Ik ben Frank Suys
Ik ben een man en woon in Bornem - Hingene (België) en mijn beroep is Trainer Aseptic mfg. bij Pfizer-Puurs.
Ik ben geboren op 11/11/1961 en ben nu dus 63 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Wielrennen.
Dit blog is een overzicht van 33 jaar in de wielersport.De zwarte tekst gaat terug van 1977 tot 2008, groen= 2009/2010
Het is goed om een doel te hebben, maar het is de reis, die uiteindelijk telt
17-09-2010
23/07/2006: Liedekerke (BVWB)
Het ging van kwaad naar erger. Waar waren die goeie benen
naartoe ? Die strijdlust. Niets was er nog over van5 koersen had ik die seizoen al gewonnen,
maar de laatste weken reed ik rond als een beginneling. Nee, nog slechter ! Ik
hing eraan, dat is de juiste omschrijving. Elke extra inspanning moest ik
afbreken.
In Liedekerke was het dan ook nog eens warm, zéér warm
waardoor ik helemaal zonder fut op de fiets zat.
En toch zou ik vandaag weer winnen. Begrijpen wie kan ! Na
een ganse wedstrijd in laatste positie gereden te hebben ging ik in de
voorlaatste ronde, toen het even compleet stilviel, naar voor. Op dat moment
ging Jan Van Hove samen met zijn vriend Patrick De Houwer in de aanval. In één
vloeiende beweging kon ik van achter, naar voor, en mee in hun wiel. Achter ons
viel direct een groot gat. Eén inspanning was genoeg vandaag.
In de laatste ronde wist ik dat de 2 vrienden om beurten
gingen gaan. Ik kon ze geen 5 meter geven want dan was ik ze misschien kwijt.
Dus van zodra de aanvallen begonnen, zat ik me in het wiel om direct te kunnen
reageren. Ze gaven het nogal rap op, vond ik. Waarschijnlijk dachten ze dat ik
goed was. Verkeerd gedacht ! Nog enkele aanvallen en ze hadden me
waarschijnlijk los gekregen.
Maar de sprint, dat is natuurlijk iets anders. Daarin hadden
ze geen schijn van kans. De 6e (en laatste dit seizoen) was een feit.
24 & 25 juni 2006: Arendonk (VWV) en Denderleeuw (BVWB)
In Arendonk werd gereden op een industrieterrein. Dat wil
zeggen: brede banen, weinig bochten. Het werd dan ook een snelle wedstrijd.
Vele ontsnappingen maar een grote voorsprong kreeg niemand bij mekaar.
Aangezien het, zoals al een tijdje, niet goed vlotte, besloot ik me te laten
meedrijven in de hoop op een massaspurt om daar dan nog eens verschroeiend uit
te pakken. Want dat lukte mmestal nog wel.
Maar bijna werd het geen massaspurt. 2 renners konden zich
in de laatste ronde afscheiden en reden met een kleine voorsprong de laatste
kilometer in. Als er nog lang getwijfeld werd, zouden ze voorop blijven. Dus
begon ik op 400m van de meet zelf al te spurten. De anderen waren wat verrast
zodat ik enkele meters voorsprong nam. De 2 renners vooraan waren natuurlijk
een ideaal mikpunt, en op 50m van de meet ging ik erop en erover. De rest
geraakte niet meer in het wiel, zodat ik op de streep zeker 10m voorsprong had
op de tweede. Het werd mn eerste en laatste overwinning in de trui van
provinciaal kampioen.
Categorie C (38 deelnemers):
1. SUYS FRANK 2. Proost Herman 3. Franck Patrick 4.
Smolders Ronny 5. Van Hove Jan 6. Vos Peter 7. Haest Eddy 8. Willemsen
Marc 9. Baeyens Karel 10. Lievens Gustaaf 11. Heulens Marc 12. Dehouwer
Patrick 13. Claessens Joseph 14. Reniers Tony 15. Van De Kerkhof Robert 16.
Geudens Paul 17. Marijnissen Walter 18. Jacobs Frank 19. Geerts Chris 20.
Wils Koen
Eén dag later trok ik naar Denderleeuw, een wedstrijd van de
BVWB. Op een korte omloop met vele bochten , was het lastig rijden. Zeker door
de weersomstandigheden: Winderig en nu en dan een stevige bui. Ook vandaag weer
de ene ontsnapping na de andere, en wonderwel geraakte ik mee met de goeie. Met
3 waren we uit mijn reeks, dat zag er dus goed uit. Maar de vorm was er niet en
de wedstrijd van de dag voorheen zat nog in de benen. Toen één van de
concurrenten de voorlaatste ronde een demarrage plaatste moest ik dan ook
passen. De sprint om de tweede plaats kon ik wel nog naar mijn hand zetten.
Groot was dan ook mijn verbazing dat ik als winnaar naar de
meet werd geroepen. De eerste renner was er namelijk eentje met een
dagvergunning, en de regel bij de BVWB was dat, wanneer je met een
dagvergunning van start ging en in de top 5 eindigde, je automatisch naar de 6
plaats in de uitslag werd gezet. Een overwinning voor de statistieken dus, maar
eentje zonder de minste glans.
Als de vorm er is, dan kan je
zelfs in een mindere dag met de bloemen staan zwaaien.
In Kruishoutem had ik dit jaar
al tweemaal gereden. De eerste keer won ik er na een sterke wedstrijd, de
tweede keer kwam ik er ten val. Dus vandaag het derde optreden op een parcours
dat simpel te omschrijven is: 1 km naar beneden, 300m vlak, 1 km bergop en een
vlakke laatste rechte lijn van amper 100m.
In de 2e ronde trok
Christ Cauwelier in de aanval. Christ is altijd zeer goed op dit parcours, maar
omdat hij alleen wegging liet ik hem gaan. Hopelijk waaide hij na een tijdje
terug en had hij daarmee een serieuze pijl verschoten. Maar Christ was sterk.
Hij reed steeds verder weg en moet op een gegeven moment zeker 30 gehad
hebben. Dan maar aanvallen in de hoop om er met enkele renners naartoe te
rijden. Toen 2 renners in de tegenaanval gingen, ging ik ook in mee. Maar het
vlotte niet goed. Op de lange helling met een stevige wind in de zij kon ik
niet doortrekken zoals ik verwacht had. Even later werden we dan ook bijgehaald
door het peloton, waar intussen de 2 leiders in de A-reeks het commando hadden
genomen. En op dat moment was verder aanvallen zinloos. De 2 hielden er een
goed tempo op na en de rest had maar te volgen. En dat werd ook Cauwelier
fataal. Op 3 ronden van het einde was hij eraan voor de moeite. Spijtig voor hem,
maar ja, dat is iets dat kan gebeuren wanneer meerdere reeksen samenrijden. Ik
heb er zo ook al verloren (en dan is het balen), maar ook gewonnen.
Niemand raakte nog weg dus
kregen we een massaspurt. Ik zat goed geplaatst op de tweede rij, terwijl ik mijn
grootste concurrent in een spurt, Ronny Werbrouck, enkele rijen verder hoorde
vloeken omdat hij niet kon opschuiven. Toen de spurt op gang kwam zat ik even
vast, maar kon me vrij vlug losmaken om vol te sprinten. 3 Bs bleven me voor,
maar in de C-reeks werd ik, voor de tweede maal in evenveel weken, de winnaar
Categorie C:
1. Frank SUYS;
2. Ronny Werbrouck; 3. Hedwig Catteeuw (DV); 4. Christ Cauwelier; 5.
Wim De Coninck (DV); 6. Arthur Haillez (DV); 7. Philippe De Smet.
De winnaars in de verschillende reeksen (foto: Georges Schepens)
Na 2 tweede plaatsen in mijn
laatste wedstrijden bij de LFT, én 2 gemiste kansen in de streekwedstrijden te
Kalfort (VWF), trok ik met de nodige Grinta naar Wielsbeke (LFT). Het
parcours viel mee: 18 rondjes van 3 km met een 10-tal goed te nemen bochten. Ik
had me voorgenomen niet af te wachten en trok er van in de start vanonder. Eén
B-renner ging mee, dat zat al goed. De groep reageerde niet direct zodat we
vrij snel een 15-tal seconden voorsprong namen. En dus bleven we doorgaan. Mijn
medevluchter trok in het begin sterk door, maar vrij vlug voelde ik een verval
in zijn snelheid. Dus was ik blij toen in ronde 7 twee renners aansloten. En
weer waren het B-renners, zodat ik nog altijd alleen zat bij de Cs. Aan Johan
Vervaecke had ik een goeie partner. En de andere 2 waren ook geen sleepers.
Het zat er dus in dat we voorop zouden blijven. Maar de groep gaf niet af. Ze
bleven ons in het vizier houden. Ik keek weinig om, maar toen ik dat op 3
ronden voor het einde wel deed, zag ik plots nog 2 renners komen aansluiten. 2
snelle mannen: Patrick Van Maeckelbergh en Jan De Roo. Maar ook zij rijden bij
de jongere B-reeks, dus kon ik hun aanwezigheid zeker appreciëren. Ik zat nog
altijd in winnende positie. De groep was intussen ook teruggekomen tot op een
klein 100m. Ik had niets meer te verliezen, dus elke keer dat ik aan de kop
kwam nam ik een lange beurt voor mijn rekening en trok nog eens extra door. Het
ging zo snel dat we de, nóg jongere, A-reeks in het vizier kregen.
Laatste ronde. Ik gaf al wat ik
had en reed op kop tot we op 1 km van de meet aansloten bij de As. Groot was
dan ook mn verbazing toen ik enkele meter achter ons groepje plots Patrick
Watteny zag opduiken. En dat was wél een C-renner. Ik twijfelde niet, sprintte
gans de groep (een 20-tal) van de As voorbij en bleef op kop rijden. Als
eerste nam ik de laatste bocht, en toen begonnen er natuurlijk renners me
voorbij te sprinten. Eén (geen Watteny), twee, drie, vier Nog steeds geen
Watteny. En toen hield het op. Nog even doortrekken tot aan de meet en toen kon
ik eindelijk de handen in de lucht steken.
54 km hardrijden met als slot
een sprint van 1 km ! Kan je geloven dat ik voorbij de meet op de grond ben
gaan zitten en zeker 5 minuten heb zitten uithijgen ? Een overwinning die ik
zeker bij één van de mooiste durf klasseren. De 7e van het seizoen.
Nummer 105 overall.
De vorm is er. Ik heb het gevoel
dat ik terug op het niveau rij van mijn beste jaren. Maar dat dit geen garantie
is voor succes, mocht ik de laatste weken ondervinden:
·Buggenhout,
meermaals mee in de aanval, maar de goeie ontsnapping met 7 gemist: 8e.
·Evergem: 2e
in het Belgische kampioenschap, geen verhaal tegen de Van Oyen-brothers.
·Kapelle od Bos: van
bij de start in de aanval, laatste ronde pas terug ingelopen.
·St. Lievens Esse: 8e
na de 7 ontsnapten.
·En zaterdag nog eens
2e nadat ik een half koers mee in de aanval was, maar op het laatste
iemand domweg liet wegrijden.
Allemaal gemiste kansen, ik werd
er wat moedeloos van. Het wou niet meer lukken.
Maar vandaag, terwijl ik het het
minst verwacht had, is het er dan toch van gekomen. In Aalst startte ik
achteraan. Aangezien het mn 3e wedstrijddag op 4 was, was ik van
plan om me de eerste helft van de koers koest te houden en daarna te kijken wat
de benen vertelden. Maar het liep anders. Op het einde van de eerste ronde riep
iemand dat de C-renners, die één minuut voor ons waren gestart nog maar juist
gepasseerd waren. Om niet het risico te lopen dat er enkelen naartoe zouden
springen reed ik naar voren. En vooraan gekomen kon ik me blijkbaar niet houden
en trok zelf in de aanval. 6 renners schoven mee en in een mum van tijd reden
we naar de Cs toe. Op dat moment was ik zeker dat ook de rest van de groep de
aansluiting zou maken. Maar nee, in de verste verte waren ze niet meer te
bespeuren. De C-renners, die blijkbaar een rustige start genomen hadden,
begonnen nu wel door te trekken zodat we veilig zaten.
Maar nu de sprint nog. Met 7 in
een aparte sprint, zou ik geen probleem hebben. Maar nu, in een groep van een
60-70 renners zou het diegene worden die zich best kon plaatsen die het laken
naar zich toe zou trekken. En met constant keren en draaien in de laatste
kilometers was dit niet zo evident. Maar ik slaagde in mn opzet. De Feryns
hielden de snelheid vooraan zeer hoog maar ik kon goed opschuiven en ging als 8e,
maar 1e C, door de laatste bocht. Toen ik zag dat er achter mij
zelfs een gat viel was ik zegezeker. Ik hoefde zelfs niet meer vol te sprinten
en kon al meters voor de eindmeet de armen in de hoogte steken. Na 2 maanden
zonder, eindelijk nog eens een deugddoende overwinning.
Zegezeker tussen de renners van de C-reeks. De 2e bij de D's is niet te zien op de foto.
Samen met Turcksin, winnaar bij de C's? Rechts zoon Roeland met z'n Westvlaamse makker Sven De Meydts, die 5e zou worden in de A-reeks.
Vanaf hier, en dat tot eind 2009 ga je me met minder enthousiasme
over mijn overwinningen zien schrijven. Om één of andere reden lukte het
blijkbaar niet meer om te koersen. Mee in ontsnappingen geraken, wat voorheen
normaal was, kwam nog zelden voor. Ik werd een meeloper. En de reden dat ik
toch nog overwinningen behaalde was dat ik me nooit moe maakte (kon maken) in
koers maar nog altijd over een goeie sprint kon beschikken. Ik heb het altijd larie
gevonden, de niet sprinters die zich druk maakte op sprinters die de koers niet
maakten. Een sprinter moet de koers niet maken. Die moet mee zijn. De
niet-sprinter, die moet weggeraken.
Maar in die periode was ik dikwijls verlegen als ik won. Ik kon
de koers niet meer maken, maar stond soms wel op het podium. Mea culpa, mannen,
maar ik wou dat het anders was geweest.
En wat was de reden ? Ik heb naar alles gezocht. Uit een
bloedonderzoek bleek ik hemachromatose te hebben (teveel ijzer in het bloed).
Dat zou de reden zijn. Maar toen dat terug onder controle was, ging het nog
geen lap beter, zeg maar nóg slechter. Een scan bracht ook een klein
nierprobleem aan het licht. Was het dat ? Hoogst onwaarschijnlijk.
Pas 3 jaar later werd de reden gevonden. Al jaren neem ik
oogdruppels en 3 jaar terug was ik van merk veranderd. Maar wie denkt dat
zoiets problemen kan veroorzaken. Tot ik bij toeval de bijsluiter nog eens in
handen nam. En wat las ik daar ?
- allergische (overgevoelig) reactie kan ontstaan op
de luchtwegen.
- een vernauwing van de luchtwegen kan onstaan.
- niet gebruiken wanneer u een heel langzame polsslag
hebt.
Nu moest ik niet meer twijfel. Dat was wat me al jaren
achteraan in het peloton hield. Half 2009 ben ik dan op een ander middel
overgeschakeld ( Xalatan, een middel dat we bij ons (Pfizer-Puurs) maken !!).
Bijna onmiddellijk voelde ik een verbetering. Maar ik had mijn lichaam de
afgelopen 3 jaar steeds over zijn toeren laten gaan, het duurde dus nog even
alvorens dit zich volledig hersteld had. Slechts halfweg 2010 reed ik
wedstrijden waarvan ik kon zeggen dat ik terug op volle kracht was.
Ik heb mijn les geleerd: lees altijd de bijsluiter ! Maar ik
heb er vele mooie koersjaren mee verloren.
28 mei 2006: Massenhoven (VWV) Provinciaal Kampioenschap
Als je in een week voorafgaande aan een kampioenschap 2
overwinningen boekt, ga je met extra vertrouwen, maar ook extra druk van start.
De overwinningen werden behaald bij de BVWB en de WAOD, maar dit was de VWV,
volgens mij in 2006 de sterkste bond.
Het ging dus over een provinciaal kampioenschap. Dat was nu
eens een titel die ik al lang nastreefde. Al 4x won ik op een PK van
Oost-Vlaanderen, en éénmaal op dat van Vlaams-Brabant, maar natuurlijk krijg je
daar de trui niet. Vandaag moest het dus gebeuren.
Het was een ongelofelijk harde koers. Hoge snelheden, vele
korte bochten,de ene demarrage na de andere en een hoop toppers in bloedvorm. 5
renners konden zich afscheiden en dat bleek al direct gevaarlijk te zijn. Hoe we
ook reden in de achtergrond, ze bleven met een 100-tal meter voor ons
uitrijden.Niet moeilijk, hardrijders
als Vos, Smolders en Van Hove waren mee. Op een gegeven moment brak het ook in
de groep en reden we met 5 weg. Het mocht niet te lang meer duren. We moesten
zo snel mogelijk het gat dichtrijden. En het lukte. Even voorbij halfkoers waren met 10. De rest mocht het vergeten. Lang duurde de relatieve rust niet. De
vele hardrijders wisten immers dat ze in de sprint minder kans maakten en
probeerden er van onder te muizen. Telkens was er gevaar, moest het gat zo snel
mogelijk worden dichtgereden en was er weer de volgende die het probeerde. Bij
het ingaan van de laatste ronde waren we nog samen. Toen trokken weer 2 renners
in de aanval. Ze namen 50m. Ik zag de trui al aan mn neus voorbij gaan. Dus
nam ik zelf het initiatief en reed het gat op mn eentje dicht. Maar toen viel
het stil en kwam de rest ook terug. Weer een aanval, met hierbij Alex
Ackermans, de man die ik het meest vreesde in de spurt. En weer kwam er geen
reactie en moest ik zelf gaan. Op een 500m van de meet zat ik terug in het wiel
en net toen ook de anderen aansloten ging ik keihard aan. Nog 400m. Was dat
niet te ver? Nee, de aankomst ging lichtjes bergaf en ik wist dat ik niet stil
zou vallen. Ik nam enkele lengten voorsprong en gaf die niet meer prijs. Met een drietal lengten voorsprong bereikte ik
de eindmeet. Na een Belgische en een Vlaamse, nu ook een Provinciale Titel. Een
trui die ik met trots zou dragen !
3 zeges op 8 dagen, in drie verschillende bonden, met een
kampioenentrui als kers op de taart !
CATEGORIE C (30 deelnemers):
1. SUYS FRANK
(Kampioen C);2. Boschmans Jozef;3. Frank Patrick;4.
De Swert Rudy;5. Smolders Ronny;6. Vos Peter;7. Ackermans Alex;8. Geerts Chris;9.
Van Steerteghem Eric;10. Van Hove Jan;11. Borremans Hendrik;12. Boeckx
Marc;13. Willemsen Marc;14. Bloemen Rudy;15. Van Herck Willy;16. Heulens
Marc;17. Goemans Alex;18. Santens William;19. Baptist Dirk;20. Haest Eddy
Van op 400m van de meet de spurt ingezet. De titel is binnen !
Kampioenentruien zijn allemaal mooi, maar op deze had ik al lang gehoopt.
Enkele dagen na de eerste zege in Denderhoutem was er een
wedstrijd in Boeckhoute. Mooi parcours, brede banen, maar altijd lastig met de
wind die in de polders altijd van de partij is. Ik voelde mij weer top en als
ik de deelnemerslijst bekeek, moest ik het in een spurt zeker kunnen afmaken.
Maar ik ging niet afwachten, want een ontsnapping zat er hier wel in. Bij elke
poging ging ik mee, maar geen enkele droeg ver, zodat het uiteindelijk toch
een massaspurt werd. Van ver zette ik aan. De enige die me nog enigsins kon
bedreigen was Rudi Saelens? Geen verrassing, hij had me immers al enkele malen
geklopt, maar aangezien hij niet regelmatig meer koerste, was ik hem wat uit
het oog verloren. Uiteindelijk kon ik hem toch nog vrij makkelijk afhouden en
behaalde mijn tweede zege in 5 dagen.
Cat C: 1.Frank Suys
(Hingene) 2.Rudi Saelens 3.Danny Van Oyen 4.Ivan Wulffaert 5.Arie De Moor 6.Luc
Verheyen 7.Marc Borghgraef 8.Filip Vereecke 9.Ko Harms 10.Luc De Muynck
11.Frank Van Haecke 12.Gunther Van Den Bosch 13.Jurgen Moreels 14.Jean-Marie
Vandenbussche 15.Fabien De Cruyenaere 16.Henny De Bouver 17.Denis Lust 18.Luc
Joos 19.Danny Van Hoof 20.Geert Smet 21.Johan De Rop 22.Bob Wouters 23.Wim
Heyndrickx 24.Alain Bogaert 25.Marc Vleminck
Na een prachtig seizoen 2005 was ik wat overmoedig geworden.
In 2006 nam ik terug een Elite-vergunning. Niet om wekelijks bij de Elite te
rijden, maar toch regelmatig, in combinatie met de vrije bonden. Maar dat had
ik beter niet gedaan. Ondanks enkele mooie uitslagen, zoals 25e op 160
deelnemers in het Provinciaal
kampioenschap (een wedstrijd over 140 km !) heb ik daar meer slecht dan goed
mee gedaan. De recuperatie na een
Elite-wedstrijd duurde meestal 3 dagen, wat conditie opbouwen onmogelijk
maakte. Ik ben daar dus te oud voor, dat was de conclusie.
Het duurde ook tot eind mei voor ik enig niveau haalde. Maar
zoals ik dat al dikwijls had meegemaakt, eens de vorm er was, volgde ook de
overwinningen.
De eerste kwam er in Denderhoutem. Een eerste zege ook bij
de BVWB. Deze bond was een jaar voordien opgericht en ik had me daar nu ook een
vergunning genomen. Op het zware parcours reden we vrij snel met 6 voorop. Eén
van hen was Yvan Wulffaert, een renner waarmee ik geen al te beste verhouding
had. Yvan was duidelijk de betere van de kopgroep en demarreerde al vrij snel.
2x ging ik hem halen, 2x hield hij de benen stil. Toen hij een derde maal ging
liet ik hem 100m nemen en sprintte toen op een stuk valsplat naar hem toen.
Weer hield hij de benen stil, wetende dat ik aan de meet de snelste zou zijn.
Nu werd het tijd om me eens kwaad te maken. Kijk Yvan, zei ik, ik kan
vandaag elk gat dichtrijden en ik ben de snelste. Dus vandaag win ik. Als je
graag tweede bent, zou ik nu maar mee beginnen rondrijden ! Het lukte, Yvan had het begrepen. We reden
samen meer dan een minuut weg van de rest en, zoals verwacht, had ik geen
moeite om de spurt te winnen.
De eerste van het seizoen was binnen. Het begin van een
superweek !
Wedstrijd in Wingene. Ik was
naar daar getrokken omdat zoon Roeland er het Belgische kampioenschap van
Belgacom reed. Roeland werd mooi tweede in de Elite-reeks. Enkel VWFer Stefaan
Paridaens was hem te snel af.
Ik reed zelf mee in de toeristenreeks.
Zoals ingewijden al lang weten: toeristen die koersen, dat bestaat niet. Van de
62 renners die er aan de start kwamen, zijn er zeker 50 die een vergunning
hebben in één of andere bond. Er waren 2 klassementen: -45 en +45. Goed nieuw
was dat er zich slechts 2 oudjes aanboden. Maar dat betekende wel dat ik met
mijn 49 de oudste was van gans de bende. Toch wou ik me niet laten doen.
Halfweg plaatste ik een ontsnapping en kreeg 3 renners in het wiel. Spijtig dat
er maar één bij was die fatsoenlijk kon overnemen. Toch hielden we het 2 ronden
vol alvorens de groep ons terug op de nek viel. Nog enkele malen probeerde ik
mee te gaan in ontsnappingen maar die droegen nooit ver. Nu moest ik dus enkel
mijn enige concurrent in de gaten houden. En dat zag er zeker geen pannenkoek
uit. Een boom van een mens die niet uit de eerste tien van de groep ging. En
met het postuur van een sprinter was ik dus niet zeker van mijn zaak. Ik
plaatste mij in zijn buurt en toen hij even langs rechts inschoof ging ik langs
links naar voor. De laatste, gevaarlijke, bocht op 200m van de meet, nam ik aan
de binnenkant. Twee renners vóór mij haakten in mekaar waardoor ik even in de
remmen moest. Als 7e kwam ik over de meet en in het uitbollen zag ik
de andere +45-er me voorbijrijden. Toen was ik pas zeker van de winst.
Op het podium, een mooie
medaille, een grote fles bier en 20 prijzengeld. Toeristenwedstrijd ?
14 overwinningen had ik al. 15 leek me een mooi getal, maar
het was al oktober. Nog 3 wedstrijden had ik de kans. Maar de vorm was wat weg,
ik had me er dan ook eigenlijk al in berust dat het bij 14 zou blijven.
In Sint-Gillis was er traditioneel een einde seizoenswedstrijd
waarin alle veteranen-reeksen samen van start gingen. Met 135 waren we, en er
werd gevlogen van de eerste tot de laatste meter. Zoals ik al zei, de vorm was
niet meer je dat. Ik zat dan ook nier echt in de wedstrijd en hield me de ganse
wedstrijd schuil in de buik van het peloton.
Bij een hoge snelheid en met zon groot peloton, is het ook
niet altijd makkelijk op weg te raken. De wedstrijd leek dan ook op een
massaspurt af te stevenen. Op 1 km van de meet was ik langs rechts naar voor
gereden. En net op het moment dat ik vooraan kwam, sprong iemand langs links
weg. In een flits (dit zijn momenten waar je niet kan bij nadenken. Je doet
iets in het impuls van het moment) ging ik er achteraan. In het peloton werd
getwijfeld. Dat was mijn kans. Ik kon niet zien wie de eerste aanvaller was,
maar besloot het zekere voor het onzekere te nemen. Constant achteromkijkend
bleef ik op 10m van mn voorganger hangen. De groep zat al op een kleine 100m.
Dat zag er goed uit. Op een 400m voor de meet reed ik er naartoe. Hij (weet nog
steeds niet wie het was) viel compleet stil, zodatik, eens in het wiel, vol doorging. De zege
was binnen, zoveel was zeker. De laatste 100m reed ik met de armen in de
hoogte, meet een sprintend peloton van meer dan 100 renners achter me aan. Dit
is één van de overwinningen die me het meeste plezier heeft gedaan. Onverwacht,
maar op zon mooie manier. Spijtig dat ik van deze aankomst nooit geen foto heb
gezien.
De laatste 2 wedstrijden werd ik nog 2e en 4e.
Mijn totaal voor 2005 was dus 15 overwinningen. Nog steeds een persoonlijk
record. Neem daarbij nog 8x een tweede plaats en 9x derde, plus een titel van
kampioen van Vlaanderen, dan mag je van een superseizoen spreken.
7 en 14 september 2005: 1e rit en eindstand, 3-daagse van Opwijk (VWF)
Een 3-daagse in Opwijk, wedstrijden op woensdag, zaterdag en
zondag.Hier had ik mijn zinnen op gezet.
De eerste rit startte voorbeeldig. Met een 10-tal renners konden we ons
afscheiden.Er zaten enkele snelle
mannen in de kopgroep. Patrick Sergooris was er één van maar ook dorpsgenoot
Gino Robberecht is in een sprint niet te onderschatten. Ik had het goede wiel,
dat van Sergooris. Op het moment dat hij aanging remonteerde ik direct. Patrick
hield goed stand, maar moest tovh met een halve fietslengte de duimen leggen.
Ook in de 2e rit had de overwinning erin gezeten,
maar ik zat al teveel met het eindklassement in gedachte. Toen in de laatste
ronde 2 renners wegsprongen heb ik even te lang getwijfeld. De vogels waren
gaan vliegen. Maar met een derde plaats nog ik toch een grote optie op de
eindwinst.
Voor de start van de derde rit had ik het klassement eens
bekeken. Als ik geen totale offday had, moest ik maar 2 renners int vizier houden.
Eén van hen waas een renner van het Rudyco-team. Nog maar pas was de start
gegeven of hij trok er met enkele ploegmaats vanonder. 7 renners reden direct
met 100m voorsprong op de groep. Ik moest iets doen, en veel hulp zou ik niet
krijgen. Op kop van de groep sleurde ik de rest terug bij, maar dat had veel
van mn krachten gekost. Toen kort nadien weer een ontsnapping werd gevormd van
10 renners was ik weer niet mee. Mijn twee concurrenten gelukkig ook niet, maar
misschien zat er wel iemand anders bij die nog vrij kort in het klassement
stond ? Zover had ik niet gezien. De 10 waren definitief weg, er zat dus niets
anders op dan niemand meer te laten rijden en me zo kort mogelijk te plaatsen
in de spurt. Dat lukte. Uiteindelijk werd ik 12e. Het was nog even
bang afwachten, maar al vrij snel viel het verdict. Ik had inderdaad de
3-daagse gewonnen !
De spurt van de eerste rit. Patrick Sergooris werd 2e
31 augustus 2005: Ertvelde en 4 september 2005: Oosteeklo (WAOD-C)
Niet alleen was de vorm goed in die periode, vooral mijn
vertrouwen in een spurt was niet stuk te krijgen. En dan is het makkelijk
rijden.Je zorgt dat je mee bent in de
ontsnapping, of, als niemand wegraakt, haal je je sterkste wapen boven. Zo
gebeurde het ook in Ertvelde. Elke ontsnapping waas ik mee, maar een echte
afscheiding kwam er niet. Een massaspurt was het resultaat. Ik ging van ver aan
en haalde het aan Het Biermuseummet enkele lengten voorsprong op oa Wulffaert
en Goossens.
Cat C: 1.Frank Suys
(Hingene) 2.Ivan Wulffaert 3.Marc Goossens 4.Arie De Moor 5.Peter Kerckaert
6.Patrik Verrijckt 7.Françus Van Gorp 8.Freddy Vlerick 9.Patrick Watteny
10.Marc Vleminck 11.Geert De Buck 12.Luc Callant 13.Marc Couckuyt 14.Denis Lust
15.Rik Van Wassenhove 16.Georges Vergauwe 17.Gerrit Vermassen 18.Stefan Motmans
19.Franky Taelman 20.Philippe Lacquet 21.Bob Wouters 22.Dirk Goossens 23.Danny
Van Oyen Cat D: 1.Marc Steenberghe
(Lotenhulle) 2.Frank De Wilde 3.Helmuth Tas 4.Roland Coupille 5.Pascal Verlez
6.Hilair Heye 7.Etienne Van de Velde 8.Patrick De Smet 9.Rob Ocraft 10.Patrick
Van Hulle 11.Andy Van der Plaetsen 12.Louis Moens
4 dagen later, hetzelfde scenario in Oosteeklo. Daar
gebeurde het welmeer dat de wedstrijd
op een spurt uitdraaide en eentje die op mn lijf geschreven was. Ik had niet
voor niet als 3x gewonnen aan De Braeme en ook al 3x honderd meter verder
aan De Pluim.Ik zat nog vrij ver toen
de spurt opgang getrokken werd, maar slaagde erin iedereen te remonteren. Mn 7e
zege in Oosteeklo was een feit.
Cat C: 1. Frank Suys
(Hingene) 2.Georges Vergauwe 3.Jean-Paul Maveau 4.Etienne Claus 5.Freddy
Vlerick 6.Patrick Watteny 7.Ivan Wulffaert 8.Dirk De pauw 9.Erwin Van Hoecke
10.Arie de Moor 11.Paul Geerinck 12.Peter Kerckaert 13.Serge De Wever 14.Luc
Callant 15.Damien Bracke 16.Walter De Schroodere 17.Patrick Van Peteghem 18.Luc
Timbreur 19.Frank Van Haecke 20.Erik Cardon 21.Ringo Van Den Ende Cat D: 1.Twan De Braber (Hoeven,
NLl) 2.Helmuth Tas 3.Frank De Wilde 4.Marc Steenberghe 5.Rob Ocraft 6.Tony
Baudonck 7.Daniel Noens 8.Patrick de Smet 9.Johan Martens 10.Gabriel Van Meenen
11.Roland Coupille
Na de overwinning in Oosteeklo met vriend Nico Tijtgat.
20 augustus 2005 was één van de meest sombere dagen die ik
ooit meemaakte. De regen viel met bakken uit de hemel, en het was er nog koud
bij. En als je dan als organisator die dag een criterium organiseert, waar dan
nog een stukje kassei in voorkomt, dan weet je dat er geen massa vertrekkers
aan de start gaan staan. Ik was naar Lokeren gereden, maar heb lang getwijfeld
om te starten. Tot een half uur voor de start bleef ik in de auto zitten.
Uiteindelijk zette ik mn verstand even uit (kan altijd van pas komen ;-) ) en
ging me inschrijven.Uiteindelijk namen
we met 7 renners de start: 6 Cs en nog één D-renner. Voor hem was de
overwinning al binnen ! De afgevaardigden van dienst beslisten om de wedstrijd
drastisch in te korten: We moesten slecht 25 km rijden ! Niemand die daar een
probleem over maakte. Na slecht één rondje waren we nog met 4. Ik wist dat het
simpel ging worden, ik moest er enkel voor zorgen dat niemand wegreed. En om
mijn goeie wil te tonen liet ik de 3 voorziene premies door mijn 3 medevluchters
nemen. Ik kon alles bij mekaar houden en had zoals verwacht geen last om de
spurt te winnen. Als je het weer niet meerekent, één van de gemakkelijkste
overwinningen die ik ooit behaalde. Maar ja, de afwezigen hebben altijd
ongelijk hé (alhoewel, in dit geval )
Cat C: 1.Frank Suys
(Hingene) 2.Paul Geerinck 3.Geert Van Speybroeck 4.Geert Smet 5.Ron Van
Der Velden 6.Patrick De Jonghe Cat D: 1.Jan Jacobs
(Minderhout)
In Wintam (parochie van
Hingene)had ik in 2005 al 2x gewonnen
bij de VWF. Vandaag had ik er minder hoop op. Vorige week zaterdag gevallen,
zondag niet gereden wegens wonden likken en woensdag half koers al moeten
afstappen toen mijn stuur loskwam. Maar toen ik van huis uit naar de start
reed, voelde de benen goed aan. En de aard van het parcours leent zich voor een
vroege aanval. Dus na 1 km trok ik er al op uit. Ik slaagde er nog in om alleen
door de dorpskern in Hingene te rijden, maar even later sloten nog 4 renners
aan. En bij het einde van de eerste ronde waren we met 11. Maar het draaide
niet. Sommige (goede) renners kwamen helemaal niet aan kop, waarom weet ik ook
nu nog niet. Dus ging ik opnieuw en toen ik 6 renners naast mij telde, keek ik
om en waren de andere 4 verdwenen. Met 7 lukte het wel. Er werd mooi
rondgedraaid, zo goed zelfs dat we op 3 ronden voor het einde de groep van de
C-reeks bijhaalde. En dat was nu net mijn schrik. Ik spurt tegenwoordig liever
in een kleine groep en van mijn grootste sprintconcurrent in de kopgroep, Etienne
Claus, weet ik dat hij zich zeer goed kan plaatsen. Plus het feit dat in de
C-reeks enkele van zijn Rudyco-ploegmaten reden.Ik moest dus proberen om van dit nadeel een
voordeel te maken. Ik koos resoluut het wiel van Etienne, terwijl zijn
ploegmaats het tempo erin hielden. Op 500m van de meet, met nog 2 moeilijke
bochten te gaan, zag ik mijn kans. Etienne reed links, in het wiel van een
ploegmaat, maar met nog iemand rechts van hem. Ik ging vol aan langs rechts,
zodat hij onmogelijk meekon. Op het randje van het mogelijk nam ik de 2 laatste
bochten. Bij het uitkomen ervan had ik 5 mvoorsprong. Gewonnen spel, dacht ik. Maar toen ik op 100m van de meet
even omkeek, zag in Claus vlak achter mij. Gelukkig viel ik niet stil zodat ik
aan de meet nog net een wieltje voor had.
Het doet altijd goed om te
winnen in eigen gemeente. Het is de 4e keer in mijn carrière dat dit
lukt. De 4e zege ook dit seizoen en de totale teller staat al op 102
!
D -reeks 1 FRANK SUYS (Hingene) 2 Etienne Claus (Hamme) 3
Eddy Vermeir 4 Luc Podevin 5 Roland Mersseman 6 Hugo
Lismont 7 Eddy Mertens 8 Roger Schouppe 9 Luc van Mol 10
Francis De Ridder
Aan de start. Nummers 1 en 2 uit de uitslag staan al vooraan. (foto Rita Thienpondt)
De sprint. Van ver aangegaan, nog net genoeg over aan de meet. (foto Rita Thienpondt)
In de bloemen samen met de organisatoren. (foto Rita Thienpondt)
Dankzij Rita Thienpondt hebben we meestal de dag zelf al prachtige foto's. Zij was speciaal voor mij vandaag ook het bloemenmeisje van dienst.
Na mn achtste zege én de titel van Kampioen van Vlaanderen,
moest ik het noodgedwongen wat rustiger aandoen. De dag na Ouwegem was ik los
uit de wielen gereden en ook de volgende wedstrijd was ik niet vooruit te
branden. Diezelfde avond was duidelijk waarom: ik lag met koorts in bed.
Vrij snel was ik er terug door, maar na ziekte heb je altijd
enkele wedstrijden nodig om terug op niveau te komen.
We waren een maand later en er was nog een wedstrijd in
eigen gemeente. Zou ik mn overwinning van vorige maand nog eens kunnen
overdoen ?
Ook mn zoon reed mee, en we reden in dezelfde reeks: de Cs.
Het peloton bleef lang gesloten, maar rond half wedstrijd
reden 8 renners weg. Roeland was erbij ! Mn eerste idee was om af te stoppen
maar toen ik reageerde op een uitval en we enkele meters namen, besliste ik om
te proberen alleen het gat te dichten. Niet makkelijk want ze reden al zon
200m voor. Het duurde meer dan een ronde, maar ik slaagde in mijn opzet. Ik
sloot aan, terwijl de rest van de groep al op een minuut reed. Met zn tweeën mee voorop, dat was nog nooit
gebeurt !
Bij het ingaan van de laatste ronde vroeg ik aan Roeland hoe
het ging. Niet te best meer was zn antwoord. Ik moest dus mn eigen kans
gaan. En dat was ervoor zorgen dat niemand wegreed.In Hingene-dorp, op een 3-tal kilometer voor
de meet reden 2 renners weg. Ze namen 50m, dus ik moest reageren. Op kop van de
groep reed ik het gat toe. En wie sprong er vanachter mijn rug weg toen we
aansloten: Roeland ! Even werd er getwijfeld zodat hij 50m nam. Ik zette mij
vooraan en keek constant om zodat het voor iedereen duidelijk was dat ik nu
alle aanvallen zou afslaan. De eerste die probeerde kreeg me direct in het
wiel, en gaf het op. Roeland had nog steeds dik 50m. Weer een aanval. Weer zat
ik direct op het wiel. Tweede poging afgeslagen ! Zou het lukken ? Opnieuw een
aanval, en opnieuw was ik mee. Maar deze keer gaf die kerel niet op. Hij bleef
op kop rijden. Ook toen ik even naast hem kwam, ging hij door. Resultaat, op
500m voor de meet was Roeland eraan voor de moeite. Dus moest ik het afmaken,
en door de frustratie van een gemiste kans sprintte ik nog harder dan anders.
De rest werd op lengten gereden !
Mn 9e van het seizoen, maar ik had
vandaag véél liever tweede geworden, na mn zoon. Dat had pas mooi geweest in
eigen gemeente !
Sprintwinnaar tegen wil en dank. Roeland werd 9e
Vader en zoon ! Samen met de winnaar bij de D's en organisator Marc De Reu
25 juni 2005: Ouwegem: Kampioenschap van Vlaanderen WAOD-AB
Normaal reed ik in 2005 enkel in mn eigen reeks: C (vanaf
40 jaar). Hierop maakte ik slechts enkele uitzonderingen, namelijk de wedstrijden
van de Ronde van Nazareth. Dit is klassement voor AB-renners in en om de
gemeente Nazareth. Voorheen was dit een klassement voor de T-reeks, en had ik
daar mooie uitslagen behaald in het eindklassement, doch nog nooit was ik er
geslaagd een rit te winnen.
In Ouwegem had de derde rit van 2005 plaats. En de wedstrijd
was ook het kampioenschap van Vlaanderen voor ABs (één trui voor de twee
reeksen samen). Een rare kronkel in het WAOD-reglement is dat, ondanks dat ik
een C-vergunning had, ik toch in aanmerking kwam voor de titel omdat het een jongere
reeks betrof. Niet dat ik daaraan dacht, het klassement was mn enige doel.
Ouwegem is een vrij lastige wedstrijd met een lang stuk
valsplat met als uitloper een stukje kassei aan de kerk. In de tweede ronde gingen
we er daar met 8 vandoor met oa: Kristof Muys (toen nog op zijn voetstuk), Van
Geertsom (altijd sterk), Timbeur en de Nederlander Peter Mol. Peter had de 2
eerste wedstrijden van de Ronde gewonnen.Er werd mooi rondgedraaid zodat de rest van het deelnemersveld voor de 9e
plaats kon rijden. De laatste ronden begon het steekspel. Vele uitvalspogingen,
maar telkens was het Kristof Muys die iedereen ging terughalen. Hij waande zich
duidelijk de snelste, maar daar dacht ik anders over. Laat hem maar doen, ik
zat in een zetel.
De aankomst was eerst licht bergaf om dan de laatste 100m
terug licht bergop te gaan. Ideaal. Van ver aangaan en standhouden, dat was wat
ik moest doen. Op een 300m van de meet zette ik vanuit laatste positie de spurt
in, waardoor ik iedereen verraste. Ook Muys, die nog wou schakelen en hiermee
zijn ketting van het tandwiel trok. Ik ging vol door een haalde het met lengten
voorsprong. Later hoorde ik Muys nog vertellen dat hij me zonder
kettingprobleem zeker zou geklopt hebben. No way, Kristof !!
Na de wedstrijd mocht ik de trui van Kampioen
van Vlaanderen aantrekken. Als 44-jarige won ik de trui in de reeks voor
18-jarigen en ouder. En op de erelijst van dit kampioenschap sta ik daar toch
mooi tussen de 2 ex-profs Franky Van Oyen (2004) en Sammie Moreels (2006)
Cat AB: 1.Frank Suys
(Hingene, winnaar cat. B en Kampioen van Vlaanderen) 2.Peter Mol 3.André Van Geertsom 4.Peter De
Coninck (Waregem, winnaar cat A) 5.Filip Timbreur 6.Johan Vervaecke
7.Luc Callant 8.Kristof Muys 9.Gustaaf Meirte 10.Andy Michels 11.Patrick
Watteny 12.Nico De Vrient 13.Luc Puimege 14.Freddy Vlerick 15.Bjorn De
Vriese 16.Bart De Wolf 17.Franky Onderbeke 18.Kristof Dhondt 19.Jan De
Wilde 20.Koen Heyrman 21.Manuel De Naeghel 22.Stefaan De Grauwe 23.Yves
De Vrient 24.Fabien Hanssens 25.Edouard Roose 26.Stanny Benoot 27.Jos
Beddeleem 28.Pascal Van De Velde 29.Mich Vandecauter 30.Johan De
Maesschalck
Sprintwinnaar vóór Peter Mol (in de gele leiderstrui van de Ronde van Nazareth) en André Van Geertsom
Schoondijke, weer zon dorpje in de Zeelandse polders, in de
buurt van Sluis. Slechts een 20-tal vertrekkers. Met de vorm van de laatste
weken moest dit vandaag mn 7e van het seizoen worden. Met 6 C-renners raakten we al snel voorop
samen met het gouwe ouwe-duo Patrick Van Rentergem en Wim De Waal. Toen daar
nog Luc Callant en Freddy Vlerick met pech wegvielen, mocht het niet meer
misgaan. Maar pech kan iedereen overkomen hé. Op enkele ronden van het einde
ging Van Rentergem in de aanval. De Waal reageerde natuurlijk direct en wij,
C-renners, lieten begaan. Al speelde ik wel met het idee van, eens ze een
100-tal meter voorsprong hadden, te proberen om in mn eentje het gat toe te
rijden. Maar net toen ik dat wilde doen viel, bij het schakelen, mn ketting van
het tandwiel. Iets wat bijna nooit gebeurde, maar nu dus wel. Het duurde even
voor het euvel verholpen was zodat geen 100m voor, maar 100m achter lag ! Maar
in een mum van tijd was ik terug bij mn medevluchters. Even later ging Arie De
Moor. Ik wachtte even en ging er dan alleen naartoe. Met zn tweeën gingen we
op de meet af. Arie was gebrand om zn eerste zege ooit te halen, maar wist dat
ik sneller was. Hij zou dus nog even moeten wachten (intussen heeft hij ook al
een heel palmares bijeengefietst.) Zoals verwacht had ik geen probleem in de
spurt. Opdracht volbracht !
Cat C: 1.Frank Suys
(Hingene) 2.Arie De Moor 3.Paul Geerinck 4.Philippe Lacquet 5.Henri De
Decker 6.Marc Borghgraef 7.Georges Vergauwe 8.Alex Goossens 9.Carl
Crabtree 10.Chris Verroeye 11.Danny Van Hoof 12.Luc Callant 13.Freddy
Vlerick 14.Rudy Buzeyn 15.Patrick Van Peteghem Cat D: 1.Patrick Van
Renterghem (Bellem) 2.Wim De Waal 3.Marc Heul 4.Hilair Heye
5.Helmuth Tas 6.Rob Ocraft 7.Frank De Wilde 8.Willy De Sutter
Vandaag nog
eens naar de LFT
getrokken. Wedstrijd in Slypskapelle. Om even te situeren heb ik er
Wikepedia
bijgehaald:
Slypskapelle (plaatselijk Slyps) is een dorpje
in de Belgische
provincie West-Vlaanderen. Het dorpje ligt in
de gemeente
Moorslede,
een drietal kilometer ten zuiden van de dorpskern van Moorslede, en een
tweetal
kilometer ten noorden van de deelgemeente Dadizele.
Het telt ongeveer 1000 inwoners. In het dorp bevinden zich
basisvoorzieningen
(lokale middenstand) en ook nog een cultureel centrum.
Aan dat
Cultureel centrum was
het te doen.Nadat ik de omloop verkend
had, vond ik dat deze veel weg had van Kruishoutem, met een aankomst
zoals in
Burst. Daar ik enkele weken terug deze twee wedstrijden kon winnen, zag
ik het
vandaag wel zitten. Alleen was er wat meer wind dan toen. En in het
vlakke,
open westvlaamse land, voel je die nog
dubbel zo hard. Er waren al enkele ontsnappingen geweest, maar deze
droegen
nooit ver. Toen er zich een 5-tal loswerken waaronder Patrick Watteny
(dit jaar
al 3x winnaar bij de LFT) wist ik dat ik moest reageren. Met nog enkele
renners
in het wiel reed ik ernaar toe. Maar kort nadien kwam ook de rest van de
groep
aansluiten. Ideaal moment, dacht ik, om het nog eens te proberen. Ik
ging terug
in de aanval, maar niemand volgde. Spoedig had ik 100m. Dan moet je
doorgaan
natuurlijk. Heb ik niet meer kans in de spurt ? Ja natuurlijk, maar het
deed
verdomd deugd om nog eens alleen voorop te rijden. Dat moet al een
tijdje
geleden geweest zijn ! En het ging goed. Ondanks de zware stukken met de
wind
op de kop, lukte het me om een 20-tal seconden voorop te rijden. Zou het
dan
toch lukken ?
3 ronden
hield ik het vol, tot
in de voorlaatste. Toen was de groep terug genaderd tot op een 50m. Ik
liet me
inlopen in de hoop nog even op adem te komen en toch nog mn kans in de
spurt
te maken.
Alles bleef
samen. Zoals in
Burst, wou ik proberen om eerst door de laatste bocht te gaan, maar op
de smalle
wegen geraakte ik niet meer volledig vooraan. Rond de 10e
plaats
draaide ik. De eerste Bs waren te ver, maar als eerste C had
ik
nog een ruime voorsprong op de nummer
2, Ronny Lapeire.
Een mooie
derde overwinning,
maar blij was ik vooral met het goede gevoel bij de soloaanval, die ik
om en
bij de 15 km volhield.
Alleen voorop bij het ingaan van de voorlaatste ronde. Maar de voorsprong werd te klein. Eerste C-renner. De 3e overwinning van het seizoen
Meestal moet ik een stukje rijden om in één van de vrije
bonden aan een wedstrijd deel te nemen. Enkele malen per jaar kan dat toch in mn
eigen streek: Klein-Brabant. En nu zelfs in eigen gemeente: Wintam, een gehucht
van Hingene. Maar het begon al goed. Ik had me thuis klaargemaakt en reed met
de fiets naar de start. In de dorpskern van Hingene staan enkele paaltjes als
wegversmalling. Ik wist dat, want dagelijks rij ik er minstens 2x voorbij. Maar
door een onoplettendheid toen ik omkeek naar de voorbijrijdende E-reeks, botste
ik pardoes tegen één van die paaltje aan. Ik kon me nog net rechthouden maar
door de schok was één van mn schoenplaatjes verschoven. Terug naar huis rijden
was geen optie, mn vrouw was ook al naar de koers vertrokken dus ik kon niet
meer binnen. Dan maar doorrijden en hopen dat ik daar nog iets kon rechtzetten.
Enkele mensen heb ik een schroevendraaier gevraagd maar niemand had er één bij.
En het was tijd om naar de start te gaan. Dan maar zo vertrekken en hopen dat
ik geen last zou krijgen.
De vorm was er, dus dat was geen probleem. En de voet stond
wel wat schuin, wat een raar gevoel was, maar echt last had ik er niet mee.
Het was intussen ook beginnen regenen en toen ik halfweg in
de aanval trok en het rond punt aan het voetbalplein in Hingene aan de
binnenkant nam, hoorde ik achter mij een valpartij. Even verder waren we met 5
voorop en deze ontsnapping bleek de goeie te zijn. Naar het einde toe begon ik
de scheve zit wel te voelen maar probeerde er niet teveel aan te denken. Het
kwam tot een spurt en het was alles geven tot de laatste meters om de
concurrenten (geen uitslag meer teruggevonden, namen vergeten) af te houden.
Maar het lukte. Zege nummer 6, in eigen gemeente!
Na de wedstrijd mocht ik als toemaatje nog eens naar de
dopingscontrole. Het was in gans mn carrière pas de derde keer. En de derde
keer negatief natuurlijk !
Met de bloemen (of bloempot ) in eigen gemeente. Pas de tweede keer, 25 jaar (!) na Eikevliet.
Kalender & Uitslagen 2010: 16/10: Oosteeklo: 2e 10/10: Lochristi: 4e 09/10: Lotenhulle: 6e 03/10: Merelbeke: 5e 26/09: Outer (EK): 5e 23/09: Landegem: 5e 19/09: Boom (PK): 5e (2e) 18/09: Stasegem: 1e 13/09: Schriek: 11e 11/09: Kruishoutem: 1e 10/09: Nieuwkerken-Ws: / 05/09: Wielsbeke: 1e 2/009: Kalfort: 5e 01/09: Kalfort: 6e 29/08: Ooigem: 2e 28/08: Asbeek (BK): / 22/08: Aalst: 1e 21/08: Izegem: 2e 19/08: St. Lievens Esse: 8e 14/08: Kap.odB (BNL): 19e 13/08: Evergem (BK): 2e 08/08: Buggenhout: 8e 07/08: Ertvelde: 9e 05/08: Beveren: 6e 02/08: Destelbergen: /
31/07: Semmerzake: 3e 28/07: Aalst: 14e 26/07: Bazel: 10e 25/07: Merelbeke: 8e 23/07: Beveren: 2e 21/07: Aalst: 16e 18/07: Temse: 12e 17/07: Poeke: 3e 11/07: Destelbergen: 5e 07/07: St. Gillis Waas: 2e 04/07: Dikkelvenne: 3e 27/06: O-nieuwk.(BK):4e 26/06:
Wingene: 1e 25/06: Wachtebeke: / 20/06: Wichelen: 3e 19/06: Ertvelde: 3e 17/06: Beveren: / 13/06: Halle: 12e 12/06: Eksaarde: / 09/06: Lochristi: / 06/06: Mater: 3e 05/06: Wintam:1e 02/06: Beveren: / 29/05: Kruishoutem: val 25/05: Ijzendijke: 5e 23/05: Affligem: 4e 22/05: Wolvertem: 7e 15/05: Aalst: / 14/05: Boekhoute: 10e 09/05: Zaffelare: 10e 08/05: Slypskapelle: 1e 06/05: Beveren: 3e 02/05: Moerzeke:/ (plat) 01/05: Mol-Wezel 5e 25/04: Boom: 4e 24/04: Buggenhout: / 18/04: Burst: 1e 17/04: Kruishoutem: 1e 11/04: Balegem: / 10/04: Lotenhulle: 3e 05/04: Oostakker: 9e 03/04: Malderen: 10e 28/03: St. Lievens Esse 7e 27/03: Meigem: 8e 21/03: Hamme: 6e 20/03: St. Amands: 20e 14/03: Haaltert: / (plat) 13/03: Oordegem: 7e 07/03: Iddergem: 15e 06/03: Essene: 17e 28/02: Oordegem: /