Beste lezer, Commissaris Volbloed geniet nu van een welverdiende lange vakantie. Ondertussen schrijf ik verder aan de verhalen van zijn collega commissaris Punaise. Die zit op een ingewikkelde en zeer verdachte zaak. Met Herman Brusselmans in slechte papieren. Toch een voorspoedig 2009 gewenst. Jules Naemelucs
Thriller met en over Herman Brusselmans Spannende belevenissen van Herman Brusselmans en zijn vrouw Tania
04-12-2008
Volbloed Episode 75 Losgeld
Volbloed Episode 75 Losgeld
Als Volbloed en Colombo bij de gehavende Bontekoe aankomen merken ze pas hoe erg de man eraan toe is. 'Bontekoe, man toch, wat overkwam je?' Dit is het enige wat over hun lippen komt. Bontekoe zijn aangezicht is erg gezwollen en de man zegt nauwelijks iets. 'Biskum, Biskum,' is het enige verstaanbaars wat Volbloed kan opmaken uit zijn gebrabbel. Colombo heeft ondertussen een ambulance opgeroepen. Bontekoe, verward als wat, schijnt hen niet te herkennen en wordt naar het lokale hospitaal overgebracht en met de nodige zorgen omringd. 'Er zal bewaking zijn,' resumeert Colombo. 'Er is duidelijk wat aan de hand met hem,' zegt Volbloed in volle ernst. Diep vanbinnen ziet Volbloed het niet meer zitten en hij is verbaasd over zijn eigen gebrek aan koelbloedigheid. Zijn Sabine is zowat het belangrijkste in zijn leven. Een lichte paniek overvalt hem. Ergens is hij blij dat ook Brigitte bij Sabine is, althans daar gaat hij van uit. Volbloed wilde er niet aan denken wat hen kon overkomen. Zijn hersenen draaiden op volle toeren. 'Commissaris, ik heb goed nieuws.' meldde Colombo die aan één stuk door belde met zijn baas. De lokale rechercheur had de laatste dagen dingen meegemaakt die hem de kriebels bezorgden. 'Uw medewerkers arriveren nog vandaag. Ons luchthaventje wordt in gereedheid gebracht om uw C130 te laten landen. Weinig overschot op de landingsbaan is er, maar uw minister van landsverdediging, de heer Clem, heeft beloofd zijn beste legerpiloot te sturen.' 'Wie wordt er verwacht, Colombo?' 'Een zekere Bonnen, een genaamde Pikkel en een Machteld, vriend.' Colombo die echt Colombo heet (de schrijver kan daar ook niets aan verhelpen) somt dit alles op, terwijl hij aandachtig naar een stukje papier kijkt dat een medewerker hem in de hand stopte. 'Ik kan ook melden dat de CIA besloten heeft om de schuilplaats van de verraderlijke Flo te bombarderen. Die schuilplaats zou opgespoord zijn dankzij het speciale duikerspak van Bontekoe.' Weer krijgt Colombo een telefoonoproep. 'Hallo, met wie? Haha, meneer de premier van België, hoe maakt u het?' Even stilte. 'Met mij niets goed, meneer Term,' klaagt Colombo. 'Wat zegt u me nu? Losgeld gevraagd voor mevrouw Sabine Volbloed en voor juffrouw Brigitte Pijpen? Hoeveel zegt u? Een niet te betalen bedrag voor de Belgische staat met zijn lege schatkist? Hoeveel dan, meneer Term?' 'Zoveel!' 'Krieescht, kroetsch,' is al wat Colombo nog hoort. Dan valt de verbinding uit. 'Zijn ze gegijzeld?' fluistert een bedroefde Volbloed. 'Ik vrees van wel,' is al wat Colombo kan uitbrengen.