Een wereld zonder zorgen en verdriet,
zonder honger en pijn.
Helaas die wereld is er niet,
of, het zou de hemel moeten zijn.
Een wereld zonder bommen en granaten,
met moederloze kinderen, soms nog zo klein.
Waar mensen elkaar niet haten,
Die wereld is er niet,
of, het zou de hemel moeten zijn.
Als men in plaats van te schreeuwen,
een naar elkaar zou luisteren,
dan hoefde men om gehoord te worden,
slechts nog te fluisteren.
Dan kon men op elkanders begrip,
rekenen en elkaar helpen,
en al het menselijke leed,
was dan misschien te stelpen.
Als ieder mens elkaar eens kon vertrouwen,
dan zou iedereen van elkaar kunnen houden,
als iedereen elkaar zou respecteren,
het hokjes denken af zou leren,
dan zouden oorlogen niet meer bestaan,
en zou de mens eindelijk de goede weg inslaan.
Ja zo aan de buitenkant ben ik nogal nuchter,
de binnenkant is echter erg gevoelig en schuchter.
Die gevoeligheid is voor mij zo moeilijk te uiten,
dus kijkt menigeen nooit verder dan ze zien.
kan ik perfect zakelijke dingen regelen en besluiten,
een ander helpen nuchter, zonder dat ik grien.
Wat de mensen nooit meemaken,
is hoe ik ben, thuis weer helemaal alleen,
dan houden mijn hersens op met kraken,
en gaan alleen gevoelens door mij heen.
Dan huil ik dikke tranen om mijn emoties te bevrijden,
en wenste dan dat ik het met iemand zou kunnen delen,
maar ik ben gewend in eenzaamheid te lijden,
zoals ik ben zijn er jammer genoeg zo velen.
Ik kan het schrijven op papier, op de gedichtensite alhier,
maar in realiteit, kan ik mijn gevoel slechts kwijt,
alleen met mijn kat in haar aanwezigheid,
en zodra er iemand anders is vertrek ik weer geen spier.
We verliezen ieder dag 'n stukje jeugd,
'n tikkeltje van die kindervreugd.
Zo worden wij stapsgewijs volwassen,
tot we zelf op de jeugd moeten passen.
We verliezen iedere dag keer op keer,
wetend die tijd komt niet meer.
Dus zullen wij allen erover moeten waken,
dat een ieder hem optimaal mee mag maken.
We verliezen iedere dag, is wel gebleken,
weer een van onze jeugdige streken.
Toto wij wieer op een leeftijd komen,
dan stralen wij de jeugd uit in onze dromen.
Als je oud bent en versleten
zijn de mensen je zo vergeten.
Al wat je voor hun hebt gedaan,
wordt niet geteld, je hebt afgedaan.
Als je oud bent, en niet goed ter been,
hoef je ineens nergens meer heen.
Je wereldje verkleint op slag,
Ach, het hoort bij de oude dag.
Als je oud bent en vergeetachtig,
vindt men het schijnbaar zo machtig.
Om te zeggen op zo'n moment,
ja oma, je wordt dement.
Als je oud bent kan het het schudden,
is de menselijkheid in een woord knudde.
Iedereen heeft het ineens zo druk,
je bent oud, je bent een kruk.
Als je oud bent weet je een ding,
hoe hard de vooruitgang ook ging.
Eens voelt men ook hoe het is,
als men zelf oud en versleten is.
Als je door verdriet wordt neergeslagen,
het waarom van dit, aan niemand kunt vragen.
Dan is het goed, dat je zoveel lieve mensen ziet,
ook al vinden, zij de juiste woorden niet.
Dat ene straaltje van de zon,
is maar nodig,
om aanwezigheden te meten,
van schaduwen om je heen.
Zodat je nooit zal vergeten,
je staat niet helemaal alleen.
Een schaduw in de zon,
wil zeggen, er is iemand voor je.
Misschien nu nog verborgen,
maar wel zichtbaar onderweg.