Gebruik onderstaande aangepaste zoekmachine om meer info te vinden!
Aangepast zoeken
Gegroet beste bezoeker mijn bedoeling is om u zoveel mogelijk informatie te verstrekken ivm de 101ste luchtlandingsdivisie tijdens WO2. Ik probeer een overzicht te geven van enkele artikels over dit onderwerp die verspreid staan op het internet. Het meeste van deze informatie heb ik dan ook van een andere site gehaald. Het is niet mijn bedoeling om plagiaat te plegen, wel om u via deze links naar deze sites te brengen zodat u zich verder kan informeren. Veel lees en misschien ook hobbyplezier.
Een van de meest spectaculaire militaire innovaties van de Tweede Wereldoorlog vormen de luchtlandingstroepen.
Deze troepen, doorgaans bestaand uit lichtbewapende infanterie, worden door de lucht aangevoerd met transportvliegtuigen of zweefvliegtuigen en landen achter de vijandelijke linies.
Nagenoeg onmisbaar binnen dit concept zijn de parachutisten.
Zij nemen meestal het voortouw in luchtlandingsoperaties.
Het element van verrassing speelt een belangrijke rol bij de inzet van luchtlandingstroepen.
Begonnen wordt meestal met het afwerpen, achter de vijandelijke linies, van parachutisten bij één of meer strategische punten als vliegvelden en bruggen, eventueel voorafgegaan door een luchtaanval om de verdediging te verzwakken.
De parachutisten vormen een bruggehoofd en maken zo de verdere aanvoer van troepen door de lucht of over land mogelijk.
Dit handboek moest elke soldaat van het Amerikaanse leger kennen. Het werd uitgedeeld tijdens de basisopleiding. Aan de hand van dit handboek leer je meer over het dagelijkse leven van een soldaat in het Amerikaanse leger en het geeft je misschien nieuwe inzichten over de mentaliteit van het Amerikaanse leger in 1940.
Dezer dagen wordt het verkocht, maar u vindt het gratis in de bijlage. Veel plezier ermee.
Soldiers, Sailors and Airmen of the Allied Expeditionary Force!
You are about to embark upon the Great Crusade, toward which we have striven these many months. The eyes of liberty loving people everywhere march with you. In company with our brave Allies and brothers in arms on other Fronts, you will bring about the destruction of the German war machine, the elimination of Nazi tyranny over the oppressed peoples of Europe, and security for ourselves in a free world. Your task will not be an easy one. Your enemy is well trained, well equipped and battle hardened. He will fight savagely. But this is the year 1944! Much has happened since the Nazi triumphs of 1940-41. The United Nations have inflicted upon the Germans great defeats, in open battle, man to man. Our air offensive has seriously reduced their strength in the air and their capacity to wage war on the ground. Our Home Fronts have given us an overwhelming superiority in weapons and munitions of war, and placed at our disposal great reserves of trained fighting men. The tide has turned! The free men of the world are marching together to Victory! I have full confidence in your courage and devotion to duty and skill in battle. We will accept nothing less than full Victory! Good luck! And let us beseech the blessing of Almighty God upon this great and noble undertaking.
General Dwight D. Eisenhower Order of the Day June 6, 1944
Brief uitgedeeld aan alle geallieerden op de vooravond van operatie Overlord (of D-Day).
Headquarters 506th Parachute Infantry United States Army October 1943
STANDARD EQUIPMENT CARRIED BY EACH PARACHUTIST
1. The following equipment will be carried by all parachutists.
1 Belt, pistol or rifle, dismounted 1 Boots, parachutist, pair 1 Canteen, cup and cover...on belt 1 Compass, lensatic or watch...on belt 1 Cap, wool knit 1 Drawers, wool 1 Field bag...Under parachute harness 1 Gloves, horsehide unlined, pair 4 Grenades, hand, frag. MkII...2 Waist pockets coat...2 hip pockets trousers 1 Handkerchief...Left chest pocket 1 Helmet, steel, M1, mod.(I think), w/liner 1 Knife, pocket, M2...Center chest pocket 1 Knife, trench, M3, w/scabbard M6...on belt 1 Matches, package 1 Mask, gas (If required) 1 Message book, pencil and maps...Right chest pocket 1 Parachute, T-5, complete 1 Pouch, first-aid and packet...on belt 2 Ration "K" (broken down)...Leg pockets 1 Raincoat...Loop over belt 1 Rope, parachutist, 30' x 3/8"...Looped on belt 1 Prophylaxis, mechanical, kit...Right chest pocket 2 Socks, light wool, pair...1 pair in field bag 1 Spoon, M/26...In canteen cover 1 Supporter, athletic (optional) 1 Tablets in box, chlorine or halazone...Left chest pocket 1 Tablets in box, bentadine ...Right chest pocket 2 Tags, identification, w/necklace 2 Tape, ankle (optional) 1 Tissue, toilet...Left chest pocket 1 Toilet set...Waist pockets 1 Tool, entrenching...On belt 1 Undershirt, wool 1 Uniform, parachutists, 2-pc.
2. Following additional equipment will be carried by Officers:
1 Binoculars, M-13...Over shoulder or on belt 1 Carbine, cal..30, M1A1 (except field Off)...On belt in scabbard 1 Case, canvas, dispatch...Over right shoulder 1 Flashlight, TL-122-A...Left leg pocket 1 Map, template M2...Dispatch case 1 Pistol, auto., cal..45 (Field O's. only)...On belt in holster 1 Pocket, double web.w/clips (Field O. only)...On belt 2 Pocket, mag., carbine, cal..30, M1A1 (except field Officers)...On belt 1 Whistle, thunderer...Left chest pocket
Deze pathfinders hadden, op D-day, de taak om voor de andere paratroepers te landen en Eureka-bakens op te stellen zodat de andere vliegtuigen de droppingzones of DZs vonden. Het spreekt voor zich dat deze mannen het neusje van de zalm waren, jammer genoeg vielen er onder deze mannen ook de meeste slachtoffers. De helft van deze mannen is gedood in het gevecht. Op deze foto staan ook de bemanning van de C-47, die zitten, op de eerste rij.
He was just a Rookie trooper and he surely shook with fright As he checked all his equipment and made sure his pack was tight He had to sit and listen to those awful engines roar You ain't gonna jump no more...!
REFEIN: Gory Gory, what a helluvaway to die Gory Gory, what a helluvaway to die Gory Gory, what a helluvaway to die And he ain't gonna jump no more!
Is everybody happy said the sergeant looking up Our Hero feebly answered, Yes, and then they stood him up He jumped into the icey blast, his Static Line unhooked And he ain't gonna jump no more!
REFEIN
He counted long, he counted loud, he waited for the shock He felt the wind, he felt the cloud, he felt the awful drop He jerked his cord, the silk spilled out and wrapped around his legs And he ain't gonna jump no more !
REFEIN
The risers wrapped around his neck, connectors cracked his dome The lines were snarled and tied in knots, around his skinny bones The canopy became his shroud, he hurtled to the ground And he ain't gonna jump no more !
REFEIN
The days he lived and loved and laughed, kept running through his mind He thought about the girl back home, the one he left behind He thought about the medics and he wondered what they would find And he ain't gonna jump no more...
REFEIN
The ambulance was on the spot, the jeeps were running wild The medic clapped their hands with glee, rolled up their sleeves and smiled For it had been a week or more since last a chute had failed And he ain't gonna jump no more !
REFEIN
He hit the ground, the sound was 'SPLAT', the blood went spurting high His buddies all were heard to say 'WHAT A HELLUVAWAY TO DIE!' He lay there rolling round in the welter of his gore And he ain't gonna jump no more!
REFEIN
There was Blood upon the Risers, there were brains upon the chute Intestines were a-dangling from his paratrooper suit The medics picked him up and poured him gently from his boots And he ain't gonna jump no more
REFEIN
They operated all night through but it was in despair, For every bone that he possessed was ruined beyond repair; And so he was buried then, his silken 'chute his shroud And he ain't gonna jump no more.
REFEIN
They say he went to heaven and arriving there I'm told He got a pair of silver boots and a parachute of gold; He may be very happy there but i'll stick here below Cause he ain't gonna jump no more...
Dit filmpje leert je meer over hoe een K-rantsoen gemaakt werd in 1943. Een K-rantsoen was het rantsoen dat uitgedeeld werd aan onder andere de paratroepers voorafgaand aan D-day.
Paratroepers van het 101ste in de nacht van 5/6/1944 en 6/6/1944 aanboord van een C-47. Op de borst dragen ze een reserveparachute, het ziet ernaar uit dat ze elk moment gaan springen aangezien ze 'aangehaakt' zijn. Let op wat de eerste soldaat in zijn rechterhand houd.
Deze Engels geproduceerde mijn werd gedragen door paratroepers van de 82ste en 101ste luchtlandingsdivisies tijdens de landing in Normandië. Doordat ze niet zo groot was kon ze rond het been worden gebonden. De mijn kon veel schade aanbrengen aan samengetroepte soldaten, ook kon ze de rupsbanden van een tank opblazen. De mijn werd voornamelijk van op een afstand tot ontploffing gebracht.
De M1911 is een single-action, semi-automatisch pistool in kaliber .45 ACP ontworpen door John Moses Browning. De standaard ladercapaciteit bedraagt 7 patronen in een single-stack verwijderbare lader. (Het was mogelijk om 1 kogel in de kamer te brengen en vervolgens 7 kogels in de lader te steken zo had men 8 kogels ipv 7)Het pistool was het standaard dienstpistool van het Amerikaanse leger van 1911 tot 1985, en wordt nog steeds gebruikt door sommige troepen. De originele benaming in 1940 was Automatic Pistol, Caliber .45, M1911 voor het oorspronkelijk model of Automatic Pistol, Caliber .45, M1911A1 voor de M1911A1, ontworpen in 1924. Deze benaming werd veranderd naar Pistol, Caliber .45, Automatic, M1911A1 tijdens het vietnamtijdperk. Het Amerikaanse leger kocht in totaal ongeveer 2,7 miljoen exemplaren aan.
Het wapen had een innoverend vergrendelingssysteem. De slede wordt namelijk door twee nokken aan de loop vergrendeld. Zo wordt het repeteermechanisme genoeg vertraagd om geen gasverlies te veroorzaken. Dit type van vergrendeling is tot de dag van vandaag het standaard vergrendelingssysteem in pistolen.
Vroege geschiedenis en testen
Het idee voor de M1911 stamt uit de late jaren 1890, toen het Amerikaanse leger op zoek ging naar een semi-automatisch pistool om de verschillende revolvers die toen in dienst waren te vervangen. Het Amerikaanse leger wisselde in die periode tegen groot tempo van wapens en na de adoptie van nog verschillende revolvermodellen culmineerde dit alles toch in het in dienst nemen van de M1911 na de eeuwwisseling.
Hiram S. Maxim had in de jaren 1880 al een zelfladend pistool ontworpen, maar was eerder bezig met het ontwerp van machinegeweren. Desalniettemin werden de principes die hij ontwikkelde toch gebruikt in verschillende semi-automatische pistolen ontworpen tussen 1890 en 1900. Deze ontwerpen trokken de aandacht van verschillende legers om een vervanging te vinden voor hun revolvers. In de Verenigde Staten leidde dit tot een formele test in 1899.
In 1899 en begin 1900 werd een eerste test gehouden, en bedrijven als Mauser (met de C96 "Broomhandle"), Mannlicher (met de Steyr-Mannlicher M1894) en Colt (met de Colt M1900) dienden een ontwerp in. Dit leidde tot de aankoop van 1000 DWM Luger pistolen, gekamerd in 7,65 mm Luger. Deze pistolen werden ingezet bij troepentesten, maar er waren al snel problemen met de stopkracht van het patroon. DWM kreeg dezelfde klacht ook van andere legers en ontwikkelde daarom een grotere variant van de 7,65 patroon, namelijk de 9 mm Luger. 50 nieuwe wapens in dit kaliber werden getest in 1903.
Tijdens de Filipijns-Amerikaanse Oorlog tegen de Moro guerrillastijders ondervonden de Amerikaanse strijdkrachten problemen met de .38 Long Colt die toen standaard was. Dit patroon was niet voldoende krachtig voor junglegevechten. De Moro's hadden een zeer hoge moraal en waren vaak onder invloed van drugs om gevoelens van pijn en angst te onderdrukken tijdens aanvallen. Daarom schakelde het leger terug op de oudere M1873 revolvers in .45 Colt omdat deze meer stopkracht had. Door de problemen met de .38 Long Colt werden tijdelijk terug nieuwe M1873 revolvers naar de Fillipijnen gestuurd in 1902.
Generaal William Crozier werd Chief of Ordnance of the Army in 1901.
Na de Thompson-LaGarde pistoolkaliber efficiëntietests in 1904 concludeerde Kolonel John T. Thompson dat een nieuw pistoolkaliber niet kleiner dan .45 zou mogen zijn en dat het wapen bij voorkeur semi-automatisch moest zijn. Dit leidde tot testen in 1906 waaraan 6 wapenfabrikanten meededen.
Van 1907 tot 1911 werden veldtesten gehouden om te beslissen tussen Colt en Savage. Tussen elke ronde brachten beide fabrikanten verbeteringen aan ten opzichte van hun initieel ontwerp, wat leidde tot een finale test voor de uiteindelijke adoptie. Een van de test in 1910 was een sessie waarbij 6000 patronen in elk pistool geschoten werden. Het ontwerp van Colt voltooide dit zonder fouten, terwijl het Savage model 37 storingen had.
Dienstgeschiedenis
Na het succes gedurende de tests, werd het Colt ontwerp formeel aangenomen op 29 maart 1911 door het Amerikaanse leger. De Navy en de Marines volgden in 1913. Oorspronkelijk werd het pistool enkel door Colt gebouwd, maar door de grote vraag gedurende Wereldoorlog I werd de productie uitgebreid naar de staatsbestuurde Springfield Armory.
Ervaringen op het slagveld leidden tot enkele kleine externe veranderingen in 1924. Dit model kreeg de naam M1911A1. Veranderingen waren onder andere een kortere trekker, een langere greepveiligheid, een gebogen mainspring housing, een bredere korrel, een kortere haan en eenvoudigere greepplaten. Intern veranderde niets en onderdelen zijn en blijven uitwisselbaar.
Tweede Wereldoorlog
In de jaren voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog steeg de vraag naar het pistool sterk. Tijdens deze oorlog werden ongeveer 1,9 miljoen stuks aangekocht door de Amerikaanse overheid. Om aan deze grote vraag te kunnen voldoen werd de productie opgesplitst over verschillende fabrieken. In totaal werd zoveel geproduceerd dat na 1945 de Amerikaanse overheid geen nieuwe exemplaren meer bestelde, maar onderdelen uit voorraad gebruikte. Indien nodig kon een nieuw pistool samengesteld worden uit andere pistolen, en kon het een nieuw verflaagje krijgen in het arsenaal.
Voor Wereldoorlog II uitbrak werd een klein aantal M1911 pistolen gebouwd onder licentie in Noorwegen door de Kongsberg Vaapenfabrikk (deze pistolen zijn nu bekend als de Kongsberg Colt). Gedurende de Duitse bezetting van Noorwegen ging de productie van deze pistolen gewoon door. Duitse troepen gebruikten ook M1911 pistolen die buitgemaakt werden op Amerikaanse soldaten en werden aangeduid met "Pistole 660(a)". Het M1911 platform vormde ook de basis voor de Argentijnse Ballester-Molina en bepaalde Spaanse Star en Llama pistolen na 1922. De Colt werd voornamelijk gebruikt door officieren en onderofficieren, maar soldaten kregen de mogelijkheid om ook een Colt aan te schaffen, de meesten deden dit dan ook. Het werd al vlug duidelijk dat een paratroeper nood had aan een verdedigingswapen zodra hij geland was. De meeste geweren werden in speciale zakken gestoken om de para niet te kwetsen bij het springen. De para had dus tijd nodig om zijn wapen te assembleren vooraleer hij zich kon verdedigen, in sommige gevallen dook er onmiddellijk na de landing een vijand op, de Colt bracht dan redding.
Vervanging
Na de Tweede Wereldoorlog bleef de M1911 in dienst gedurende de Koreaanse Oorlog en de Vietnamoorlog. Zelfs tijdens Operatie Desert Storm gebruikten sommige Amerikaanse eenheden nog dit pistool.
Toch werd al tijdens de jaren 70 duidelijk dat de M1911 begon te verouderen. Ook kwam er druk van de NAVO om over te schakelen op de NAVO-standaard: 9x19mm Parabellum. Daarom begon de Joint Service Small Arms Program van de U.S. Air Force met de testen om een nieuw pistool in de NAVO-standaard 9x19mm aan te kopen. Na testen kwam de Beretta 92S-1 als winnaar uit de bus. Deze uitslag werd betwist door de U.S. Army (de landcomponent van het Amerikaanse leger) en zij besloten hun eigen testen te houden (de XM9-testen) in 1981. Dit leidde tot de adoptie van de Beretta 92F op 14 Januari 1985. Tegen de late jaren 80 kwam de productie op dreef ondanks een controversiële XM9-hertest en een aparte XM10 herconfirmatie. Deze kwamen er na klachten van scheuren in het frame van de Beretta en een gevaarlijke kans op het loslaten van de slede wat tot verschillende ongevallen leidde. Hierdoor werd een update doorgevoerd naar de Beretta 92FS zodat de gebruiker betere bescherming genoot.
Tegen de vroege jaren 1990 waren de meeste M1911'en vervangen door M9's (de militaire benaming voor de Beretta 92FS), hoewel een beperkt aantal nog steeds in gebruik is door enkele speciale eenheden. Onder andere de United States Marine Corps bleef de M1911 gebruiken voor de MEU(SOC) en verkenningseenheden, hoewel de Marines ook 50.000 M9 pistolen aankochten.
De United States Special Operations Command (USSOCOM) schreef nieuwe testen om de M1911 te vervangen door een ander .45 ACP pistool (in strijd met de NAVO-standaard). Deze proeven staan bekend als de Offensive Handgun Weapon System (OHWS) proeven. Deze hadden tot resultaat dat de inzending van Heckler & Koch het haalde, zodat zij de MK23 Mod 0 Offensive Handgun Weapon System mochten leveren. Hiervoor moesten ze onder andere het Colt OHWS verslaan, een zwaar aangepaste M1911. Als reden voor het afwijken van de NAVO-standaard wordt het gebrek aan stopkracht van de 9 mm kogel van de M9 aangehaald.
Huidig gebruik
De M1911A1 is voor veel politie-eenheden in de Verenigde Staten nog steeds het pistool bij uitstek. Veel militaire en ordediensten blijven de (soms sterk aangepaste) M1911A1 verkiezen vanwege het grotere stopvermogen van de .45 ACP kogel, en de superieure ergonomie en het groter gebruiksgemak in vuurgevechten. De politie van Tacoma, Washington uit de VS schreef in 2001 geschiedenis door als eerste zone terug over te stappen op een pistool dat ze meer dan 50 jaar eerder hadden afgeschreven.
De M1911 en zijn varianten zijn ook bij het gewone publiek extreem populair voor zowel sport als recreatie. Dit leidde tot de ontwikkeling van vele aftermarket onderdelen. Het groeiend aantal producenten is een indicator van de stijgende populariteit van de M1911.
Ander gebruik
Colt's M1911 pistolen werden ook gebruikt door de Royal Navy in kaliber .455 Webley Automatic. Deze pistolen werden hierna overgedragen aan de Royal Air Force als reservewapen bij een crash in vijandelijk gebied. Noorwegen gebruikte de Kongsberg Colt, welke gekenmerkt werd door een unieke sledevangpal. Argentinië en Spanje produceerden ook verschillende modellen van M1911.
Het Braziliaanse IMBEL (Indústria de Material Bélico do Brasil) maakt nog steeds verschillende varianten voor het leger en de ordediensten.
Het Griekse leger gebruikt nog steeds de M1911 als standaard dienstpistool. Deze Wereldoorlog II-productie pistolen werden vanaf 1946 geschonken als wapenhulp tegen de communistische expansie.
Het Koninklijk Thais leger gebruikt Amerikaanse M1911 pistolen die als militaire hulp geschonken werden tijdens het Vietnamtijdperk.
Het Chinese bedrijf Norinco exporteert een M1911A1-kloon voor civiele doeleinden. De import in de VS werd in 1993 verboden als onderdeel van een handelssanctie.
Het werkpaard onder de zwevers die de Verenigde Staten tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruikt is de Waco CG-4A (C = Combat, G = Glider, 4A = Model). Waco Aircraft Company in Troy, Ohio bouwt een toestel met een houten vloer, een staal gelast frame overspannen met doek. Via de omhoog scharnierende cockpit kunnen er een dertien tal manschappen, een jeep of 75 mm kanon naar binnen. De zwever is verre van een schoonheid, maar de toestellen zijn voor eenmalig gebruik en worden na de landing vernietigd of achtergelaten. Proefvluchten starten in 1942. Vijftien maatschappijen beginnen daarop met de productie van de CG-4A. Als de CG-4A in Groot Brittannië arriveert krijgt het daar de bijnaam Hadrian.
De eerste actie ziet de CG-4A tijdens de invasie van Sicillië. Tijdens D-Day maakt het 82st en 101st Airborne Division grootschalig gebruik van de CG-4A. 53 CG-4As en 32 Horsa zwevers landden rond Carentan en brengen op deze manier 313 man versterking naar de Normandië.
Technische gegevens: Waco CG-4A 'Hadrian'
Bemanning: 2, Spanwijdte: 25 m, Lengte 14 m, Startgewicht: 3400 kg, Totaal gebouwd: 13.000
De Airspeed A.S.51 'Horsa' zal de meest gebouwde Britse transport zwever worden. De A.S.51 wordt ontwikkeld gedurende 1940 onder de Specificatie X.26/40. Er worden zeven prototypen gebouwd, vijf door Airspeed en twee door Fairey. Op 12 september 1940 wordt de eerste proefvlucht gemaakt met een Horsa achter een Whitley bommenwerper. De eerste militaire actie ziet de A.S.51 als 2 Horsa's worden ingezet voor een commando-raid op de 'zwaar water centrale' nabij Rjukan, Noorwegen. Twee Halifaxen en Horsa's, bemand door een groep vrijwilligers van de Royal Engineers vertrekken op 19 november 1942 vanaf een Schots vliegveld. Helaas gaan beidde zwevers verloren en één Halifax. Van de eerste Horsa worden de negen overlevenden, van de 17 inzittenden, vergiftigt of doodgeschoten door de Duitsers. Van de tweede Horsa komen bij de crash drie om en de anderen worden op bevel van Hitler vermoord. De volgende operatie voor de Horsa komt op 10 juli 1943, als 27 A.S.51 toestellen als onderdeel van 140 zwevers, Waco Hadrians en Horsa's, worden ingezet tijdens de invasie van Sicillië. Niet alleen de Halifax wordt gebruikt als sleeptoestel, ook de Short Stirling wordt hier onder andere voor ingezet. Deze zweefvliegtuigen konden meer man meenemen dan een Waco zweefvliegtuig, deze werden voornamelijk gebruikt door de Britse luchtlandingstroepen.
Technische gegevens: A.S.51, Horsa Mk I
Bemanning: 2 & 20 à 25 manschappen, Spanwijdte: 26.8 m, Lengte: 20.4 m, Hoogte: 5.9 m
Leeggewicht: 3797 kg, Startgewicht: 7031 kg, Zweefsnelheid: 161 km per uur
Technische gegevens: A.S.58, Horsa Mk II (opendraaiende neus)
Bemanning: 2 & 20 à 25 manschappen, Spanwijdte: 26.8 m, Lengte: 20.7 m, Hoogte: 6.2 m
Leeggewicht: 3797 kg, Startgewicht: 7144 kg, Zweefsnelheid: 161 km per uur
Het 101st Airborne Division komt voort uit de 101st Infantry Division, dat een geschiedenis kent dat terug voert tot de Amerikaanse Burgeroorlog. Als luchtlandings divisie wordt het actief op 16 augustus 1942 onder het commando van Major-General William Carey Lee, met als assistent Brigadier-General Don F. Pratt. Opleidingen worden gedaan in onder andere Toccoa, Georgia. Hier zijn slopende marsen de heuvel Currahee op. Deze indiaanse naam zal de strijdkreet worden van de manschappen van het 506th Parachute Infantry Regiment (PIR), wat zoveel betekend als; 'We Stand Alone'. Als verdere gevechtseenheden naast de 506th PIR van de 101st, zijn ondergebracht het; 501st en 502nd PIR. Als ondersteuning worden het 327nd Glider Infantry Regiment, het 81st Airborne Anti-Aircraft and Anti-Tank Battalion en vier artilleriebataljons (377th en 463rd Parachute Field Artillery en het 907th en 321st Glider Field Artillery) toegevoegd. In Fort Bragg wordt samen met de 82nd Airborne Division getraind in het parachute springen. In juni 1943 verplaatst het 101st zich naar Tennesee. Hier wordt geoefend in massasprongen en met zweefvliegtuigen.
THE SCREAMING EAGLE
(S.R.Loboda)
We have a rendez-vous with destiny.
Our strength and courage strike the spark,
That will always make men free.
Jump right down through the skies of blue,
keep your eyes on the job to be done.
We're the men of the hundred first,
we'll fight till the battle is won.
Screaming Eagles diving from the sun,
striking boldly from the air.
Now is it time to jump.
Look out below !
Stand up ! Hook up !
Screaming Eagles, go !
In augustus 1943 is het 101st uitgegroeid tot een formidabele gevechtsmachine. Via New York vertrekt de eenheid dan naar Liverpool. Na aankomst in Engeland is het met de trein naar Newbury, hun basis en hoofdkwartier. Hier worden de manschappen verder getraind in voorbereiding op de invasie van Europa.
6 JUNI 1944, D-DAY
Samen met het 82nd Airborne zal het 101st landen op het schiereiland Cotentin. Taak van het 101st is het bewaken van de flanken naar UTAH Beach en voorkomen dat Duitse versterkingen de kust kunnen bereiken, tevens is het taak om artillerie geschut in het achterland uit te schakelen. Vlak voor vertrek naar Normandië wordt, door ziekte, generaal Lee vervangen door generaal Pratt. Op 5 juni bezoekt de Opperbevelhebber Dwight Eisenhower de manschappen van het 101st Airborne Division, en motiveert de 'Eaglemen' door hen op het hart te drukken dat het welslagen van D-Day afhangt van de inzet en vastberadenheid van de luchtlandingstroepen.
In de avond van de 5de juni gaan de manschappen van het 101st aan boord van hun C-47 of zweefvliegtuig. Bij het naderen van de Normandische kust is een gordijn van afweervuur. Vele transportvliegtuigen moeten hun zwever los laten als hun C-47 getroffen wordt. Zwevers en C-47's storten in het kanaal en in de landerijen van Frankrijk. Maar de meeste piloten vliegen volhardend door op zoek naar hun dropping zone (DZ) en landing zone (LZ). Door het intens afweervuur worden de formaties verbroken en gaan de piloten hoger en sneller vliegen. De berekende corridor wordt van enkele kilometers, geleidelijk 20 kilometer breed. De troepen springen in verspreide 'sticks' over een enorm uitgestrekt gebied.
Het is onmogelijk een grote eenheid na de landing te groeperen. Overal vechten kleine groepjes van verschillende onderdelen met Duitsers, vaak in man tot man gevecht.
De paratroepers van het 82nd en 101st doorstaan die nacht vele doodsangsten. Vele verdrinken in ondergelopen gebieden of komen om door Duits vuur terwijl ze nog in het vliegtuig zitten of aan hun parachute hangen.
Generaal Pratt die nog maar net het commando voert over het 101st komt om als zijn zweefvliegtuig neerstort. Nabij de crashplaats wordt een monument geplaatst, welke te vinden is op de kruising van de D 129 (richting Turqueville) en de D329 (richting Hiesville) nabij La Croix Pan. Zijn plaats wordt ingenomen door Major-General Maxwell Taylor.
Twee opvallende acties in de eerste dagen na D-Day mogen niet onvermeld blijven. Bij het krieken van de dag op de 6de juni blijkt een batterij nabij Ste-Marie-du-Mont, op het landgoed Brécourt Manor, Utah Beach te bestoken met vier 105 mm kanonnen. Easy Company, onderdeel van 506th PIR, 101st Airborne Division krijgt de opdracht deze kanonnen uit te schakelen.
Elf man onder leiding van Luitenant Dick Winters nemen in een strakke actie drie kanonnen in en blazen deze op. De vierde wordt onschadelijk gemaakt door Lt. Speirs, van Dog Company, en 5 extra man. Bij de actie zijn 15 Duitse paratroepers (die de wapens bedienden) gedood, verschillende gewond en 12 krijgsgevangen genomen. Winters zijn eenheid heeft vier gesneuvelde mannen en twee gewonden. De plaats is te vinden aan de eerste afslag links op de D 14, iets ten noorden van Ste-Marie-du-Mont
De andere actie betrof de aanval op Carentan. Deze aanval door het 502nd Parachute Infantry Regiment wordt op de millimeter uitgevochten. Lieutenant-Colonel Robert Cole leidt in een frontale aanval zijn manschappen Carentan binnen. Met een bajonet aanval in man tot man gevecht weten zijn mannen de slag te winnen. Het is de eerste Amerikaanse aanval met de bajonet uitgevoerd tijdens de Tweede Wereldoorlog. Cole deed op 6 juni al van zich spreken door met een aantal manschappen van 502nd PIR en 3rd Battalion 'Exit 3' van Utah Beach te bezetten. Tijdens een vuurgevecht werden 75 terugtrekkende Duitsers gedood op de weg die nu 'Blair Road' heet.
Ook Luitenant Winters is met zijn Easy Company in de voorste aanval op Carentan aanwezig, waarbij Winters licht gewond raakt aan zijn been. Beide mannen worden voorgedragen voor het Congressional Medal of Honor. Daar er maar één man per divisie voor deze hoge onderscheiding in aanmerking kan komen, wordt gekozen voor Lt.-Col. Cole.
Op 18 september komt Luitenant Kolonel Robert Cole om tijdens operatie Market-Garden. De Medal of Honor heeft hij dan nog niet in ontvangst mogen nemen. Zijn moeder neemt deze postuum in ontvangst op 30 oktober 1944 uit handen van Major-General Jonathan W. Anderson. Het graf van Cole is te vinden op de begraafplaats Margraten in Limburg.
Verder ontvangen de meeste onderdelen van het 101st Airborne Division het Presidential Unit Citation voor de inzet om Carentan in te nemen.
17 SEPTEMBER 1944, MARKET-GARDEN
Na een korte rustperiode, na D-Day, in Engeland wordt het 101st versterkt en getraind voor Operation Market-Garden. De DZ voor het 101st is Veghel, nabij Eindhoven. Als onderdeel van het 1st Allied Airborne Army, zou dit de grootste luchtlanding operatie tot dan worden. Terwijl de eerste sticksspringen boven Nederland, vertrekken de laatste vliegtuigen Engeland. Anders dan in de nacht van 5 op 6 juni 1944, D-Day, blijven de piloten met hun transporttoestellen nu strak op koers ondanks het Duitse afweervuur. De drie Parachute Infantry Regiments, 501st, 502nd en 506th hebben als doel de bruggen bij Eindhoven, Son en St Oedenrode. Het 506th is net te laat bij de brug bij Son, deze is opgeblazen, maar de brug bij Eindhoven valt wel in hun handen. Ook de andere bruggen vallen in de handen van de paras van het 101st Airborne Division.
Op de derde dag na de landing verschijnen Duitse bommenwerpers die Eindhoven treffen waarbij 200 burgers omkomen. Veghel wordt ook zwaar getroffen door Duitse artillerie. Hells Highway', de huidige N265, wordt een paar maal afgesneden door de Duitsers, maar de paras weten iedere keer de vijand terug te dringen. Het is een lange en uitputtende strijd.
Een opvallende actie is op 29 oktober 1944, als 6 man van het 501st PIR een patrouille uitvoeren. In twee rubberboten steken ze de Rijn over nabij Renkum. Overdag houden de mannen zich schuil langs de weg tussen Arnhem en Ede. De nacht daarop worden 32 Duitse manschappen krijgsgevangen gemaakt en meegenomen de Rijn over. Voor het observeren van Duitse stellingen en het gevangen nemen van de Duitsers, ontvangt Captain Hugo Sims jr. het Distinguished Service Cross.
Van de op 17 september gedropte 13.112 man, zijn er 2356 uitgeschakeld op 27 september. In 10 dagen zijn 373 gedood, 1436 gewond en 547 vermist. Er worden 3511 Duitse krijgsgevangenen gemaakt. Als het 101st op 28 november 1944 wordt terug getrokken, hebben ze een doorbraak door de Duitsers naar Antwerpen voorkomen. Nog onwetend wat hen te wachten staat in de Ardennen, gaan de manschappen voor hun rust en versterking naar Mourmelon, Frankrijk.
THE BATTLE OF THE BULGE
Terwijl het 101st Airborne Division tot rust komt in Mourmelon, nabij Reims, breekt het Duitse leger half december door de Belgische Ardennen, in de hoop door te stoten naar (wellicht) Antwerpen. Op 18 december wordt het 101st met 11.000 man naar Bastogne gezonden. Deze weten omsingelt door acht Duitse divisies stand te houden. Het is een op en neer gaand gevecht. Door het personeel tekort bij het 101st worden zelf de koks en klerken ingezet om te vechten. In de bevroren ruïne van Bastogne worden de paras gehinderd door loopgraaf-voet en andere bevriezingsverschijnselen, maar de mannen houden stand. Het 101st is zo verbeten dat Brigadier-General Anthony C. MacAuliffe het voorstel van Duitse zijde dat het 101st zich maar overgeeft , dit afdoet met Nuts!. Als eindelijk op 26 december 1944 de Amerikaanse 4th Armoured Division contact maakt met het 101st, lijkt de zwaarste strijd gestreden. Vol ongeloof zien de oorlogscorrespondenten de ravage aan en noemen de chaos Alamo of Europe. Zelf geven de mannen van het 101st zich de titel: Battered Bastards of the Bastogne Bastion.
Vanuit de verdediging gaat het 101ste in de aanval en bestormen Foy en Noville en een aantal kleinere stadjes ten noorden van Bastogne. 19 januari 1945 (de verliezen zijn dan 3460 man) ontvangt het 504th PIR een Presidential Unit Citation Streamer en ontvangt de gehele 101st Airborne Division het Distinguished Unit Citation voor hun inzet, heldenmoed en vastberadenheid uit handen van generaal Eisenhower. Uniek in de Amerikaanse krijgsmacht, daar meestal een onderdeel van een regiment dit ontvangt.
NAAR HET ADELAARSNEST
Eind april 1945 stormt het 101st door de Beierse Alpen. In Buchloe, nabij Landsberg wordt een werkkamp ontdekt met strompelende lijken. Uitgemergelde mannen waar geen leven meer in lijkt te wonen. Hier realiseren de mannen van het 101st zich, waarom ze vechten in Europa. De divisie pakt ondertussen verschillende kopstukken uit politiek-en militaire gezag van het verschrompelde Derde Rijk, zoals; Robert Ley, Julius Streicher, Xavier Schwartz, Luftwaffe Feldmarschall Albert Kesselring en SS General Berger. Via Berchtesgarden (waar de schatten 'van' Göring worden gevonden) gaat het naar Hitlers zomersverblijf. Hier bereikt het 506th PIR als eerste van de geallieerden het Adelaarsnest. Onderdelen van het 101st worden daarna gestationeerd in de Oostenrijke Alpen, iets over de grens met Duitsland. Op 1 augustus 1945 gaat het 101st naar Frankrijk. Met de bedoeling weer de training op te pakken en zich gereed te maken voor de strijd in Azië. Maar als Japan 10 dagen later capituleert is de oorlog eindelijk over voor het 101st Airborne Division.
HET SCHOUDEREMBLEEM
Het originele schouderembleem werd geaccepteerd op 23 mei 1923 als het 101st een infanterie divisie is. Op een zwart schild staat in profiel een schreeuwende Bald Eagle afgebeeld. Op 28 augustus 1942 wordt boven het schild in een halve cirkel, het woord Airborne toegevoegd als de divisie een luchtlandingseenheid wordt. Het originele 101st heeft een geschiedenis die terugvoert naar de Amerikaanse Burgeroorlog. Het zwarte schild herinnert aan de Iron Brigade van Company C, de Eau Claire Eagles van het 8th Wisconsin Regiment. Deze bezaten een mascotte, een adelaar genaamd Old Abe. De legende wil dat een Chippewa indiaan, Chief Sky, een kuiken ruilde voor een zak koren in 1861. Een ander kocht het dier voor $5, en schonk het aan Company C, 8th Wisconsin Regiment. De adelaar werd vervoerd op een schild en maakte als zodanig 36 veldslagen mee, waarbij het dier gewond raakte bij Vicksburg en de Slag om Corinth. Het 101st Airborne Division adopteerde ook een adelaar en noemde het dier Young Abe. Als de divisie op training is in Tennessee sterft de vogel helaas in Fort Bragg.
Their mission was to root out both the Taliban and al-Qaeda, Osama bin Ladens network of terror. The brigade distinguished itself by swiftly toppling the Taliban and freeing the Afghans from tyrannya feat never before accomplished in Afghan history.
In March 2003, the 101st continued to fight the global war on terror with a deployment to Iraq, this time in support of Operation Iraqi Freedom. The division stood out not only during the war against Iraqi dictator Saddam Hussein, but even more so after the war when the division quickly converted from a fighting ethos into a successful humanitarian program in Mosul, Iraq. Upon returning from Iraq in 2004, the division swiftly changed gears and became one of the first divisions to implement Army transformation.
The 101st Airborne Division was called back to Iraq in August 2005.
While the majority of the division replaced the 42nd Infantry Division and assumed responsibility for northern Iraq as Task Force Band of Brothers, the 2nd and 4th Brigade Combat Teams were assigned to Task Force Baghdad, led by the 4th Infantry Division. With the division dispersed across the country, the mission remained the samecontinue to train Iraqi security forces, extinguish insurgency, and establish democracy in Iraq.
Since its inception in 1942, the 101st continues to demonstrate its hallmark professionalism, which distinguished the mighty division from other fighting units more than 60 years ago. Today it stands alone as the most powerful force of its kinda capable deterrent to any force that poses a threat to the United States, always ready and willing to embark on its next rendezvous with destiny.
The 101st had been deactivated at the end of World War II. However, the unit, less its airborne status, had been reactivated twice, once as a training division between 1948 and 1954 at Camp Breckenridge, Ky., and again at Fort Jackson, S.C., to train basic infantry recruits.
In 1956, the division was to again regain its combat and airborne status under the new Pentomic Army Division concept. The new division was organized into five airborne battle groups, each organized into five infantry companies. Ultimately, the pentomic concept proved unworkable and unsustainable. Between
1962 and 1964, the Army scrapped the pentomic concept and opted to the change to a brigade structure.
The new structure, based on three infantry battalions per brigade, provided for strategically deployable separate brigades, to defend U.S. interests worldwide. The first test of this concept came in 1965.
Because of the growing threat to the Republic of South Vietnam, the 1st Brigade of the 101st Airborne Division was deployed to Vietnam in July. They fought in Vietnam for 26 months, and in
December 1967, the remainder of the 101st Airborne Division was deployed to Vietnam, leaving FortCampbell empty of a combat division.
During the absence of the 101st Airborne Division from 1967 to 1972, FortCampbell became the home of the United StatesArmyTrainingCenter. More than 240,000 entry-level Soldiers received basic and advanced infantry training at FortCampbell before receiving assignments around the world as individual replacements. Additionally, the 6th Infantry Divisiona specially trained unit formed to provide assistance with civil disturbanceswas also activated and stationed at FortCampbell during these years.
The end of the Vietnam War did not assure the return of the 101st to FortCampbell. While in Vietnam, the division organization changed dramatically, from an Airborne organization to an Airmobile
organization. Hundreds of helicopters and warrant officers had been added to the division, requiring extensive airfield and the need for additional officers quarters throughout the installation.
After a period of uncertainty and debate, it was finally decided FortCampbell would be upgraded to accommodate the needs of the returning division rather move it elsewhere.
Sometime after the Vietnam War was over, the division switched its designation from Airmobile to Air Assault. This change reflected the changing mission of the division, from guerrilla war in Southeast
Asia to high intensity combat on the battlefields of Europe, or anywhere else.
Throughout the 1970s and 1980s, Fort Campbell kept up with the demanding changes and support requirements of the air assault division and in the process, became home to two other highly specialized and strategically deployable units: the 5th Special Forces Group (Airborne) and the 160th Special Operations Aviation Regiment (Airborne). The 101st Corps Support Groupan XVIII Airborne
Corps logistics unit, designed to support the division in combatwas also assigned to FortCampbell in order to be in close proximity to the unit.
FortCampbell proved throughout the 1990s to be an exceptional installation, capable of supporting the training, deployment and family needs of the finest and most elite contingency forces in the U.S. Army. In January 1991, the 101st once again had a rendezvous with destiny with a deployment in support of
OperationDesert Shield/Desert Storm, the deepest combat air assault into enemy territory in the history of the world.
Miraculously, the 101st sustained no Soldiers killed in action and captured thousands of enemy prisoners during the 100-hour war. In addition to major operations, Fort Campbell Soldiers have also supported humanitarian relief efforts in Rwanda and Somalia, and supplied peacekeepers to Bosnia, Haiti and Kosovo.
The United States was called to war after the Sept. 11, 2001 terrorist attacks on the WorldTradeCenter and the Pentagon. The Soldiers of the 101st Airborne Division answered the call. The division deployed the 3rd Brigade to Afghanistan in support of Operation Enduring Freedom.
Before the end of World War II, the 20th Armored Division converted to a combat division, completed its training and deployed overseas to fight as a combat unit in Europe. All totaled, CampCampbell trained and deployed more than one quarter of all armored Soldiers who fought in the Armys armored divisions.
The 101st had many successes during World War II. They led the way on D-Day in the night drop prior to the invasion and during the Battle of the Bulge, when the 101st was surrounded at Bastogne and ordered to surrender to the German army, Brig. Gen. Anthony McAuliffe famously replied, To the German commander: Nuts!The American commander, and the Screaming Eagles fought on until the siege was lifted.
One unusual mission performed at CampCampbell during the war years was that of providing a prisoner of war camp. Victory in North Africa in 1942 netted an unplanned capture of a quarter of a million German soldiers, mostly from the famed Africa-Corps. Prisoners here were segregated between three stockades by rank and by Nazi vs. Anti-Nazi sympathies.
Many German officers and NCOs were utilized in post support details, while many of the enlisted German soldiers were available for hire on a daily basis to local farmers and dairies. A small POW cemetery located in the southeast corner of the former Clarksville Base stands as a reminder of this era.
For their valiant efforts and heroic deeds during World War II, the 101st Airborne Division was awarded four campaign streamers and two Presidential Unit Citations. However, victory in 1945 led to the inevitable demobilization of the 8 million-man force and it appeared the fate of Camp Campbell, like so many of other wartime contingency mobilization and training camps, was to close and be consigned to the memory of history.
International tension between the United States and the Soviet Union, what became known as the Cold War, intervened in the expected fate of CampCampbell. Location, transportation, infrastructure, and the existence of a large airfield made the location ideal for one of the nations top-secret nuclear weapons storage and modification facilities.
Thirteen of these facilities were required and built upon 5,000 acres in the southeast corner of the camp. Underground tunnels, storage areas and work areas were burrowed into the rolling limestone and the area was separated from the camp by four fences, including an electrified fence. The facility was operated by both the military Armed Forces Special Weapons Project and the civilian Atomic Energy Commission. The presence of such a secure and secret facility almost demanded the occupation of the camp by an elite military force.
As if by coincidence, the 11th Airborne Division, then an occupation force in Japan, was transferred to take permanent occupation of the camp. They arrived in May 1949. To recognize the now permanent status of the camp, on April 15, 1950CampCampbell was officially changed to FortCampbell.
While assigned to FortCampbell, the 11th Airborne Division was tasked to provide one of its airborne regiments in support of UN forces in Korea during 1950-53. The 187th Airborne Regimental
Combat Team fought valorously in Korea and participated in the only two combat parachute assaults of the war.
Many of the memorialized facilities on FortCampbell were named for combat heroes of this regiment. The regiment returned to Fort Campbell and remained here as part of the 11th Airborne Division until it was tasked to rotate to Europe in support of expanding commitments for the stationing of U.S. troops on
European soil in support of NATO. Once again, the population of FortCampbell dwindled and the fate of the fort became uncertain.
This uncertainty dissipated in September 1956 with the activation of an experimental division. The division was activated to test developing Army concepts for a division capable of surviving and fighting on the anticipated nuclear battlefield of the Cold War era. The colors of this new division were to be those of the 101st Airborne Division.