Beste lezer, Commissaris Volbloed geniet nu van een welverdiende lange vakantie. Ondertussen schrijf ik verder aan de verhalen van zijn collega commissaris Punaise. Die zit op een ingewikkelde en zeer verdachte zaak. Met Herman Brusselmans in slechte papieren. Toch een voorspoedig 2009 gewenst. Jules Naemelucs
Thriller met en over Herman Brusselmans Spannende belevenissen van Herman Brusselmans en zijn vrouw Tania
01-11-2008
Mail van Pastoor Jozef Bonte
Beste lezer. Ik kreeg een vreemde mail van een pastoor die blijkbaar lang geleden nog verliefd geweest is op Tania of Patricia, de huidige vrouw van Herman Brusselmans. Ik wil u die mail niet onthouden, ofschoon de inhoud wat ranzig is.
Een schrijven van Pastoor Jozef Bonte: (de man correspondeert al eens op het gastenboek van Herman Brusselmans, u moet maar eens kijken. Via Google vindt u de juiste Brusselmans site wel.)
Quote
Beste Tania/Patricia,
Ik heb uw raad opgevolgd om mijn kerk te laten vollopen. Negerkes vind ik niet in de omgeving maar ik heb het thema Halloween gebruikt in mijn huis van God en het werkte! Uit de parochiezaal pikte ik de spiegelbol en een paar kleurenspots. Verder nam ik mee: de klankinstallatie en wat platen van Madonna.
Ik heb de kerk versierd met van die heksen en veel van die spoken die ik zelf maakte volgens de instructies van www.bloggen.be/sprokkels, ge moet maar eens kijken.
Bij aanvang van de mis zaten weer mijn drie trouwe gelovigen op de eerste rij. Drie ouwe vrouwkes van in de negentig! Verder alles leeg. Toen heb ik de muziek hard laten loeien en de kleurenspots op de draaiende spiegelbol gericht. De drie vooraan zijn gillend weggespurt, alhoewel niet overdrijven, weggeschuifeld, na een half uur waren ze de kerk al uit. Ondertussen was de kerkpoort opengeduwd door een bende jeugd, scouts en gidsen en ook de socialistische vakbond die vlak over de kerk een lokaal heeft en daar aan het vergaderen was, kwam in grote getale kijken. Ik zag ook jonge koppels met kinderen binnenstormen. Die begonnen te dansen en te swingen. Het werd een echt feest. De communie en heel de eucharistieviering viel weg.
Plots zag ik toch wel Herman Brusselmans binnenkomen zeker, met één van andere triple in zijn hand. In de andere hand hielt hij Patricia vast, pardon Tania. In zag haar, liep naar haar toe en kuste haar op de mond. Herman keek wat boos maar deed niets. 'Tania' zei ik. 'Wie zijt gij?' vroeg Tania. De feeks deed of ze me niet kende. 'Maar we zijn nog ooit samen op weekend geweest naar de grotten van Han. Weet ge dat niet meer? In een piepklein tentje, wij getwee?'
Tania keek naar Herman en deed verbaasd, de commediante! Ik pakte haar terug vast, met mijn ene hand op haar kont en de andere in haar bloese. Brusselmans had dat niet graag. Hij gooide zijn pint naar het altaar, greep me vast, duwde mijn Mijter verder over mijn kop tot onder mijn kin. Ik stikte bijna. Die Brusselmans moet veel aanhangers onder de jeugd hebben, want die hadden alles gezien en een hele bende stormde op me af, sloegen me neer, sleurden de kleren van mijn lijf. 'Niet zijn onderbroek!' riep Tania naar die gasten, 'Hij heeft maar ne kleine, 't is geen zicht!' Dus lieten ze mijn slip rond mijn achterste hangen. Ze sleurden me de kerk uit naar de grote kerstboom op het plein (die kerstboom is daar wel heel vroeg vind ik trouwens, maar de burgemeester, een vrijdenker, doet dat expres om mij te pesten denk ik.)... dus naar die enorme kerstboom in mijne bijna bloten; hangen ze mij daar in die boom en binden mij daarin vast! Steken dat dat deed, al die naalden in mijn handen en mijn voeten en in mijn kont. Ik riep in paniek: 'Heer vergeef hen, want ze weten niet wat ze doen!'
Maar toen begon het pas. Iemand trok toch mijn slip naar beneden en iedereen op dat volle plein lachte luid! Ik schrompelde nog meer in mekaar en mijn pietje ook, zeker met die koude buiten. Twee graden boven nul is niet veel! In mijn kerk bleef Madonna maar doorzingen. Toen voelde ik iemand aan mijn lul zuigen, dat was achtentwintig jaar geleden zeg! Ik fluisterde : 'Patricia, zijt gij dat mijn schat?' In een wip stond hij rechtop, naar onze heer in de hemel wijzend. Ze antwoordde niet. 'Tania, zijij....t, zijij...t g....ijijij da...aaat?' kwam eruit en toen schoot ik die kerstboom vol spermawit. Vlokken langs alle kanten. Weer een ovatie van het publiek op dat plein. Maar die deerne bleef maar zuigen, tot ik een tweede salvo loste. Ik voelde mij in de hemel, met al die vleselijke heerlijkheden die ik achtentwintig jaar moest missen. Weer riep ik uit: 'Heer vergeef hen, want ze weten niet wat ze doen!' Plots voelde ik een blote buik op de mijne. Ik dacht: 'waw, waw, Tania haar naakt buikje op de mijne'. Maar toen voelde ik op mijn buik naast die van mij, nog een tweede pik hard te keer gaan. Ik kokhalsde en braakte heel die boom weer vol, deze keer met kots. Mijn Mijter die Brusselmans over mijn hoofd had geduwd, vloog door de stuwkracht als een pijl de lucht in en landde op de top van de kerstboom als een schone piek.
Toen werd ik wakker in een nat bed. Man, wat was ik blij.
Unquote
Een vreemd verhaal, niet? Zou het echt autobiografisch zijn?
1 november. Het systeem. Moeder waarom leven wij? De titel van een boek van Lode Zielens. 1 november, dag van de doden, kristelijke dag, katholieke feest? Moeder waarom leven wij? Om dood te gaan, jongen! Het hele systeem deugt niet. Heeft de echte Jezus Christus uitstaans met dat hele kristelijk gedoe? Neen, de man was een historische figuur, ging in tegen de heersende klasse van toen. Vandaag zouden we zo iemand een terrorist durven noemen. Laten we bij de vraag blijven: Moeder waarom leven wij? Ik weet het niet, niemand wellicht. Het systeem is gruwelijk. Het kan dus niet door één of andere goede god uitgevonden zijn. Die had het systeem perfect gemaakt! Het gaat boven ons petje, waarom we even leven en dan toch zo snel terug dood moeten. Gruwelijk is het, ons een bewustzijn schenken zodat we goed beseffen dat we hier zo tijdelijk zijn, zonder verder uitzicht? De scheppers moeten sadisten zijn om zo een systeem in mekaar te steken! Of emotieloze krachten die dit alles hebben doen ontstaan. Is alles evolutie en toeval? Zoals Darwin ooit predikte. Neen toch, te veel oneindige toevalligheden om tot dit bestaan te komen! In het begin was er niets. Toen schiep God hemel en aarde. Eetbaar voer voor simpele en ongeletterde mensen, niet voor denkers! Missen wij eenvoudigweg een dimensie of twee om alles hier te kunnen bevatten? Wellicht is dat de reden dat 'ons hier zijn' onbegrijpelijk blijft. 1 november. Velen zijn ons voorgegaan. Wij zullen snel volgen, onwetend. Is er iets anders voor ons weggelegd? Onze scheppers zijn gruwelijke krachten. Het systeem is op papier een juweeltje van spitsvondigheden, maar zit met haken en ogen in mekaar, zeer onvolmaakt. Had Darwin toch gelijk: het systeem moet nog verder evolueren? Zijn wij prototypes? Proefbuiswezens die steeds weggeworpen worden tot de scheppers de perfectie bereiken? Conclusie: onze scheppers hebben ook hun beperkingen. Dat ze zolang moeten experimenteren om tot iets volmaakt te komen!? Dodelijke onvolmaaktheid. 1 november. Moeder waarom leven wij? Om snel dood te gaan, mijn jongen. Speelballetjes in het niets zijn wij, ineen geknutseld door wie of wat?. Alleen de doden blijven achter. Misschien weten die meer dan wij, de levenden?
Alleen water en nog eens water tot aan de horizon. Driehonderdzestig graden in het rond. Dit is wat een vermoeide commissaris Volbloed ziet. De zee is rustig geworden. Zacht golvend water. Geen vogels te bespeuren. Volbloed concludeert meteen dat ze ver van het vasteland rondzwalpen. De commissaris zet zich neer in één van de zetels op het achterdek van de boot, een boot die stand gehouden heeft in de voorbije storm. Volbloed dankt daar de hemel voor, incluis de god van de zee, maar hij weet niet meer hoe die bij naam heet. Brigitte, de jonge commissaris, die allerlei sleutels en gereedschap in haar linkerhand houdt, kijkt naar Bitskummer in de open motorruimte van het schip. De man tracht leven in die machines te krijgen. Hij knutselde al heel zijn leven aan autos, als hobby, en hoopt zo'n marinemotor leven in te blazen. Bitskummer zeilt wat in zijn vrije tijd en heeft uitgerekend dat ze ergens aan de Khato eilanden ronddrijven. Hij heeft de zeekaarten van de kapitein bestudeerd en denkt te weten hoe land te bereiken, van zodra hij die verdomde motoren kan opstarten. De dienster die Flo heet komt even een luchtje scheppen. 'Goed gewerkt Flo,' zegt Volbloed. Het meisje heeft wat opgeruimd, braaksel weggespoeld en de kapitein, nog steeds bewusteloos, zijn diepe hoofdwonde zo goed en zo kwaad als mogelijk verzorgd. 'Frits, (want zo heet Bitskummer met zijn voornaam) kan jij niet trachten die kapotte marifoon te herstellen?' vraagt Volbloed. Vanuit het motorruim roept Bitskummer: 'Het spijt me Jules, maar daar ken ik zo goed als niets van!' 'Zonder communicatie met het vasteland of een ander schip zijn we hulpeloos.' zegt Volbloed. 'We zijn door die storm de antenne kwijt, Jules, het zou daaraan kunnen liggen,' antwoord Bitskummer. Bitskummer richt zich tot Brigitte en zegt: 'Probeer de contactsleutel nog eens, Brigitte.' 'Geen leven te bespeuren.' zegt Brigitte die blijft proberen. 'Geen leven!' Allen kijken mekaar aan en denken aan die arme lichtmatroos die overboord ging tijdens de storm en nooit meer teruggezien werd. Een vreemde stilte hangt als een zwaar deken over het gezelschap. 'Laten we wat eten en drinken, jongens,' zegt Volbloed en Flo loopt richting keuken. 'Ik haal wel wat voor iedereen, commissaris.' _____
Even recapituleren voor zij die niet meer kunnen volgen en voor de schrijver die soms de tel kwijt raakt. Hoofdcommissaris Bontekoe is opgesloten in een Chinese gevangenis. Geheim agent Dré Pikkel zit vast in een verlaten wagon van de Orient Expres, ergens in Rusland, niet ver van de gevaarlijke Tjernobyl centrale. Hij kan niet buitenkomen, met al die wilde dieren rond die wagon en de gevaarlijk straling van die kapotte centrale. Hij zit daar samen met onze minister van landsverdediging Clem, die zware diarhee heeft en met de jonge rechercheur in opleiding Snik Goet. De zwarte Special CIA Agent(e) Caran Dash toert rond in Rusland, zonder wettige papieren, ongevraagd en dus incognito, samen met de vliegende inspecteur Tom Bonnen. Ze zijn op zoek naar Bontekoe, die ontsnapt was uit het privédomein van Poetin, maar ondertussen terug ingerekend is door de Chinezen . Die Tom Bonnen won ooit veel boekenbonnen op Radio1 met een spel Midi Crimi, vandaar zijn naam, maar dit doet niet terzake. Hou dus geen rekening met deze laatste zin. Commissaris Volbloed zit met zijn jonge collega Brigitte Pijpen (haar echte naam) en het hoofd van de staatsveiligheid Frits Bitskummer genaamd, op het motoryacht van Bontekoe, midden op zee, echter totaal stuurloos en zonder mogelijkheid SOS of Pan Pan te seinen. Sabine, Volbloed's gezellin zit thuis, weet van niets en denkt dat haar schat verdwenen is. Onze premier Term heeft zijn reis naar Poetin weer uitgesteld want er was te veel storm om te helicopteren en nu is er geen spoor meer van de boot waarop Volbloed en co op hem wachtten. Machteld, ooit scriptmeisje, dan lievelingssecretaresse van Volbloed werd door Term opgeëist en werkt daar nog steeds, zij het tegen haar zin. Er zijn nog een paar tweederangspersonages die in dit verhaal voorkomen: Bart De Wever die ooit op het vijfde verdiep aan een dunne koord hing voor het raam van Volbloed zijn kantoor. Hij was daar door tegenstanders uitgehangen en deed in zijn broek van de schrik. Wie dit eigenlijk deed? Het onderzoek loopt nog, heel traag, typisch Belgisch. Prins Filip, die wel eens geintjes uithaalt met politieke figuren zoals Filip De Winter. Natuurlijk onze Albert en ons Paola, die zich zorgen maken over hun oudste. De situatie is voor een aantal personages dus tamelijk ernstig en pijnlijk. En de schrijver moet dit in goede banen leiden, een moeilijke, lastige en vervelende opdracht. Kan iemand mij wat helpen met hints en plotlijnen en dergelijke? Alvast bedankt. Alleen schrijven zonder hulp van derden is vermoeiend en bijzonder eenzaam.
Aan de pier van Blankenberge ligt een motoryacht met draaiende motoren. Dat yacht is eigendom van hoofdcommissaris Bontekoe en de geheime dienst heeft het in beslag genomen. Aan het roer staat een kapitein ter zee en in de leefruimte staat caviaar klaar en champagne. Een jonge knappe dienster en een lichtmatroos pellen verse garnalen in de keuken van het schip. Als Volbloed met de snelle politiewagen aankomt, samen met Brigitte en Bitskummer, is het al goed donker. Enkele toevallige wandelaars hangen wat rond maar een politiecordon belet hen dichterbij te komen. Volbloed en zijn begeleiders gaan onmiddellijk scheep en het motoryacht met zijn 1500 pk twinmotor kiest het ruime sop, een lange witte schuimende staart op de noordzee achterlatend. De omstaanders kijken het mooie snelle schip na, met grote ogen en bewondering en wandelen dan verder de pier af. 'Waar gaan we heen?' is het eerste wat Volbloed zegt. Hij is niet zo gek op diep en bewegend water en begrijpt niets van het hele gedoe. 'We varen naar Petersburg, chef,' zegt Brigitte. 'Wat zoeken we daar in godsnaam?' 'Een geheim gesprek met de Russen.' zegt Bitskummer. 'Maar Bontekoe zit in een Chinese gevangenis,' antwoord Volbloed terecht. 'Weet ik, maar eerst de zaak met Poetin oplossen, die zijn land grenst aan het vrije Europa, dus belangrijk! De zaak Bontekoe komt nadien.' vervolledigt Bitskummer, hoofd van de staatsveiligheid. 'Ik dacht dat de premier Term mij dringend wou zien?' zegt Volbloed verontwaardigd. 'Ja inderdaad, maar die doet nu zijn slaapje, die komt straks.' meldt Brigitte, de sexy vrouwelijke commissaris. 'Hoe geraakt die Term hier dan aan boord, midden op zee?' 'Met een legerhelicopter, de missie is geheim en moet dat blijven!' roept Bitskummer nogal luid want buiten waait het fel, met bliksemschichten, gedonder en diepzeegolven om u tegen te zeggen. 'Hier, neem een pilletje tegen de zeeziekte, chef.' Brigitte geeft haar baas en iedereen aan boord zo'n pilletje. Alleen de kapitein weigert. 'Ik wordt misselijk van pillen,' zegt hij en zet zijn automatische piloot aan. 'Kom, dames en heren, we gaan aan tafel.' en hij geeft iedereen een glas van de fijnste schuimwijn die in het westelijk halfrond te verkrijgen is. 'Waar zijn die schapen die we aan Poetin beloofd hebben?' wil Volbloed weten. 'Commissaris, premier Term heeft een beter idee. Hij gaat Poetin betalen met massa's aandelen van Belgische banken, iets dat Poetin zeker zal bevallen.' meldt Bitskummer. 'Leest die Poetin de internationale kranten dan niet?' vraagt de wijze Volbloed. 'Die aandelen zijn niets meer waard! Gaan we Poetin bedriegen of wat? Lost dat de crisis op? Is Term zot geworden? Waarom moet ik daar bij zijn?' Veel vragen tegelijk rollen uit Volbloed zijn mond. Hij wordt ook wat misselijk van al dat rollen en gewiebel van de boot. 'U moet mee om de hele deal een mooi kleedje van geloofwaardigheid te geven, chef. U staat ginds gisteren immers op de United Nations Listing als Meest Betrouwbare Rechercheur van Europa, vandaar!' zegt Brigitte, een tikkeltje fier op haar chef. 'Als ik met die waardeloze bankaandelen naar Poetin ga, zal ik rap van die lijst donderen en op een heel ander soort lijst terecht komen, die van beroemde Russische gevangenen, denk ik. Dat slik ik niet. Ik ben wel goed maar niet gek. Dat ze die Burggraaf Davignon sturen of die Maurits Lippens, die kunnen alles beter uitleggen en iedereen leugens wijsmaken, Poetin incluis. Ik doe niet mee.' zegt een kwade en lichtjes groene Volbloed en hij begint als gek garnalen te eten op de kosten van de belastingbetaler. Ik eet ze allemaal op voordat die Term hier met die helicopter aankomt, overdenkt hij en heeft binnenpretjes. 'Te veel eten is niet best met dit weer, meneer Volbloed,' zegt een bezorgde kapitein. 'Dit kan zeeziekte versnellen en u gaat zich dan zeer onwel voelen.' 'Ik voel we nu al onwel,' zegt Volbloed. 'Kan ik van hier per gsm mijn vrouw bereiken, kapitein?' 'We zijn te ver van het vasteland, sir, maar ik kan de kustwacht bereiken met de marifoon indien u wenst,' De boot is nu een speelbal van de woeste zee en kraakt in zijn voegen. Ik hoop dat Pikkel die boot van Bontekoe degelijk heeft laten herstellen na zijn crash op een baarbeker in Blankenberge denkt Volbloed. Zoniet ziet het er slecht uit. Een enorme aanstormende golf richting het motoryacht merkt de lichtmatroos, die nu aan het roer staat, te laat op. De enorme massa water dondert tegen het schip aan, dat slagzij haalt. De onfortuinlijke passagiers verliezen het evenwicht en slaan tegen alles en nog wat aan. De lichtmatroos is door de enorme knal over boord geslingerd, de kapitein wordt met zijn hoofd tegen de tafel gecatapulteerd en ligt op het tapijt, duidelijk buiten bewustzijn. Brigitte die zich aan de zetel vastgeklemd heeft vraagt vertwijfeld: 'Kapitein, waar zijn de zwemvesten en het reddingsvlot?' Maar geen antwoord. Het tapijt kleurt rood, vlak naast het slapende hoofd van de kapitein. Volbloed merkt dit als eerste op en roept: 'zoek de zwemvesten, allemaal!' Een nieuwe reuzegolf teistert de reeds manke boot en de motoren vallen uit. Stuurloos en gehavend wordt de boot van links naar rechts geslingerd terwijl het onweer op zee in volle kracht aanhoudt......
Hoofdcommissaris Volbloed zit in zijn kamerjas te genieten van een boek van Herman Brusselmans. Zijn gezellin Sabine heeft pompoensoep gemaakt en lamsgebraad, één van Volbloed's favorieten. De kater Frosty ligt heen en weer te draaien op zijn rug, in de zetel naast Volbloed. Met zijn aperitiefje in de hand wandelt hij sloom naar de keuken. 'Alles is klaar, zoetje.' zegt zijn allerliefste. Hij glundert en antwoordt: 'dan ben ik ook klaar, prinses!' Beiden wisselen een blik van begrip en zetten zich aan tafel. De commissaris heeft een lang weekend genomen, dat begon op donderdagavond en gaat eindigen de komende dinsdagmorgen. 'Leuk, zo eens kunnen ontspannen, weg van alle zever en kommer van de laatste tijd,' zegt een tevreden man en kijkt zijn vrouw liefdevol aan. Dan horen beiden het geluid van een sirene. Is er wat gebeurd in de buurt, vraagt Volbloed zich af. Maar het geloei neemt toe en eindigt voor de deur van Volbloed en Sabine. 'Dedju, Dedju, wie is dat?' De huisbel rinkelt en Sabine stapt naar de voordeur. Voor haar staan een man en een vrouw. 'Dag mevrouw,' begint de man. 'Is hoofdcommissaris Volbloed thuis?' vervolgt de vrouw, 'via zijn gsm was hij niet bereikbaar en het is dringend!' Zijn gsm staat dan eens af om rust te hebben denkt Sabine en dan komen die kiekens hem thuis lastig vallen. 'Hij heeft wel officieel verlof,' repliceert ze. 'Bent u niet commissaris Brigitte Pijpen?' wil ze weten. 'Klopt mevrouw, maar onze chef wordt gevraagd bij premier Term. Ook de chef van de staatsveiligheid, mr Bitskummer hier naast mij zal aanwezig zijn, en het is van levensbelang dat uw echtgenoot daar ook aanwezig is.' Sabine die haar man eindelijk eens voor vier volle dagen voor haar alleen wou, is boos en ontgoocheld en flapt eruit: 'Kan die eerste minister eens niks alleen organiseren, moet mijn Jules bij alles bij zijn?' Kwaad loopt ze van de voordeur weg en laat beiden aan hun lot over. Volbloed heeft alles op afstand gehoord, heeft zijn kamerjas reeds verwisseld voor zijn mantel en zegt: 'Ok Brigitte en Bitskummer, laten we voortmaken, ik wil maximum twee uren besteden aan wat Term weer te zeggen heeft en dan vertrek ik naar het buitenland zonder adres achter te laten, dan laten ze mij gerust. Die Term hangt mijn kas uit.' De politiewagen scheurt de straat uit. Weer naar die Wetstraat, denkt Volbloed.....en voor wat nu weer? 'Chef, er is iets ernstig met Bontekoe gebeurd, hij zit nu opgesloten in een Chinese gevangenis. De Chinezen zijn erg boos op België omdat hij geen papieren bijheeft en ook geen Chinees spreekt. Ze willen die Caran Dash niet ontvangen, die zit niet ver van de Chinese grens en wou bemiddelen. De chinezen weten blijkbaar dat Caran Dash een CIA agente is en beschouwen haar en ook Bontekoe als spionnen en terroristen, werd zopas aan Term medegedeeld.' 'Kan die minister Clem niet onderhandelen? Die zit al halfweg richting China in een treinwagon, dat ze die laten doorrijden tot in China!' 'Neenee Chef, Term heeft een ander plan.' zegt Brigitte. 'Een ander misschien maar een beter zeker niet, Brigitte!' Volbloed is echt spinnijdig. 'Waarom geven ze die Chinezen niet een paar miljard euros en die Poetin ook en klaar is kees. Ze spekken wel al die corrupte banken met ons geld, zonder iets terug te krijgen. Waarom dan niet een paar miljard aan de Chinezen en Poetin geven om Bontekoe veilig en wel terug te halen? Banken zijn trouwens gelegaliseerde bandieten, ik heb het al altijd gezegd en het is nu uitgekomen, en politici in het algemeen zijn onbetrouwbaar!' Volbloed kookt nu. 'Waarom rijden wij richting kust in plaats van naar de Wetstraat?' vraagt Volbloed zich nu af....