Gebruik onderstaande aangepaste zoekmachine om meer info te vinden!
Aangepast zoeken
Gegroet beste bezoeker mijn bedoeling is om u zoveel mogelijk informatie te verstrekken ivm de 101ste luchtlandingsdivisie tijdens WO2. Ik probeer een overzicht te geven van enkele artikels over dit onderwerp die verspreid staan op het internet. Het meeste van deze informatie heb ik dan ook van een andere site gehaald. Het is niet mijn bedoeling om plagiaat te plegen, wel om u via deze links naar deze sites te brengen zodat u zich verder kan informeren. Veel lees en misschien ook hobbyplezier.
Een van de meest spectaculaire militaire innovaties van de Tweede Wereldoorlog vormen de luchtlandingstroepen.
Deze troepen, doorgaans bestaand uit lichtbewapende infanterie, worden door de lucht aangevoerd met transportvliegtuigen of zweefvliegtuigen en landen achter de vijandelijke linies.
Nagenoeg onmisbaar binnen dit concept zijn de parachutisten.
Zij nemen meestal het voortouw in luchtlandingsoperaties.
Het element van verrassing speelt een belangrijke rol bij de inzet van luchtlandingstroepen.
Begonnen wordt meestal met het afwerpen, achter de vijandelijke linies, van parachutisten bij één of meer strategische punten als vliegvelden en bruggen, eventueel voorafgegaan door een luchtaanval om de verdediging te verzwakken.
De parachutisten vormen een bruggehoofd en maken zo de verdere aanvoer van troepen door de lucht of over land mogelijk.
De Maschinenpistole 43, Maschinenpistole 44 en het Sturmgewehr 44 (respectievelijk MP43, MP44 en StG44) waren de namen voor een licht automatisch geweer ontwikkeld door Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog als onderdeel van het Maschinenkarabiner (automatische karabijnen) programma, en werden ontwikkeld uit de Mkb 42 (H). De vele namen voor de opvolger van de Mkb 42 (H) zijn het resultaat van de ingewikkelde bureaucratie in Nazi-Duitsland.
De MP43, MP44 en StG 44 waren de namen voor bijna identieke wapens met enkel kleine verschillen en productiedata. De laatste, de StG44, werd Sturmgewehr (Aanvalsgeweer genoemd. Hij combineerde de voordelen van machinepistolen en automatische geweren. De vertaling aanvalsgeweer is erg populair geworden om dit type wapen te omschrijven.
De combinatie van de patroongrootte en het ontwerp zorgde ervoor dat het geweer als een machinepistool voor kleine afstanden gebruikt kon worden maar op lange afstanden accurater was dan deze machinepistolen. Het geweer had echter een veel kleiner bereik dan geweren tegenwoordig hebben; tijdens de Tweede Wereldoorlog vonden veel gevechten op kleine afstanden plaats in dorpen, steden en beboste gebieden.
Toen de StG44 werd geïntroduceerd was een groot gedeelte van de Wehrmacht met machinepistolen of wapens waarbij ieder patroon afzonderlijk in de loop gelegd moest worden zoals de Mauser 98k bewapend. Alleen een klein deel van de militairen was met semi-automatische wapens bewapend (voornamelijk onderofficieren en tankpersoneel). Het Duitse leger kende geen licht machinegeweer (LMG). De MG34 en MG42 waren bedoeld om deze rol op te vullen maar bleken te zwaar. De StG44 was weliswaar geen licht machinegeweer maar het vulde de behoefte naar een licht automatisch geweer met genoeg vuurkracht op.
Russische AK 47
De StG44 is ook wel de voorloper van de Russische AK47. De Russen, hebben bij de inname van Duits territorium deze wapens buit gemaakt. De Russen hebben daarop, de StG44 verbeterd, en dat is geresulteerd in de AK47.
De MG34 of Maschinengewehr 34 is een Duits machinegeweer dat werd geïntroduceerd vanaf 1934 en gebruikt in alle Duitse gelederen tijdens de Spaanse burgeroorlog en de Tweede Wereldoorlog. De MG34 wordt gezien als het eerste moderne machinegeweer dat samen met de MG30 qua functionaliteit ver vooruit was op zn tijdgenoten.
Ontwikkeling
De ontwikkeling van machinegeweren startte pas goed na het einde van de Eerste Wereldoorlog. Duitsland mocht na het Verdrag van Versailles echter geen wapens meer ontwikkelen maar deed dit toch en schreef een specificatie uit naar een volledig universeel machinegeweer (Einheitsmaschinengewehr). Duitse bedrijven vestigden zich in Zwitserland waar Rheinmetall hun ontwerp MG30 Solothurn verkocht kreeg aan de Zwitsers. Eenmaal de Duitse oorlogsindustrie pas goed op gang kwam kwamen deze bedrijven zich opnieuw vestigen in Duitsland en werden gesteund door het nazi-regime om hun opgedane kennis verder te ontwikkelen. Zowel Rheinmetall als Mauser Werke werkten vanaf 1929 aan een machinegeweer en stelde hun prototypes in 1932 voor aan de aankoopdienst van het Duits leger (Heereswaffenamt). Deze laatste besloot dat geen van beide ontwerpen voldeed aan al hun eisen, alhoewel de prototypes een goede functionaliteit bevatte. De Heereswaffenamt besloot het bedrijf Rheinmetall de opdracht te geven om een volledig nieuw project op te starten met de vraag om de goede functionaliteit van voorgaande prototypes als basis te gebruiken in het ontwerp dat later de MG34 zou worden. Majoor Ritter von Weber werd aangesteld als de projectleider bij het Duits leger en Louis Stange kreeg de leiding bij Rheinmetall. Het bedrijf Mauser Werke kreeg compensaties voor de elementen die uit hun prototype werden gebruikt. Het ontwerp van de Maschinengewehr 34 of MG34 staat officieel toegewezen aan hoofdingenieur Louis Stange van Rheinmetall doch de meeste elementen in de MG34 werden bedacht door Heinrich Vollmer van het bedrijf Mauser Werke. Vollmer kwam om het idee om de elementen van handwapens LMG32, de MG13 Dreyse en de MG30 Solothurn samen te voegen tot een werkend geheel.
Technische gegevens
De MG34 kon 800 à 900 schoten per minuut afhandelen over een maximum schietbereik van 1200 meter als infanterie machinegeweer of 3500 m als luchtafweerwapen. De MG34 gebruikte 7,92 mm x 57 mm (7,9 mm Mauser, ook wel 8 mm Mauser genoemd) munitie die in een kogelmagazijn/trommel of op een kogelband zat. De kogelmagazijn/trommel werd gebruikt in de luchtafweeropstelling of wanneer de MG34 snelle bewegingen onderging op een voertuig. De kogelband was nuttig in de andere opstellingen en vereiste een extra persoon om de kogelband aan te leggen en vast te houden. De kogelbanden bestonden uit een enkelvoudige strip met 50 kogelschoten of een opgerolde strip met 300 (sommige bronnen zeggen 250) kogelschoten. De kogelmagazijnen/trommels bestonden uit 50 kogelrondes (de zgn. Gurttrommel 34) of een dubbele kogeltrommel met een capaciteit van 75 kogelrondes. De MG34 operator of z'n helper had altijd reservelopen en een asbest handschoen bij zich om de loop elke 250 à 300 schoten te veranderen. De MG34 was duur in materiaalkost daar het 49 kg staal vereiste en de productie ervan vergde veel tijdrovend maatwerk waardoor men de toenemende vraag van het steeds uitbreidende Duits leger nauwelijks of niet aankon. Het machinegeweer bleek gevoelig te zijn voor vuil en stof maar toch werd het machinegeweer algemeen zeer goed aanvaard en aanzien als één van de betere machinegeweren van die tijd.
Opstel mogelijkheden
De MG34 kon worden opgesteld in verschillende uitvoeringen:
MG34 + tweepoot: de lichtste uitvoering met een gewicht van 12,1 kg. Hiermee was het machinegeweer aanzienlijk lichter dan zn tijdgenoten en één van de hoofdredenen waarom hij zo populair was.
MG34 + driepoot 6,75 kg: de medium uitvoering met een gewicht van 18,85 kg. Er was ook een adapter beschikbaar om een kleinere versie van luchtafweeropstelling te maken.
MG34 + driepoot Dreibein 34: een zware uitvoering met een gewicht van 23,6 kg. Met deze uitvoering kon men een vaste luchtafweeropstelling maken.
MG34 + driepoot Lafette 34: de zwaarste opstelling met een gewicht van 35,7 kg. De MG34 werd op een driepoot met accessoires zoals schokdempers, een speciaal mechanisme om te vuren en een periscoop zodat men vanuit een verdoken positie kon schieten.
Varianten en evolutie
Er bestond een variant op de MG34, de MG34/41. Deze variant werd aangevraagd nadat de eerste frontervaringen in het begin van de Tweede Wereldoorlog hadden aangetoond dat een hogere vuursnelheid een betere verspreiding van de kogels gaf. De MG34/41 had een vuursnelheid van 1200 kogels per minuut (tegen 800 à 900 bij de MG34) en woog 14 kg, iets meer dan de originele MG34 versie (12,1 kg). Er werd een beperkt aantal MG34/41 machinegeweren geproduceerd.
De MG34 was de basis voor de MG40. Tegen het einde van de jaren 30 was het plan om het ontwerp en de productie van de MG34 te vereenvoudigen. In plaats van precisie maatstukken werd nu het principe van voorgedrukte elementen toegepast. De loop van de MG42 had nu bijgevolg een vierkante vorm waardoor het niet kon worden gebruikt in de geschutskoepels van de tanks en andere pantservoertuigen, die de de MG34 bleef gebruiken.
De MG34 was ook de basis voor het ontwerp van een nieuw anti-vliegtuiggeschut, de MG81. De MG81 kon de kogelbanden aannemen van elke zijde en in de versie MG81Z (Z staat voor een Duitse afkorting van zwilling: tweeling), werden twee machinegeweren parallel naast elkaar gemonteerd en aangestuurd met een enkele trekker.
Dienstjaren
De MG34 werd tijdens de 30er jaren gebruikt als het hoofdwapen voor de Duitse infanterie en fungeerde als een verdedigingswapen voor vliegtuigen en tanks. Als tankgeschut was de MG34 uitgevoerd met een zwaardere loop en een bepantserd loopomhulsel zonder de luchtgaten. De MG34 werd gebruikt door de Duitsers in hun Legioen Condor die aan de zijde stonden van Generaal Francisco Franco en zn nationalisten tijdens de Spaanse burgeroorlog. Elke infanterie-eenheid had een MG34 en was daarmee de belangrijkste vuurkracht daar elke infanteriesoldaat, uitgezonderd de leider, een K98k geweer droeg. Het MG34 team gaf in normale omstandigheden dekkingsvuur aan de flanken wanneer hun mede infanteriesoldaten hun doel naderden. De MG34 met Lafette 34 werd gebruikt in de zware compagnieën en waren een cruciaal onderdeel in defensieve opstellingen. In de loop van 1942 werden 300 stuks van de MG34/41, een variant op de MG34 geleverd aan de Duitse soldaten die aan het Oostfront vochten. Alhoewel de Luftwaffe de MG34 afkeurde als vliegtuiggeschut, schreef deze laatste tijdens het laatste deel van de Tweede Wereldoorlog een handleiding voor de MG34. Het machinegeweer werd dan ook gebruikt als een gronddefensiewapen op luchtbases en door de Fallschirmjager-eenheden en Duitse paracommandotroepen (allen onderdelen van de Luftwaffe). De Duitse marine (Kriegmarine) gebruikte de MG34 ook. De MG34 wordt aanzien als het eerste moderne machinegeweer dat samen met de MG30 vooruitstrevend was op vlak vuursnelheid en draagbaarheid door een enkel persoon. De MG34 bleef tot het einde van de Tweede Wereldoorlog in actieve dienst van het Duits leger. Na de Tweede Wereldoorlog werd de MG34 nog gebruikt in Portugal, waar het bekend stond als de Metralhadora m/945, en Israël, Tsjecho-Slowakije, Frankrijk en een aantal landen in Afrika.
Van Wikipedia( klik op de foto) en eigen aanvullingen