1JUNI VAN CASTROJERTZ NAAR VILLARMENTERO DE CAMPOS 34KM
De camino
brengt je daar naar toe waar je van weg loopt.
Mijn
onderkomen gisteren was een schot in de roos . Deze morgen nadat ik had
geslapen van 8u s avonds begon om 6u Gregoriaanse muziek te spelen, terwijl
het licht uit bleef. Een kwartiertje genieten en toen werd het licht. Ik
vermoed dat de schepping ook zo iets moet geweest zijn, echt zalig.Enkele
minuten na 7u stond ik vertrekkens klaar . Een rode loper was er niet , maar
over een mooie geplaveide straat verliet ik het dorp? Met voor mij een prachtig
zicht , op de tafelberg lijkend. Net buiten het dorp op een onverharde weg kom
ik bij een Japanse dame of heer ik kan het echt niet zeggen, ouderdom niet te
schatten en ik durf het ook niet te vragen. We lopen samen verder pratend in
het Engels, over de zin of onzin van ons ronddolen op deze aardbol. Als ik hem
of haar vraag naar de reden om de camino te lopen, krijg ik te horen dat er in
Japan 40 tempels of heiligdommen zijn, nadat die bezocht zijn, is er nog de
ultieme droom om naar Santiago te stappen. De reis is voor een keer niet
georganiseerd en ze stappen op goed geluk(ze zijn met een 4tal) van dorp naar
dorp en dat bevalt hen prima. Ik neem afscheid van de Japanse vrienden en trek
alleen verder tot aan een beek ,en daar hoor ik het wijsje karrekiet kiet kiet
ik zit in het riet enz. Ik schenk deze snoodaard enkele minuten van mijn tijd,
maar krijg hem niet te zien. Maar wat een serenade . Ik vervolg mijn weg naar
de tafelberg de Alto de Mostelares, met links van mij een zicht op honderden
windmolens , en in mijn rug een ijskoude noordenwind. Het is een half uur
klimmen om op de 911m hoge berg te geraken. Maar het loont de moeite. Gratis
voor niks krijg ik vergezichten te zien om van te duizelen. Dorre heuvels met tussenin vruchtbare valleien. Met
moeite laat ik dit moois achter mij, en vervolg mijn weg over een dorre vlakte,
waar een ijskoude wind vrij spel heeft. Maar waar tijdens de beklimming nergens
een spoor was te vinden van een bloem, schitteren ze hier in al hun pracht en
glorie. Op het einde van deze dorre hoog vlakte wacht er een schitterend
vergezicht over de graanvelden. Zover het oog reikt , is er niets dan graan te
zien, maar de afdaling is niet om aan de kat te geven,een breed in beton gegoten pad nodigt niet
uit om aan deze afdaling te beginnen, van links naar rechts zigzaggend neem ik
de uitdaging aan, onder aangekomen draai ik me om en zie een verkeersbord met
de waarschuwing 18%. Door zangvogels begeleid stap ik verder tot ik bij een
dame kom uit Californie . Zij is hier samen met 4 vriendinnen en ze beleven de
tijd van hun leven. Als ik vraag of ze de familie en kleinkinderen niet missen
zo ver van huis, komen ze bijna niet meer bij van het lachen. Deze dames
varieren van 68j tot 74j. ze stappen iedere dag tot ze moe zijn , en zoeken dan
een aardig onder komen voor de nacht, daarvoor hebben ze geen man of kinderen
nodig? En aan tijd hebben ze geengebrek. Als we samen bij een kraampje komen waar een
man fruit en koffie aanbied, aan een donativo prijs , genieten we allemaal van
een paar lekkere bananen en appelsienen. Hier neem ik afscheid van mijn omas en
trek er alleen op uit. Als ik even later de Rio Pisuerga over steek en rechts
af sla , loop ik over een lommerrijk pad naar Baodilla del Camino, waar het
tijd wordt om mijn brood met oude kaas aan te spreken. In de verte hoor ik op
de kerktoeren , het klepperen van tientallen ooievaars. Ik laat het dorp achter
mij en na ongeveer 1u loop ik verder links af langs de (Damse vaart) of beter
gezegd , het canal de Castilio. Over het onverharde jaagpad word ik omringd
door een orkest van onzichtbare watervogels en prachtige bloemen. Langs de
oever zie ik hoe mensen met behulp van van een stok met vork kleine manden uit
het water halen. Hier moet ik het fijne van weten, en met mijn beste Spaans ,
kom ik te weten dat hier gevist wordt op zoetwater kreeften garnaal. De ene
gebruikt een kippenkop de ander zweert bij een goed stuk lamsgebraad. Een
vistol geeft de toelating om zoveel viskorven als men wil in het water te
laten. Ik zie emmers van 10liter boordevol kreeft en garnaal, terwijl andere
ook leeg zijn, het zal wel van het aas afhangen Denk ik. Als ik het kanaal over
de sluis verlaat kom ik in Fromistra terecht.Maar deze stad lijkt me te groot .
Ik zet mijn weg verder naar het 10km verder gelegen dorp Villamentero de Campos
dat met zijn 15 inwoners hopelijk op mij ligt te wachten. Langs een mooie
veldweg waarlangs voor mij tot nu toe onbekende mini rozen bloeien, kom ik na
35km aan op het einde van de wereld. Hier op deze plaats ga ik de nacht door
brengen.
Wie zich de
tijd gunt voor aandachtige beschouwing ontdekt tot zijn verwondering hoe het
geringste alles bevatten kan, een wereld op zich.
Libert vander
Kerken
Ook al was
ik gisteren doodop , ik moest nog op zoek naar iets eetbaars. In de bar trof ik
een Nederlandse met siliconen hieltjes
in haar hand, ook zij had nam al enkele dagen de bus en hoopte met deze
hieltjes haar redding gevonden te hebben. Ik hoop voor haar , maar vrees het
ergste. Mijn onderkomen was heel eenvoudig , maar wonder boven wonder was ik
deze morgen fit genoeg om aan een lastige trip te beginnen . Even na Tardajos
wandel ik over een landweg naar Rabé de las Calzados, waar ik een koffie wou en.
Maar ze zaten helemaal niet op mij te wachten want alles bleef potdicht. Ander
half uur verder lag het dorpje Horrillos del Camino . Voortgestuwd door een
ijzige wind , ga ik door een glooiend landschap, dat niets anders dan
graanvelden laat zien, bloemen lijken hier niet te gedijen , want nergens
groeit of bloeit hier in deze zware grond een bloem. Eindelijk verschijnt Horrillos
del Camino in de verte , en de geur van heerlijke Spaanse koffie lijkt mij sneller
te laten lopen. Maar wat een telleurstelling, iedere deur bleef gesloten. Tot nu toe ging
het steeds in stijgende lijn, door graanvelden en het wordt na dit dorp niet
anders. Honger en dorst beginnen hun kop op te steken en dwingen me om halt te
houden, achter een grote berg stenen die hier met karrevrachten langs de weg
liggen. Telkens als hier de grond bewerkt wordt komen er stenen naar de
oppervlakte die dan langs de kant van de weg gedumpt worden. Beschut tegen de koude wind eet ik wat brood met
sardines. Goed gesterkt en uitgerust ga ik de strijd weer aan en zie in de
verte de Spaanse pelgrim met zijn hond aankomen . Zij stappen een flink stuk
sneller dan ik, maar als hij bij mij komt wil ik toch een praatje maken, en kom
ik te weten dat zijn hond 1jaar en
3maanden is en nog vol energie zit, de hond draagt zoals zijn baasje zijn eigen
eten en matras mee. Ik heb ze al een paar keer bezig gezien , die twee zijn
dikke vrienden. Ook al lonkt de herberg van Sanbol mij met veel reclame van
koffie en ander lekkers, zij is gelegen midden in de velden , en nog eens 800m
van mijn route . En bovendien heeft die kranige tante 2jaar geleden me al eens
bij de neus genomen, door haar deuren gesloten te houden. Nu laat ik me niet meer beet nemen, en zet mijn weg verder
richting Hontanas. Mijn gebeden , hoewel er geen enkele kerk open is zijn
verhoord. Hier is er wel bedrijvigheid in de horeca. Ik laar een broodje met ei
en aardappelen aanrukken vergezeld van een lekkere koffie lijkt dit me voldoende
om de strijd aan te gaan richting
Castrojcritz. Na Montanas veranderd het landschap volledig. Ik wandel verder
over eensmal pad langs de bergwand, rechts van mij is alles dor, op de bergen
waar men bezig is met de aanplanting van nieuwe bomen, links is het echter
helemaal groen. Maar wat belangrijker is , ik wandel weer tussen duizenden
bloemen, en de wind die nu warmer is , stuwt de geur van verschillende kruiden
in mijn neusgaten. In deze kalk rijke grond lijkt dit moois goed te gedijen.
Mijn smal bergpad brengt me uiteindelijk op een rustige asfalt weg, die naar
San Bol leidt . In deze ruine die die twee jaar geleden gerund werd door een
hospitalero die zelf kookte en de avond vulde met zijn gitaarmuziek ,heb ik
toen geslapen. Maar deze man is er niet meer en met hem is ook de charme van
dit onderkomen verdwenen. Ik trek dan maar verder naar Castrojeritz waar ik
morgen vroeg gewekt word door Gregoriaanse muziek. Ik heb zonet getelefoneerd
met een goede vriendin, ze vroeg of ik me a.u.b. wilde haasten zodat ik op tijd
thuis zou zijn om haar naar haar laatste rustplaats te begeleiden. Dan dringt
het tot me door , dat mij hier op deze aarde alleen maar passanten zijn. Lieve
vriendin we zullen ons allebei aan onze afspraak houden. Jij wacht nog even ,
en ik zal wat sneller stappen.
Ik heb een
goede nacht achter de rug , met een matras op de vloer onder het dak, heb ik
heerlijk geslapen. Om 6u15 begin ik met mijn ochtend ritueel. Om 7u wens ik
iedereen een bon camino en ga alleen op pad. Even na Atapuertca wacht er een
stevige klim op een pad bezaaid met schapenkeutels, maar langs de kant bloeien
schitterende bloemen en nu Mariette er niet meer bij is zal ik de namen niet te
weten komen. Het is hier ijzig koud op deze hoogvlakte, maar de vergezichten
zijn fantastisch ,zeker met de zware
donkere wolken. De hoogvlakten van Matragrande op 1081 meter ligt bezaaid met
stenen waartussen gele en witte bloemen groeien. In Orbaneja is het tijd voor
koffie. Als ik daar buiten kom wacht er mij een onaangename verrassing , het is
beginnen te regenen , en boven alles voel ik aan beide grote tenen een blaar opkomen.
Om Burgos te bereiken heb iktwee
mogelijkheden , ofwel dwars door het industrie gebied, of wel de iets langere
maar mooiere weg, ik kies voor de tweede . Maar van zodra ik op de veldweg kom
groei ik 10cm en wegen mijn schoenen 2kg meer door de bruine kleigrond die ik
nu verder meesleur. Mijn honger stil ik ergens langs de weg gezetenop een rotsblok. In de verte zie ik een
fietser die ook voor deze weg heeft gekozen, en een gevecht levert met de
kleverige brij, die zich overal vast zet. Ik speel het klaar om ergens verloren
te lopen en zo beland ik alsnog op het industriegebied, en is het helemaal geen
pretje om in Burgos te geraken. Ik heb besloten om niet in Burgos te
overnachten maar in het 10km verder gelegen Tardajos . Deze laatste 10km zal ik
niet snel vergeten, doodop kom ik aan in Tardajos , en de mooie wegen en
bloemen konden daar niets aan verhelpen. Pijnlijke voeten en een geteisterde
rug verlangen naar rust.
Om te slapen
heb je niet veel nodig, toen ik gisteren aankwam in de auberge , werd er mij
een bed toe gewezen in een kamer met 2 Amerikanen. Zij hadden de kamer omgebouwd
tot een droogkamer, draden gespannen van links naar rechts om toch maar hun
kledij droog te krijgen. Zij verontschuldigen zich voor het ongemak. Maar ik
stelde hen vlug gerust, en vroeg of ik soms gebruik kon maken van hun droog
installatie . Tussen de wasdraden heb ik geslapen als een roosje tot 7u s morgens.
Om 8u stond ik starters klaar onder een bewolkte hemel, bij het verlaten van
het dorp zag ik op de kerk 3 nesten van ooievaars, bevolkt met evenveel
kinderen. Ik had deze morgen de gelegenheid om te ontbijten in de refuge , maar
ben vertrokken met het idee om in het volgende dorp te ontbijten. Over een goed
begaanbaar breed pad met niets anders dan graan om me heen verdwijnen de
kilometers onder mijn voeten. Na een goed uur kom ik in Toscantos waar de enige
bar de deur op slot houd. Geen koffie , geen croisant . Dit kan gebeuren op de
camino, het volgende dorp zal mij wel beter ontvangen. De mooie vergezichten en
fluitende vogels doen mij de knagende maag vergeten. In het volgende dorp lokt
een mooi reclamebord de pelgrims naar een gesloten bar . Gelukkig heb ik van
Mariette geleerd ga nooit op pad zonder zwarte chocolade. In Espinosa del
Camino zet ik mij op een bank en doe mij te goed aan de chocolade. Over een brede
veldweg gaat het nu verder naar het volgende dorp. Stillaan verdwijnen de
graanvelden en maken plaats voor bossen. Steeds verder wandelend kom ik terecht
in Villafromca Montes de Oca, en lokt de koffiegeur me naar de bar. Als ik even
later het dorp verlaat is het onmiddellijk klimmen geblazen, met mooie
vergezichten als beloning, tijdens de beklimming geraak ik in gesprek met een
vrouw uit Montana, zij heeft 14jaar in Spanje gewerkt vroeger, maar is hier op de
camino belandt door de film The way. Voor haar gaat het wat te steil en te snel
, dus trek ik er maar alleen op uit. Even voor het monument voor de in 1936
doodgeschoten republikeinen tijdens de honger oorlog tref ik John een oud
leeraar uit Ierland, met hem trek ik door de bossen verder tot in San Juan de
Ortega waar we op een terras van een lekkere pint genieten. Even later komt ook
Julie de dame uit Montana ons gezelschap houden, en een moeder en dochter uit
Zuid Afrika . Met een Ier kan je beter niet aan een drankfestijn beginnen, dus
ga ik met Julie veder naar Agés terwijl John op het busje wacht dat hem komt
ophalen om naar zijn slaapplaats te brengen. De avond breng ik door met Julie
in de plaatselijke bar, waar het pelgrims menu best lekker is.
28 MEI VAN BILBAO -HARO -SANTO DOMINGO DE LA CALZADA NAAR BELORADO 23KM
Het
belangrijkste doel , is het nu.
Leo Tolstoy
Toen ik
gisteren in Santa Domingo aankwam , had Mariette haar beslissing al genomen. We
hebben samen een mooie weg afgelegd, maar de pijn minderde niet, maar werd
steeds erger, dus deze beslissing was de enige juiste. Onze kinderen en
schoonkinderen werden in actie gezet, en binnen de kortste tijd had Mariette
een elektronisch ticket , richting thuis land. Bedankt allemaal. Nadat we
tickets voor de bus naar Bilbao in orde hadden gebracht, was er nog tijd om
samen een bezoek te brengen aan de haan in zijn kathedraal. De kunstschatten in
deze kathedraal zijn van onschatbare waarde denken we. Maar de haan zweeg in
alle talen. Het was net alsof hij wilde zeggen , ik leef met jullie mee. De
verbinding met Bilbao is er een met veel wachttijden. Als we om 20u30 op de
luchthaven aankomen blijkt het hotel dat we voorzien hadden volzet te zijn,
maar geen nood , de vriendelijke hostessen zorgen er voor dat we een onderkomen
voor de nacht vinden , met pendeldienst en al. In het hotel wacht een
goedlachse receptioniste ons op. Via haar hulp kan onze zoon Tom, de
reservering voor de vlucht van Mariette door mailen. Na een dag vol emoties
liggen we om middernacht eindelijk in ons bed. De nacht was kort maar bij mij
wilde de slaap niet langs komen. Voor we op de pendelbus stappen smorgens moet
ik Mariette nog een ding beloven , zij wil dat ik haar steen samen met die van
mij bij het Crus de Ferro neerleg. De krop in de keel wordt dikker, maar onze
stenen zullen er samen geraken. In de luchthaven verloopt alles naar wens, en
gaan we met een dikke knuffel en kus ieder onze eigen weg. De tranen waren voor
later. Terwijl Mariette reeds in de lucht hing, vanaf 9u zit ik op mijn bus te
wachten welke voorzien is voor 10u. Stipt op tijd vertrekt de bus door een
druilige regen richting Haro, daar heb
ik 10minuten om een ticket te nemen naar Santa Domingo de la Calzadawaar ik aankwam in de gietende regen. De
overdekte opstapplaats stond vol met pelgrims die de regen niet wilde
trotseren, en een drogere manier zochten om op hun slaapplaats te geraken. De
bus zat dan ook meteen vol. Ik daarentegen stapte af en trok mijn regen jas en
broek aan , ook voor mijn goede vriend de rugzak . Met mijn fototoestel veilig
opgeborgen (geen enkele foto genomen vandaag ) begin ik aan mijn tocht naar
Bolorado dat 23km verder ligt. Mijn hart do vreselijk pijn en de lage bewolking
maken het er niet beter op. Maar net buiten de stad kom ik bik een Italiaanse
pelgrim Pietro genaamd. Al Frans pratend stappen we de volgende 8km samen verder.
Als ik mijn verhaal gedaan heb, probeert Pietro me op alle mogelijke manieren
op te beuren. In Grañon na een bezoek aan de mooie Iglesia de san Juan Bautista
scheiden onze wegen, maar niet zonder een hartelijk afscheid. We hopen echt om
elkaar op de camino weer te vinden. Even verder laat ik de Rioja regio achter
mij en beland in de regio Castilla YLeõn. Ik loop weer alleen door een golvend landschap dat enkel bestaat
uit graanvelden. De mooie vergezichten in de regen en onder een zwaar wolkendek
kunnen me vandaag niet bekoren. Nergens zijn nog er pelgrims te bespeuren, tot
er plots uit het niets een vrouw voor me loopt, het gaat moeilijk . Als ik haar
aan spreek blijkt ze uit California te komen. Samen stappen we al pratend tot
aan het volgende dorp. Terwijl zij vermoeidheid vergeet , verdwijnt bij mij de
hartepijn. We nemen afscheid met een stevige handdruk en de hoop elkaar terug
te zien, twee mooie ontmoetingen op een dag dat ze echt nodig waren, de camino
is niet alleen afscheid nemen , maar ook ontmoeten. Nu scheiden me alleen nog 9
eenzame km van mijn slaapplaats. De vermoeidheid steekt de kop op ,maar ik houd
er een flink tempo op na en hoop dat ik deze avond nieuws krijg van Mariette,
die onder tussen al thuis moet zijn. Ik vermoed dat er mij nog een paar
moeilijke dagen te wachten staan, maar ik weet heel zeker dat het voor Mariette
nog een paar procentjes erger zal zijn. Haar steen in mijn rugzak is geen last
maar geeft mij de kracht om door te zetten. We komen hier allebei sterker uit,
zeker weten.
27 MEI VAN NAJERA NAAR SANTA DOMINGO DE LA CALZADA 21KM
De wereld
gaat open voor wie langzaam gaat.
AnneHamacher
We zijn wel
degelijk in Spanje, dus waren wij aangenaam verrast toen de gastvrouw ons
aansprak in het Nederlands. Mariette is op karakter hier geraakt, na een
verfrissende douche nestelen we ons aan de oever van de Rio Najarille op een
terrasje , waar Mariette beslist om morgen met de bus verder te gaan. We
slenteren nog door de stad en bezoeken de kerk, maar het gaat allemaal wat
moeizaam. Na het avond eten genieten we nog wat in het park, en bestuderen de
vissers die letterlijk in de rivier staan, en zo hun avond eten boven halen.
Ondanks onze moeilijkheden hebben we toch een bevredigde nachtrust. Om 5u30 beginnen
de eerste reeds ongeduldig aan hun slaapzak te prutsen , en 5minuten later
staan ze naast hun bed. Om 6u begint zowat iedereen wakker te worden. Om 7u15
sta ik klaar om te vertrekken en wens Mariette een goede bus reis. Als ik goed
1km weg ben weet ik nog altijd niet wat ik vergeten ben, tot ik plots besef dat
ik zonder wandelstokken op pad ben. Terug keren is de enige optie , gelukkig
zijn nog niet alle pelgrims vertrokken want op dit uur gaat de deur voor
niemand meer open, als een pelgrim buiten komt glipik naar binnen op zoek naar mijn lievelingen.
Nog een laatste blik op de bruine rotsen waar vroeger mensen holen in kapten om
er in te wonen , en dan verlaat ik deze toch enigszins verloederde stad, waar
met nieuw bouw toch weer wat leven probeert in te blazen. Net voorbij de stad
wandel ik over brede paden naar de hoogvlaktes van de Rioja Alta. Waar ik een
mooi zicht krijg op de Pico de san Lorenzo, die niet meer met zijn hoofd in de
wolken leeft. Van ver zie ik een pelgrim op me af komen, schuddend met zijn bovenlijf
van links naar rechts. Als we elkaar kruisen spreek ik hem aan en vraag of hij
van Santiago komt. Het blijkt een Fransman te zijn die de tegengestelde weg
loopt omdat hij vorig jaar bij hem thuis is gestart. De arme man heeft al 3
dagen voet problemen en loopt met aan een voet een wandelschoen en de andere een
sandaal, vandaar het felle schudden . Hij vreest er voor dat dit niet lang meer
bol te houden is, en zal stoppen .We
wensen elkaar een bon camino en gaan ieder onze eigen weg. Er staan van in
Najera kilometer palen langs de weg die na elke km de afstand aanduiden , dit
is niet erg motiverend en ik hoop dat dit vlug stopt. Terwijl arbeiders volop
bezig zijn om de wijngaarden te besproeien dwalen mijn gedachten afnaar Mariette en haar problemen. Maar
desondanks geniet ik toch van de prachtige vergezichten, overal zie ik hier
bevloeings kanalen in beton die de wijngaarden van het nodige water moeten
voorzien. Zo lom ik langzaam in Azofra terecht waar ik in een bar geniet van
koffie en een croisant. Na Azofra kom ik weer op een onverharde veldweg terecht
, waar ik even halt hou bij het stenen Cruz de los Peregrinos uit de 16 de
eeuw, diende in die tijd als wegwijzer en schandpaal. De zon komt nu door de
wolken en het wordt heet. Dieper in het dal zie ik als maar meer landbouw
verschijnen en verdwijnen de wijngaarden . Ik loop nog even langs de autostrade
waarmee evenwijdig een waterloop is aangelegd die volledig begroeid is met
witte bloemen een kunstmatige waterval gaf , dit alles een idyllische uitstraling,
dit is echt genieten en als de weg slecht begaanbaar is nemen we dat er graag
bij. Na Cirveña met haar golf terrein en honderde vakantie woningen(dit lijkt
wel een spookstad) , bereik ik na nog eens 6km over een stijgend pad, bezaaid
met klaprozen en gele bloemen Santo Domingo de la Calzado waar Mariette op me
zit te wachten, met het nieuws dat ze naar huis wil. De rest is voor morgen.
Na een
verkwikkende douche en een beetje eten trekken we toch weer het dorp in. Net op
tijd om de processie te zien uittrekken. Met het beeld van de heilige maagd en
kind wordt door 12 vrouwen door het dorp gedragen, eenmaal terug inde kerk
worden de kleine kinderen vooraan verwacht voor een zegen. In dit prachtig
kader is het goed toeven , maar voor een stempel van deze kerk zijn we hier op
het verkeerde moment , want de kerk gids is nergens te bespeuren. We hebben
tijd zat ,en hangen ergens op een terras de toerist uit. Voor 10 euro eten we
nog een lekker 3 gangen menu , om daarna in onze slaapzak te deuken , tot de
vroege vogels beginnen te bewegen. De bagage van Mariette laten we
transporteren, we vertrekken in een ijzige koude wind, Spanje lijkt ons veraf .
Net buiten het centrum komen we voorbij de Ermita de Santa Maria de Jesus. De
mensen die hier hun laatste rustplaats vinden worden door een mooie Romaans
portaal uit de 12 eeuw binnen gedragen . Maar daarna zijn ze ook voorgoed
vergeten. Want hier in Spanje groeit enkel gras op uw buik, op geen enkel
kerkhof is hier een bloemetje te zien. Even verder slaan we links een veldweg
in, waar we voorbij een pelgrims kruis lopen tussen de wijngaarden, maar ons
pad leidt ons richting autosnelweg die we een eindje volgen, tot we in Ventosa
belanden waar het tijd is voor koffie. Na Ventosa wandelen we volledig tussen
de wijnvelden, en onverharde wegen bezaaid met losliggende keien, die brengen
ons naar het hoogste punt voor vandaag, de Alto de san Anton, waar we een mooi
zicht krijgen op de Pico de San Lorenzo, die met zijn hoofd nog in de wolken
zit, de Pangrudo en de Peñas de Mutete zijn wat lager en dus volledig
zichtbaar. Van af nu gaat het langzaamnaar beneden over goed begaanbare wegen, en zover het oog rijkt
wijngaarden, men ziet hier zeker nog toekomst in de wijnbouw, want vele jonge
wijngaarden zijn hier onlangs aan geplant. Soms worden we door de wind verrast
die onze neuzen volgooit met de vreemste aromas. Ergens op een paar rots blokken
tussen de geurende kruiden nemen we rust om iets te eten. Als we even later aan
de laatste kilometers beginnen komen we beneden uit aan de Rio Jalde , waar
Mariette haar gekneusde enkel afkoelt in het ijskoude water. Om onze
slaapplaats te bereiken moeten we door de voorstad van Najera trekken en dat
geeft geen aangenaam gevoel. Maar als we de Rio Najarilla oversteken zien we
rechts ons eindoel voor vandaag. Morgen zien we wel weer.
Geen weg is
te lang voor wie langzaam en zonder last voorwaarts gaat.
Jean de la
Bruyeré.
Gisteren
vonden we een onder komen in de gemeentelijke refuge, waar Mariette na een
verkwikkende douche met haar voet inde fontein ging zitten. Tijdens de
verkenning van de stad , waar noch de kathedraal nog een van de andere kerken
geopend was kwamen Roger en José weer tegen. We hebben ons samen in een
gezellige bar genesteld en gedronken en gegeten. Om 10 u sluit de gemeentelijke
refuge, dus lieten we onze vrienden alleen naar het voetbal kijken, en zochten
wij wijselijk ons bed op. Voor vandaag hebben we een korte etappe gepland ,(15
km) ende rugzak van Mariette laten we transporteren. Zo hopen we dat haar voet
zal genezen, anders ziet het er niet goed uit. We vertrekken in een druilige
regen door de stad, gele pijlen volgend en de aanwijzingen in het voetpad. Dez
brengen ons door een nog slapende stad , naar het park San Miqeul . Hier is het
drukker , wandelaars , joggers en
wielertoeristen schudden hier de opgeladen stress van zich af. We vorderen
langzaam , maar forceren heeft geen enkele zin. De violist die in Los Arcos een
solo concert had gegeven komt ons voorbij gewandeld, hij wandeld met zij viool
veilig opgeborgen op zijn rug tot in Finistere. Op bepaalde plaatsen zoals ook
gisteren in Logroño geeft hij in de kerk een concert. Als we bij het stuwmeer
Pantano de la Grajera belanden , vinden we het tijd worden voor een koffie en
croisant . Later wandelen we verder langs de oever van het meer, die
gedeeltelijk bebost is. We verlaten de oever en gaan verder over een langzaam
stijgend pad bestaande uit asfalt , afwisselend met steenslag. Op het einde van dit pad zit
een man met lange witte haren en baard aan een kraampje met wat appels en
prullaria . Marcelino Lobato El Pelegrino Pasante staat er boven zijn kraam. We
nemen 2 appels voor een donativo prijs . Een mooie stempel in ons boekje is een
mooie blijvende herinnering aan deze man. We trekken verder door de wijngaarden
van de Rioga , want vanaf Logroño zijn we in de Rioga zone belandt. In de verte
verschijnt Navarette aan de horizon. Het is amper 13 u als we voor de herberg
staan, maar de deur zwaait onmiddellijk open en we worden door vriendelijke
mensen uitgenodigd om binnen te komen. Rusten en herstellen is de boodschap en
we hopen met een paar korte etappes door deze moeilijke perioden te komen. Tot
morgen Julien en Mariette
Ik ben deze
morgen heel vroeg en allen vertrokken. Mariette neemt vandaag nog een de bus.
Ik verlaat Los Arcos over een licht golvende weg , waar graanvelden , kleine
wijngaarden en troosteloze olijfbomen elkaar afwisselen en houden me onder een
mooi wolkendek gezelschap. Alleen vetrokken wil zeggen zonder Mariette, voor en
achter mij lopen ook vroege vogels. Als ik de stad Sansol nader veranderd de
verharde weg in een asfalt lint en is er enkel nog landbouw . In Sansol lonkt
de bar en kan ik de verleiding niet weerstaan. Ik zet me bij een andere pelgrim
aan tafel, al snel raken we aan de praat en kom ik te weten dat mijn tafel
genoot uit Canada komt, en dat zijn rugzak vandaag zijn beste vriend niet is .
Misschien moeten we wisselen van rugzak want die van mij doet zijn best om mij
kwaad te krijgen. Ik heb in de bar de inhoud van mijn rugzak nog eens herschikt
, en in hoogte gewijzigd. Na de koffie pauze verlaat ik Sansol door de hoofdweg
over te steken en te belanden op een
steil dalend geplaveid pad. Nog even en de camino kan je lopen op hakken.
Eenmaal beneden sta ik voor een gerestaureerde(nieuwe ) brug, over de Rio Linares
, gesponserd door de Europese
gemeenschap. Via deze brug kom ik in Torres del Rio . Waar ik buiten het dorp
over een brede weg in dolomiet loop. Hier loop ik een eindje op met een
Amerikaanse uit California. Ik heb Mariette moeten achter laten vertel ik haar
, maar ook zij heeft haar vriend niet kunnen bijhouden . Maar wel om een andere
reden, ze had gisteren avond te lang en te dicht bij de wijnfles gezeten. Ik
deponeer haar beneden als een gentelman bij haar vriend, en ga alleen verder
over een steil geplaveid pad dat over gaat in een smal dolomieten pad
slingerend tussen geurende bloemen struiken. Met mijn neus vol heerlijke
bloemen geur zie ik het landschap veranderen in een dor golvende plaat.
Dorreheide planten met hier en daar een
klein bos of wijngaard geven het landschap toch nog een beetje kleur. En toch
bloeit er hier en daar een voor mij onbekende bloem. Hoewel de zon volop
schijnt is het hier boven koud. In de verte al dalend zie ik de man met de
draed locks , op teenslippers en met rugzak trekt hij hier door deze
bergachtige streek. Ik ben nu zo wat half weg mijn tocht en zet mij op een rots
blok om de innerlijke mens te versterken. Plots hoor ik achter mij Nederlands
praten Roger en José hebben me ingehaald en zullen ook in Logroño overnachten.
Als ik verder ga, zie ik het landschap veranderen in een vruchtbare landbouw
zone. Zelf loop ik langs geurende struiken waar bijen en vlinders zich te goed
doen aan de nectar van de vele bloemen. Even later beland ik in Vianen, waar ik
even moet zoeken naar de juiste richting. Een plaatselijke schone gidst me vakkundig
tot aan de prachtige kerk, bij het afscheid wenst ze me een bon camino en voor
Mariette een snelle beterschap. In Vianen lonken weer vele bars maar deze maal
weet ik aan de verleiding te weerstaan . Ik wil zo snel mogelijk in Logroño
zijn. Nog 6 km scheiden mij van Mariette, eerst over een breed met stenen en
schapen keutels bezaaid pad, dat aan weerszijde een troostelozedistelvlakte moet dulden ,beland ik via een
houten brug aan de andere zijde van de hoofd weg. Een asfalt pad brengt me
uiteindelijk in Logroño. De laatste 3 a 4 km wegen zwaar , en de trappen van de
brug om over de Rio Ehro te gaan waren er bijna te veel aan.
Of je nu
haast of langzaam gaat , de weg voor je , blijft altijd dezelfde.
Gezegde uit
China.
We hadden
ons op onze rustdag in Los Arcos verheugd. 2 jaar geleden werd ik hier met open
armen onthaald. Misschien hadden we te veel verwacht . Maar het gezegde van
onze Vlaamse genootschap voor een betere
tocht was hier niet op zijn plaats. Gelukkig had ons verplicht verblijf ook een
goede keerzijde , want op onze tweede dag kwam José en Roger die we leerden
kennen in Lourdes binnen gewaaid. We hebben er een gezellige avond van gemaakt
door samen te gaan eten en naar de mis te gaan.
Men moet de
dingen de tijd gunnen om zich aan ons voor te stellen, en dingen zijn nooit
gehaast.
Libert van
der Kerken
Gisteren
hebben we onderdak gevondeneen mooie
prive auberge . Met maximum 5 personen op een kamer . Wij hadden het gezelschap
van 2 dames uit Japan en een man met een mank been en draed lokx nationaliteit
is ons onbekend . Maar toch mist dit onderkomen een ziel. Al de rest is wel
aanwezig tot massagestoel toe. Onze jonge Japanse dames waren flinke snurkers
en voor 6u deze morgen waren ze al actief. Wij zijn om 7u15 vertrokken richting
Estella Lizarra over mooie veldwegen door het dal van de Rio Ega .Aan onze
linker zijde ligt in de verte de Ermita de San Miquel (10 eeuw ) ooit behoorde
ze tot een klooster. Mariette neemt op deze mooie veldweg tussen de
vogelgeluiden en het rumoer van de autostrade de moedige beslissing om vanuit
Estella de bus te nemen tot in Los Arcos . Als we in Estella aankomen en de weg
naar het busstation , is er een veiligheidsagent zo vriendelijk met ons mee te wandelen. In het
aanpalende cafe hebben we hem dan ook op een koffie getrakteerd. Mariette is al
een grote meid, ze blijft alleen achter in het station om naar Los Arcos te
gaan. Ik zelf laat de rokende schoorsteen van een fabriek achter mij en vertrek
richting Irache , waar ik dit maal toch
een beetje wijn uit de fontein hoop te bekomen. Al van ver is het klooster van
Irache te onderscheiden met zijn wijngaarden. Over een slalle goed begaan bare
wegen word ik omringd door graanvelden en wijngaarden. Toen we deze morgen
vertrokken was de zon al van de partij, maar nu heeft ze me helemaal in de
steek gelaten, en de dreigende wolken hangen tussen de bergen. Een koude wind
doet me soms twijfelen of ik wel in Spanje ben, maar als ik de wijnfontein
nader beland ik weer met 2 voeten op de grond. Er staan reeds enkele pelgrims
aan te schuiven om toch een paar druppels uit de fontein te krijgen. Zo ook de
jonge vader met zijn zoontje van ongeveer 10 jaar op weg is naar camino. Als
het zoontje een paar druppels wijn in zijn schelp bemachtigd steekt hij ze in
de hoogte richting hemel en roept voor u mama. Nu pas besef waarom vader en
zoon onderweg zijn. We hebben ze reeds een paar maal ontmoet en zeiden dan wel
eens tegen elkaar het zal vakantie zijn. Maar nu weet ik beter, deze les is
veel belangrijker dan gelijk welke leraar geven kan. Met een krop in de keel
wandel ik verder naar het klooster het Monesterio de Santa Maria la Real de
Irache, een van de oudste kerkelijke instellingen van Navarra. Maar dringend
aan restauratie toe, gans het gebouw straalt een vervallen staat uit, enkel de
wijngaarden liggen er verzorgd bij. Vanaf
het klooster ga ik langs wijn en graanvelden, over een heuvelend landschap? Nog
een geluk dat het bewolkt is, want hier is geen schaduw te vinden. In
Villamayor de Monjardin wil ik een koffie drinken maar het is er zo druk dat ik
stilletjes door ga. Volgens mijn gids zal ik de volgende 12 km geen
mogelijkheid hebben om te drinken of eten te vinden. Ik wandel verder over
brede wegen waarvan ik vermoed dat de Europese gemeenschap hier heel wat van
onze centen aan spendeert. Wandelend tussen graanvelden en weiden waar het hooi
ligt te drogen en te wachten tot het binnengehaald wordt, zie ik een bordje
verschijnen met (eten en drinken op 3 km ). Een slimme Spanjaard heeft hier een
mobiele bar geinstaleerd , alles is hier verkrijgbaaren te koop , en het is drukte van jewelste.
Zelf neem ik hier een broodje met kaas en een koffie, om de laatste kilometers
te overbruggen. Het was vandaag mijn dagje niet, zonder Mariette, was het weer
wennen, en die rugzak was zeker mijn bondgenoot niet vandaag. Maar eenmaal in
Los Arcos wist ik mij verzekerd van een slaapplaats . Mariette was goed
aangekomen en lag te rusten, en een voet massage later op de avond was een mooi
vooruitzicht voor haar. Een douche beurt later stond ik in de prachtige kerk
Iglesia de Santa Maria. Een ongelooflijke pracht komt hier op mij afgestormd
,in deze kerk brand ik een kaarsje voor onszelf en nog eentje voor iedereen waar
voor nooit iemand een brand. Om 18 u vind in deze kerk een concert plaats van
een jonge violist die ook op de camino wandeld. Hier voor loopt de kerk al vlug
vol , vol bewondering luister ik naar deze mooie muziek van Bach en andere
grootheden. Spijtig dat Mariette dit alles moet missen, maar rusten is nu
belangrijker. Morgen staat er een rustdag op het programma.
De hectiek
van de dag afleggen, de gedachten loslaten, niets doen , wat een genot.
Ursula
Kohaupt
In Obamos
hadden we gisteren een goed onder komen in een gemeentelijke refuge. Met 12
personen op een mooie zaal voor minimum 3o personen dusplaats zat. S`avonds zaten we in de
plaatselijke bar aan tafel met een jong meisje uit Ohaio 2 personen , een dame
en een heer uit Firense een half Duits Italiaanse dame die dienst deed als tolk
en een stel Duitsland. Tijdens het avond eten hadden we een leuk gesprek over
het lopen van de camino, een prachtige avond beleefd, we hopen allen om elkaar
nog eens tegen te komen op weg naar Compostella. We zijn gisteren te laat gaan
slapen, en dus was er niets voorbereid om deze morgen te vertrekken, gelukkig
lagen we allemaal over de zaal verspreid ,en konden we inpakken zonder iemand
te storen. Om 7u15 stonden we ver trekkens klaar onder een regenachtig
wolkendek. Obamos verlaten is niet moeilijk en net buiten het dorp lopen we
voorbij goed onder houden volkstuintjes , overal liggen bewaterings leidingen,
om tijdens de droogste periode de tuintjes te bevloeien met water uit de
rivier.Als we even later Puenta la Reina bereiken blijven de eerste twee
kerkdeuren voor ons gesloten. Bij de derde hebben we meer geluk, in deze kerk
is er een mis bezig, stilletjes zetten we ons op een bank om samen met 3
zusters 2 jonge en een heel oudere ,en nog 2parochianen de dienst bij te wonen.
Na de mis was er even tijd om wat fotos te nemen van dit prachtig interieur ,
want de deur gaat onherroepelijk op slot. Bij de bakker gaan we eerst ontbijten
alvorens de beroemde brug over te steken. Hier in Puenta la Reina zien we hoog
op een oude fabrieksschouw ons eerste ooievaarsnest . Eenmaal over de brug ligt
er weer een stuk geschiedenis achter ons? En belanden we op een smal pad dat even
later over gaat op een brede steil stijgend pad, hier cirkelen boven onze
hoofden meer dan 20 arenden, Mariette slaagt er in om een 3 tal op de gevoelige
plaat vast te leggen. Een man uit Misouri spreekt ons aan terwijl hij de een na
de andere foto neemt van het landschap (bergachtig) Een felle wind met
bloemengeur die onze neuzen binnendringt drijft ons verder de berg op. Net voor
de top worden we tegen gehouden door een prachtiggratis fluitconcert , gegeven door ons
onbekende vogels. Als we achter ons kijken krijgen we een fantastisch
vergezicht waar we stil van worden, recht voor ons ligt de autostrade
afgeschermd met een hoge afrastering waar honderden kruisjes zijn ingevlochten
door voorbij trekkende pelgrims (kruisjes van houten takjes). Op weg naar
Cirauqui verschijnen wijnvelden en eeuwen oude olijfboomgaarden . We lopen over
een smal kronkelend pad langs rozenbottels en wilde geraniums . Een oudere
Spanjaard op zoek naar carakollen wenst ons een bon camino , en zo belanden we
in Lorca waar we genieten van vers geperst appelsiensap. Mariette begint meer
last te krijgen van haar voet , en een dokters bezoek dringt zich op . In
Villatuerta zit de tocht erop, en raad plegen we een dokter. Er is niets
ernstig aan de hand volgens deze geleerde mijnheer .Een verband en ontstekende
zalf moet voldoende zijn, we zullen zien .
Treed dat wat op je weg komt niet tegemoet met angst , maar
met hoop.
Francois deSales
Pamplona is een mooie propere stad, met een prachtige
kathedraal vol kunstschatten . Maar Mariette had platte rust en daar ik in 2012
reeds in de kathedraal was bezoek ik nu de vele andere kerkenen oude gebouwen . Maar al de kerken waren
gesloten , waarschijnlijk om de kathedraal geen concerentie aan te doen want
daar is de inkom betalend. Om Mariette toch een beetje te laten genieten van
Pamplona gingen we eten in het zeer bekende Iruña cafe , voor een klein beetje meer als het
pelgrims menu werden we hier in de watten gelegd. De toeristen lopen hier
zomaar in en uit om fotos te nemen van het interieur . En wij , wij wanen ons
hier in het voorportaalvan de hemel.
Deze stad is zeker nog een bezoek waard. We sliepen in de refuge Iglesia de Jesùs Maria vlakbij de kathedraal . Samen met nog
118 pelgrims waaronder 2 Belgische fietsers (een echtpaar ) die ik fel discuterendaantrof aan de kathedraal. Zij wilde hier
niet slapen samen met zoveel personen, hij grommelde maar wat , maar nam ook
geen beslissing, uiteindelijk vertrokken zij met de fiets aan de hand discuterend
verder de stad in; om uiteindelijk in de herberg met 120 mensen te belanden.
Als we ze deze morgen aanspraken was alles best meegevallen. Zo zie je maar ,
wie het onbekende nooit probeert heeft op het einde van zijn leven niets
geleerd, een wijsheid van Julien. Pamplona verlaten is zeer gemakkelijk , maar
voor Mariette ging het deze morgen toch nog wat moeizaam . We lopen langs het
prachtige stadspark met eeuwen oude bomen en volgen de gele pijlen en
markeringen in het voetpad. We zijn deze morgen vertrokken op enkele
stukjeschocolade . Dus is het uitkijken
om een winkel te vinden. Nadat we over de prachtig onderhouden terreinen van de
universiteit van Navarra gelopen zijn verschijnt het dorp Cizur Menor waar we
een broodje en enkele bananen kopen. Gezeten op een bank in het park genieten
we van een welverdiend ontbijt. Even later loopik verder met een Canadees ,hij
is ook op enkele stapdagen van Saint-Jaen vertrokken. En nu is hij reeds bezig
met de voorbereiding om volgende maal in Le Pluy te vertrekken. Mariette volgt
een beetje achter op en dus maak mijn Canadese stapper er op attent dat ik op
haar wacht en we de volgende maal zullen verder praten . Een half uur na het
verlaten van Cizur- Menor draaien we links een veldweggetje op . Van af hier is
het stijgen tot op de Alto-Del-Perdon, maar wat een weelde. Velden met bonen,
erwten rechts van ons , graan dat reeds langzaam een gele kleur krijgt links
van ons. Donker tot zwarte wolken worden door de sterke wind links van ons
voort gejaagd. Het graan op zich wil precies vluchten, voor de wind, het buigt
zich voorover woest trekkend aan hun wortels. Maar de zware vruchtbare grond
houd het ter plaatse. Het graan dat nog groen is veranderd door de wind duizend
maal van kleur. Alsof een fel stijgend pad nog niet genoeg van ons eist ,
blaast de wind soms zo krachtig dat we moeilijk op het smalle pad kunnen
blijven. Gelukkig beschermen hoge doornige hagen ons op de meeste plaatsen. Als
we op een tussen hoogte komen vinden we een aandenken aan een Belg , die hier
het leven liet op zijn tocht naar Compostella. De windmolens op de flanken van
de Alto-Del-Perdon komen in zicht, terwijl wij verder lopen op ons stijgend pad
, vergezeld van bloeiende bloemen in alle mogelijke kleuren, vergezichten om
van te duizelen en wind die we liever in de rug hadden. Bij het binnen komen van
Zariquigui bezoeken we de prachtige kerk en nemen we even rust. Dit prachtige
kerkje staat in geen enkele gids vermeld, dus lopen de meeste pelgrims hier ook
aan voorbij. In de bar in het dorp schuiven we aan bij een persoon die zijn
dagboek aan het eten geven is. Iedereen op de camino maakt graag een praatje
dus zijn we snel vertrokken voor een leuke babbel .Ik loop vanaf gisteren met
extra gewicht , en dat laat zich voelen. Hier in de bar herschik ik het gewicht
van mijn rugzak, en wat een opluchting bij het vertrek , ik zeg tegen Mariette
ge moogt gerust nog wat overladen, mijn rugzak weegt precies niets meer. Nu
word ik plots ongerust en keer op mijn stappen terug om te kijken of ik toch
niets benvergeten in de bar. Na deze
tussenstop komt de Alto-del-Perdon wel snel dichter bij. Tussen overwegend gele
bloeiende lage struiken waar tussen wilde citroen tijm zijn best doet om zich
van zijn beste zijde te laten zien. Ruiken we aan de kamperfoelie en de
rozebottels die volop in bloei staat. Tijdens de laatste 100m naar de col staat
de wind pal op kop , maar eenmaal boven weten we niet waar eerst moeten kijken
. Prachtige vergezichten van dorpjes waar donkere wolken over drijven. Velden
bezaait met geel bloeiend koolzaad . Op de Alto del Perdon trotseren de stalen pelgrims zonder verpinken
de sterke wind. De afdaling is niet zonder gevaar het sterk dalend pad ligt
bezaait met losse keien en dat terwijl zoveel verschillende bloemsoorten voor onze aandacht schreeuwen . Ergens half
weg de afdaling eten we ons laatste brood op , even later zet er een dame zich
naast mij op de bank. Met een zucht laat ze haar rugzak rusten op de bank. Ik
kan het niet laten om haar aan te spreken. Ze blijkt uit Californié te komen,
als ik opmerk dat haar rugzak er nog al zwaar uit ziet zegt ze dat is ook zo
maar als dame ze is goed voorzien van ringen en make up heb ik dan ook wel wat
nodig, en mijn haardroger weegt nogal wat, en zonder kan ik niet, want mijn
haar heeft 2u nodig om in de wind te drogen. Ieder zijn plezier denk ik dan
maar en laat de dame aan haar afdaling verder doen .Tijdens onze afdaling valt
het ons op dat het graan hier wel heel erg kort is , de klaprozen steken er
zelfs boven uit. Verder naar beneden zien we bomen met voor ons onbekende
vruchten ook enkele Engels sprekende pelgrims kennen deze vruchten niet. Ik pluk er enkele
af en zeg tegen Mariette ik zal dat in het dorp wel eens oplossen . Als we
beneden in Uterga een man tegen komen maak ik weer gebruik van mijn nieuwe
taal, mensen wat een luxe, in een mum van tijd komen we te weten dat deze
vrucht Almandro is .Amandelen in onze taal, fier als een gieter wandel ik
verder , met het beetje Spaans dat ik reeds geleerd heb komen we toch veel te
weten. In Uterga drinken we koffie om daarna verder af te dalen naar Obamos
waar ik nu in een bar ben met een glaasje wijn terwijl Mariette haar voet laat
rusten , dit verslag aan het schrijven
ben.