Levend Geloof 8
Inhoud blog
  • NIEUWE BLOGSITE
  • De Eucharistie volgens Bayside deel 2
  • Amoris Laetitia
  • De sacramenten
  • Wie mag te communie gaan
  • De zeven doodzonden
  • De Eucharistie volgens Bayside
  • Fulton Sheen over de valse kerk
  • H. Maria in iconen
  • Pantokrator
  • Goede gewoonten cultiveren deel 4
  • Het Russisch Kruis
  • IHS
  • Labarum
  • Ichthus
  • De pelikaan
  • Goede gewoonten cultiveren deel 3
  • O Bloed van Jezus
  • Geestelijke adoptie van een ongeboren kind
  • Geestelijke communie
  • Geestelijke werken van barmhartigheid
  • Boodschap aan Mario - Brindisi
  • Brandend actueel - boodschap van Mario van Brindisi
  • Korte gebedjes door Luisa Piccarreta
  • Gebed om uitstorting in de Goddelijke Wil
  • O Jezus
  • Toewijdingsakte aan de Goddelijke Wil - Luisa Piccarreta
  • Goede gewoonten cultiveren deel 2
  • Pastor Enoc 10/4
  • De duisternis omringt de wereld - Hille Kok 8/4/2016
  • Kinderen van de vernieuwing: 5/4 en 16/3
  • Armageddon volgens Bayside deel 2
  • Goede gewoonten cultiveren
  • Kroontje van de Goddelijke Wil
  • 4 eenvoudige stappen naar het leven in de Goddelijke Wil
  • Armageddon volgens Bayside deel 1
  • De Bol van Verlossing volgens Bayside deel 2
  • De Bol van Verlossing volgens Bayside deel 1
  • De Katholieke dag (wikipedia)
  • De Katholieke dag, week, maand deel 2
  • De Katholieke dag, week, maand deel 1
  • Noveen voor het kostbaar bloed
  • Pastor Enoc 27/3
  • Te Deum
  • 5 eerste zaterdagen devotie
  • Zegel van de levende God
  • Verenigde Harten afbeelding
  • Kamers van het Heilig Hart van Jezus
  • 7 geheimen van de eucharistie
  • Boodschap van Ned Dougherty 2/4/2016
  • Hedendaagse sexuele moraal en het christelijk huwelijk deel 3
  • Boodschappen van Pelianito
  • Boodschap van Mario te Brindisi
  • Hedendaagse sexuele moraal en het christelijk huwelijk deel 2
  • Hedendaagse sexuele moraal en het christelijk huwelijk deel 1
  • Wereldoorlog III volgens Bayside deel 3
  • Wat het is...
  • Wereldoorlog III volgens Bayside deel 2
  • Wereldoorlog III volgens Bayside deel 1
  • Voorspellingen 500 zieners komen uit
  • Pauselijke paasboodschap
  • Onze taak als missionaris
  • Vervolging volgens Bayside deel 2
  • Lazarus en de rijke man
  • Vervolging volgens Bayside deel 1
  • Zalig Pasen!!
  • Nederland en Belgie hebben zich ver van God verwijderd
  • Pastor Enoc 17/3
  • De opname volgens Bayside
  • De kruisweg deel 2
  • De kruisweg deel 1
  • De Antichrist volgens Bayside
  • Heilige Maria
  • De Jacinta-foto
  • De Waarschuwing en het Mirakel volgens Bayside
  • Een sprankeltje hoop
  • Dag van rouw
  • De komst van de geimplanteerde ID- en betaalchip
  • De nieuwe Hemel en de nieuwe Aarde deel 2
  • De nieuwe Hemel en de nieuwe Aarde deel 1
  • Bij Jezus Terugkomst en erna
  • Tien kansen om een biddend mens te worden
  • Pastor Enoc 9/3
  • Na het grote wonder deel 2
  • Na het grote wonder
  • Na de waarschuwing - het grote wonder
  • De Waarschuwing deel 2
  • De Waarschuwing deel 1
  • Een boodschap voor nu
  • Boodschappen van Pelianito
  • Over de Maitreya en de Antichrist deel 5
  • Ik ben de redding van de wereld - Hille Kok 25/2/2016
  • Over de Maitreya en de Antichrist deel 4
  • Boodschap van Ned Dougherty 1/3/2016
  • Geestelijk pantser van Pastor Enoc
  • Pastor Enoc 28/2
  • Over de Maitreya en de Antichrist deel 3
  • Over de Maitreya en de Antichrist deel 2
  • Over de Maitreya en de Antichrist
  • De waarschuwing volgens Garabandal
    Zoeken in blog

    20-11-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Herinnering aan mijn overleden moeder

    De dood is geen echt afscheid: ik leef nu aan de overzijde, jij bent jij en ik blijf ik, wat we voor elkaar betekend hebben, dat zijn we nog, spreek me aan zoals vroeger, gebruik geen droevige of plechtige toon, mijn naam is nog altijd hetzelfde. Blijf lachen om wat ons samen deed lachen. Bid, wees vreugdevol, denk aan mij, bid met mij. Spreek thuis over mij zoals steeds, zonder nadruk, zonder droefheid.

    Leven is zoals het altijd is geweest. Leven heeft nog steeds dezelfde betekenis, de draad wordt niet doorgesneden. Je zal mijn hart terugvinden, gezuiverd. Droog je tranen, wees niet bedroefd, indien je me lief hebt. Waarom zou ik uit je gedachten verdwijnen, alleen maar omdat je me niet meer ziet? Weet dat ik niet ver weg ben, net aan de overzijde.

                                                                                                   Heilige Augustinus

    20-11-2015, 18:51 Geschreven door Claudia  


    17-11-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boodschap van Ned Dougherty 2/11/2015

    2 november 2015 - Allerzielen

    Holy Family Church, Glendale, CA at 7:30am

    Jezus de Verlosser

    Mijn lieve zoon,

    Ik kom vandaag tot jullie als Jezus de Verlosser van de wereld op een zeer bijzondere dag op de kalender van mijn Kerk: het Feest van Allerzielen. Het is op deze dag dat we alle zielen vieren die geschapen zijn door de Vader in de Hemel door Zijn plan om Zijn Koninkrijk te delen met al Zijn Kinderen.

    Het is door het plan van de Vader in de Hemel dat Ik mij manifesteer aan jullie als de Zoon en de Verlosser van de wereld, want Ik ben de Weg, de Waarheid, en het Leven, en niemand zal het Eeuwig Leven bereiken dat beloofd is door de Vader, behalve door Mij als de Verlosser van de hele mensheid.

    Het is belangrijk dat jullie allen, mijn broeders en zusters, erkennen dat Ik de Weg, de Waarheid en het Leven ben, vooral in deze tijden, want jullie allen bevinden jullie nu in de Eindtijd van de Verlossingsgeschiedenis. En het is in deze tijd dat grote veranderingen zich voordoen in Mijn Kerk. Deze veranderingen zijn noodzakelijk omdat de boze erin geslaagd is binnen te dringen in de Kerk dat de Vader heeft gepland voor jullie allen om jullie zaligheid te bereiken. 

    Laat het duidelijk zijn: Ik ben bij jullie in deze Eindtijd en hoewel velen onder jullie bezorgd zijn door gebeurtenissen die plaatsvinden in Mijn Kerk, wees waakzaam want Ik ben verantwoordelijk voor de zaken die de mensheid aanbelangen. En Ik zal de kinderen van de Vader in de Hemel niet in de steek laten. God zij dank!

    Velen onder jullie vragen zich af waarom er nu zoveel onenigheid en verwarring heerst in deze Eindtijd. Het antwoord is niet zo eenvoudig, al zou je het zo willen horen van de Zoon. Jullie moeten toegeven dat jullie allen een vrije wil hebben om te doen wat jullie willen en jullie zouden het niet anders willen, maar de vrije keuze die de mensheid doorheen de eeuwen heeft uitgeoefend heeft de Kerk in deze Eindtijd geraakt op een manier die verwarrend is voor velen onder jullie.

    Hebben jullie niet geluisterd naar de profetieen in deze Eindtijd en ze ernstig genomen? Het is nu de tijd waar de Kerk door grote stormen en calamiteiten moet. De grote storm binnen de Kerk veroorzaakt veel pijn en verwarring voor de gelovigen en wordt veroorzaakt door de boze die geinfiltreerd is binnen de geestelijkheid in een poging om de Vaders plannen voor jullie allen te vernietigen.

    Ik vraag jullie nu om waakzaam te blijven in Mijn Kerk en sterk te staan in jullie geloof in Mijn Kerk, en dat jullie erkennen dat Ik de Verlosser ben van de wereld. Het is door Mij en niet door enige sterfelijke mens dat jullie het Koninkrijk van de Hemel zullen vinden.

    Jullie moeten jullie richten op jullie geloof in Mij en door Mij in deze Eindtijd om uiteindelijk Eeuwig Geluk in het Koninkrijk van de Hemel te vinden.

    Daarom richt jullie geloof op Mij en door Mij door jullie deelneming in de sacramenten van Mijn Kerk, vooral dan in de dagelijkse of regelmatige deelname in de Eucharistie, enkel binnen Mijn Kerk. Degenen onder jullie die frequent de Allerheiligste Hostie ontvangen zullen het Koninkrijk van de Hemel bereiken.

    Ik heb een bijzondere plaats in Mijn Hart en in Mijn Liefde voor de mensheid voor degene onder jullie die Mijn Heilige Moeder aanbidden. Zij is door de Vader in de Hemel gekozen om Mij bij te staan in het terugbrengen van al Gods kinderen in de schoot van de Kerk door het veelvuldig ontvangen van de sacramenten, vooral dan de Heilige Eucharistie.

    Velen onder jullie zijn nu bezorgd door de gebeurtenissen die plaatsvinden binnen Mijn Kerk. Gebeurtenissen die paus opzetten tegen paus, kardinalen tegen kardinalen, bisschoppen tegen bisschoppen en priesters tegen priesters. Gebeurtenissen die zich voordoen door de invloed van de boze op de geestelijkheid in de hoogste kringen. Jullie moeten niet bezorgd zijn en enkel bidden, want Ik ben nu verantwoordelijk voor de zaken binnen de Kerk, zoals bekrachtigd door de Vader in de Hemel. Ik verzeker jullie dat de Kerk deze tijd zal overleven en dat de Kerk bekrachtigd door de Vader zal overwinnen gedurende deze Eindtijd en er steeds sterker zal uitkomen door de gebeden en de wil van jullie allen die trouw zijn aan de Zoon.

    Ga nu verder, in de wetenschap dat op het einde van de turbulentie de Kerk zoals voorzien door de Vader, de mensheid zal leiden naar het Eeuwig Koninkrijk van God! God zij dank!

    Message ended 7:54am

    17-11-2015, 23:44 Geschreven door Claudia  


    16-11-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hertrouwde gescheidenen

    Synode: de H. Augustinus over hertrouwde gescheidenen

    Reeds de heilige Augustinus verklaarde: “Wie zijn overspelige vrouw wegstuurt en een andere vrouw trouwt, terwijl zijn eerste vrouw nog in leven is, blijft continu in de toestand van overspel. Zo iemand doet geen enkele effectieve boete zolang hij weigert zijn nieuwe vrouw te verlaten. Als hij een geloofsleerling is, kan hij niet tot het doopsel worden toegelaten omdat hij in het kwaad blijft vastzitten. Als hij een (gedoopte) boeteling is, kan hij de kerkelijke verzoening niet ontvangen zolang hij niet breekt met zijn slechte houding” (De adulterinis coniugiis, 2, 16).

    De ontheiliging van het “grote sacrament (mysterie)” (Ef. 5, 32) van het huwelijk door overspel en echtscheiding heeft massieve vormen aangenomen in alarmerende getallen niet slechts in de burgerlijke maatschappij maar ook onder katholieken. Als katholieken, door echtscheiding en overspel theoretisch en praktisch de wil van God afwijzen, zoals uitgedrukt in het zesde gebod, dan brengen zij zichzelf in serieus spiritueel gevaar hun eeuwige redding te verliezen.

    De meest barmhartige daad van de kant van de herders van de Kerk zou zijn de aandacht op dit gevaar te richten door middel van een heldere – en tegelijk liefdevolle vermaning – vermaning over de noodzakelijke volledige aanvaarding van het zesde gebod van God. Ze moeten in hun aansporing de dingen bij de juiste naam noemen: “echtscheiding is echtscheiding”, “overspel is overspel”en “wie bewust en vrijwillig zware zonden begaat tegen de geboden van God – en in dit geval het zesde gebod – en zonder berouw sterft, ontvangt de eeuwige verwerping en is voor altijd uitgesloten van het koninkrijk van God.”

    Een dergelijke vermaning en aansporing is het werk van de Heilige Geest zoals Christus heeft geleerd: “Hij zal de wereld het overtuigend bewijs leveren van wat zonde, ge¬rech¬tigheid en oordeel is”(Joh. 16, 8)
    Bij zijn uitleg over het werk van de Heilige Geest in “het overtuigend bewijs leveren van zonde” zei paus Johannes Paulus II: “elke zonde, waar en wanneer ook bedreven, verwijst naar het kruis van Christus en dus indirect ook naar de zonde van hen die “niet in Jezus Christus geloofd hebben” en Hem veroordeeld hebben tot de dood aan het kruis.” (Encycliek Dominum et vivificantem, 29). Zij die een gehuwd leven leiden met een partner, die niet hun wettige echtgenoot is, zoals het geval is bij hertrouwd gescheidenen, verwerpen de wil van God. Dergelijke personen te overtuigen van deze zonde is een werk dat bewogen wordt door de Heilige Geest en is opgedragen door Jezus Christus en het is daarmee bij uitstek een pastoraal en barmhartig werk.

    Het Slotrapport van de Synode laat ongelukkigerwijs na de hertrouwd gescheidenen het overtuigend bewijs te leveren betreffende hun concrete zonde. Integendeel, onder het voorwendsel van barmhartigheid en van valse gevoel van pastoraal probeerden de Synodevaders, die de formuleringen van de nrs. 84-86 van het rapport hebben gesteund, de geestelijk gevaarlijke toestand van de hertrouwd gescheidenen toe te dekken.

    De facto zeggen zij tegen hen dat hun zonde van echtbreuk geen zonde is en dat het vast en zeker geen echtbreuk is of tenminste geen zware zonde en dat er geen geestelijk gevaar bestaat in hun levensstaat. Een dergelijke gedrag van deze herders is regelrecht tegengesteld aan het werk van de Heilige Geest en is daarom anti-pastoraal en een werk van valse profeten op wie men de volgende woorden van de Heilige Schrift kan toepassen: “Wee hun die het kwade goed noemen en het goede kwaad, die van het duister licht maken en van het licht duisternis, van bitter zoet en van zoet bitter.”(Jes. 5, 20) en “De visioenen van uw profeten zijn leugen en bedrog; ze roepen geen schuldbesef op en wenden de rampen niet af; waardeloos en misleidend zijn hun orakels” (Klaagl. 2,14). Tegen zulke bisschoppen zou de apostel Paulus zonder enige twijfel nu zeggen: “Schijnapostelen zijn het, oneerlijke werkers, die zich voordoen als apostelen van Christus”(2 Kor. 11, 13).

    De tekst van het Slotrapport van de Synode laat niet alleen na de hertrouwd gescheidenen ondubbelzinnig te overtuigen van het overspelige en dus zwaar zondige karakter van hun levensstijl. Indirect rechtvaardigt het rapport een dergelijke levensstijl door de kwestie uiteindelijk te verwijzen naar het terrein van het eigen geweten en door een oneigenlijke toepassing van het morele principe van de toerekenbaarheid op de kwestie van het samenwonen van hertrouwd gescheidenen. In feite is de toepassing van het principe van de toerekenbaarheid op bestendig, permanent en publiek leven in overspel oneigenlijk en bedrieglijk.

    Bron: http://www.mennenpr.nl/een_achterdeur.html

    16-11-2015, 01:55 Geschreven door Claudia  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Noveen ter ere aan Jezus Echte Koning

    Noveen ter ere aan Jezus Echte Koning

    Jezus aan zijn instrument : "Ik kom je een verering toevertrouwen met betrekking tot mijn Jezusbeeld, Koning van alle naties. Deze verering houdt in : 9 Onze Vader, 9 Wees gegroet en 9 Glorie zij de Vader. Deze gebeden moeten op een tijd van 9 dagen gedaan worden : 1 Onze Vader, 1 Wees gegroet en 1 Glorie zij de Vader iedere dag en zo een noveen vormen tot Mijn eer als Echte Koning. Ik wens ook dat het gebed dat ik je ga onderrichten, inbegrepen wordt in deze noveen. Mogen de zielen nader bij Mij komen met een oneindig vertrouwen."

    NOVEENGEBED
    "O Heer, onze God, U alleen bent de Zeer Heilige Koning en Oppermachtige Heerser van alle naties. We bidden U, Heer, met de vurige hoop, van U, goddelijke Koning, barmhartigheid, vrede, gerechtigheid en alle goede dingen te krijgen.
    O Heer, bescherm onze koning, onze families en onze geboortegrond. We bidden U, O zeer trouwe God, zorg voor ons. Bescherm ons voor onze vijanden en bespaar ons uw rechtvaardig vonnis.
     O Soevereine Koning, vergeef ons onze zonden tegen U Jezus, U bent de barmhartige Koning. We hebben uw rechtvaardig vonnis verdiend. Heb medelijden met ons, Heer, en vergeef ons. We hebben vertrouwen in uw grote barmhartigheid.
    O van pracht schitterende Koning, we buigen voor U en we bidden U : mogen uw Rijk en uw Koningschap worden erkend op aarde! Amen".

    Beloften

    "Ik beloof u dat iedere keer als u de gebeden van deze noveen bidt, Ik 10 zondaars zal bekeren. Ik zal 10 zielen in het enige echte Geloof brengen. Ik zal 10 zielen van het vagevuur bevrijden, waarvan meerdere de zielen van priesters zullen zijn, en Ik zal milder zijn tegenover uw land op het uur van het Oordeel. En dat geldt voor alle naties. Iedere keer als u deze gebeden zegt, zal Ik de strengheid van de straf,die aan uw land voorbehouden is, verminderen. De vertrouwelijke zielen, die deze noveen bidden, verkrijgen ook Mijn genade.

    Ik wens dat deze noveen gebeden wordt gedurende 9 dagen voor Mijn Christus Koningsfeest maar Ik moedig ook alle zielen aan om het op alle andere tijden van het jaar te bidden. Mijn beloften zullen geldig zijn, welke ook het tijdstip zal zijn dat u gekozen hebt om ze te bidden".

    Nihil Obstat : Rev.Edward Santana, Canonist.
    Monseigneur Enrique Hernandez Rivera,
    Bisschop van Caguas, Porto Rico.

    16-11-2015, 01:42 Geschreven door Claudia  


    12-11-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boodschap van Hille Kok 1/11/2015

    God de Vader vermaant de mens – Hille Kok 1/11/2015

    Mijn Volk…

    Wee U gij verraders die Gods werk ten gronde richten… gij zijt dwazen! Denk na wat U doet. De Satan regeert in uw hart. Al denkt gij de overwinnaar te zijn. Maar God de Vader zal Zijn almacht laten voelen en zien. Maria zal de kop van de slang (Satan) verpletteren onder Haar voet. Wees waakzaam, wees waakzaam. Laat U niet mee gaan in de veranderde sacramenten die God zelf heeft ingesteld. Hoe dwaas zijt gij de brede wegen te gaan volgen!! Gij zult tegenstanders van de Vader zijn!! Hoe durft gij in uw korte leven zulke daden nog te ondernemen.

    Uw geestelijke leven staat op het spel en voor eeuwig in de Hel belanden. Hoe groot zijn de zonden van velen die in opstand tegen God zijn gekomen. Gods Liefde is oneindig groot maar Zijn gerechtigheid is streng en rechtvaardig. Kom vraag om vergeving nu het nog kan in ’t H. Sacrament van de Biecht!! Weinig goed gelovigen zullen overblijven. De Moeder Gods zal hun beschermen. Uw tranen worden gezien en getroost door het grote verdriet van de Vader!!

    De Liefde zal u omarmen in het Heilig Liefdeskruisje!! Het geschenk van God aan U!! Draag het dat houdt ons samen. De bescherming van het allerhoogste zal over u nederdalen. Het grote gevaar is dicht onder u allen. Pas op, bid de rozenkrans!! Het zal u sterken in uw geloof!! Blijf trouw in het ene ware katholieke geloof!! De Vader zal u begeleiden op de weg van de Waarheid.

    Velen worden bedrogen door die valse schijnheiligheid en de valse nederigheid van Satan!! Gij, Mijn strijdende apostelen, verdedig Mijn woorden. De Vader beschermt u. Waak over uw zielen. Laat die altijd zuiver en rein zijn. Dan staat het eeuwig leven U te wachten. Wat ’n vreugde zult gij dan beleven in het bijzijn van God de Vader in de Hemelse Heerlijkheid. Mijn Priesters, omarm Mijn trouwe volgelingen. Waak over hen in de Waarheid!!

    Red de zielen voor de Vader. Uw taak zal zwaar zijn. Het Licht zal u begeleiden door het dragen van Zijn Liefdeskruisje!! Zijn omarming zal u waardig zijn. Pas op open uw ogen. De wereld is overwoekerd door het kwaad dat zich steeds meer om u bevindt. Blijf dicht bij de Vader. Zijn Liefde zal U begeleiden op de smalle wegen. Weinig zuivere priesters zullen er over blijven die Mijn woorden en sacramenten blijven verkondigen. De valsheid omringt de wereld. Zijn huichelachtige glimlach zal velen misleiden!!

    Kijk toch uit, laat u niet misleiden. Bescherm de Heilige Sacramenten. De trouwe priesters die gehoorzaam zijn zal de Vader op Uw wegen zenden. Die priesters zijn Gods vreugde, die Mijn woorden door de strijd heen blijven verkondigen in de waarheid. Blijf trouw aan het Sacrament van de Biecht. Het houdt U zuiver. Vele verleidingen zullen u achtervolgen. God Zelf zal U beschermen. Het zijn valstrikken van de Duivel. Richt uw blik naar de Hemel op. Dan zult gij het Licht bereiken en voor eeuwig bij de Vader in het Paradijs mogen zijn!!

    Het is een zielenstrijd, waak over uw ziel dan zult gij God zien. Amen.

    12-11-2015, 20:11 Geschreven door Claudia  


    31-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boodschap van Pelianito

    Welk een smart komt er naar de zondige mensheid, maar welk een vreugde ook

    Jeremia 9: 6

    Daarom’, zo spreekt de heer van de machten,
    ‘zuiver Ik hen uit in de smeltkroes.
    Wat kan Ik anders met hen doen,
    met al hun slechtheid?

     

     

     

     

    “O mijn geliefden, welke smart komt er naar de zondige mensheid, maar welk een vreugde ook! Onthoud dit wanneer het uur duister is, wanneer je het verpletterende gewicht voelt op jullie dat de zonde heeft meegebracht : dat de vreugde die op de smart volgt zoveel groter is en dat de smart nog een ver vervlogen herinnering zal zijn. Net zoals jullie niet in staat zullen zijn vreugde in te beelden in de diepste duisternis zo zullen jullie niet in staat zijn wanneer de duisternis voorbij is de diepste smart in te beelden. Kinderen, wanneer de Genezer jullie wonden verbindt doet hij dit zo volledig en zal hij de pijn uit jullie herinnering verdrijven! Ja, Ik maak alle dingen nieuw! Houd vast aan de hoop met vreugde, mijn kinderen. Ik ben gekomen zodat mijn vreugde in jullie moge zijn en jullie vreugde compleet moge zijn. Beleef mijn wil in elk moment, lieve kinderen, en wees in vrede. Shalom.”

    O mijn Jezus, welk een hoop! Wat een vreugde kunnen we verwachten op een glorierijke dag dat U komt om ons te bevrijden van duisternis en dat U onze wonden verbindt. Jezus, bewaar ons voor wanhoop in Uw barmhartigheid. Help ons U vast te houden door onze wil, zelfs wanneer we Uw aanwezigheid niet kunnen voelen. Help ons vast te houden aan de Rozenkrans. Jezus en Maria we vertrouwen op U! Zorg voor alles!  Amen.

    31-10-2015, 00:25 Geschreven door Claudia  


    26-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boodschappen van Pelianito

    Jullie zijn Eucharistische instrumenten

    Kolossenzen 2:6-7 : Daar u Christus Jezus hebt aanvaard als uw Heer, moet u ook leven in gemeenschap met Hem, in Hem geworteld, op Hem gebouwd, steunend op het geloof dat men u geleerd heeft, terwijl u overvloeit van dankbaarheid.

    “Geliefden, jullie hebben mij in jullie lichaam genomen doordat jullie mij ontvangen hebben in de Eucharistie. Kunnen jullie de kracht zien die in jullie gekomen is? Ik zeg het jullie, jullie kunnen het niet! De hele hemel is vervat onder de gedaante van brood. Geloven jullie dat?”

    Heer ik geloof!

    “Laat dan deze waarheid jullie omvormen. Laat liefde jullie veroveren. Laat vrede heersen over jullie. Laat wijsheid jullie leiden. Al deze dingen staan ter jullie beschikking wanneer Ik tot jullie kom in de gedaante van brood. Handel dan met liefde, leef in vrede, overstelp jullie in heilige wijsheid. Jullie die de goddelijke schatkamer geschonken werd dragen grotere verantwoordelijkheid. Jullie zijn mijn instrumenten in de wereld. In jullie moeten mijn liefde, vrede en wijsheid heersen zodat ze in jullie handelen waar jullie ook gaan. Jullie zijn Eucharistische instrumenten. Neem dit niet licht op, want jullie zullen ter verantwoording geroepen worden als jullie een zo oneindig kostbare schat verkwanselen. Jullie werden deze schat gegeven voor een doel. Wees dit altijd indachtig. Ik ben bij jullie. Ik ben in jullie. Wij zijn een.”

    O mijn Jezus vergeef me voor de keren dat ik deze oneindig kostbare gave als vanzelfsprekend beschouwde. Help me om Uw Eucharistisch instrument te zijn in de wereld, handelend met liefde, levend in vrede, mijzelf overstelpend in heilige wijsheid voor het welzijn van allen die U naar mij stuurt. Jezus ik prijs U voor het geven van Uzelf in de Eucharistie—Uw Lichaam in mijn lichaam, Uw Bloed in mijn aderen, Uw Liefde in mijn hart. Ik ben de Uwe, U bent de mijne, wij zijn een! Red de zielen! Amen.

    Addendum:

    Als bevestiging : dit komt van een uitspraak van Aartsbisschop Fulton Sheen:

    “Wat waar is in de natuurlijke weg is waar in de bovennatuurlijke weg of genade. Enkel degenen die de genaden gebruiken worden meer genaden gegeven.

    Dank u Jezus!

    Ik ben begonnen om te bidden voor specifieke noden op deze wijze:

    Jezus in de Goddelijke Wil en als Uw Eucharistisch instrument zend ik Uw liefde, vrede en heilige wijsheid naar (naam noemen) die het moeilijk heeft op dit moment. Ik kan zij/hem niet helpen maar U kan. Jezus ik vertrouw op U. Zorg voor alles. Amen.

    Zoals de dag zeker op de nacht volgt, komt het licht van een nieuwe dageraad eraan

    Mattheus 16:27: Want de Mensenzoon zal komen, bekleed met de heerlijkheid van zijn Vader, samen met zijn engelen, en dan zal Hij iedereen loon naar werken geven.

    “Geliefden, net een klein beetje langer en al de ontbering en zorgen zullen vervagen in een ogenblik. Ik heb het geroep van mijn kinderen gehoord, en hun voortdurende smeekbede heeft mijn hart doorboord. Ik ben van plan hen te bevrijden uit de klauwen van de vijand. Ik ben van plan mijn koninkrijk herop te bouwen en het op te tillen tot een glorie die nooit gezien werd op aarde. Er is een vermoeidheid in de zielen van mijn getrouwen. Ik weet goed wat het betekent vermoeid te zijn in lichaam en ziel. Maar, mijn kinderen, houd vast aan de hoop! Nu is de tijd om jullie ogen te richten op de horizon, want zoals de dag zeker op de nacht volgt komt het licht van een nieuwe dageraad eraan—het is de Heer die spreekt, en Ik zal het doen! Wees getrouw, wees hoopvol, houd jullie hoofd omhoog. Jullie rechtvaardiging komt eraan!”

    O mijn Jezus, dank U voor dit bemoedigend word! De harten zijn zwaar. De zielen zijn afgemat. Het gewicht van de zonde in de wereld drukt op de rug van degenen die de last van verzoening dragen. Dank U voor deze hoop. In uw barmhartigheid sterk ons voor de laatste duw. Alleen kunnen we niets en voeg daarbij de last van zonde, maar in U kunnen we alle dingen aan. Moge uw heilige, aanbiddelijke wil gedaan worden in ons, O geliefde Heer, Heilige Drie-eenheid van Liefde. Amen.

    26-10-2015, 23:21 Geschreven door Claudia  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Johannes-evangelie deel 16

    c Jezus verschijnt aan de discipelen met Thomas aanwezig

    De uitdrukking “na acht dagen” (Johannes 20:26) is de Joodse manier om te zeggen: “een week later”. Jezus verscheen eerst aan Zijn discipelen op een zondag. De volgende zondag verscheen Hij opnieuw aan hen en deze keer was THOMAS aanwezig (Johannes 20:26). De Heer had op een andere dag aan hen kunnen verschijnen, maar de eerste dag van de week was een bijzondere dag voor gelovigen om samen te komen. Sinds die dag zijn christenen altijd ’s zondags blijven samenkomen.

    De eerste persoon waartegen Jezus sprak was Thomas. De Heer nodigde Thomas uit om zijn vinger in de afdruk van de nagels te plaatsen en zijn hand in Zijn zijde te steken! De Heer echode de woorden van Thomas die hij een week eerder sprak (zie Johannes 20:25). De woorden die wij zeggen of denken zijn altijd bekend bij God! Ging Thomas in op de uitnodiging van Jezus (Johannes 20:27-28)? JA. Zien en horen was alles wat Thomas nodig had. Voelen was niet nodig. ONGELOVIGE THOMAS werd onmiddellijk GELOVIGE THOMAS! Aan het eind van Johannes 20:27 berispte Jezus het ongeloof van Thomas: “wees niet ongelovig, maar gelovig”!

    Als Thomas de opgestane Heer zag was het enige wat hij kon zeggen “MIJN HEER EN MIJN GOD” (Johannes 20:28). Er zijn vandaag vele religieuze groepen en sekten die niet geloven dat Jezus Christus God is. Het is belangrijk je te realiseren dat Thomas Jezus “GOD” noemde in niet mis te verstane woorden. Ook corrigeerde of berispte Jezus Thomas niet voor het zeggen van deze woorden. Jezus zei niet: “Thomas, je mag met nooit GOD noemen! Ik ben jouw Leraar en Meester maar ik ben God niet, en het is een grote vergissing om me zo te noemen!” Nee, Jezus zei dat niet. Hij zei niet: “Thomas, je bent verkeerd!” maar in plaats daarvan zei Hij: “Omdat u Mij gezien hebt, Thomas, hebt u GELOOFD” (Johannes 20:29). Thomas geloofde dat Jezus Christus God was en hij had het helemaal juist! Geloof jij dit? Ben jij in staat om vanuit je hart te zeggen wat Thomas zei: “MIJN HEER EN MIJN GOD”?

    WAAROM geloofde Thomas in de opstanding (Johannes 20:29)? OMDAT HIJ JEZUS GEZIEN HAD. Thomas had een voorrecht die geen levende ziel vandaag heeft (vgl. Johannes 16:10). Thomas was in staat de opgestane Christus te zien met zijn eigen ogen. Als vandaag een persoon weigert te geloven totdat Hij de opgestane Heer ziet, dan zal hij een lange tijd moeten wachten! Als hij dan uiteindelijk de opgestane Heer zal zien, zal het te laat zijn. Er moet daarom iets beters zijn dan een geloof dat gebaseerd is op zien. Hoeveel beter af zijn zij wier geloof gebaseerd is op het geschreven Woord van God: “zalig zijn zij die niet GEZIEN zullen hebben en toch zullen GELOVEN” (Johannes 20:29). Zulke gelukkige mensen zijn beschreven in 1 Petrus 1:8. Zagen deze mensen? NEE. Hebben zij geloofd? JA. Thomas weigerde het getuigenis van de apostelen te geloven. Het Evangelie naar Johannes is door een van deze apostelen geschreven. Het werd geschreven door een man die persoonlijk de opgestane Heer heeft gezien. Deze man heeft bepaalde belangrijke dingen over Christus opgeschreven in een boek (Johannes 20:31). “Deze [dingen] zijn beschreven, opdat u ZULT GELOVEN dat Jezus de Christus is, de Zoon van God, en opdat u, door te GELOVEN, het LEVEN zult hebben in Zijn Naam” (Johannes 20:31). Ben jij bereid het getuigenis van de apostel Johannes aan te nemen? Ben jij bereid in Christus te geloven door Zijn Woord (vergelijk Johannes 17:20)? Onthoud: “zijn getuigenis is BETROUWBAAR” (Johannes 21:24)! Gezegend is de persoon die gelooft (Johannes 20:29). Hij zal de bezitter zijn van eeuwig LEVEN (Johannes 20:31)!

    d Jezus verschijnt aan de discipelen aan het meer

    De Zee of beter het Meer van Tiberias (Johannes 21:1) is een andere naam voor het Meer van Galilea (Johannes 6:1). Johannes hoofdstuk 21 geeft ons een verslag van de DERDE opstandingsverschijning die Jezus maakte voor Zijn discipelen als groep (zie Johannes 21:14). We hebben al geleerd over de eerste twee verschijningen (Johannes 20:19 en Johannes 20:26).

    Hoeveel discipelen waren bij die gelegenheid samen (Johannes 21:2) 7. Wiens idee was het om te gaan vissen (Johannes 21:3)? SIMON PETRUS. Hoe succesvol waren zij (Johannes 21:3)? NIET SUCCESVOL. Wat plaatsvond hier in Johannes 21 gelijkt erg op wat enkele jaren eerder was gebeurd (zie Lukas 5:4-11). Wat zijn enkele van de overeenkomsten tussen wat gebeurde in Lukas 5 en wat gebeurde in Johannes 21? In Lukas 5:10 had Jezus tot Simon Petrus gezegd: “van nu af aan zult u MENSEN vangen”. In Johannes 21 zien we Petrus echter terug als visser.

    In Johannes 21:7 wordt ons iets gezegd over Petrus en Johannes. Welke discipel herkende Jezus het eerst? JOHANNES. Toen alle discipelen aan de oever kwamen, wie had er dan al ontbijt bereid (Johannes 21:9)? JEZUS. Wie gaf het brood en de vis (Johannes 21:13)? JEZUS. Het bewijs van Jezus’ opstanding is hier overvloedig. Zeven mannen zagen Hem met hun eigen ogen in het licht van de ochtendzon. We zien de Heer zitten, spreken en eten aan de oever van het meer. Petrus was hierdoor volledig overtuigd en tevreden want jaren later zei hij tegen Cornelius: “aan ons die met Hem gegeten en gedronken hebben, nadat Hij uit de DODEN WAS OPGESTAAN” (Handelingen 10:41). Zij die vandaag niet overtuigd zijn dat Jezus leeft moeten eerlijk kijken naar de duidelijke getuigenissen van de waarheid!

    Arno Clemens Gaebelein bij Johannes 21:4-14:

    Welke profetische betekenis ligt er in deze derde verschijning van de opgestane Christus en de daarmee gepaard gaande wonderbare visvangst? Het is een beeld van het komende koninkrijk, dat opgericht wordt na de bekering van Israel, wanneer de volken van de aarde bijeen vergaderd zullen zijn.

    De wonderbare visvangst die we vinden in het Lukas evangelie is een beeld van de werking van het “evangelie” in de tegenwoordige tijd. Het net scheurt en de vissen die gevangen worden kunnen niet geteld worden.

    Maar hier is het anders. Het net scheurt niet en het juiste aantal vissen dat gevangen wordt is bekend: 153. Er is wel geraden naar de betekenis van dit getal, maar zij kunnen hierover geen zekere uitspraken doen.

    Het feit echter dat het juiste aantal genoemd is, geeft aan dat het een betekenis heeft. Het is van betekenis dat historici uit het begin van de eerste eeuw spreken over 153 landen die hun bekend zijn. Dit is de enige betekenis die we kennen. Alle volken zullen als de Heer komt, vergaderd worden in zijn Koninkrijk.

    In de volgende sectie van dit hoofdstuk zien we de zachte manier waarop de Redder omgaat met Petrus. Niet zolang geleden had Petrus zijn Heer verloochend. Merk de volgende overeenkomsten op tussen Petrus’ verloochening en de passage in Johannes 21:

    PETRUS’ VERLOOCHENING                                        JEZUS’ HANDELEN MET PETRUS (Joh 21)

    Toen Petrus de Heer verloochende warmde                Toen Jezus sprak tot Petrus stonden zij rond

    hij zich bij een HOUTSKOOLVUUR (Joh 18:18)                     een HOUTSKOOLVUUR (Joh 21:9)

    Petrus verloochende de Heer driemaal (Joh 13:38)    Jezus gaf Petrus drie gelegenheden om zijn

                                                                                      liefde tot de Heer te belijden (Joh 21:15-17)

    Het was bij de derde verloochening dat de haan        Het was bij de derde vraag van de Heer dat

    Kraaide en Petrus was bedroefd en weende bitter     Petrus bedroefd werd (Joh 21:17). Zou hij

    (Matt 26:75)                                                                         niet een terugblik gehad hebben naar zijn eerdere falen?

    Lees Johannes 21:15-17 en merk de drie laatste woorden op in elk vers. Wat was het ene ding dat

    Petrus gezegd werd te doen om te tonen dat hij Jezus werkelijk liefhad? VOOR JEZUS’ SCHAPEN ZORGEN. Johannes hoofdstuk 21 vertelt ons het verhaal hoe Petrus overging van visser naar herder!

    Petrus’ bediening was te werken, niet voor de visserij maar voor mensen (zie Lukas 22:31-32). Hij moest zorg dragen voor Jezus’ kudde en zoals we al leerden in Johannes 10:27, zijn Gods schapen dezen die de stem van Christus horen, Hem volgen en Hem geloven. Petrus leerde zijn les goed want later in zijn leven begreep hij het belang van het voeden van de kudde en een goede leider te zijn over Gods schapen (1 Petrus 5:1-4)! Als een kerkleider (herder) niet goed zorg draagt voor Gods kudde en hen niet voedt met de waarheid van Gods Woord, toont hij dan dat hij de Redder liefheeft? NEE.

    In Johannes 21:18 vertelde de Heer Petrus iets over zijn toekomst. Jezus vertelde Petrus wat met hem zou gebeuren als hij een oude man zou geworden zijn. Waar doelde de Heer op (Johannes 21:19)? ZIJN DOOD. De Heer wist alles van Petrus, zelfs de aard van zijn dood. Het boek 2 Petrus werd geschreven toen Petrus oud was en spoedig zou sterven. In 2 Petrus 1:14 zien we hoe Petrus sprak over zijn komende dood: “omdat ik weet dat het afbreken van mijn tent nu snel zal plaatsvinden, zoals onze Heere Jezus Christus mij ook heeft GEZEGD”. Lang voordat het zou gebeuren toonde Jezus aan Petrus hoe hij zou sterven. De historische traditie vertelt ons dat Petrus gekruisigd werd door de Romeinen in de dagen van keizer Nero. Dus niet enkel door zijn leven, maar ook door zijn dood verheerlijkte Petrus GOD (Johannes 21:19 en vergelijk Filippenzen 1:20-21).

    Het geeft troost te weten dat de Heer alles weet over onze toekomst. Wij weten niet wat de komende dagen kunnen brengen maar God weet het zeker. Wij moeten Hem VOLGEN (Johannes 21:19) en Hem vertrouwen om zorg te dragen over ons leven en ons sterven.

    Petrus dan keerde zich om en werd erg geinteresseerd in de toekomstige plannen van de Heer met Johannes (Johannes 21:20-21 en vergelijk Johannes 13:23-26). “Wat zal er met hem gebeuren?, vroeg Petrus. Jezus antwoordde: “wat gaat het u aan?” (Johannes 21:22). Jezus had een plan voor Petrus en Jezus had een plan voor Johannes. Als het Jezus beliefde dan kon de apostel Johannes op aarde blijven totdat Hij wederkwam. De vroege christenen keken uit naar Jezus’ wederkomst en geloofden dat Hij zelfs tijdens Johannes’ leven kon terugkomen. Zoals bleek overleefde Johannes al de andere apostelen en stierf als een erg oude man. Johannes leefde veel langer dan Petrus, maar beide mannen waren getrouwe dienaren van Christus, en God gebruikte beiden op bijzondere manieren. Petrus moest zich niet concentreren op wat zou gebeuren met Johannes. Petrus moest zich concentreren op: “VOLG ME MAAR” (Johannes 21:22). De belangrijke kwestie is niet HOE LANG een persoon leeft maar HOE GOED een persoon leeft!

    3 JOHANNES’ SLOTWOORDEN

    De apostel Johannes spreekt over zichzelf in Johannes 21:24. Doorheen dit evangelie verwijst Johannes nooit naar zijn naam. Hij noemt zichzelf “de andere discipel” of “die discipel” of “de discipel die Jezus liefhad”. Johannes “is de discipel die van deze dingen getuigt en deze dingen beschreven heeft; en wij weten dat ZIJN GETUIGENIS BETROUWBAAR is” (Johannes 21:24). Het Evangelie naar Johannes is een WAAR en ACCURAAT verslag van de woorden en de werken van Jezus Christus!

    Heeft Johannes alles neergeschreven wat kon geschreven worden over de Heer Jezus (Johannes 21:25)? NEE. Johannes was erg selectief in wat hij optekende. Mensen die het zorgvuldig geanalyseerd hebben vertellen ons dat de gebeurtenissen weergegeven in de vier evangelien in feite gaan over 35 dagen in een periode van 3,5 jaar. Dus zijn er meer dan 1200 dagen waarover niets werd opgetekend. Er zijn veel meer dingen die Johannes had kunnen opschrijven. Maar Johannes gaf ons wel alles wat we nodig hebben om te weten WIE JEZUS CHRISTUS IS en WAT JEZUS CHRISTUS VOOR ONS HEEFT GEDAAN. We hebben niet meer informatie nodig maar we moeten nodig de informatie geloven die God ons heeft gegeven in Zijn Woord.

    4 JOHANNES’ SCHRIJFBEDOELING

    Om de reden te vinden waarom Johannes zijn Evangelieserie schreef moeten we teruggaan naar Johannes 20:30-31. Johannes was selectief in de dingen die hij opschreef, maar onder Gods leiding en inspiratie schreef hij neer wat wij nodig hebben: “maar deze zijn beschreven, opdat u ZULT GELOVEN dat Jezus de Christus is, de Zoon van God, en opdat u, door te GELOVEN, het LEVEN zult hebben in Zijn Naam” (Johannes 20:31).

    Hier eindigt dan de studie van 21 hoofdstukken in het Johannes evangelie. Als je terugdenkt aan dit Evangelie, wat is dan jouw conclusie? Wie denk jij dat Jezus Christus in werkelijkheid is?

                IS HIJ EEN LEUGENAAR?

                IS HIJ EEN GEESTESZIEKE?

                IS HIJ DE HEERE GOD?

    Was de apostel Johannes een leugenaar en een bedrieger, of schreef hij wat waar en accuraat is? Heb jij geloofd in zijn boodschap? Wat moet volgens het Evangelie naar Johannes een mens doen om eeuwig leven te hebben ? GELOVEN IN JEZUS CHRISTUS. Heb jij dit gedaan? God wil dat mensen geloven in Zijn Zoon, en zij die geloven hebben EEUWIG LEVEN!

    26-10-2015, 20:47 Geschreven door Claudia  


    25-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Johannes-evangelie deel 15

    Johannes 20-21

    DE OPGESTANE HEER

    Het word “EVANGELIE” betekent “goed nieuws”. Wij bestuderen het EVANGELIE naar Johannes. Aan het eind van Johannes hoofdstuk 19 leerden we dat Jezus echt stierf en dat Zijn levenloze lichaam in een graftombe werd geplaatst (Johannes 19:33-42). Als het EVANGELIE van Johannes geeindigd was met hoofdstuk 19 dan zou er geen EVANGELIE zijn! Dan was er geen GOED NIEUWS. Als Christus in het graf was gebleven dan was er geen redding, geen Christendom en geen boodschap van hoop voor de mensen (vergelijk 1 Korinthiers 15:14-19).

    God zij dank, het Evangelie van Johannes eindigt niet met hoofdstuk 19. Er zijn nog twee hoofdstukken die de heerlijke waarheid brengen dat de Heer inderdaad is opgestaan! Hij die stierf in hoofdstuk 19 wordt levend gezien in de hoofdstukken 20 en 21! Een biografie is een geschreven verhaal van iemands leven. Nadat de persoon is gestorven, is er niets meer te schrijven over deze persoon. Een biografie eindigt waar het leven eindigt, want na de dood maakt een mens geen geschiedenis meer. Soms worden er nog additionele hoofdstukken geschreven over de invloed van die persoon op de maatschappij, maar niets actueels kan nog geschreven worden over die persoon want hij heeft de scene verlaten.

    De biografie van Jezus Christus is anders dan enige andere biografie! Het verhaal van Zijn dood is niet het laatste hoofdstuk. Na het verhaal over Zijn dood lezen we meer. We lezen van Hem nog bepaalde dingen die Hij doet en zegt. Er zijn nieuwe hoofdstukken omdat Hij die dood was nu opnieuw leeft. Zijn biografie loopt door!

    Schets van de laatste twee hoofdstukken in Johannes’ Evangelie:

    1.    HET LEGE GRAF (Johannes 20:1-10).

    2.    DE VERSCHIJNINGEN NA DE OPSTANDING (Johannes 20:11-21:23).

    a.    Jezus verschijnt aan Maria van Magdala (Johannes 20:11-18).

    b.    Jezus verschijnt aan de discipelen met Thomas afwezig (Johannes 20:19-25).

    c.    Jezus verschijnt aan de discipelen met Thomas aanwezig (Johannes 20:26-31).

    d.    Jezus verschijnt aan de discipelen aan het Meer van Galilea (Johannes 20:1-23).

    3.    JOHANNES’ SLOTWOORDEN (Johannes 21:24-25).

    4.    JOHANNES’ SCHRIJFBEDOELING (Johannes 20:30-31).

    1 HET LEGE GRAF

    Beschouw het volgende:

    Abrahams graf --) bezet

    Mozes’ graf --) bezet

    Confucius’ graf --) bezet

    Boeddha’s graf --) bezet

    Mohammeds graf --) bezet

    Jezus’ graf --) leeg!

    Wie ontdekte dat de graftombe van Jezus leeg was (Johannes 20:1-2)? MARIA VAN MAGDALA. Zij kwam op de eerste dag van de week, onze ZONDAG, en ze kwam erg vroeg in de ochtend: “toen het nog DONKER was” (Johannes 20:1). Ze was er over verbaasd te merken dat de STEEN van het graf weggenomen was (Johannes 20:1 en vergelijk Mattheus 27:62-66). Was dit een grote steen (Markus 16:4)? JA. Wie had de steen weggerold, volgens Mattheus 28:2? Een engel.

    Jezus had niet nodig dat de steen van de deur weggerold werd (vergelijk Johannes 20:19, 26), maar God wilde dat anderen zouden zien dat het graf LEEG was! De steen was weggerold, niet om Jezus buiten te laten komen, maar om de anderen binnen te laten! De Heer was reeds vertrokken uit de tombe tegen de tijd dat de steen werd weggerold.

    Maria liep snel naar Petrus en Johannes om hen het nieuws te vertellen (Johannes 20:2). Geloofde Maria van Magdala dat Jezus was opgestaan uit de doden, of geloofde ze dat iemand het dode lichaam had weggenomen en verplaatst naar ergens anders (Johannes 20:2)? DAT IEMAND HET DODE LICHAAM HAD WEGGENOMEN.

    Petrus en “de andere discipel” (Johannes) liepen naar de tombe om zelf te gaan zien. Welke discipel won de race (Johannes 20:4)? JOHANNES. Ging hij in het graf (Johannes 20:5)? NEE. Toen kwam Petrus. Ging hij het graf binnen (Johannes 20:6)? JA. (Petrus had een impulsief karakter in tegenstelling tot Johannes die meer bedachtzaam was).

    Petrus en Johannes moeten verbaasd geweest zijn door wat zij zagen (zie Johannes 20:6-7). De grafdoeken (linnen windsels) lagen netjes gestapeld. Hoe kon dat? Als iemand het lichaam had gestolen dan hadden ze het waarschijnlijk samen met de grafdoeken meegenomen. Waarom zouden zij de tijd nemen om de windsels van het lichaam af te wikkelen? En als iemand al die moeite had genomen, waarom zou deze dan de grafdoeken niet wanordelijk op de grond achtergelaten hebben? Toen Johannes dit zag, toen GELOOFDE hij (Johannes 20:8).

    Er was veel dat Johannes niet begreep (Johannes 20:9), maar hij begon het licht te zien. Hij zag en onderzocht deze grafdoeken en hij geloofde dat de enige verklaring kon zijn dat GOD, niet mensen, iets moest gedaan hebben! Iets heel bijzonders was er gebeurd en Johannes wist het!

    2 DE VERSCHIJNINGEN NA DE OPSTANDING

    a Jezus verschijnt aan Maria van Magdala

    Wie was volgens Markus 16:9 de eerste persoon die Christus zou zien? MARIA VAN MAGDALA. Christus verscheen aan vele mensen na Zijn opstanding. Hij werd door verschillende mensen gezien gedurende 40 dagen (Handelingen 1:3). Bij een gelegenheid werd Hij gezien door meer dan 500 broeders (1 Korinthiers 15:6), en volgens dit vers waren er van deze mensen meer dan 250 in leven toen Paulus zijn eerste brief aan de Korinthiers schreef, en dat was rond 55 na Chr. Pf 25 jaar nadat de opstanding plaatsvond. Christus verscheen aan velen, maar de eerste persoon die de opgestane Heer zag was een nederige vrouw: Maria van Magdala. Het is het Evangelie naar Johannes dat ons de meeste informatie geeft over Jezus’ verschijning aan Maria (Johannes 20:11-18).

    Wat was het eerste dat Maria zag als ze in het graf keek (Johannes 20:11-12)? TWEE IN HET WIT GEKLEDE ENGELEN. Wat was Maria’s verklaring voor de lege tombe (Johannes 20:13 en vergelijk vers 15)? DAT ZE JEZUS ERGENS ANDER GELEGD HADDEN. Wie zag zij nadat zij zich omgedraaid had (Johannes 20:14)? JEZUS. Herkende zij Hem (Johannes 20:14)? NEE. Wie dacht zij dat Hij was (Johannes 20:15)? DE TUINMAN. Wat deed haar Hem herkennen (Johannes 20:16)? TOEN JEZUS HAAR NAAM ZEI.

    De woorden van Jezus in Johannes 20:17 zijn dikwijls verkeerd begrepen. De oude Statenvertaling zegt: “RAAK Mij niet aan” (Johannes 20:17). Jezus zei echter niet dat Hij niet mocht aangeraakt worden, alsof er iets vreselijks zou gebeuren wanneer Maria Hem zou aanraken met zelfs maar een vinger. Wat Jezus in feite zei wordt beter vertaald in de Herziene Statenvertaling door: “HOUD Mij niet VAST”.

    Blijkbaar was Maria zo vervuld met vreugde dat zij de Heer vastgreep, misschien aan de voeten (vergelijk Mattheus 28:9). Jezus maakte haar duidelijk “Houd Mij niet vast, want Ik MOET nog OPSTIJGEN naar Mijn Vader (Johannes 20:17). Jezus was in feite nog steeds in het proces van “GAAN naar de Vader” (Johannes 13:1). Voordat Hij zou terugkeren naar de hemel verscheen Hij aan bepaalde mensen als bewijs van Zijn opstanding, en Maria was een van dezen.

    Maria kan gedacht hebben: “Jezus is hier! Hij leeft! Alles is nu OK want de Heer is hier lichamelijk aanwezig!” Maar betekent dit dan dat wanneer Hij weg is van de aarde alles niet OK is? Eerder had Jezus de discipelen geleerd dat het noodzakelijk was voor Hem om terug te keren naar de Vader (Johannes 16:7). De verhouding van een gelovige tot de Heer hangt niet af van Zijn lichamelijke aanwezigheid, en Maria moest dit begrijpen.

    Liet de Heer mensen toe Zijn lichaam aan te raken of vast te grijpen (zie Mattheus 28:9, Johannes 20:27; Lukas 24:39)? JA. Vandaag echter is Jezus aanwezig in de geconsacreerde hostie door de transsubstantiatie in de eucharistieviering. Het is dan wel niet zoals een echt lichaam maar wel veranderd de hostie in Gods vlees.

    Volgens Johannes 20:17 en 20:18, werd de opstanding van Christus bevestigd aan Maria door drie van haar zintuigen: zij zag Hem, hoorde Hem, raakte Hem aan! Zij ging onmiddellijk naar de andere discipelen het goede nieuws vertellen (Johannes 20:17).

    b Jezus verschijnt aan de discipelen met Thomas afwezig

    Op die eerste paaszondagavond waren de discipelen samen in een bepaalde plaats, met de deuren GESLOTEN en waarschijnlijk vergrendeld (Johannes 20:19). Dezelfde opgestane Christus die geen problemen had met uit Zijn gesloten graf te komen, had ook geen probleem met een gesloten ruimte binnen te gaan. Hoe was de emotionele toestand van de discipelen nadat Jezus een visueel bewijs had gegeven van Zijn opstanding (Johannes 20:20)? Het opgestane en verheerlijkte lichaam van de Heer droeg nog steeds de sporen en littekens van Zijn kruisiging (Johannes 20:20, 27) als een levendige herinnering aan wat Hij voor ons deed.

    In Johannes 20:21 sprak Jezus volgende belangrijke woorden tot Zijn discipelen. We mogen deze de “GROTE OPDRACHT VOLGENS JOHANNES” noemen. Jezus zei: “Zoals de Vader Mij GEZONDEN heeft, ZO ZEND Ik ook u”. Deze zelfde waarheid werd uitgedrukt in Jezus’ gebed in Johannes 17:18.

    De Vader zond de Zoon op gelijke wijze als de Zoon Zijn discipelen zendt. Als we willen begrijpen wat het betekent gezonden te zijn door Christus, moeten we eerst begrijpen wat het voor Christus betekende gezonden te zijn door de Vader. Hoe werd onze Heer gezonden? Wat was Zijn relatie met Degene die Hem zond (Zijn Zender)? Het Evangelie naar Johannes omschrijft helder de betekenis van deze relatie. De volgende passages (opgedeeld in 10 categorieen) worden gevonden in het Evangelie van Johannes en spreken van Christus die GEZONDEN werd door Zijn Vader:

    1.    Christus werd niet gezonden om Zijn eigen wil te doen maar de wil van Zijn Zender (Johannes 4:34; 5:30; 6:38).

    EVENZO, horen wij vandaag te zeggen: “Mijn voedsel is dat Ik de wil doe van Christus mijn Zender en Zijn werk volbreng – om enkel te doen wat Hij wil. Zijn wil geschiede!”

    2.    Christus werd niet gezonden om Zichzelf te behagen, maar om Zijn Zender welgevallig te zijn (Johannes 8:29).

    EVENZO, zouden wij moeten kunnen zeggen: “Ik doe altijd die dingen die Christus aangenaam zijn” (2 Korinthiers 5:9-11; Efeziers 5:10; 1 Korinthiers 7:32; Filippenzen 3:7-8). Paulus’ grote bezorgdheid was GEEN MENSEN te behagen, maar CHRISTUS die hij diende (Galaten 1:10).

    3.    Christus werd niet gezonden om Zijn eigen heerlijkheid te zoeken, maar de heerlijkheid van Zijn Zender (Johannes 7:18).

    EVENZO, zouden wij geen erkenning en lof willen zoeken voor onszelf. Wij zijn ZIJN GETUIGEN (Handelingen 1:8) en onze levens horen duidelijk op Hem te wijzen. Zoals Johannes de Doper eens zei: “Hij moet GROTER worden, ik echter KLEINER” (Johannes 3:30).

    4.    Christus werd in de wereld gezonden om Zijn onzichtbare Zender te vertegenwoordigen (Johannes 5:37 en vergelijk Johannes 1:18).

    EVENZO, werden wij in de wereld gezonden om de onzichtbare Christus te vertegenwoordigen (2 Korinthiers 5:20). De wereld kan Jezus vandaag niet zien (Johannes 16:10), maar zij kunnen Zijn gelovigen zien die nog steeds op aarde zijn. Christus wou moeten geportretteerd zijn in Zijn gelovigen vandaag. Hoe verschrikkelijk is het dan dat de grote meerderheid van wat zich vandaag “christen” noemt eerder een beeld van vlees en duivel laat zien! Wat een schande!!

    5.    Christus werd in de wereld gezonden opdat mensen, door Hem te zien, Zijn Zender zouden zien (Johannes 12:44-45).

    Als mensen Christus zagen dan zagen zij eigenlijk God de Vader, volgens Johannes 14:9. EVENZO, als mensen naar onze levens zien zouden zij onze Zender, onze Heer Jezus moeten zien (zie Galaten 2:20: “Christus LEEFT in MIJ” en Galaten 4:19: “totdat Christus GESTALTE in u krijgt”). De wereld hoort Christus-gelijkende gelovigen te zien!

    6.    Christus werd in de wereld gezonden en leefde door Zijn Zender (Johannes 6:57).

    EVENZO, heeft de levende Christus ons gezonden en wij leven door Hem. Christus is ons LEVEN (Kolossenzen 3:3-4). Paulus zei: “Want het LEVEN is voor mij CHRISTUS” (Filippenzen 1:21). Ons leven is gecentreerd in Hem (Galaten 2:20) net zoals Zijn leven in de Vader gecentreerd was. Onthoud dat onze eerste functie als getuigen (Handelingen 1:8) is: “het GETUIGENIS van CHRISTUS “te manifesteren” (2 Korinthiers 4:10-11).

    7.    Christus werd niet met Zijn eigen woorden en leer in de wereld gezonden, maar met de woorden en leer van Zijn Zender (Johannes 3:34; 7:16; 12:49-50).

    EVENZO, heeft Christus ons in de wereld gezonden om niet onze boodschap te brengen maar het Evangelie van Jezus Christus, “hun lerend ONDERHOUDEN wat Ik u geboden heb, in acht te nemen” (Mattheus 28:20). Wij brengen geen eigen boodschap. Wij zijn VERKONDIGERS VAN DE KONING DER KONINGEN en dragen enkel ZIJN boodschap uit (Markus 16:15; 2 Korinthiers 5:19-20).

    8.    Christus kon niets doen los van Zijn Zender (Johannes 5:30).

    EVENZO, zijn wij geheel afhankelijk van onze Zender. Hij die ons in de wereld zond zei: “Zonder MIJ kunt u NIETS doen” (Johannes 15:5).

    9.    Christus was niet alleen, Zijn Zender was met Hem (Johannes 8:16, 29).

    EVENZO, is Degene die ons gezonden heeft constant bij ons. Jezus zei: “En zie, Ik ben MET u ALLE DAGEN, tot de voleinding van de wereld” (Mattheus 28:20 en vergelijk Markus 16:20 en Hebreeen 13:5). Wij hebben al de zegeningen en voordelen van Zijn aanwezigheid, niettegenstaande Hij niet lichamelijk aanwezig is en we Hem niet kunnen zien.

    10. Christus was druk bezig met het doen van het werk van Zijn Zender (Johannes 4:34; 9:4) en wanneer Zijn werk gedaan was, ging Hij naar huis, naar Zijn Zender (Johannes 7:33; 16:5).

    EVENZO, moeten wij “altijd overvloedig in het werk van de Heere” zijn (1 Korinthiers 15:58), en wanneer ons werk beeindigd is zullen ook wij naar huis gaan om bij onze Zender te zijn (Johannes 14:3; 17:24; Filippenzen 1:23; 2 Tim. 4:6-8).

    Als we de grote opdracht van Johannes 20:21 in beschouwing nemen, wat kunnen we dan zeggen? De nederige gelovige zou zoiets als dit moeten zeggen: “Heer, hoe kan ik deze dingen doen? Hoe kan ik ooit de bekwaamheid en kracht hebben om deze dingen te doen en op deze manier te leven?”

    Hier is de sleutel. In het bestuderen van het Evangelie naar Johannes ontdekten we iets bijzonders. Niet enkel heeft Christus ons gezonden. Hij heeft ook Iemand anders gezonden. “Maar Ik zeg u de waarheid: Het is nuttig voor u dat Ik wegga, want als Ik niet wegga, zal de Trooster niet naar u toe komen; maar als Ik heenga, ZAL IK HEM NAAR U TOE ZENDEN” (Johannes 16:7). Los van de Heilige Geest zouden we dit alles niet kunnen doen! Hij alleen kan ons voorzien van de nodige kracht (Lukas 24:49 en Handelingen 1:8). Jezus wilde Zijn discipelen eraan herinneren dat hun missie los van de Heilige Geest een compleet fiasco zou worden. Daarom, nadat Jezus zei “Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zend Ik ook u” (Johannes 20:21). Wordt er gezegd: “En nadat Hij dit gezegd had, blies Hij op hen en zei tegen hen: Ontvang de HEILIGE GEEST” (Johannes 20:22). Het was alsof Jezus zei: “Ik wil dat je nooit vergeet dat die opdracht nooit kan vervuld worden, los van de Heilige Geest!”

    Vijftig dagen na Jezus’ opstanding (de dag van Pinksteren) kwam de Heilige Geest op de discipelen (zie Handelingen hoofdstuk 2). Dit was de grote belofte waar de discipelen op wachtten (Lukas 24:49; Handelingen 1:4, 8). We leerden over deze belofte al eerder in onze studie van het Evangelie naar Johannes (zie Johannes 7:37-39). Vandaag heeft ELKE GELOVIGE de Heilige Geest (Romeinen 8:9; Johannes 7:38-39). Het is door de kracht van de Geest dat wij de grote opdracht van de Heer kunnen vervullen: “Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zend Ik ook u” (Johannes 20:21).

    Jezus zei ook: “Als u iemand zonden vergeeft, worden ze hem vergeven: als u ze hem toerekent [dat is het omgekeerde van vergiffenis], blijven ze hem toegerekend”. Wie is volgens Markus 2:7 de enige Persoon die zonden kan vergeven? JEZUS. De apostelen waren niet in staat zonden te vergeven omdat enkel God dit kan doen. Maar er was iets wat zij wel konden doen. Zij waren in staat met gezag te verklaren wiens zonden vergeven zouden worden en wiens zonden niet vergeven zouden worden.

    De apostelen gingen rond om mensen hun zonden TE VERGEVEN IN JEZUS’ NAAM. De apostelen gingen rond om mensen te vertellen wiens zonden vergeven en wiens zonden niet vergeven zouden worden. Een voorbeeld, in Handelingen 3:19 maakte Petrus duidelijk: “Kom dus tot INKEER en BEKEER u, opdat uw zonden UITGEWIST worden”. Wat kunnen we zeggen van degenen die weigeren zich te bekeren? Beschouw zorgvuldig Handelingen 10:43; wiens zonden zullen vergeven worden? “dat ieder die in Hem GELOOFT, vergeving van zonden ontvangen zal door Zijn Naam”. Wiens zonden zullen toegerekend worden? DE ONGELOVIGEN. Petrus ging niet rond om zonden te vergeven in Jezus’ naam, en hij ging rond met de boodschap van het goede nieuws dat er complete vergiffenis is voor allen die zich bekeren en geloven in Christus. Zij die de boodschap van de apostelen geloofden werden hun zonden vergeven, en zij die ze afwezen kregen geen vergiffenis en hun zonden werden hun dus toegerekend, net zoals Jezus zei in Johannes 8:24: “want als u niet GELOOFT dat Ik het ben, zult u in uw ZONDEN sterven”. Hoe staat het met jou? Zijn jouw zonden vergeven of toegerekend?

    Arno Clemens Gaebelein over Johannes 20:23:

    Maar wat bedoelde de Heer dan toen Hij deze woorden sprak? Ongetwijfeld gaf Hij hen de macht om door de prediking van het evangelie, door de macht van de Heilige Geest, te zeggen wiens zonden vergeven zijn en wiens zonden niet vergeven zijn. Voorbeelden hiervan vinden we in het boek de Handelingen. Petrus zei in het huis van Cornelius: “Een ieder die in Hem gelooft, ontvangt vergeving van zonden door zijn naam” (Hand. 10:43). Toen Paulus het evangelie predikte in Antiochie in Pisidie, zei hij: “Zo zij u dan bekend, mannen broeders, dat door Hem u vergeving van zonden verkondigd wordt” (Hand. 13:38). En tegen de gevangenbewaarder in Filippi zei hij: “Geloof in de Heer Jezus en gij zult behouden worden” (Hand. 16:31).

    De apostelen konden getuigen dat de zonden van hen die geloofden, vergeven waren en dat zij die niet geloofden hun zonden hielden.

    Maar dat is niet alles. Met de komst van de Heilige Geest op Pinksteren ontstond de gemeente, de Kerk. Allen die geloven en gered zijn horen bij de gemeente. En de gemeente heeft een bepaalde macht en autoriteit. Zij die geloven worden toegelaten tot de gemeenschap; hun zonden zijn immers vergeven. Paulus gaf aan de gemeente in Korinthe de opdracht de boze uit hun midden weg te doen, maar toen deze persoon zich zelf veroordeeld had, diep berouw had en erg bedroefd was, moesten zij hem weer in liefde aannemen en de gemeenschap herstellen. Paulus schreef aan hen: “Wie gij (de gemeente) nu iets vergeeft, ik ook: want ook ik, als ik iets vergeven heb, dan heb ik het vergeven ter wille van u in de persoon van Christus” (2 Kor. 2:10). Door iemand te ontvangen verklaart de gemeente dat zijn zonden vergeven zijn, en als zij iemand uit de gemeenschap uitsluit, verklaart zij dat zo iemand op aarde de gevolgen van zijn zonde moet ondervinden.

    Wie was niet onder de discipelen toen Jezus aan hen verscheen op die eerste zondagochtend (Johannes 20:24)? THOMAS. Geloofde Thomas het getuigenis van zijn vrienden (Johannes 20:25)? NEE. Wat zou volgens Thomas nodig zijn om hem ervan te overtuigen dat Jezus werkelijk opgestaan was (Johannes 20:25)? GATEN VAN SPIJKERS VOELEN EN DE OPENING IN ZIJN ZIJDE VOELEN. Hij zei eigenlijk zoiets als dit: “Ik geloof jullie niet. Ik zal slechts geloven als Ik Hem kan ZIEN en Hem zelfs kan AANRAKEN!” Daardoor kreeg Thomas bij ons de bijnaam van “ongelovige Thomas”!

    Zie : brindisi-mariaverschijningen.jimdo.com

    Openbare verschijning van de Maagd van de Verzoening.
    Boodschap geopenbaard op 5 oktober 2015
    in de gezegende tuin – Brindisi
     

    Mario: De Maagd Maria verscheen helemaal in het wit gekleed. Zij had een gouden scepter in Haar rechterhand. 

    "Mijn kinderen, loof en dank de Heer voor elk moment van Zijn liefde. Dank voor elke broeder die jullie ontmoeten en accepteer hem in liefde. Herken God in de naaste en dien hem. Ik kom tot jullie met talrijke boodschappen die de genade, de rechtvaardigheid, de Goddelijke Majesteit onthullen. Ik kom als Ambassadrice van de Heer, om de Leer van de Heilige Kerk, gebaseerd op Petrus, te herwaarderen.     

    Mijn boodschappen komen naar jullie door Mijn woorden van hoop, Mijn gebaren, Mijn kleding, Mijn gekozen plaatsen, Mijn instrumenten. Herontdek de Sacramenten. Herontdek de sacramentaliën, die ‘wapens’ van verdediging tegen Satan zijn. Neem de Geboden van God en Zijn wetten in acht opdat jullie niet verloren gaan en niet in verwarring geraken. Zonder God kunnen jullie jezelf niet kennen, want Hij alleen kan jullie ziel verlichten. Voed jullie vertrouwen in Jezus en niet in de wereld. Vind jullie hoop alleen in Hem.  

    Leef in harmonie met de schepping; luister naar het Woord Gods, volg de heiligen na, jullie gidsen. Bekeer jullie tot Jezus, de Heiland en zoek niet naar meer aards geluk, dat kortstondig is en van voorbijgaande aard en dat zoals de wereld vergaat. Het Koninkrijk van Mijn Zoon is nabij en de strijd om het geloof in de Drie-eenheid is begonnen, maar de overwinning is nabij."  

    Mario: De Moeder Gods zegende ons allemaal met Haar zegen.

    24-10-2015, 01:32 Geschreven door Claudia  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Johannes-evangelie deel 14

    5 DE KRUISIGING VAN CHRISTUS

    Pilatus gaf uiteindelijk de Joden wat ze wilden (Johannes 19:16). De plaats van de kruisiging werd “SCHEDELVELD” genoemd (Johannes 19:17; Lukas 23:33; Grieks: kranion = schedel) en in het Hebreeuws “Golgotha”. Hoeveel criminelen werden op die dag samen met Christus gekruisigd (Johannes 19:18)? 2.

    Wanneer misdadigers gekruisigd werden bracht men de beschuldiging dikwijls aan boven hun hoofd. Bijvoorbeeld, wanneer een man moedwillig iemand vermoord had, zou daar een bordje aangebracht worden met de tekst: “DIT IS EEN MOORDENAAR”. Welke beschuldiging werd aangebracht boven het hoofd van Jezus (Johannes 19:19)? JEZUS, DE NAZOREEER, KONING DER JODEN. In hoeveel talen was dit geschreven (Johannes 19:20)? 3 TALEN (Noot: de lokale taal in Israel was Hebreeuws; de gewone taal van de Romeinen was Grieks, en de officiele of ambtelijke taal was Latijn omdat de Romeinen over het gebied heersten). Wat was de grote misdaad waar Jezus van beschuldigd werd? Hij was de Koning van de Joden! Waren de Joden daar gelukkig mee (Johannes 19:21)? NEE. Veranderde Pilatus het opschrift voor hen (Johannes 19:22)? NEE. Pilatus had een grote nederlaag geleden (door niet in staat te zijn Jezus los te laten) maar nu was hij in staat een kleine overwinning te behalen. We kunnen ook de hand van God zien in deze geschreven aanklacht. Het was niet enkel zo dat Jezus beweerde de Koning te zijn. HIJ WAS DE KONING!

                            JEZUS DE NAZARENER DE KONING DER JODEN

                            Reconstructie van het opschrift boven Jezus’ kruis

                Latijn :            INRI    Iesus Nazarenus Rex Iudaeorum

                Grieks:           INBI    Iesous Nazoraios Basileus Ioudaion

                Hebr : JHWH            Jesjoea Hanozri Wumelech Hajehudim

    Het Hebreeuws kent geen klinkers en bovendien was het destijds de gewoonte dat de schriftgeleerden in een zin op de eerste letters letten. Zij die Jezus aan het kruis zagen hangen zouden versteld gestaan hebben van wat ze toen zagen: JHWH, de naam van God, die de Joden zelfs niet uitspraken omdat die zo heilig was.

    De Romeinse soldaten deden iets wat God had gezegd lang voordat het zou gebeuren (zie Johannes 19:23-24). Ongeveer 1000 jaar eerder schreef David de woorden van Psalm 22:19. Deze Romeinse soldaten wisten niets van deze profetie en toch vervulden zij die volmaakt! God ketn het einde vanaf het begin (Jesaja 46:10). Kan je nog andere verzen in Psalm 22 vinden die je doen denken aan de kruisiging ? vers 17, 19. Denk eraan, deze Psalm werd geschreven honderden jaren voordat er zoiets bestond als een Romeinse kruisiging!

    De overwinningskreet

    Jezus hing ongeveer zes uur aan het kruis. Aan het eind van die tijd vroeg Hij iets te drinken door te zeggen: “Ik [heb] DORST” (Johannes 19:28-29). Opnieuw werd de Schrift vervuld (zie Psalm 69:22). Mogelijk was het zo dat Jezus deze drank wilde om Zijn droge mond te bevochtigen opdat Hij daarna iets LUID EN DUIDELIJK wilde zeggen opdat iedereen het zou horen. Direct nadat Hij deze drank ontving riep Hij: “HET IS VOLBRACHT” (Johannes 19:30). We lezen in Mattheus 27:50 dat Jezus deze woorden sprak met een LUIDE stem. “Het is volbracht! Het is gedaan! Ik heb het werk volbracht dat de Vader Mij te doen gaf!” (vergelijk Johannes 17:4).

    Onze Redder volbracht alles wat noodzakelijk was voor onze redding. Zijn missie was volbracht (vergelijk Lukas 19:10; Johannes 3:17; 1 Timotheus 1:15)! Het boek Hebreeen verklaart het belang van het volbrachte werk van Christus (zie Hebreeen 1:3; 9:24-28 en 10:10-14 en bemerk het woord “eens”). Heeft jouw hart “AMEN” gezegd op het volbrachte werk van Jezus Christus aan het kruis?

    De dood van Christus

    Kruisiging is een verschrikkelijke vorm van terechtstellen. De dood door een elektrische stoel, een vuurpeloton of een guillotine is relatief snel en pijnloos. Het lijden aan een kruis leek eindeloos. Maar als we enkel het fysieke aspect zien van de kruisiging, dan hebben we iets gemist. Wat beangstigde Jezus het meest voordat Hij naar het kruis ging (Markus 14:36 en Johannes 18:11)? De beker die de Vader Hem te drinken zou geven.

    Wat was volgens Christus’ eigen woorden in Mattheus 27:46, het verschrikkelijkste deel van de kruisigingservaring (Mattheus 27:46)? Verlaten zijn door de Almachtige God.

    Jezus Christus LEED VOOR DE ZONDEN (1 Petrus 3:18). Het echte lijden aan het kruis kwam op Christus niet door wat de Romeinse soldaten met Hem deden, maar door wat God aan Hem deed, wegens jouw en mijn zonden! Lees Jesaja hoofdstuk 53 en schrijf de dingen op die God deed aan de Heer Jezus:

    Vers 4 : DOOR GOD GEKASTIJD EN VERNEDERD

    Vers 6: DE HEER HEEFT DE SCHULD VAN ONS ALLEN OP HEM LATEN NEERKOMEN

    Vers 10: HET HEEFT DE HEER BEHAAGD HEM ZIEK TE MAKEN EN HEM TE BREKEN

    Gods toorn en oordeel kwamen neer op de Redder en Hij stierf in onze plaats. Wij zijn degenen die God had moeten straffen. Onze volmaakte Plaatsvervanger betaalde de verschrikkelijke straf op de zonde in onze plaats. Dit is de echte betekenis van de dood van Christus: “DAT CHRISTUS GESTORVEN IS VOOR ONZE ZONDEN” (1 Korinthiers 15:3).

    Was Jezus echt dood?

    Er zijn mensen die niet geloven dat Jezus werkelijk stierf aan het kruis. Sommigen zeggen dat Hij bewusteloos was en enkel dood leek (iedereen bij de neus genomen), maar dat Hij later bij bewustzijn kwam en dat de mensen dachten dat Hij uit de doden was opgestaan (opnieuw iedereen bij de neus genomen). Stierf Jezus werkelijk of dachten de mensen alleen maar dat Hij dood was? Het antwoord wordt gevonden in Johannes hoofdstuk 19.

    De dag na de kruisiging was een bijzondere hoogdag en de Joden wilden niet dat iemand aan het kruis bleef hangen op die dag (Johannes 19:31). Soms duurde het wel enkele dagen eer een veroordeelde op zijn kruis stierf. Van sommige slachtoffers is geweten dat zij meer dan een week overleefden aan een kruis! Sterven aan een kruis was zeker niet de snelste methode.

    Het “breken van de benen” (Johannes 19:31-32) was een procedure om de dood te versnellen. Zonder dat de benen steun gaven zou het lichaam neerzakken en de spanning in de borst en de spieren werd te groot en men zou snel verstikken. Als deze procedure niet was toegepast zouden de twee misdadigers naast Jezus nog een dag of misschien nog langer geleefd hebben. Een van deze boosdoeners had VANDAAG een afspraak met Christus in het paradijs (zie Lukas 23:43) en door zijn benen te breken hielpen de soldaten hem aan die plaats, waar hij nooit meer zou lijden. Het lot van de andere misdadiger was niet zo fortuinlijk want hij was niet gered. Hij ging over naar een eeuwigheid van lijden, voor altijd afgescheiden van de Christus die hem had willen redden.

    Toen de soldaten bij het centrale kruis kwamen ontdekten zij dat Jezus was GESTORVEN, en daarom braken zij Zijn benen niet (Johannes 19:33). Was Pilatus verrast te horen dat Jezus al dood was na zes uren (Markus 15:44)? JA. Als er enige twijfel over zou kunnen bestaan of Jezus werkelijk dood was, dan sluit Johannes 19:34 de kwestie helemaal! Wat deed een van de soldaten? JEZUS’ ZIJDE DOORSTEKEN. Uiteraard was Jezus al dood wanneer dit gebeurde (vers 33), maar wat deze soldaat deed sluit de kwestie helemaal. Niemand kan een speerwonde overleven zoals Christus die kreeg. Zij die zeggen dat Jezus nooit echt stierf zijn gewoon blind voor de gebeurtenissen. (Noot: Vergelijk 1 Samuel 17:49-51, Goliath was reeds dood toen David zijn hoofd afhieuw, maar David deed dit opdat iedereen het ontegensprekelijke bewijs zou zien dat de grote Goliath werkelijk dood was).

    De man die het Evangelie naar Johannes schreef was op de scene van de kruisiging aanwezig en zag al deze dingen die plaatsvonden (Johannes 19:25-27 en 19:35). Johannes getuigde van al deze dingen en zei: “En die het GEZIEN  heeft, die getuigt ervan, en zijn getuigenis is BETROUWBAAR en hij weet dat hij de waarheid spreekt” (Johannes 19:35). Johannes was geen fantasieschrijver maar schreef als ooggetuige alles nauwkeurig op “opdat ook u ZULT GELOVEN” (Johannes 19:35).

    6 DE BEGRAFENIS VAN CHRISTUS

    De begrafenis van Christus (Johannes 19:38-42) bewijst ook dat Jezus echt dood was. Mensen begraven gewoonlijk geen levenden.

    De namen worden opgegeven van twee mannen die een belangrijk aandeel hadden in het geven van een fatsoenlijke begrafenis aan Jezus (Johannes 19:38, 39). Wij ontmoetten Nicodemus aanvankelijk in Johannes hoofdstuk 3.

    De meeste gekruisigde slachtoffers kregen niet eens een fatsoenlijke begrafenis. Hun lichamen werden soms op een afvalplaats gedumpt buiten de stad Jeruzalem (GEHENNA genaamd). Pilatus gaf Jozef echter permissie om Jezus te begraven.

    ***********

    Jezus Christus is alles wat een verloren zondaar nodig heeft. Met Christus zal hij leven, en zonder Christus zal hij vergaan (Johannes 3:16). Christus is de enige hoop van de mens. De zondaar kan zelf niets doen wat hem zal redden (Titus 3:5; Efeziers 2:8-9). Hij moet gewoon geloven dat Jezus Christus stierf om hem te redden, Hem vragen om zijn Heer en Redder te zijn, en Jezus al het reddingswerk laten doen voor zijn ziel.

    HEB JIJ DIT GEDAAN?

    RUST JIJ OP HET VOLBRACHTE WERK VAN DE HEER JEZUS CHRISTUS?

    24-10-2015, 01:03 Geschreven door Claudia  


    23-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Johannes-evangelie deel 13

    Johannes 18-19

    HET LAM VAN GOD

    Johannes de Doper wees ooit op Jezus Christus en zei: “Zie het LAM van God, dat de ZONDE van de wereld wegneemt!” (Johannes 1:29; zie 1:36). Het LAM was een offerdier (vergelijk Genesis 22:6-8; Exodus 12:3-7). Het onschuldige lam dat geofferd werd op het Joodse altaar was bedoeld als een beeld van het VOLMAAKTE OFFER VAN CHRISTUS (Hebreeen 10:4-14). Jezus Christus is GODS OFFERLAM – de Onschuldige die leed en stierf voor de zonde van de wereld. De God van LIEFDE (!) wilde Zijn eigen geliefde Zoon offeren (GERECHTIGHEID!) voor ons:

    “Die zelfs Zijn eigen Zoon NIET gespaard maar

    voor ons allen HEEFT OVERGELEVERD”

    (Romeinen 8:32)

    “Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn

    Eniggeboren Zoon HEEFT GESCHONKEN”

    (Johannes 3:16)

    Als we Johannes hoofdstukken 18-19 bestuderen worden we recht naar de voet van Golgotha’s kruis gevoerd. Hier werd de Zoon des mensen “verhoogd” om te sterven (Johannes 3:14-15; 12:32-33). Hier kunnen we opkijken naar het LAM van God en Hem zien als de Plaatsvervanger van de zondige mens.

    Schets van Johannes Hoofdstukken 18-19

    1.    De arrestatie van Christus (Johannes 18:1-14)

    2.    De verloochening van Christus (Johannes 18:15-18, 25-27)

    3.    De berechting van Christus (Johannes 18:19-24, 28-40)

    4.    De afwijzing van Christus (Johannes 19:1-15)

    5.    De kruisiging van Christus (Johannes 19:16-37)

    6.    De begrafenis van Christus (Johannes 19:38-42)

    1 DE ARRESTATIE VAN CHRISTUS

    In Johannes 18:1 leren we dat nadat Jezus bad (zie Johannes 17) Hij Zijn discipelen naar een bepaalde hof leidde (de hof van Gethsemane). Wat deed Jezus toen Hij in deze hof was, en wat wilde Hij dat Zijn discipelen zouden doen (zie Mattheus 26:36, 39, 41, 42, 44)? WAKKER BLIJVEN. Wist Judas, de verrader, waar Hij Jezus kon vinden (Johannes 18:2)? JA.

    In Johannes 18:3 hebben we een beschrijving van de groep die Jezus kwam arresteren. Het woord “afdeling” is een militaire term die verwijst naar een Romeinse “cohort”, dat op volle sterkte bestond uit 1/10 van een legioen. Een legioen op volle sterkte zou 6000 soldaten bevatten en een cohort bevatte op volle sterkte dus 600 soldaten. Vermits Jeruzalem vol met mensen was tijdens de tijd van het Pascha, hadden de Romeinen talloze soldaten bij de hand om elke mogelijke opstand te stoppen. De Joodse leiders waren dus in staat om de diensten te verkrijgen van een Romeins cohort om Christus te arresteren. Of er nu echt 600 soldaten present waren is niet zeker, maar het moet beslist een groot aantal geweest zijn. Mattheus zegt: “Judas, een van de twaalf, kwam er aan en met hem een GROTE BENDE (Mattheus 26:47). Ze waren dus met veel meer dan nodig was om een kleine groep discipelen de baas te zijn.

    Ook de Joodse leiders hadden hun dienaren (Johannes 18:3). Deze “dienaars van de overpriesters en Farizeeen” konden beschreven worden als de “tempelpolitie” (vergelijk Lukas 22:52). Kwam deze groep gewapend of ongewapend (Johannes 18:3)? GEWAPEND. De gecombineerde kracht van de Joden en Romeinen werd aangewend tegen een ongewapende Man en Zijn elf discipelen! De kinderen van de duisternis droegen lampen en fakkels (Johannes 18:3) opdat zij “het LICHT der WERELD” zouden kunnen grijpen (Johannes 8:12). Wat voor wapens brachten zij mee (Markus 14:43)? ZWAARDEN EN KNUPPELS.

    Was Jezus verrast door wat er gebeurde (Johannes 18:4)? NEE. Spoedig zou er iets gebeuren dat degenen die Jezus kwamen arresteren werkelijk zou verrassen. Lees Johannes 18:4-6 zorgvuldig. Jezus identificeerde Zich met de woorden “IK BEN” (het woord “het” staat niet in de originele Griekse tekst). Jezus identificeerde Zichzelf met de Grote IK BEN (vergelijk Exodus 3:14; Johannes 4:26; 6:20; 8:24, 28, 58) en dus GOD Zelf! Wat gebeurde er met de grote bende militairen en politie toen Jezus Zich identificeerde op deze manier (Johannes 18:6)? ZE DEINSDEN ACHTERUIT EN VIELEN OP DE GROND.

    Viel ook Judas neer met hen (Johannes 18:5-6)? JA. Iedereen kon nu zien aan welke kant Judas stond! Hij stond aan de kant van de VIJANDEN van de Heer en lag nu samen met hen op de grond. Het moet nogal een zicht geweest zijn om honderden getrainde soldaten en een bende Joodse politiemannen OP DE GROND te zien, en elf discipelen en een ongewapende Jezus als enigen die nog rechtstonden! Dit alles gebeurde gewoon omdat Jezus twee woorden zei: “IK BEN!”

    Toen deze bende recht kroop op hun voeten, was het alsof Jezus zei: “Mannen, Ik geef u permissie om Mij te arresteren, maar voordat u dat doet wil Ik u eraan herinneren Wie u de toelating geeft!” De Zoon van God was Meester over de hele situatie!

    Het oor van Malchus

    Volgens Johannes 18:10-11, spoedde Petrus zich om de Heer te bevrijden, en met grote ijver en weinig inzicht sloeg hij het rechteroor af van een man die Malchus heette. Wat deed Jezus volgens Lukas, de arts, aan deze situatie (Lukas 22:51)? HIJ RAAPTE HET OOR OP EN GENAS HEM. Zij die Jezus arresteerden waren getuige van twee wonderen:

    1)    Jezus sprak twee woorden (Grieks: EGO EIMI) en iedereen viel neer (Johannes 18:6)!

    2)    Jezus genas op bovennatuurlijke wijze het oor van Malchus (Lukas 22:51).

    Het leger dat Jezus arresteerde had geen excuus voor hun misdaad. Zij zouden nooit kunnen zeggen: “Wij hadden geen reden om te geloven dat Hij de Zoon van God was”.

    Had Jezus Petrus’ hulp nodig (Mattheus 26:53)? NEE. (denk eraan: een legioen op volle sterkte was 6000 man; twaalf legioenen engelen is gelijk aan 72000 engelen!) Ongeveer 53 dagen later, trok Petrus andermaal een zwaard en gebruikte dit tegen de vijanden van Christus, en deze keer was hij succesvol! Deze keer deed zijn zwaard veel meer dan een oor afslaan, het drong diep door in de harten van duizenden mensen. We lezen erover in Handelingen 2:14, 36, 37, 38, 41. In Handelingen 2:37 staat dat zij “diep in het hart geraakt” werden. Het zwaard dat Petrus ditmaal gebruikte is beschreven in Hebreeen 4:12 en was HET WOORD VAN GOD. Wil God dat wij ditzelfde zwaard gebruiken (Efeziers 6:11, 17)? JA.

    Arresteerden de Joden en de Romeinse soldaten Jezus (Johannes 18:12)? JA. Maar was dat een prestatie van hen? We moeten ons herinneren wat Jezus onderwees in Johannes 10:11, 17, 18. Zij arresteerden Jezus enkel omdat Jezus hen liet begaan. Jezus gaf Zijn leven gewillig en vrijwillig, en daardoor waren zij in staat Hem te arresteren. Anders zou het voor hen onmogelijk geweest zijn (vergelijk Johannes 7:30; 8:20; enz.). Wat was het dat maakte dat de Heer Zichzelf overgaf (Galaten 2:20; Efeziers 5:2, 25)? UIT LIEFDE. Niet MENSEN deden Jezus naar het kruis gaan. Het was LIEFDE die maakte dat Hij ging! Christus was zo gewillig om zondige mensen te redden! Hoe gewillig ben jij om gered te worden? (Vergelijk de tragische woorden van Johannes 5:40).

    HEBT U JEZUS’ AFBETALING VAN UW ZONDEN AANGENOMEN?

    OF BENT U DWAAS GENOEG OM ER ZELF VOOR TE BETALEN?

    Toen Petrus bij Jezus was in Gethsemane hieuw hij moedig het oor af van Malchus. Spoedig echter zou deze sterke en moedige Petrus een lafaard worden. De Petrus die eens zei dat hij de Heer zou volgen zelfs tot de dood (Johannes 13:37) stond op het punt de Heer driemaal te verloochenen (Johannes 13:38)!

    2 DE VERLOOCHENING VAN CHRISTUS

    De “andere discipel” in Johannes 18:15-16 was waarschijnlijk Johannes, hij die het Evangelie schreef dat wij nu bestuderen. Nadat Jezus was gearresteerd, vluchtten alle discipelen (Mattheus 26:56), maar Petrus en Johannes kwamen terug. Johannes had bepaalde connecties met de hogepriester (Johannes 18:15), en daarom werden hij en Petrus toegelaten het domein van het paleis binnen te gaan (Johannes 18:16).

    Petrus dacht dat hij sterk was (Johannes 13:37) maar hij zou spoedig leren hoe zwak hij in feite was. Petrus’ eerste verloochening wordt gevonden in Johannes 18:17. De vraag van de vrouw was: “Bent ook u niet een van de discipelen van deze Mens?” Vertelde Petrus daarop de waarheid? NEE. Petrus LOOG niet enkel, hij VERLOOCHENDE!

    Petrus verloochende zijn Heer. Met zijn antwoord zei hij eigenlijk: “Ik heb geen enkele connectie met Jezus Christus”. Was Petrus op dat punt van zijn leven trots of beschaamd om als een discipel van Jezus gekend te zijn (Johannes 18:17)? BESCHAAMD. Ben jij trots of beschaamd voor jouw Redder? Als iemand zou zeggen “ben jij niet een van die bijbelgelovige christenen?” hoe zou jij dan antwoorden?

    De tweede verloochening vinden we in Johannes 18:25. Men zei tot Petrus: “Bent ook u niet een van Zijn discipelen?” Loog en verloochende Petrus? JA.

    De derde en laatste verloochening wordt beschreven in Johannes 18:26. De man die deze finale vraag stelde was familie van Malchus (vergelijk Johannes 18:10). Deze man was ook in de hof bij de arrestatie en had gezien dat Petrus Malchus’ oor afhieuw. Hij was bijna zeker dat het Petrus was. Bijna zeker maar niet helemaal. Hoe beantwoordde Petrus deze vraag? Petrus had moeten zeggen: “Ja, ik moet de waarheid vertellen. Ik ben de man die u zag in de hof met Jezus. Ik ben de man die het oor afsloeg van uw familielid”. Is het dit wat Petrus zei (Johannes 18:27)? NEE. Kwam de voorzegging van Jezus in Johannes 13:38 uit? JA.

    Lees Mattheus 10:32-33. Welk vers beschrijft wat Petrus deed? Vers 33. Welk vers beschrijft wat God wil dat zij doen? Vers 32. Net zoals een label op een inmaakpot de inhoud ervan beschrijft, zo moet elke gelovige zijn Heer en Redder duidelijk belijden, zonder beschaamd te zijn (Romeinen 10:9-11). Wij zouden in staat moeten zijn te zeggen wat Paulus eens zei: “Want ik schaam mij NIET voor het Evangelie van Christus” (Romeinen 1:16). Petrus was beschaamd voor zijn Heer. Had Petrus later berouw over wat hij gedaan had (Lukas 22:59-62)? JA. Petrus was diep in zonde gevallen, maar hij hetstelde ook! Zo’n 53 dagen later beleed Petrus Christus moedig en krachtig tegenover duizenden Joden (zie Handelingen 2:14, 22-24, 29, 36, 41). Hij was niet meer beschaamd voor Jezus en hij wilde zelfs sterven voor zijn Heer, en dit is precies wat ook gebeurde (vergelijk Johannes 21:17-19). Er is een groot verschil tussen Petrus en Judas. Beiden faalden tegen de Heer – Judas verraadde Hem en Petrus verloochende Hem. Petrus kreeg berouw en herstelde, maar Judas deed dat nooit.

    3 DE BERECHTING VAN CHRISTUS

    De Schrift vertelt ons dat onmiddellijk na Zijn arrestatie, Jezus eerst voor ANNAS geleid werd (Johannes 18:13), voor een inleidend onderzoek. Wie was deze belangrijke persoon?

    Annas was misschien wel de machtigste en invloedrijkste man in Jeruzalem. Hij diende als de hogepriester van 7-15 na Chr. Na zijn ontslag in 15 na Chr. Bleef hij zijn titel behouden (zie Lukas 3:2; Johannes 18:19, 22; en Handelingen 4:6, waar hij de “hogepriester” genoemd wordt alhoewel hij niet de actuele hogepriester was). Annas was de schoonvader van KAJAFAS (Johannes 18:13; dit is de man waarover we leerden in Johannes 11:49-52). Annas had een grote invloed op de priesterklasse. In feite dienden vijf van zijn zonen, zowel als zijn schoonzoon Kajafas als zijn kleinzoon Matthias allen als hogepriester. In de tijd van de berechting van Jezus was Annas een man op hoge leeftijd. Hij had groot aanzien bij het volk en was altijd de te consulteren man. Daarom zijn we niet verrast te leren dat Jezus EERST naar Annas werd geleid (Johannes 18:13).

    Over welke twee dingen ondervroeg Annas Jezus (Johannes 18:19)?

    1.    Zijn LEERLINGEN

    2.    Zijn LEER

    Door zijn vragen insinueerde Annas dat Jezus rond Zich een groep volgelingen (Zijn discipelen) verzamelde met de mogelijke intentie van politieke opstand en revolte tegen Rome. Hij wilde dat Jezus iets zei (Zijn leer) waaruit zou blijken dat Hij het Romeinse bestuur wilde omverwerpen. Hij wist dat de Romeinen maar wat graag bereid waren elkeen uit te roeien die nog maar beschuldigd werd van opruiing of verraad. Kortom, Hij wilde dat Jezus iets zei waardoor Hij Zichzelf zou beschuldigen.

    Merk het meesterlijke antwoord van onze Heer op in Johannes 18:20-21. Het was alsof Jezus zei: “Ik weiger te getuigen tegen mezelf, en Ik vraag dat u eerlijke getuigen aanvoert zoals de wet het eist”. Volgend op Zijn faire verzoek kreeg Jezus een onfaire behandeling van de hand van een Joodse dienaar” die Jezus een KLAP in het GEZICHT” gaf (Johannes 18:22). Dit was de eerste van vele zulke slagen in het gelaat die Jezus zou ontvangen in de komende uren. Denk jij dat de dienaar in staat was Jezus’ vraag te beantwoorden in Johannes 18:23? NEE.

    Op weg naar het kruis was Jezus bereid fysiek geslagen te worden. Hij wilde ook jou redden. Hoe bereidwillig ben jij dan om ook gered te worden?

    Na Zijn bezoek aan Annas werd Jezus naar KAJAFAS geleid (Johannes 18:24). Deze man was de actuele hogepriester (Johannes 11:49; 18:13). Wat hun karakter en haat tegen Jezus betreft geleken Kajafas en Annas erg op elkaar. Om te leren over Jezus’ berechting voor Kajafas moeten we naar andere evangelien gaan (bijvoorbeeld zie Markus 14:53-65).

    Jezus voor Pilatus

    De Joden bonden Jezus en leidden Hem naar de Romeinse gouverneur wiens naam Pilatus was (Johannes 18:28-29). De Joden wilden dat Jezus ter dood gebracht zou worden maar waren daar niet toe in staat. In Johannes 18:31 leren we dat enkel Rome het gezag had om een persoon ter dood te brengen. Als de Joden Christus op hun wijze zouden gedood hebben dan zou dat waarschijnlijk door steniging geweest zijn (vergelijk Johannes 8:59 en 10:31). De Romeinse methode van terechtstellen was kruisiging. Dus wist Jezus exact waar Hij over sprak toen Hij het had over zijn “verhoging” (Johannes 12:32-33 en zie Johannes 18:32).

    In Johannes 18:28 leren we iets heel interessants over deze Joden die Christus wilden vermoorden. Het zegt: “En zij gingen het gerechtsgebouw niet in, opdat zij niet ONREIN zouden worden” (Johannes 18:28). Deze mannen waren betrokken in de ergste misdaad in de menselijke geschiedenis, en toch waren zij er bezorgd over verontreinigd te worden in een heidens paleis (van Pilatus)! Deze Joden waren bezorgd over het inslikken van een kleine mug, maar gaven niet om het doorzwelgen van een grote kameel (vergelijk Mattheus 23:23-24). Zij realiseerden zich niet dat zij alreeds verontreinigd waren tot aan de limiet!

    Pilatus stelde Jezus een eenvoudige vraag: “Bent U de KONING van de Joden?” (Johannes 18:33). Jezus gaf een duidelijk antwoord op deze vraag. In Johannes 18:36 zei Jezus drie keer: “Mijn KONINGSCHAP”! Als een persoon een koninkrijk heeft dan moet hij een KONING zijn! Ontkende Jezus in Johannes 18:37 dat Hij een Koning was of gaf Hij dat toe? HIJ GAF DAT TOE. Jezus legde ook uit dat Zijn onderdanen geen militanten waren die tegen de Joden of tegen Rome wilden strijden (Johannes 18:36). Zo’n Koning was geen bedreiging voor Pilatus of voor de Romeinen, en dus annonceerde Pilatus zijn verdict van “NIET SCHULDIG”: “Ik vind geen SCHULD in Hem” (Johannes 18:38). De Joden echter zouden pas tevreden zijn als zij Christus aan het kruis konden zien hangen. Zij wilden dat de schuldige Barabbas bevrijd zou worden en dat de onschuldige Christus zou gekruisigd worden (Johannes 18:40). Barabbas was een “BANDIET” (Johannes 18:40) en in moderne termen zouden we spreken van een “terrorist” en een lid van het “Joodse bevrijdingsleger”. Een van zijn terroristische handelingen resulteerde in moord (Markus 15:7 en Handelingen 3:14).

    Een andere vraag die Pilatus Jezus stelde staat in Johannes 18:38: “Wat is WAARHEID?” Pilatus stelde de juiste vraag aan de juiste Persoon! Wachtte Pilatus op Jezus’ antwoord (Johannes 18:38)? NEE.

    4 DE FINALE AFWIJZING VAN CHRISTUS

    Pilatus wist dat Jezus onschuldig was en wilde Hem vrijlaten. Zijn plan was Jezus zo erg te pijnigen dat de Joden medelijden zouden krijgen en Hem wilden bevrijd zien. Hij hoopte dat de Joden zouden zeggen: “Hij is genoeg gestraft. Hij kan nu vrijgelaten worden”. Daarom “nam Pilatus dan Jezus en geselde Hem” (Johannes 19:1). Geseling was een erg wrede vorm van martelen. Niets was eerger dan de Romeinse geseling, uitgezonderd het kruis. Beschouw het volgende:

    “ Zulk een geselen was een afschuwelijke foltering. De Romeinse gesel bestond uit een korte houten handgreep waarop verschillende riemen bevestigd waren, voorzien van stukjes lood of brons en met scherpe stukjes been. Deze riemen werden speciaal (niet altijd exclusief) op de rug van het slachtoffer geslagen, naakt en gebonden. Het lichaam werd daarbij soms opengereten en verscheurd, zodanig dat diepe aders en bloedvaten, en soms zelfs ingewanden en inwendige organen bloot kwamen te liggen. Zo’n geseling, waarvan Romeinse burgers waren uitgesloten, resulteerde dikwijls in de dood van het slachtoffer” – William Hendriksen

    Met de kleren afgetrokken moest het slachtoffer voorover buigen over een lage pilaar, terwijl een korte handgreep met verschillende lederen riemen met scherpe objecten werd gebruikt om de rug te verscheuren. De Romeinse wet voorzag in geen beperkingen in het aantal toegediende slagen. – D. Edmond Hiebert

    Een gesel is een Romeins instrument voor ernstige lichamelijke pijniging… zo afschuwelijk was de bestraffing dat het slachtoffer gewoonlijk in zwijm viel en niet zelden stierf. – International Standard Bible Encyclopaedia

    Vergelijk Psalm 129:3: “Ploegers hebben op mijn rug geploegd, zij hebben lange voren getrokken”. Dat Jezus werd gegeseld kan een verklaring zijn waarom Hij niet in staat was Zijn kruis te dragen tot op Golgotha.

    Geseling was niet de enige wrede behandeling die Jezus ontving (zie Johannes 19:2-3). Tegen die tijd was Zijn gelaat geslagen en gekneusd (vergelijk Jesaja 52:14 en 53:2). De meeste plaatjes van Christus aan het kruis tonen Zijn gezicht niet zoals het werkelijk was. Heb jij al eens het gelaat van een bokser gezien aan het eind van een zware nederlaag? Er zal een tijd komen dat de geweldenaars die Hem bewerkten zich opnieuw zullen buigen voor de KONING (zie Filippenzen 2:9-11). Op die dag zal dat niet voor hun plezier zijn!

    Nadat dit alles gebeurd was bracht Pilatus Jezus naar voor om Hem aan de menigte te tonen, en hij zei: “Zie, de Mens!” (Johannes 19:5; Latijn: ECCE HOMO!; Grieks: HO ANTHROPOS!). Toen de Joden de geslagen en gestompte Messias zagen, hadden zij toen medelijden met Hem? Vonden zij dat Hij genoeg gestraft was (Johannes 19:6)? NEE. Ze zouden pas tevreden zijn wanneer zij Hem aan het kruis zouden zien hangen. Zij wilden BLOED zien!

    Welke misdaad had Jezus gedaan? Volgens de Joden was Zijn grote misdaad: “Hij heeft Zichzelf TOT ZOON VAN GOD gemaakt” (Johannes 19:7). Hij beweerde Gods Zoon te zijn en de Joden beschouwden dit als godslastering! Zij wisten dat Hij daarmee “Zichzelf aan GOD gelijk maakte” (Johannes 5:18). Als Jezus gewoon en mens was geweest, dan zouden Zijn beweringen inderdaad godslastering geweest zijn en was Hij de dood waardig (zie Leviticus 24:16). Maar Jezus was echter alles wat Hij beweerde te zijn. Hij was de Zoon van God en de Koning van Israel!

    “Toen Pilatus dan deze woorden hoorde, werd hij nog meer ONGERUST” (Johannes 19:8) en begon zich te realiseren dat Jezus geen gewone mens was. Toen Pilatus Jezus vertelde hoeveel macht en gezag hij had (Johannes 19:10) herinnerde Jezus hem eraan dat hij helemaal GEEN enkele macht zou hebben als God die niet aan hem had gegeven (Johannes 19:11). Pilatus zou nooit gouverneur geworden zijn zonder Gods toestemming (zie Romeinen 13:1). God is Degene die heersers doet komen en gaan (Daniel 2:21; 4:17, 25, 32). Pilatus’ zonde was groot. Hij werd onder druk gezet door de Joodse leiders en door het geroep van de menigte om te doen wat hij wist dat het verkeerd was. Volgens Jezus was de zonde van de Joodse leiders echter NOG ZWAARDER dan de zonde van Pilatus (Johannes 19:11). Trachtte Pilatus Jezus los te laten (Johannes 19:12)? JA. Hij probeerde opnieuw en opnieuw maar slaagde er niet in.

    Uiteindelijk gaf Pilatus de Joden nog een gelegenheid. Hij bracht Jezus naar voor en zei tot de Joden: “Zie, UW KONING!” (Johannes 19:14). De verschrikkelijke afwijzing van Jezus Christus door de Joden wordt gezien in de drie dingen die zij riepen (Johannes 19:15):

    1.    “WEG MET HEM, WEG MET HEM!” Zij wilden Hem voor eens en altijd kwijt!

    2.    “KRUISIG HEM!” Zij wilden Hem ter dood folteren zoals dat enkel voor de ergste criminelen bestemd was (vergelijk Filippenzen 2:8).

    3.    “WIJ HEBBEN GEEN KONING DAN DE KEIZER”. De Joden haatten Caesar en de Romeinse heerschappij, maar zij haatten hun Messias zelfs nog meer. De roep van zondige mensen is altijd deze geweest: “Wij willen niet dat God ons bestuurt. Wij willen God vertellen wat te doen. Wij willen zelf bepalen wat we doen”. De mens heeft getracht zijn eigen koning te zijn en is geeindigd als een SLAAF. Enkel zij die God hun Koning laten zijn, zijn waarlijk VRIJ (Johannes 8:31-36).

    Vervulden deze Joden de woorden van Johannes 1:11 (In zijn eigen huis is Hij gekomen, en zijn eigen mensen hebben Hem niet opgenomen.)? JA.

    c Jezus bidt dat God hen zal “HEILIGEN”

    Toen Jezus voor Zijn discipelen bad was het eerste wat Hij vroeg dat God hen zou BEWAREN! (Johannes 17:11-15). Zijn tweede gebedsverzoek staat in Johannes 17:17: “MAAK HEN TOEGEWIJD AAN U IN WAARHEID = HEILIG HEN!” Wat betekent de uitdrukking “heilig hen” in feite? Dit betekent: “zet hen apart, maak ze heilig, maak ze zoals heiligen dienen te zijn”. God wil dat Zijn gelovigen in de wereld HEILIG wandelen! Heilig in gedachten, woorden en daden (meer gelijken op Christus). Jezus wilde dat Zijn discipelen beschermd, bewaard zouden worden (“BEWAAR HEN”) maar Hij wilde ook dat Zijn discipelen een heilige levenswandel zouden hebben (“HEILIG HEN”). Daar was Jezus over bezorgd.

    Het BEWAREN en het HEILIGEN van gelovigen zijn beide nodig. Een gelovige die bewaard wordt in de wereld maar niet heilig leeft is zoals een uitgeschakelde lamp in een donkere kamer. De lamp is er wel maar ze doet niet wat ze behoort te doen!

    Hoe maakt God van gelovigen mensen die HEILIG wandelen? Dat doet Hij door de Bijbel: “Heilig hen door Uw WOORD; Uw WOORD is de waarheid” (Johannes 17:17). Zij die Gods Woord liefhebben, het lezen, gehoorzamen en ernaar leven zijn zij wier levens geheiligd worden. De geheiligde gelovige is de gelovige die Gods Woord actief maakt in zijn leven. DE HEILIGE BIJBEL PRODUCEERT EEN HEILIG LEVEN.

    Veel mensen vandaag geloven niet echt in de Bijbel. Zij geloven dat de Bijbel gevuld is met dwalingen, fouten en onwaarheden. Maar we moeten ons altijd herinneren dat de Zoon van God zei: “UW WOORD IS WAARHEID” (Johannes 17:17)! Gods Woord is Waarheid! Jezus zei het, en dan is het zo! En voorzeker kent niemand de Bijbel beter dan de Heer Jezus!

    Wie zond Christus in de wereld (Johannes 17:18) DE VADER. Wie zendt de discipelen in de wereld (Johannes 17:18)? JEZUS. Christus zendt Zijn eigen discipelen recht in vijandelijk, bezet gebied! De wereld is sinds de zondeval immers bezet door “de god van deze wereld” (Satan; 2 Korinthiers 4:4). Maar Zijn discipelen hoeven niet te vrezen want de overwinning behoort de Heer Jezus toe!

    In Johannes 17:19 zei Jezus: “Ik WIJD Mijzelf TOE AAN U = heilig”. Dit betekent: “Ik zet Mijzelf apart”. Jezus verwees naar het werk dat Hij voor ons zou gaan doen op het kruis. Hij zou apart gezet worden als een offerande voor zonde. Hij werd GEHEILIGD opdat WIJ konden GEHEILIGD worden (Johannes 17:19). Hij stierf om mensen HEILIG te maken (apart gezet voor God, positioneel rein), en ook om gelovigen te HEILIGEN (praktisch rein, een geheiligd leven naar het beeld van Christus). Hij stierf om ons in alle opzichten HEILIG en REIN te maken (vergelijk Titus 2:14).

    3 JEZUS BIDT VOOR TOEKOMSTIGE GELOVIGEN

    Toen Jezus het gebed van Johannes 17 bad, had Hij niet Zijn kleine groep discipelen in gedachten. Hij wist dat er ook vele duizenden mensen in de toekomst zouden zijn die in Hem zouden geloven. In Johannes 17:20 zei Jezus: “En Ik bid niet alleen voor dezen, maar ook voor hen die door hun woord in Mij zullen GELOVEN”.

    De vroege discipelen (zoals Petrus, Johannes en later Paulus) gingen na de hemelvaart van Christus door met het prediken van het evangelie aan alle mensen (Mattheus 28:19-20). Vele mensen geloofden in Christus door hun woord en hun prediking. Later gebruikte God deze discipelen om de boeken van het Nieuwe Testament te schrijven. Sinds het Nieuwe Testament geschreven is hebben vele duizenden mensen dit gelezen en hebben geloofd in Jezus Christus. Jezus wist dat deze mensen op een dag in Hem zouden geloven en Hij wilde hen in Zijn gebed insluiten (Johannes 17:20). Heb jij geloofd in de boodschap van redding van het Nieuwe Testament? Als dat zo is, dan had Jezus in Zijn gebed van Johannes 17 ook JOU in gedachten!

    Jezus bad dat Zijn gelovigen EEN mochten zijn (Johannes 17:21-23). Lees Efeziers 4:3-7: zie jij de ZEVEN EEN’s? Werd Jezus’ gebed verhoord? JA. Als vandaag mensen in Christus geloven dan worden zij allen “tot een lichaam GEDOOPT” (1 Korinthiers 12:13). Dit betekent dat elke gelovige geplaatst wordt in het lichaam van Christus, dat de KERK is. Elke gelovige wordt een lid van de Kerk! Als gelovigen delen wij allen een gemeenschappelijke EENHEID. Elke gelovige is in staat het volgende te zeggen:

                De Heilige Geest leeft in mij.

                God is mijn Vader.

    Christus is mijn Redder en mijn Hoofd.

    De Heilige Geest is mijn Trooster.

    Christus’ wederkomst is mijn verwachting.

    De hemel is mijn thuis!

    Zij die niet gered zijn kunnen deze dingen niet zeggen en we zijn dan ook niet een met hen.

    Verlangt Jezus ernaar dat Zijn gelovigen op een dag met Hem in de hemel zullen zijn (Johannes 17:24)? JA. Zal Hij terugkomen en ons daar naartoe brengen (Johannes 14:3)? JA. Wat wil Jezus dat wij zouden zien (Johannes 17:24)? DE HEERLIJKHEID. In de hemel zal Jezus in het centrum van de aandacht staan! Verheugen gelovigen zich vandaag alhoewel zij Christus niet zien (1 Petrus 1:8)? JA. Als gelovigen vandaag zich verheugen zonder Hem te zien, hoe groot moet dan de vreugde zijn in de toekomst wanneer we Hem zullen zien van aangezicht tot aangezicht!

    Het gebed van onze Heer eindigt met vers 26. Maar eigenlijk stopt Zijn gebed voor gelovigen nooit! De Bijbel zegt ons dat “Hij altijd leeft om voor hen [= ons] te pleiten” (Hebreeen 7:25). Hij stopt Zijn middelaarschap nooit!

                WAT EEN WONDERLIJKE REDDER!

                WAT EEN GROTE HOGEPRIESTER!

    Arno Clemens Gaebelein over Johannes 17:22-26:

    De Heer heeft gebeden voor de bewaring en heiliging van de gelovigen. Nu bidt de Heer voor hun verheerlijking. Wat een erfenis heeft de Heer voor ons nagelaten! “En Ik heb hun de heerlijkheid gegeven, die Gij Mij gegeven hebt”. Wat bedoelt de Heer met deze woorden? Welke heerlijkheid belooft Hij te geven? Hier lopen de meningen nogal uiteen…

    Toch geloven we dat deze woorden geen moeilijkheid hoeven te geven. Net als andere verklaringen van de Heer, zoals vers 4: “Ik heb het werk voleindigd dat Gij Mij te doen hebt gegeven”, en vers 11: “Ik ben niet meer in de wereld”, zien ook deze woorden vooruit op de tijd na de opstanding. In de opstanding verheerlijkte de Vader de Heer Jezus voor het werk dat Hij volbracht had. De Heer had voldaan aan de rechtvaardige eisen van God. Gods geliefde Zoon was naar de aarde gekomen en had Hem verheerlijkt tijdens heel zijn leven op aarde. Tenslotte verheerlijkte de Zoon Hem in zijn dood aan het kruis en voldeed Hij aan de gerechtigheid van God ten behoeve van verloren zondaars. Als loon voor dit volbrachte werk wekte God Hem op uit de doden en gaf Hem heerlijkheid.

    Ditzelfde wordt ook gezegd in Fil. 2 vanaf vers 6: “Die in de gestalte van God zijnde, het geen roof geacht heeft God gelijk te zijn, maar heeft Zichzelf ontledigd en heeft de gestalte van een slaaf aangenomen en is de mensen gelijk geworden. En uiterlijk een mens bevonden, heeft Hij Zichzelf vernederd en is gehoorzaam geworden tot de dood, ja tot de dood aan het kruis. Daarom heeft God Hem ook uitermate verhoogd en Hem de naam verleend, die boven alle naam is”.

    Deze heerlijkheid die de Heer ontvangen heeft geeft Hij aan hen die van Hem zijn.

    Wat een geweldige gedachte is dat! De Zoon van God kwam om te sterven voor onze zonden, en toen Hij stierf als onze Plaatsvervanger nam Hij alles op Zich wat wij verdienden als schuldige zondaars. Hij betaalde voor onze schuld. Daarom beloonde God Hem in zijn rechtvaardigheid omdat Hij en alleen Hij een beloning verdient – een beloning die bestaat in zijn verheerlijking; maar onze liefhebbende Heer geeft de heerlijkheid die Hem toekomt en die Hij ontvangen heeft, aan allen die van Hem zijn! Hij maakt ons deelgenoten van de heerlijkheid die Hij verkregen heeft.

    Het is niet moeilijk de heerlijkheid die de Heer verkregen heeft te omschrijven. Het is een zevenvoudige heerlijkheid, en wij hebben daaraan deel.

    1.    In de opstanding ontving de Heer de heerlijkheid van het zoonschap, want “Hij is de eerstgeborene uit de doden” (Kol. 1:18). Wij hebben met Hem deel aan zijn zoonschap en wij zijn in Hem zonen van God.

    2.    God maakte Hem tot erfgenaam van alle dingen (Hebr. 1:2). Hij is het hoofd van de nieuwe schepping. Wij zijn “erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus” (Rom. 8:17).

    3.    God gaf Hem een heerlijke plaats als beloning. Hij is gaan zitten aan de rechterhand van God. Hij heeft een plaats boven alle engelen. God heeft ons mee doen zitten in de hemelse gewesten in Christus Jezus (Ef. 2:6).

    4.    Als beloning ontving de Heer een heerlijke naam, “de naam die boven alle naam is”. En voor ons geldt: “Ik zal hem een witte steen geven en op de steen een nieuwe naam geschreven, die niemand kent dan hij die hem ontvangt” (Openb. 2:17). “En Ik zal op hem schrijven… mijn nieuwe naam” (Openb. 3:12). “En zij zullen zijn aangezicht zien en zijn naam zal op hun voorhoofden zijn” (Openb. 22:4).

    5.    Hij ontving de heerlijkheid van het priesterschap. Hij is Priester geworden naar de ordening van Melchizedek, en wij zijn priesters met Hem.

    6.    Hij is gemaakt tot Koning en God zal Hem het beloofde koninkrijk geven. Hij zal zitten op de troon en regeren over de aarde en de volken zullen zijn erfenis zijn. Wij zullen met Hem heersen en regeren.

    7.    Tenslotte ontving Hij de heerlijkheid van het rechtersambt. Al het oordeel is aan Hem gegeven. Ook deze heerlijkheid zullen zij met Hem delen. “Weet gij niet dat de heiligen de wereld zullen oordelen? Weet gij niet dat zij engelen zullen oordelen?” (1 Kor. 6:2 en 3).

    Dit is de heerlijkheid die aan de Heer gegeven is en die wij met Hem zullen delen. Wij zullen die heerlijkheid straks pas ten volle ontvangen. “Wij weten, dat als Hij geopenbaard zal zijn, zij Hem gelijk zullen zijn” (1 Joh. 3:2). Dat zal zijn op de dag waarop Hij zal komen “in zijn heerlijkheid en die van de Vader en de heilige engelen” (Luk. 9:26). Wij zullen met Hem zijn in die heerlijkheid; zij zullen schitteren in zijn heerlijkheid. Op die dag zal Hij zijn hartewens en de begeerte van zijn lippen ontvangen (Psalm 21:2). Om zijn moeitevol lijden zal Hij het zien tot verzadiging toe, wanneer “Hij komt om op die dag verheerlijkt te worden in zijn heiligen en bewonderd te worden in allen die geloofd hebben” (2 Thess. 1:10).

    Dan zal de wereld weten dat de Vader de Zoon gezonden heeft. Dan is het geloof verwisseld in aanschouwen. Wat een heerlijk schouwspel zal het zijn als de Zoon vele zonen tot zijn heerlijkheid zal leiden. Op die dag zal de hele wereld het weten, en alle ongeloof zal voor altijd verdwenen zijn.

    Dan volgt de bede: “Vader, Ik wil dat waar Ik ben, ook zij bij Mij zijn die Gij Mij gegeven hebt, opdat zij mijn heerlijkheid mogen aanschouwen, die Gij Mij gegeven hebt; want Gij hebt Mij liefgehad voor de grondlegging van de wereld”.

    Dit is het gebed van de Heer voor de verheerlijking van de zijnen. Alleen hier gebruikt de Heer in zijn gebed het woord: “Ik wil”. Het oorspronkelijke woord (thelo) heeft de betekenis van een beslist voornemen. Het is daarom meer dan een verzoek, het is een eis. De Heer had hun beloofd: “Ik kom weer en zal u tot Mij nemen, opdat ook gij zijn moogt waar Ik ben” (14:3). Nu zegt de Heer wat zijn wil is met betrekking tot de zijnen. De wil van de Heer was altijd in volkomen overeenstemming met de wil van de Vader. Wat een geweldige hoop is dit voor ons die van Hem zijn: het moment dat we “thuis” zullen komen! Hoe dit zal gebeuren is geopenbaard aan de apostel Paulus. We kunnen het lezen in 1 Thess. 4:16-18.

    Dezelfde Heer die bad: “Vader, Ik wil”, dezelfde Heer die beloofde: “Ik kom weer”, dezelfde Heer die nu onze Voorspraak is in de tegenwoordigheid van de Vader, zal Zelf komen uit de hemel met een bevelend roepen. Dan zullen de ontslapen gelovigen opstaan, zij zullen hun opstandingslichaam ontvangen, en zij zullen veranderd worden en samen met hen in wolken opgenomen worden, de Heer tegemoet in de lucht. Dan zullen we met Hem zijn waar Hij is en delen in zijn heerlijkheid. En wij zullen zijn heerlijkheid zien, een heerlijkheid die bij Hem past als Degene naar wie alle liefde van de Vader uitgaat, een liefde die er al was voor de grondlegging van de wereld.

    Dan spreekt de Heer over de tegenstelling tussen de wereld en de zijnen.

    “Rechtvaardige Vader, en de wereld heeft U niet gekend; maar Ik heb U gekend en deze hebben erkend dat Gij Mij gezonden hebt”. In vers 11 spreekt de Heer de Vader aan als “Heilige Vader”; hier gebruikt de Heer de uitdrukking “Rechtvaardige Vader”. De wereld kent die rechtvaardige Vader niet, en tijdens de dienst van de Heer op aarde weigerde zij Hem te kennen. Maar Hij, de Zoon, kende Hem, hoewel Hij op aarde leefde in de gestalte van een dienstknecht, omdat Hij Zich vernederd had.

    “Niemand kent de Zoon dan de Vader en niemand kent de Vader dan de Zoon en hij aan wie de Zoon Hem wil openbaren” (Matth. 11:27). De Heer voegt er aan toe: “En deze hebben erkend dat Gij Mij gezonden hebt”. Zij weten dat de Vader de Zoon gezonden heeft, zij kennen de Vader en zij hebben gemeenschap met de Vader. Dat was een troost voor de Heer. Terwijl de wereld Hem niet kende, kenden zijn discipelen Hem wel en zij leefden in gemeenschap met Hem en met de Vader.

    Dit belangrijke hoofdstuk eindigt met de slotwoorden die de Heer gebeden heeft. Het zijn woorden van troost en bemoediging. “En Ik heb hun Uw naam bekend gemaakt en zal die bekend maken, opdat de liefde waarmee Gij Mij liefgehad hebt in hen zij en Ik in hen”. Het bekend maken van de naam van de Vader aan hen die de Vader Hem gegeven had was het doel van de Heer geweest. Alleen Hij die de Vader kende kon Hem bekend maken. Maar deze dienst van de Heer is niet voorbij. Ook nu verricht hij deze dienst nog, want Hij zegt: “Ik zal die bekend maken”. Vanuit de hemel maakt de Heer de Vader en de liefde van de Vader bekend aan allen die in Hem geloven, opdat wij dezelfde liefde zouden kennen die op Hem rustte toen Hij op aarde was. En Hij is in hen. Door het geloof mogen wij deze geweldige waarheid uitspreken: “De Vader heeft mij lief zoals Hij de Heer Jezus lief heeft”. Als we zien op onszelf, twijfelen we aan deze woorden. Dan zien we zwakheid, onvolmaaktheid en zondigheid. Maar we moeten beseffen dat we niet geliefd worden op grond van enige liefelijkheid die in ons zou zijn, maar omdat wij in Hem zijn Die geliefd wordt door de Vader. Omdat wij aan Christus toebehoren, omdat wij in Hem zijn en Hij in ons, omdat wij een met Hem zijn, heeft de Vader ons lief zoals Hij Christus liefheeft.

    Wij besluiten deze overdenking van het kostbaarste en heiligste gedeelte van het evangelie van Johannes met de woorden die de Puriteinse predikant George Newton schreef aan het eind van zijn beschouwing over dit hoofdstuk. “Wat zijn de woorden die de Heer hier tot de Vader richt ernstig en indringend: dat wij een mogen zijn en dat het zijn wil is dat wij bij Hem zijn. Hier zien we wat er leeft in het hart van de Heer; we horen hoe Hij bidt voor ons. Wat is het goed dat wij de gedachten van de Heer steeds beter leren kennen, tot het tijdstip aanbreekt dat dit gebed ten volle vervuld wordt, wanneer wij opgenomen worden om bij de Heer te zijn en wij daar zijn waar Hij is”.

    22-10-2015, 08:08 Geschreven door Claudia  


    21-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Johannes-evangelie deel 11

    Johannes 17

    DE GROTE HOGEPRIESTER

    In het boek Hebreeen leren we over het wonderbare werk dat onze Redder vandaag voor ons doet:

    “Want Christus is niet binnengegaan in het heiligdom dat met handen gemaakt is en dat een tegenbeeld is van het ware, maar in de HEMEL zelf, om nu voor het aangezicht van GOD te verschijnen voor ONZE ZAAK” (Hebreeen 9:24).

    Jezus Christus is onze grote Hogepriester (zie Hebreeen 4:14; 7:26 en 8:1) die de hemel zelf binnenging opdat Hij daar kon pleiten en bemiddelen voor Zijn gelovigen die nog op aarde zijn:

    “Daarom kan Hij ook volkomen REDDEN wie door Hem tot God gaan, omdat Hij altijd LEEFT om voor hen te PLEITEN” (Hebreeen 7:25).

    Toen Jezus Christus terugkeerde naar de hemel deed Hij twee dingen om Zijn discipelen die op aarde waren te helpen. Ten eerste: Hij zond de Heilige Geest (de Trooster) om te wonen in elke gelovige. Wij bestudeerden dit in Johannes hoofdstukken 14-16. Ten tweede: Hij begon een middelaars-bediening voor Zijn gelovigen: “omdat Hij altijd leeft om voor hen te pleiten” (Hebreeen 7:25). Jezus Christus is niet langer op aarde bij Zijn discipelen, maar Hij pleit in de hemel constant voor hen!

    Stel dat Jezus zou ophouden met te pleiten voor Zijn gelovigen. Zouden zij dan in staat zijn te overleven in deze wereld? Eens kwam Petrus in de problemen en verloochende zelfs Zijn Heer (zie Lukas 22:34, 54-62). Maar had Petrus Iemand die voor hem pleitte, bemiddelde, opdat hij dit kom overleven en zijn geloof niet zou falen (Lukas 22:31-32)? JA. Petrus was erg dankbaar dat Jezus voor hem bemiddelde. Evenzo moeten ook wij dankbaar zijn voor hen die voor ons bemiddelend optreden in gebed!

    In Johannes hoofdstuk 17 gaan we leren hoe belangrijk het is dat onze redder in de Hemel pleit voor Zijn gelovigen op aarde. Het hele hoofdstuk 17 (alle 26 verzen) is een GEBED van Jezus tot Zijn hemelse Vader. Hij bad dit gebed in de nacht dat Hij zou verraden worden door Judas en gearresteerd wou worden door de Joden. Dit gebed werd gebeden op de avond voor Zijn kruisiging. De dag erna zou Hij op het kruis genageld worden, en in minder dan 24 uur zou Hij in het graf zijn.

    Het hoofdstuk kan opgedeeld worden in drie belangrijke secties:

    Schema van Johannes hoofdstuk 17

    1.    Jezus bidt voor Gods heerlijkheid (Johannes 17:1-5).

    a.    Eeuwig leven

    b.    Het is volbracht!

    2.    Jezus bidt voor Zijn discipelen (Johannes 17:6-19).

    a.    Jezus beschrijft de Zijnen (Johannes 17:6-10).

    b.    Jezus bidt dat God hen zal “BEWAREN” (Johannes 17:11-15).

    c.    Jezus bidt dat God hen zal “HEILIGEN” (Johannes 17:16-19).

    3.    Jezus bidt voor toekomstige gelovigen (Johannes 17:20-26).

    Voordat we kijken naar de verzen in Johannes 17, kunnen we best even enkele feiten aanwijzen met betrekking tot dit grote gebed:

    1)    Dit is het langste opgetekende gebed van Jezus in de Bijbel (26 verzen lang!). De andere opgetekende gebeden van Jezus zijn erg kort (zie bijvoorbeeld Johannes 11:41-42; Johannes 12:27-28; Lukas 22:41-42; en Mattheus 11:25-26).

    2)    Dit is een erg belangrijk gebed voor ons! Jezus bad vele gebeden. Bij een gelegenheid bleef Hij DE HELE NACHT in gebed tot God (Lukas 6:12). Maar van alle gebeden die Jezus bad, wilde God dat dit in Johannes 17 opgetekend werd voor ons. God had daar belangrijke redenen voor. Het was de nacht voordat Jezus naar het kruis ging.

    3)    De Bijbel vertelt ons dat Jezus bidt voor de Zijnen. In Romeinen 8:34 lezen we van Christus: “Die ook aan de rechterhand van God is, Die ook voor ONS PLEIT”. (Romeinen 8:34). Jezus Christus is in de hemel vandaag om te pleiten voor ons die Hem toebehoren. Als Jezus dan pleit voor ons, waarover heeft Hij het dan? Het is daartoe belangrijk te luisteren naar wat Jezus bad op de avond voor Zijn dood. Daarom gaf God ons Johannes hoofdstuk 17. Hij wil dat wij luisteren als Jezus voor ons bidt tot de Vader.

    4)    Het gebed in Johannes 17 kan terecht HET GEBED VAN DE HEER genoemd worden. Er is een ander gebed dat gewoonlijk “Het gebed van de Heer” (bij ons ook: “het Onze Vader”) genoemd wordt en gevonden wordt in Mattheus 6:9-13. Dit gebed in Mattheus was een gebed dat Jezus gaf aan Zijn discipelen toen Hij hen leerde bidden. Maar bad Jezus dit gebed ooit Zelf? Zou Jezus ooit zo gebeden hebben: “vergeef ons onze schulden” (Mattheus 6:12)? NEE. Had Jezus zonden die vergeven moesten worden? NEE. De zondeloze Zoon van God bad nooit om vergiffenis! Dit gebed in Mattheus was een gebed dat de Heer leerde maar het was geen gebed dat de Heer bad. Het gebed dat Jezus bad wordt gevonden in Johannes hoofdstuk 17.

    5)    Als we het gebed in Johannes hoofdstuk 17 lezen, komen we op heilig terrein. We luisteren naar een heilige conversatie toen de Heilige Zoon van God sprak tot Zijn “HEILIGE VADER” (Johannes 17:11). Er zijn vele diepe dingen in dit gebed – dingen die ons kleine verstand maar moeilijk kan begrijpen. Bijvoorbeeld: dit gebed voert ons ver terug naar het eeuwige verleden (vers 5: “voordat de WERELD er was”; vers 24: “voor de grondlegging van de WERELD”) en voert ons vooruit naar de eeuwige toekomst wanneer wij bij Christus zullen zijn en Zijn heerlijkheid zullen zien in de hemel (vers 24). Als zij verzoend zijn met de Heer dan zal Hij ons vele dingen leren uit dit gebed. Laten we de verzen in Johannes 17 beschouwen, met de hulp van de Heer:

    1 JEZUS BIDT VOOR GODS HEERLIJKHEID

    Gebed betekent niet altijd je ogen sluiten en je hoofd buigen. Toen Jezus bad lezen we: “Hij sloeg Zijn OGEN op naar de HEMEL” (Johannes 17:1). Hij sloeg zijn ogen op!

    Wat doe jij wanneer de dingen moeilijk en zwaar worden? God wil dat wij OMHOOG KIJKEN (vergelijk Lukas 21:28)! Kijk niet neer en om je heen naar de problemen (Lukas 21:26) maar sla je ogen op naar de Redder (Lukas 21:28). Dit was ook Jezus’ houding!

    Er was een ding dat Jezus meer bezig hield dan alle andere dingen. Het wordt gevonden aan het eind van vers 1: “verheerlijk Uw ZOON, opdat ook Uw ZOON U verheerlijkt”. Jezus bad dat God de Vader zou verheerlijkt worden! Dit was Zijn grootste verlangen (vergelijk Johannes 12:28). Dit zou ook onze grootste zorg moeten zijn. De Bijbel beveelt bij alles wat we doen “doe alles tot EER van God” (1 Korinthiers 10:31).

    Arno Clemens Gaebelein over Johannes 17:1:

    De eerste bede van de Heer is: “Verheerlijk uw Zoon, opdat uw Zoon U verheerlijkt”. Dit is opnieuw een bewijs van de Godheid van onze Heer. Alleen iemand die aan God gelijk is, die God Zelf is, kan zulke woorden uitspreken. Als een mens deze woorden zou uitspreken, zou het lastertaal zijn. De Heer Jezus Christus, de Zoon van God, heeft de Vader verheerlijkt, elk ogenblik tijdens zijn leven op aarde. Nu vraagt Hij verheerlijkt te worden, opdat Hij door zijn verheerlijking de Vader mag verheerlijken. Deze woorden kunnen we alleen begrijpen als wij ze in verband brengen met het uur dat gekomen was, met het sterven van de Heer, zijn begrafenis, zijn opstanding en zijn verhoging aan de rechterhand van God. Dit is de heerlijkheid die Hij van de Vader vraagt. En als gevolg van deze verheerlijking van het Lam van God, die de zonden gedragen heeft, van zijn opstanding en hemelvaart, zou de Vader verheerlijkt worden. Het lijden van de Zoon van God aan het kruis en de heerlijkheid daarna laat de heerlijkheid van de Vader zien. Wij zien daarin de heiligheid van de Vader, zijn gerechtigheid, zijn genade, zijn liefde, zijn trouw en zijn macht. In alles wat de Zoon van God leed als de zondedrager en in alles wat Hij daarna ontving in heerlijkheid, is de Vader verheerlijkt.

    a Eeuwig leven (vs 2-3)

    Er is iets wat zwakke, sterfelijke, zondige mensen echt nodig hebben: EEUWIG LEVEN (Johannes 17:2). Wie is in staat eeuwig leven te GEVEN aan mensen (Johannes 17:2)? JEZUS CHRISTUS. Los van Jezus Christus is er absoluut geen hoop op eeuwig leven! Welke GAVE geeft Jezus Christus aan Zijn schapen (Johannes 10:27-28)? EEUWIG LEVEN.

    Wat is eeuwig leven? Sommige mensen denken dat eeuwig leven gewoon “voor altijd bestaan” betekend. Maar dat is niet juist. Zij die niet gered zijn BESTAAN VOOR ALTIJD in de poel van vuur (Openbaring 20:10, 15; 21:8). Zij zullen een EEUWIG BESTAAN hebben maar beslist geen EEUWIG LEVEN. Alle mensen zullen voor eeuwig ergens bestaan: in de hemel ofwel in de hel.

    Wat is eeuwig leven? God heeft ons daarover niet in het duister gelaten. Hij heeft ons Zijn eigen definitie gegeven van eeuwig leven, en dat wordt gevonden in Johannes 17:3: “En dit is het EEUWIG leven, dat zij U LEREN KENNEN, de enige waarachtige God, en JEZUS CHRISTUS, Die U gezonden hebt”. Eeuwig leven is GOD KENNEN en JEZUS CHRISTUS KENNEN. De persoon die God en Jezus Christus kent is de persoon die eeuwig leven bezit.

    Christendom is geen religie, het is een RELATIE met God. Het is niet IETS DOEN maar IEMAND KENNEN. Het is geen stel regels om te volgen maar een wonderlijke PERSOON om lief te hebben, te dienen, te volgen en te gehoorzamen. Eeuwig leven is een wonderlijke relatie met de ware God!

    Er zijn veel mensen in de wereld die een religie hebben, maar er zijn weinig mensen in de wereld die een echte, juiste relatie hebben met de enige ware God. Bezit jij dit soort van relatie? Heb jij ooit deze PERSOON ontvangen om jouw GOD en jouw REDDER te zijn (Johannes 1:12)? Kan jij, in het licht van Johannes 17:3, vanuit jouw hart zeggen: “Ik ken deze Persoon als mijn Redder, mijn Heer, mijn Vriend, mijn Helper, mijn Herder, mijn Koning, mijn Geliefde en mijn alomtegenwoordige Metgezel en Trooster”? Dit is geen religie maar een relatie die God met ons wil, nu en altijd!

    b Het is volbracht! (vs 4-5)

    Kwam Jezus naar de wereld om een oordeelswerk te doen, of om mensen te redden (Johannes 3:17)? OM MENSEN TE REDDEN. Jezus kwam naar de aarde en ging naar het kruis en VOLBRACHT ZIJN MISSIE. In Johannes 17:4 zei Jezus: “Ik heb het werk VOLBRACHT dat U Mij gegeven hebt om te doen”. Nadat Hij de volle prijs betaald had voor ’s mensen zonde op het kruis van Golgotha, riep Jezus wat uit (zie Johannes 19:30)? HET IS VOLBRACHT. Het is gedaan, voltooid, volbracht, VOOR ALTIJD!

    Toen Jezus deze woorden in Johannes 17:4 uitsprak moest Hij in feite nog naar het kruis gaan en was Hij dus nog niet gestorven voor zondige mensen. Maar Jezus zag vooruit. In minder dan 24 uur zou het werk volbracht zijn. Jezus liep vooruit op wat spoedig zou gebeuren. Hij was zo zeker dat Hij naar het kruis zou gaan om te sterven dat Hij sprak alsof het al volbracht was. In Zijn geest was het werk zo goed als gedaan! We zullen meer leren over wat Jezus voor ons deed op het kruis wanneer we bij Johannes hoofdstuk 19 komen.

    In Johannes 17:5 leren we iets heel belangrijks over de Redder, Jezus Christus. In dit gebed zei Jezus: “En nu verheerlijk Mij, U Vader, bij Uzelf, met de heerlijkheid die Ik bij U bezat VOOR de wereld er WAS”. Deze uitspraak maakt erg duidelijk dat het leven van Jezus Christus niet begon in een stal te Bethlehem. Jezus Christus bestond voordat Bethlehem ooit maar bestond! Hij bestond voordat er zelfs een wereld was! Leert Johannes 17:24 deze zelfde waarheid? JA. De eeuwige Zoon van God (zie Johannes 1:1) werd een mens (Johannes 1:14) opdat Hij uiteindelijk naar het kruis kon gaan en het werk van redding kon volbrengen (Johannes 17:4) opdat Hij uiteindelijk naar het kruis kon gaan en het werk van redding kon volbrengen (Johannes 17:4) opdat de Vader zou verheerlijkt worden (Johannes 17:1; 12:28)!

    Arno Clemens Gaebelein over Johannes 17:4-5:

    We hoeven ons niet af te vragen wat de woorden: “Ik heb u verheerlijkt op aarde” betekenen. Het ziet terug op het leven van de Heer op aarde, waarin Hij voortdurend de Vader verheerlijkt heeft. Maar wat betekenen de woorden “Ik heb het werk voleindigd dat Gij Mij te doen hebt gegeven”? Het duidt op het volbrachte werk aan het kruis, hoewel het werk op dat moment nog niet volbracht was. In vers 11 zegt de Heer ook dat Hij niet meer in de wereld is, hoewel Hij op dat moment nog wel in de wereld was. De Heer ziet hier vooruit, alsof Hij nu al het kruislijden achter de rug heeft. Hij weet dat dit werk niet zal mislukken, en dat het volbracht zal worden. Daarom gebruikt de Heer deze bewoordingen in de tegenwoordigheid van de Vader, tot troost van de zijnen. Augustinus verklaart deze tekst zo: “Christus zegt dat Hij het volbracht heeft, omdat Hij zeker weet dat Hij het zal volbrengen”. In de profetische taal komen we deze wijze van spreken meer tegen. De Heer zegt in de Psalmen: “Zij hebben mijn handen en voeten doorstoken” en niet: “Zij zullen mijn handen en voeten doorsteken”.

    De woorden van de Heer die we vinden in vers 5 vormen een van de duidelijkste bewijzen van de Godheid van de Heer. Als dit het enige vers in de bijbel zou zijn waarin over de Godheid van de Heer gesproken werd, was dat op zichzelf voldoende om deze waarheid te bevestigen. Het getuigenis van de Heer zegt ons twee dingen: Hij was bij de Vader voor de wereld bestond en Hij bezat de heerlijkheid van de Vader. De zichtbare manifestatie van de heerlijkheid van God (want Hij is God) had Hij afgelegd toen Hij op aarde kwam als mens. Nu stond de Heer op het punt terug te gaan naar de Vader, waar Hij bekleed zou worden met de eeuwige heerlijkheid van de Godheid. Wat die heerlijkheid inhoudt weten wij niet; dat gaat ons begrip ver te boven.

    2 JEZUS BIDT VOOR ZIJN DISCIPELEN

    a Jezus beschrijft de Zijnen

    Voordat Jezus bidt voor Zijn discipelen beschrijft Hij hen in Johannes 17:6-10. Hij vertelt ons bepaalde dingen die waar zijn voor hen die Hem toebehoren. In deze verzen zullen we leren dat Jezus Zijn discipelen op zes manieren beschrijft. Dit zijn zes dingen die waar zouden moeten zijn voor elke gelovige. Als we deze verzen overdenken zouden we onszelf deze vraag moeten stellen: “VOLDOE IK AAN DEZE BESCHRIJVING? GELIJK IK OP EEN VAN JEZUS’ DISCIPELEN?” Beschouw de zesvoudige beschrijving:

    1)    Zij kennen de Vader. In Johannes 17:6 zei Jezus: “Ik heb Uw NAAM geopenbaard aan de mensen die U Mij uit de wereld gegeven hebt”. De “Naam” van God verwijst naar alles wat God is. Jezus openbaarde God aan Zijn discipelen (Mattheus 11:27). JEZUS TOONDE HEN DE VADER zoals we reeds bestudeerden in Johannes 14:8-9. Zij die Christus toebehoren kennen de Vader en hebben een persoonlijke relatie met God. Kennen ongeredde mensen de Vader (Johannes 15:21; 16:3)? NEE. Ken jij de Vader? Pas jij in deze beschrijving?

    2)    Zij nemen Gods Woord in acht. Aan het eind van vers 6 zei Jezus: “zij hebben Uw WOORD in acht genomen”. Zij die Christus toebehoren zijn Gods Woord gehoorzaam. Dit betekent niet dat Christus’ volgelingen nooit falen. In feite zou diezelfde nacht Petrus de Heer drie keer verloochenen (Johannes 13:38) en de andere discipelen zouden uiteengedreven worden als bange wezels (Johannes 16:32 en Mattheus 26:56)! En toch zei Jezus van deze zelfde mannen: “zij hebben Uw Woord in acht genomen” (Johannes 17:6)! Jezus begreep dat zij bij tijden zouden falen, maar omdat Hij over hun hele leven heen ziet wist Hij dat deze mannen Gods Woord zouden eren en gehoorzamen. Verlang jij ernaar Gods Woord te gehoorzamen (vergelijk 1 Johannes 2:3-5). Voldoe jij aan deze beschrijving?

    3)    Zij ontvangen Gods Woord. Jezus gaf Zijn discipelen Gods Woord (Johannes 17:8). Hebben zij deze woorden aangenomen of afgewezen (Johannes 17:8)? AANGENOMEN. Het is iets gevaarlijks Gods Woord af te wijzen: “Wie Mij AFWIJST en Mijn WOORDEN niet aanneemt, heeft iets wat hem veroordeelt, namelijk het WOORD dat Ik gesproken heb; dat zal hem veroordelen op de laatste dag” (Johannes 12:48). Behoort een persoon die Gods Woord afwijst en er niet naar wil luisteren, bij God (Johannes 8:47)? NEE. Ware gelovigen zijn zij die “die zijn WOORD aannemen” (Handelingen 2:41). Wat iemand met de Bijbel doet is erg belangrijk. Heb jij Gods Woord ontvangen in je hart?

    4)    Zij hebben Jezus Christus daadwerkelijk erkend. Jezus zei over Zijn discipelen; “zij hebben daadwerkelijk erkend dat Ik van U uitgegaan ben, en hebben GELOOFD dat U Mij gezonden hebt” (Johannes 17:8). Het is erg belangrijk wat een persoon gelooft over Jezus Christus: wie Hij is en waar Hij vandaan kwam. Geloofden de Joden, genoemd in Johannes 6:41-42, op een juiste manier in Jezus? NEE. Geloof jij dat Jezus van de hemel neerkwam en door God in de wereld gezonden werd om onze Redder te zijn?

    5)    Zij behoren God toe. Lees Johannes 17:9-10. De uitdrukking “van U” verwijst naar God de Vader en dit betekent dat de discipelen de Vader toebehoren. De uitdrukking “van Mij” verwijst naar Jezus Christus en dit betekent dat de discipelen Jezus Christus toebehoren. Wanneer een persoon is gered dan behoort hij helemaal God toe! De Bijbel zegt: “dat u niet van UZELF bent” (1 Korinthiers 6:19)! Jij behoort jezelf niet toe, jij behoort God toe! Heb jij je hart en leven aan God gegeven? Ben jij van Hem?

    6)    Zij verheerlijken Jezus Christus. In Johannes 17:10 zei Jezus “Ik ben in hen ZICHTBAAR GEWOORDEN”. Dit betekent dat de discipelen Jezus Christus verheerlijkten! In plaats van voor zichzelf te leven wilden zij leven voor de heerlijkheid van Hem die hen redde! Wie wilde de apostel Paulus grootmaken (Filippenzen 1:20)? CHRISTUS. Voor Wie wilde hij leven (Filippenzen 1:21)? CHRISTUS. Kan jij hetzelfde zeggen als wat Paulus zei? Wil jij leven ter ere van Jezus Christus? Pas jij in al deze beschrijvingen?

    b Jezus bidt dat God hen zal “BEWAREN”!

    Jezus wist dat Hij spoedig naar de hemel zou terugkeren (Johannes 17:11). Hij wist ook dat Zijn discipelen “in de WERELD” zouden blijven (Johannes 17:11). Dit betekent dat de discipelen in het midden van Satans territorium zouden verblijven, in een erg onvriendelijke omgeving. Jezus wist dat deze discipelen beschermd zouden moeten worden. Daarom bad Jezus tot God het volgende (zie Johannes 17:11, 12, 15) : bewaar hen. God is de Enige die Zijn gelovigen veilig kan bewaren in deze wereld. De Bijbel zegt in 1 Petrus 1:5 dat zij “door de kracht van God GEBORGEN worden”. Als jij een gelovige bent dan hangt jouw veiligheid en bescherming niet af van jezelf maar van God! Als jouw veiligheid van jezelf zou afhangen, zou je dan veilig zijn? NEE. God redt niet alleen, Hij HOUDT EEN PERSOON GERED!

    KAN EEN GERED PERSOON OOIT VERLOREN GAAN? Dit is een belangrijke vraag en Jezus geeft het antwoord in Johannes 17:12: “niemand uit hen is VERLOREN gegaan”! Vertelde Jezus hetzelfde in Johannes 18:9 en Johannes 6:39? JA. God beschermt de Zijnen! De Grote Herder weet Zijn schapen te beschermen!

    Er was echter een discipel die verloren ging. Zijn naam is Judas Iskariot en in Johannes 17:12 wordt hij “de zoon van het verderf” genoemd (dit betekent “de zoon van de verdoemenis”, de man die in de poel van vuur ten onder zou gaan). Maar we moeten eraan denken dat Judas nooit zijn redding heeft verloren, omdat Judas nooit gered was! Je kan niet iets verliezen wat je nooit in bezit hebt gehad! Toen zij Johannes 13:10-11 bestudeerden, leerden we dat Judas de enige discipel was die ONREIN en ONGERED was (hij had nooit zijn reddingsbad).

    We moeten lessen leren uit deze Judas. Deze man was onderwezen door de beste Bijbelleraar die de wereld heeft gekend. Deze man zag de meest verbazingwekkende wonderen die de wereld ooit heeft gezien. Deze man had de gelegenheid om zijn vertrouwen in Jezus Christus te stellen, maar dat deed hij nooit. Deze man stond zo kort bij de Heer en toch was hij verloren!

    Hoe is het met jou gesteld? Ga jij naar een bijbelvaste kerk, met goed onderwijs? Heb jij goede leraars en ouders die jou de weg van de redding onderwezen hebben via de bladzijden van de Bijbel? Denk eraan dat naar de kerk gaan en het evangelie horen niemand automatisch redt! Het is voor een mens mogelijk naar een goede kerk te gaan, jarenlang de boodschap van redding te aanhoren en NOOIT GERED TE ZIJN! De kerken van de wereld zitten vol met zulke mensen! Wees geen Judas! Keer je naar de Redder en kom vandaag nog tot de Heer Jezus Christus! Kort bij de waarheid zijn zal niemand redden!

    Wat heeft Jezus Zijn discipelen gegeven om hen te helpen in deze wereld (Johannes 17:14)? GODS WOORD EN DE SACRAMENTEN. De Bijbel is de OVERLEVINGSGIDS van de gelovige! Als wij in de wereld zonder Bijbel zouden zijn, dan zaten we dik in de problemen! Dit zou overeenkomen met een reiziger die zijn weg tracht te vinden zonder landkaart of kompas! Iemand beschreef het zo:

    De Bijbel bevat de gedachten van God, de toestand van de mens, de weg naar de redding, de doem van zondaars en de vreugde van gelovigen. Zijn leringen zijn heilig, zijn voorschriften bindend, zijn geschiedenissen waar, zijn beslissingen onveranderlijk. Lees hem om wijs te worden, geloof hem om veilig te zijn en breng hem in praktijk om heilig te zijn. Hij bevat licht om je te leiden, voedsel om je te sterken en troost om je te verblijden.

    Hij is de landkaart van de reiziger, de staf van de pelgrim, het kompas van de schipper, het zwaard van de soldaat en de gids van de christen. Zijn paradijs is hersteld, de hemel geopend, de poorten van de hel onthuld. Christus is zijn grootste onderwerp, ons welzijn zijn ontwerp, en de heerlijkheid van God zijn doel.

    Hij moet het geheugen vullen, het hart besturen, de voeten leiden. Lees hem traag, frequent en gebedsvol. Hij is een weelderige mijn, een paradijs van glorie, een rivier van plezier. Hij wordt je bij leven gegeven, geopend bij ’t godsgericht en herinnerd voor altijd. Hij impliceert de hoogste verantwoordelijkheid en veroordeelt al wie spot met zijn heilige inhoud.

    Volgens Johannes 17:14 en 16 zijn er twee groepen mensen in de wereld:

    1)    De Meerderheidsgroep (de grote massa)

    Zij zijn “van de wereld”

    Zij behoren tot het SYSTEEM (Satans systeem)

    2)    De Minderheidsgroep (een kleine kudde – vgl Lukas 12:32)

    Zij zijn “niet van deze wereld”

    Zij behoren tot de REDDER

    Christus’ discipelen zijn IN DE WERELD maar niet VAN DE WERELD (ze zijn VAN GOD). Ongeredde mensen zijn IN DE WERELD maar ook VAN DE WERELD (zij behoren tot het systeem van de duivel – zie Efeziers 2:1-3).

    Een gelovige kan denken: “waarom haalt God mij niet uit deze wereld? Waarom redt God mensen en neemt hen niet direct mee naar de hemel?” Dit is niet wat God beoogt! God heeft een doel met de gelovigen IN DE WERELD TE LATEN!

    Wat bidt Jezus niet volgens Johannes 17:15? HEN UIT DE WERELD WEG TE NEMEN. Maar Hij bidt wel dat God “hen bewaart voor HET KWAAD” (Johannes 17:15). Het woordje “boze” verwijst naar de duivel zelf. God wil ons wel in de wereld maar Hij wil ons niet in de greep van de duivel. God wil ons midden op het slagveld, maar God zal ons uit de klauwen houden van de vijand. Vermits God ons zo beschermt tegen de Satan kan deze GEEN VAT OP ONS hebben (zie 1 Johannes 5:18)!

    Ja, gelovigen zijn in de wereld. Wat wil God dat gelovigen doen in de wereld (zie het eind van Filippenzen 2:15)? SCHITTEREN ALS STERREN. Het kan niet altijd makkelijk zijn op school of in jouw leefwereld op het werk, maar als God wil dat jij daar bent, dan is dat de plaats waar jij moet schijnen! Hoe donkerder de nacht, hoe meer de sterren blinken! Jozef was in het heidense Egypte. Hij was temidden van afgoderij en valse religie. Was God in staat hem daar te beschermen? JA. Daniel was in het heidense Babylon. Hij zat helemaal middenin een zondige maatschappij. Was God in staat hem daar te beschermen? JA. Wij moeten schijnen, God zal beschermen!

    Johannes 14-16

    HIJ DIE WEGGAAT

    In Johannes hoofdstukken 14-16 vinden we Jezus’ afscheidswoorden aan Zijn discipelen. Steeds weer opnieuw vertelde Hij hen dat Hij zou weggaan (zie Johannes 14:2, 3, 18, 28, 29; 16:5, 7, 16, 28). In feite, in diezelfde nacht zou Jezus gearresteerd en weggenomen worden van Zijn discipelen (zie Johannes 18). De volgende ochtend zou Hij naar het kruis gevoerd worden. Daarom lezen we in Johannes hoofdstukken 14-16 de LAATSTE WOORDEN die Jezus sprak tot Zijn discipelen voordat Hij naar het kruis ging. Hierna enkele onderwerpen waarover Jezus sprak tot de discipelen:

    Schema van Johannes hoofdstukken 14-16

    1.    Weggaan maar terugkomen (Johannes 14:1-4)

    2.    De weg naar God (Johannes 14:5-14)

    3.    Hoe God liefhebben (Johannes 14:15-24)

    4.    De komende Trooster (Johannes 14:25-31)

    5.    De Wijnstok en de ranken (Johannes 15:1-11)

    6.    De grootste liefde (Johannes 15:12-17)

    7.    De gelovige en de wereld (Johannes 15:18-27)

    8.    Komende verdrukking (Johannes 16:1-4)

    9.    Jezus gaat maar de Trooster komt (Johannes 16:5-15)

    10.  Afscheidswoorden (Johannes 16:16-33)

    1 WEGGAAN MAAR TERUGKOMEN!

    Lees Johannes 13:33. Had Jezus de discipelen al verteld dat Hij nog maar een korte tijd bij hen zou zijn? JA. De discipelen waren in beroering bij de gedachte dat Jezus hen zou verlaten (vergelijk Johannes 14:1). Deze mannen waren ongeveer 3,5 jaar bij de Heer geweest (vergelijk Johannes 14:9). Zij wisten dat de vijanden van de Heer Hem zochten te doden en ze waren erover bezorgd dat hun eigen levens in gevaar konden komen (zie Johannes 11:7-8, 16; 13:37). Ze begrepen niet alles van wat stond te gebeuren, maar ze begrepen dat zij spoedig gescheiden zouden worden van hun Meester en zij niet langer bij Hem zouden zijn. Daarom waren hun harten in beroering.

    Jezus vertelde Zijn discipelen dat Hij zou weggaan. Hij vertelde hen ook waar Hij naartoe ging! Hij ging naar het HUIS van Zijn VADER (Johannes 14:2). In dit vers leren we over het eeuwige huis dat God in de hemel heeft voorbereid voor degenen die Hem liefhebben. Beschrijft Jezus de hemel als een echte plaats? JA (Johannes 14:2). Waarom ging Jezus daar naartoe? OM EEN PLAATS GEREED TE MAKEN (Johannes 14:2).

    Denk eraan: op Zijn weg naar de hemel stopte Jezus eerst aan het kruis! Als Jezus niet was gestorven aan het kruis, zou het dan voor ons mogelijk geweest zijn een plaats te krijgen in de hemel (vergelijk 1 Petrus 3:18; 2 Korinthiers 5:21)? NEE.

    Het is erg moeilijk afscheid te nemen van een geliefde wanneer je weet dat je die persoon nooit meer zal terugzien. Maar als je weet dat die persoon op een dag zal terugkeren is het gemakkelijker die persoon te zien vertrekken! Beloofde Jezus dat Hij zou terugkeren (Johannes 14:3)? JA. Alhoewel Hij zou weggaan waren de discipelen getroost te horen dat Hij zou TERUGKEREN (Johannes 14:3)! Jezus beloofde terug te komen en hen mee te nemen naar de hemel! Vertelde Hij hen WANNEER Hij zou terugkomen? NEE. Zijn wederkomst is ZEKER omdat Hij zei: “Ik kom terug” (Johannes 14:3). De tijd van Zijn wederkomst is ONZEKER omdat Hij ons dat niet openbaarde.

    De komst van Jezus Christus voor Zijn gelovigen om hen mee te nemen naar het Vaderhuis in de hemel is een erg belangrijke gebeurtenis. Ze wordt meestal de OPNAME genoemd en we leren hierover meer in 1 Thessalonicenzen 4:13-18 en 1 Korinthiers 15:51-53.

    Het is belangrijk je te realiseren dat Jezus niet beloofde terug te komen om ALLE mensen mee te nemen naar de hemel. De belofte van Zijn wederkomst geldt enkel voor GELOVIGEN (Johannes 14:1)! Geldt die belofte ook voor jou? JA.

    2 DE WEG NAAR GOD

    Jezus vertelde Zijn discipelen over de hemel en de weg naar de hemel. Begreep Thomas wat Jezus zei (Johannes 14:4-5)? NEE. Jezus beantwoordde deze vraag met de volgende grote uitspraak die begint met de woorden IK BEN:

    IK BEN          Zie Johannes 14:6

    DE WEG       Jezus is de Weg naar de hemel! Als een mens naar God wil gaan op enige andere manier, zal hij dan succesvol zijn? NEE. Jezus is de ENIGE WEG. Alle andere wegen zijn valse wegen. Alle andere wegen zijn doodlopende wegen!

    DE WAARHEID       Jezus is de Waarheid! Hij is de absolute realiteit! Hij zal niemand misleiden of bedriegen. Als iemand Jezus Christus negeert of afwijst zal hij nooit de waarheid kennen.

    HET LEVEN             In Hem is Leven (Johannes 1:4). “Wie de Zoon heeft, heeft het LEVEN” (1 Johannes 5:12). Eeuwig leven wordt gevonden in Jezus Christus en in niemand anders. Jezus maakte het voor ons mogelijk God te kennen en voor eeuwig bij Hem te zijn!

    Er zijn vandaag veel mensen die zeggen dat er vele wegen naar God zijn. Zij zeggen

    dat als mensen oprecht zijn het dan niet uitmaakt welke weg zij bewandelen – op het

    eind zullen zij allen dezelfde bestemming bereiken, namelijk de hemel. Dit kan best

    wel mooi klinken, maar is dat ook de ware weg naar God? NEE.

    Jezus zei: “Niemand komt tot de VADER dan door MIJ” (Johannes 14:6)!

    Jezus is de ENIGE weg tot God! Er zijn in feite 2 wegen waar de mensen op

    wandelen : een verkeerde weg en een juiste weg (zie Mattheus 7:13-14, en zie ook hieronder). Op welke weg loop jij?

    De smalle weg met Jezus Christus als uw enige Heer en Meester

    Of

    De brede weg: de loop van de wereld naar oordeel en hel

    Als een persoon waarlijk Christus kent, wie kent hij dan ook (Johannes 14:7)? DE VADER.

    De beste manier om de Vader te kennen is de Zoon te kennen! Filippus begreep niet echt wat Jezus zei. Hij zei: “Heere, laat ons DE VADER ZIEN en het is ons genoeg” (Johannes 14:8). Omschrijf wat Jezus Filippus vertelde in Johannes 14:9: Filippus, jij hebt reeds de Vader gezien!

    Jezus Christus is Degene die de Vader OPENBAART en BEKEND MAAKT. Jezus zei: “Wie Mij GEZIEN heeft, heeft de VADER gezien” (Johannes 14:9). Louter een mens zou nooit zoiets kunnen zeggen! Jezus zei eigenlijk dit: “Als je echt God wil zien, zie dan naar Mij en leer Mij kennen! IK ben Degene die de onzichtbare God zichtbaar maakt” (vergelijk Johannes 1:18). In Kolossenzen 1:15 leren we dat Jezus Christus “het BEELD van de onzichtbare God” is.

    “Grotere werken dan deze”?

    Lees de verbazingwekkende woorden die Jezus gaf aan Zijn discipelen in Johannes 14:12. Wat bedoelde Jezus met deze woorden?

    De werken die Jezus deed tijdens Zijn openbare dienst waren fantastisch groot. Ziekten werden uitgeschakeld; demonen werden uitgeworpen; doden herrezen; wijn, brood en vissen werden gecreeerd, en machtige stormen werden bedaard. Maar erkend moet worden dat elk van deze wonderen opzettelijk bovennatuurlijk en tijdelijk in kwaliteit waren! Met andere woorden: niemand werd permanent geholpen door een van deze, noch werd door deze machtige werken tegemoet gekomen aan ’s mensen diepste noden! Het creeren van voedsel bij een gelegenheid voorziet niet automatisch in de behoefte van alle latere gelegenheden. En met het oog op lichamelijke kwalen, zou elke persoon die door Jezus genezen werd van alle ziekte, kreupelheid of melaatsheid uiteindelijk toch sterven. En dat gold voor eenieder van hen! Ook voor Lazarus! Het is waar dat Jezus hem opwekte uit de doden, onmiddellijk en compleet, zonder benodigde herstelperiode. Maar later zou hij opnieuw sterven! Zou u twee keer willen sterven?

    Jezus zei: “Wie in Mij gelooft, zal de werken die Ik doe, ook doen, en hij zal grotere doen dan deze, want Ik ga heen naar Mijn Vader” (Johannes 14:12). Wat kan groter zijn dan de wonderen van Christus? Nadat de Heer terugkeerde naar de hemel, predikte Petrus Gods krachtige Woord (over een gekruisigde en opgestane Redder) aan duizenden Joden. God deed een groot werk en ongeveer 3000 mensen werden op die dag aan de gelovigen toegevoegd en gedoopt (Handelingen 2:41). Een geweldig wonder had plaatsgevonden in het onzichtbare rijk – het wonder van wedergeboorte. Dit wonder kwam permanent en eeuwig tegemoet aan de fundamentele nood van de mens!

    Wat is groter?

    De wonderen van genezing, menigten voe-    De wonderen van redding, vergiffenis

    den, demonen uitwerpen, opwekken van         van zonden, de nieuwe geboorte,

    doden, enz.                                                              bevrijding van zonde, enz.

    1 Vereiste Gods werking en kracht                     1 Vereiste Gods werking en kracht

    2 Vond plaats in het fysische domein    2 Vind plaats in het fysische domein

    3 Gods werk in ’s mensen lichaam         3 Gods werk in ’s mensen hart

    4 Hielp mensen tijdelijk                             4 Helpt mensen permanent

    5 FINAAL RESULTAAT: fysische dood 5 FINAAL RESULTAAT : eeuwig leven

    Al bijna 2000 jaar is het geestelijke wonder van redding talloze malen herhaald toen God dagelijks mensen toevoegde aan Zijn Kerk (Handelingen 2:47). Heeft dit “grotere” wonder ook in jouw leven plaatsgehad? Indien zo, heb jij dan anderen gesproken over de gekruisigde en opgestane Redder zodat anderen Hem zouden vertrouwen en ook dit wonder mochten ervaren?

    Jezus Christus is de weg naar God! Het is door Hem dat een persoon in de hemel kan komen (Johannes 14:6). Het is enkel door Hem dat een persoon kan te weten komen Wie de Vader werkelijk is (Johannes 14:9). En het is enkel door Hem dat een gelovige HIER en NU tot de Vader kan komen! Dit wordt mogelijk gemaakt door GEBED, en Jezus sprak hiervan in Johannes 14:13-14.

    Merk op dat in Johannes 14:13-14 Jezus zegt dat zij die tot de Vader bidden Hem moeten vragen IN MIJN [= Jezus’] NAAM. Dit betekent dat de enige reden dat wij tot God kunnen bidden ligt in wie Jezus is en wat Hij heeft gedaan. Dat is de betekenis van bidden tot de Vader in Jezus’ Naam. Als wij bidden “in Jezus’ Naam” is dit niet een soort van magische formule die we aan het eind van onze gebeden vastkleven. Deze woorden zouden ons er moeten aan herinneren dat wij enkel tot de Vader kunnen komen door Jezus Christus en Zijn werk, en dat wij verwachten dat God onze gebeden beantwoordt wegens Zijn Zoon en niet wegens iets van onszelf! De houding van de gelovige moet zijn: “Ik verwacht dat God mijn gebed verhoort, niet omdat ik iets ben, maar om wat Jezus deed voor mij aan het kruis. En als wat ik vroeg niet is wat Christus wil, dan wil ik het evenmin”.

    Het is een groot voorrecht om door Jezus in gebed tot God te komen. Een gewoon persoon zal gewoonlijk niet in staat zijn te spreken met de President of Koning(in) van zijn land. Ze zouden hem niet door de paleispoort laten binnenkomen! Maar de gelovige is in staat in de tegenwoordigheid te komen van Iemand die veel groter is dan een President of Koning(in)! En we kunnen op elk moment komen!

    3 HOE GOD LIEFHEBBEN

    Jezus zei “ Als u Mij liefhebt, houd dan Mijn geboden.” (Johannes 14:15) GEHOORZAAMHEID is de enige echte manier waarop wij onze liefde kunnen tonen voor de Redder. Stel dat een klein meisje zegt: “Mama, ik hou van jou!” maar zij ruimt haar kamer niet op, maakt haar bed niet op, en veegt de vloer niet zoals mama haar had gevraagd te doen, stellen die lieve woorden van dit meisje dan iets voor? NEE. Toont zij werkelijk liefde voor haar moeder? NEE. Gehoorzaamheid is LIEFDE IN ACTIE! Als we Jezus werkelijk liefhebben dan zullen we doen wat Jezus ons zegt te doen!

    Wie is volgens Johannes 14:21 de persoon die werkelijk liefde bezit voor Jezus? WIE ZICH AAN JEZUS GEBONDEN WEET. Als een persoon echt van Jezus houdt, wat zal hij dan doen (Johannes 14:23)? JEZUS WOORD TEN HARTE NEMEN. In Johannes 14:24 spreekt Jezus over een persoon die Hem niet liefheeft: “Wie Mij niet liefheeft, neemt Mijn WOORD niet in acht”. Er is slechts een manier om te tonen dat we Jezus werkelijk liefhebben. Wij moeten Zijn Woord gehoorzamen en doen wat Hij ons zegt te doen!

    In het Oude Testament vinden we dezelfde boodschap. GOD LIEFHEBBEN en GODS GEBODEN HOUDEN zijn als tweelingen. Ze worden altijd samen gevonden. Zie bijvoorbeeld Exodus 20:6: “Die barmhartigheid doet aan duizenden van hen die Mij LIEFHEBBEN en Mijn GEBODEN in acht nemen”. Zie ook Deuteronomium 5:10; 7:9; 10:12; 11:1; 13:3-4; 30:16; 30:20; enz. Het is beslist niet genoeg te zeggen “IK HOU VAN U”. Het is niet genoeg te zingen; “MIJN JEZUS, IK HEB U LIEF”. Wij moeten tonen dat we God liefhebben door onze GEHOORZAAMHEID.

    4 DE KOMENDE TROOSTER

    Jezus zou weggaan. Daarom werden de discipelen vervuld met droefheid (Johannes 16:6), maar de Heer had goed nieuws voor hen! Alhoewel Hij wegging zou een andere Persoon komen, die voor altijd bij hen zou zijn. Jezus noemde deze Persoon de HELPER, DE TROOSTER (Johannes 14:16). De Ene gaat maar de Andere komt!

    Het woord Trooster (Gr. parakletos) betekent Iemand die je bijstaat, een Trooster, Iemand die helpt, bemiddelt en bemoedigt. In Johannes 14:26 leren we WIE deze Trooster is: “Maar de Trooster, de GEEST VAN DE WAARHEID…” Verscheidene jaren was Jezus de constante Metgezel van de discipelen. Hij was vlakbij hen om te helpen, te bemoedigen, te troosten en te leren. Uiteindelijk echter vertelde Jezus Zijn discipelen dat Hij hen zou verlaten. De discipelen moeten gedacht hebben: “ Onze Metgezel, onze Vriend en onze Helper zal niet langer bij ons zijn. We zullen alleen gelaten worden!” Maar Jezus had goed nieuws voor hen. Een andere Metgezel en een andere Trooster zou komen! Jezus zou vertrekken, maar Iemand zoals Jezus zou komen om bij hen te zijn! Hoelang zou de Trooster bij de discipelen blijven (Johannes 14:16)? VOOR ALTIJD.

    Wanneer de Trooster (Heilige Geest) komt, waar zou Hij Zich dan ophouden (zie de laatste 4 woorden in Johannes 14:17)? BLIJFT IN DE LEERLINGEN. Zal de wereld (ongeredde mensen) de Heilige Geest kunnen ontvangen (Johannes 14:17)? NEE. De enigen die de Heilige Geest ontvangen zijn dezen die TOT GELOOF KOMEN in Jezus Christus (Johannes 7:37-39)!

    Wanneer zou de Heilige Geest gegeven worden? Wanneer zou de Trooster komen? Wanneer zou de Vader de Geest zenden (Johannes 14:26)? Jezus zei: “OP DIE DAG zult u inzien dat Ik in Mijn Vader ben, en u IN Mij, en Ik IN u” (Johannes 14:20). Wanneer zou DIE DAG komen?

    Jezus sprak deze woorden op de avond voordat Hij naar het kruis ging. Na Zijn kruisiging stond Hij op de derde dag op. Na Zijn opstanding werd Hij door Zijn volgelingen gezien in een periode van 40 dagen (Handelingen 1:3) en daarna werd Hij OMHOOGGEHEVEN in de hemel (zie Handelingen 1:9). Voordat Hij terugkeerde naar de hemel vertelde Jezus Zijn discipelen te WACHTEN op de belofte van de Vader (Handelingen 1:4 en Lukas 24:49). Dit was de belofte dat de Vader de Heilige Geest zou zenden. Uiteindelijk, 10 dagen nadat Jezus was opgevaren naar de hemel, en 50 dagen na Zijn opstanding, kwam de Heilige Geest! Je kan hierover lezen in Handelingen hoofdstuk 2. De Heilige Geest kwam op de dag van Pinksteren. De TROOSTER kwam om VOOR ALTIJD bij de discipelen te zijn! De Heilige Geest woont in de harten van elke gelovige (1 Korinthiers 6:19 en Romeinen 8:9)!

    5 DE WIJNSTOK EN DE RANKEN

    In Johannes hoofdstuk 15 vinden we een ander belangrijk vers dat begint met de woorden “IK BEN”. In Johannes 15:1 zei Jezus: “IK BEN de WARE WIJNSTOK en Mijn Vader is de Wijngaardenier”. Jezus sprak deze woorden tot Zijn discipelen. Hij wilde dat zij wisten dat Hij de WIJNSTOK is. Wie zei Jezus dat de ranken zijn (Johannes 15:5)? WIJ. Jezus wilde Zijn discipelen het belang leren van kort bij Hem te blijven. Een rank moet verbonden blijven met zijn wijnstok want anders VERDORT hij (Johannes 15:6). Alle levenssappen vloeien van de wijnstok naar de ranken, maar dat gebeurt enkel wanneer de ranken verbonden blijven met de wijnstok. Als een rank loskomt van de wijnstok, zal hij afgesloten worden van de bron van LEVEN en zal er geen vrucht ontstaan.

    Denk aan een appelboom in onze streken. Wat gebeurt er als iemand een tak van een appelboom afsnijdt in de lente? Zouden er in het appelseizoen (augustus-september) dan appels aan de tak komen? NEE. Maar als deze tak verbonden was gebleven met de boom zou hij leven ontvangen hebben van die boom en er zouden vele appels kunnen geoogst worden van die tak. Het zou dan een vruchtbare tak geweest zijn!

    Jezus is de Wijnstok (of de stam van de druivelaar) en de gelovigen zijn de ranken! Als wij VRUCHT willen voortbrengen, wat moeten we dan doen (Johannes 15:4-5)? VERBONDEN BLIJVEN MET ELKAAR. Hoeveel druiventrossen kan een rank voortbrengen als hij niet aan de wijnstok gehecht blijft? GEEN. Hoeveel kan een gelovige doen zonder in Christus te blijven (Johannes 15:5)? NIETS. Wij moeten NAUW VERBONDEN blijven met Jezus Christus voor groei en vruchtbaarheid! Dat is de sleutel voor alle groei en vruchtbaarheid. Dat is ook het enige wat wij moeten “doen”. Het is al geloof en genade!

    God wil dat Zijn gelovigen VRUCHTBAAR zijn! Hij wil DAT WE vrucht DRAGEN (Johannes 15:2) en Hij wil OVERVLOEDIG vrucht (Johannes 15:8). Over welk soort vrucht sprak de Heer? Sprak Hij over druiven, appels of peren? In Galaten 5:22 wordt ons gezegd wat de VRUCHT van de Geest is: 1) LIEFDE 2) VREUGDE 3) VREDE. Welk soort van vrucht wordt bedoeld in Johannes 15:9-10? LIEFDE. Welk soort van vrucht wordt bedoeld in Johannes 15:11 en Johannes 16:20, 22? VREUGDE. Welk soort van vrucht wordt bedoelt in Johannes 14:27 en 16:33? VREDE. Is dit hetzelfde soort van vrucht als waarover we lezen in Galaten 5:22? JA. De Trooster werd gezonden om dit soort van vrucht in gelovigen te produceren! Laten we nu de vrucht van de Geest die LIEFDE is beschouwen:

    6 DE GROOTSTE LIEFDE

    Jezus gaf Zijn discipelen een erg belangrijk gebod in Johannes 15:12: “Dit is Mijn OPDRACHT: dat u elkaar LIEFHEBT, zoals Ik u heb liefgehad”. We hebben dit gebod reeds bestudeerd in Johannes 13:34-35 (zie “De nederige dienaar” in deze reeks). In Johannes 15:13 beschrijft Jezus de grootste soort van menselijke liefde: “Niemand heeft een grotere LIEFDE dan deze, namelijk dat iemand zijn leven geeft voor zijn VRIENDEN”.

    Niemand heeft een grotere liefde dan deze

    De GROOTSTE liefde werd betoond toen Jezus bereidwillig naar het kruis ging. De grootste liefde die een mens kan betonen is zijn leven af te leggen voor zijn vriend (vergelijk Romeinen 5:7), maar Christus deed iets veel groters dan dit. Jezus legde Zijn leven af voor Zijn VIJANDEN!

    In Romeinen hoofdstuk 5 leren we wat wij eens waren:

                Romeinen 5:6 zegt dat wij GODDELOOS waren.

                Romeinen 5:8 zegt dat wij ZONDAARS waren.

                Romeinen 5:10 zegt dat wij VIJANDEN (van God) waren.

    Jezus legde Zijn leven niet af voor Zijn vrienden, Hij legde Zijn leven af voor ZONDAARS die Zijn vijanden waren! Zie Romeinen 5:8: “God echter bevestigt [= toonde] Zijn LIEFDE voor ONS daarin dat Christus voor ONS GESTORVEN is toen wij nog zondaars waren”. We zouden dit GOLGOTHA-LIEFDE kunnen noemen, en dat is de grootste liefde van alle!

    En omdat Jezus voor ons stierf en zorg droeg voor het probleem ZONDE, noemt Jezus ons niet langer Zijn VIJANDEN, maar Hij noemt ons Zijn VRIENDEN (Johannes 15:15)! Zij die eens in vijandschap met God leefden, kunnen nu in vrede met God leven (Romeinen 5:1, 10-11)!

    Jezus vertelt Zijn discipelen anderen lief te hebben met dezelfde soort van liefde (Johannes 15:12, 17)! Hoe kunnen wij anderen liefhebben op deze manier? Dit is onmogelijk los van de Heilige Geest! Maar onthoud: de vrucht van de Geest is LIEFDE (Galaten 5:22). Zonder Christus kunnen wij dat niet (Johannes 15:5), met welke goede voornemens en pogingen ook, maar wel als we in Hem blijven, stil, zoals een rank in een wijnstok niet werkt maar louter verbonden is!

    7 DE GELOVIGE EN DE WERELD

    Jezus Christus was nooit populair in de wereld. In vorige afleveringen van deze reeks zagen we dat Jezus telkens weer afgewezen werd. Zij wezen Hem en Zijn leer af en weigerden tot Hem te komen en in Hem te geloven (zie Johannes 3:19-20; 5:40). Hij had vele vijanden overal waar Hij ging. Uiteindelijk toonde de wereld zijn haat voor Christus door Hem te arresteren en Hem aan een kruis te nagelen. Dat is wat de wereld denkt over Degene die kwam om hen te redden!

    Zolang Jezus in de wereld was, was Hij het doelwit van de haat van de wereld. Alhoewel de discipelen met Jezus waren, moesten zij zich niet teveel zorgen maken, want de pijlen werden gericht op Jezus en niet zozeer op hen. De duivel en zij die bij de duivel behoren (Johannes 8:44) waren erop uit de Zoon van God te grijpen!

    Maar toen Jezus terug naar de hemel ging veranderde de situatie. Jezus was nu weg! De wereld kon haar pijlen niet langer op Jezus richten. De duivel kon de Zoon van God niet langer direct aanvallen. Nu Jezus weg was, werden de schoten gericht op Jezus’ volgelingen die nog steeds in de wereld waren. Jezus wilde Zijn discipelen waarschuwen over hoe de wereld hen zou behandelen!

    Hoe zou de wereld de discipelen behandelen (Johannes 15:18-19)? HEN HATEN. Als zij Jezus vervolgden, zouden zij dan ook Jezus’ volgelingen vervolgen (Johannes 15:20)? JA. Zij die de Heer werkelijk liefhebben moeten niet verrast zijn als ze op dezelfde manier behandeld worden als Jezus werd behandeld! In 1 Johannes 3:13 lezen we: “Verwonder u niet, mijn broeders, als de WERELD u HAAT”. Als zij Jezus haatten, waarom zouden zij dan jou liefhebben? Als zij Jezus slecht behandelen, waarom zouden zij dan jou goed behandelen?

    8 KOMENDE VERVOLGING

    De haat van de wereld tegen Christus’ discipelen zou zich uitdrukken in verdrukking. Jezus wilde Zijn discipelen inlichten over de moeilijkheden die zij zouden tegemoet zien. Hij wilde hen deze dingen vertellen voordat ze zouden gebeuren (zie Johannes 16:4). Jezus misleidde nooit mensen tot het denken dat het christelijke leven een comfortabel leven zou zijn. Ook wij zouden daar voorzichtig moeten mee zijn. Wij zouden nooit tot iemand mogen zeggen: “Als je christen wordt zal je welvarend zijn en je zal nauwelijks problemen of moeilijkheden kennen”. De Heer zei zoiets nooit! Welke zijn twee dingen die Jezus zouden gebeuren aan Zijn volgelingen (Johannes 16:2)? UIT DE SYNAGOGE GEBAND WORDEN EN TER DOOD GEBRACHT WORDEN. Waarom zouden mensen zulke dingen doen (Johannes 16:3)? OMDAT ZE DE VADER NIET HEBBEN LEREN KENNEN EN JEZUS OOK NIET.

    9 JEZUS GAAT MAAR DE TROOSTER KOMT

    Toen Jezus aankondigde dat Hij zou weggaan (Johannes 16:5), waren Zijn discipelen dan BLIJ of BEDROEFD (Johannes 16:6)? BEDROEFD. Ze waren vervuld met droefheid, maar dat kwam omdat zij het niet begrepen. Zij begrepen niet dat het in hun VOORDEEL was dat Jezus wegging (Johannes 16:7), Jezus MOET weggaan opdat de HELPER kan komen (Johannes 16:7). Dit vers zegt ons ook dat Jezus Christus de Heilige Geest zou ZENDEN. Wie ook zendt de Trooster (Johannes 14:26)? DE VADER. Zowel de Vader als de Zoon zenden de Heilige Geest.

    Wanneer de Heilige Geest komt zal Hij een bediening hebben voor niet enkel de gelovigen, maar ook voor de wereld: “En als Die gekomen is [op de dag van Pinksteren], zal Hij de wereld overtuigen van [1] ZONDE, [2] van GERECHTIGHEID en [3] van OORDEEL” (Johannes 16:8). De Heilige Geest kwam naar de aarde op de dag van Pinksteren (Handelingen hoofdstuk 2), leeft sindsdien in de harten van de gelovigen, en levert aan de wereld het overtuigend bewijs van drie dingen: zonde, gerechtigheid en oordeel. Dit alles in verband met wat aan Jezus Christus is gebeurd.

    Arno Clemens Gaebelein (1865-1945) zegt hierover het volgende:

    “ De Heer vertelt welke gevolgen de tegenwoordigheid van de Heilige Geest in de wereld zal hebben. Deze woorden worden in het algemeen verkeerd uitgelegd. De gangbare uitleg is dat de Heilige Geest de mensen ervan overtuigt dat zij verloren zondaars zijn, dat zij gerechtigheid moeten bezitten en ook dat er een oordeel zal komen. Natuurlijk is het het werk van de Heilige Geest dat Hij de mensen overtuigt van zonde, maar dit is niet bedoeld in dit gedeelte. Belangrijk is de goede uitleg van het woord “overtuigen”. Het duidt niet op een innerlijke overtuiging, maar de bedoeling is: aan de wereld zal het overtuigend bewijs geleverd worden, een bewijs dat niet tegengesproken kan worden. Dat de Heilige Geest op aarde is vormt het overtuigend bewijs van de zonde van de wereld: zij hebben Hem buitengeworpen, de Heer der heerlijkheid gekruisigd en niet in Hem geloofd. Daarom ligt de wereld onder het oordeel en de aanwezigheid van de Heilige Geest getuigt hier van.

    Ook is de tegenwoordigheid van de Heilige Geest het overtuigend bewijs van gerechtigheid, omdat de Heer naar de Vader gegaan is. De Zoon van God leefde op aarde als een volkomen Rechtvaardige. Hij behaagde God altijd. Toch veroordeelde de wereld Hem als een onrechtvaardige; men wierp Hem uit, en dat nog wel in de naam van God. Misschien stonden sommigen van hen bij het kruis, ook tijdens de drie uren van duisternis en hoorden zij Hem roepen: “Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?” Maar God wekte in zijn gerechtigheid de Heer op uit de dood en gaf Hem heerlijkheid. Hij beloonde de Heer die tot de dood gehoorzaam geweest was aan Hem, ja, tot de dood van het kruis.

    Nu ziet de wereld Hem niet meer, maar de aanwezigheid van de Heilige Geest is een bewijs van de gerechtigheid van God, want het is het bewijs dat de Heer aan de rechterhand van God is. En daarom blijft er voor de schuldige wereld alleen nog het oordeel over. De overste van de wereld is al geoordeeld, hoewel het definitieve eindoordeel over Satan nog komt. De Heilige Geest levert daarom het overtuigend bewijs van dat komend oordeel. 

    1)    ZONDE – “van zonde, omdat zij niet in Mij geloven” (Johannes 16:9). Welke grote zonde wordt genoemd in Johannes 16:9? ONGELOOF. Mensen hebben Jezus uitgeworpen, de Heer gekruisigd, niet in Hem geloofd! Dat is hun bewezen zonde van ongeloof. De aanwezigheid en werkzaamheid van de Heilige Geest verschaft getuigenis van dit gebeuren.

    2)    GERECHTIGHEID – “van gerechtigheid, omdat Ik heenga naar Mijn Vader en u Mij niet meer zult zien” (Johannes 16:10). Kunnen mensen de Christus zien vandaag (Johannes 16:10)? NEE. Jezus Christus is nu weg, gedood, opgestaan uit de doden en aan de rechterhand van God geplaatst, en de Heilige Geest is nu hier bij ons als bewijs van Gods gerechtigheid en ook om van dit gebeuren te getuigen.

    3)    OORDEEL – “en van oordeel, omdat de vorst van deze wereld veroordeeld is” (Johannes 16:11). Wie werd geoordeeld volgens Johannes 16:11, toen Jezus stierf aan het kruis? DAT DE VORST VAN DEZE WERELD IS VEROORDEELD. De aanwezigheid en het getuigenis van de Heilige Geest leveren het bewijs van het komende oordeel over de goddeloze wereld. Dat kan Hij omdat de vorst van de wereld (Satan) voor de komst van de Heilige Geest al geoordeeld werd aan het kruis. De uitvoering van de straf zal in de toekomst dan ook zeker gebeuren (Mattheus 25:41).

    Jezus had veel dingen te zeggen aan Zijn discipelen, maar waren zij op dat moment klaar om deze dingen te horen (Johannes 16:12)? NEE. Ze begrepen zelfs niets van de dood en opstanding van Christus! Er waren veel belangrijke waarheden die zij later zouden ontvangen. Wie zou hen dan leiden in de waarheden die zij moesten kennen (Johannes 16:13)? DE GEEST DER WAARHEID. Het was door de bediening van de Heilige Geest dat de 27 boeken van het Nieuwe Testament uitgeschreven werden en deze boeken bevatten alle waarheden die de Kerk moet kennen!

    Wat is de belangrijkste bediening van de Heilige Geest (Johannes 16:13-14)? De aandacht op Christus richten. De Heilige Geest wil dat Jezus Christus alle aandacht krijgt!

    10 AFSCHEIDSWOORDEN

    Jezus sprak dan opnieuw over Zijn spoedig vertrek (Johannes 16:16), maar begrepen de discipelen Zijn woorden (Johannes 16:17-18)? NEE. Andermaal moest Jezus Zijn discipelen troosten. Hij vertelde hen dat er een tijd zou komen van wenen en weeklagen, maar die zou gevolgd worden door een tijd van grote vreugde (Johannes 16:20-22). Bij de kruisiging en begrafenis van Jezus zouden de discipelen wenen en weeklagen, maar de wereld zou ZICH VERHEUGEN (Johannes 16:20). De wereld zou denken eindelijk verlost te zijn van Jezus Christus! Maar hun vreugde zou niet lang duren! Spoedig zouden de discipelen zich verheugen bij de OPSTANDING van Christus! Spoedig daarna zou de hele wereld het nieuws horen dat de Verlosser leeft (vergelijk Handelingen 4:1-2)! De droefheid van de discipelen zou niet lang duren, maar zou de VREUGDE lang duren (Johannes 16:22)? JA.

    Jezus had reeds voorzegd dat Judas Hem zou verraden en dat Petrus Hem zou verloochenen (Johannes 13). In Johannes 16:32 voorzei Jezus dat alle discipelen Hem zouden verlaten en UITEENGEJAAGD zouden worden. Gebeurde dit werkelijk (Mattheus 26:31, 56)? JA.

    In Johannes 16:33 vertelde Jezus Zijn discipelen exact wat ze te verwachten hadden in de wereld: “ In de wereld ZAL BENAUWENIS [pressie, problemen, moeilijkheden] JULLIE DEEL ZIJN, maar heb goede moed: Ik heb de wereld overwonnen”. Gelovigen bevinden zich in vijandelijk gebied, en Jezus heeft nooit gezegd dat dit comfortabel zou zijn! Maar gelovigen zijn niet alleen in de wereld. Zij zijn IN CHRISTUS, en Jezus zei: “in Mij zult u VREDE hebben” (Johannes 16:33). VREDE te midden van ONGEMAK! VREDE te midden van heftige stormen! De discipelen kunnen vrede hebben te midden van een problematische wereld! Jezus heeft de overwinning behaald! Hij heeft de wereld overwonnen!

    Ben jij een overwinnaar? Zie 1 Johannes 5:4-5.

    Johannes 12-13

    DE NEDERIGE DIENAAR

    In Markus 10:43-45 wees de Heer Jezus naar Zichzelf als het beste voorbeeld van een DIENAAR:

    “Maar zo zal het onder u niet zijn; maar wie onder u belangrijk wil worden, die moet uw dienaar zij. En wie van u de eerste zal willen worden, die moet SLAAF van allen zijn. Want ook de MENSENZOON is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen, en Zijn ziel te GEVEN als losprijs voor velen.”

    Jezus kwam niet om gediend te worden, maar om te dienen! Hij kwam niet om wat Hij kon KRIJGEN, maar om wat Hij kon GEVEN! Hij diende ons door Zijn leven te GEVEN opdat wij konden leven! Dezelfde waarheid vind je ook in Filippenzen 2:8:

    “En in gedaante als een mens bevonden, heeft Hij Zichzelf VERNEDERD en is gehoorzaam geworden, tot de DOOD, ja, tot DE DOOD AAN HET KRUIS.”

    In Johannes hoofdstukken 12 en 13 willen we leren over deze nederige Dienaar die Zijn leven gaf voor ons:

    Schema van Johannes hoofdstukken 12 en 13.

    1.    De Nederige Dienaar wordt gezalfd voor Zijn begrafenis (Johannes 12:1-11)

    2.    De Nederige Dienaar komt Jeruzalem binnen (Johannes 12:12-19)

    3.    De Nederige Dienaar spreekt over Zijn komende dood (Johannes 12:20-50)

    4.    De Nederige Dienaar wast de voeten van de discipelen (Johannes 13:1-17)

    5.    De Nederige Dienaar voorzegt het verraad door Judas (Johannes 13:18-35)

    6.    De Nederige Dienaar voorzegt de verloochening door Petrus (Johannes 13:36-38)

    1 DE NEDERIGE DIENAAR WORDT GEZALFD VOOR ZIJN BEGRAFENIS

    Andermaal keerde Jezus terug naar Bethanie, de stad waar Lazarus leefde (Johannes 12:1). Zijn terechtstelling aan het kruis was nog maar een week van Hem verwijderd.

    Martha, de zus van Lazarus, bereidde de maaltijd (Johannes 12:2). Er waren nog anderen aanwezig voor dit maal, zoals Maria (Martha’s zus), Jezus, de twaalf discipelen en een man genaamd Simon (zie Markus 14:3). Welke andere man was daar aanwezig (Johannes 12:2)? LAZARUS. Kan je je een maaltijd voorstellen met een man die eerder vier dagen dood lag in een graf!

    We zullen nu leren over iets bijzonders dat Maria deed voor Jezus. Wat zij deed uit liefde voor Jezus werd nooit vergeten. Het is beschreven op drie plaatsen (Johannes 12:3-8; Mattheus 26:6-13 en Markus 14:3-9). Waar ook de Bijbel wordt gepredikt, zullen mensen leren over Maria en wat zij voor Jezus deed (zie Markus 14:9)!

    In het nieuwe Testament lezen we over verschillende vrouwen die “Maria” heetten. Welke Maria zalfde de Heer Jezus? We vinden het antwoord in Johannes 11:1-2 (en vergelijk Johannes 11:32). Dit is de Maria die leefde in de stad MAGDALA en wiens zus MARTHA was en wiens broer LAZARUS heette. Zij is dezelfde Maria waarvan we lezen in Lukas 10:38-42.

    Maria’s liefdevolle daad is beschreven in Johannes 12:3. Maria had een albasten fles (Markus 14:3) met olie of zalf wat wij parfum zouden noemen. Dit parfum woog een “pond” (het Griekse woord “litra”, dat van Latijnse origine is: “libra”. Een Romeinse libra was 327,45 gram). Waaruit bestond dit parfum? Ons wordt gezegd dat het zuivere NARDUS-olie was (Grieks nardos). Nardus (ook muskus genoemd) is een bloemende plant van de Valeriaan-familie die groeit in de Himalaya’s van China, Indie en Nepal. Vermits het slechts betrokken kon worden vanuit zo’n veraf gelegen gebied, en vervoerd moest worden tot in Israel, was het erg duur!

    Judas vond dat dit parfum verkocht had kunnen worden voor 300 penningen of denarii (Johannes 12:4-5). Dat was een grote som geld! We leerden over de waarde van een denarius in onze studie van Johannes hoofdstuk 6. Een denarius was de hoeveelheid die een dagloner kreeg voor een dag werk (Mattheus 20:1-16). Driehonderd van deze zilveren munten was de hoeveelheid geld die een gemiddelde dagloner zou ontvangen voor 300 dagen werk. Dit betekent dat het voor een gemiddelde arbeider een jaarloon vergde om 327 gram nardusolie te kopen!

    Dit parfum had een erg sterke geur! Ons wordt verteld dat toen de albasten fles werd gebroken (Markus 14:3) en de inhoud werd uitgegoten, het hele huis “werd VERVULD met de BALSEM van de zalf” (Johannes 12:3).

    Was Judas Iskariot dankbaar dat Maria op deze manier haar liefde toonde voor Jezus (Johannes 12:4-5)? NEE. Judas en sommige andere discipelen zagen dat deze nardusolie helemaal over Jezus werd uitgegoten en zij dachten: “WAT EEN VERSPILLING”! (vergelijk Markus 14:4-5). Judas zei dat men dit parfum beter had verkocht worden en het geld gegeven had aan de ARMEN (Johannes 12:4-5). Was Judas werkelijk bezorgd over de armen (Johannes 12:6)? NEE. Judas beheerde de financien van de discipelen. Hij droeg de geldbeurs en de Bijbel zegt dat hij een DIEF was (Johannes 12:6)! Denk jij dat Jezus alles wist over zijn hebzuchtige hart? JA. Maria was zo vrijgevig maar Judas was zo hebzuchtig!

    Vond Jezus dat Maria’s daad een verkwisting van geld was (Johannes 12:7-8)? NEE. Volgens de woorden van Jezus was Maria’s daad erg betekenisvol. Zij zalfde het lichaam van Jezus voor Zijn begrafenis. In nieuwtestamentische tijden werden de overledenen gezalfd met parfums en specerijen. Volgens Jezus deed Maria dit voor Zijn dood.

    In Johannes 12:8 sprak Jezus tot Zijn discipelen. Wie zouden zij altijd bij zich hebben? DE ARMEN. Wie zouden zij niet altijd bij zich hebben? JEZUS. Jezus herinnerde hen eraan dat zij altijd de gelegenheid hadden om de armen te helpen (zie Markus 14:7), maar de dag zou spoedig komen dat Jezus niet langer bij hen zou zijn. De gelegenheid om iets voor Jezus te doen vergleed snel. De tijd om iets voor Hem te doen is NU, en Maria gebruikte die gelegenheid! Jezus is niet langer in de wereld vandaag. Als wij onze liefde voor Hem vandaag willen tonen, wat moeten we dan doen (Johannes 14:15, 21-24)? ONS AAN ZIJN OPDRACHT WIJDEN.

    Een groot aantal mensen kwam naar Bethanie. Er waren twee redenen voor deze menigte: 1) zij wilden Jezus zien (Johannes 12:9); 2) zij wilden ook LAZARUS zien (Johannes 12:9), een mens die eens dood was! De vijanden van de Heer wilden niet enkel Jezus doden, maar wie wilden zij ook nog doden (Johannes 12:10-11)? LAZARUS.

    2 DE NEDERIGE DIENAAR KOMT JERUZALEM BINNEN

    In Johannes 12:12-19 leren we over een gebeurtenis die genoemd wordt DE KONINKLIJKE INTREDE VAN CHRISTUS. Alle vier de Evangelien vertellen ons over deze gebeurtenis toen Jezus de stad Jeruzalem binnenkwam voor de laatste keer (Mattheus 21, Markus 11, Lukas 19, Johannes 12). Zelfs het Oude Testament voorzegde deze gebeurtenis (zie Zacharia 9:9).

    Als je Johannes 12:12-19 leest, zal je de openbare natuur opvallen van deze gebeurtenis. Jezus kwam OPVALLEND de stad binnen. Hij kwam zelfs UITDAGEND omdat Hij wist dat Zijn vijanden klaar stonden om Hem te grijpen (zie Johannes 11:57). Op dit punt des tijds deed de Heer alles wat Hij kon om de aandacht te richten op Zichzelf! De tijd was gekomen (vergelijk Johannes 13:1)!

    Deze openbare gedragslijn was helemaal anders dan de bediening van de Heer voor deze tijd. Voorheen was de Heer erg zorgvuldig in het vermijden van veel openbaarheid en soms trok Hij Zich terug van de menigten. Toen Zijn vijanden Hem trachtten te grijpen vluchtte Hij en trok Hij Zich terug (zie Johannes 10:39-40 en Johannes 11:53-54). Maar nu ging Hij recht Jeruzalem binnen, bij klaar daglicht, te midden van de menigten, en die riepen: “Gezegend is Hij Die komt in de Naam van de Heere, de KONING van Israel!” (Johannes 12:13 en vergelijk Psalm 118:25-26). Het was alsof Jezus zoveel als mogelijk publiciteit wilde. Na deze gebeurtenis waren Zijn vijanden verbaasd over Zijn populariteit en ze zeiden: “Zie, de hele WERELD loopt achter Hem aan!” (Johannes 12:19).

    De mensen “namen de takken van de PALMEN” (Johannes 12:13) en spreidden ze over de weg (Mattheus 21:8) toen Jezus de stad binnenkwam. Dit was gebruikelijk voor mensen in het Oosten om een koning of overwinnaar te verwelkomen.

    Toen Jezus de stad binnenreed gebeurde dat op een erg NEDERIGE manier, gezeten op een jonge ezel (Johannes 12:14-15). Hij kwam de stad niet binnen op een mooi wit paard! Zijn komst naar Jeruzalem is voorzegd in Zacharia 9:9. In dit vers wordt Hij beschreven als “NEDERIG en rijdend op een ezel”.

    In de toekomst zal Jezus Christus een tweede keer komen, als Koning van Israel. Zal Hij dan komen op een nederige manier of in grote kracht en heerlijkheid (Mattheus 24:30)? IN GROTE KRACHT EN HEERLIJKHEID. Als Hij de tweede keer komt, zal Hij dan nederig op een ezeltje rijden, of overwinnend op een wit paard als Overwinnaar en Rechter van de wereld (Openbaring 19:11-16)? ALS OVERWINNAAR. De eerste keer kwam Jezus als de Redder van de wereld. Hij zal een tweede keer komen als Rechter van de wereld. Zij die Hem niet aannemen als hun Redder zullen Hem op een dag ontmoeten als hun Rechter!

    3 DE NEDERIGE DIENAAR SPREEKT OVER ZIJN KOMENDE DOOD

    In de vorige hoofdstukken van dit Evangelie zagen we dat het voor de Joden onmogelijk was de handen aan Jezus te slaan want “Zijn UUR was nog niet GEKOMEN” (Johannes 7:30 en 8:20 en vergelijk Johannes 2:4). Als we Johannes 12:23 lezen dan vinden we deze belangrijke woorden: “ Het UUR is GEKOMEN dat de Zoon des mensen verheerlijkt zal worden”. In Johannes 12:24 zien we dat Jezus sprak over Zijn dood.

    In Johannes 12:24 gebruikte de Heer de illustratie van een tarwekorrel. Een tarwekorrel moet in de aarde STERVEN. Alleen langs die weg kan er opbrengst (meer tarwe) komen. Als je de graankorrel in een pot in de kast bewaart, zal je dan opbrengst hebben? Jaren later ligt die tarwekorrel daar nog steeds op dezelfde manier zoals je hem erin gelegd hebt, en helemaal ALLEEN, zonder opbrengst. Maar als die korrel in de grond wordt gedaan “om te sterven”, dan gebeurt er iets verbazingwekkends! De harde peul van het zaadje wordt zacht, verschrompelt en het breekt open, en er komt LEVEN uit! De tarwekorrel is niet meer, maar levend tarwegraan kwam erop uit! Jezus moest sterven aan het kruis opdat er vrucht en leven zou zijn! Als Jezus niet was gestorven, dan moest Hij ALLEEN naar de hemel gaan! Dan zou niemand van de mensen in de hemel zijn of komen, en dus ook JIJ niet! Maar omdat Jezus stierf maakt Hij het mogelijk dat IEDER DIE GELOOFT IN HEM (dit is je toevertrouwen aan Christus voor redding en voor een geheiligd leven) de eeuwigheid zal doorbrengen bij God. Golgotha maakte een rijke oogst aan zielen mogelijk! De Nederige Dienaar kwam Zijn leven GEVEN (offer) opdat wij leven zouden hebben!

    Deze illustratie van de stervende tarwekorrel is ook toepasselijk op ons! Gelovigen moeten het voorbeeld van hun Heer volgen (Johannes 12:25; Galaten 2:20). De wereld denkt dat zij meer gezegend wordt door te ontvangen dan door te geven. Maar Jezus leerde dat we iets moeten opgeven om iets te verkrijgen. Wij moeten verliezen om te krijgen. Om iets HOGERS te krijgen, moet er iets LAGERS afgelegd worden! Wie enkel voor zijn “ik” leeft, en zie deze wereld liefheeft (1 Johannes 2:15, 16), en wie in het vlees wandelt (Romeinen 8:1, 13; Galaten 5:16, 24; 6:8; Efeziers 2:3)en van deze dingen niet wil afsterven (2 Korinthiers 4:11; Galaten 2:20), die verkeert in grote problemen!: “Wie AAN zijn leven VASTKLAMPT, zal het VERLIEZEN, en wie zijn leven PRIJSGEEFT in deze wereld, zal het BEHOUDEN tot het eeuwige leven” (Johannes 12:25).

    Als een persoon zichzelf verloochent en voor God en Zijn doel leeft, zal hij veel vrucht dragen en beloning krijgen (laatste deel van Johannes 12:25). Wij moeten kiezen wie wij zullen dienen. Gaan wij ONSZELF dienen of de REDDER (Johannes 12:26)?

    In Johannes 12:27-28 bidt Jezus tot Zijn hemelse Vader. In Zijn zondeloze menselijkheid was Jezus momenteel bevreesd voor het vooruitzicht te moeten sterven voor ’s mens zonde en afgescheiden te worden van God (vergelijk Mattheus 27:46). In Johannes 12:27 zei Jezus: “Vader, RED MIJ uit dit uur!” Maar Jezus wist dat dit precies de reden was waarom Hij naar deze aarde moest komen (Johannes 12:27). Als Hij van het kruis gered wou worden, dan kon niemand van ons ooit gered worden en zouden we sterven in onze zonden. De ongeredde misdadiger aan het kruis naast Jezus zei: “Als U de Christus bent, verlos dan JEZELF en ONS. (Lukas 23:39). Maar als Jezus van het kruis was gekomen om Zichzelf te redden, wou Hij dan in staat zijn ONS te redden? NEE. Redding is onmogelijk tenzij de Redder ten volle de zondestraf draagt!

    Maar meer dan iets anders wilde Jezus God verheerlijken: “Vader, verheerlijk Uw Naam!” (Johannes 12:28). Werd dit gebed beantwoord (Johannes 12:28)? JA. Dit was een van de zeldzame keren dat de Vader vanuit de hemel sprak (Johannes 12:28). Begreep het volk wat er gebeurde (Johannes 12:29)? NEE.

    Jezus sprak verder over Zijn dood. In Johannes 12:32 zei Hij: “En Ik, als Ik van de aarde OMHOOG GEHEVEN ben [op het kruis], zal IK ALLEN naar Mij toe trekken”. Toen Hij deze woorden sprak, sprak Hij toen over Zijn dood? (Johannes 12:33)? JA. In Johannes 3:14 leren we eveneens over Jezus’ verhoging aan het kruis.

    Toen de Heer stierf waren er nog twee kruisen: links en rechts van Hem (Markus 15:27). De Heer Jezus trekt alle mensen naar het middelste kruis, waar zij de gekruisigde Redder moeten aannemen of verwerpen. Er zijn twee keuzes te maken, gesymboliseerd door de andere twee kruisen:

    “IK ZAL ALLE MENSEN NAAR MIJ TOE TREKKEN” (Johannes 12:32)

    Het kruis van VERLOSSING

    Het kruis van AFWIJZING                                                Het kruis van AANVAARDING

    Deze mens stierf in zijn                 Deze mens stierf     Deze mens stierf met ver-

    Zonden                                             voor zonden             geven zonden

    Jh 8:24                                              2 Ko 5:21                  Hd 10:43

                                                               1 Pt 3:18

    Alle mensen moeten naar het kruis gaan en een beslissing maken.

    Toen de Joden Jezus hoorden spreken over Zijn dood waren ze erg in de war (Johannes 12:33-34). “Wij hebben uit de wet gehoord dat de MESSIAS tot in EEUWIGHEID blijft” (Johannes 12:34). Zij wisten uit het Oude Testament dat de Messias VOOR ALTIJD zou leven en regeren (zie Daniel 7:14, 27; Jesaja 9:7 en Psalm 102:26-27). Maar Jezus, die zojuist als KONING (Johannes 12:13) in Jeruzalem was binnengekomen sprak van Zijn dood en dat Hij zou VERHOOGD worden aan een kruis! Als Jezus werkelijk de Messias zou zijn, dan was dit een ernstig probleem! HOE KAN EEN DODE MESSIAS VOOR ALTIJD LEVEN EN REGEREN? Hoe loste God dit probleem op (zie Handelingen 5:30)? HIJ GAF JEZUS EEN HOGE PLAATS AAN ZIJN RECHTERHAND.

    Jezus beantwoordde hun vraag niet echt (zie Johannes 12:34-36) maar Hij vertelde hen wat het belangrijkste was om te doen: “Geloof in het LICHT” (Johannes 12:36). Wie is het Licht (Johannes 12:46)? JEZUS CHRISTUS. Zij die het Licht afwijzen eindigen in duisternis en zijn blind (Johannes 12:40)!

    Is het mogelijk met je eigen ogen vele wonderen te zien en nog steeds niet te geloven (Johannes 12:37)? JA. Een persoon kan zeggen: “Was Jezus maar hier op aarde vandaag! Als ik Hem wonderen zou zien doen dan zou ik Hem wel geloven!” Is dit waar? NEE. Onthoud dat massa’s Joden getuige waren van Jezus’ wonderen en toch riepen zij: “KRUISIG HEM!”

    In Johannes 12:39-41 citeert de apostel iets uit Jesaja 6:1-10. Zie wat hij zegt in Johannes 12:41: “Dit zei JESAJA toen hij Zijn [Christus’] heerlijkheid zag en over Hem [Christus] sprak”. Met andere woorden, Johannes vertelt ons dat Degene die Jesaja zag Jezus Christus was! Wie zag Jesaja volgens Jesaja 6:1? KONING UZZIA. Wie zag Jesaja, volgens Jesaja 6:5? DE HEER DER MACHTEN. Deze grote Heer en Koning was niemand anders dan Jezus Christus (voordat Hij naar de aarde kwam)!

    Geloofden sommige leiders in Jezus Christus (Johannes 12:42)? JA. Beleden zij Hem en vertelden zij anderen wat zij dachten van Jezus (Johannes 12:42)? NEE. Als zij te openlijk Jezus Christus zouden belijden, wat zou er dan met hen gebeuren (Johannes 12:42 en vergelijk Johannes 9:22, 34)? ZE ZOUDEN VERBANNEN WORDEN UIT DE SYNAGOGE. Heb jij ooit Jezus Christus beleden als jouw Redder? Welke belofte geeft Jezus aan hen die Hem belijden voor de mensen (Mattheus 10:32)? JEZUS ZAL PARTIJ KIEZEN VOOR HEN BIJ ZIJN VADER. Er bestaat iets veel ergers dan uit de synagoge geworpen te worden (zie Mattheus 10:33)!

    4 DE NEDERIGE DIENAAR WAST DE VOETEN VAN DE DISCIPELEN

    Nu we bij Johannes hoofdstuk 13 komen zien we dat het uur van Jezus’ dood nog dichterbij was gekomen. Jezus wist “dat Hij uit deze WERELD zou overgaan naar de VADER” (Johannes 13:1). In feite gebeurden de dingen waarover we lezen in Johannes 13 op de avond voordat Jezus stierf aan het kruis. De dag erna zou Hij op het kruis genageld worden. En de volgende avond zou Hij begraven worden in een graftombe!

    In dit hoofdstuk zullen we ook verschillende dingen leren over Judas, de verrader, hij die de Heer verraadde. Wie beinvloedde het hart en de geest van Judas om zoiets te doen (Johannes 13:2)? DE DUIVEL.

    Zie hieronder de invloeden die op mensen werkzaam zijn, en zo ook op Judas. Wie beslister er om Jezus te verraden? JUDAS.

    Een mens moet voortdurend uit drie invloeden kiezen. Dat is de betekenis van een trilemma.

    Het voortdurend trilemma van de mens

    Satan                                                Mens                                     God de Vader

    Demonen                                         Ziel                                        God de Zoon

    Wereld                                                                                             God de H. Geest

    = Satan wil                                       = Mens wil                            = God wil

    Deze drie soorten wil oefenen invloed op de Geest van de mens.

    Wat deed Jezus op deze avond hetgeen de discipelen echt verbaasde (Johannes 13:4-5)? DE VOETWASSING. In bijbelse tijden was het veelvuldig wassen van de voeten nodig omdat de wegen stoffig waren en de mensen open sandalen droegen. Bij een maaltijd zou de gastheer gewoonlijk water voorzien voor zijn gasten. Ofwel zouden dan de gasten hun eigen voeten wassen, ofwel zou de gastheer een dienaar (slaaf) hebben om deze taak te verrichten. De discipelen verbaasden zich erover dat Jezus zich neerboog voor zo’n nederige taak. Jezus nam de plaats in van een dienaar! Hij is ons voorbeeld in nederige dienstbaarheid.

    Jezus wilde dit ook omdat Hij Zijn discipelen een belangrijke geestelijk waarheid wilde bijbrengen over christelijk leven en hoe te wandelen in gemeenschap met de Heer. Wilde Petrus dat Jezus zijn voeten waste (Johannes 13:6-8)? NEE. Maar Jezus gaf Petrus een streng antwoord: “Als Ik u niet was, HOOR JE NIET BIJ MIJ” (Johannes 13:8). Jezus kon geen gemeenschap of “deel” hebben met een discipel die vuile voeten had! Als je in nauwe gemeenschap met de Heer wilt wandelen moet je je voeten netjes houden!

    Toen Petrus hoorde wat Jezus zei, antwoordde hij: “Heere, niet alleen mijn voeten, maar ook mijn HANDEN en mijn HOOFD” (Johannes 13:9). Petrus ging over naar het uiterste! Nu wilde Petrus een heel bad, van “kop tot teen”! Maar Jezus herinnerde Petrus eraan dat hij geen bad nodig had; hij had enkel schone voeten nodig: “Wie gebaad heeft, heeft slechts nodig dat zijn VOETEN worden gewassen, want hij is al geheel rein. En U BENT REIN” (Johannes 13:10).

    In bijbelse tijden zou een persoon een bad nemen, en daarna wandelen op stoffige wegen met slechts sandalen aan de voeten. Aangekomen op zijn bestemming zou hij nog steeds rein zijn, behalve dan zijn voeten.

    Wanneer een persoon gered is, heeft hij een compleet “reddingsbad” ondergaan! God wast de gelovige en maakt hem volmaakt rein! Al zijn zonden zijn vergeven (verleden, heden, toekomst) als hij ze belijdt (in de Biecht). Jezus zei: “U BENT GEZUIVERD” (Johannes 13:10). Er was echter een discipel die niet rein was (Johannes 13:10-11). Wat was de naam van deze ONREINE discipel (Johannes 13:11, en vergelijk vers 2)? JUDAS ISKARIOT. Judas was nog steeds in zijn zonden. Hij had nooit zijn “reddingsbad” ondergaan. Hij was niet “geboren uit water…” (Johannes 3:5).

    Alhoewel gelovigen worden gered, vergeving geschonken en gereinigd, kunnen zij nog steeds “vuile voeten” krijgen, gezien zij als christenen wandelen in deze (vuile) wereld. Er zijn tijden dat gelovigen in hun dagdagelijkse wandel nog zondigen (1 Johannes 1:8, 10). Daarom moeten wij onze zonden BELIJDEN (1 Johannes 1:9) opdat wij onze voeten zouden rein houden! Wij moeten dan niet meer onze zonden belijden om gered te worden. Petrus had geen bad meer nodig! God heeft de gelovige reeds gered (hem helemaal gereinigd). Maar gelovigen moeten hun zonden belijden opdat zij in nauwe gemeenschap met de Heer kunnen wandelen. Het is voor een gelovige noodzakelijk om reine voeten te hebben (Johannes 13:8 en vergelijk Jesaja 59:1, 2).

    Heb jij al een reddingsbad gehad?: Werden al jouw zonden vergeven (zie Efeziers 1:7 en Handelingen 10:43)? Als jij werkelijk een christen bent, hou jij dan je voeten dagelijks schoon? Begrijp jij wat 1 Johannes 1:9 zegt?: Het is een ding te weten wat 1 Johannes 1:9 zegt maar een ander ding te DOEN wat 1 Johannes 1:9 zegt! Jezus zei: “ Als u deze dingen weet, zalig bent u als u NAAR ZE HANDELT” (Johannes 13:17)! Gelukkig is de gelovige die zijn zonden belijdt en ze ONMIDDELLIJK belijdt! Laat het vuil niet lang op je voeten zitten!

    In Johannes 13:12-16 vertelde Jezus Zijn discipelen om Zijn voorbeeld te volgen. Hij vernederde Zichzelf en diende hen door hun voeten te wassen. Zij zouden ook zichzelf moeten vernederen en anderen dienen. De persoon die werkelijk GROOT is in Gods ogen is de persoon die SLAAF is van allen (Markus 10:44). Kan jij denken aan dingen waarmee jij anderen kan dienen in de komende week?

    5 DE NEDERIGE DIENAAR VOORZEGT HET VERRAAD DOOR JUDAS

    Jezus wist precies wat met Hem zou gebeuren. De handelingen van Judas kwamen niet als een verrassing voor Hem. Voordat het zou plaatsvinden kom Jezus het voorzeggen: “Nu al zeg Ik het u VOORDAT het gebeurt, opdat wanneer het gebeurt, u zult GELOVEN dat IK [het] BEN” (Johannes 13:19). Zoals we reeds zagen wist Jezus vanaf het begin wie Hem zou OVERLEVEREN (Johannes 6:64).

    Gewoonlijk zijn zij die met ons aan tafel eten onze vrienden. Maar de Heer wist dat er een vijand aan Zijn tafel zat (zie Johannes 13:18). Judas was niet voor Christus, hij was TEGEN Hem!

    Wat zei Jezus tot de discipelen (Johannes 13:21)? EEN VAN JULLIE ZAL MIJ OVERLEVEREN. Wisten de discipelen wie de verrader werkelijk was (Johannes 13:22 en vergelijk Mattheus 26:21-22)? NEE. De discipelen zeiden niet: “het moet die schurk Judas zijn!” Nee, Judas had hen allen bij de neus genomen! Zij hadden hem zelfs vertrouwd om de geldbeurs te dragen (Johannes 12:6)!

    Johannes is gekend als “de discipel die Jezus liefhad”. We lezen van hem in Johannes 13:23 (denk eraan, hij is ook de man die dit Evangelie schreef). Johannes lag in de schoot van Jezus. In bijbelse tijden zaten de mensen niet op stoelen aan tafel. Zij leunden op hun zij op sofa'’, rustend op hun linkerelleboog en met de rechterhand vrij om te eten. Zij lagen dus op hun zijde. Het hoofd was het dichtst bij de tafel en de voeten het meest weg van de tafel. De persoon aan zijn rechterzijde zou het hoofd nabij de borst hebben van de eerste persoon. Johannes lag aan de rechterkant van Jezus.

    Beter dan de andere discipelen wist Johannes dicht bij de Heer te blijven. Denk aan de herder en zijn schapen. De herder houdt van alle schapen, maar sommige schapen blijven dichter bij de herder dan andere schapen. Sommige schapen wandelen vlak naast de herder. De herder moet zich soms bukken en een van zijn lammeren op de rug dragen. Johannes was een discipel die wist dicht bij de Heer te blijven. Als wij werkelijk schapen zijn (Johannes 10:26-27) is het onze verantwoordelijkheid om tijdens ons christelijk leven zo dicht mogelijk bij de Herder te blijven! Dwaal niet weg van Hem!

    Vermits Johannes dicht bij Jezus aanlag wenkte Petrus naar Johannes. Hij wilde dat Johannes aan Jezus vroeg wie de verrader was. Johannes dan stelde de vraag: “Heere, WIE IS HET?” (Johannes 13:25).

    Jezus nam dan een stukje brood en doopte dat in wat saus of olie en gaf het aan wie (Johannes 13:26)? JUDAS ISKARIOT. Dit was het teken! Judas was het!

    Wat gebeurde er met Judas toen hij een ingedoopt stuk brood ontving (Johannes 13:27)? DE DUIVEL VOER IN HEM. Het is al erg genoeg voor een mens demonisch bezeten te raken, maar Judas werd BEZETEN DOOR DE SATAN! Judas had zichzelf toegelaten een instrument te worden van de duivel en hij zou nu een van de grootste misdaden begaan die de wereld ooit heeft gekend!

    De andere discipelen wisten niet echt waarom Judas de kamer had verlaten (Johannes 13:27-28). Aan wat dachten sommigen (Johannes 13:29)? DAT HIJ INKOPEN WAS GAAN DOEN OF DAT HIJ IETS AAN DE ARMEN MOEST GAAN GEVEN.

    Wist Jezus wat Judas ging doen? JA.

    Nadat Judas was vertrokken gaf Jezus Zijn discipelen een GEBOD (Johannes 13:34). Het Oude Gebod zei: “U moet uw naaste liefhebben als UZELF” (Leviticus 19:18). Het Nieuwe Gebod van Jezus luidde: “Zoals DE LIEFDE DIE IK JULLIE HEB TOEGEDRAGEN moet u ook elkaar liefhebben” (Johannes 13:34). Het is nu niet meer uw naaste liefhebben zoals UZELF maar liefhebben zoals JEZUS U HEEFT LIEFGEHAD! Liefhebben zoals Christus liefhad! Stel dat de discipelen het volgende vroegen: “Heer, hoe hebt U ons liefgehad?” Dan zou Jezus kunnen gezegd hebben: “Morgen ga ik naar het kruis en ik zal jullie tonen wat voor liefde ik heb voor jullie!” Er is geen grotere liefde dan de KRUISLIEFDE! Als we werkelijk willen leren HOE LIEF TE HEBBEN moeten we naar het kruis kijken, want het is daar dat we werkelijk de liefde van God zien (zie Romeinen 5:8 en Efeziers 13:35)! Een christen heeft lief zoals Christus liefhad, wanneer hij zichzelf geeft ter wille van de ander, ongeacht wat het hem kost en ongeacht het persoonlijke offer dat hij moet brengen. Dit soort liefde toonde de Verlosser voor ons (Johannes 3:16)!

    6 DE NEDERIGE DIENAAR VOORZEGT VERLOOCHENING DOOR PETRUS

    Jezus wist niet alleen alles van Judas, maar ook van Petrus! Petrus was zo vol zelfvertrouwen dat hij zeker was Jezus overal te kunnen volgen. Hij zei zelfs tot Jezus: “Heere, waarom kan ik U nu niet volgen? Mijn LEVEN zal ik voor U geven. (Johannes 13:37). Petrus bedoelde het goed, maar hij besefte niet hoe zwak hij eigenlijk was. Petrus zou niet enkel falen te doen wat hij beweerde, maar hij zou ook de Heer 3 keer verloochenen (Johannes 13:38). Jezus kent onze algemene zwakheid! Hij weet dat we broos zijn en Hij weet dat we zullen falen!

    Als christenen moeten we opletten voor teveel ZELFVERTROUWEN omdat Jezus zei: “Zonder Mij kunt u NIETS doen” (Johannes 15:5). Wij moeten een CHRISTUSVERTROUWEN hebben zodat we kunnen zeggen: “IK KAN ALLES AAN door HEM, Die mij kracht geeft” (Filippenzen 4:13)!

    Zonder Hem zullen we zeker falen in deze wereld!

    Met Hem zullen we slagen!

    Aan een dochter van de Goddelijke Wil, 10 september 2015

       Ik ben Michael de Prins van de Hemel, leider van het Legioen van Gods engelen. Ik kom om je te vertellen dat de grootste strijd tussen goed en kwaad gaat beginnen. De strijd tussen de rebellerende engelen die de aarde opjagen en de machtige geesten die door God geleid worden zal toenemen in hevigheid. Ja, de engelen die door God alleen geleid worden gaven hun JA-woord aan God en passeerden hun test. Onze tijd in de Hemel kan niet gemeten worden in jullie aardse tijd, maar wij, de Bewakers van de Hemel hebben de inwoners van de aarde altijd bewaard in onze tijd. Spoedig zullen enkel degenen die “JA” gezegd hebben aan God, beschermd worden. Al de anderen zullen een prooi zijn voor de duivel. Spoedig zal de geest van de antichrist zich manifesteren in de vorm van een bezeten man. Hij zal naar voren treden op een tijdstip dat de aarde fel te lijden zal hebben, de hele aarde zal op hetzelfde moment te lijden hebben.

            Al degenen die de strijd mee zullen aangaan zullen beschermd worden, al degenen met een oprecht hart die neergebogen hebben voor de Heer vragend om vergiffenis zullen het Zwaard van Waarheid ontvangen dat komt samen met een special zegening van God door mij volgen mij in de strijdkreet “WIE IS ALS GOD?” Al degene die meedoen met de STRIJDERS VAN HET HEILIG ZWAARD VAN MARIA zullen deel uitmaken van mijn leger, en wij, de Heilige Engelen, zullen hen begeleiden in hun noden en hun strijd. We zullen constant hen terzijde staan om de genaden te brengen die God voor hen wil. Hun toewijding aan de Heilige Koningin van de Hemel en het verlangen om het Leven van de Goddelijke Wil te leven en te doen heersen in hun binnenste, roept mij, Michael naar beneden om hun beschermer te zijn in hun aardse missie. Want groot is de missie van degene die een Strijder is van het Heilig Zwaard van Maria.

            Mijn Zonen en Dochters van het Zwaard, ik zal jullie roepen met de stem van de Almachtige om jullie Zwaarden op te nemen en te leven door het Heilig Kruis om de kwaadwillige Feniks, de kwaadwillige albatros en de arend wiens vleugels de aarde bedekken met duisternis, te bevechten. De kwaadwillige Feniks wiens klauwen jullie land in de greep houden en het bloed uit Gods volk en Gods tempels heeft getrokken. De feniks stopt niet tot hij het leven van elk kind van God aborteert in de schoot en degenen die geboren worden. Het ware leven van God is uit Zijn kinderen getrokken en velen zijn in de vuren van de hel geworpen. Dit zijn straffe woorden die ik je geef, maar de waarheid moet verkondigd worden met straffe woorden zodat de wereld het begrijpt. Ik, Michael, Prins van de Hemelse Legerscharen heb je deze woorden gegeven om aan al Gods kinderen te brengen.

          Het is tijd om op te staan en trouw een Verbond te sluiten met de Koningin van de Hemel want de strijd zal beginnen voor de rechtvaardige kinderen van God. Ik roep jullie allen op om je voor te bereiden voor de strijd.

            Neem het Zwaard op en het Kruis van de Strijdende Koningin en ik, Michael sta naast jullie door de heilige bevelen van de Koningin.

    Michael, Prins van de Hemelse Legerscharen

    "Het is het Zwaard dat Mijn Moeders Hart doorboorde, gedragen door een Serafim, die de ‘Wonde’ vormde waaruit alle genaden voortkomen. Heb deel aan dit doorboorde Hart. Deze Heilige Wonde van Maria is een groot geschenk geschonken aan al Mijn kinderen die het oprecht vragen en die altijd zijn betekenis overwegen en die Zwaard op hun schouders dragen naast Mijn kruis. Dit is de rol van een Heilige Strijder van Maria, het Zwaard en het Kruis kunnen niet worden gescheiden. Dit geschenk van de Wonde gevormd door het Zwaard is een deur, een Poort naar de Hemel.   

    Allen die het Heilig Zwaard toelaten hun harten te doorboren, zal Mijn Moeder Haar zelfde hemelse genaden en verdiensten delen die Ze bezit en verdiende op aarde. Dit is een groot geschenk, Mijn dochters, om te delen in hun Moeders erfenis, Haar erfenis die ze aan allen zal geven.

          Deze website (www.warriorsofmary.com) zal toegewijd worden aan de wonde van Maria’s Hart en Haar Strijders van het Zwaard die Haar Fiat aanvaarden."

    “Laat het Geschieden volgens Uw Woord”

    Jezus, Zoon van de Strijdende Koningin.

    Dochters van het Lam van de Onbevlekte Ontvangenis, een Apostolaat van Barmhartigheid

     Boodschappen van de Hemel door Maria de Moeder van God (op 10 juni 2013)

    1.   Alle zielen die Mij toegewijd zijn en die wensen dit apostolaat te promoten en te volgen – zullen zich dagelijks aan Mij toewijden door de Akte van Toewijding aan het Onbevlekte Hart te bidden.

    2.   Ze zullen Mijn heilig scapulier dragen dat toegewijd en geconsecreerd is aan dit apostolaat van barmhartigheid – een speciaal scapulier ter ere van Mijn Onbevlekte Ontvangenis en voor de redding van zielen (bruine scapulier mag ook).

    3.   Dagelijkse mis indien mogelijk – indien dit niet mogelijk is moet men een specifieke dag uittrekken gedurende de week voor de H. Mis als offer voor de werk van zielen redden, voor de Dochters van het Lam.

    4.   Wekelijkse aanbidding van 1 uur voor Onze Heer in het Heilig Sacrament en het bidden van goddelijke lofprijzingen.

    5.   Wekelijkse Biecht – zich in een staat van genade houden.

    6.   De Heilige Rozenkrans elke dag bidden samen met de Zeven smarten van Mijn Hart en het Kroontje van de Goddelijke Barmhartigheid. Deze 3 toewijdingen zijn een noodzaak om beschermd te blijven en in een staat te zijn om genaden te ontvangen en het helpt zielen de Hemel bereiken.

    7.   Wees een goede en heilige steun en hulp voor elkaar. Bereid jullie voor om alle dingen te aanvaarden ongeacht de gevolgen die ze met zich meebrengen – houd de naastenliefde in ere.

    8.   Doe Gods wil – totale overgave van zichzelf aan God zodat Hij je kan leiden.

    9.   Wees totaal afhankelijk van God en Mij, jullie Moeder, zodat we jullie kunnen omvormen tot WARE kinderen van God.

    16-10-2015, 22:51 Geschreven door Claudia  


    15-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Johannes-evangelie deel 8

    Johannes 11

    DE OPSTANDING EN HET LEVEN

    In onze reis doorheen het Evangelie naar Johannes hebben we geleerd wie Jezus Christus in werkelijkheid is. Tot dusver hebben wij geleerd dat Hij is:

    De God-Mens, het Water des levens, het Brood des levens, het Licht van de wereld, de Deur van de redding, de Goede Herder.

    In Johannes 11:25 vinden we een ander “IK BEN” vers dat ons helpt beter te begrijpen wie Jezus Christus werkelijk is:

    “Ik ben de OPSTANDING en het LEVEN; wie in Mij gelooft, zal LEVEN”

    Laten we nu het hoofdstuk bestuderen waarin dit vers wordt gevonden:

    Schema van Johannes Hoofdstuk 11

    1.    De ziekte en dood van Lazarus (Johannes 11:1-16)

    2.    Het volk weent en Jezus is in beroering (Johannes 11:17-38)

    3.    Jezus wekt Lazarus op uit de dood (Johannes 11:39-44)

    4.    De vijanden van Jezus maken hun plannen (Johannes 11:45-57)

    In Johannes hoofdstuk 11 gaan we leren over een van de verbluffendste wonderen die Jezus deed. Jezus deed iets wat nooit iemand heeft gedaan in de menselijke geschiedenis: een mens die 4 dagen (Johannes 11:39) dood was werd opgewekt uit de dood! In oudtestamentische tijden werkte God op een bijzondere wijze door Zijn profeten Elia en Elisa en deze mannen wekten zelfs personen op uit de dood (zie 1 Koningen 17:17-24 voor Elia, en 2 Koningen 4:1-37; 13:20-21 voor Elisa). Maar deze mensen waren niet al vier dagen dood.

    Het grote wonder waarover we lezen in Johannes hoofdstuk 11 was niet de enige keer dat Jezus iemand opwekte die gestorven was. Hij wekte de dochter van Jairus op, die een korte tijd overleden was (Lukas 8:41-56). Ook de zoon van een weduwe die niet langer dan een dag dood kan geweest zijn (Lukas 7:11-16). Maar het wonder waarover we lezen in Johannes hoofdstuk 11 was het grootste van de drie, en het was een wonder dat onder de Joden veel beroering teweegbracht (Johannes 11:47-48; 12:9). We zijn nu klaar om naar Johannes hoofdstuk 11 te gaan en ervan te leren:

    1 DE ZIEKTE EN DOOD VAN LAZARUS

    In Johannes 11:1 lezen we dat Lazarus ZIEK was. Hoe ziek was hij? Een paar dagen later lezen we dat Lazarus DOOD is (Johannes 11:14). Zijn ziekte leidde hem snel naar het graf.

    Lazarus leefde in de stad BETHANIE (Johannes 11:1), een stad die dichtbij JERUZALEM lag (Johannes 11:18 : vijftien stadien = 15x185m, en dus ligt Bethanie op ongeveer 2,5 km van Jeruzalem. Dit klopt met de hedendaagse vaststellingen).

    Wat waren de namen van de twee zussen van Lazarus (Johannes 11:1)? MARIA en MARTHA. We kunnen over deze twee zussen ook lezen in Lukas 10:38-42. In Johannes 11:2 leren we iets wat Maria deed voor Jezus. We zullen hier meer over leren in Johannes 12:1-8.

    Maria en Martha zonden een bericht naar Jezus (Johannes 11:3). Zij wilden dat Jezus onmiddellijk zou komen, omdat Hij Lazarus liefhad. Had Jezus Lazarus werkelijk lief (Johannes 11:5)? JA. Ging Jezus onmiddellijk naar Bethanie (Johannes 11:6)? NEE. We moeten ons altijd herinneren dat God niet altijd doet wat wij van Hem denken dat Hij zou doen! God doet altijd wat het beste is!

    Toen Jezus het nieuws hoorde dat Lazarus ziek was, zei Hij: “Deze ziekte is niet tot de DOOD” (Johannes 11:4). Wat bedoelde Jezus daarmee? Zei Hij dat Lazarus niet zou sterven? Dit kon niet Zijn bedoeling geweest zijn want Jezus wist dat Lazarus zou sterven (Johannes 11:14). Jezus zei dat het finale resultaat van deze ziekte niet de dood zou zijn. Lazarus zou sterven, maar hij zou niet dood eindigen! Hij zou LEVEND eindigen! Hier is wat Jezus bedoelde:

    “DEZE ZIEKTE IS NIET TOT DE DOOD”

    Was deze ziekte tot de dood, dan zou de dood het finale resultaat zijn.

    “DEZE ZIEKTE IS MET HET OOG OP DE HEERLIJKHEID VAN GOD”

    Deze ziekte zou resulteren in de dood, maar de dood is niet het finale resultaat.

    God had een doel met toe te laten dat Lazarus ziek werd en zou sterven, net zoals God een wonderlijk doel heeft met toe te laten dat een mens blind geboren wordt (zie Johannes 9:1-3).

    Noot: Als we denken aan wat Jezus met Lazarus deed moeten we een belangrijk verschil maken. De FINALE OPSTANDING VAN GELOVIGEN verschilt helemaal met wat gebeurde met Lazarus. Het is wel waar dat Lazarus opstond uit de doden (Johannes 12:9), maar dit is niet hetzelfde als wat zal gebeuren met gelovigen wanneer zij zullen opgewekt worden (Johannes 6:39, 40, 44, 54).

    Lazarus werd opnieuw tot leven gebracht. Zijn leven werd hersteld. Lazarus was werkelijk dood (Johannes 11:14) maar door Gods kracht kreeg hij zijn aardse leven terug. Maar aan Lazarus werd geen nieuw lichaam gegeven dat nooit meer zou sterven. Alhoewel hij niet langer ziek en dood was, kreeg hij toch hetzelfde soort lichaam terug, en op een dag zou hij opnieuw sterven! Wat Jezus voor Lazarus deed was wonderlijk, maar tijdelijk, niet permanent.

    In de toekomst, wanneer Jezus de gelovigen opwekt, zal Hij een permanent werk doen! In de tijd van de opstanding van de gelovigen zullen zij nieuwe lichamen krijgen die onsterfelijk en onverderfelijk zullen zijn (1 Korinthiers 15:51-54). Dit betekent dat hun lichamen nooit verouderen, nooit ziek worden en nooit sterven! Zij zullen lichamen hebben die aangepast zijn om eeuwig mee te gaan! Op een dag zal ook Lazarus zo’n nieuw opstandingslichaam krijgen!

    De opstanding is iets wat zal gebeuren in de toekomst, voor ALLE MENSEN (zie Johannes 5:28-29). Er is een OPSTANDING TEN LEVEN (Johannes 5:29). Deze mensen zullen leven in hun nieuwe lichamen, en voor altijd bij Christus zijn. Dit wordt ook “de eerste opstanding” genoemd.

    Er zal dus een eerste of goede opstanding zijn (voor de geredden), en een tweede of slechte opstanding (voor de verlorenen). Aan welke opstanding zal jij deelhebben? De keuze is aan jou!

    Wat God deed voor Lazarus was iets heel bijzonders. Hij bracht een dode man uit zijn graftombe en herstelde zijn aardse leven. Wat God in de toekomst nog zal doen, voor jou en voor elke gelovige, is nog veel meer bijzonder (zie Filippenzen 3:20-21; 1 Thessalonicenzen 4:16-17 en 1 Korinthiers 15).

    Kruisoordeel van Christus

    Kruisdood --) 3 dagen --) Opstanding --) 40 dagen --) Hemelvaart (Hd. 1:9) --) 10 dagen --) Pinksteren

    Voor de gelovigen uit de oude bedeling.

    Rechterstoel van Christus

    Gemeentetijdperk (Openb 2 en 3) --) Opname (in Openb 4 en 5 een feit) --) aanloop voor de Antichrist --) 3,5 jaren --) Antichrist --) 3,5 jaren grote verdrukking --) 1ste opstanding (Openb 20:4-6)

    1ste Opstanding (Openb 20:5) uit de doden (Mk 9:9; Lk 20:35; Hd 4:2; Fp 3:11) van rechtvaardigen (Hd 24:15a; Lk 14:14) tot leven (Jh 5:28, 29a) = 1ste Dood

    Oordeel van schapen en bokken

    1ste opstanding --) duizend jaren vredetijdperk --) 2 de opstanding (Openb 20:11-15) -Laatste oordeel voor de Grote Witte Troon --) eeuwigheid

    Laatste oordeel is voor de ongelovigen uit alle tijdperken.

    2de Opstanding van doden (Openb 20:12) van onrechtvaardigen tot oordeel (Jh 5:29b) = 2de Dood (Openb 20:6)

    Toen Jezus het nieuws hoorde dat Lazarus ziek was, spoedde Hij Zich dan naar Bethanie (Johannes 11:6)? NEE. Hoelang bleef Hij in dezelfde plaats waar Hij was (Johannes 11:6)? 2 DAGEN. Denk eraan dat God nooit traag is (vergelijk 2 Petrus 3:9)! Hij weet wat Hij doet en Hij doet alle dingen goed. God zal de dingen niet zo snel doen als wij dikwijls zouden willen, maar Hij is nooit traag! Omdat God nooit traag is moeten we leren te VERTROUWEN (Psalm 27:14).

    Na deze twee dagen zei Jezus: “Laten wij weer naar JUDEA gaan” (Johannes 11:7). Bethanie (waar Lazarus was) en Jeruzalem (waar de meeste vijanden van Jezus waren) waren allebei in Judea gelegen. Waarom waren de discipelen bang om terug te keren naar deze streek (Johannes 11:8)? DE JODEN WILDEN JEZUS STENIGEN. De discipelen herinnerden zich wat de Joden trachtten te doen in Johannes 10:31-33. Hij ontsnapte toen (Johannes 10:39) maar zou dat nu nog lukken? Jezus antwoordde de discipelen dat Hij dat in alle veiligheid overdag kon doen (Johannes 11:9-10). Hij wist dat het uur van Zijn dood nog niet gekomen was. Jezus wist dat God Hem een bepaalde tijdspanne had gegeven om Gods wil te doen op aarde. Hij wist dat Zijn vijanden deze tijdspanne niet konden inkorten (Johannes 10:18). Hij wist dat Hij niet kon sterven voordat Zijn werk gedaan was. Hetzelfde is waar voor ons. Wanneer een gelovige in het licht wandelt en Gods plan voor hem (of haar) vervult, is er niets dat hij (of zij) hoeft te vrezen. God beschermt Zijn dienaren! Zouden Gods dienaren moeten vrezen wat mensen aan hen zouden kunnen doen (Psalm 118:6; Psalm 27:1; Hebreeen 13:6)? NEE.

    Jezus vertelde Zijn discipelen iets wat zij niet begrepen: “Lazarus, onze vriend, IS INGESLAPEN, maar Ik ga naar hem toe om hem uit de DOOD op te wekken” (Johannes 11:11). Toen Jezus zei dat Lazarus “slaapt” wat bedoelde Hij dan daarmee (Johannes 11:13)? ZIJN EIGEN DOOD. Wat dachten de apostelen wat Jezus bedoelde (Johannes 11:12-13)? DE GEWONE SLAAP. In Johannes 11:14 bracht Jezus klaarheid. Lazarus sliep de slaap van de dood! Toen Jezus sprak over hem uit zijn slaap te doen ontwaken (Johannes 11:11), wat denk jij dan dat Hij daarmee bedoelde? UIT DE DOOD OPWEKKEN.

    De Bijbel gebruikt dikwijls de term “slaap” om de dood te beschrijven – zie 1 Koningen 2:10; Mattheus 27:52; Lukas 8:52; 1 Korinthiers 15:20; 1 Thessalonicenzen 4:14.

    Een voorbeeld wordt gevonden in 1 Korinthiers 11:30: “Daarom zijn er onder u veel zwakken en zieken, en velen zijn ONTSLAPEN”. Het Grieks (waarin het Nieuwe Testament werd geschreven) gebruikt in dit vers een woord dat zowel slapen als ontslapen (koimao) kan betekenen. In het Nederlands hebben wij twee woorden die “slapen” in zich dragen maar wel met een geheel verschillende betekenis: slapen (rusten) en ontslapen (sterven).

    Als je naar een funerarium zou gaan en daar een overleden persoon zou zien, dan gelijkt het lichaam daar op een mens die slaapt! Het lijkt alsof dat lichaam rust. Wanneer een persoon sterft dan is zijn LICHAAM TOT RUST GEBRACHT. Maar het zal niet voor altijd rusten! Op een dag zal er iets met dat lichaam gebeuren!

    Wanneer een persoon SLAAPT weten we dat hij niet voor altijd zal slapen. De tijd komt dat hij zal ONTWAKEN! Hetzelfde is waar voor het lichaam dat “slaapt” in het graf. In Daniel 12:2 lezen we dit: “En velen van hen die SLAPEN in het stof van de aarde, zullen ONTWAKEN, sommigen tot eeuwig LEVEN, anderen tot smaad, tot eeuwige SCHANDE”. Wie is Degene die de doden zal opwekken (Johannes 5:27-29)? DE MENSENZOON.

    De discipelen hadden genoeg moed om met Jezus naar Bethanie te gaan, maar wat dacht Thomas dat gebeuren zou? DAT HIJ ZOU STERVEN MET JEZUS. Thomas zag het verkeerd! Spoedig zou het voor Jezus de tijd zijn om te sterven, maar niet voor de discipelen. God had een volmaakt plan voor Zijn geliefde Zoon en ook een volmaakt plan voor elke discipel.

    2 HET VOLK WEENT EN JEZUS IS IN BEROERING

    Toen Jezus in Bethanie aankwam was Lazarus reeds 4 dagen dood (Johannes 11:17). Vele Joden waren gekomen om Martha en Maria te troosten (Johannes 11:19).

    Welke van de zussen kwam het eerst tot Jezus (Johannes 11:20)? MARTHA. Dacht zij dat Jezus iets had kunnen doen om de dood van Lazarus te voorkomen (Johannes 11:21)? JA. Dacht zij dat Jezus evenwel toch nog iets kon doen (Johannes 11:22)? JA.

    Jezus gaf dan Martha een wonderlijke belofte met betrekking tot wat Hij zou doen: “Uw broer zal OPSTAAN” (Johannes 11:23). Jezus zou Lazarus uit zijn slaap laten ontwaken (vergelijk Johannes 11:11)!

    Wist Martha dat Lazarus weer zou opstaan (Johannes 11:24)? JA. Dacht zij dat dit onmiddellijk zou gebeuren, of dacht zij dat dit in de toekomst zou gebeuren (Johannes 11:24)? IN DE TOEKOMST. Zij wist dat er op de laatste dag een opstanding zou plaatsvinden net zoals de profeet Daniel dit zei in Daniel 12:2.

    Martha wist dat de OPSTANDING een gebeurtenis was die zou plaatsvinden in de verre toekomst. Maar zij moest begrijpen dat de OPSTANDING een Persoon is en dat die Persoon vlak voor haar stond! Jezus zei tot Martha: “ IK BEN de OPSTANDING en het LEVEN” (Johannes 11:25).

    Het woord OPSTANDING betekent “opstaan”. Wanneer een persoon sterft dan “ligt hij neer” of “rust” hij in het graf. Wanneer een persoon opstaat uit de doden is er een “opstanding”, net zoals Lazarus opstond en uit zijn graftombe naar buiten kwam (Johannes 11:44). Jezus Christus heeft geen probleem met het graf en met de dood. HIJ IS DE OPSTANDING EN HET LEVEN! De dood is de grootste vijand van de mens (1 Korinthiers 15:26), maar Jezus Christus heeft deze vijand overwonnen! Wegens haar twijfels dacht Martha dat de dood en het graf groter waren dan Jezus. Zij moest zich realiseren dat Jezus groter was dan de dood en het graf. Jezus Christus is de “LEIDSMAN TEN LEVEN” (Handelingen 3:15).

    Jezus zei: “IK BEN DE OPSTANDING” (Johannes 11:25). Dit wordt uitgelegd in Johannes 11:26:

    “wie in Mij gelooft, zal leven, ook al was hij gestorven”

    De lichamelijke dood is geen probleem voor de persoon die gelooft in Jezus Christus! Wanneer een gelovige sterft dan verliest hij niet maar wint hij veeleer (Filippenzen 1:21-23)! Voor de gelovige is de lichamelijke dood niets om bang voor te zijn. Het is gewoon een deur die leidt naar het LEVEN (een eeuwige relatie met God)!

    Jezus zei: “IK BEN HET LEVEN” (Johannes 11:25). Dit wordt uitgelegd in Johannes 11:26:

    “ieder die leeft en in Mij gelooft, zal niet STERVEN in eeuwigheid”

    Jezus zei iets overeenkomstigs in Johannes 8:51. Een ware gelovige zal nooit afgezonderd worden van God! De gelovige heeft EEUWIG LEVEN. Hij zal nooit de geestelijke dood (afscheiding van God) ervaren.

    Martha zei: “ik geloof dat U de MESSIAS bent, de ZOON van God (Johannes 11:27), maar ze begreep niet echt wat Jezus bedoelde wanneer Hij zei: “IK BEN DE OPSTANDING EN HET LEVEN” (Johannes 11:25). Ergens dacht zij dat het graf groter was dan Jezus (zie Johannes 11:39-40). Maar spoedig zou zij “de heerlijkheid van God” zien (Johannes 11:40). Zij zou zien hoe groot de Zoon van God werkelijk is! Het graf is geen partij voor Hem!

    Martha ging weg en daarna kwam Maria naar Jezus, gevolgd door velen van de Joden die gekomen waren om te troosten (Johannes 11:28-31). Toen Maria Jezus ontmoette, vertelde zij dan hetzelfde als wat haar zuster had gezegd (Johannes 11:32 en vergelijk 11:21)? JA. Zij dacht dat Jezus iets had kunnen doen als Hij daar was geweest toen Lazarus nog leefde. Spoedig zou zij leren dat Jezus in staat was iets te doen niettegenstaande Lazarus reeds 4 dagen dood was! De dood is niet groter dan Jezus. Jezus is Heer over de dood!

    Wat deed Maria en wat deden de andere Joden volgens Johannes 11:33? WEEKLAGEN. Zij WEENDEN, en Jezus raakte innerlijk in BEROERING. Het woord “beroering” (Johannes 11:33) betekent dat Jezus “heftig in de geest bewogen” werd. Hij is ontroerd bij het zien van haar verdriet en zwakheid. Hier zien we de echte mensheid van de Heer. De Heer is “heftig bewogen”, er is diepe smart en verontwaardiging in zijn hart.

    Jezus vroeg waar de graftombe van Lazarus was en zij zeiden tot Hem: “Heer, kom en zie” (Johannes 11:34). Daarna lezen we dat “HIJ HUILDE” (Johannes 11:35).

    Jezus weende, maar Hij weende niet op dezelfde manier als de Joden (zie Johannes 11:33). Het woord “weende” in Johannes 11:35 (Gr. dakruo: tranen laten) is een ander woord dan we vinden in Johannes 11:33 (Gr. klao: luid wenen). In Johannes 11:33 leren we dat Maria en de Joden in feite “luid weenden” wegens de dood van Lazarus, terwijl Jezus in Johannes 11:35 “tranen liet”. Waarom liet Jezus tranen? Zoals een mens liet Hij tranen vanwege de innerlijke beroering die Hem aangreep (zie Johannes 11:33).

    De Joden zagen dat Jezus weende en zeiden: “Zie, hoe LIEF Hij hem [Lazarus] had” (Johannes 11:36). Dit gaf aanleiding voor de Joden om het volgende te zeggen: “Kon Hij Die de ogen van de blinde geopend heeft, ook niet maken dat deze niet gestorven was?” (Johannes 11:37). Beviel deze uitspraak Jezus? NEE. Jezus werd opnieuw in Zichzelf bewogen, maar nu vooral door hun ongeloof. Zij dachten dat Jezus geen macht over de dood en het graf had!

    3 JEZUS WEKT LAZARUS UIT DE DOOD

    Lazarus’ graf was in een grot (Johannes 11:38). Er was een steen geplaatst voor de ingang. Het kan een gelijksoortige tombe zijn geweest als deze waar later Jezus werd ingelegd.

    Jezus beval de steen weg te nemen van de ingang van de tombe (Johannes 11:39). Waarom wilde Martha niet dat de steen zou weggenomen worden (Johannes 11:39)? OMWILLE VAN DE STANK.

    Het lichaam van Lazarus was reeds gaan ontbinden. In zulke warme landen begon een lijk snel te rotten en dus te stinken! Maar Jezus wist wat Hij deed, en spoedig zou Lazarus uit het graf komen zonder enige kwalijke geur!

    Wat zou Martha zien als zij maar wilde geloven (Johannes 11:40)? DE HEERLIJKHEID VAN GOD. Vergelijk Johannes 11:4 en Johannes 11:25-26. De opwekking van Lazarus was voor God een wonderlijke gelegenheid om Zich bekend te maken op een bijzondere manier.

    Nadat zij de steen wegnamen, bad Jezus (Johannes 11:41). Bad Hij stil tot Zichzelf of bad Hij luidop zodat anderen Hem konden horen 11:41-42)? LUIDOP. Jezus dankte God openlijk voor wat stond te gebeuren!

    Na dit gebed riep Jezus met een LUIDE STEM: “Lazarus, KOM NAAR BUITEN!” (Johannes 11:43). Gehoorzaamde Lazarus het bevel van de Heer (Johannes 11:44)? JA. Jezus riep zorgvuldig Lazarus met zijn naam (Johannes 11:43). Er zal een tijd komen dat DEGENEN die in de graven Zijn stem zullen horen (Johannes 5:28)! En zij zullen “eruitgaan” (Johannes 5:29)! De dood en het graf vormen geen probleem voor Jezus!

    Het moet nogal een belevenis geweest zijn om Lazarus naar buiten te zien komen, nog steeds omwikkeld in zijn grafkleren (Johannes 11:44)! Lichamen werden naar gewoonte omwikkeld met windsels, met specerijen ertussen om de geur te onderdrukken. Lazarus moet eruit gezien hebben als een WANDELENDE MUMMIE! Jezus beval het volk om hem los te maken (hem te bevrijden van zijn wikkels) en hem te laten gaan (Johannes 11:44).

    Het volgende schema laat het verschil zien tussen wat met Lazarus gebeurde en wat zal gebeuren met gelovigen in de TOEKOMST:

    GELOVIGEN                                                                                  LAZARUS

    Onsterfelijke lichamen                                                      Sterfelijk lichaam

    Nooit onderworpen aan de dood                                    Onderworpen aan de dood

    (1 Korinthiers 15:53)                                                          (Johannes 12:10)

    Nooit meer opnieuw sterven!                                           Hij moet een 2de keer sterven!

    Onverderfelijke lichamen                                                 Verderfelijk lichaam

    Nooit meer onderworpen aan verderf                             Onderworpen aan verderf

    (slijtage of veroudering)                                                    Een lichaam dat terugkeert

    1 Korinthiers 15:53                                                            tot stof

    Lichamen bestemd om voor eeuwig mee te gaan       (Genesis 3:19)

    (1 Korinthiers 15:42-44)    

    4 DE VIJANDEN VAN JEZUS MAKEN HUN PLANNEN

    Velen van de Joden GELOOFDEN in Jezus toen zij dit opmerkelijke wonder zagen (Johannes 11:45). Anderen gingen weg en vertelden de farizeeen wat Jezus had gedaan (Johannes 11:46). De Joodse leiders moesten beslissen wat zij zouden doen met Jezus (Johannes 11:47). Waren zij zich bewust van het wonder dat Jezus had gedaan (Johannes 11:47)? JA.

    Vonden deze Joodse leiders het goed om Jezus te laten begaan (Johannes 11:48)? NEE. Zij waren bang dat Jezus in populariteit zou toenemen en dat meer en meer mensen Hem zouden volgen. Zij vreesden dat Jezus en Zijn volgelingen ook politieke betekenis zouden krijgen. Deze Joden wisten dat als dit ooit zou gebeuren, de Romeinen tussenbeide zouden komen en over de Joden met een nog sterkere vuist zouden heersen. Zij dachten op dwaze wijze dat de hele natie in gevaar kwam vanwege Jezus!

    Kajafas, de hogepriester, zei dan iets dat eigenlijk twee verschillende dingen betekent. Wat hij zei wordt gevonden in Johannes 11:50:

    “… dat het nuttig voor ons is dat EEN mens sterft voor het volk, en niet het volk TEN ONDER gaat”

    Kajafas bedoelde een ding toen hij deze woorden sprak, maar zonder dat Kajafas het besefte dragen deze woorden nog een andere boodschap! Zoals het uitdraaide sprak Kajafas precies de woorden die God wilde dat hij sprak!

    Laten we de twee betekenissen van deze woorden eens overdenken. Dit bedoelde Kajafas:

    “Als we Jezus laten begaan zullen de Romeinen komen en ons vernietigen en dan zullen wij het volk niet meer kunnen besturen. Het is veel beter dat 1 Mens sterft (Jezus) en dat dan de hele natie niet verloren gaat (door de Romeinen)”

    Dit was eigenlijk een boos complot om Jezus te vernietigen!

    Maar deze woorden hebben ook een andere betekenis. Kajafas wist het niet, maar eigenlijk sprak hij het wonderlijkste goede nieuws dat de wereld ooit heeft gehoord! Jezus Christus moest sterven voor de hele natie! Dit is het goede nieuws van het Evangelie! Christus moest sterven voor onze zonden opdat zij niet zouden verloren gaan! Hij moest sterven opdat wij gered zouden kunnen worden! Christus moest sterven als PLAATSVERVANGER van de mens! Dus, alhoewel Kajafas over een boos plan sprak om Jezus te doden, gebruikte God dezelfde woorden om de wonderlijke boodschap van het Evangelie te presenteren! Zonder het te weten draaide het zo uit dat Kajafas een van de eerste evangeliepredikers was! God kan maken dat de toorn van een mens Hem prijst!

    Wij hebben zo’n grote God dat zelfs de meest boze plannen van de mens kunnen gebruikt worden om Gods wonderlijke plan te volbrengen! God laat boze mannen spreken en handelen op bepaalde manieren, maar het draait uiteindelijk zo uit dat het Gods plan is dat volbracht wordt! Zij zijn de verliezers, maar God is de winnaar! Je kan zien hoe dit gebeurde als je verzen leest zoals Lukas 22:22, Handelingen 2:23-24 en Handelingen 4:26-28. God kan ongeredde mensen gebruiken om Zijn eigen volmaakte plan uit te voeren.

    Wat planden de Joden van die dag af aan (Johannes 11:53)? OM JEZUS TER DOOD TE BRENGEN. In het plan van de Vader zou het spoedig de tijd zijn voor Jezus om Zijn leven af te leggen. Zijn uur was nog niet helemaal gekomen en Jezus trok zich terug in de stad met de naam Efraim, samen met Zijn discipelen (Johannes 11:54). De tijd van Jezus’ dood was nabij (Johannes 11:55) en de Joden vroegen zich af of Jezus op het Paschafeest zou komen (Johannes 11:56). In het volgende hoofdstuk zullen we lezen dat Hij inderdaad naar Jeruzalem zou komen voor het Pascha. Hij kwam openlijk en publiekelijk (Johannes 12:12-19). Maar voordat Hij kwam was Hij een GEZOCHT MAN (Johannes 11:57)! Zij wilden Hem grijpen en doden (Johannes 11:57, 53).

    Spoedig zouden zij Jezus arresteren en Hem hangen aan een Romeins kruis. Daarna zou Zijn lichaam in een graftombe gelegd worden zoals dat ook gebeurde met Lazarus. Ook Hij stond nadien op uit het graf, maar anders dan Lazarus zou Zijn lichaam nooit meer sterven (Romeinen 6:9; Openbaring 1:18).

    Voordat het gebeurde voorzegde Jezus dat Lazarus zou opstaan (Johannes 11:4, 23). Voordat het gebeurde voorzegde Jezus Zijn eigen opstanding (Johannes 2:19; 10:17; Mattheus 16:21). Het was onmogelijk voor de dood Hem vast te houden (Handelingen 2:24)!

    Leg jij je vertrouwen in Degene die de Opstanding en het Leven IS? Leg jij je vertrouwen in de VORST VAN HET LEVEN (Handelingen 3:15) voor jouw eeuwige redding? Jezus zei: “ieder die leeft en in Mij gelooft, zal niet sterven in eeuwigheid. Gelooft u dat?” (Johannes 11:26)!

     

    Johannes 10

    DE GOEDE HERDER

    In onze studie doorheen het Evangelie naar Johannes leren we WIE Jezus Christus in werkelijkheid is. God wil dat mensen zullen weten WIE Jezus echt is opdat zij “door te GELOVEN het LEVEN IN OVERVLOED zullen hebben in Zijn Naam (Johannes 20:31 en vergelijk Johannes 10:10).

    We hebben al sommige grote “IK BEN” verzen bestudeerd in Johannes’ Evangelie. In Johannes hoofdstuk 10 ontdekken we nog vier bijkomende “IK BEN” verzen die ons helpen te begrijpen WIE Jezus Christus is:

    IK BEN DE DEUR voor de schapen (Johannes 10:7).

    IK BEN DE DEUR (Johannes 10:9).

    IK BEN DE GOEDE HERDER (Johannes 10:11).

    IK BEN DE GOEDE HERDER (Johannes 10:14).

    Lang geleden schreef David een van de meest bekende verzen in de Bijbel. Het is Psalm 23:1: “De HEER is mijn HERDER, mij ontbreekt niets”. Wie is deze GROTE HERDER die zorg zal dragen voor Zijn schapen? Wie is deze HEERE (Jahweh/Jehovah) waar David over schreef?

    Noot: Heere: Hier staat in de grondtekst het Tetragrammaton (Gr. Tetra = vier). Het bestaat uit vier tekens en is Gods oudtestamentische Verbondsnaam. In het Nederlands komt de transcriptie overeen met JHWH. De vocale uitspraak ervan werd niet overgeleverd. Toch menen kenners dat het tetragram het best gereconstrueerd wordt als Jahweh of Jehovah.

    Het antwoord wordt gevonden in Johannes hoofdstuk 10. In dit hoofdstuk beweert Jezus Diegene te zijn waar David over schreef. Laten we deze verzen eens vergelijken:

    Psalm 23:1 : “De HEERE is mijn Herder”

    Johannes 10:11, 14 : Jezus zei: “Ik ben de goede Herder”

    Deze Herder is niemand anders dan de HEER Jezus Christus (Jahweh/Jehovah)! Hij is “de grote HERDER van de SCHAPEN” (Hebreeen 13:20). Hier in Johannes hoofdstuk 10 zullen we leren over deze grote Herder en hoe Hij zorg draagt voor Zijn schapen.

    Schema van Johannes hoofdstuk 10

    1.    De Herder en de schapen (Johannes 10:1-10)

    2.    De Herder sterft voor de schapen (Johannes 10:11-18)

    3.    De woorden van de Herder brengen verdeeldheid (Johannes 10:19-21)

    4.    De Herder beschermt Zijn schapen (Johannes 10:22-29)

    5.    De Herder beweert een te zijn met God (Johannes 10:30-42)

    1 DE HERDER EN DE SCHAPEN

    Om het eerste deel van Johannes hoofdstuk 10 te begrijpen moeten we eerst weten wat een “schaapskooi” is (zie Johannes 10:1). Een schaapskooi is een ommuurd gebied waarin de schapen verblijven tijdens de nacht. De muren zijn gemaakt van ruwe stenen en er zit geen dak op. Als de schapen binnen deze muren zijn, zouden ze beschermd zijn tegen sterke winden, dieven en wilde dieren. De schaapskooi had maar een deur.

    Soms was in die schappskooien meer dan een kudde ondergebracht. Zo konden twee of drie herders hun kudden in dezelfde schaapskooi herbergen

    Doorheen dit hoofdstuk vertegenwoordigen de SCHAPEN die mensen die geloven in Jezus en Hem volgen. Wat te zeggen van mensen die niet geloven? Zijn deze Zijn schapen (Johannes 10:26)? NEE. Jezus zei: “Mijn schapen LUISTEREN NAAR Mijn stem en Ik ken ze en zij VOLGEN Mij” (Johannes 10:27).

    In Johannes hoofdstuk 9 leerden we over een blinde man die door Jezus werd genezen. Volgde deze man Jezus? Was hij een ware gelovige (Johannes 9:35-38)? JA. Was hij daarom een echt schaap? JA. Sommige religieuze leiders deden alles wat zij konden om deze man en anderen te verhinderen Jezus te volgen (zie Johannes 9:22, 34). Deze mannen waren als dieven en rovers. Zij wilden deze schapen weghouden van de Herder, maar de goede Herder VINDT hem (Johannes 9:35).

    Jezus sprak over de persoon die een dief en een rover is in Johannes 10:1. Hoe komt de rover in de schaapskooi (Johannes 10:1)? HIJ KLIMT BINNEN OP EEN ANDERE PLAATS. Hoe komt de ware Herder in de schaapskooi (Johannes 10:2)? VIA DE DEUR.

    Hetzelfde is waar vandaag. Als je iemand netjes langs de voordeur naar binnen ziet gaan, dan woont deze persoon daar waarschijnlijk en is dit niet verdacht. Maar als je iemand een huis ziet inbreken via een venster of langs het dak, dan zal je dat wel verdacht vinden, niet?

    Verzen 3-5 verwijzen naar wat er gebeurt in de ochtend als de Herder Zijn schapen uit de schaapskooi leidt. De Herder en de schapen hebben een bijzondere relatie. De schapen kennen hun Herder en de Herder kent Zijn schapen.

    De schapen kennen de Herder

    Wanneer een herder hen roept, horen de schapen hem dan, of negeren zij hem (Johannes 10:3)? ZIJ HOREN HEM DAN. Zij kunnen de stem van hun herder herkennen. Zelfs als er drie kudden in de schaapskooi zijn, en zelfs als alle herders beginnen te roepen zullen de schapen hun eigen herder volgen ”omdat zij zijn stem KENNEN” (Johannes 10:4). Zouden zij iemand volgen die niet hun herder is (Johannes 10:5)? NEE. Wanneer de ware Herder spreekt, horen de schapen zijn stem en reageren zij daarop en volgen Hem!

    Wanneer Jezus Christus spreekt zullen Zijn gelovigen horen en daarop reageren en Hem volgen (vergelijk Johannes 10:27).

    De Herder kent de schapen

    Als je een kudde schapen ziet dan zou je kunnen denken dat ze allemaal op elkaar gelijken. Zij kunnen allemaal op elkaar lijken, maar niet voor de herder. Een goede herder kan elk individueel schaap onderscheiden en hij heeft zelfs een NAAM voor elk van hen (Johannes 10:3). Op dezelfde manier kent de Heer elke individuele gelovige: “De Heere KENT wie van Hem zijn” (2 Timotheus 2:19). Elke individuele gelovige is belangrijk voor Jezus Christus! Wij hebben al Zijn bezorgdheid gezien voor de man die uit de synagoge werd geworpen (Johannes 9:34-35).

    De goede Herder weet alles van jou! Hij kent jou zelfs veel beter dan jij jezelf kent!

    In Johannes 10:3 lezen we van de Herder: Hij “BRENGT ze naar buiten” en in Johannes 10:4 lezen we van de Herder: “Hij gaat voor hen UIT” en de schapen VOLGEN Hem. Er zijn twee manieren om ervoor te zorgen dat de schapen in de juiste richting gaan. Je kan voor hen uit lopen en ervoor zorgen dat ze je volgen, of je kan achter hen lopen en hen drijven. Jezus, de goede Herder, leidt de schapen; Hij drijft ze niet. Hetzelfde zou waar moeten zijn voor de herder in een lokale kerk. Hij zou moeten leiden en niet drijven.

    De deur

    Begrepen de Joden iets van de Herder en de schapen (Johannes 10:6)? NEE. Jezus helpt hen te begrijpen door hen een volgend “IK BEN” vers te geven: “Ik ben de DEUR voor de schapen” (Johannes 10:7). Jezus zei daarmee: “Als jullie bescherming, voedsel en leven willen hebben, dan moeten jullie via Mij komen. Ik ben de enige deur! Ik ben de enige Persoon die jullie deze dingen kan geven”.

    In Johannes 10:9 vinden we een volgend “IK BEN” vers: “Ik ben de Deur; als iemand door Mij naar binnen gaat, zal hij behouden worden”.

    Jezus Christus is de deur van de redding, en Hij is de ENIGE DEUR! Wanneer de schapen ’s morgens door de deur van de schaapskooi naar buiten gaan, zullen zij weide vinden (voedsel). Wanneer de schapen ’s avonds terug de schaapskooi binnengaan, zullen zij bescherming vinden.

    Jezus Christus is de Enige die een persoon WEIDE (voedsel) en BESCHERMING kan geven. En als de schapen gevoed en beschermd zijn, zijn zij in staat te leven! Jezus Christus is de Enige die LEVEN kan geven: “Ik ben gekomen, opdat zij LEVEN hebben IN OVERVLOED” (Johannes 10:10)? NEE. Jezus kwam om LEVEN te geven, maar de dief komt om te stelen, te slachten en VERLOREN TE LATEN GAAN (Johannes 10:10).

    Ben jij al door de deur Christus gegaan? Is er enige hoop of redding los van Hem (Handelingen 4:12)? NEE.

    2 DE HERDER STERFT VOOR DE SCHAPEN

    Niet enkel is Jezus Christus DE DEUR, maar Hij is ook de GOEDE HERDER (Johannes 10:11). Wat zei de goede Herder dat Hij zou doen voor de schapen (Johannes 10:11)? HIJ GEEFT ZIJN LEVEN VOOR HEN.

    Er zijn tijden geweest dat herders echt hun leven gaven voor hun schapen. Sommige herders kwamen oog in oog met messen en knuppels van rovers. Anderen maakten aanvallen van wilde dieren mee. David moest zijn kudde verdedigen tegen een leeuw en een beer (1 Samuel 17:34-36). Hij riskeerde zijn leven niettegenstaande God hem bevrijdde. De Heer Jezus Christus wist dat de schapen in groot gevaar verkeerden (zie Jesaja 53:6). Hij wist dat de schapen zouden verloren gaan tenzij Hij Zijn leven zou geven voor hen. Jezus stierf vrijwillig om Zijn schapen te redden van de ondergang. Zijn dood is een bewijs van hoeveel Hij geeft om Zijn schapen!

    In Johannes 10:13 leren we over iemand die niet echt om de schapen geeft. Hij wordt de “huurling” genoemd. Dit woord verwijst naar een persoon die een ingehuurde hulp is. Hij werd gehuurd om mee zorg te dragen voor de schapen en hij wordt betaald voor zijn diensten. Ons wordt gezegd dat een huurling “zich NIET om de schapen bekommert” (Johannes 10:13). Hij bewaakt de schapen niet omdat hij bezorgd is voor de schapen maar voor het geld dat hij zal verdienen! De huurling kan niet zeggen: “Dit zijn mijn schapen!” Slechts de ware Herder kan dat zeggen.

    Vandaag zijn er vele religieuze leiders en religieuze leraren die niet echt bekommerd zijn om de mensen in een echte en goede verhouding met God te brengen. Dikwijls denken zij aan geld ophalen of ZE DIENEN ZICHZELF VOOR HUN EIGEN BELANGEN. Dienen zulke mensen Jezus Christus of dienen zij het eigen IK (vergelijk Romeinen 16:18)? DIENEN HET EIGEN IK.

    De ware Herder heeft een wonderlijke relatie met Zijn schapen! Kent de Herder de schapen (Johannes 10:14)? JA. Kennen de schapen de Herder (Johannes 10:14)? JA.

    Een kudde

    In Johannes 10:16 vertelde Jezus deze Joden over iets wat Hij zou doen in de toekomst. In dit vers vermeldt Jezus twee soorten schapen:

    1 “Deze schaapskooi” Dit verwijst naar die geredde Joden die in de schaapskooi waren : JOODSE SCHAPEN

    2 “Andere schapen” Dit verwijst naar de andere schapen die Christus in de schaapskooi zal brengen : HEIDENSE SCHAPEN

    DEZE TWEE GROEPEN TESAMEN: 1 Herder, 1 schaapskooi, 1 kudde samengesteld uit Joodse en Heidense schapen: DE KERK

    Al wie vandaag tot Jezus Christus komt wordt lid van deze ene kudde met 1 Herder! Het maakt niet uit of een persoon een Jood is of een Heiden. Wanneer een Jood of Heiden gelooft in Christus wordt hij een lid van de KERK (of Gemeente) en Jezus Christus is het HOOFD van de Kerk. De TWEE (Joden en Heidenen) zijn EEN geworden (1 kudde, 1 lichaam, 1 kerk) – zie Efeziers 2:11-18. Of men nu Jood is of Heiden, de Bijbel zegt: “want allen bent u EEN in JEZUS CHRISTUS” (Galaten 3:28). Vandaag zijn er drie groepen mensen in de wereld – zie 1 Korinthiers 10:32:

    1.    Er zijn Joden (dit zijn onbekeerde Joden)

    2.    Er zijn Heidenen (dit zijn onbekeerde Heidenen)

    3.    Er zijn dezen die deel uitmaken van de KERK (een lichaam van gelovigen die bestaan uit geredde Joden en geredde Heidenen

    De Bijbel leert dat Jezus Christus de Kerk, of de schapen, liefhad en Zichzelf voor hen overgaf (Efeziers 5:25)! We leren hierover in Johannes 10:17. Welke woorden in Johannes 10:17 verwijzen naar Jezus die sterft op het kruis voor ons? JEZUS GEEFT ZIJN LEVEN. Welke woorden in Johannes 10:17 spreken over Jezus die opstaat uit de doden? OM DAARNA HET LEVEN TERUG TE NEMEN. We zien dezelfde twee gedachten in Johannes 10:18.

    Waarom stierf Jezus Christus? Was het omdat zondige mensen Hem Zijn leven ontnamen, of omdat Hij vrijwillig Zijn leven aflegde (Johannes 10:18)? HIJ GAF VRIJWILLIG ZIJN LEVEN. Hij gaf Zijn leven vrijwillig voor de schapen! De enige reden dat mannen Jezus arresteerden, Hem mishandelden en Hem op het kruis nagelden, was omdat Hij hen dit TOESTOND te doen! Eerder hadden mannen getracht Jezus te pakken te krijgen, maar waren zij daartoe in staat (Johannes 10:39)? NEE. Wat gebeurde er toen het volk Hem van de steilte trachtte af te werpen (Lukas 4:28-30)? HIJ GING MIDDEN HEN DOOR.

    Lees Mattheus 26:47-54. We leren in vers 53 dat Jezus de Vader had kunnen bidden om meer dan twaalf legioenen ENGELEN om Hem te beschermen tegen hen die Hem wilden doden. Een LEGIOEN was een aantal soldaten van tussen 3000 tot 6000 man. Heeft Jezus hiervoor gebeden? NEE. Jezus ging vrijwillig naar het kruis opdat Hij Zijn leven kon afleggen voor de schapen!

    Christus’ dood was geen moord want een vermoord mens is een hulpeloos mens wiens leven afgenomen werd tegen zijn wil. Maar Christus’ leven werd Hem niet benomen op deze manier.

    Sprekend van Zijn dood zei Jezus: “Niemand neemt het Mij af, maar Ik geef het uit Mijzelf” (Johannes 10:18). De dood van onze Heer was dus vrijwillig. Hij kwam van de hemel naar de aarde om te sterven. Maar ik hoor sommigen zeggen: “een vrijwillige dood is zelfmoord”. Was Christus dan een zelfmoordenaar? Duizendmaal nee! Een vrijwillige dood is inderdaad zelfmoord tenzij – en dit is belangrijk – het is voor het leven van een ander! En in Christus’ geval was het voor het leven en de redding van vele arme verloren zielen. Als je een vrouw een brandend huis zou zien binnenlopen zonder enige reden, en omkomen in de vlammen, dan zeg je dat ze zelfmoord heeft gepleegd. Maar als je weet dat er een klein kind binnen is, welk zij tevergeefs zocht te redden, dan noem je dat opoffering! Je zegt dan: “Zij gaf haar leven voor iemand die zij liefhad”. Christus’ dood dan, dat vrijwillig was, ten voordele van hen die Hij kwam redden, was geen moord, ook geen zelfmoord, maar een gezegend OFFER!

    3 DE WOORDEN VAN DE HERDER BRENGEN VERDEELDHEID

    Jezus Christus is de grote verdeler van de mensen (Johannes 10:19). We leerden hierover in Johannes hoofdstuk 7. Toen Jezus sprak moesten zijn toehoorders beslissen of zij VOOR HEM waren of TEGEN HEM.

    Wat zeiden vele Joden over Jezus (Johannes 10:20)? HIJ IS BEZETEN, HIJ RAASKALT. Waren deze Joden VOOR HEM of TEGEN HEM? TEGEN HEM. Zij noemden Hem een demonisch bezeten KRANKZINNIGE! Er waren anderen die niet geloofden dat Jezus een bezetene was (Johannes 10:21). Van welk groot wonder waren deze mensen zich bewust (Johannes 10:21)? HET OPENEN VAN DE OGEN VAN DE BLINDE. Over dit wonder leerden we in Johannes hoofdstuk 9.

    Er zijn zelfs vandaag mensen die denken dat Jezus een soort van krankzinnige was. Hun ogen zijn verblind. Op een dag zullen zij weten wie Hij werkelijk is en dan zullen zij hun knieen buigen voor Hem, en met hun tong zullen zij belijden dat Hij geen krankzinnige is en geen leugenaar maar dat Hij DE HEER is (Filippenzen 2:10-11). Heb jij dit ooit beleden met je mond (zie Romeinen 10:9)? JA.

    4 DE HERDER BESCHERMT ZIJN SCHAPEN

    Als we komen bij Johannes 10:22 leren we dat het winter was, de tijd van het feest van de inwijding van de tempel. Dit feest was een paar maanden na het Loofhuttenfeest (vergelijk Johannes 7:2). Het feest van de inwijding werd ook het Feest van het Licht genoemd. Vandaag noemen de Joden dat Chanoeka (herdacht wordt de herinwijding van de Tempel van Jeruzalem in 164 v. Chr. Door Jehuda haMaccabi – Juda de Makkabeeer.

    De Joden omringden nu Jezus en zij wilden een direct antwoord: “Als U de MESSIAS bent, zeg het ons vrijuit” (Johannes 10:24). Hun echte probleem was niet dat hen dat moest gezegd worden maar omdat ze nodig moesten GELOVEN (Johannes 10:25). Jezus had al duidelijk onthuld WIE HIJ WAS door Zijn woorden en door Zijn werken (Johannes 10:25). Maar geloofden zij (Johannes 10:26)? NEE. Waren zij Zijn schapen (Johannes 10:26)? NEE. De Heer was niet hun Herder.

    Jezus beschrijft dan Zijn ware schapen. Welke twee dingen zijn waar voor wie werkelijk ZIJN SCHAPEN zijn (Johannes 10:27)?

    1)    Zij LUISTEREN NAAR Zijn stem.

    2)    Zij VOLGEN Hem.

    Als een persoon weigert te luisteren naar wat Jezus zegt (in de Bijbel) en als een persoon Jezus niet volgt, handelt deze persoon dan als een echt schaap? NEE.

    Wat geeft Jezus aan Zijn ware schapen (Johannes 10:28)? EEUWIG LEVEN. Eeuwig leven is een GAVE (vergelijk Romeinen 6:23 en Efeziers 2:8-9). Christus’ ware schapen zullen nooit AFVALLEN. Zij zullen nooit hun redding VERLIEZEN! De goede Herder houdt Zijn schapen voor altijd! Hij beschermt Zijn schapen tegen eeuwig letsel. Zij zullen VEILIG en ZEKER zijn voor altijd!

    Volgens Johannes 10:28 zijn ware gelovigen in wiens hand (denk eraan dat Jezus dit zegt)? NOOIT ZULLEN ZE VERLOREN GAAN. Kan iemand hen uit Zijn hand rukken (Johannes 10:28)? NEE.

    In wiens hand zijn ware gelovigen volgens Johannes 10:29? IN DE VADERS HAND. Kan iemand ze uit Zijn hand rukken? NEE (Johannes 10:29).

    Als je een ware gelovige bent, ben je dan in goede handen? JA. Zou Jezus of God je laten vallen? Zou Jezus of God toelaten dat je verloren gaat? NEE.

    5 DE HERDER BEWEERT EEN TE ZIJN MET GOD

    In Johannes 10:30 beweerde Jezus dit: “Ik en de Vader zijn EEN”. Geen gewoon mens zou zoiets ooit zeggen! Geen gewoon mens zou ooit kunnen zeggen: “God en ik zijn een!” Maar Jezus kon dit zeggen omdat hij geen gewone mens was. Hij was de GOD-MENS (volmaakt God en volmaakt Mens). Enkel Hij kon beweren EEN MET GOD te zijn.

    De vijanden van de Heer wisten precies wat Jezus zei, en wat wilden zij met Jezus doen (Johannes 10:31)? STENIGEN. Ze wilden Hem ter dood brengen! Zij beschouwden het GODSLASTERING voor een mens te beweren EEN MET GOD te zijn (vergelijk Johannes 5:18). Maar Jezus was niet schuldig aan godslastering want WAT HIJ ZEI WAS WAAR!

    Jezus vroeg deze Joden Hem te vertellen wat Hij had gedaan om het te verdienen gestenigd te worden (Johannes 10:32). Het enig soort van werken dat Jezus had gedaan waren WELDADEN (Johannes 10:32), en een mens mag niet ter dood gebracht worden voor het doen van iets goeds! Jezus had nooit een “slecht werk” gedaan in Zijn leven!

    De Joden wilden Jezus stenigen voor GODSLASTERING (Johannes 10:33): “omdat U, Die een MENS bent, Uzelf GOD maakt (Johannes 10:33). Deze Joden wisten dat wanneer Jezus zei: “IK EN DE VADER ZIJN EEN” Hij daarmee beweerde GOD TE ZIJN! Zij geloofden dat Jezus een verschrikkelijke ZONDE beging door anderen te doen geloven dat Hij God was!

    NOOT: Het argument dat Jezus gebruikt in Johannes 10:34-36 is wat moeilijk te begrijpen. Het kan als volgt uitgelegd worden:

    Het eerste punt dat Jezus stelt is dat in het Oude Testament mensen “goden” werden genoemd (Johannes 10:34-35). De passage waar Jezus naar verwijst is Psalm 82:6, waar zondige, menselijke rechters “goden” genoemd worden. Rechters hebben een belangrijke verantwoordelijkheid. Zij waren voor God verantwoordelijk om rechtvaardig te oordelen. Wanneer zij hun naasten moesten oordelen, moesten zij oordelen zoals God dat zou doen. Dus op een erg reele manier namen deze rechters Gods plaats in om het werk te doen dat God hen had gegeven te doen. In die zin werden zij daarom “goden” genoemd. Deze rechters moesten handelen namens God.

    Jezus stelde dan een tweede punt in Johannes 10:35-36. Hij zei zoiets als dit: “als de Schrift louter zondige mensen “goden” noemt (de Schrift kan niet gebroken worden) hoe kan Ik dan fout doen als Ik Mezelf “God” noem? Als mensen “goden” genoemd worden in Psalm 82:6, hoe kan het dan godslastering genoemd worden voor de ZOON VAN GOD om “God” genoemd te worden?” Merk op wat Jezus zegt over Zichzelf in Johannes 10:36:

    1.    Hij is Degene die God, de Vader, heeft geheiligd (apart gezet op een bijzondere wijze). Jezus Christus is Uniek. Er is niemand zoals Hij!

    2.    Hij is Degene die God in de wereld heeft gezonden. Hij kwam van God!

    3.    Hij beweerde DE ZOON VAN GOD te zijn (Johannes 10:36). En de Joden wisten dat wanneer iemand beweerde de Zoon van God te zijn hij daarmee bedoelde GELIJK te zijn met God (Johannes 5:18).

    De Joden wilden een direct antwoord (Johannes 10:24) en dat is exact wat Jezus hen gaf!

    De vijanden van de Heer wilden Zijn woorden niet geloven (wat Hij zei) en zij wilden Zijn werken niet geloven (wat Hij deed) – zie Johannes 10:38. Zij hielden niet van wat Jezus hen vertelde en opnieuw trachtten zij Hem te grijpen. Hadden zij ditmaal succes (Johannes 10:39)? NEE. Maar niet iedereen wees Zijn woorden en werken af. Ons wordt gezegd: “Velen GELOOFDEN daar in Hem” (Johannes 10:42).

    Ben jij een ware gelovige in Jezus Christus? Ben jij een van Zijn schapen? Ben jij veilig in Zijn handen? Ben jij in staat te zeggen wat David zei, lang geleden: “De Heer is MIJN Herder” (Psalm 23:1)?

    14-10-2015, 22:13 Geschreven door Claudia  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Johannes-evangelie deel 6

    Johannes 8-9

    HET LICHT VAN DE WERELD

    Jezus Christus is “het LICHT van de wereld” (Johannes 8:12). Zoals we leerden in Johannes 3:19-21 zijn er mensen die het Licht haten, en er zijn er die naar het Licht komen. Er zijn mensen die “wandelen in de duisternis” (Johannes 8:12) en er zijn er die “het licht van het LEVEN hebben” (Johannes 8:12). Als we Johannes hoofdstukken 8 en 9 bestuderen zullen we leren over de kinderen van de duisternis en de kinderen van het licht (vergelijk Efeziers 5:8 en 1 Thessalonicenzen 5:4-5).

    Schema van Johannes hoofdstukken 8 en 9

    1.    EEN SCHULDIGE VROUW BESCHULDIGD (Johannes 8:1-11).

    a.    De schuldige (Johannes 8:1-5)

    b.    De schuldigen (Johannes 8:6-11)

    2.    DE LEER VAN JEZUS MAAKT DE JODEN RAZEND (Johannes 8:12-59).

    a.    Boos omdat Hij beweerde het Licht van de wereld te zijn (Johannes 8:12-20)

    b.    Boos omdat Hij zei dat zij zouden sterven in hun zonden (Johannes 8:21-29)

    c.    Boos omdat Hij hen vertelde dat zij slaven zijn (Johannes 8:30-36)

    d.    Boos omdat Hij hen vertelde wie hun echte vader was (Johannes 8:37-47)

    e.    Boos omdat Hij beweerde groter te zijn dan Abraham (Johannes 8:48-59)

    3.    EEN BLINDE MAN WORDT GENEZEN (Johannes 9:1-41).

    a.    Het genezingswonder (Johannes 9:1-7)

    b.    Het getuigenis van de genezen man (Johannes 9:8-34)

    c.    De nood aan geestelijk inzicht (Johannes 9:35-41)

    1 EEN SCHULDIGE VROUW BESCHULDIGD

    a De schuldige

    Op een dag toen Jezus onderwees in de tempel, brachten de Joodse leiders een vrouw bij Hem die betrapt was op ECHTBREUK (Johannes 8:3). Dit betekent dat zij seksuele betrekkingen had met iemand die niet haar man was. Wisten deze Joden met zekerheid dat deze vrouw schuldig was aan overspel of dachten zij gewoon dat zij schuldig kon zijn (Johannes 8:4)? ZE WAS SCHULDIG OMDAT ZE OP HETERDAAD BETRAPT WAS. Was deze vrouw schuldig aan het overtreden van een van de 10 Geboden (zie Exodus 20:12-16)? JA. Wat moest volgens de wet van Mozes gedaan worden met een persoon die schuldig gevonden werd aan overspel (zie Johannes 8:5; Leviticus 20:10; Deuteronomium 22:22, 24)? STENIGEN. Schuldige wetsovertreders verdienen de DOOD!

    Deze Joden trachtten Jezus in een val te lokken waar Hij niet meer uitkon (Johannes 8:6)! Ziehier hoe die val werkte: indien Jezus zei: “Zij moet niet gestenigd worden”, dan gaat Hij tegen de wet van Mozes in. Maar als Jezus zou zeggen: “Zij moet gestenigd worden”, dan zou Hij tegen de Romeinse overheid ingaan omdat Jezus dan schuldig was aan het promoten van een politiek tegen Rome, want enkel Rome kon de doodstraf uitvoeren. Dat is ook de reden waarom de Joden Jezus niet zelf konden doden. Rome moest het doen (zie Johannes 18:31).

    Deze Joden dachten dat zij hiermee Jezus zeker zouden vangen! Maar zoals we spoedig zullen zien vielen zij recht in hun eigen val!

    b De schuldigen

    De Joden wachtten vurig Jezus’ antwoord af opdat zij Hem konden beschuldigen. Na hen een poosje te laten wachten (Johannes 8:6) gaf Jezus Zijn antwoord. Wat vertelde Hij hen die deze vrouw bij Hem hadden gebracht (zie Johannes 8:7)? Jezus vertelde hen wie haar de eerste steen zou moeten werpen.

    Wie zou volgens Jezus de eerste steen moeten werpen (Johannes 8:7)? DEGENE ZONDER ZONDE. Werd de eerste steen ooit geworpen (Johannes 8:8-9)? NEE. Was er iemand van deze mensen “zonder zonde”? NEE. Zij waren ALLEN zondaars en zij wisten dat allemaal! De Heer Jezus schreef daarbij iets in de aarde: zou Hij daar niet de wonden geschreven hebben van de farizeeen en schriftgeleerden die daar bij Hem stonden? Hij kende ze allen met goddelijk doorzicht en wat zou hen meer overtuigen van zonde? Dan zullen die leiders nogal geschrokken zijn! En wegens hun zonde waren zij allen de dood waardig! In plaats van te kijken naar deze zondige vrouw, liet Jezus deze Joden naar hun eigen levens kijken. Mensen kunnen vaak zonde zien in de levens van anderen maar zij zijn blind voor de zonde in hun eigen leven. Zonden zijn als de koplichten van een wagen: die van anderen lijken sterker op te vallen dan die van jou.

    Het is waar dat deze vrouw een wetovertreedster was, maar zo ook de mannen die haar bij Jezus brachten. In Johannes 7:19 vertelde Jezus de Joden het volgende: “Niemand van u HOUDT de WET”. Wie is de enige volmaakte en rechtschapen Persoon (Johannes 7:18)? JEZUS.

    Hoeveel rechtschapen mensen zijn er volgens Romeinen 3:10? GEEN EEN. Hoeveel zijn er die goed doen en niet zondigen (Romeinen 3:12)? NIEMAND. Hoeveel SCHULDIGEN zijn er in Gods ogen (Romeinen 3:19)? DE HELE WERELD. Zijn deze schuldigen de dood waardig (Romeinen 1:32)? JA. Hoevelen hebben gezondigd (Romeinen 3:23)? ALLEN. Waarom kwam Jezus Christus in de wereld (1 Timotheus 1:15)? OM ZONDAARS TE REDDEN.

    Uiteindelijk, nadat de beschuldigers vertrokken waren, was Jezus alleen met de vrouw. Beschuldigde en veroordeelde de Heer Jezus deze schuldige vrouw (Johannes 8:10-11)? NEE. Kwam Jezus toen in de wereld om te veroordelen of om te redden (Johannes 3:17)? TE REDDEN. Zei Jezus deze vrouw om heen te gaan en verder te zondigen (Johannes 8:11)? NEE. In plaats daarvan zei Hij: “Ga heen en zondig NIET MEER (Johannes 8:11).

    2 DE LEER VAN JEZUS MAAKT DE JODEN RAZEND

    a Boos omdat Hij beweerde het Licht van de wereld te zijn

    Kan jij het vers in Johannes hoofdstuk 8 vinden waar Jezus beweert het LICHT VAN DE WERELD te zijn? Vers 12. Dit vers leert dat er twee groepen van mensen zijn in de wereld:

    1.    Zij die wandelen in de DUISTERNIS

    2.    Zij die Jezus volgen en die het WARE LEVENSLICHT hebben

    Geloofden de Farizeeen dat Jezus de waarheid sprak toen Hij beweerde het LICHT VAN DE WERELD te zijn (Johannes 8:13)? NEE. Jezus legde getuigenis af van Zichzelf (Hij wees naar Zichzelf en vertelde de mensen wie Hij werkelijk was), maar wie anders legde ook getuigenis van Hem af (Johannes 8:18)? DE VADER. Kenden de Farizeeen de Vader (Johannes 8:19)? NEE. Kenden zij de Zoon (Johannes 8:19)? NEE.

    Waren Zijn vijanden in die tijd in staat Hem te grijpen, alhoewel zij Hem voortdurend achterna zaten (Johannes 8:20)? NEE. Waarom niet (Johannes 8:20)? ZIJN UUR WAS NOG NIET GEKOMEN. Later zou Jezus toelaten dat Zijn vijanden Hem grepen, maar nu nog niet.

    Johannes 8:12 is een van de grote “IK BEN” (Grieks: EGO EIMI) verzen in dit evangelie. Wij hebben reeds gekeken naar een ander “IK BEN”-vers, in Johannes 6:35. Als we verder studeren in dit Evangelie zullen we er nog andere tegenkomen (bv. Johannes 10:9; 10:11; 11:25; 14:6; 15:1). De uitdrukking “IK BEN” is erg belangrijk voor de Joden. In het Oude Testament onthulde de HEER (JHWH of Jahweh/Jehovah) Zichzelf aan Mozes op een bijzondere wijze. Welke naam gaf God Zichzelf (Exodus 3:13-14)? IK BEN DIE IS. De God van het Oude Testament (JHWH) was gekend als de grote “IK BEN”! Dit zal ons later Jezus’ woorden helpen te begrijpen in Johannes 8:58!

    b Boos omdat Hij zei dat zij zouden sterven in hun zonden

    In Johannes 8:21 herhaalt Jezus de verwarrende uitspraak van Johannes 7:33-34. Jezus zou terugkeren naar de hemel om bij zijn Vader te zijn en Hij zei: “waar Ik heen ga, kunt u niet KOMEN” (Johannes 8:21). Zij zouden niet in de hemel kunnen komen want Jezus zei: “in uw ZONDE zult u sterven” (Johannes 8:21). Het is beangstigend te denken dat er mensen zijn die ONGERED zijn en ONDER GODS TOORN liggen. Zonde is een erge zaak die mensen AFSCHEIDT van God (Jesaja 59:2), en wanneer mensen sterven in hun zonden, dan zullen zij VOOR ALTIJD afgescheiden worden van God!

    De Joden begrepen niet wat Jezus bedoelde toen Hij zei: “Waar Ik heenga, kunt u niet komen” (Johannes 8:22). Zij dachten zelfs dat Hij misschien wel bedoelde dat Hij Zichzelf zou doden. Zij waren in de duisternis (vergelijk Johannes 8:12). Zij begrepen Jezus’ woorden over de hemel niet omdat zij “van BENEDEN” waren (Johannes 8:23). Zij maakten deel uit van het wereldsysteem van de duivel en daardoor waren zij BLIND voor geestelijke waarheid (2 Korinthiers 4:3-4). “Zij begrepen NIET” (Johannes 8:27).

    Er is echter hoop voor hen die BLIND zijn. Er is hoop voor hen die IN HUN ZONDEN zijn. Maar als deze mensen weigeren een ding te doen is er helemaal geen hoop meer. Wat is dat ene ding dat een persoon moet doen opdat hij niet zal sterven in zijn zonden (Johannes 8:24)? GELOVEN IN JEZUS. Jezus zei letterlijk: “want als u niet gelooft dat IK BEN, zult u in uw zonden sterven”. Een persoon moet geloven dat Jezus de grote IK BEN is (vergelijk Exodus 3:14).

    Wat een mens gelooft over Jezus Christus is uiterst belangrijk! WIE GELOOF JIJ DAT JEZUS CHRISTUS WERKELIJK IS?

    1 Wat zal er gebeuren aan hen die “niet geloven” (Johannes 8:24)? ZIJ ZULLEN IN ZONDE STERVEN

    2 Wat zal er gebeuren aan hen die “geloven” (Handelingen 10:43)? ZIJ VERKRIJGEN VERGEVING VAN ZONDEN

    c Boos omdat Hij hen vertelde dat zij slaven zijn

    In Johannes 8:30 wordt ons gezegd dat velen van de Joden in Hem GELOOFDEN. Was Jezus erg opgetogen over deze nieuwe groep gelovigen? Zei Hij: “Dit is fantastisch! Kijk eens naar al die nieuwe volgelingen die Ik nu heb!”? Nee, Jezus ontving deze nieuwe gelovigen niet met open armen. In plaats daarvan vertelde Hij hen zorgvuldig wat vereist is om een ware volgeling en een ware discipel van Hem te zijn: “ Als u Mijn woord VASTHOUDT bent u werkelijk Mijn LEERLINGEN” (Johannes 8:31). WARE DISCIPELEN zijn zij die in Jezus’ Woord BLIJVEN. Dit zijn degenen die de waarheid kennen en die vrijgemaakt worden (Johannes 8:32).

    Het is mogelijk dat iemand voor slechts een bepaalde tijd gelooft. We leren over zulke mensen in Lukas 8:13. Ontvangen zulke mensen het woord met vreugde? NEE. Geloofden zij? NEE. Maar zij geloofden slechts voor een KORTE TIJD, en later, wanneer de dingen moeilijker gingen werden zij ONGELOVIG. Hun geloof was niet het soort geloof dat voortduurt. God wil mensen die in het geloof VAST EN ONWRIKBAAR blijven (Kolossenzen 1:23) en die “de hoop tot het einde toe onwrikbaar BLIJVEN” (Hebreeen 3:6, 14)! TIJDELIJK GELOOF is geen echt geloof!

    Toen Jezus sprak over VRIJMAKING dachten de Joden dat zij al vrij waren (Johannes 8:32-33). Zij waren in de war: “Hoe moeten wij vrij gemaakt worden als we al vrij zijn? Wij zijn geen slaven!”

    Andermaal bleken deze mensen in de duisternis te zitten! Zij begrepen niet de verschrikkelijke slavernij waar zij zich in bevonden: “Ieder die de ZONDE doet, is een slaaf van de ZONDE” (Johannes 8:34). Wie is de Enige die een persoon kan vrijmaken van de slavernij van de zonde (Johannes 8:36)? JEZUS.

    Ieder persoon in de wereld is een SLAAF. Elk persoon is ofwel een SLAAF VAN DE ZONDE of een SLAAF VAN JEZUS CHRISTUS. Voordat een persoon wordt gered is hij een slaaf van de ZONDE (Romeinen 6:17). Wanneer een persoon gered is, is hij vrijgemaakt van de zonde en wordt hij een dienaar of slaaf van GOD (Romeinen 6:22). Welke MEESTER dien jij? Dien jij de ZONDE, JEZELF en SATAN of dien jij DE REDDER? De persoon die werkelijk VRIJ is, is de persoon die vrij is van dienstbaarheid aan de zonde en vrij om de Redder te dienen!

    Een waar bekeerd mens – een “gelovige” in Bijbelse zin – kan echte nog wel zondigen maar zal in die zonde niet blijven… hij zal er zich van bekeren (vroeg of laat) en zal ermee naar zijn Heer gaan. Eens echt bekeerd en verzoend door het bloed van Jezus (positioneel “heilig”), ben je voor God geen “zondaar” of “slaaf van de zonde” meer, die verloren zou gaan, alhoewel je toch nog kan zondigen (1 Johannes 1:9-10). Een echt christen zal, in zijn praktische christenleven, wanneer hij een zonde begaat, zich verzoenen met zijn Heer, en dus is hij ook in praktische zin geen “zondaar” (1 Johannes 3:9) voor God.

    d Boos omdat Hij hen vertelde wie hun echte vader was

    De Joden waren erg trots op het feit dat Abraham hun vader was (Johannes 8:33). Abraham was de vader van de Joden en zij wisten dat zij fysiek (lichamelijk) van hem afstamden. Jezus wist dit ook: “Ik weet dat u ABRAHAMS nageslacht bent [kinderen, afstammelingen]” (Johannes 8:37). Hij wist dat zij Abrahams fysieke kinderen waren, maar Hij wist ook dat zij NIET Abrahams geestelijke kinderen waren!

    Er is een gezegde dat zegt: “ZO VADER, ZO ZOON”. Dit betekent dat het kind de gelijkenis draagt van de vader. Deze Joden beweerden dat Abraham hun vader was, maar zij handelden NIET ZOALS Abraham. Jezus vertelde hen: “Als u Abrahams kinderen WAS, zou u de werken van Abraham doen” (Johannes 8:39).

    Hoe handelden de Joden (Johannes 8:40)? ZE ZIJN EROPUIT JEZUS TE DODEN. Deed Abraham ooit zoiets (Johannes 8:40)? NEE. In Genesis 18 lezen we over de tijd dat drie mannen Abraham bezochten (een van hen was de HEER Jezus Christus in Zijn pre-incarnatie, en de anderen waren engelen). Hoe behandelde Abraham deze bezoekers? Trachtte hij hen te doden, of trachtte hij hen erg goed te behandelen (Genesis 18:1-8)? HIJ TRACHTTE HEN GOED TE BEHANDELEN.

    Jezus zei tot deze ongelovige Joden: “U doet de werken van uw ANDERE VADER (Johannes 8:41). Deze Joden dachten dat ABRAHAM hun Vader was (Johannes 8:41). Maar Jezus vertelde hen dat indien God werkelijk hun Vader was, wat dan waar zou zijn? Dan “zou u Mij LIEFHEBBEN” (Johannes 8:42). Wie was hun ECHTE geestelijke vader (Johannes 8:44)? “DE DUIVEL”. Gods Woord leert ons dat er twee groepen van mensen zijn in de wereld: 1) de kinderen van GOD en 2) de kinderen van de DUIVEL (zie 1 Johannes 3:10).

    Wat zijn twee dingen die jij leert over de duivel in Johannes 8:44? 1. ER ZIJN ZONEN VAN DE DUIVEL 2. DE DUIVEL IS EEN GEBOREN LEUGENAAR. In welke zin gelijken deze Joden op hun geestelijke vader? ZIJ GELOVEN NIET IN JEZUS.

    Een van de grootste problemen die deze Joden hadden was het probleem van ONGELOOF (zie Johannes 8:24, 45, 46). Dit was een ander groot verschil tussen hen en Abraham. De Bijbel vertelt ons “En hij GELOOFDE in de HEERE” (Genesis 15:6). Maar deze Joden deden dat niet! In plaats daarvan geloofden zij de leugens van de duivel!

    In Johannes 8:46 daagde Jezus Zijn vijanden op machtige wijze uit; “Wie van u overtuigt Mij van zonde?”. Met andere woorden: “Wie van u kan Mij van zonde beschuldigen?” Dit was iets wat niemand van Zijn vijanden kon doen. Hij leefde een volmaakt leven en Hijzelf zei: “omdat Ik altijd doe wat Hem WELGEVALLIG is [de Vader]” (Johannes 8:29).

    De enige ZONDELOZE Mens die ooit leefde stond voor deze Joden en sprak de WAARHEID tot hen, maar GELOOFDEN zij (Johannes 8:46)? NEE. Als God werkelijk hun Vader was dan zouden zij luisteren naar JEZUS (Johannes 8:47) maar omdat God niet hun Vader was, luisterden zij niet en geloofden zij niet.

    Als een persoon Jezus Christus niet liefheeft (Johannes 8:42) en Gods Woord niet hoort en gelooft (Johannes 8:47), dan is hij geen kind van God. Ben jij een kind van God? Hoe wordt een persoon een kind van God (Johannes 1:12)? DOOR TE GELOVEN IN JEZUS’ NAAM.

    e Boos omdat Hij beweerde groter te zijn dan Abraham

    In Johannes 8:48 vielen de Joden Jezus aan met ondeugende woorden en zij zeiden verschrikkelijke dingen over Hem:

    1)    Zij noemden Hem een SAMARITAAN. De Joden haatten de Samaritanen en daarom was dit een van de ergste verwijten die men kon doen. Voor een Jood was er geen grotere belediging dan een SAMARITAAN genoemd te worden!

    2)    Zij zeiden dat Hij een demon had. Zij beschuldigden Hem dus dat Hij demonisch BEZETEN was! Was dit waar (Johannes 8:49)? NEE. Hebben mensen jou al lelijke dingen verweten of jou lelijke namen gegeven? Denk eraan dat Jezus Christus precies hetzelfde heeft ervaren! Hij weet waar wij doorstaan (Hebreeen 4:15-16)!

    In Johannes 8:51 zei Jezus andermaal iets dat de Joden in verwarring bracht: “Als iemand Mijn woord in acht genomen heeft, zal hij beslist de DOOD niet zien tot in eeuwigheid”. Als een persoon doet wat Jezus zegt ZAL HIJ NOOIT STERVEN (vergelijk Johannes 11:26)! Hoe kan dit? Dood betekent AFSCHEIDING. Wanneer een ongered mens sterft is hij afgescheiden van God wegens zijn zonde. Jezus zei dat een gelovige nooit zal afgescheiden worden van God. De gelovige heeft EEUWIG LEVEN en dit leven zal hem nooit afgenomen worden.

    Opnieuw begrepen de Joden niet wat Jezus bedoelde (Johannes 8:52). Zij wisten dat Abraham dood was en dat de profeten (Jesaja, Jeremia, Daniel, enz.) dood waren. Zij redeneerden zo: “Al deze grote mannen zijn dood maar toch sprak Jezus over iemand die NOOIT STERFT. Beweerde Hij meer te zijn dan Abraham en alle profeten?” Vergelijk Johannes 8:53: “U bent toch niet GROTER dan onze vader Abraham, die ook gestorven is?”

    Zij stelden een goede vraag en Jezus wilde hen aantonen dat Hij inderdaad GROTER was dan Abraham! Jezus zei: “Abraham, uw vader, verheugde zich er sterk op dat hij Mijn dag zou zien, en hij heeft die gezien en heeft zich verblijd” (Johannes 8:56). Deze uitspraak schokte de Joden. Zij konden hun oren nauwelijks geloven! Zij dachten: “zei Jezus dat Hij Abraham echt GEZIEN had?” (Johannes 8:57). Abraham leefde ongeveer 2000 jaar voor Christus in de wereld kwam. Toen Jezus deze woorden sprak was Hij 30+ jaar oud en de Joden hadden het juist toen ze zeiden: “U bent nog geen 50 jaar en hebt U Abraham gezien?” (Johannes 8:57). Maar zij moesten begrijpen dat het leven van Jezus niet begon toen Hij geboren werd in Bethlehem! Dat was toen Hij een MENS werd, maar als God bestond Hij lang voor Bethlehem. Als een man was Hij ongeveer 33 jaar oud, maar als God was Hij de EEUWIGE, zonder begin! Hij was de eeuwige Zoon van God.

    Wat zou jij vandaag doen als iemand naar jou zou komen en beweerde dat hij meer dan 2000 jaar oud is? Je zou waarschijnlijk denken dat hij grapte, of anders dat hij gek was! En toch is dit precies wat Jezus beweerde: “Voor Abraham geboren was, BEN IK [Grieks: IK BEN]” (Johannes 8:58). Hij kon ook gezegd hebben: “IK BEN VOOR ADAM!” Hij kon ook gezegd hebben: “IK BEN VOORDAT DE WERELD BESTOND!”. Vergelijk Johannes 17:5, 24. Hij is de grote eeuwige God! Hij is de grote IK BEN (Exodus 3:14)!

    Wat dachten de Joden over deze opmerkelijke bewering (Johannes 8:59)? ZE WILDEN HEM STENIGEN. Waren zij in staat aan Jezus te doen wat zij wilden doen (Johannes 8:59 en vergelijk Lukas 4:28-30)? NEE. HEB JIJ JE GELOOF EN VERTROUWEN GESTELD IN DEZE EEUWIGE GOD? Zij die dat niet gedaan hebben, hebben een ernstig probleem (Johannes 8:24)!

    3 EEN BLINDE MAN WORDT GENEZEN

    a Het genezingswonder

    Hoe lang was deze man blind (Johannes 9:1)? VANAF ZIJN GEBOORTE. Lees Johannes 9:2-3. Waarom was deze man blind? Was het de fout van de ouders? NEE. Was het zijn eigen fout? NEE. God had een wonderlijk doel met toe te staan dat deze man blind was vanaf de geboorte (Johannes 9:3). Misschien heb jijzelf een lichamelijk probleem of handicap. Misschien heb jij dit al vanaf je geboorte. In plaats van hierover te klagen of medelijden met jezelf te hebben, moet je je herinneren dat God een plan of doel heeft met iedereen. Hij begaat geen vergissingen! In plaats van iedereen de schuld voor onze problemen te geven, kunnen we beter God danken omdat Hij een groot werk kan doen in onze levens, ongeacht wie, wat of hoe wij zijn of hoe we eruit zien!

    De interessante manier waarop deze man door Jezus genezen werd is beschreven in Johannes 9:6-7. Op welke dag vond dit wonder plaats (Johannes 9:14)? OP DE SABBAT.

    b Het getuigenis van de genezen man

    De buren van deze man konden nauwelijks de verandering geloven die plaatsgevonden had (Johannes 9:8). De blinde bedelaar kon nu zien! Sommigen waren zo verbaasd dat zij dachten dat dit niet dezelfde man kon zijn (Johannes 9:9). Vertelde de blinde man precies wat er gebeurd was (Johannes 9:10-12)? JA. Vertelde hij hetzelfde verhaal aan de farizeeen (Johannes 9:15)? JA.

    Dit wonder zorgde dan voor verdeeldheid onder het volk (net zoals we zagen in Johannes hoofdstuk 7). Lees Johannes 9:16 en merk de twee verschillende opinies op over Jezus:

    1.    Sommigen dachten dat Hij niet van GOD was omdat Hij niet de SABBAT hield. Om na te gaan wat Jezus leerde over de dwaze ideeen van de Joden over het houden van de sabbat, lees Markus 3:1-5.

    2.    Anderen zeiden “Hoe kan een ZONDIG mens zulke TEKENEN doen?”

    Dan richtten zij zich tot de blinde man en vroegen hem wat hij dacht (Johannes 9:17). Geloofde hij dat Jezus een goede man moest zijn? “Hij is een PROFEET” (Johannes 9:17).

    De ongelovige Joden controleerden dan de ouders van de man om te zien of dit wonder werkelijk had plaatsgevonden. Wat leerden zij daaruit (Johannes 9:18-21)? DAT ZIJN OUDERS VAN NIETS WISTEN. Wat zou er gebeuren aan enig persoon die zei dat Jezus de Christus of de Messias was (Johannes 9:22)? ZE WERDEN UIT DE SYNAGOGE GEBANNEN.

    De Joden riepen de blinde man dan opnieuw en vertelden hem precies wat zij wilden dat hij zou zeggen: “ Geef God de eer, zij weten dat deze Mens een ZONDAAR is” (Johannes 9:24). Zij wilden dat de blinde man met hen zou instemmen dat Jezus een ZONDAAR was! Maar zij hadden moeten zeggen: “WIJ zijn de ZONDAARS maar Jezus is de REDDER!”

    Het getuigenis van de blinde man wordt gevonden in Johannes 9:25: “een ding weet ik, dat ik BLIND was en nu ZIE”. Konden de Joden dit getuigenis ontkennen? NEE. Konden zij daar argumenten tegenin brengen? NEE.

    Dacht de blinde man dat Jezus een zondaar was (Johannes 9:30-32)? NEE. Dacht de blinde man dat Jezus “van God” was (Johannes 9:33)? JA. Wat deden de Joden met de blinde man omdat hij partij koos voor Jezus? Wierpen zij hem uit de synagoge (Johannes 9:34 en vergelijk vers 22)? JA.

    c De nood aan geestelijk inzicht

    Wie vond de man die uitgeworpen was (Johannes 9:35)? JEZUS. Deze man werd door mensen UITGEWORPEN, maar hij moest weten dat zij die tot Jezus komen nooit zullen worden UITGEWORPEN (Johannes 6:37). Jezus wist dat deze blinde man moest begrijpen dat Hij meer was dan louter een Profeet (zie vers 17). Wie beweerde Jezus te zijn (Johannes 9:35-37)? DE MENSENZOON. Geloofde de blinde man dit (Johannes 9:38)? JA.

    Lees zorgvuldig de woorden die Jezus sprak in Johannes 9:39. Als we Johannes hoofdstuk 9 lezen dan ontdekken we dat deze blinde man heel goed kon zien, niet enkel in fysieke zin maar ook in geestelijke zin. Hij zag wie Jezus werkelijk was en hij geloofde in zijn hart! Aan de andere kant konden de ongelovige Joden helemaal niet goed zien! Zij waren blind voor wie Jezus Christus werkelijk was en zij waren blind voor hun eigen geestelijke toestand (hun zondigheid jegens God). Wat is volgens jou de ergste vorm van blindheid: fysische of geestelijke? GEESTELIJKE. Wie zou je het best zijn: een blinde mens die Jezus Christus kent als zijn persoonlijke Redder of een mens die scherp ziet, zelfs zonder een bril, maar die niet gered is? DE EERSTE. BLEVEN de Joden in de duisternis van zonde of kwamen zij tot HET LICHT VAN DE WERELD (Johannes 9:41)? IN DE DUISTERNIS VAN ZONDE.

                Verbluffende genade, hoe zoet en gezond;

    Die een stakker redde als ik.

    Eens was ik verloren, maar nu gevonden,

    EERST WAS IK BLIND, MAAR NU ZIE IK!

    Johannes Newton