O ja, onze 'probeersels' gebeden werden aanhoord, het weer zag er zeker niet slecht uit. Af en toe wat wolken, maar vooral veel zon en geen regen. Gisteren avond heb ik nog een beetje op de kaart, van de buurt hier gekeken. En we besloten dan om naar een landtong te wandelen. Die landtong begon in de haven hier, wat helemaal niet ver was van de camping. Eerst moesten we een stuk over het strand wandelen, wat ons al direct bij een eerste hindernis bracht. We moesten namelijk een riviertje over, op het strand. Het viel al ons op, dat iedereen een hele omweg deed, via een brug. Daar wouden we natuurlijk niet aan mee doen, en stoer zoals we zijn rolden we direct onze broek op en deden we ons schoenen uit. Het was best wel spannend, met een gsm in je broekzak. Maar we haalden de overkant, al was het soms heel nipt om je recht en droog te houden . Zo kwamen we dan in de haven, waar we via een pad langs de rotsen naar die landtong konden stappen. Langs dit pad moesten uitkijken voor dolfijnen, het zou een plaats zijn waar er veel zitten. We proberen veel geduld uit te oefenen, maar zijn er niet in geslaagd ze te spotten. Zo werd het tijd, voor terug een stukje natuur. Niet dat er bomen stonden op die landtong. Maar wel veel gras, en laat gras in combinatie met de zee nu net één van m'n favoriete combinaties zijn. We wouden naar het uiteinde van de landtong geraken, waarover we eerst langs een serieuze helling moesten. Niet dat die klim zo hoog was, ze was vooral steil, heel steil. Problemen gaf dit zeker niet, het viel ons gewoon op ;-). Op het uiteinde van die landtong hadden we ook een mooi uitzicht over de zee, waar we toch steeds bleven uitkijken naar dolfijnen. Ook zette de zon ons aan om daar toch wat blijven plakken. Toch had Coff's Harbour nog wat te bieden, wat we wouden bezoeken, dus werd het toch tijd om terug te keren. Onderweg kwamen we dan ook nog zo een gezellige souvenir winkel tegen, waar vooral Shanna bleef plakken . Wanneer we er toch weg geraakte, reden we de heuvels in, waar je een mooi uitkijkpunt had over de stad. Dit uitkijkpunt was zeker spectaculair, want het was een houten platform, gebouwd boven een grote afgrond. Niet voor mensen met hoogtevrees, tenzij je het mooie uitzicht daar zeker niet wil missen natuurlijk. Zo werd het al in de late middag, en tijd om door te rijden naar onze laatste stop hier in Coff's Harbour, de Banana. De Banana is een soort binnenpretpark, waar je van alles kan doen. Als uitschieter wouden we zelf snoep maken, wat daar mogelijk was. Wat we vergeten waren, was dat alles hier sluit om vijf uur. Dus waren we eigenlijk net te laat, best frustrerend, alles dicht om vijf uur. Ook in het centrum was er niet veel meer te beleven na vijf uur. Alles sluit daar ook, wat een dode sfeer brengt in de stad. Dat is toch even wennen, wanneer je van België bent. Zo werden we een beetje verplicht, terug onze tent in te kruipen, en ons 'nuttig' bezig te houden...
Het was er duidelijk aan te zien dat we op het einde van onze trip waren. Enerzijds was het weer goed aan het veranderen, wat niet zo positief uitkwam voor ons. We reden namelijk terug meer naar het zuiden, en daar wordt het - in tegenstelling zoals in België - winter. Dus wat meer regen, en koudere temperaturen was hetgeen we momenteel ondervonden. Ook deden we geen al te grote afstanden meer met de auto, zodat we vandaag goed waren voor een rit van ongeveer 150 kilometer. Coff's Harbour, is zoals de naam doet vermoeden, een klein stadje met haven. Buiten de gezelligheid van het stadje, kan je er ook terecht voor met dolfijnen te zwemmen. Dolfijnen? Jah, dan staat dit natuurlijk hoog aangeschreven bij Shanna. Na het shoppen in Yamba, vertrokken we dan in de gietende regen naar ons volgend avontuur. Daar bezochten we, zoals gewoonlijk de toeristische dienst voor toch nog wat meer info. Daar werden we toch een beetje ontgoocheld. Het zwemmen tussen de dolfijnen, was toch de hoofdreden waarom we naar hier kwamen. Nu kwam het uit, dat dit niet met dolfijnen in het wild was, maar in een aquarium. Dat is natuurlijk iets dat je ook in België kan, dus gaf dit toch een kleine 'domper'. Goed, we wouden het hoofd niet laten hangen, en besloten daar dan wat meer te genieten van de gezelligheid hier. Eerst een camping zoeken natuurlijk, wat zeker geen probleem gaf. Er waren er hier verschillende, wat ons de mogelijkheid gaf om eens goed te vergelijken ;-). Natuurlijk moest het ook stoppen met regenen, voordat we onze tent konden opzetten. Gelukkig waren de weergoden ons toch eindelijk eens goed gezind, waarna we onze tent in relatief goede omstandigheden konden opzetten. Zo werd het toch al wat laat om nog iets te gaan doen, vijf uur donker, weet je nog? Zo vulden we onze avond, gelijk we hier al regelmatig gedaan hebben, kaarten, lezen... Hopelijk morgen wat beter weer!!
Ook vandaag kregen we nog niet genoeg
van Byron Bay, we hadden namelijk nog een pittige wandeling in petto.
Byron Bay, heeft net zoals vele kuststeden een vuurtoren. Het
speciale, aan deze vuurtoren hier is, dat hij op het meest Oostelijke
punt ligt van het Australische vasteland. Die toren was bereikbaar,
via een twee uur durende wandeling, die we ook deden. Ook op die
wandeling kon je dolfijnen en walvissen spotten, maar die hebben we
jammer genoeg niet gezien. Na de wandeling, lieten Shanna en ik ons
eens volledig gaan. We kochten ons alle twee een horloge, terug een
souvenir, voor onszelf. Ook was er nog een markt, hier in de buurt
die we meepikten. Maar dan was er het weer dat wat roet in het eten
gooide. Het begon goed te regenen, dus tijd om terug verder te
rijden, richting zuiden. Zo reden we via Evans Head naar Jamba. We wouden
zeker eens stoppen in Evans Head , omdat je daar in een gevechtsvliegtuig kan
zitten, wat toch een leuke foto zou zijn. Goed, het was ons een
beetje te duur, zeker na onze horloge, dus we reden in de regen
verder naar Jamba. Daar konden we s' avonds eigenlijk niet zo veel doen
door het slechte weer. Zo dronken we hier wat warme soep, en kropen
dan maar vroeg in bed.
Ook vandaag bleven we in de hippie
sfeer, dit zelfs voor een hele dag, als dit maar goed komt. Zo
trokken we al gauw het stad in, terug op zoek naar souvenirs. Niet
echt een succes, terug. Het was wel best grappig om hier rond te
lopen, er loopt hier namelijk wat rond. Je moet hier zelf geweest
zijn, dan zal je me wel gelijk geven .
Goed, er is hier ook een strand, en
aangezien ik de smaak te pakken had, kon ik er ook vandaag van
genieten om wat in de zon te liggen. Ik moet toch wat bruin zijn,
voor als ik over twee weken terug naar België keer. Zo kuierde we nog wat rond, langs de
vele speciale winkeltjes hier in Byron Bay. Het werd zo terug een
rustige dag, waarbij we ons ogen toch goed de kost gaven. S' Avonds bleven we natuurlijk rustig,
in onze anti 'feest camping', en kropen we toch snel in bed
Dag 99... Brisbane â Surfers Paradise â Byron Bay
Ook nu weer een heerlijke nachtrust
achter de rug. Maar het werd al snel tijd om te vertrekken, richting
het zuiden. Vandaag zouden we ook Queensland verlaten, dit na meer
dan een maand.
Onderweg naar Byron Bay, kwamen we ook
nog verschillende dingen tegen. Hier zit je nog steeds aan de oostkust,
maar het is hier toch anders dan boven Brisbane. Hier is het paradijs
voor duikers, en andere mensen die willen genieten van het Great
Barrier Reef gedaan. Het is hier nu een paradijs voor surfers,
waarvan Sufers Paradise een mooi voorbeeld van is. Dat wouden we toch
eens van wat dichterbij bekijken. Het was nog een grote stad, met
heel hoge gebouwen, en heel veel volk. Al zal de feestdag van vandaag
er natuurlijk voor wat tussen zitten, het is hier namelijk 'Anzac
Day'. Ook het strand nodigd hier al meer uit, dan de kust boven
Brisbane, namelijk een mooi zandstrand. Ook de zee is hier terug
veilig om te zwemmen, geen krokodillen en kwallen meer! En als dan
het weer nog eens goed zit, werd het toch tijd om wat op het strand
te gaan liggen. Normaal gezien niet direct iets voor mij, dat
strand liggen, maar ik heb er toch van genoten hoor. Ook de zee was
heel aangenaam, en lekker warm. Gelukkig was het een feestdag vandaag,
en waren de winkels bijna allemaal gesloten. Zo konden we het voor
mij wat te drukke Surfers Paradise snel verlaten, en reden we door
naar Byron Bay. Byron Bay, is een speciaal beestje. Het
is langs de ene kant ook een surfers paradijs, maar langs de andere
kant ook een 'hippie' stad. Een vreemde mix, dat we toch eens van wat
dichterbij moesten bekijken. Eens we er toekwamen, werd het ons al
duidelijk. De hippie sfeer hangt hier duidelijk, toch altijd een
belevenis. Ook werden we op de camping verwittigd, dat we zeker niet
mochten feesten. We hadden ook niet echt veel zin om te feesten, dus
hielden we ons rustig, tussen de hippies.
In de late avond, werden we ook
getrakteerd op een groot onweer, oja welkom in New South Wales!!
Wat deed het bed, zonder 15 andere
pubers om je heen, deugd! Om dan nog maar te zwijgen over de koffie
s' morgens. Neen we waren hier met onze kont, in de boter gevallen!
Goed gemutst trokken we het stad in.
Wel met de auto, want openbaar vervoer hier in Australië is echt
niet wat het bij ons is. En ook vandaag trokken we terug op zoektocht
naar parkeerplaats. We hadden hier een paar mogelijkheden, rond de 25
dollar voor een half uur. Natuurlijk vonden we dat een beetje te
duur, en licht gefrustreerd zochten we verder. Ons zoeken werd
beloond, wanneer we een gratis parkeerplaats vonden, waar we vier uur
konden staan. Hoe duur de parkeerplaatsen hier ook
mogen zijn, de ferry kost hier helemaal niets. Er loopt hier namelijk
een rivier door de stad, en wanneer je de gele ferry neemt, is die
helemaal gratis. Vanop het water heb je ook een mooi zicht van de
stad, iets waar we zeker van geprofiteerd hebben. Na de boottocht kwamen we dan in South
Bank, een nieuwere hippe wijk van Brisbane. Hip was het er zeker, een
ook heel mooi. Echt een aangename verrassing, Brisbane! Ook liepen we nog even door het
centrum, maar terug weinig inspiratie voor souvenirs, sorry. Zo kwamen we terug aan de auto, de vier
uur waren net gepasseerd. Shanna had nog iets gelezen over een andere
wijk, waar er wat meer retro winkeltjes zouden zijn. Paddington, dat
was de naam van de wijk. Er waren daar veel retro winkeltjes, maar
dat was niet direct mijn goesting. Zo werd het tijd, om terug wat file te
trotseren, en terug te keren naar onze slaapplaats. Nu was het onze
toer om te koken, voor Oki en z'n twee kinderen. We kozen voor
vol-au-vent, toch een klassieker van bij ons, wat ze hier toch niet
echt kennen. Gelukkig viel de vol-au-vent goed in de smaak, en was
het terug tijd voor bier. Terug een lange avond tegemoet...
Na het gezellige binnenland, werd het
terug tijd om naar de kust te rijden. Terug naar het toerisme, naar
Brisbane. Brisbane is de hoofdstad van Queensland, een provincie van
Australië waar we nu toch al een maand in rondtrekken. Ook hadden we
hier de mogelijkheid om twee nachten gratis te slapen. Shanna heeft
hier namelijk een job gevonden, voor als ik weg ben over een goede
twee weken. En bij die man mochten we gratis blijven slapen, hij
woont namelijk niet zo ver van Brisbane.
Maar eerst bezochten we de stad,
waarbij we al direct een eerste hinderlaag kregen, namelijk
parkeerplaats vinden. Niet dat er te weinig is hier, maar ze zijn
verschrikkelijk duur. Toch vonden we nog een relatief goedkope
parkeerplaats, voor net geen vijf dollar per uur. Ook kon je er maar
drie uur staan, dus hadden we niet zoveel tijd te verliezen. We trokken dan maar onmiddellijk naar
de toeristische dienst, helemaal in het centrum. Het viel al ons op
dat hier alles heel net is, ook de mensen zijn hier al wat 'normaler'
dan aan de zuidkust. Die toeristische dienst lag echt in de
hoofdstraat van Bisbane, waar we toch terug wat keken voor
souvenirs. Maar neen, ik vond m'n zin terug niet . Ook trokken we naar de botanische tuin,
die net als in de andere steden heel mooi is. Zo was onze drie uur
snel gepasseerd, en werd het tijd om terug naar de auto te gaan.
Gelukkig hadden we ook nog iets, wat we met de auto konden doen.
Brisbane heeft namelijk een heel mooie look-out, op een berg net
buiten de stad. Daar reden we naartoe, en zagen we een heel mooi
uitzicht over de volledige stad. Al gauw werd het tijd om naar onze
slaapplaats te gaan, een beetje buiten het stad. Geduld is hier een
mooie deugd, met al die file's. Dit waren we toch niet echt gewoon,
hier in Australië. Toch mooi op tijd kwamen we toe, en werden we
direct uitgenodigd voor een barbeque. Ik heb al veel steak gegeten in
m'n leven, maar de steak die ik hier gegeten heb staat zeker in m'n
top vijf. Echt lekker!! Ook het bier smaakte me, en al snel werd het
tijd voor allerlei verhalen. Een lange avond tegemoet...
Dag 97... Noosa â Montville â GlassHouse Mountains
Vandaag konden we eindelijk vertrekken
uit Noosa. Niet dat het daar niet gezellig was, maar we hadden het
toch een beetje gehad met jeugdherbergen. Met 16 op één kamer, het
blijft toch een beetje teveel van het goede. Neen, vanaf nu zouden we
onze tent niet meer bedriegen.
Ook gingen we vandaag terug iets meer
het binnenland in, wat weg van de over toeristische oostkust hier, in
de hoop dat het binnenland toch wat charmants te bieden heeft. Dat
leek al gauw zo te zijn, dat charmante. Onderweg naar Montville,
passeerden we een paar gezellige koffiehuisjes. En met een niet zo
fantastische nacht achter de rug te hebben, smaakte de koffie toch
hoor. Ook spraken we daar een Belg, die al meer dan 40 jaar in
Australië woont. Hij maakte ons ook warm over Montville, het zou er
heel gezellig zijn. Al gauw reden we door, en werden we daar
aangenaam verrast. Montville is echt een prachtig dorp, met heel
leuke winkeltjes, en een prachtig uitzicht over de vallei. Daar werd
het dan eindelijk tijd om wat souveniers te kopen, al vond ik er
voorlopig enkel voor mezelf ;-). Het dorp was echt een verrassing,
waardoor we er wat langer bleven dan eerst gedacht. In Brisbane
zouden we vandaag niet meer geraken, dat was zeker. Toch zetten we
onze koers verder, richting de GlassHouse Mountains, wat niet meer zo
ver was van Montville. Daar vroegen we wat info, waarbij ze ons
aanraden twee uitkijkpunten te doen. Het eerste was de mooiste, dat
was een uitkijkpunt dat de brandweer gebruikte om bosbranden te
dedecteren. Daar had je een mooi totaalbeeld over de verschillende
vreemde bergen, die de GlassHouse Mountains zijn. Het tweede
uitkijkpunt was zeker ook mooi, maar lag iets meer in het gebergte,
waardoor je zo geen mooi overzicht had. Ook daar kon je een kleine
wandeling doen door het 'regenwoud', al moeten we eerlijk zijn dat
het regenwoud hier nu echt wel niet meer voorkomt. Na de bergen, was het tijd voor de zoo.
Australia Zoo ligt hier echt vlak bij, dat moesten we toch gezien
hebben. Om er een dagje rond te lopen, betaal je wel 60 dollar per
persoon, toch wat langs de dure kant. Zo trokken we enkel een foto
van de ingang, en waren we er toch eens geweest ;-). Zo werd het al snel vijf uur, en wordt
het hier toch terug goed donker. De tent zetten we op, op een camping
van een boerderij hier. Na het gevloek, over de harde grond, was het
dan tijd om wat te kaarten. Morgen rijden we dan door naar Brisbane,
waar we gratis kunnen logeren...
Het was al onze laatste dag Fraser, wat
gaat de tijd weer snel. Goed, er stond weer van alles op het
programma, dus we waren er terug vroeg bij. Zo reden we direct al
naar..., een ander meer hier op het eiland. Dit was niet zo
gemakkelijk bereikbaar, als Lake Mckenzie. De auto moest je parkeren
op het strand, en dan moest je nog een drie kwartier wandelen, niet
zo gemakkelijk in het zand. Best vermoeid kwamen we aan, aan het
meer. Maar de wandeling was zeker meer dan de moeite waard. Het meer
was ook prachtig, en lag helemaal tussen enorme zandduinen. Daar kon
je ook van de duinen glijden, recht het water in.
Ook bezochten we nog Eli Creek. Een soort
rivier, waar je u door de stroming kan laten meedrijven, op het
einde kom je dan terug aan de zee. Ook het water daar, is er
uitzonderlijk mooi en zuiver. Na al dit mooi, werd het tijd om terug
te rijden naar de ferry, waarbij de mannen toch uit hun pijp moesten
komen. De gids had zich vastgereden, zo werd het tijd om allemaal
goed te duwen. Fraser zat erop, en persoonlijk was dit
m'n favoriet, hier aan de oostkust. Het is er een echte 'mancave',
met 4WD en bier. Moest ik hier wonen, vond je me hier regelmatig ;-).
Onze tweede dag Fraser Island, die goed
volgeboekt zat. Vandaag was het Pasen, dus wou onze gids wat vroeger
opstaan. Er zijn hier nu heel veel toeristen, en die moesten we toch
wat voor zijn. We zouden namelijk naar het bekendste meer hier gaan,
Lake McKenzie. Op weg naar daar, was het toch soms spannend, met het
diepe zand. Af en toe moesten we heel traag rijden, maar niemand is
echt vastgeraakt.
Lake McKenzie, was echt een paradijs.
Het is een prachtig meer, met mooi wit zand. Ook het water is er zo
zuiver, dat je wel overal de bodem kan zien. Daar bleven we even, tot
de grote massa toeristen kwamen. Het was tijd om verder te gaan,
waarna we naar een regenwoud gingen, hier op het zandeiland. Een
regenwoud, op een zandbodem, is iets heel uniek. En dit was ook echt
de moeite om eens te zien. Na de lunch reden we dan naar het
scheepswrak, dat hier al een paar tientallen jaren geleden is
aangestrand. Ook dit vond ik persoonlijk de moeite om te zien, en
gelukkig stonden er daar niet teveel toeristen. Zo kwam onze tweede dag aan z'n einde,
qua bezichtigen toch. Erna was het terug tijd voor drankspelletjes,
iets waar Aussies toch wel wat gek van zijn. Goed een Belg moet je
daarin niet teveel uitdagen natuurlijk . Ook gingen we nog eens uit in de avond.
Toch een hele belevenis, met een paar zatte Aussies.
Vandaag was het terug vroeg opstaan, om
zes uur ging de wekker al. We moesten er vroeg bij zijn, om naar
Fraser Island te vertrekken. Nadat iedereen was uitgechekt, was het
tijd om op de bus te stappen richting Rainbow Beach, waar we de ferry
zouden nemen naar Fraser. Op de bus werd het al duidelijk dat we bij
veel andere jonge mensen zaten, wat toch positief is, en wat ons ook
jong houdt ;-). Wanneer we in Rainbow Beach waren,
maakte we kennis met onze gids, en onze auto's. De eerste auto werd
bestuurd door onze gids, de andere drie door onszelf. Iedereen die
wou rijden, moest zich opgeven, iets wat Shanna en ik zeker deden. Zo
kwam ik in een auto terecht, met vijf vrouwen. Daarna kregen we een
korte uitleg, over hou de 4WD in elkaar zat, en was het tijd om te
vertrekken naar de ferry. Dat was een rit die Shanna voor haar
rekening wou nemen, waarbij het laatste stuk ook over het strand was,
best even wennen die eerste meters.
Op de ferry moesten we maar tien
minuutjes zitten, waarna we aankwamen op Fraser. Fraser Island, is het
grootste zandeiland ter wereld, waar er geen enkele baan is. Daar
rijd je enkel over het zand, iets wat we na de ferry ook
onmiddellijk moesten doen. Zo reden we meer dan 50 kilometer over het
strand, aan een snelheid van ongeveer 100 km/u. Dit gaf echt een leuk
gevoel, en was echt een hele ervaring. Na deze rit kwamen we dan aan
aan de 'champagne pool', waar we de tijd kregen om te zwemmen. Daar
zwem je tussen rotsen, waarbij er af en toe water inkomt door de hoge
golven. Zo ontstaan er bubbels in het water, vandaar de naam. Daar
ook vlak bij lag Idian Head, een hoge rots in de zee. Daar had je een
mooi uitzicht over de lange stranden, vol 4WD's en de zee natuurlijk.
Ook gaf deze plaats toch een vies gevoel, aangezien er daar vroeger
een heel aboriginal dorp is uitgemoord, door iedereen van die rots in
zee te gooien. Aangezien dat het hier ook vroeg donker
wordt, werd het al tijd om terug te keren naar de resort, terug via
het lange strand, een tocht die ik dan voor de rekening nam. In die
resort kregen we dan allemaal een kamer, per vier. Zo zat ik met drie
vrouwen op de kamer, tof ;-). Gelukkig hielden de dames het rustig,
na de drankspelletjes, en moet ik eerlijk toegeven, dat slapen echt
geen probleem was .
Wakker worden, op een gratis camping,
het is toch iets speciaal. Nog voor zes uur, stond de politie aan
onze tent. De gratis camping, waarover we gelezen hadden, was meer
illegaal dan gratis. We kregen tien minuten om onze tent af te
breken, of we kregen een boete van meer dan 200 dollar. Natuurlijk
waren we direct wakker, en de tent werd nog nooit zo snel afgebroken. Goed gezind waren we niet echt, en we
besloten onszelf wat te gaan oppeppen in de McDonald's, waar de
koffie toch best smaakte. Het voordeel wat we ook hadden, is dat we
nu meer aan onze dag hadden. Daar besloten we ook van te profiteren,
en we trokken naar het strand van Bundaberg. Die staat namelijk
bekend, omdat er daar veel schildpadden aan land komen, om hun eitjes
te leggen. Eens die zijn uit gebroed, gaan de pasgeboren schildpadden
van daar dan natuurlijk ook in zee. Jammer genoeg was het seizoen net
voorbij, waardoor we geen enkele kunnen spotten hebben. Gelukkig was
het strand wel heel mooi, en we besloten er toch wat van te
profiteren. We genoten daar van de ochtendzon, en het was ook de
perfecte plaats, waar onze tent eindelijk eens kon opdrogen. Al een heel stuk meer opgeladen, waren
we dan klaar om te vertrekken naar Noosa, waar onze driedaagse trip
zou beginnen naar Fraser Island. Het was niet zo ver, een goede 200
kilometer. Wat daarbij wel leuk was, is dat je onder de baan kan
genieten van gratis koffie. Een leuk initiatief hier in Queensland,
om de lange afstanden wat te verlichten bij de bestuurder en
passagiers. Eens we in Noosa waren, moesten we ons
direct aanmelden in de plaatselijke jeugdherberg. Daar kregen we al
een briefing, aangezien we zelfs zouden rijden met een 4WD op Fraser
Island. Ook zouden we veel op het strand rijden, en daar moet je toch
voor bepaalde zaken wat opletten. Na al dat, was het toch tijd om te
slapen, en dat was even verschieten. We lagen namelijk met 16 op één
kamer, toch wat teveel van het goede. Goed, over klagen mochten we
zeker niet doen, want al gauw vielen we in slaap.
Terug een 'rijdag' vandaag, aangezien
we toch wat tijd hadden verloren in Townsville. Ook is er tussen
Airlie Beach en Bundaberg niet zo veel te zien. Je hebt wel
Rockhampton, maar dat is een stad zoals Townsville, en zo hebben we
er hier al een paar gezien natuurlijk. Neen, plaatsen die wat minder
interessant zijn, gaan we nu overslaan, zo kom je aan een rit van
ongeveer 800 kilometer, wat hier toch relatief normaal is in
Australië. Gelukkig was het weer niet zo super,
wat de 'rijdag' toch wat lichter maakte. Zo kwamen we zonder
problemen, nog voor zes uur s'avonds aan in Bundaberg. Daar was het
toch even verschieten, wanneer het al bijna donker was om zes uur
s'avonds. In het tropische noorden is dit normaal, daar is het steeds
maar 12 uur klaar. Maar hier, al een pak meer naar het zuiden, wordt
het toch ook vroeg donker. De logica op dat gebied, is echt ver te
zoeken, dus besloten we maar ons hoofd er niet al te veel over te
breken . Nadat de tent opgezet werd, trokken we
nog even het stad in. Daar was het zeker mooi, maar pasen kwam eraan,
en dat is hier toch een heel belangrijke feestdag, hier in Australië.
Zo waren veel winkels dicht, en liep er niet zoveel volk op straat.
Gelukkig was er een shoppingscenter, dat wel open is. Daar konden we
ons belkrediet eindelijk eens opladen, van ons Australisch nummer.
Wat hadden wij daar een vreemde situatie voor. We gaven onze
gsm-nummer aan de vrouw van de winkel, ze hebben dat hier nodig voor
te herladen. Blijkbaar was dit de verkeerde nummer, het viel al ons
op dat niemand ons terug belde, wanneer we hem of haar ons nummer gaven
. Na het shoppingscenter, ging het Shanna
niet zo goed af. Ze kreeg steeds meer en meer last van haar
blaasontsteking, waar ze nu toch al een paar dagen mee rondloopt.
Aangezien hier alle dokters al stoppen met werken om vijf uur,
besloten we er mee naar het ziekenhuis te gaan. Daar kreeg Shanna de
goede medicatie, wat toch nodig was met onze drie dagen Fraser Island
in het verschiet. Hopelijk geneest ze spoedig genoeg!
Om half tien, werden we verwacht aan de receptie, daar zou de bus ons komen halen voor de WhitSunday's. Een beetje te veel op tijd stond die daar al. Onze organisatie in de morgen, was niet optimaal, dus waren we een beetje langs de late kant aan de receptie. Goed, hier in Australië leeft men nogal 'op het gemak', dus dat was zeker geen probleem . Na de briefing, was het eindelijk tijd om te vertrekken met de boot. Daar kregen we al een goed beeld van de eilanden, wanneer we erdoor vaarden. De omgeving is echt uniek, je hebt de tientallen eilanden, de azuur blauwe zee, en het Great Barrier Reef, en dit allemaal op één plaats. Ook is dit allemaal natuurpark, en Unesco werelderfgoed. Onze eerste stop, was aan Whitheaven Beach. Wanneer je een postkaart koopt van de WhitSunday's, zal er bijna altijd een foto opstaan van dit strand. Wat was dit er prachtig, echt een stuk paradijs, hier op aarde. Daar aten we ook de lunch, en ik kan me eerlijk gezegd geen mooiere plaats inbeelden waar ik al ooit gegeten heb. Ook de lunch was heel lekker, dus onze dag kon zeker niet meer stuk. Nadat ik het strand wat had afgewandeld, trok ik het regenwoud in waar er een mooie look-out was over het strand. Dit was een wandeling van een kwartier ongeveer, waarbij je wel moest opletten van de spinnen. Die hingen daar overal, en waren echt best groot! Ook die look-out kon me zeker bekoren, buiten het zicht op het strand, kreeg je nog een mooi zicht over de verschillende eilanden ook. Zo werd het tijd om te vertrekken, en vaarden we langs Hill Inlet, een stuk van Whitheaven Beach, waar we jammer genoeg niet op mochten. Onze maatschappij mocht dat namelijk niet, en dit vond ik persoonlijk heel jammer. Het was er namelijk nog mooier, dan het strand waar wij geweest waren, en een nog bekendere foto van op de postkaarten. Ook gingen we nog gaan snorkelen, een eilandje dat nog een beetje verder lag dan Whitheaven Beach. Daar hadden we dan ook eindelijk een goede zichtbaarheid. Buiten mooie koralen, zagen we ook een zee schildpad, wat toch altijd een beetje speciaal is natuurlijk. Zo zat onze uitstap erop, en we hadden toch het gevoel dat we alles gezien hadden op één dag, iets wat ons zeker een goed gevoel gaf. Onze tijd hier zit er nu op, morgen hebben we een rijdag waarbij we naar een ander deel van de oostkust gaan, de Golden Coast.
Het was maar morgen, dat we onze trip naar de WhitSunday's gepland hadden. Vandaag zouden we dan gewoon de omgeving verkennen. In de morgen trokken we naar de haven, vanwaar alle grote boten vertrokken naar de WhitSunday's. Daar kreeg je ook een beter beeld van de eilanden in de verte. Zeker ook wanneer je de heuvels inrijdt, al vallen daar alle sjieke villa's en de enorme rijkdom daar ook best op. Het werd dan al gauw middag, waar we toch eens het strand wouden bekijken. Dit was er zeker, zelfs met een afgebakende zone waar je veilig kan zwemmen. Wat ons wel opvalt, hier aan de oostkust, is dat de stranden er niet zo aantrekkelijk bij liggen. Ze nodigen ook niet echt uit tot zwemmen, en dat is de reden waarom je er ook geen mensen ziet. Gelukkig was er ook een shoppingscenter, wat we dan ook een uurtje konden bezoeken, al was dit wel een idee van Shanna natuurlijk ;-). In de namiddag trokken we naar de haven, waar het dan ook nog eens duidelijk werd welke rijkdom hier aanwezig was. Buiten de prachtige villa's, lagen er hier ook prachtige boten. De ideale plaats om even weg te dromen, moest je geld hebben. De onaantrekkelijke kust, wordt net zoals in Cairns, vervangen door een lagoon hier. Een zwembad, vlak aan het strand, waar dan iedereen kan in zwemmen, en dat ook doet. Dat deden we ook, tot 18u, want dan wordt het hier natuurlijk al donker. Een tweede bbq op rij, dat is hier perfect aanvaardbaar. Het is hier het land van de bbq, en dat hielden we dan s'avonds ook in ere. Ook kropen we wat vroeger in bed, morgen hadden we onze trip naar de WhitSunday's, toch één van de bekendste dingen hier aan de oostkust.
Ik weet het, ik heb een dag over geslaan. Een zeldzame fout, we zijn namelijk van Cairns eerst een dagje naar Mission Beach gegaan, en daar overnacht. Mission Beach, is een stadje aan de kust, met meer dan 15 kilometer strand. Het jammere daar is echter, dat je nergens kan zwemmen. De stranden zijn daar wel mooi, en exotisch, maar je kan er dus niet zwemmen omdat er teveel kwallen en krokodillen zitten. Ook wandelen werd wat moeilijk, aangezien er daar honderden muggen zaten wachten op ons bloed. Daar hebben we wel geslapen, op een zeer gezellige camping, en vandaar dan doorgereden naar Townsville. Maar goed, vandaag stond er een andere rit op de planning, eindelijk konden we Townsville verlaten, en konden we verder naar Airlie Beach. Heel gelukkig waren we daarmee, en wat het nog leuker maakte was dat we dit samen deden met een Nederlands koppel. Zo konden we met twee auto's samen rijden. Dit gaf ook een veiliger gevoel, aangezien we nog niet goed wisten hoe de banen er zouden bij liggen na de cycloon. De rit was ongeveer 300 kilometer, en die is toch goed verlopen hoor. Er waren maar twee delen van de autostrade die overstroomd waren, gelukkig niet te erg en ook niet zo uitzonderlijk in Australië, en we konden er aan een lage snelheid gewoon doorrijden. Een tweede voordeel aan het samen reizen, was dat we korting kregen op de camping. We stonden namelijk samen op één site met onze tent, wat toch een korting opleverde, wat zeker de Nederlanders kon bekoren ;-). De eerste indruk die we erna kregen van Airlie Beach was dan ook heel positief. Het stadje was zeker niet zo groot, maar best wel gezellig. Ook is Airlie Beach de toegang tot de WhitSunday's, een groep van 94 eilandjes, wat ook veel jeugd aantrekt. Dat maakt van Airlie Beach ook een bruisende stad, met heel wat cafétjes. Er waren natuurlijk ook veel plaatsen waar je trips kon boeken, niet enkel naar de WhitSunday's (die we al geboekt hadden), maar ook naar Fraser Island, wat we daar ook deden. Erna trokken we dan maar terug naar onze gezelligere camping, en konden we eindelijk nog eens bbq'en, wat toch smaakte na de paar dagen slecht weer. Ook droogde onze tent eindelijk op, perfect voor een goede nacht...
Wat een hels lawaai, s'morgens vanaf zes uur. De cycloon was nu in Townsville, en het geluid van de wind was verschrikkelijk. Ook was het al uren hard aan het regenen, en we wisten direct dat dit problemen zou opleveren. De cycloon zelf duurde ongeveer twee uur, waarna het plots windstil werd. Ook de regen minderde erna, eindelijk was ze voorbij Ita! Buiten was er toch heel wat schade. Nu niet direct aan huizen ofzo, maar heel wat bomen lagen omver. Gelukkig was Ita ook afgezwakt, van een categorie vier naar één. Maar toch had ik zo een wind nog nooit meegemaakt, en is het onmogelijk je voor te stellen wat een categorie vier dan wel is, en veroorzaakt. Al snel werd het duidelijk, dat we vandaag niet konden doorrijden naar Airlie Beach. We kregen namelijk het bericht, dat de autobaan was overstroomd, en dat de politie je terug stuurt. Zo zat er niets anders op, dan nog een dag te blijven, best tegen onze zin. Zo erg zelfs, dat we toch op zoek gingen naar een andere hostel. We liepen ze allemaal af, maar kregen ook overal het zelfde nieuws, ze waren namelijk allemaal volzet. Zo gingen we maar terug naar onze 'gezellige' hostel, en vlogen dan maar allemaal in de wijn. Ita heeft best wat roet in het eten met onze planning, maar morgen zouden we sowieso naar Airlie Beach gaan! Eigenlijk werd het dan best wel een gezellige avond. We aten allemaal samen, Belgen, Duitsers, Nederlanders, Australiërs en nog een Argentijn. Erna speelden we dan nog een paar spelletjes met de kaarten. Zo maakten we er allemaal nog het beste van!
Vandaag wouden we er een dag van maken in de stad. Townsville is best een grote stad, en we hadden ook wel wat dingen gepland. Zo kwamen we eerst aan in het stadsmuseum, een museum van een beetje van alles. Je had er namelijk een tentoonstelling over mode, niet direct iets voor mij. Ook over een schip dat daar lang geleden gezonken is, wat ik al wat interessanter vond. Ook had je een tentoonstelling over cyclonen, en dat vond ik toch het interessants in deze tijden . Goed, het was er wel plezant, al hadden we nu zeker geen 'waauw' gevoel. Toeristische boekjes, hier in Australië proberen toch de bezienswaardigheden wat te verbloemen, wat natuurlijk hun volste recht is. Ook kan je hier terecht in een museum over het koraalrif hier, maar dat vond ik best wel duur. Dit deden we dan maar niet, al leek het zeker de moeite, in de boekjes dan ;-). In de middag gingen we wat shoppen. De shopping straat was zeker gezellig, met heel wat leuke winkeltjes, maar je bent er wel snel door. Ook kan je naar het Strand, wat we deden in de namiddag. Het Strand, is een park aan de kust, met verschillende zwemmogelijkheden, en speeltuinen voor de kinderen. Terug een vervanging van een echt strand, het blijft hier namelijk nog steeds gevaarlijk om in zee te gaan. Die was zeker de moeite, maar ook een beetje hetzelfde als de Esplanade in Cairns. De regen gooide wel wat roet in het eten, en we besloten toch maar terug te gaan naar onze 'gezellige' hostel. Daar waren er gelukkig terug een heleboel toffe mensen, en we besloten dan maar allemaal het beste van te maken. De regen werd ook steeds harder, de cycloon kwam ook steeds dichter. Het wordt sowieso een spannende nacht...
Eindelijk konden we vandaag terug verder op 'roadtrip'. We zaten al een twee tal weken stil, dus dat gaf ons wel zin om er terug in te vliegen. Townsville stond op het programma, een stad aan de oostkust, goed voor een rit van 400 kilometer. Daar is er ook een grote universiteit, iets dat Shanna zeker wou bezoeken. Voor we vertrokken, moesten we toch nog iets regelen in Cairns, namelijk onze dagtocht naar de WhitSunday's Islands. Aangezien die altijd heel populair is, is het toch aangeraden het op voorhand te boeken. Dit deden we ook, en zo konden we verder naar het zuiden. Ook een veiliger gebied, met die Cycloon, Ita is haar naam . Die cycloon zal van noord naar zuid gaan, met windsnelheden van bijna 300 kilometer per uur. Dat zijn natuurlijk veronderstellingen, maar we moeten er natuurlijk wel rekening mee houden. De tocht verliep ook heel goed, ook hadden we een gezellige stop voor een heerlijke koffie. Wanneer we in Townsville aankwamen, gingen we direct naar de universiteit. Die was een dorp op zichzelf, al waren ze daar wel behulpzaam. Zo konden we direct naar het goede gebouw, en kon Shanna de info vragen die ze nodig had. Ondertussen zocht ik wat hostels op, aangezien we niet in een tent wouden slapen, met die cycloon op komst. Zo vond ik er een paar, maar daar hebben we toch een beetje pech mee gehad. De eerste twee die we bezochten lieten we onterecht links liggen, en zo kwamen we bij nummer drie. Een heel vuile, en ongezellige hostel. Ook was er geen wifi, dus moesten we onze twee stormdagen wat anders gaan vullen. Gelukkig zaten er wel een heleboel gezellige mensen, en Hollanders. Ideaal voor wat verhalen uit te wisselen, en zo de komende twee regen- en stormdagen door te brengen. Gelukkig konden we ook wat lachen wanneer we op onze kamer waren, we voelden ons namelijk net in een gevangenis daar. Gelukkig kon dat de slaap niet bederven...
Onze laatste dag, op ons eiland. Ook
hier trokken we de bergschoenen aan, voor een korte wandeling. 'Magic
Gardens', stond op het programma. Een wandeling door het regenwoud,
waarvan we er natuurlijk al veel gezien hebben. Maar zo hadden we
elke wandeling gedaan op het eiland.
Erna wouden we toch nog eens proberen
met onze snorkel en bril. Maar terug geen succes, met die slechte
zichtbaarheid. Er was wel een soort trampoline in zee, wat toch een
andere leuke bezigheid was in zee. Niet dat je daar heel goed kan op
springen, maar het is er wel leuk om wat in de zon te liggen. Tot er
plots iemand kwam om ze aan land te komen trekken. Er is namelijk een
sycloon op komst, iets waar we toch wat rekening mee gaan moeten
houden. Natuurlijk hielp ik die dame, met haar trampoline op het land
te trekken, iets wat ons een rum-cola opleverde ;-). Zo werd het tijd om afscheid te nemen
van het eiland, en terug de boot te nemen naar het voor ons bekende
Cairns.
Daar sliepen we terug in onze gezellige
hostel, en werd het dan eindelijk tijd om verder te gaan met onze
'roadtrip'. Morgen gaan we richting Mission Beach, terug naar het
zuiden. Ook verder weg van de sycloon, dat wordt nog leuk...