Inhoud blog
  • 919 Foto's erfgoedmeise
  • 918 Gids van Vlaanderen
  • 916 Verzamelingen
  • 920 Pers. archief Meise na 1945
  • 087 Roothuisje Plantentuin
    Zoeken in blog

    Foto
    Foto
    Foto
    erfgoedmeise
    Sib
    31-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.021 Standbeeld Karel Van de Woestijne

    021 Standbeeld Karel van de Woestijne

    Wisten jullie dat op de grens tussen Meise en Grimbergen in de Rooststraat een standbeeld prijkt van dichter Karel van de Woestijne, een van onze klassiekers.  Hij behoorde tot de beweging   “Van Nu en Straks”  1893 – 1914. Hij kon de “ziel tot lied omtoveren”.  De gedenksteen staat er maar troosteloos bij.  Het groen errond overwoekert en verbergt het monument.  Een plaatje met uitleg zou niet misstaan.

    De tekst onderaan, op de “grafsteen” is onleesbaar en luidt :
    Mijn vriend
    Gij hebt een der schoonste
    sterren
    van Brabant
    gezien en
    die ligt aan
    de poorten
    van Brussel.

    De vraag is : wat is “een der schoonste sterren van Brabant” ? De parel van Brabant of het keizerlijke Meise ? Meise (met zijn keizerin Charlotte) was tot 1132 moederparochie, ook van Grimbergen en Strombeek. In dat jaar werd door toedoen van de Berthouts het patronaat of begevensrecht overgedragen aan de abdij van Grimbergen.
    Zo werden de rollen omgekeerd en kreeg Grimbergen de bovenhand.
    In de Roetskalender 2015 staat onze dichter op 29 juni met een korte biografie, bij het begin van de Karel van de Woestijneweek.

    31-10-2022 om 06:57 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    29-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.709 Lijst wandel-en fietstochten in Meise

    709 Wandel- en fietstochten in Meise

    Markante vrouwenwandeling Vrouw en Maatschappij Meise
    Langs Vlaamse wegen
    Edwin Ganz trekpaardenroute
    Karel Van de Woestijne wandelroute
    De Plantentuinroute
    Wandelboekje 68 Jan Hammeneckerpad en Boskapel
    Eddy Merckxroute
    Amelgempad
    Wandelpaden te Meise VTB
    Historische gebouwen
    Tony Ospad
    Foetspad VTB – VAB
    Vlira pad
    Mountainbikeroute Miel Van de Cauter

    Edwin Ganzpad
    Derde jagerspad
    Drie Rodespad
    d’Hoogvorstpad
    Kouterpad
    Witherenpad

    29-10-2022 om 06:44 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.708 Wandelingen in de Plantentuin

    708 Wandelingen in de Plantentuin Meise

    Gedurende de opeenvolgende maanden krijg je bij een bezoek aan de Plantentuin Meise een circulaire met een uitgestippelde individuele wandeling en een kaart.

    Historische wandeling Plantentuin
    Magnoliawandeling
    Coniferenwandeling
    Winterwandeling
    Planten op uw bord
    Inheemse bomenwandeling
    Wild Meise
    Herfstkleurenwandeling
    Achter de schermen
    Kunstwandeling

    29-10-2022 om 06:43 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.707 Drie kapellekenstocht

    707 Drie kapellekenstocht

    Kapellen in de parochie St.-Martinus Meise

    In Meise waren vroeger processies naar de kapellen en kapelletjes.
    De St.-Annaprocessie ging door op de eerste zondag van juli.
    Op Sacramentsdag gingen de gelovigen 3 maal rond de kerk en werd het koor versierd met een bloementapijt.
    Op de kruisdagen in mei deed men 3 kapellen aan : de St.-Martinuskapel, de St.-Annakapel en de St.-Antoniuskapel.  Wij reconstrueren deze processieweg met een maximum traject, waarbij alle kapellen van de parochie St.-Martinus Meise aangedaan worden.
    We vertrekken tussen de pastorij St.-Martinus en de St.-Martinuskerk.  We wandelen tot aan de Mariakapel van Henri Lenaerts (1) schuins over het standbeeld van baron d’ Hoogvorst.

     

    We gaan verder voorbij de beiaardbanken naar de ingang van de Plantentuin (Meise dorp).  We wandelen de Plantentuin in en slaan onmiddellijk links af en komen aan de St.-Antoniuskapel.(2)

    We verlaten de Plantentuin langs de hoofdingang en blijven langs de Plantentuin richting dorp tot aan de St.-Annakapel (3) van 1767. 0.55 km

     

    Toestand nu met informatie                   H. Anna ten drieën voor de kleine nis

    We steken de Nieuwelaan over en gaan over de voetgangersbrug naar de St.-Annastraat die wij volgen voorbij de molen van De Waet, langs de Maalbeek Keizerinlaan.  We volgen verder de omheining rond het domein Drijtoren tot aan de kleine kapel in de haag (4) 1.12 km tot aan de Leon Fischerlaan.

     

    We nemen de Leon Fischerlaan tot de d’Hoogvorstlaan, waar we links af slaan, de Koninklijke Kasteeldreef oversteken door de Hollestraat.  Daar zien we op het pleintje de St.-Martinuskapel 1818.(5) 3.11 km

     


    We nemen de St.-Martinusbaan en steken de Kapellelaan over recht door tot aan de Tronkstraat, waar op een oude linde de gedenkplaat hangt van PRINZ WILHELM ZU SCHOENAICH – CAROLATH van het 3de regiment Uhlan+ 20 augustus 1914 met een Mariakapelletje.(6) 3.83 k

     

    De tekst luidt :


    + 20.8.1914
    Prinz Wilhelm
    zu Schoenaich – Carolath
    3de regiment Uhlan

    We gaan langs de Strombeek Berverselaan tot aan de voetgangersbrug die we oversteken tot in de Hendrik Van Dievoetlaan, die we volgen en we slaan rechts af de Zonnelaan in voorbij de villa van Salu en het kasteel van Hasselt.  We steken de Nieuwelaan over naar de St.-Elooikapel.(7) 4.890 km


    Naast deze kapel volgen wij de Hasseltbergstraat en dalen af naar het dorp door de mooie   St.-Elooiweg.  Her en der staan nog beeldjes van St.-Elooi.(8) 6.11 km

     

    Aan de Mankevosstraat gaan we links en slaan af in de Landbeekstraat.  We slaan rechtsaf de Blauwenberg en nemen onmiddellijk links de O.L.Heerweg tot aan het voetwegje rechts.  Daar hangt een gevelkapelletje van het heilig Mariajaar. (9) 6.84 km Deze gevelkapelletjes zie je nog her en der op de huizen.

     

    Door het voetwegje gaan we tot aan de Pater Pirelaan en vervolgen het voetwegje links naar de Krogstraat.  Daar slaan we links af en even verder rechts de Beiaardlaan in tot het einde aan de wijkkapel van Henri Lenaerts Mariajaar 1954.(10) 6.400 km


    We volgen de August Van Doorslaerlaan en  stappen richting dorp tot aan de Onze Lieve Heerweg.  Daar slaan we linksaf tot aan de Krogstraat, waar we rechts klimmen tot aan het Chiroheem.  Hier werd de Mariakapel, die door Herman Boon pr. gebouwd werd met de wijkmeesters van de K.W.B. , gemetst door Albert Nica en gerestaureerd in 2000 door zijn kleinzoon en Jef De Cuyper.  De burchtgravinne werd gemaakt door kunstenaar Julien De Roover in gewapend beton. (11) 6.900 km

    Wij begeven ons naar ons vertrekpunt aan de St.-Martinuskerk. 7.000 km

    29-10-2022 om 06:42 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    28-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.434 Reacties

    434 Reacties

    (117) Reactie

    Er is een e-mail verstuurd via het 'e-mail mij' formulier op uw blog http://blog.seniorennet.be/erfgoedmeise.
    Titel: Moorden in Meise
    Beste Jef,
    Mijn felicitaties voor de informatie die ge over het erfgoed en het verleden van Meise de wereld instuurt.
    Misschien is er u toch iets ontgaan: de moorden op de
     'maréchal de logis Heldenberg' en de 'maréchal de logis-chef Van de Wouwer'.
    Begrijpelijk; het is weer een tijdje geleden. Het gebeurde in de nacht van 22-23 februari 1913.
    Dit ontdekte ik op de voorpagina van 'Le National Illustré' (Bruxelles, 9 mars 1913), een weekblad waarvan ik vandaag op een rommelmarkt een pakket nummers van 1913-1914. De voorpagina van dit weekblad wordt gevuld met foto's van de slachtoffers, het huis waar de moorden gebeurden (Villa Hastières, Romeinse steenweg) en de begrafenis van ‘van de Wouwer’. Het relaas van de gebeurtenissen vindt men binnen in het blad.
    Een jaar later, in het nummer van 8 maart 1914, is het weer voorpaginanieuws, dit bij de onthulling van het grafmonument op het kerkhof van Laken: 'A la mémoire du maréchal-des-logis Heldenberg, victiume du devoir lors de la tragédie de Meysse'.
    Is dit verhaal in Meise nog bekend of is het in de nevelen der tijden verdwenen?
    Wellicht het onderwerp voor een blog op internet of een publicatie in Berla?
    Met vriendelijke groeten,
    Wim Pas

    28-10-2022 om 11:46 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.430 Godfried met de baard

    430 Godfried met de Baard

    De gisant van hertog Godfried I.
    Godfried I werd in 1139 begraven in de Romaanse abdijkerk  midden in de kruisbeuk; Volgens het handschrift ‘Epitaphes de Brabant’ van de Bibliothèque Nationale te Parijs had en de gisant in maliënkolder de handen gevouwen met een wapenschild waarop de Brabantse leeuw aan zijn zijde. Rondom de sokkel waren kleine beelden van de familieleden geplaatst, eveneens in wapenrusting. Blijkbaar dateerde het mausoleum uit de 13e eeuw, minstens honderd jaar na zijn dood, opgericht volgende toen heersende mode.
    In de 16e eeuw was de graftombe al verplaatst naar de noordelijke zijbeuk nabij het altaar van de apostelen tegen een zuil van de middenbeuk. De tombe werd door de Affligemse monnik en historicus Hubertus Phalesius  die ze daar zag in 1603, gedetailleerd beschreven. De tombe uit blauwe Doornikse steen was vier voet hoog (ongeveer 1,20 m.) boven de vloer verheven, versierd met kleine beelden van de voorvaderen van de hertog, alleen in wapenrusting met het schild van Brabant, zoals men kon opmaken uit verscheidene brokstukken in het rond. De afbeelding van de hertog was midden door gebroken. Hij droeg een maliënkolder die zijn hoofd als een kap grotendeels bedekte en tot aan zijn knieën reikte.. Daarover droeg hij een kleed en een borstkuras en aan een riem over de rechterschouder een schild met een klimmende leeuw die zijn gedraaide staart verhief. Bij de restauratie van de door de Geuzen afgebrande kerk werd de gisant tegen de muur geplaatst[1]. Mogelijk bevond hij er zich nog in 1814, daar de naburige toren toen nog overeind stond[2].

    ___________________________________________________________________________

    [1] W. VERLEYEN, ‘Een bezoek aan de abdij Affligem in 1597. Plan van de ruïnes’, in: Eigen Schoon & De Brabander, dl. 86 (2003), p. 276.

    [1] W. VERLEYEN en LUC VAN EECKHOUDT, Iconografie van de Sint-Pieters-en-Paulusabdij Affligem, Nieuwerkerken-Waas, 1990, p. 20, nr. 46.



    [1] W. VERLEYEN, ‘Een bezoek aan de abdij Affligem in 1597. Plan van de ruïnes’, in: Eigen Schoon & De Brabander, dl. 86 (2003), p. 276.

    [2] W. VERLEYEN en LUC VAN EECKHOUDT, Iconografie van de Sint-Pieters-en-Paulusabdij Affligem, Nieuwerkerken-Waas, 1990, p. 20, nr. 46.

     

     

     

     

     

     

     

    28-10-2022 om 11:43 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.429 De Vidts

    De Vidts

    http://blog.seniorennet.be/erfgoedmeise 370 Het verloren handschrift

    Parenteel van Martinus De Vidts

    1 Martinus De Vidts is geboren in Grimbergen. Martinus is overleden op 06-12-1792 in Meise. Martinus trouwde met Cornelia Keymolen. Cornelia is geboren in Grimbergen. Cornelia is overleden.


    Kinderen van Martinus en Cornelia:

     

    1 Anna De Vidts [1.1], geboren op 10-02-1762 in Meise. Zij is gedoopt op 10-02-1762 in Meise. Anna is overleden.

    2 Henricus De Vidts [1.2], geboren op 19-01-1765 in Meise. Hij is gedoopt op 19-01-1765 in Meise. Henricus is overleden op 30-07-1769 in Meise, 4 jaar oud.

    3 Joanna Catharina De Vidts, geboren op 24-11-1766 in Meise. Volgt 1.3.

    4 Gerardus De Vidts, geboren op 02-12-1768 in Meise. Volgt 1.4.

    5 Martinus De Vidts [1.5], geboren op 10-02-1771 in Meise. Hij is gedoopt op 10-02-1771 in Meise. Martinus is overleden.

    6 Franciscus De Vidts [1.6], geboren op 24-01-1773 in Meise. Hij is gedoopt op 24-01-1773 in Meise. Franciscus is overleden op 05-09-1773 in Meise, 7 maanden oud.

    7 Joannes Baptista De Vidts [1.7], geboren op 12-06-1774 in Meise. Hij is gedoopt op 12-06-1776 in Meise. Joannes is overleden.

    8 Ludovicus Franciscus De Vidts [1.8], geboren op 14-01-1777 in Meise. Hij is gedoopt op 14-01-1777 in Meise. Ludovicus is overleden.

    9 Maria Elisabeth De Vidts [1.9], geboren op 09-06-1779 in Meise. Zij is gedoopt op 09-06-1779 in Meise. Maria is overleden op 29-10-1779 in Meise, 4 maanden oud.
    1.3 Joanna Catharina De Vidts is geboren op 24-11-1766 in Meise, dochter van Martinus De Vidts (zie
    1) en Cornelia Keymolen. Zij is gedoopt op 24-11-1766 in Meise. Joanna is overleden. Joanna begon een relatie met Franciscus Wijns. De relatie werd verbroken op 24-07-1791 in Meise. Franciscus is overleden.
    1.4 Gerardus De Vidts is geboren op 02-12-1768 in Meise, zoon van Martinus De Vidts (zie
    1) en Cornelia Keymolen. Hij is gedoopt op 02-12-1768 in Meise. Gerardus is overleden op 02-08-1821 in Meise, 52 jaar oud. Gerardus:
    (1) trouwde, 25 jaar oud, op 11-06-1794 in Meise met Maria Elisabetha Van Dooren. Maria is overleden op 25-10-1803 in (2 Brumaire An XII).
    (2) trouwde, 38 jaar oud, op 28-01-1807 in Meise met Elisabeth Huysegoms, 35 jaar oud. Elisabeth is geboren op 01-03-1771 in Grimbergen, dochter van Henricus Huysegoms en Joanna Catharina De Vinck. Zij is gedoopt op 01-03-1771 in Grimbergen. Elisabeth is overleden op 12-01-1861 in Meise, 89 jaar oud.
    Kind van Gerardus en Maria:
    1 Cornelia De Vidts, geboren op 12-06-1795 in Meise.
    Volgt 1.4.1.
    Kinderen van Gerardus en Elisabeth:
    2 Joanna Catharina De Vidts, geboren op 18-11-1807 in Meise.
    Volgt 1.4.2.
    3 Maria Catharina De Vidts, geboren op 06-03-1809 in Meise.
    Volgt 1.4.3.
    4 Carolus De Vidts [1.4.4], geboren op 05-11-1810 in Meise. Carolus is overleden.
    5 Emmanuel Franciscus De Vidts [1.4.5], geboren op 04-07-1812 in Meise. Emmanuel is overleden op 21-08-1872 in Tienen, 60 jaar oud. Emmanuel bleef ongehuwd.
    6 Judocus Bernardus De Vidts, geboren op 18-09-1814 in Meise.
    Volgt 1.4.6.
    1.4.1 Cornelia De Vidts is geboren op 12-06-1795 in Meise, dochter van Gerardus De Vidts (zie
    1.4) en Maria Elisabetha Van Dooren. Cornelia is overleden op 12-01-1861 in Meise, 65 jaar oud. Cornelia trouwde, 26 jaar oud, op 26-03-1822 in Meise met Stephanus Vande Zande, ongeveer 29 jaar oud. Stephanus is geboren omstreeks 1793 in Haren, zoon van Henricus Vande Zande en Joanna Catharina De Valck. Stephanus is overleden op 28-06-1847 in Meise, ongeveer 54 jaar oud.
    Kinderen van Cornelia en Stephanus:
    1 Elisabeth Vande Zande, geboren op 29-08-1823 in Meise.
    Volgt 1.4.1.1.
    2 Jacobus Josephus Vande Zande, geboren op 28-08-1825 in Meise.
    Volgt 1.4.1.2.
    3 Joanna Bernardina Vande Zande, geboren op 20-03-1837 in Meise.
    Volgt 1.4.1.3.1.4.1.1 Elisabeth Vande Zande is geboren op 29-08-1823 in Meise, dochter van Stephanus Vande Zande en Cornelia De Vidts (zie 1.4.1). Elisabeth is overleden. Elisabeth trouwde, 33 jaar oud, op 13-12-1856 in Meise met Joannes Franciscus Peeters, 27 jaar oud. Joannes is geboren op 23-03-1829 in Steenokkerzeel. Joannes is overleden.
    1.4.1.2 Jacobus Josephus Vande Zande is geboren op 28-08-1825 in Meise, zoon van Stephanus Vande Zande en Cornelia De Vidts (zie
    1.4.1). Jacobus is overleden. Jacobus trouwde, 27 jaar oud, op 28-05-1853 in Meise met Maria Anna Plas, 22 jaar oud. Maria is geboren op 30-03-1831 in Meise. Maria is overleden.
    1.4.1.3 Joanna Bernardina Vande Zande is geboren op 20-03-1837 in Meise, dochter van Stephanus Vande Zande en Cornelia De Vidts (zie
    1.4.1). Joanna is overleden. Joanna trouwde, 21 jaar oud, op 14-09-1858 in Londerzeel met Emmanuel Josephus Maria De Moor, 22 jaar oud. Emmanuel is geboren op 18-01-1836 in Kapelle-op-den-Bos. Emmanuel is overleden.
    1.4.2 Joanna Catharina De Vidts is geboren op 18-11-1807 in Meise, dochter van Gerardus De Vidts (zie
    1.4) en Elisabeth Huysegoms. Joanna is overleden. Joanna trouwde, 33 jaar oud, op 25-11-1840 in Meise met Carolus Josephus Vande Zande, 32 jaar oud. Carolus is geboren op 29-01-1808 in Meise, zoon van Henricus Vande Zande en Joanna Catharina De Valck. Carolus is overleden op 29-06-1872 in Meise, 64 jaar oud. Kind van Joanna en Carolus:
    1 Emmanuel Vande Zande [1.4.2.1], geboren op 01-08-1843 in Meise. Emmanuel is overleden.
    1.4.3 Maria Catharina De Vidts is geboren op 06-03-1809 in Meise, dochter van Gerardus De Vidts (zie
    1.4) en Elisabeth Huysegoms. Maria is overleden op 26-01-1888 in Malderen, 78 jaar oud. Maria trouwde, 35 jaar oud, op 04-01-1845 met Carolus Ludovicus Robberechts, 31 jaar oud. Carolus is geboren op 01-06-1813 in Kapelle-op-den-Bos. Carolus is overleden op 05-01-1873 in Malderen, 59 jaar oud.
    Kinderen van Maria en Carolus:
    1 Elisabeth Robberechts, geboren op 28-09-1845 in Steenhuffel.
    Volgt 1.4.3.1.
    2 Franciscus Emmanuel Robberechts, geboren op 05-05-1847 in Steenhuffel.
    Volgt 1.4.3.2.
    3 Francisca Cornelia Robberechts, geboren op 04-08-1849 in Steenhuffel.
    Volgt 1.4.3.3.
    1.4.3.1 Elisabeth Robberechts is geboren op 28-09-1845 in Steenhuffel, dochter van Carolus Ludovicus Robberechts en Maria Catharina De Vidts (zie
    1.4.3). Elisabeth is overleden. Elisabeth trouwde, 26 jaar oud, op 27-03-1872 in Steenhuffel met Josephus Ferdinandus Van Doren, 25 jaar oud. Josephus is geboren op 03-06-1846 in Steenhuffel. Josephus is overleden.
    1.4.3.2 Franciscus Emmanuel Robberechts is geboren op 05-05-1847 in Steenhuffel, zoon van Carolus Ludovicus Robberechts en Maria Catharina De Vidts (zie
    1.4.3). Franciscus is overleden. Franciscus trouwde, 41 jaar oud, op 23-01-1889 in Malderen met Maria Josepha Sollie, 43 jaar oud. Maria is geboren op 21-11-1845 in Malderen. Maria is overleden. Maria is weduwe van Jacobus Josephus Van den Moortel (ovl. 1886). 1.4.3.3 Francisca Cornelia Robberechts is geboren op 04-08-1849 in Steenhuffel, dochter van Carolus Ludovicus Robberechts en Maria Catharina De Vidts (zie 1.4.3). Francisca is overleden. Francisca trouwde, 27 jaar oud, op 20-06-1877 in Steenhuffel met Joannes Baptista Van der Perre, 24 jaar oud. Joannes is geboren op 26-08-1852 in Malderen. Joannes is overleden.
    1.4.6 Judocus Bernardus De Vidts is geboren op 18-09-1814 in Meise, zoon van Gerardus De Vidts (zie
    1.4) en Elisabeth Huysegoms. Judocus is overleden op 18-09-1851 in Meise, 37 jaar oud. Judocus trouwde met Maria Elisabeth Robberechts. Maria is geboren omstreeks 1822. Maria is overleden op 18-02-1852 in Meise, ongeveer 30 jaar oud.
    Kinderen van Judocus en Maria:
    1 Josephus De Vidts [1.4.6.1]. Josephus is overleden.
    2 Petrus De Vidts [1.4.6.2]. Petrus is overleden.
    3 Elisabeth De Vidts [1.4.6.3]. Elisabeth is overleden.
    4 Emmanuel Franciscus De Vidts, geboren op 16-03-1850 in Meise.
    Volgt 1.4.6.4.
    1.4.6.4 Emmanuel Franciscus De Vidts is geboren op 16-03-1850 in Meise, zoon van Judocus Bernardus De Vidts (zie
    1.4.6) en Maria Elisabeth Robberechts. Emmanuel is overleden op 17-03-1880 in Steenhuffel, 30 jaar oud. Emmanuel trouwde, 29 jaar oud, op 12-08-1879 in Steenhuffel met Antonia Joanna Moortgat, 33 jaar oud. Antonia is geboren op 28-07-1846 in Steenhuffel. Zij is gedoopt op 28-07-1846 in Steenhuffel. Antonia is overleden op 16-08-1891 in Steenhuffel, 45 jaar oud. Antonia trouwde later op 01-12-1891 in Steenhuffel met Ludovicus Josephus Van Nuffel (1854-±1904).

    28-10-2022 om 11:41 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.433 Geneesheren

    433 Geneesheren

    1725 – 1790 Jean Baptiste Fransquin
    1768 – 1842 Nicolaus Kremer
    1802 – 1849 Amandus Van Leeuw
    1814 – 1880 Alphonse Windelincx
    1841 – 1876 Seraphinus Callebaut
    1870 – 1924 Eugène Van den Bruel
    1898 – 1985 Albert Van de Bruel
    1844 – 1920 Hnricus Van Cauwelaert
    1862 – 1924 Charles Jacobs
    1904 – 1960 Henri Pillen
    1921 – 1998  Emiel Otten

    Samenvatting artikel Marc Gillisjans Berla 2019 nr. 129 pag. 3

    1725 – 1790 Jean Baptiste Fransquin
    1768 – 1842 Nicolaus Kremer
    1802 – 1849 Amandus Van Leeuw
    1814 – 1880 Alphonse Windelincx
    1841 – 1876 Seraphinus Callebaut
    1870 – 1924 Eugène Van den Bruel
    1898 – 1985 Albert Van de Bruel
    1844 – 1920 Hnricus Van Cauwelaert
    1862 – 1924 Charles Jacobs
    1904 – 1960 Henri Pillen
    1921 – 1998  Emiel Otten

    Samenvatting artikel Marc Gillisjans Berla 2019 nr. 129 pag. 3

    28-10-2022 om 08:30 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.432 Belgrado

    432 Belgrado

    Marcel Petrus Belgrado
    ° Brussegem12.5.1932
    x Strombeek-Bever 12.10.1955 met De Munter Mariette (+ 2.8.2009)
    x Meise De Bondt Ingrid
    1947-1978 drukker
    1978-1992 Hoofd atelier chef biljettendrukkerij Nationale Bank van België
    1992 Pensioen
    1970-1976 : Gemeenteraadslid in Brussegem
    1976-1982 :  Schepen van Onderwijs in Meise
    1982-1995 :  Gemeenteraadslid
    1995-2001 :  Schepen van Onderwijs
    2006-2012 : Burgemeester van Meise
    2007-2013 : Schepen van Onderwijs

    28-10-2022 om 08:29 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.428 Van Hemelrijck

    428 Van Hemelrijck

    Frans Van Hemelrijck ° Meise 5.8.1925 + Vilvoorde 1.11.2014
    Voorzitter O.S. Meise

    28-10-2022 om 08:27 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.322 Kunstkring

    In het Audiovisueel Centrum zag Kunstkring Meise het levenslicht op initiatief van Boudewijn Van de Voorde en Jef De Cuyper.
    Boekje ´25 jaar kunst in Meise¡ Kunstkring
    M.o.d.t.v. St.-Martinus 178 – 182

    28-10-2022 om 08:03 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.218 Beiaard 1758 Kerkgang

    218 Beiaard 1758 Kerkgang

    Den 2 Julii feestdag van onze L.V.Visitatie heeft Baronesse van Hooghvorst met haeren  eerstgeboren sone haeren kerckgaen gedaen. hebbe haer onder het geluijdt der clocken en bijaert ingehaelt naer de hooghmis. Sij was vergeseltschapt van heele de gulde en verscijde jongmans in houzaere kleederen die reden bij haere koetse. In de kerck getreden sijnder verschijde clijne canons en kamers die ick op mijnen kost op het kerckhof hadde doen stellen afgeschoten. Naer mijn gelese misse hebbe ick de benedictie gegeven met het alderhijlighste en geintoneert de TeDeum wederom onder het geschut van Camers en eenige decharges van de gulde en het hof geschiedt sijnde is sij met haer kint en Juffrouw van Bouchout wederom naer het casteel geleijdt met de gulde en houzaeren. Den Heere Baron van Hooghvorst heeft de heele gulde getracteert in t’gulden huijs en 2 tonnen bier gegeven in een andere herberge voor de jonckheijdt en andere die van de gulde niet en waren. S’avontssijn alle de houzaeren en domestiquen dewelcke omtrent de 40 waeren op het casteel magnificq getracteert en bal gehouden tot diep in den nacht. Insgelijck heeft men savons geviert en op verschijde kanten geschoten als oock de clijne canons als icb gesontheijdt instelde van den jongen baron. Ick hadde oock eene quantiteijdt van lochtpijlen van Brussel onboden die ick ten 10 uren savons hebbe afgeschoten. Immers alles is gegaen ten contentemente van de familie en heele de Parochie. Godt bewaere den jongen sone en sijne ouders. Amen.     (Le Mire ?)

    28-10-2022 om 07:51 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.217 Vondsten bij restauratie kerk

    217 Vondsten bij restauratie kerk

    Bij de restauratie van de kerk werd ik twee maal opgeroepen.  De eerste maal had men  2 kinderlijkjes bloot gelegd onder de vloer in de kerk (voor de doopkapel).
    Ze waren waarschijnlijk afstammelingen van iemand die connectie had met het kasteel van Hasselt.  Nu blijkt uit de annalen van de parochie dat het kinderen waren
    van J B Leemans pachter van Hamelghem gestorven 1781.

    28-10-2022 om 07:50 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.213 Een goedhartige pastoor... beet genomen

    213 De goedhartige pastoor  … beet genomen.

    (375)  D. J. Delestré verhaalt in “Eigen Schoon “ 1ste nummer 01967, het bezoek van drie Franse soldaten bij de pastoor van Meise:
    “Den 15 november 1792, op een zaterdag zijn er bij ons tot Meys omtrent 11 uren drie Franse soldaeten gekomen die vroegen “un coup de bière” (te drinken).
    De pastoor liet ze komen in de keuken en zij waeren heel beleefd.  Zij begosten veel nieuws te vertellen bijzonderlijk van de bataille (slag) omtrent Bergen.  De pastoor gaf hun een boterham en een glas bier en hoorde nogal geerne hetgeen zij vertelden maar hij en wist niet wat deugnieterij er achter stak … Als ze bezig waeren met eten, vroegen zij ook wijn en hebben een caffron gedronken.
    Een van de soldaten hield de pastoor aan de klap … de anderen verlieten de keuken.
    Deze gingen eerst naer de zolder, vandaer in de kleine kaemers boven waer één paer waggenen hingen, die zij mede namen … seffens gingen zij naar ’t scribaen (in de schrijfkamer) waarin wel 500 guldens was een deel van hem, een deel van de kerk en de rest van de arme.  Geluk dat de knegt hen in de kamer had zien gaan .  Zonder dat hadden zij weg geweest met de 500 guldens.
    De knegt vermaende de pastoor in de keuken die aanstonds boven liep en hen bezig vond met het eerste kaske te rooven waarin het geld was van de kerk Solvo 100 guldens.
    Hij bad hen van het geld daer te laeten zeggende dat het van hem niet was maer van de kerk.  Zij lachten met hem ende lieten niet een oord inj.
    Daermede gingen zij beneden bij hun ander compagnon, dronken nog een keer, naemen hun afscheyd van de pastoor en bedankten hem voor zijn vriendelijk onthael”.
    Het spel was gespeeld aan de klap en de andere luist hem af.  Dat gebeurt in alle oorlogen en in alle tijdenvolgens de klassieke methode – de ene houdt de baas - ook in onze dagen.
    Parochie St.-Martinus

    1250 Vanaf nu zouden de Norbertijnen van Grimbergen de parochie Meise bedienen en beheren en dit tot 6 juni 1826 bij het overlijden van de toenmalige pastoor Norbertijn.
    IVde eeuw
    In het midden van de IVde eeuw werd Superior Servatius de eerste bisschop van Kamerrijk, bisdom waarvan Meise afhankelijk werd gesteld.

    28-10-2022 om 07:47 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.212 Archief parochie St.-Martinus Meise

    212 Archief parochie M E I S E SINT-MARTINUSKERK

    (319)
    1.    Bibliografie

    DE WACHTER, Repertorium, d.III, p. 415-416; WAUTERS, Environs de Bruxelles, d.II, p. 277-304; GOETSCHALCKX, Album pastorum, p. 132-136; VERBESSELT, Het parochiewezen, d.II, p. 55-128.DELESTRE D.J., Sint-Martinuskerk van Meise, in Meise, 1951, p. 17-21.

              2.    Inlichtingen betreffende het archief

    Bestand Kerkarchief Brabant documenten van 1384 tot 1803 (1 strekkende meter) nummers 3535, 24.473-24.532.

    Het archief van de pastorij werd neergelegd op het A.R. overeenkomstig de Archiefwet van 1955 (nrs. 24.473-24.532)

         24.473: oorkondenverzameling: 16 aktes (1384-1770)

         24.474-24.477: eredienst, algemeenheden (17de-18de e.)

         24.478: boek van de jaargetijden (1721-1798)

         24.473bis: atlas van de gronden van de kerk en de Armentafel

              van Meise en Sint-Brixius-Rode, 1776.

    24.479-24.483: staat van de goederen van de kerk en de Armen te Meise

         en Sint-Brixius Rode, 18de e.

           24.484-24.490, 24.516-24.523: rekeningen van de kerk en de

      Armen (1639-1803)

         24.524: manuaal van de achterstallige bedragen (1694-1708)

    24.525: manuaal van de inkomsten van de kerk, de Armen en de kapel

         van Sint-Eligius in het gehucht Hasselt (1750-1816)

         24.526: kwitanties, 18de e.

         24.527, 24.532: verkopen van bos (17de-18de e.)

         24.528: huurcelen (17de-18de e .)

         24.530: pacht van de tiende, 1613

         24.529: afpalingen en metingen, 18de e.

         3535, 24.491-24.513: rekeningen van de Armentafel (1606-1760)

    3.    Archieftoegangen

    Inventarissen:

    -       d'HOOP, d.II (nr. 3535)

    -      Inv. (XII) van E. PERSOONS voor de nrs. 24.473-24.532

    28-10-2022 om 07:46 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.211 Crypte St.-Martinus Meise

    211 Crypte St.-Martinus Meise

    (281) In oktober 2011 werd bij het scannen naar funderingen op een tweede, tot nu toe waarschijnlijk onbekende crypte gestoten.  Deze crypte hoorde mogelijk vroeger bij de grote crypte.  Ze is toegankelijk van buiten de kerk, onder een blauwe steen, achter de kerk aan de ingang van de linkse sacristie.  Er bevinden zich 7 kisten in, waaronder drie gelabeld :
    - Marquise de Beauffort, née comtesse de Romrée de Vichenet 1863 – 1946
    - Louis Leopold Amedée comte de Beauffort né à Cournay le 4 avril 1806, mort à  Bruxelles 28 juillet 1858

    -Mme Ghuislaine Henriette Carole Isabelle de Beauffort née le 10 avril 1838, décédé le 2 décembre 1838.

    De inhoud van de andere kisten moet opgezocht worden.  Mogelijk bieden de parochiearchieven de oplossing.  Het zijn hoogst waarschijnlijk nazaten van de familie de Beauffort, naar wie de Beauffortstraat genoemd werd.
    Schikking : 3 niveaus op metalen liggers; Op de bovenste kist links staat een klein kinderkistje.

    II (282) Jan Vanden Eynde schreef in zijn boek “Meise” over de crypte :
    Onder het koor van de St.-Martinuskerk is een crypte gebouwd.  Deze begraafplaats werd niet ingenomen door de “grote” heren Nassau en Grimbeghen die er een andere op na hielden.  Ze verviel geheel aan de kleine heren van Boechout en Meise, te meer dat de dorpspastoors niet in het koor begraven werden, doch naar Grimbergen overgebracht werden.
    Oorspronkelijk was deze begraafplaats voorbehouden aan de  bezetters van het kasteel van Meys – de beschikking over deze crypte was onafscheidbaar verbonden aan het bezit van de heerlijkheid Meise.
    Het is niet uitgewezen, wanneer de jonge baron Roose, in dienst van Maria Theresia gevallen, bijgezet werd in 1760, in het graf van Jan van der Ee, voormalig bezitter van het hof van Meys.
    De bijzettingen geschiedden soms in eigenaardige omstandigheden.
    Wanneer op 23.4.1762 de toenmalige baronesse te Brussel sterft, wordt het lijk te 5 uur ’s morgens gebracht in een koets, begeleid door twee minderbroeders en zonder ceremonie in de crypte gelegd dan begint gedurende zes weken het overdood luiden – recht dat alleen grote families toekomt, doch door de kleine ook uitgeoefend bij plaatselijke afwezigheid van de groten zoals te Meise.
    Er is hiertegen verbod gekomen vanwege de drossaard van Grimbergen en vanwege de hertog van Croy.
    Op 25 mei had eerst de plechtige uitvaart plaats; het luiden had aan de kerk 21 gulden opgebracht.
    Integendeel werd niets gedaan toen deze hertog van Croy op 19.4.1767 op zijn kasteel te Roelx overleed.

    III (283) De heren van Boechout uit het huis de Beauffort bewoonden het kasteel van 1830-1879.
    Philippe Ernest de Beauffort ° 1782 + 1858
    x Jeanne de Wignacourt °1776 + 1850
    hun kinderen :
    1.
    Alfred Jul. Phil.
    3. Clotilde Marie Albertine
    4. Charles Louis x Henriette Fourmestraux
    5.
    Marie Ida Louise x Louis Jean de Robiano
    2. I.L. Amedée ° 1806 + 1858 x Elisabeth Roose de Baisy ° 1809 + 1873
    hun kinderen
    1. Marie Gabrielle ° 1831 +1899 x met Charles Theod. Van Der Straeten Ponthez
    2.
    Leopold  ° 25.5.1832
    3. Marie Ghislaine Caro ° 1835 + 1897 x met Armand Charles de Nicolay
    5.
    Isabelle ° 10.4.1838 + 2.12.1838
    4. Albert Ghislain ° 1834 + 1924 x met Emile de Marnix
    hun kinderen
    1. Fernand Amedée Victor Idesbald Jean G. Anne M. de Beauffort
    ° Brussel 21.1.1862 + 31.8.1937 x Beuzet 3.8.1887 met
    Anne Clémence J. Marguerite Ge de Romrée de Vichenet
    ° Beuzet 18.10.1863 + Brussel 27.11.1946
    2. Marguerithe E. Dorothée Hermine M. de Beauffort
    ° Brussel 21.6.1863 +18.1.1946 x St.-Joost ten Noode 4.5.1889 met
    comte Henri J. Ch. Hubert Damien Vincent Férier G. de Romrée de Vichenet
    3. Gabrielle Victorine Hermine Anne M. G.
    ° Brussel 1.2.1865 + Beuzet 21.7.1886 x Onoz 17.10.1883 met
    comte Henri J. Ch. Hubert Damien Vincent Férier G. de Romrée de Vichenet
    ° Beuzet 27.9.1857 + 16.1.1907
    4. Jean
    5. Georges
    6. Amedée Ch. Fr. d’Assise M.G.
    ° Onoz 12.12.1879 +Namur 27.6.1944 x  Huise 30.5.1923 met
    barone Marie Madeleine Berthe Ge della Faille d’Huysse
    ° Huise 26.5.1893 + Ravensbrück 2.1945

     

    IV (285) Parochieblad In Kerk en Leven van 11.1.2012 stond een bericht i.v.m. de restauratie van de St.-Martinuskerk : Ontdekking crypte.
    De passage : “De gekende crypte met toegang vanuit de sacristie was voorbehouden voor de bewoners van het kasteel van Boechout, voorheen ’t Hof te Meysse…” is natuur lijk dubbel fout!  Er waren twee kastelen in de Plantentuin.  Op dit ogenblik kan men de onderaardse gewelven zien, van het Hof te Meysse, dat afbrandde in 1945, want enkele vierkante meters grasperk zijn ingezakt en met een lamp is er wat te zien.  Bovendien waren het de bewoners van dit kasteel, die mochten begraven worden in de crypte.  Er werd in 1858 wel één uitzondering gemaakt voor  I.L. Amedée ° 1806 + 1858 de Beauffort (kasteel Boechout), omdat hij gehuwd was met Elisabeth Roose de Baisy ° 1809 + 1873 (bewoonster van het Hof te Meysse).  Dat recht werd waarschijnlijk overgedragen op hun kinderen.  Uitsluitsel kan gevonden worden in de parochiearchieven van Meise.

    28-10-2022 om 07:45 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.210 Restauratie St.-Martinuskerk Meise

    210 Restauratie St.-Martinuskerk Meise

    (280) Op 14 juni 2011 stootten de archeologen bij de restauratiewerken aan de St.-Martinuskerk in Meise in de doopkapel op het geraamte van een boreling (niet volgroeid).  ’s Anderendaags hadden ze onder het eerste geraamte een tweede gevonden, iets groter.

    Adellijke families werden in de kerk begraven tussen.  Het moet dus om een kind van een adellijke familie gaan.  De Heren van Boechout werden in hun geboortestreek begraven.  Uitzondering hierop werd gemaakt voor Melchior Roose de Beauffort, omdat hij afkomstig was van heet kasteel van Meise.  De bewoners van het kasteel van Meysse, waaronder de familie d’Hoogvorst worden in de crypte begraven.

    Een andere adellijke famile in de parochie Meise moeten we zoeken in  het kasteel van Hasselt, rechtover de St.-Elooikapel.  In aflevering 75 belichtte ik reeds de families die dat kasteel betrokken.

    Het boek “Meise” van Jan Vanden Eynde levert ons mogelijk een spoor, om te achterhalen wie het zijn.  Op pag 60 lezen wij : de weduwe Caïmo, van Schotse adel “Douglas” Scot-prozaïsch omgezet in Deschot – zie de zerk tegen de muur van de achter linkerbeuk in de St.-Martinuskerk.

    Enkele dagen later werden Romeinse munten opgegraven.

    28-10-2022 om 07:44 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.209 Kerkelijk erfgoed parochie Meise

    209 Kerkelijk erfgoed parochie Meise

    (153) Op een kier … verborgen erfgoed in Vlaams – Brabant belichtte ons kerkelijk erfgoed.  In de parochie Meise werd de Pastorie St.-Martinus en de Sint – Martinuskerk belicht.
    Op de lijst van “Erfgoedmeise” staan nog enkele andere items.  De Sint – Annakapel met een O.L.V.-beeld staat momenteel nog in de steigers.  In de  St.-Antoniuskapel in de Plantentuin staat ook een Mariabeeldje.  De Mariakapel van Henri Lenaerts aan het standbeeld van baron d’Hoogvorst werd opgeknapt.  Het rustieke gebouw voor de St. – Maartenschool herbergt de administratie van deze bloeiende school.  De oude beiaard naast de bibliotheek staat er te verkommeren (zonder klavier en unieke wekkering) en de 8 kleinste klokjes verdwenen voor het monument geplaatst werd.  De Mariakapel van het Kasteelveld wordt door de omwonenden goed onderhouden.  Het Chiroheem werd destijds uitgerust met moderne kunst, waaronder de muurschildering “God is Liefde” ,van constructivist Jan Beekman en de knappe kapel met burchtgravin.  De St.-Elooikapel en beelden errond staat onder de hoede van de St.-Elooibroederschap.  Op de trunk (Tronkstraat) prijkt een oud Mariakapelletje.  De St.-Martinuskapel in de Legerbosstraat wordt onderhouden door de VAB – VTB en midden de klimop zorgen de buren in de Keizerinlaan voor het Mariakapelletje tegen het domein van baron Van Gijsel.  Her en der zien wij in onze parochie op de gevels ook de kapelletjes van het gezegende Mariajaar.
    Onze zorg en toewijding met bewaring van de oorspronkelijke benamingen verdient meer dan onze aandacht.  Zie :
    http://blog.seniorennet.be/erfgoedmeise 

    28-10-2022 om 07:43 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.208 Het parochiewezen van Brabant Meise

    208 Het parochiewezen van Brabant  Meise

    (19 (232-  )
    I In deel II van deze reeks uit het archief van Berla, maar ook in de collectie van de bibliotheek van Meise worden de parochies Meise en Rode en Oppem beschreven.
    Bij Meise wordt Hasselt (Sint – Elooi) afzonderlijk behandeld.  Amelgem wordt eveneens afzonderlijk behandeld.
    In deel IV vinden we de parochies Wolvertem, Meuzegem, Imde en Rossem.
    Westrode ?  Was geen parochie in de beschreven periode, dus niet vermeld.
    II Meise, moederparochie van het land van Grimbergen.
    Het ontstaan van de moederparochie Meise is het best te vergelijken met de vestiging en de uitbreiding van een missiepost.  Naast een centrale kern in het oudste en meest bevolkte gedeelte van de streek gevestigd, groeit en verspreidt de parochie zich tot waar natuurlijke hinderpalen de grenzen trekken of nabij gelegen moederparochiën, zoals Ossel en Zemst, elke verdere expansie beletten.
    De ganse primitieve uitgestrektheid van het land van Grimbergen telde slechts een viertal moederparochiën, namelijk Meise, Ossel, Wemmel en Zemst.  Van de overige was er nog geen sprake.  De meeste hunner ontstonden pas later, tussen de 9de en de 12de eeuw, ten gevolge van de algemene verbreiding van de villakerkjes.
    Meise als moederparochie omvatte dus heel de uitgestrektheid van de huidige gemeente (in 1964), een deel van Brussegem, d.z. Oppem en Amelgem, geheel Grimbergen en Strombeek.
    De patroonheilige St.-Martinus, de dorpsstructuur van de vicus, de grenzen en de bodemgesteldheid zijn zovele littekens, die daarvan getuigenis afleggen(12).

    Op pag.85 van het parochiewezen van Brabant lezen we :

    Meise behoort tot die reeks moederparochies, die St.-Martinus als patroon hebben, zoals Asse, Aalst, Lennik, Halle en Overijse, en die alle dezelfde kentrekken vertonen van omvang, van ouderdom en teruggaan tot de oude vici. Meise telde niet minder dan zes afhankelijkheden van verschillend type.  Voorzeker heeft hier de geografische constellatie een grote rol gespeeld.
    Ten voordele van haar ouderdom pleiten, zoals reeds vermeld werd :


    1.   De moederparochie zelf,

    2.   De uitgestrektheid (de grootste van West – Brabant),

    1.      De grotere oppervlakte van de parochie dan deze van de gemeente,

    2.      De parochiepatroon

    Deze gegevens leiden alle naar wat wij zouden kunnen noemen, een missieparochie, die waarschijnlijk reeds bestond op het einde van de 7de of begin 8ste eeuw.

    In “Nieuwenrode” door Spinnael H. staat op pag. 11 :

    Een eerste missiekapel, toegewijd aan de H. Martinus van Tours, een geloofsverkondiger uit de 4de eeuw, breidde zich uit en werd de de kerk van een parochie die buiten Meise nog de hulpkapellen van Amelgem, Oppem, Oksdonk, Limbos en Eversem omvatte.
    Volgens bepaalde teksten zou Meise zelfs de moederkerk geweest zijn van Grimbergen en Strombeek (A.Wouters, Environs de Bruxelles II, bladz. 300,  Jan Verbesselt, Par. II bl. 56). 

    In 1132 werd door het toedoen van de Berthouts het patronaat of begevenrecht van Meise overgedragen aan Grimbergen.  Zo verloor Meise zijn bevoorrechte titel van moederparochie.  Zo kwamen dan ook de tienden in handen van de Norbertijnen van Grimbergen en Ninove.

    III De gemeente Meise (1964) sluit met het ene uiteinde aan bij het West-Brabantse vruchtbaar en heuvelachtig landschap en dringt met het andere einde door tot diep in het vlakke en zandachtige Smal-Brabant te Hoksdonk over het kanaal van Willebroek.
    Het is een overgangsgemeente tussen de Brabantse kleistreek en de Antwerpse zandstreek.  Historisch is deze overgang merkwaardig en kenschetst de ontwikkeling van de gemeente.
    Wij hebben er enerzijds het oude Meise in de uiterste benedenhoek met het aanpalende Amelgem, Oppem, Hasselt en Eversem en anderzijds de rode’s of ontwikkelingsgebieden van Sint-Brixius-Rode, Nieuwenrode, Hipsvoorde en Hoksdonk.  In deze volgorde kan men er duidelijk de opeenvolgende perioden volgen.

    De oppervlakte bedroeg in 1686 nog 1281 bunder of 1645 hektaren in 1846.  De parochie had een derde meer ruimte.

    IV Meise is wel het meest typische voorbeeld van een primitieve parochie.  Ze omvat alle gekende typen van ontstaan van een parochie : Meise-dorp is een vicus-parochie; Amelgem een domein-parochie, waar kerk en hof nog eeuwen later onafscheidbaar met mekaar zijn verbonden; Oppem heeft een villakerkje als oorsprong, naar het voorbeeld van de meeste onzer parochiën, maar waar de parochie en het domein elk hun gang gingen; Sint-Brixius-Rode is een parochie, die ontstond uit één van de oudste rode’s voor de 11de eeuw; Nieuwenrode groeide in de tweede periode van de bosontginningen, met dit eigenaardige, dat zij zich over twee dorpen zal uitstrekken; Hasselt is het type van de oude missiekapel op de grens van verscheidene dorpen.

    Een ander kenteken van de moederparochie Meise is dat zij zolang de afhankelijkheden heeft samen gehouden, wanneer de andere moederparochieën uit het gewest reeds in de 12de en 13de eeuw de meeste dochterkerken verloren.  Asse verloor haar vier afhankelijkheden reeds in de 12de eeuw, Zemst iets later.

    De groei van de moederparochie Meise is eveneens het meest typische voorbeeld van de ontwikkeling van een gewest.
    V De grenzen van de parochie volgen ofwel natuurlijke afbakeningen ofwel feodale indelingen.  In de uiterste hoek te Hoksdonk, waar nu het kanaal de grens uitmaakt, was het vroeger een bijloop van de Aabeek, die Kapelle op den Bos van Meise scheidde.  De Aabeek liep tussen de moederparochie Zemst en Humbeek.
    Tussen Beigem en Meise loopt de oude weg van Asse over Meise-dorp, St.-Brixius-Rode, Eversem, Beigem en Humbeek.
    Tussen Grimbergen en Meise volgen wij gedeeltelijk de Molenbeek en domeingrenzen.  Dit is eveneens het geval met Strombeek en Wemmel.  Voor deze laatste is de Amelgembeek de grensscheiding.
    Wat betreft de grens tussen Ossel en Amelgem, hier is het duidelijk het domein met zijn veldencomplexdat voor de afbakening zorgde.
    Ook Oppem is een dergelijk geval.  Het onderste deel van Wolvertem werd afgebakend door de dorpskouters.  Het middendeel – vooral de diepe inhamvan Meise tot onder de wallen van de Wolvertemse motte – is een ontwikkelingsgebied, dat door zijn eigen parcellaire indeling één geheel heeft uitgemaakt, dat in zijn oude vorm bewaard bleef.
    Het laatste deel van de grens Wolvertem – Meise werd getrokken langs de loop van de Birre- of Bosbeek.
    Zelden was het ons mogelijk op zulke klare wijze de parochiegrenzen en hun oorsprong te verklaren.  Dat was alleen mogelijk door het zolang samen blijven van de moederparochie en haar afhankelijkheden.

    Naast de reeds genoemde afhankelijkheden telde de parochie nog volgende belangrijke gehuchten, nl. : Eversem, een oud domein en hof door de abdij Grimbergen overgenomen en uitgebouwd ; Limbos, een door de abdij gevormd hof;  Hipsvoorde, een nieuw ontgonnen gebied uit de latere jaren; Hoksdonk, een deel van het oud donkengebied van Smal-Brabant, dat nog eeuwen niemands-streek bleef, gemeen aan de vele dorpen van deze streek (Breendonk, Ramsdonk)

    VI  Historisch kader
    Het oude schepenzegel van Meise heeft dezelfde wapenstukken en kleuren als dit van de Berthouts.
    A.Wauters beweert dat de oudste vermelding van Boechout uit 1147 dagtekent, wanneer Adeloia, vidua venerabilis, aan de abdij van Grimbergen terra que Bochult cagnominata est schonk (A.G. Cartularium I, nr? 2 – Oorspronkelijk stuk, nr. 2, cl. I);  Wij betwijfelen echter zeer sterk of het Boechout onder Meise is dan wel Boechout bij Antwerpen.
    Uit dit alles blijkt dat Boechout een afzonderlijk deel van Meise vormde.  Oude gravures uit 1606 en 1800 tonen ons hoe het kasteel eruit zag.  Er is tevens een gravure van 1690 in het Kaartboek dat ons een afbeelding geeft van het kasteel van het dorp.  Dit hof te Meise behoorde tot de voornaamste tak van de heren van Grimbergen.  Het bij het hof horende leenhof was dienstplichtig voor één man te paard en had vijf achterlenen.
    Het hof te Nieuwenhove met 28 bunder hoorde in 1474 eveneens tot het leenhof van Meise (R.A., Leenhof van Brabant nr. 11 a° 1474).
    Dit hof was steeds het centrum van Meise, waar de schepenbank was gevestigd.  Het hoorde in de 12de – 13de eeuw aan de milites de Menza, een van de voornaamste riddergeslachten van de streek.  Arnoud van Meise met zijn vrouw Gisela was een van de voornaamste vertegenwoordigers  van het geslacht rond 1220 (A.G. Cartularium)  DE de Immerzele van Lier volgden hen op rond de 14de eeuw en gaven hun naam aan het oude hof te Meise.  Binnen het hof lag een motte, later geheten ’t Waterken of Berla, een deel van het hoofdleen.  Mogen wij veronderstellen dat deze de plaats aanduidt van het oorspronkelijke hof, daar ze eveneens hoorde aan de oude tak van de heren van Grimbergen ?  Door de ligging vlak naast het dorpscentrum getuigt deze motte voor haar oorspronkelijke samenhang met het dorp, in tegenstelling met het afgezonderde Boechout.
    VII Ingevolge de verbrokkeling van het patrimonium van de Berthouts sinds de XIIde eeuw verkreeg Meise een van de zonderlingste feodale toestanden die wij in West-Brabant kennen.  Dit komt vooral tot uitdrukking in de verdeling van de schepenbank en haar rechtsgebied.  Het strafrecht werd er verdeeld voor 2/6 onder de oudste tak van de Berthouts, de Grimbergen-Nassau en voor 2/6 onder de jongste tak, de Grimbergen-Bergues.  Het 5de deel hoorde aan de plaatselijke ridders de Menza en het laatste 6de aan de heren van Boechout.  Deze verdeling dagtekent ongetwijfeld van rond 1160 – 1197, toen het huis van Grimbergen werd gesplitst;  Het deel van de ridders hoorde hen toe als vertegenwoordigers, villici, van de Berthouts en is zekerouder dan 1160 – 1197.  Het deel van de Crainhem’s werd door de hertogen opgeëist na de val van de Berthouts in 1156.

    VIII De verdeling van de cijnsen is nog zonderlinger.  In het oudste deel van het dorp, d.i. te Meise-dorp en het vroegst ontgonnen deel van Rode hieven de Nassau’s later alleen cijns.  In het jongst ontgonnen deel van Rode, nabij Nieuwenrode, werd de cijns gedeeld door de twee takken van de Berthouts.  Het was de twee herencijns.  De drie herencijns werd gedeeld met de heren van Boechout.  In de vier herencijns deelden ook de heren van het hof te Meise.  Ten slotte was er een zeven herencijns, waarin benevens de vier heren nog deelden de bezitters van het Hof ten Brande in de uiterste hoek van Meise, de Heetvelde’s en de heren van Wolvertem-Imde.
    IX Wanneer en hoe ontstond de moederparochie Meise ?
    Meise behoort tot die reeks moederparochies, die St.-Martinus als patroon hebben, zoals Asse, Aalst, Lennik, Halle en Overijse, die alle dezelfde kentrekken vertonen van omvang, van ouderdom en teruggaan tot de oude vici.
    Meise telde niet minder dan zes afhankelijkheden van verschillend type.  Voorzeker heeft hier de geografische constellatie een grote rol gespeeld.
    Ten voordele van haar ouderdom pleiten :
    1. De moederparochie zelf
    2. De uitgestrektheid (de grootste van West-Brabant)
    3. De grotere oppervlakte van de parochie dan deze van de gemeente
    4. De parochiepatroon
    Deze gegevens leiden alle naar wat wij zouden kunnen noemen, een missieparochie, die waarschijnlijk  reeds bestond op het einde van de 7de of begin 8ste eeuw
    X Het wegennet.
    Volgens het “Parochiewezen in Brabant” liepen er oude, voorname wegen door Meise.
    1. Lakenhinde : Schaarbeek (Zenne)  naaar Meise-dorp
    2. Vosstraat of Vos-Marke-Kerremansstraat KP nr.2015 van 1734 “de baene van Assche naer Mechelen (gallo-Romeins diverculum)
    3. Asse-Kobbegem over Ossel-Amelgem tot Meise-dorp
    4. Asse – Brussegem – Oppem – Hasseltbertg – Rode’s – Kapelleop den Bos
    In de publicatie zijn ook oude kaarten afgedrukt waarop het tracé terug te vinden is.  In het landschap kunnen we nu nog deze wegen volgen.
    XI De dorpskom van Meise vormt een apart geval.
    Gelet op zijn grote afmetingen menen wij er uit te mogen afleiden dat wij hier te doen hebben met een reeds ten tijde van de Franken voorname dorpsaanleg.  Het zou geen markagemeenschap zijn (zoals in Wolvertem) want de gemene beemden ontbreken, maar een geleide uitbouw.  De aanwezigheid van een sterk gezag van het nabij gelegen hof te Meise.  Dit wordt nog bevestigd door het bij de dries horende noord-oostelijk complex, dat de vorm van een volmaakt vierkant vertoont.  Nergens in Brabant vonden wij zulk complex.  Het wordt afgebakend door lijnrechte wegels die de sectiegrenzen uitmaken.  Dit vierkant wordt in twee gesneden door de Limbosweg.
    De parcellaire verdeling rondom de dries en het aanpalend vierkant vertoont een zeer regelmatige indeling.
    Dit alles wijst op een planmatige aanleg, die alleen later voorkomt bij de aanleg van nieuwe vrijheden in de 13de eeuw, zoals te Merchtem, Asse, landen enz.  In de gewone dorpen komt dit niet voor.  De wegels die het vierkant omzomen doen hier denken aan de wallen, maar deze hebben we te Meise nooit gekend, althans niet sinds de 13de eeuw en Meise is nooit een vrijheid geweest.(kaart pag. 89)
    Zou het absurd zijn een verband te leggen tussen de etymologie van Meise – mansus, mansio, huis, hof, - uit het laat latijn ende aanleg van dit vierkanten komplex ?  Wij zouden kunnen te doen hebben met een gallo-Romeins diverticulum.  Een ander belangrijk litteken is het vertrekpunt in de noordelijke hoek van al de wegen van Meise.  Rechts van de oude Brusselbaan, niet ver van het vierkant, hebben wij de zeer oude veldnaam hebben hebben, Steenberg, die wel eens gallo-Romeins materiaal naar voor kan brengen.
    Meise zou dus een voorbeeld kunnen zijn van een Romeinse kadasterindeling.  Opgravingen in deze sektor zouden dit kunnen bevestigen.
    De dorpskom van Meise zou haar verklaring kunnen vinden in deze veronderstelling.  Dan kunnen wij ze best vergelijken met Kester op de Romeinse baan Bavacum – Asse, dat eveneens verlegd werd na de gallo-Romeinse periode, waardoor aan de oude rechte weg een omleiding doorheen het huidige dorp werd gegeven.  Dit is o.i. ook het geval voor de huidige weg doorheen Meise – dorp die aan de Sint-Elooikapel weerom de oude diverticulum vervoegt.
    Meise zou een typisch voorbeeld zijn van de verschuiving en de ontwikkeling van oude dorpskommen.
    XII Bodemontwikkeling en veldenverdeling.
    In de kadasterkaarten van Meise onderscheidt men 2 goed afgebakende agrarische delen :
    1. Meise tot aan de Boechoutweg
    2. Meise boven de Boechoutweg
    Het oude Meise kan eveneens in 2 delen gescheiden worden :
    1. Meise-dorp sekties G, F en deel van E
    1.1. oude kouters :
    Wouwer (groten en kleine) tussen de Vosstraat en de Amelgemweg van mekaar gescheiden door de Mankevosweg met elk hun eigen kouterweg
    Hasselberg met aansluitend Lindekouter
    Molenkouter
    Sighengem (tussen Molenkouter en Limbos) enige ingaheimnaam onder Meise
    Boecht
    Eversem
    Limbos
    1.2. velden
    Groot en Klein Beverenveld, Winkelveld, Bouchout – en Kasteelveld, Biestveld
    1.3. weiden en broeken langs de Amelgembeek, bossen (Oude bos, Lager Bos, St.-Martensbos, Karenberg, Limbos) en heiden (Grote heide, Rodense heide en het Eysel.
    Zo zijn de drie hoofdbestanddelen van een oud Frankisch dorp uit de gallo-romeinse tijd vertegenwoordigd.
    2. Sekties E en D
    Andere indeling van de velden dan Meise-dorp : lange en smalle percelen.  Overgang Meise-dorp en de rodestreek.  Diepe inham in Wolvertem : Winkelveld en Schrieckkouter.  Voorveld en Middelveld.  Centrum : St.-Brixius-Rode.
    Dit complex dateert uit de 9de en 10de eeuw.
    Steunpunt en vertrekpunt van de Rode- en bosstreek : Borchtveld met het hof te Rode, een oude versterkte motte omgeven door water(traditioneel dubbeltype) .  Het werd waarschijnlijk gebouwd door de Grimbergen-Aa’s in de 13de eeuw met ontginning van gans het gewest.
    Oudst : Dagwanden en de Grote Pedeheide.
    Bos met 12de eeuwse Nieuwenrode als centrum : Wolvenbos, Kinderbos, Adriaenbos, Elsbos, Beukenbos, Zuurbos…
    donken en heiden : Bekedonk, Hoksdonk, Schirek, Heide, Spinaart
    Hier scheiden de moederparochie Meise en Zemst : samen gans het gewest tussen Zenne en Rupel.

    XIII Conclusie : Evolutie van het dorpsbeeld en de dorpsstructuur.
    Voortgaande op deze elementen menen wij een voor-Frankische dorpsvorming te mogen voorop zetten.  De dorpsvorm, de kouters, het wegennet en de bodemindeling te Meise-dorp wijzen in die richting.  Dit deel is van ouds een belangrijke nederzetting.
    Sinds de Frankische landname bleef de bijzonderste kern rond de dorpskom gevestigd.  Het hof te Meise is er de kern van.  Daarrond lagen als oude kernen : Amelgem, Oppem, Sigengem en Eversem.
    De eerste uitbreiding geschiedde langs de Hasseltberg.  De mansionarii verdeelden onder elkaar de culturae, gebruikten in de gemeente de weiden en beemden langs de Molenbeek en de heiden en bossen tot aan de Boechtweg.  Geleidelijk bewerkten ze het braakliggend land en omvormden het tot velden, in de 9de en 10de eeuw.  In de 12de en 13de eeuw begon een nieuwe periode van ontginning.  Eerst veel later werden de donken en bossen ten Noorden van Nieuwenrode ontgonnen.  De vele beekjes getuigen van de grote afwateringswerken, die dienden ondernomen te worden.
    XIV Meise is een vicus-kerk, niettegenstaande in de nabijheid van de kerk van het Grimbergse parochiëncomplex .rk een oud dorpskasteel is gelegen.
    De moederparochie Sint – Martinus die een enorm complex was : vijftal dochterkerken ( Grimbergen, Strombeek, Beigem, Humbeek, Nieuwenrode).
    De dorpsdries doet door zijn vorm en afmetingen denken aan een vicuskerk.
    De Sint-Elooikapel op de Hasselberg ligt op de grens van 3 gemeenten en nabij het knooppunt van wegen van de hele streek. Dergelijke kapellen zijn de oudste bidplaatsen van de streek en doen denken aan de doortocht van missionarissen.  Zij werden nooit verheven tot parochiekerk door hun verre ligging van de dorpskom.  De eerste kerstening van Meise zou aan de St.-Elooikapel toegeschreven kunnen worden.
    XV De geschiedenis van de parochie Meise voor de 11de eeuw is onbegonnen werk.  Alle gegevens ontbreken voor de 12de eeuw.  Van vicuskerk werd ze ongetwijfeld een eigenkerk in handen van de plaatselijke heren van het hof te Meise, de “milites de Mensce” die op hun beurt leenheren geworden zijn van de heren van Grimbergen in de 11de eeuw.

    De eerste kerk was voorzeker een houten gebouw, in de 10de – 11de eeuw vervangen door een stenen.
    De oudste vermelding van Meise is van rond 1110, in de veel besproken brief van bisschop Odo van Kamerijk, die Meise het hoofd van Strombeek en Grimbergen noemt.  Tot 1132 bleef Meise de moederparochie.  Oppem en St.-Brixius-Rode bleven steeds onder Meise.
    Van het begin van de 13de eeuw stond heel de parochie Meise onder het patronaat van de abdij van Grimbergen.  Dit was het gevolg van de rivaliteit tussen de hertogen en de Berthouts die dankbaar gebruik maakten van de invloed van de abdij.  Meise verloor zo zijn bevoorrechte plaats van moederparochie van het Land van Grimbergen.  Voortaan zou zij slechts een onderdeel zijn
    XVI De oudst met naam bekende bedienaar
    van Meise is “Magister Henricus, presbyter de Menz”
    (1211-1220).  De tweede is “Esselinus presbyter de Minza” (1224).
    Zij behoorden ongetwijfeld tot de seculiere geestelijkheid, omdat pas in 1249 de abdij van Grimbergen de toelating kreeg een van haar kanunniken als pastoor te Meise en te Wemmel aan te stellen.  De bisschop bleef hierbij meester en de abt moest zijn kanunnik – pastoor telkens terug roepen als hij een seculier kandidaat wilde aanstellen.
    Voor het geestelijke bleef hij afhankelijk van de bisschop, maar voor het beheer van de parochiegoederen moest hij verantwoording afleggen bij de abt.
    Gedurende de periode 1260 – 1290 ontstonden tal van onafhankelijke parochieën.
    Frater Matheus was in 1262 “frater Gerardus, plebanus de Menza”.  Deze titel “plebanus” wijst erop dat Meise als parochie een voorname rang innam en steeds door voorname priesters werd bediend in de XIIIde eeuw.
    De verdere lijst van de pastoors van de St.-Martinusparochie vinden jullie in “Meise, onder de toren van St.-Martinus”, mijn streekboek van 2001 op pag.39.  Op 1.9.2006 werd Jan Lagae pastoor van Meise.  Hij is federatiepastoor.
    XVII Patrimonium
    In het parochiaal archief staat een lijst van de stukken die tot het oude curegoed behoorden.  Over wat is overgebleven van het oude dotatiegoed vinden wij slechts littekens terug in de toponomie van het dorp.
    Te Meise worden wij echter uitzonderlijk goed ingelicht over de Kerk- en Geestesgoederen door een metingboek van 1776, waarin naast de beschrijving van de goederen ook niet minder dan 20 kaartbladen de juiste ligging aangeven.  Merkwaardig is hierin de kerk en haar omgeving, de St.-Elooikapel en de omgeving van de kerk van St.-Brixius-Rode.
    Alles te samen had de Kerkfabriek en H.Geest van Meise – Rode het beheer over 104 bunder, 1 dagwand en 5 roeden.  Dit is uitzonderlijk groot en wijst op de enorme uitgestrektheid en de belangrijkheid van de moederparochie Meise.
    Het tiendendomein is de trouwste weerspiegeling van de feodale toestanden te Meise in de 12de – 13de eeuw.  Wij hebben de heren van Kraainem op de burcht te Boechout en de plaatselijke milites de Menza.  Twee abdijen zullen mekaar concurreren om in de gunst te staan van al deze heren : de abdij van Grimbergen en Ninove.
    XVIII Het patrimonium
    Het Curegoed De lijst van stukken uit het parochieel archief vermeldt er 8.

    Het Kerk- en H. Geestgoed.  Van het oude dotatiegoed resten slechts littekens in de toponomie van het dorp.  Het Kerckeveldt, het St.-Maartensbosch de Cruyswinckel onder Oppem.
    In Meise zijn we goed ingelicht door een metingboek van 1776 waarin naast de beschrijving van de goederen ook niet minder dan 20kaartbladen de juiste ligging aangeven.
    Het Tiendendomein is de trouwste weerspiegeling van de feodale toestanden te Meise in de 12de – 13de eeuw.  De oorkonden daaromtrent zijn de bijzonderste getuigenissen omtrent de feodale indeling van Meise.  De oude tak van Grimbergen, de tak verwant met de heren van Aalst en Ninove en de kasteleinen van Vlaanderen te Bourbourg, de pas aangekomen heren van Kraainem op de burcht te Boechout en de plaatselijke milites de Menza.
    Twee abdijen zullen er met mekaar concurreren : Grimbergen en Ninove.
    Door verwantschap met de Berthouts hebben heel wat aan onze streek vreemde heren bezit verworven.  De schakel komt langs de graven van Aalst en de heren van Ninove.
    De abdij van Ninove bekwam haar deel tiende te Meise, dat minstens op de helft van de ganse tiende mag geschat worden, van de tak Grimbergen, Aalst en Ninove.  De abdij van Grimbergen verwierf het andere deel van de rechtstreekse tak van Grimbergen zelf.
    XIX De abdij van Ninove kreeg het aan de stok met ”de Crainhems” in het kasteel van Boechout.  Maar ook met de plaatselijke heren boterde het niet.  Vooral de milites de Ophem, leenmannen van de Boubourg’s krachtens het feodaal recht, waren niet gewillig om aan hun tienden te verzaken.  Willem van Oppem werd voor 1170 door dit geschil in de ban van de kerk geslagen.  Dit is ons bekend door de oorkonde van 1176 waarin abt Egbertus van Grimbergen bemiddelt tussen de zonen van Willem van Oppem en de abdij van Ninove.
    Hoe ingewikkeld de zaken ook schijnen, wanneer het over feodale toestanden gaat en de oorzaak van de betwistingen niet altijd wordt vernoemd, blijkt dat, door het naast mekaar leggen van de oorkonden uit een ganse periode, er soms toch klaarheid komt.  Hiervoor getuigt vn. de brief van 1204.  Dit zal ook het geval zijn voor het tiende van de Crainhem’s.  De abdij van Ninove was in die tijd in Meise nog tiendencollecteur.  Het oud geslacht van de Bourbourg werd toen uitgesloten voor de inmenging in parochiale goederen.  Enkel de Crainhem’s en de plaatselijke heren bleven over.
    In 1211 verzaakte Willem van Ophem aan elke betwisting.  Na de Crainhem’s is het de beurt aan de ridders van Meise om afstand te doen van hun tiendenbezit in 1223.
    XX De algemene toestand van de parochie Meise in de XIIde en XIIIde eeuw.
    In de oudste pouillé’s van Kamerijk komt Meise voor als een van de rijkst bedeelde parochiën van de dekenij Brussel.
    Meise mag aldus doorgaan als één van de tien voornaamste parochiën van gans de oude dekenij Brussel, tussen Dender, Schelde, Rupel en Dijle.
    Meise telde er in de 12de en 13de eeuw meerdere priesters met aan het hoofd de pastoor.  Meermaals wordt in de oorkonden gesproken van de sacerdotes de Menze (J.J. De Smet, o.c., p. 827).  Wij hadden een pastoor te Meise met een coadjutor voor Rode, één voor Oppem, één voor Hasselt en één voor de zielenkapelanij.  Reken daarbij de prior in het nonnenklooster van Nieuwenrode.  Dit maakt 6 priesters.
    Wij vermoeden dat er een 7de priester te Meise verbleef, in de kapel van het kasteel van Boechout, maar deze had nog het statuut van de “eigenpriesters”, rechtstreeks verbonden aan de kasteelheer.
    Wij menen derhalve te mogen besluiten dat de parochie Meise met haar zeven priesters een van de belangrijkste van de oude dekenij Brussel was in de XIIIde eeuw.
    XXI De kerk
    Van de oude Romaanse kerk is er niets overgebleven.  Het huidige gebouw dagtekent gedeeltelijk uit de XVIde en XVIIde eeuw.
    Merkwaardig waren tot in 1963 de muurschilderingen, enig in het genre in onze Brabantse kerken.  Tot grote ergernis van velen werden ze met een grijze verflaag overschilderd.
    Ze werden later gerestaureerd en uit het verslag van de restaurateur blijkt dat het een gelukkig toeval was dat ze overschilderd werden.  Anders waren ze misschien definitief verloren gegaan.  Het was ten andere niet de eerste keer dat ze overschilderd werden.
    We begrijpen echter niet dat de paalschildering van de H. Petrus (ronde paal vooraan het koor rechts) niet gerestaureerd werd.  Deze is waardevoller.  Bovendien zou de moderne muurschildering in het Chiroheem dringend moeten beschermd en hersteld worden.  Zij is van constructivist Jan Beekman.
    Bij de opgravingen tijdens de restauratiewerken aan de kerk werden twee oude munten gevonden.  
    XXII Hasselt
    De abdij van Grimbergen richtte in 1652 de oude St.-Elooikapel op. De oorsprong van de St.-Elooiviering gaat terug tot de oudste tijden en houdt verband met de oude paardenommegangen, waarvan Meise een centrum is.
    De oudste vermelding van Hasselt is 1197 toen Daniël de Lyes een mansus qui dicitur Vacuus Mansus, aan de abdij van Grimbergen overmaakte met toestemming van de leenheer, Gerardus, ecclesie Grimbergensis advocatus.
    De capella de Hasselt werd voor het eerst vernoemd in 1222, wanneer Arnoldus, prebyter de Hasselt et Arnoldus filius ejusdem optreden als getuigen in een giftbrief van kastelein Adam van Grimbergen.
    In de overeenkomst omtrent de verdeling van de novale tienden te Meise tussen de abdijen van Grimbergen en Ninove, wordt Hasselt onder de appendicia de Menz vernoemd op gelijke voet van Oppem en Rode.  Later,  in 12 over 56, wordt er tussen de abdijen van Grimbergen en Jette een bijzondere regeling getroffen omtrent de bediening van de capella de Hasselt.  Een Willelmus de Hasselt cum filliis suis is leenman van Walterus de Wamblinis in1218.
    Dit zijn de oudste gegevens Hasselt.
    XXIII Hasselt bekleedde een afzonderlijke plaats in de rij van de afhankelijkheden van Meise.
    Twee oorkonden verklaren dit : een uit 1197 en een uit 1255.
    De eerste gaat over de mansus, Vacuus mansus, apud Hasselt.
    In de cijnsboeken van de 13de en begin 14de eeuw wordt deze mansus hoeve genoemd.  Die bestond oorspronkelijk uit een of meerdere mansi, elk 12 bunder groot.  Dat wijst erop dat rond de Hasseltkapel een deel van een ’s herendomein lag, dat reeds vroeger aan de mansionarii werd uitgegeven.  De Asselenberg behoort tot de oudste koutercomplexen van Meise en het is deze Asselenberg, gelegen onder Meise (Hasselt)  en Oppem, die de band is geweest tussen de moederparochie en de afhankelijkheid Oppem.  Zij is de oude schakel tussen Meise en Oppem, maar ook tussen Meise en St.-Brixius – Rode.  Volgens de legger van het kaartboek van 1776 bevestigt dit de eenheid Meise – Rode en dat de aanrakingspunten vooral situeerde rond de kapel van Hasselt.
    Ook de aanspraken van de heren van Grimbergen en deze van Wolvertem, Oliverius de Sottenghem, in de onderhandelingen over hun respektievelijke rechten op Hasselt, wijzen op de uitzonderlijke situatie.
    Het is onbetwistbaar dat Hasselt onder de parochie Meise is gelegen, maar hoe zou het komen dat aan drie zijden van de vier de Hasselenberg gedeeld wordt met andere parochiën.  Dat vinden we ook in de overeenkomst tussen de abdijen van Grimbergen en Jette in 1256. 
    De kapel beschikte over een eigen bedienaar in de 12de en 13de eeuw.  Arnoldus, presbyter de Hasselt werd in 1197 vermeld en in de regeling van 1156.  De Hasselenberg behoorde tot de vruchtbaarste grond van de streek, want er bevond zich hier enkel akkerland en geen eussels, driesen en heiden.  Er vestigde zich alleszins een bevolkingskern van mansionarii en censuarii, wat blijkt uit de parcellaire indeling in kleine blokken van 1 à 2 dagwand.
    Ook de geslachtsnaam “de Hasselt”, reeds gekend in 1218, getuigt hier voor de bezitter van een hof in de omgeving van de kapel.
    ???Eénmaal treft men de vermelding “appendicium de Hasselt in 1223 aan, bij gelegenheid van de verdeling van de novale tienden onder de abdijen van Grimbergen en Ninove.  Hasselt wordt er gelijk gesteld met Oppem en Rode, maar wordt als laatste vermeld.  Dat duidt wel op een eigen teindegebied.
    Of de kapel een eigen doopvont heeft gehad weten wij niet.  In de 16de eeuw trefeen wij teksten aan die spreken van “het fruyt opt kerckhof”.  Hasselt zou dus een eigen kerhof bezeten hebben in vroeger jaren.  Dit litteken bepaalt dan ook nader de rechtstoestand van de oude kapel.  Opgravingen zouden dit punt nader kunnen verklaren.
    XXIV Oorsprong Hasselt.
    Deze valt onder Meise.  Het is het kruispunt van de voornaamste wegen van de streek, juist voor de kapel en ze ligt op de grens van vier parochiën of afhankelijkheden.  Ze ligt in het midden van een typische dries, gevormd door vn. wegen.  De kapel ligt als het ware op een eilandje : grondgebied van niemand en van allen.  Dit symbool van de streek trekt jaarlijks nog de paarden en tractoren aan met hun begeleiders voor de St.-Elooi - ommegang rond 1 december.
    Er leefden nonnen rond de kapel toen zij door het teniet gaan van hun klooster in Nieuwenrode in 1270.  Margaretha en Ida worden vernoemd in 1230.
    Het Patrimonium van Hasselt.
    Er was geen eigen omschrijving met een eigen tiendengebied.  De kapel beschikte wel over een eigen dotatiegebied.  Het register van inkomsten vemeldt : “ Dit is dat Anthonis van Hemelrijck, toesinder ende administrateur der kercken van Hasselt heeft ontvanghen.”  Hij was beheerder.
    De inkomsten kwamen uit offer, goederen en cijnsen.  Twee maal ’s jaars was er een begankenis.  De eerste op St.-Elooisdag en de tweede op de eerste en tweede Paasdag.
    Ook op de eerste kruisdag werd Hasselt bezocht.  Dit is een ouder litteken van de banden met Meise.
    Men spreekt ook van ontvangsten van het fruit op het kerkhof.  Dit bestond al lang niet meer, maar bleef in de herinnering voort leven.
    De “ kercke van Roye was jaarlijks een aantal veertelen” verschuldigd aan Hasselt.
    Hasselt had in 1590 nog een half bun der grond op de Lindenkouter in Wolvertem.  De inkomsten ervan dienden voor het onderhoud van het gebouw en de bediening

    28-10-2022 om 07:42 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.206 St.-Annakapel

    206 St.-Annakapel

    (183-): 3 nissen
    Tekst op de postkaart (met foto van de rechter zijde van de kapel) op de ommezijde
    Op de St.-Annakapel  is het jaartal 1757 vermeld.  Ze werd nochtans vroeger opgericht.  Harrewijn, die een ets graveerde van het domein van Boechout, plaatste reeds de kapel in zijn panorama rond 1690, ten tijde van Sire Pieter Ferdinand Roose.  Het groot werk van baron J. Le Roy “Castella et Praetoria” geeft een afdruk van deze ets.
    ’s Avonds, bij zilveren maneschijn, wanneer de nachtvogels alleen de stilte breken en enkele kaarsen het  beeld van Sint – Anna, patrones der moeders, verlichten, dan heerst er rond het kapelletje een geheimzinnige stemming… En als de parochieprocessie, in bonte wemelende stoet, St.-Anna’s heiligdom nadert en er rond neerknielt, dan zou het talent van Alfred Delaunois of de pen van een Gezelle alleen de vrome poëzie kunnen schetsen, die uitstraalt van dit kapelletje, in zijn dichte lovermantel, aan de zoom van Boechouts park.
    Edwin Ganz
    Tekst onder een afbeelding (voorzicht) in “Meise in oude prentkaarten” van R. van den haute Eur.bibl. Zaltbommel/Nederland MCMLXXIII
    35.  Een laatste plaats die een bezoek verdiende was de Heilige Annakapel opgericht in 1757.  Zij verving een ouder gebouwtje uit de tijd van aartshertogin Isabelle die veel belang stelde in de toewijding aan de moeder van de heilige maagd (1908)
    Boven de deur is een kleine nis en binnen een grote.
    Aan de achterkant van de kapel staat onder de nis een derde datum : 1835.
    We hebben reeds een beeld van St.-Anna ten drieën (betaald door Stef De Ridder en Valérie De Knop).  Het tweede beeld voor de achterkant is een anonieme gift.  Het traject van de historische wandeling van de Plantentuin, kan zo toch nog langs binnen in het park aan de kapel voorbij komen.  Voor het grote beeld zoeken wij een sponsor.  De Rotary Boechout Meise wil dat in overweging nemen.  Maar de offerte blijft uit, aangezien ze een foto wensen van het beeld om een mal te maken voor het afgieten.  Dat kan uiteraard niet omdat het nog moet gemaakt worden.

    I ( 258) Restauratie Sint-Annakapel nadert haar voltooiing

    De restauratie van de St.-Annakapel aan de Nieuwelaan (buitenkant park) nadert haar voltooiing. De beelden zijn ter beschikking en de replica eikenhouten friezen zijn in de maak.
    Op zondag 24 juli, twee dagen voor de feestdag van de H.Anna, worden de beelden gewijd in de noodkerk van St.-Martinus, tijdens de mis van 10.30u. Daarna nodigen wij de aanwezigen uit om processiegewijs de beelden naar de kapel te brengen, langs het historische traject door de Plantentuin.

     

    Enkele jaren geleden begon ik met een beschrijving van de zichtbare momumenten in Meise. Tijdens een wandeling stootte ik op de Sint-Annakapel, die in deerlijke staat was. De gemeente was snel bereid om enkele werken uit te voeren, dit in samenspraak met de Plantentuin want de kapel staat eigenlijk op hun terrein.

    Bij mijn zoektocht naar de oorsprong en de betekenis van de kapel vond ik heel wat interessants.

     

    Anna, de moeder van Maria, wordt nergens in het Nieuw Testament vernoemd. De verhalen over haar zijn ontleend aan apocriefe boeken (bijbelboeken die niet als gezaghebbend worden erkend). In het Proto-Evangelie van Jacobus uit de 2de eeuw staat de oudste vermelding. Een 5de-eeuwse bewerking van dit boek - het Evangelie van de Pseudo Mattheüs - bracht de verering op gang.

    Anna-Ten-Drieën (of Annatritis) toont de heilige Anna met de jeugdige Maria op de arm, die op haar beurt weer het kindje Jezus draagt.

    De heilige Anna wordt aanbeden om een geschikte echtgenoot te vinden of voor een goed huwelijk. Vandaar de uitspraak: Naar Sint-Anneke gaat men om een manneke. Vele beroepen, vooral in Vlaanderen, kozen haar als patrones: schippers, mijnwerkers, houtdraaiers, kleermakers,...

    Vroeger werden op veel plaatsen processies georganiseerd op de feestdag van de H.Anna. In Meise kwam die processie tot 1927 langs het kasteel van Boechout, waar keizerin Charlotte vanop het balkon mee deed.  Onder het balkon in de Oostertoren van het kasteel werd een altaar opgericht, waar de monstrans even kon rusten.

    Er schoten her en der broederschappen van de H.Anna uit de grond. In Meise heette de toenmalige Boerinnenbond (nu KVLV) van 1956 tot 1962  'de St.-Annabond'.

     

    II (259) Sint-Annakapel in Meise

     

    Op de kapel is het jaartal 1757 vermeld. Ze werd nochtans vroeger opgericht, of er had al een eerdere kapel gestaan:

    * De kapel wordt reeds vermeld in 1690, op een postkaart die uitgegeven werd door A.Van Praet Meysse, met bijhorende tekst van Edwin Ganz (bewoner van de Oranjerie):

    «’s Avonds, bij zilveren maneschijn, wanneer de nachtvogels alleen de stilte breken en enkele kaarsen het  beeld van Sint-Anna, patrones der moeders, verlichten, dan heerst er rond het kapelletje een geheimzinnige stemming… En als de parochieprocessie, in bonte wemelende stoet St.-Anna’s heiligdom nadert en errond neerknielt, dan zou het talent van Alfred Delaunois of de pen van een Gezelle alleen de vrome poëzie kunnen schetsen, die uitstraalt van dit kapelletje, in zijn dichte lovermantel, aan de zoom van Boechouts park.»

    In die periode was Pierre Ferdinand Roose eigenaar van het domein en dus ook van de kapel.

    * Ook rond 1690, ten tijde van Sire Pieter Ferdinand Roose, graveerde Harrewijn een ets van het domein van Boechout. Hij plaatste de kapel in zijn panorama. Het groot werk van baron J. Le Roy “Castella et Praetoria” geeft een afdruk van deze ets.
    * In 'Meise in oude prentkaarten' van Jaak Verbaanderd staat de kapel ook afgebeeld met de tekst: «Een laatste plaats die een bezoek verdiende was de H.Annakapel opgericht in 1757.  Zij verving een oud gebouwtje uit de tijd van Aartshertogin Isabella die veel belang stelde in de toewijding aan de moeder van de Heilige Maagd.»

     

    III (260) De beelden

     

    Het oorspronkelijke houten beeld van St.-Anna-Ten-Drieën verdween hoogst waarschijnlijk toen de Fransen in Meise kwamen (2de helft 17de eeuw).

     

    Er zijn drie nissen in de kapel en er moeten dus drie beelden komen.

    - Voor de nis in de achterzijde werd een recenter stenen beeld van de heilige Anna-Ten-Drieën gekocht in Beauraing.

    - Voor de nis in de voorgevel kregen we een houten beeld van de Heilige Anna met Maria, van een schenker die anoniem wenst te blijven, die het aankocht in Oostenrijk.

    - In de grote nis binnen in de kapel komt een replica van het waarschijnlijk oorspronkelijke beeld. Het werd gefreesd en gesculpteerd uit een oude eiken balk van dezelfde periode, door Marcel Cloots uit Westrode.

     

    Algemene info

     

    De beelden zullen voor de feestdag van de heilige Anna  op 24 juli tijdelijk geplaatst worden, onder toezicht. Omdat deze beelden waardevol zijn en dus niet constant aanwezig kunnen blijven, zullen wij voor schaduwbeelden zorgen  (met foto overplakt en geplastificeerd).

    Wie wil toetreden tot de e-mailgroep St.-Annakapel of informatie kan verschaffen, kan zich opgeven (jef.de.cuyper@pandora.be) en wordt dan verder rechtstreeks op de hoogte gehouden.                                    Jef De Cuyper, vrijwilliger en gids in de Plantentuin Meise

    28-10-2022 om 07:40 geschreven door Jef L. DC


    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 18/05-24/05 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 28/08-03/09 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 03/10-09/10 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 01/12-07/12 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Foto


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs