begon ik, ik zal eerlijk met je zijn. Je hebt het bijna juist! Ik ben
inderdaad Uitverkoren! Ik ben verdomme Uitverkoren, om mijn eigen leven te
leiden. De wereld draait al 4,6 miljard jaar zonder mijn hulp, en zal dit nog
wel even volhouden. Naar de hel met Sofia, die gekke professor, dat oude dametje,
haar dochter..
- Je... Je snapt het niet!, onderbrak de man me.
- Nee, jij snapt het niet. En val me niet in de
rede!, , vervolgde ik mijn tirade, DE HEL, LENFER, HELL, INFERNO, Иди к
чёрту. Loop naar de hel! En ik zie je daar dan wel terug, mocht de wereld
vergaan!. Exit Nikolai.
Ik wandelde
terug naar mijn hotel, losgemaakt van mijn ketens. Ik bleef even staan en stak
en sigaret op. Ik inhaleerde en blaasde de blauw-grijze lucht met een diepe
zucht weer uit. Tot daar de Uitverkorene, mompelde ik glimlachend.
De volgende
morgend ging alles zeer snel: ik checkte uit, bestelde een ticket voor de
Eurostar, en was diezelfde dag nog in Parijs. Ja, what a wonderful world
indeed. Aangekomen besloot ik voor de verandering een kamer in een iets duurder
hotel te boeken. (Mijn mamas hebben eindelijk mijn zakgeld van deze maand
gestort!).
De avond
viel, en ik maakte me klaar om naar buiten te gaan. In de hal van mijn kamer,
keek ik nog even in de spiegel. Van de syfilis was geen spoor meer te bekennen,
en ik grijnsde wat schaapachtig naar mezelf. Happy hunting, zei mijn
spiegelbeeld.
Voila, Rue
Montmartre 142, The Social Club, zei ik met mijn beste Frans. Een of andere
hippe tent, in hartje Parijs. Luide muziek, alcohol, drugs en vrouwen...
Enter Nikolai!
Oh merde, avez
vous du feu?, er was binnen een wel zeer bevallige jongedame naast me komen
zitten. Ze herhaalde haar vraag in het Engels. Ik schrok wakker, en bood haar
mijn aansteker aan.
-
Elena, aangenaam, zei ze bij het teruggeven.
-
Nikolai, enchantée. Euhm... Sorry dat ik het
vraag, maar is je vader toevallig een bakker?
-
Nee..., ze keek me onderzoekend aan.
-
Ah, want je bent anders wel een heet patéke!
-
Mon dieu... zei ze lachend.
Ik werd weer
wakker in mijn hotel. Ik stond op, kleedde me aan en was net van plan een ontbijtje
te pakken in het restaurant op het gelijkvloers, toen ik een briefje zag liggen
op het nachtkastje.
-
Bedankt voor een geweldige nacht!
Xxx Elena
Op de
achterkant stond in hetzelfde sierlijk schrift een telefoonnummer. Ik
glimlachte, verfrommelde het papiertje en gooide het in de vuilbak.