Ik zou willen dat ik kon huilen, maar het gevoel is te goed verborgen. Van jongs af aan werd het erin geslagen, huilen doe je op je eigen kamer.
Dat ben ik blijven doen, mijn hele leven, blijven doen, alsof mij niets kon schelen. Maar ben ik alleen, op mijn kamer, dan krijg ik steeds een klop van de hamer.
Ik zou willen dat ik kon huilen, en mij niet steeds achter een masker moest verschuilen. Dt ik mijn gevoelens een spontaan kon uiten, dat je eens kon zien, hoe ik eruit zie van buiten.
Iedereen zegt je bent een sterke vrouw, ze moesten eens weten, hoe ik in stilte rouw. Ik heb veel verdriet, niemand die mijn innerlijke tranen ziet.