Net voor Nagalore de tip gaf om naar vuile pens te googelen en bijgevolg ook voor jouw reactie, Draakje (zie reacties op blog maag en darmen), had madame zowat 20 sites met vuile pens bezocht en gelezen. Haar maag draaide er van om. Vuile pens is ongebleekte pens en stinkt. Sommige sites beweren dat het een beetje stinkt, maar madame weet beter .
Zowat een kwart eeuw geleden was ze, samen met haar man, in Duitsland een kortharige Duitse staander gaan kopen. Een puppy mit einem achtenswerten Stammbaum. Een prachtbeest, dat wel! Zijn pracht werd kracht bijgezet met beendermeel en pens ( vuile pens zo blijkt nu). Geuren kan men niet memoriseren, maar madame weet nog perfect hoe wansmakelijk die pens stonk. Het was als het ware een bouquet garni van lijkgeur, tampons en inlegkruisjes. Wal-ge-lijk! Telkens ze het beest pens moest voeren, zette ze ramen en deuren open en ademde ze zoveel mogelijk langs de mond kwestie van de geur zoveel mogelijk te laten passeren. Het beest was verzot op pens en groeide op tot een ontzettend mooie Ueberhund. Hij kreeg helaas Hitler-trekjes = Ich bin der Führer. Had hij niet genoeg pens gekregen, pakte hij zijn voederbak in de bek, draaide er met zijn kop als een discuswerper mee rond en keilde dan de kom dwars door de keuken. Zijn heersersmentaliteit werd allengs erger. Toen de jongste dochter geboren was, vreesde madame dat zijn bruut geweld ongelukken zou teweegbrengen. Hij is toen verkocht aan een heuse jager. Daar is het beest vast gelukkiger geweest dan op het appartement van madame en Co. Madame denkt nog met liefde terug aan die prachthond, maar niet zonder walging voor de pens die hij te vreten kreeg.
Madame toog naar de dierenwinkel, waar ze de Woefkes dagelijkse Duck Compact koopt, en vroeg er naar vuile pens. Dat hadden ze niet, wel Duck met pens. Waarschijnlijk is die niet vuil, maar daarmee ging het toch al de juiste richting uit. Na het ontdooien steeg de gekende walm op, zei het iets gematigder dan vroeger. Woefke verorberde het spul alsof het een delicatesse was.
Echte, rauwe vuile pens vinden, wordt blijkbaar een probleem. De plaatselijke beenhouwer had er in zijn 15-jarige carrière nog nooit van gehoord. Bij Aveve kende men het ook niet. Madame belde toen een slachterij. Daar vertelde men dat pens, maag darmen enz. niet meer mogen verwerkt noch verkocht worden in een slachterij. Alle ingewanden worden er opgehaald door een ingewandenverwerkingsbedrijf. Dat bedrijf ligt op zon 30 km van madames woonst. 60 km rijden voor een kilootje vuile pens? Dat lijkt toch iets overdone.
Woefke had veel pijn vandaag. Dat liet het beestje voortdurend blijken. Ze week geen stap van madames zij, tenzij om rusteloos weg en weer te lopen en af en toe te gaan overgeven. Soms kwam ze met de voorpootjes op madames schoot staan en keek haar aan alsof ze wou zeggen: Moeke, het doet zon pijn. Madames hart brak. Maar meer dan een afspraak vastleggen bij de dierenarts en voor de maaltijd Perdolan geven, kon ze niet doen. Verdomde machteloosheid! De afspraak met de dierenarts kon pas s avonds. Het duurde een eeuwigheid voor het zover was.
Woefke kreeg weer een injectie. Op madames verzoek een lichter prikje deze keer, zodat ze nadien weer niet stoned zou beginnen zwalken. De voorgeschreven antibiotica was nu iets sterker en de dierenarts benadrukte: als ze donderdag niet beter is, kom dan terug voor een bloedonderzoek.
Thuis gekomen was Woefke maar een beetje high deze keer. Ze was een tikkeltje onrustig, leverde schijngevechten met haar dekentje in de zetel, maar verder gedroeg ze zich normaal.
PS. Bedankt Knoopke en Affodil voor jullie wijze raad inzake Woefkes voeding. Inmiddels vernam madame van de madame van het Woefkeshotel dat een 5-daags dieet met vuile pens (wat dat ook moge zijn) ook zou helpen. Zelf geeft ze haar mopsjes eenmaal per week vuile pens. (Klinkt wel vies!) Madame zoekt nog uit wat het is. Ze is alleszins vast besloten om voortaan op de kwaliteit van Woefkes voeding te letten.
Omdat het de laatste tijd nogal hectisch geweest was, keek madame uit naar een rustige zondag. Lang luilakken, laten komen wat komt. Wat zou dat deugd doen!
Heerlijk uitgeslapen hees ze zich omstreeks 11u uit bed. Aan de slaapkamerdeur kwam Woefke haar begroeten. Wat zelden gebeurt. Gewoonlijk ligt Woefke in de zetel, kwispelt een paar slaperige staartslagen, opent lodderig een oog alsof ze wil zeggen: Ben je er nu al? Ik slaap nog, hoor! en maft daarna verder tot etenstijd. Maar deze (korte) ochtend achtervolgde Woefke madame overal. Zelfs tot in de douche! Eigenaardig!
Kort na de middag werd alles duidelijk. Woefke vond nergens rust. Dan ging ze liggen, dan weer wandelen, dan weer liggen. Kort nadat ze gegeten had, braakte ze tot tweemaal toe alles uit. Het braaksel was weer schuimig. Het was zo klaar als pompwater: Woefke sukkelde weer met maag en darmen. Madame reed cito presto naar de apotheek van dienst en haalde Primperan. Dat zou de pijn en braakneigingen al verlichten. En morgen belt madame in eerste instantie de dierenarts.
Het bedrijf waar mijnheer werkt, organiseerde haar jaarlijks personeelsfeest. Echtgenotes, partners, verloofden en kinderen, iedereen was uitgenodigd. De laatste twee jaar hadden mijnheer en madame wegens omstandigheden forfait moeten geven. Maar dit jaar waren ze nog eens van de partij.
Het personeelsfeest was, naar jaarlijkse gewoonte, super verzorgd. Aperitiefje bij het binnenkomen, bloemen voor de dames, een flesje wijn voor de heren, koude en warme hapjes en een diner om u tegen te zeggen. Naast springkasteel en speeltuigen waren er voor de kinderen clowns, grimeurs, en ballonartiesten. Maar ook de volwassenen werden vergast op een attractie: een vermakelijkheid waar madame paf bij stond
Buiten stond een heuse ijscokar. Iedereen kon er een ijsje halen. De meesten haalden ook een ijsje, al was het maar om Hassan de ijscoman, bezig te zien. Wie een ijsje bestelde werd in de maling genomen. Hassan goochelde nl. met de ijsjes. Hij schepte het ijs met een lange staaf en kwakte het bovenop een stapel ijshorentjes. Wat daarna gebeurde was onvoorspelbaar en ging zo verrassend snel dat je mond er van open viel. Met de staaf, die op het ijs plakte, reikte hij het horentje aan de klant aan. Maar als die het ijsje wou pakken, zwaaide Hassan de staaf even tegen de bel van de ijscokar en bood meteen daarop het ijsje terug aan. Wie het dan wou pakken was de klos want het horentje was verdwenen, alleen het bolletje ijs hing nog er nog aan. De volgende klant kreeg dan weer wel een horentje mét ijs in handen, maar moest meteen daarop vaststellen dat het ijs verdwenen was. Hassan schudde nog andere vingervlugge pesterijtjes uit zijn mouw, maar het allemaal ging zo snel dat madame niet kon volgen. Ze heeft er een kwartier geamuseerd en met kinderlijke verbazing op staan kijken.
Na het diner volgde een dansfeest. Madame dacht er die avond eens in te vliegen. Maar mijnheer had de vorige nacht weinig geslapen en snakte naar zijn bed. Liefhebbend volgde madame haar man. Volgende jaar is er immers weer een personeelsfeest. En dan is mijnheer misschien wel uitgeslapen.
Het was weer zover. Madame moest naar de kapper. Haar bijna halflang haar met muizengrijze uitgroei slodderde naar alle windstreken. Ze had al geprobeerd om het met een stel antieke kammetjes in toom te houden, maar daarmee was ze hooguit een kwartier netjes. Daarna transfigureerde de boel weer tot verwaaide hooiopper. Gezien het vorig kappersdebacle (zie blog kutkapper dd 20 maart) had ze zich voorgenomen om deze keer klaar, duidelijk en kordaat uit te leggen hoe het resultaat moest zijn.
Ze camoufleerde haar ontevredenheid van vorige keer met: ik had graag advies. Daarmee kreeg ze de gelegenheid om uit te leggen hoe ze haar kapsel wou. Ze zei: ik wil deze keer enkel de twee kleuren van een gevlekte hyena en geen lapjeskatpalet zoals de vorige keer. Dat sloeg in. Het verwachte kapsel beschreef ze als volgt: Ik wil nu eens geen junkkapsel maar een klassiek kopje, met propere façade, het haar soepel achter de oren en van achter een beetje bouclé. Ze trokken grote ogen, de meester-kappers. Maar klantvriendelijk als ze zijn, waren ze het er beiden volmondig mee eens: daar zou madame heel mooi mee zijn.
Wat de kleur betreft, zijn de figaros er in geslaagd om de tinten van de Crocuta crocuta te evenaren. Madame kon er op zn hyenas mee lachen. t Was wel wat donker uitgevallen, maar het beviel haar. Het kapsel zelf voldeed perfect aan haar wensen. Eindelijk kon ze nog eens nog eens genoegzaam in de spiegel kijken. De dame van de spiegeling was eindelijk weer iemand die blij was met haar look.
Op 1 mei is het een particuliere traditie om Ma en Zus te bezoeken. Dan overhandigen mijnheer en madame hen een boeketje meiklokjes. Volgens de overlevering brengen meiklokjes de ontvanger geluk. En wat is er leuker dan met geluk trakteren? Voor Ma betekende het dit jaar tegelijk gelukwensen met je nieuwe woonst. Eind maart was ze verhuisd naar een serviceflat. Mijnheer en madame waren er shame oh shame sedertdien nog niet geweest.
Mas nieuwe adres bereiken verliep niet zonder hindernissen. Ze woont nu in het midden van de stad. Met een GPS is dat normaliter geen probleem. Maar als de hele stadskern voor een wedloop met dranghekken afgesloten is, zegt de GPS tot vervloekens toe: Keer om! Keer om! Maar hoe mijnheer en madame ook keerden en draaiden, nergens was een sluipweg te vinden. Er zat dus niets anders op dan een kilometertje te voet te lopen.
De serviceflat van Ma is een gezellig, ruim en licht appartementje, voorlopig met zicht op een braakliggende grond. Maar dat wordt nog een tuin. Het is er heel wat prettiger wonen dan op haar vorig adres. Ma voelt er zich ook goed. En dat is het belangrijkste.
Na een gezellige babbel togen Ma, mijnheer en madame, doorheen de massa wedloopsupporters, te voet naar Zus en van daar met de auto naar een restaurant met verwarmd buitenzitje. Het was er zalig vertoeven. Het eten was er gastronomisch lekker en het gezelschap uitbundig. Het spetterde anekdotes, woordspelingen en steken onder water. Een happening waar madame met volle teugen van genoot. Temeer omdat de wijn een gerenommeerde Bourgogne was.
De werkzaamheden in de tuin gaan nog steeds door. Madame vatte de strijd aan met de uit de kluiten gewassen laurierstruiken. Mijnheer maakte werk van een nieuw tuinpoortje wat uiteindelijk een scenario werd dat voor In de gloria kon dienen.
Het nieuw tuinpoortje zou vooraan tussen carport en zijgevel komen, daar waar een verwilderde struik een bestaand stukje omheining omver duwde. Mijnheer zwoegde zich in het zweet om de struik te verwijderen. Dan mat en paste hij het poortje en vees de scharnieren aan de carport vast. Restte enkel nog een steunpaal in de grond te heien. Toen dabde mijnheer in het (weinige) haar. In de grond, krek op de plaats waar de steunpaal moest komen, liep een afwateringsbuis. Hij KON daar geen paal zetten. Madame werd erbij geroepen. Gedeelde besluiteloosheid is halve besluiteloosheid. En als je dat poortje nu eens daar hangt? zei madame tenslotte. Ze wees naar een doorgang tussen voorgevel en carport. Ja, dat zou kunnen zei mijnheer. En weer mat en paste hij het poortje, vees de scharnieren terug los en bevestigde ze verderop aan de carport. Tussendoor braken nog vijzen af, was een paal te lang, maar dat terzijde. Na enkele uren kwam le moment suprême: mijnheer hing het poortje in de hengsels. En het paste! Het paste wonderwel! Madame juichte te vroeg. Toen mijnheer het poortje opendeed, blokkeerde het na 75° draaien tegen de carport. F#*@, Sh#§, en diets meer. Nu ja, driemaal is scheepsrecht. Het nieuwe poortje hangt er nu en draait perfect 90° open.
Gisteravond, tijdens het wandelingetje met Woefke, kwam madame buurman Antoine tegen. Daar kwam, zoals steeds als je Antoine ontmoet, een gezellige babbel van. Na enkele interessante koetjes en kalfjes kwam het onderwerp van het gesprek bij de hypochondrische buurvrouw terecht, degene die iets tegen barbecues heeft (zie blog een dagje ouder van 24 april). Die kenau is al tientallen jaren de SS-er van de buurt en is blijkbaar met de jaren geen haar op gebeterd. Antoine vertelde:
Vroeger belde ze dagelijks naar de politie. Tot de politie het beu was en zich niet meer wou verplaatsen als zij belde. Als ik vroeger met de vrachtwagen thuis kwam en er vanalles uit laadde, om er - met medeweten van mijn baas - aan te werken, belde ze mijn baas. Nu belt ze minder. Nu neemt ze fotos. Drie weken geleden werden hier stenen geleverd, voor mijn nieuwe oprit. Daar heeft ze fotos van gemaakt. Mensen komen bij mij iets lenen, daar maakt ze er fotos van. Parkeer ik mijn auto tegenover haar oprit, maar wel aan mijn kant van de straat, zet ze tien minuten later ook haar auto buiten, aan haar kant van de straat tegenover mijn oprit. Niets waar ze tegendraads kan op reageren ontsnapt aan haar oog. De straat is van haar. Zij bepaalt wat niet mag. Autos mogen van haar niet op straat parkeren. Alles wat volgens haar zwartwerk zou kunnen zijn, fotografeert ze. Weet je dat vroeger de buren uit de ganse straat op het punt gestaan hebben om samen te leggen en haar huis te kopen, zodat we er vanaf zouden zijn? Dat is toen spijtig genoeg niet kunnen doorgaan. Intussen zijn we haar pesterijen gewend. We laten ze in haar eigen vet koken. Het stoort ons niet meer.
Madame moest er om lachen. Ze herinnerde zich een lollig voorval van enkele zomers geleden. Op het gazon van de kenau, pal aan de straat, zag ze glazen confituurpotje staan, met een briefje er bij: gelieve hier uw peukjes in te werpen. Grinnikend ging madame toen naar huis, nam een plastic zakje en maakte er alle in asbakken leeg. Wat ga je doen? vroeg mijnheer. Ah! zei madame ik ga een beleefde vraag van de buurvrouw beantwoorden. Ze vraagt nl. om alle peukjes in haar confituurpotje te willen gooien. t Is een kleine moeite. Madame wachtte wel valavond af. Die practical joke haalde ze liefst ongemerkt uit. Ze heeft haar grap evenwel niet kunnen uitvoeren. Toen ze er met haar peukjes aankwam, was het potje weg.
De twee klimrekken (een voor de wisteria en een voor de clematis) van licht hardhout contrasteerden mooi met de donkere tuinmuur. De tuin leek ineens veel speelser. Tot mijnheer thuis kwam. Die dingen moeten geschilderd worden zei hij, anders verrotten ze. Madame kreeg een wee gevoel in haar maag. Schilderen!? Zon kruiselings verbonden latten?! Ooit had ze een houten pergola met fijn lattenweefwerk tot tweemaal toe gegrondverfd. Toen de pergola uiteindelijk verrot was wegens min of meer bewuste verwaarlozing slaakte ze een snode zucht. Die rotklus hoefde ze nooit meer te doen!
Niet in haar beste hum, omdat ze toch weer zon vermaledijd lattenwerk moest schilderen, haalde ze vanmorgen verf en borstel boven. Aanvankelijk wou ze de rekken een lichte kleur geven. Maar mijnheer opperde: Waarom? Dat wordt toch groen! Daar had hij een punt. Ze opteerde dan maar voor het restant ebbenhoutkleurig vernis van de ramen en deuren. Die beschermvernis smeerde nogal goed. En smeren deed het! Zowel op de latjes, die verdomd dunne randjes hebben en om de 10 cm onder een andere lat wegduiken, als op de kranten die er onder lagen als op madames handen en armen. t Was één grote smeerboel! Drie volle uren heeft ze gekliederd en gesakkerd op dat stom latwerk tot uiteindelijk de klimrekken vlekkerig bruin glommen en zijzelf plakte.
Rotklus geklaard. Mijnheer heeft de klimrekken gemonteerd. Nu is het wachten op de oogverblindende bloemen die zich wellustig om de weersbestendige klimrekken zullen kronkelen.
Madame had voor haar verjaardag van mijnheer een royale cadeaucheque gekregen die ze kon uitgeven in een plantencentrum. En zoiets laat ze niet beschimmelen! De tuin kan trouwens nog veel plantjes gebruiken. Ze kocht deze keer wel meer praktische dingen, zoals rasters voor klimplanten, onkruidverdelger, een zak turf, bodembedekkers. Maar ze hield wel het budget in t oog. Want deze keer zou ze een lang gekoesterde droom waar maken. Madame heeft nl. een zwak voor weelderig tierende klimplanten. En in haar ogen is blauwe regen (wisteria) de koningin van de klimplanten. Eindelijk waagde ze het om een wisteria te kopen.
Gepantserd met factor 20 trok ze de tuin in. De eucalyptus moest ook nog geplant worden. Daar begon ze mee. De wisteria hield ze als toetje. Voor de eucalyptus moest eerst gras verwijderd worden en een diep gat gegraven. Dat gat moest ze opvullen met een mengeling van turf en de uitgegraven grond. Jongens, was dat korvee! Dat eucalyptus goed was tegen verkoudheden was nu al duidelijk. Madame heeft bij het planten alle rinovirussen uitgezweet. Maar hij staat er: apetrots en pronkerig. Laat nu de koalabeertjes maar komen!
Toen alle andere tuinklussen geklaard waren, zocht madame met veel liefde een plekje uit voor de wisteria. Ze koos een plaats die ze vanuit het keukenraam kon zien, zodat ze zowel binnen als buiten van de bloemenweelde kan genieten. Mama mia! Blauwe regen! Eerlang bloeit er blauwe regen in de tuin!
In de tijd toen madame alles alleen moest beredderen, sakkerde ze geregeld omdat ze niet voldoende klusjesman was. Gelukkig was er toen een handige buurman die telkens paraat stond als madame in de shit zat: als de boiler plots heet water begon te sproeien, als haar auto rook spuwde, enz. Handige Harry en zijn vrouw zijn schatten van mensen. En ook al is door verhuizing het contact wat verwaterd, madame heeft voor hen nog steeds een speciaal plaatsje in haar hart. Vorige week kreeg ze plots de gelegenheid voor een kleine wederdienst.
Harry speelt toneel in een vereniging waar madame ooit ook meespeelde. Nu is Mme. Harry onlangs tot voorzitster van die toneelvereniging gebombardeerd, wat maakt dat ze taken toebedeeld krijgt waarvan ze geen kaas gegeten heeft. Een van die taken was: een geschikte komedie uitzoeken. En daarvoor riep ze madames hulp in. Madame sprak meteen af om vandaag samen naar de toneelbibliotheek in Hasselt te rijden. Madame was er nog al geweest en zou er Mme. Harry met plezier wegwijs maken.
Interieur en indeling van de toneelbibliotheek waren sedert madames laatste bezoek wel veranderd en verfraaid maar dankzij behulpzaam personeel én computercatalogus konden ze snel in de toneelbrochures duiken. De opdracht was: 10 komedies uitzoeken voor 4 heren en 3 dames. Om de kwaliteit van de stukken te monsteren namen ze nauwelijks de tijd. Dat moest het leescomité maar uitvissen. En was er uiteindelijk niks bruikbaars bij, Mme. Harry kende nu de weg om nog meer toneelbrochures te gaan ophalen. Binnen het uur was de klus geklaard en buiten lonkten de terrasjes.
Zalig was het! Onbezorgd terrassen en en passant een lacune van 3 jaar bijpraten. De tijd vloog ongemerkt voorbij tot het moment dat de files zich beginnen te vormen. Tijd om op te stappen. Ze verlieten Hasselt wel niet geheel feilloos. Madame heeft het nog nooit klaargespeeld om vanuit de ondergrondse parking in Hasselt linea recta op de autosnelweg te geraken. Maar ze kwamen er. De verwachte files bleven uit en dus kon er ten huize Mme. Harry nog een nababbel bij koffie en koekjes af. Harry. Handige Harry was inmiddels ook thuis. Die bezige dar was die namiddag bij zijn dochter een nieuw terras gaan leggen.
De vriendschap is hernieuwd. Er zijn beloftes gedaan om geregelder contact te hebben. Loze beloftes? Nee, nee. Sedert vorige maand is Mme. Harry een prille internetster. En net zoals madame destijds op de hulp van handige Harry hulp mocht rekenen, zal Mme. Harry nu op madames hulp mogen rekenen.
Plots was het zo ver. Plots werd madame van alle kanten gelukgewenst voor haar 63ste verjaardag. Ze had helemaal niet naar die verjaardag toegeleefd, wél naar de barbecue die te ze die dag op touw gezet had. Daarmee werd niet alleen haar verjaardag gevierd, tegelijk kreeg ook mijnheer verjaardagswensen en -cadeautjes. Hij werd 61 toen hij, laagvliegend met de auto, samen met madame van Polen huiswaarts keerde. Niet bepaald een feestelijke situatie. Maar dat werd gisteren goedgemaakt. Toen was het feest in duplo.
De hele bende was er: ET, Miek, Cook, Knoopke, Joost, Draakje, Simon, Kwik en Flupke. Alhoewel een fris briesje de warme zonnestralen iets te veel temperde, was het aangenaam vertoeven op het terras. Vooral omdat er af en toe aan lichaamsbeweging gedaan werd. Iedereen wou wel eens een matchke pingpong spelen. En Kwik en Flupke hadden o.a. dolle pret met zeepbellen blazen. De jarigen werden met cadeautjes overladen (waarvoor nogmaals hartelijk dank, jongelui!) Stuk voor stuk verrassende en originele cadeautjes. ET spande evenwel letterlijk en figuurlijk de kroon. Omdat madame in de tuin druk doende was, had hij voor haar twee tuinplanten bij: een sinaasappelboompje en een eucalyptusboom die zo maar eventjes 25m hoog kan worden! Madame was er dolblij mee maar moest toch even slikken! Waar in de tuin kon ze zon huizenhoge woudreus kwijt?! Geen nood! Vanmiddag hield ze daarover met mijnheer een crisisvergadering en na een kwartiertje was de plantplaats bepaald. Het wordt een schitterend zicht!
Het werd een gezellige familiale bedoening. Er was slechts een kleine obstructie: de buurvrouw. Verscheidene jaren had de buurvrouw zich op de vlakte gehouden, maar gisteren kwam ze nog eens uit haar pijp. Ze telefoneerde, wou mijnheer spreken. Ze eiste dat mijnheer de barbecue - die nog niet brandde en op drie meter van de scheidingsmuur stond - op een andere plaats zette. Van waar hij nu stond zou de rook in haar slaapkamer binnen dringen. Mijnheer merkte op dat haar slaapkamervensters gesloten waren en dat de wind uit een andere hoek kwam. Hij zag geen enkele reden om de barbecue te verplaatsen. Buurvrouw werd kribbig: ja maar ik ben bang van vuur en dat is gevaarlijk en die rook is hinderlijk. Maar mijnheer hield voet bij stuk: de barbecue bleef staan waar hij stond. Waarop buurvrouw dreigde: awel, dan plant ik aan mijn kant hoge bomen, dan hebben jullie geen licht meer. Né na! Tja, ze bestaan nog, buren die er op gebrand zijn om roet in het eten te gooien. Gelukkig is de bende van madame immuun voor kenaus.
Toen het allengs donker werd en killer, trok de troep binnenhuis. Daar hebben ze nog tot laat in de avond gezelschapsspellen gespeeld. En zo werd iedereen ongemerkt een dagje ouder.
Een paar jaar geleden opperde madame dat ze in de living liever glasgordijnen zou zien dan die beige zonwerende paneelgordijnen. Mijnheer stelde zich ontvankelijk op en liet madame gordijnenwinkels afschuimen. Het werd een lange speurtocht. Want het mochten geen klassieke glasgordijnen worden. Daarvoor was het interieur te modern. Op zekere dag viel haar oog op Chinese paneelgordijnen: verticale panelen glasgordijn van ongeveer 40cm breed met horizontaal latjes in verwerkt. Ze was er op slag verliefd op en sprak er met mijnheer over. Hij was niet laaiend enthousiast maar legde zich bij madames keuze neer.
Madame is niet iemand die impulsief koopt. Weken, maanden bleef ze dromen van die Chinese glasgordijnen en afwegen of ze wel degelijk tot een mooier en gezelliger interieur zouden bijdragen. Het ging tenslotte om een aanzienlijk kapitaal. Tot vorige maand, toen was voor haar de kogel door de kerk: ze zou die Chinese louver drapes gaan bestellen. Miek en Cook waren die avond op bezoek en madame vertelde over de komende vernieuwing. Mijnheer zei: Ik ben er eigenlijk niet voor te vinden, maar je doet maar.
Gordijnen kopen zonder mijnheers instemming? Nee. Dan mag ze nog zo vrijgevochten zijn, dat doet ze niet. Ze lag er wel niet de hele nacht van wakker, maar het hield wel geruimte tijd haar gedachten bezig. De avond daarop stelde ze een compromis voor: het bestaande systeem behouden (= verticale lamellen van 15 cm) maar dan in wit, doorschijnend glasgordijn. Daar kon mijnheer zich in vinden. Dat liet ze niet meer koud worden. De dag nadien ging ze de bestelling plaatsen.
De glasgordijnen lamellen zijn vandaag toegekomen. Madame wachtte geen moment om ze op te hangen. Ze werkte zonder opzien; wou het geheel pas zien als alle lamellen opgehangen waren. Toen kwam le moment suprême: het moment dat ze van op afstand het effect van de gordijnen wou monsteren. Het was alsof ze plots voor een authentieke Rubens stond: zo intens genoot ze. Het was op zn Eddy Wallys: gezegd: fantastisch, geweldig en waaw!Dat gefilterd licht, die floue tuin, dat verzacht interieur madame was zo zielsblij als een kleuter met de klokken van Rome. En als kers op de taart: mijnheer vond het ook mooi.
Ze ging vanmorgen met de rapte de zwenkparasol ineen steken. Slechts 5 vijzen, daar draait madame haar hand niet voor om. Het montageplan was wel van Ikea-duidelijkheid, maar dat zou wel lukken.
Voet en staander met vier vijzen aan mekaar vastmaken was in een wip geflikt. Dan moest de parasol in zijn geheel over de staander geschoven en vast gevezen worden. Nog steeds geen enkel probleem. Maar daarna begon het circus. Hold crank F with one hand, move plastic part H to Point E with another to fasten umbrella. Probeer dat koeterengels maar eens te begrijpen! En de tekening die er naast stond, was al even duidelijk. Dan maar op het gevoel gewerkt. Madame duwde crank F omhoog en plots begon de parasol zijn vleugels te spreiden, terwijl dat volgens het plan pas de volgende stap was. Tegelijkertijd dreigde de hele santenkraam om te vallen. Daar stond ze dan die reuzenvleermuis in evenwicht te houden. Ze draaide nog eens aan een wieltje met als gevolg dat de parasol nog verder open ging. Wat nu? Zo blijven staan tot mijnheer thuis kwam, lag nogal moeilijk. Die was voor twee dagen op teambuilding. Ze moest iets verzinnen. Het enige dat ze kon doen was die parasol uit de houder liften, op de grond leggen en dan uitzoeken hoe het mechanisme werkte. Ze schroefde, trok en zwoegde tot het spul op de grond lag. Het zeildoek, met een middellijn van ongeveer 3 meter, bedekte het hele terras. Zo kon ze verdomme nergens aan! Ze ijsbeerde een paar keer rond die platte parasol en besloot toen hem terug in de staander te hijsen. Ze trok en tilde het gevaarte uit zijn horizontale positie. Het was alsof ze Nessie uit zijn Loch opviste zo zwaar. Ze beefde van t kracht zetten en na enkele mislukte pogingen slaagde ze er uiteindelijk in om de paal terug in de houder te mikken. Handmatig de baleinen samen persen lukte niet. Er restte niets meer dan wat met het zwengeltje te spelen. En kijk, op een zeker moment verslapte de parasol. Snel greep ze een koord, snoerde de parasol vast en siste: Gedaan met je foefjes! Jij blijft dicht!
Toch gaf ze niet op. Die parasol moest en zou functioneren. Ze testte diverse keren het zwengeltje uit en kwam tenslotte tot de constatatie dat het hele gevaarte aan een dun koordje wiebelde. Dat zat volgens haar vrouwelijke logica niet pluis. En inderdaad, toen ze dat bakbeest nog eens neerhaalde in gesloten toestand deze keer merkte ze dat de top van de parasol in een houder moest geklikt worden. Dat stond nochtans niet op het montageplan!!!
De slapstick madames gevecht met de zwenkparasol heeft 2,5 uur geduurd. Indien gefilmd, versneld afgedraaid en begeleid met tingeltangel zou men zweren dat het een Buster Keaton film was.
Eeuwen lang zijn lelieblanke maagden bezongen geweest als ultieme schoonheden. Tegenwoordig noemt men hen bleekscheten. Madame is zo een van dat wit kaliber. Met als gevolg dat 10 min. blootstelling aan de zon volstaan om haar gekookte-kreeftenrood te kleuren. Ze houdt ontzettend veel van licht en zonneschijn; ze kan er enorm van genieten, maar dan wel van uit een beschaduwd plekje. In de tuin zit ze dan ook steevast onder de notenbomen of onder de parasol. De huidige parasol dateert evenwel nog uit de jaren stillekes. Je weet wel, zon lullig ding dat enkel recht blijft in een tafel met in 't midden een vagina. Om onder die parasol, die qua oppervlakte niet meer is dan een paraplu in t kwadraad, de zon te blijven ontwijken, moet madame voortdurend de stoelendans doen. (Ole Galilei!) Maar aan al die ongemakken komt nu een einde. Madame heeft vanavond van Broer en Schoonzus een grote zwenkparasol gekregen. Vanaf morgen kan ze op een en dezelfde tuinstoel in de schaduw blijven zitten met een huid zo lelieblank als teer velijn.
Vraagstuk: De afstand van de woning van Broer en Schoonzus tot aan de woning van madame is 25 km. Broer vertrekt te voet om 10u en stapt tegen een gemiddelde snelheid van 6 km per uur. Onderweg picknickt hij. Schoonzus vertrekt met de auto om 13u20 en houdt zich aan de snelheidsregels. Wie arriveerde eerst? (Voor de oplossing klik hier)
Schoonzus moest wel met de auto komen. Ze had voor mijnheer en madame verjaardagscadeautjes bij. Broer zou nogal gepuft hebben moest hij ze te voet meegebracht hebben. Madame kreeg nl. een hortensia en mijnheer een weigela. Madame was ontzettend blij met die twee mooie aanwinsten voor de tuin. s Avonds gaf ze hen meteen een zonnige staanplaats.
Het werd een gezellige babbelnamiddag waarbij de weetjes over de familie geüpdatet werden. Zo van: Moesje verhuist eind juni, tante zus is geopereerd, neef zo is nog eens terug naar Mexico geweest, enz. Allemaal schijnbaar triviale nieuwtjes maar toch wetenswaard omdat het bloed kruipt waar het niet gaan kan.
Nog eens bedankt voor de bloemen, Broer en Schoonzus. Ook vanwege mijnheer. Hij vond het bijzonder attent.
Gisteren, meteen na het ochtendgloren, begon madame het terras te hogedrukreinigen. Heerlijk was het, zon hele voormiddag in het zonnetje kledderen met water en van onder het vuil blank beton te voorschijn toveren. Het slijk spatte daarbij op zodat ze er uiteindelijk als een vieze mud-woman uitzag en zelf aan afspuiten toe was. Maar dat hoorde er bij. Geef kinderen en/of madames die nog kinderlijk kunnen genieten zand en water en ze amuseren zich kostelijk.
s Avonds werd het blanke terras ingehuldigd met een zalige maaltijd, waar madame haar ziel zou voor verkopen: du pain, du vin et du ...
Het begon vorige dinsdag. Toen mijnheer en madame die dag opstonden, lag het huis vol schuimige, slijmerige plasjes. Wel twintig! t Was braaksel van Woefke, dat was duidelijk. Maar zoveel en zo schuimend? Madame belde meteen de dierenarts. Die was helaas op ronde en dus legde madame het maar uit tegen de vrouw van de dierenarts. Die vermoedde dat het om wormen ging en suggereerde om Woefke te ontwormen en mocht dat niet helpen, vanavond was de dierenarts thuis. Woefke kreeg daarop onmiddellijk een ontwormingsmiddel toegediend. En dan werd het afwachten.
Alles verliep goed die dag. Woefke leek zich normaal te gedragen. Tot s anderendaags s morgens. Toen lagen er weer schuimplasjes. Wel veel minder dan de dag voordien. Hetzelfde scenario herhaalde zich dag op dag, telkens met minder plasjes. Maar vrijdagmorgen werd madame toch ongerust. Ontwormen kon toch zo lang niet duren!
Gisteravond stelde de dierenarts bij Woefke een maag- en darmontsteking vast. Hoogstwaarschijnlijk een meegebracht virus uit het woefkeshotel. Woefke kreeg meteen twee injecties, moet voor de maaltijd Primperan slikken en verder gedurende 10 dagen antibiotica nemen.
Diezelfde avond beleefden mijnheer en madame met Woefke nog bangelijke uren. Eenmaal thuis was ze onrustig en dizzy, alsof ze een halve fles whisky én zes blikjes Redbull leeggelebberd had. Ze nestelde zich in de zetel, sprong er 20 seconden later uit, legde zich op de vloer, stond na daarop weer op, deed een toer rond de living, ging weer liggen, stond op, liep buiten, kwam binnen, liep achterwaarts(!) terug buiten, kwam weer binnen, draaide rondjes enz, enz. Vermoedelijk een gevolg van de straffe pikuren. Maar wat het ook was, het bezorgde mijnheer en madame een klein hartje.
Vanmorgen gedroeg Woefke zich normaal. Hout vasthouden!
Is het de zon die zoveel werklust opwekt of heeft madame in Polen een fitvirus opgedaan? In ieder geval, ze is niet meer te stuiten. De godganse dag werkt ze als een paard. Ze loopt de benen vanonder haar lijf tot ze s avonds geen peup meer kan zeggen. Ze heeft haar zinnen gezet op een nette tuin en een bloemrijk terras. En wie haar kent, weet het: als ze iets in haar kop heeft, heeft ze het niet in haar staart. Ze heeft de gemetste plantenbak van het dakterras (circa 6 lopende meter!) een grote schoonmaakbeurt gegeven en klaar gemaakt voor nieuwe beplanting. Die bak grondig uitmesten was een titanenwerk, maar wel nodig. Allerhande zaadjes die vogeltjes aangebracht hadden, waren er wortel geschoten en uit de kluiten gewassen boompjes geworden. Het leek wel of er een bos op het dak aan t groeien was. En dan, nu haar vingernagels toch pekzwart zagen, nam ze het benedenterras onder handen. Ze toog naar de bloemenwinkel en bracht een koffer vol plantjes mee: geraniums, clematis, blauwe druifjes en diets meer. Vandaag potte en plantte ze tot voortuinperkje en gelijkvloersterras er fleurig uitzagen. Zelf zag ze er minder fleurig uit: zo zwart als een pot en bekaf. Ze had het gevoel dat haar benen tot aan haar knieën afgesleten waren. Maar als ze na een diep reinigende douche vanuit een luilekkere tuinzetel het terras overkeek, was ze in de zevende hemel. Toen mijnheer thuis kwam stond er romige courgettesoep te dampen op de tuintafel. Buiten eten, in een bloemrijke omgeving: oergezellig en de kroon op het werk!
Dat ze enkele dagen geleden de zoutmijn van Wieliczka gemist hadden, zat mijnheer en madame niet lekker. Op de terugweg besloten ze in de buurt van Krakow beter uit hun doppen te kijken. Madame zocht met spiedend oog naar alle borden met enige verwijzing naar sel, salt, saltz tot ze plots een bord zag met de letters Kopalnia Soli. Ze volgden de pijlen en na tien minuten zigzaggen, bereikten ze de zoutmijn.
De zoutmijn bezoeken vergde een goede fysieke conditie. Het begon al met een trap afdalen van om en nabij de 350 treden. Daarna leidde de gids zijn volgelingen door gangen, op trappen, in grotten, langs meertjes, op nog meer trappen, in onderaardse kapellen, kerken en zelfs in een restaurant. Naast aanschouwelijke voorstellingen over hoe het zout gekapt en vervoerd werd, waren er verrassend mooie beeldhouwwerken in zout te zien. De gigantisch grote onderaardse kerk waar nog iedere dag de mis gelezen werd - was het meest wonderlijke. (zie foto) Zoals in heel de mijn was er alles van zout: het altaar, de vloer, de kristallen luchters Bovendien was alles door mijnwerkershanden gecreëerd. Alleen mijnwerkers mochten/mogen er hun creativiteit botvieren. De achterwand van de ondergrondse kerk is nog niet afgewerkt. Die wacht nog op een kunstzinnige mijnwerker.
Na 2uur ronddwalen in de zoutmijn verlangden mijnheer en madame naar de openlucht. Om terug aan de oppervlakte te geraken was er gelukkig een lift. Nu ja, gelukkig Het was de oorspronkelijke mijnwerkerslift, met getraliede ijzeren bakken van vier verdiepingen. Was de eerste bak nokvol toeristen gestouwd, schokte de lift twee meter hoger en werd de volgende bak geladen. En dan ging het omhoog, kriepend en krakend. Madame kneep ze behoorlijk. Toch was het bezoek de moeite waard.
Ze zouden nog naar Praag rijden. Maar mijnheer en madame hadden geen goesting meer om zonder landkaart, met een GPS die weinig van zeggen was, via rotwegen naar Tsjechië te rijden. Ze hadden hun buik vol van banen met twee baanvakken met meer dan 10cm diepe spoorvorming, putten in de weg, en last but nog least van de ettelijke wegenwerken. In Polen waren gemiddeld om de 10 km wegenwerken aan de gang. Als ze nog een keer in Polen overnachtten, konden ze s anderendaags op comfortabele Duitse autostrades rijden en misschien die dag thuis geraken.
Ze vonden een motel in de buurt van Legnica: het compleet tegengestelde van het luxe hotel in Dresden. Op de kamer stonden twee britsen met lakens die net tot aan het hoofdkussen reikten; op de badkamer (met lavabo weliswaar) slechts één toiletartikel, nl. een plat geknepen bus handzeep. Enne madame heeft het niet tegen mijnheer gezegd, maar s morgens heeft ze in de badkamer een kakkerlak platgedrukt. Nu ja, het was maar voor een nachtje en het ontbijt was verzorgd en lekker. En de rekening viel mee (145 zlotis = ongeveer 37 euro).
Van Legnica naar huis was nog ongeveer 1000 km. Maar omdat op de Duitse autostrades weinig snelheidsbeperkingen zijn, waren mijnheer en madame nog voor het donker thuis. En hier eindigt de Poolse story. Inmiddels zijn mijnheer en madame het dagelijks leven weer gewend, al zinderen de herinneringen nog na.
Simon – partner van Draakje Kwik - 1° zoontje van Simon Flupke - 2° zoontje van Simon
Meer familie Ma - moeder van mijnheer Bomma - schoonmoeder van mijnheer Broer - broer van madame Schoonzus - vrouw van Broer Directrice - 1° dochter van Broer en Schoonzus Moesje - 2° dochter van Broer en Schoonzus de Soep - zoon van Broer en Schoonzus
Cousine - 1° dochter van tante van madame
Medemensen
Polska – interieurverzorgster Jetje - tof blogmaatje Antoine - buurman, man van Maria Maria - buurvrouw, vrouw van Antoine
Tuinsmurf - de tuinman Ray - vriend regisseur
Beestenboel
Woefke – hond van mijnheer en madame Sloeber - Berner Sennen van Knoopke en Joost Stripke - Kat van Draakje