...Buiten is er alleen maar kouwelijke mist en ook vandaag wordt weer iemand naar zijn laatste rustplaats gedragen. Terwijl omstaanders hun tranen dempen luister ik naar het Larghetto uit de Negende symfonie Antonin Dvorak. Fragment uit 'De Nieuwe Wereld'. De Tsjechische componist schreef het werk toe hij conservatoriumdirecteur was in New York. De première vond plaats op 18 december in Carnegie Hall en werd uitgevoerd door het New York Filharmonisch Orkest.
Misschien wordt de betreurde overledene, vrouw van Ronny, wel wakker in een heerlijke nieuwe wereld, zonder pijn.
Dvorak tekende ook voor de prachtige aria 'Song to the Moon' uit de opera Russalka.
Het drukt het verlangen uit om op bezoek te kunnen gaan naar de Overkant, zonder daarvoor zelf te moeten sterven.
Vandaag begint mijn muzikale lijn bij een concert voor hobo van Tomaso Giovanni Albinoni; Venetiaans barokcomponist, violist en zanger die leefde tussen 1671 en 1750. Hij was een tijdgenoot van Antonio Vivaldi en in zijn hoboconcerto's hoor je dat maar al te goed.
Om den brode hoefde hij geen muziek te componeren want hij was van rijke afkomst en hij werkte vooral in opdracht van adellijke families.
Uiteraard kennen de meesten onder ons Albinoni van zijn gelijknamig Adagio al is hij zelf niet verantwoordelijk voor deze compositie. Het was ene Remo Giazotto die het werk schreef en enkel de baslijn van de Italiaanse componist bewerkte. Ere aan wie ere toekomt.
Blijkt dat ook Liesbeth List gebruik maakte van het Adagio voor haar lied 'Kinderen van de Zee', maar dat vind ik persoonlijk niet zo geweldig in tegenstelling tot haar Pastorale die ze samen met Ramses Shaffy voor de eeuwigheid heeft ingezongen. Het nummer, één van de absolute hoogtepunten uit het Nederlandstalig repertoire werd geschreven door Lennert Nijgh, op muziek van Boudewijn De Groot.
Misschien heeft het Adagio van Albinoni net iets te vaak geklonken op begrafenissen en andere trieste evenementen, maar zo nu en dan, tijdens de donkere dagen voor Kerstmis, mag het wat mij betreft nog eens weerklinken.
VIJF... De deur van wat ooit mijn bureel werd genoemd en dat ik nu gemakshalve de sportkamer noem vliegt open met een ruk. In de deuropening staat mijn vrouw die haar hand opsteekt, vijf vingers opengesperd. 'Binnen vijf minuten gaan we aan tafel!', zegt ze niet zonder enige nadruk op het cijfer te leggen. Vijf minuten. Dat haal ik wel, denk ik. Eigenlijk ben ik opgelucht omdat ik door haar dwingend bevel mijn fietssessie op de vaste rol vroeger dan voorzien moet beëindigen. Na de slijkerige rit van zondag heb ik het laatste modderprut eindelijk uit mijn ogen gewreven. Zo'n zestig minuten voordien had ik mijn stalen ros bestegen omdat ik geen enkele dag wil laten voorbijgaan zonder mij te onderwerpen aan enige fysieke gewaarwording en omdat het buiten zo grijs is dat je zelfs de mussen niet kunt onderscheiden was de gedwongen keuze snel gemaakt. Aan de rol met Rimsky Korsakov en Sheherazade. Een sprookje zonder einde na een matinee met Julia Roberts waarmee we samen de verzopen middag lieten verglijden. Mona Lisa Smile. Maar is ze gelukkig? De kerstverlichting in de hoofdstraat doet haar uiterste best om aan deze dag toch nog enige glans te geven. Tevergeefs. Vandaag valt er nauwelijks natuurlijk licht waar te nemen. De duisternis treedt nog vroeger in dan gewoonlijk. Mensen blijven binnen of zoeken de bedwelming van het koopcentrum. Gezellig toch?! Vijf minuten later zit ik voor een dampende schotel pasta met saus. Rood is de kleur van de Spaanse wijn die ik mezelf inschenk. De temperatuur stijgt. Onze jongste doet haar beklag over 'het systeem' maar ik vind de juiste woorden niet om haar van antwoord te dienen. Er zijn zo van die onbeholpen dagen. 'Op een schaal van gelukkig zijn haal ik op dit moment maar een schamele zeven op tien', zegt ze. 'Ben mijn kat kwijt en ik heb nog altijd geen rijbewijs'! 'Hoe jong was de dochter van je vriendin Viviane, toen ze stierf?, vraag ik aan mijn vrouw met voorbedachte rade. Vijftien. Anouchka draait haar vork enkele keren rond in haar pasta en beseft dan dat voor haar het beste nog moet komen. dc
Goran Bregovic (°Sarajevo 1950) is een muzikant en componist uit Bosnië. Hij is de zoon van een Kroatische vader en een Servische moeder. Tijdens de oorlog in het voormalige Joegoslavië ontvluchtte hij zijn land. Hij schreef onder meer de muziek voor de Franse film 'La Reine Margot' uit 1994. Het scenario is gebaseerd op de gelijknamige roman van Alexandre Dumas.
Bregovic schreef ook de muziek voor de prent 'Underground', een Servische film uit 1995. Het verhaal gaat over de invasie van Joegoslavië tijdens de tweede wereldoorlog en over de periode na de oorlog.
Bleef even hangen bij Bach en een kop koude chocolade. Eerst genoot ik van een mooie herfstfoto van fotograaf Dino Remondino en vond dat daar een klassiek werkstukje bij hoorde. Ik koos voor één van de zes suites voor cello die de meester schreef in de periode 1717-1723. Het zijn zes verwante en gelijkaardig gestructureerde instrumentale muziekstukken, maar dit geheel terzijde. Het waren trouwens vruchtbare jaren voor Bach want ook zijn Brandenburgse concerto's dateren uit die tijd. In het eerste concerto zijn het vooral de koper- en houtblazers die uitbundig aan bod komen.
De suite werd al menig maal gebruikt in de soundtrack van enkele films, onder meer voor 'The Pianist', zo blijkt.
Bach verleende ook postuum zijn medewerking aan 'The Godfather' (Jesu, Joy of Man's Desiring) en aan 'Mr. Holland's Opus' (Minuet in G)
In deze film uit 1995 probeert een leraar wanhopig zijn leerlingen enige liefde voor klassieke muziek bij te brengen. Hij gebruikt daarbij een pop-deuntje uit de jaren zestig, met name 'Lovers Concerto', van 'The Toys' met een knipoog naar Johann Sebastian Bach.
Ziezo. Buiten klettert de regen tegen de ramen. Leeg kopje moet meteen in de afwasmachine, zegt mijn vrouw.