Van mijn gevoelens diep van binnen, schrijf ik woorden tot hele zinnen. Soms met een lach of traan in mijn gezicht, vormen de regels samen een gedicht. Misschien kan zomaar iemand, iets herkennen in de woorden van mijn hand, Wie weet kan het een troost of blijdschap geven, aan diegene die het even nodig heeft in dit leven.
Als moeder lees ik pijn of verdriet in je ogen, ik voel het verdriet in je hart. En telkens weer vraag ik mij af, heb je genoeg moederliefde gehad. Mijn moederhart huilt dikke tranen, als het stilstaat bij de aangerichte pijn. Ik kan alleen maar zeggen, toe laat mij je moeder zijn. en vergeet nooit mijn kind, je zit voor altijd in mijn moederhart
Verdriet dat komt steeds weer, tranen des te meer. hield het maar eens op, dat verdriet, je gaat eraan kapot, het heelt niet. Je hart scheurt in duizend stukken, je schouders worden zwaar, je kan er niet onder bukken. Sta je weer hoog op de trap, dan donder je net zo snel weer naar beneden, en zit je weer midden in het verleden.
Er zit een traan in mijn oog, stiekem, niemand die hem ziet. Niet een traan van blijdschap, maar een traan van stil verdriet. Die traan in mijn oog, rolt inmiddels over mijn wang. Ik kan hem niet meer stoppen, hij gaat zijn eigen gang. Er rolde een traan over mijn wang, hij kwam op de grond terecht. Een traan van stil verdriet, die voor mij zoveel zegt. Er rolde een traan, ik heb hem niet gestoord. omdat je met een traan, zoveel meer zegt als een enkel woord.
ik moet altijd maar lachen, en altijd vrolijk zijn, ik mag zeker niet zeuren, en verbijten mijn pijn. want dan ben ik lastig, en stel ik me maar aan. want als ik aan mijn gevoel toegeef, heeft daar toch niemand iets aan. dus draag ik mijn masker weer, elke dag, en merkt niemand iets aan me dankzij mijn lach. niemand zal iets aan me merken, zolang mijn mond maar lacht, kijk je heel diep in mijn ogen, dan zie je mijn verdriet. neem je niet die moeite, dan zie je het ook niet. dan zul je ook nooit weten, wat er diep van binnen schuilt, en zul je ook niet zien, dat ik ook, vandaag weer uren heb gehuild.
ik was op zoek naar iemand die mij vrienschap kon geven. die ik nog nooit gekend had, iemand met wie ik kon praten, over mijn diepste gevoelens, iemand waar ik op vertrouwen kon.
toen heb ik jou gevonden, jij geeft mij die vriendschap, die ik nodig heb, met jou kan ik praten, over liefde en verdriet.
je hebt vrienden, die je kleineren, je hebt vrienden, die je waarderen. die vrienden, verdedigen je, die vrienden, geven om je. ik heb twee soorten vrienden, vrienden die om me geven, vrienden die me kleineren. maar die vrienden ga ik negeren, dankzij hen, heb ik mijn echte vrienden leren kennen.
een vervelend gevoel, hoe ontstaat het... of nog beter, hoe kom je er van af? dat is wel eens de vraag, iedereen is wel eens jaloers een leuk gevoel is het zeker niet. ik zal het alleen moeten oplossen, hoeveel mensen me ook willen helpen