Het gebeurde nu toch alweer heel wat jaren geleden. Papa, mag ik alsjeblieft tsjetten ?
Heunh ? Ja, papa, ik zou graag eens tsjetten. Tja, tegenover zo'n lief gestelde vraag van jouw dochter zou je zelf ook smelten, mocht het niet zo gevaarlijk klinken. Tsjetten, ik zie ze daar al zitten, een half jaar na die eerste tsjet. Omgang met slechte vrienden, alleen, op straat, enkel levend voor die volgende tsjet. Ik had er geen goed oog in en dus vroeg ik wat meer uitleg. En waar wil je dan wel naar toe? Wel, papa, ik zou het eerst eens proberen bij Tsjet Toebie. Woow, nog een gevaarlijk teken, ik kreeg er koude rillingen van. Tsjet Toebie! Waar ligt dat? In Rusland? Mandsoerije ? In de buurt van de Galapagoseilanden ? Of was het zo'n slecht café, vol ongure, met tsjetten rondleurende elementen die onschuldige jeugd in de ontucht wilden drijven? Als vader van een opgroeiende tiener voelde ik me steeds minder op mijn gemak. Tot het eruit kwam: Pa toch, dat is op internet, bij chat.to.be !
Oef, dat verklaarde alles.
Chatten ! Je spreekt dat woord dus uit met een Engelse tsj. Tsjetten, en niet sjatten, met de Franse sj zoals ik dacht. Ze wou dus chatten. Nu moet ik toegeven dat ik toen nog nooit gechat had. Of nee, toch wel, één enkele keer, op de Donna website. Onze zoon wou eens zien hoe dat werkte. Ik kende er geen ballen van, maar je weet hoe dat gaat, een pa, die kan alles, nietwaar ? Internet was toen nog niet wat het nu is, vooral niet met een trage modem. Chatten was nog gloednieuw en de enige chat-site waar ik van gehoord had was die van radio Donna. Plezant was anders: eerst minutenlang wachten voor alle tekeningetjes op het scherm verschenen en dan klikte ik natuurlijk verkeerd zodat ik op de webcam terecht kwam. Een webcam bekijken via een gewone modem, dat betekende toen nog gewoon dat jouw telefoonrekening voor niets aangedikt werd. Of toch bijna voor niets: om de tien minuten een nieuw fotootje, rechtstreeks vanuit de studio. Eerst een neuspeuterende presentator, daarna een presentator met een glas aan zijn lippen en vervolgens een presentator met een fris bepeuterde neus boven de microfoon. Live radio heette dat maar voor dat geld kreeg je niet eens muziek, daarvoor moest je eerst nog eens lifestreamen. Niks voor mijn modem annex telefoonrekening, dus bleef ik die chatbox zoeken.
Een mooi internationaal woord overigens, een waardige mengeling van Frans en Engels : chat - box. Kattendoos.
Vraag me nu niet hoe ik het er toen in geslaagd ben, maar uiteindelijk zat ik in die kattendoos en was ik aan het chatten. Ik geef het hier toe, met het schaamrood op mijn wangen: alleen had ik het niet gekund. Mijn zoon, die me nota bene gevraagd had om hem te tonen hoe het werkte, heeft me toen met raad en daad bijgestaan. Nochtans was het niet zo moeilijk: eerst een nickname verzinnen, daarna een kamer binnengaan, en daarna met iemand naar een privékamer trekken. Begrijp me nu echt niet verkeerd, het is helmaal niet wat je denkt ! Tenminste, als je denkt wat ik denk dat je zou kunnen denken. Dacht je dat niet, dan is het OK, dan begrijpen we elkaar. Maar als je echt denkt wat ik denk dat je denkt, dan doe je er goed aan om zelf eerst eens te leren chatten, we spreken daarna wel verder.
Chatten was en is dus in feite doodeenvoudig als je een zoon hebt die je toont hoe het moet.
Je ziet een zinnetje verschijnen op het scherm, je tikt daar een antwoordje op, en jouw chatpartner ziet dat op zijn scherm. Daarna tikt hij een zinnetje dat dan weer op jouw scherm verschijnt. Snel converseren is natuurlijk wat anders en na drie zinnen al wou ik die collega chatter zijn telefoonnummer vragen om het gesprek vlotter te laten verlopen. Maar goed, om kort te zijn: een jaartje en een modem later wou mijn dochter dus ook chatten. Niet bij Donna want dat was voor kleuters en beginnelingen. Nee, het moest bij Tsjat Toebie. Daar gingen haar schoolvriendinnetjes tijdens de middagpauze op chatten en daar maakten ze afspraakjes voor een volgende chat. Op school zat de hele bende giechelende pubers alle conversaties mee te lezen, maar s avonds, thuis was meelezen, voor ouders toch, een halsmisdaad die met eeuwig onbegrip en minachting bestraft zou worden. Ik heb het snel geweten, want een ervaren rot in het vak, mijn chatsessie met Donna indachtig wou ik haar natuurlijk met raad en daad bijstaan.
Vergeet het maar !
Dochterlief moest en zou alleen achter de computer zitten en niemand mocht zien wat ze in de chatbox tikte. Toch kon ik mijn vaderlijke nieuwsgierigheid niet bedwingen, en ik kwam nu en dan eens rondneuzen. Puur uit bezorgdheid voor het welzijn van mijn computer, dat begrijp je toch, nietwaar ? Ik schrok, want ik zag daar heel bizarre namen staan: Spider, Sweetlovebabe, HiP_hOp_FuR!, Creed, Tof Meiske, Lieve Jongen en ik bespaar je de ergere varianten. Maar ja, in onze tijd (wordt ik oud ?) hadden we ook de Cissen, den Teut, de Wietie, de Deure, den Djeet'n en de Stan, maar ik moet toegeven dat je bij die nieuwe namen toch je ogen uitkijkt ! De banvloek vergetend vertelde ze me tussen twee tikbeurten door dat er op school al heel wat vriendinnetjes een tsjetlief hadden. Tja. In onze tijd (help, ik word echt oud !) zochten we pennenvriendjes en vriendinnetjes via een weekblad: Toffe jongen zoekt pennenvriendin om leuke brieven te schrijven of was het nu Ik zoek een leuke vriendin om brieven te schrijven ? Daarna wachtte je minstens een week op wat antwoordjes, je pikte er de leukste brief uit, je schreef elkaar een paar maanden lang en misschien, heel misschien, ging je bij elkaar op bezoek. Waarna alles stilviel omdat het uiteindelijk toch zo leuk niet was.
Tsjetten is dan toch gemakkelijker. Of ben ik toch te naïef en zie ik iets over het hoofd ?
|