Op elk hoofd een kroon, onder elke bil een troon! Aan alle kleine prinsen en prinsessen: Welkom in de 5de klas!
03-03-2009
Het verhaal van Siebe
Er was eens een man. Hij leefde in 1942 en hij was 41 jaar oud. Hij woonde in een krot in het midden van de door de Duitsers bezette stad. Hij keek naar tv en hij volgde de Lotto. Plotseling riep hij: Gigageitenkaas, ik heb gewonnen!
Hij liep naar buiten en riep het nog eens.
Eigenlijk ging het om niet veel geld, maar toch was hij blij. Het enige wat hij hoorde was het vliegen van Duitse oorlogsvliegtuigen.
Er kwamen twee jongens aangelopen. Het hadden gescheurde kleren en wanten aan. Voor hij iets kon vragen sleurden ze hem in een auto. Hij moest rijden.
Waarom moet ik mee?
Luister,zei de ene. We gaan naar een zee vol geheimen.
Waarom?Omdat er oorlog in de lucht hangt!
Waarom hebben jullie mij nodig?
U bent de luitenant van de V.S. . We hebben je nodig!
Wat is dat?
Dit is een dier uit het pimpelpaarse sprookje. He, we worden achtervolgd door een tank!!
Ze konden hem gelukkig afschudden. Ze remden aan het strand.
Aan de zee van geheimen.
Wat moeten we hier? vraagt de man.
De jongen pakte een steen, een edelsteen.
Deze moet terug naar het bos dat in het midden van de zee ligt. Maar diegene die de steen in de krater gooit, gaat dood.
Ze bouwden een vlot en voeren naar het bos. Ze werden overvallen door vossen en die stalen de steen.
Het spel is uit, ik geef het op, zeiden de jongens.
Nee! Dat doen we niet we zoeken die steen! riep de man.
Ze vonden de steen, bij de krater. Ze namen hem op en gooiden hem samen de krater in.
En .
Einde
Het verhaal van Sebastien
Probleem
Ja, hoi, ik ben Polleke.
Ik woon waar ik wonen wil.
Nu is dat bij Zilvertand.Die vangt hij met onzichtbare netten.
De man grijnst om middernacht.
Hij eet kippen, helemaal rauw.
Ik ben alleen en er staat geen boom op de wereld hier.
het enige wat ik zie is een roomtrein met daarop mensen, ze hebben verstelen kleren aan en iemand toont op het raam met een blad : Hoi!
Hier ben ik dan. In fel gele kleren, rode kleren met een lichtblauwe sjaal.
Ben ik bijzonder, waar ben ik in de hel?
Dan kwamen Zilvertand en zijn vrouw de engerd.
Ik zit wel gevangen in een kooi en geraak er niet meer uit.Ik help je ontsnappen,zegt ze.
Dus Irla, zo heet ze kwam met de sleutels af.
Ik was bevrijd. Nu nog ontsnappen.
We namen een heuvelachtig paadje en begonnen heel nerveus te vluchten. Als er eindelijk bomen in zicht zijn kwamen er wolven achter ons aan. met vlijmscherpe tanden.
We renden voor ons leven. Nog 100 meter voor we het bos bereiken. Stenen, kapot, alles ging aan mij voorbij. toen we eindelijk in het bos waren, viel ik. We doken onder een afgezaagde boom en wachtten.
De wolven vingen een andere prooi. Een konijn.
Dus zetten we onze weg voor. Toen waren we in de bewoonde wereld, bij mama, papa en mijn vrienden.
Bevrijd van Zilvertand, bevrijd uit de hel.
Het verhaal van Pauline
Dat heb ik weer!
Op een dag was ik aan het dansen op mijn kamer.
Wat ben ik moe. Ik ga wat slapen.
Ik droomde over
Op een dag liep ik door de straat.
Gewoon en rustig. Ik ging terug naar huis, want ik had er geen zin meer in. Ik wou nar huis gaan, maar alles verdween
De voordeur was weg.
Het huis begon te verdwijnen.
Ik liep naar mijn buren.
Als snel merkte ik dat alles verdween.
Ik was bang, begon te huilen.
Ik stopte met huilen toen ik een zee zag.
De zee van geheimen.
Ik dacht: typisch dat heb ik weer!
Ik werd naar de zee toegetrokken en ik hoorde : word wakker, word wakker, word wakker
Ik één keer sprong ik. Ik rende naar mijn mama.
Die zei: ik wil een tatoeage.
En voila, zij had een tatoeage .
Gek, dacht ik, de getatoeëerde mama.
Vanaf toen werden al onze dromen waar gemaakt!
Einde
Het verhaal van Marilou
Het avontuur van Marijke
Ik heb en mama, een getatoeëerde.
Een mama die altijd kwaad is. Gemeen.
Ik ging naar de hut van mijn oom Tom. Ik vroeg wat ik moest doen om mijn mama gelukkig te maken. Oom Tom zei dat ik onzichtbare netten moest vinden.
Ik lachte mezelf achterover.
Waar kan ik die netten halen?
Toen zei oom Tom dat ik naar die rare man moest gaan.
Ik zag nog altijd geen onzichtbare netten. Natuurlijk weet ik wel dat je die niet kan zien.Maar zouden die wel bestaan?
Tenslotte moet ik die netten toch kunnen voelen.
Ik denk toch dat die mijn vastberadenheid beter zal zijn voor geheimen te bewaren. Wat is die netten maar een leugen was? Dan was ik voor niets naar die vreemde rare man gelopen om hulp te vragen.
Dit is misschien het enige waar ik mama blij mee kon maken. Papa wist altijd iets om haar te plezieren.
Moesten we maar terug in de Nieuwe tijd kunnen, dan kon ik mijn mama gelukkig maken. Maar ja
Ik ging mee met die rare man.
We kwamen aan in een groot kasteel. In de verte hoorde ik Marietje. Kijk en daar loopt Bartje.
Hij wou met mij spelen.
We namen pijl en boog.
In de verte hoorde ik mijn mama en een ziekenwagen. Wacht ook een politiewagen.
Hier in de Nieuwe Tijd?
Die rare man kwam weer naar mij en zei dat mijn mama in de gevangenis. Dat hij onzichtbare touwen had.
Hoe kon ik dat nu weten?
Ik pak het vast en voel netten.
Ik ging terug naar de hut van oom Tom en toonde de netten. Hij stak een vuurtje aan onder een kookpot.
Ga een knuffel halen, zei oom Tom.
Ik ging naar huis en nam Boxy mee.
Hij verbrande de knuffel en de onzichtbare netten.
Er kwam een hart of tien uit.
Later ontplofte het hart en daar was papa, ik was dolgelukkig.
Mama kwam uit de pot. Zij was ook zeer blij en de volgende avond hielden we een familiefeest.
We leefden nog lang en gelukkig
Einde
Het verhaal van Margot
Het verhaal
Ik kan dan zomaar wegflitsen. Wacht ik ga het even voortonen. Hallo. Ik ben Loekoe. Ik ben 24 jaar en mijn hobbys zijn paardrijden, knutselen, gedichten schrijven. Eigenlijk vooral knutselen. Oh ja, wat dom van me. Dat heb ik al gezegd!
Nu ben ik een teletijdsmachine aan het maken.
Hmm, even kijken. En ja hoor, een oud krot van 3 jaar werkt nog prima.
Al dat stof. (kuch, kuch.)
Ik moet het eens proper maken., denk ik.
Nu weet ik het zeker, ja dus, maar dat ga ik later doen. Nu eerst naar de tijd van jager tot boer.
Weet je hoe mijn moeder heet? Polleke, en ze is getatoeëerd. Er staat net boven haar dikke vette blubberige afschuwelijke borsten.
Dat dagboek is mijn geheim.
Ja, oké, maar ja mijn vader kan er niet afblijven. Nu terzake. Ik ga nu in mijn teletijdsmachine stappen.
Wauw, hou je goed vast, daar gaat hij.
Flits.
We zijn er. Joepie!
Mmm, ik heb honger. Kijk daar een kraampje. Eens kijken. Bah, everzwijn. Nee, dank u, geef mij maar liever frietjes met chocolade.
Maar ik heb nog steeds honger.
Laat ons terugkeren.
Wil jij ook nog eens zon avontuur beleven, dan moet je dat zeker doen.
Veel succes en lieve groetjes
Loekoe
Het verhaal van Jessica
Dit dagboek is geheim
Het stond op het dagboek van mijn beste vriendin. Zou ze kwaad zijn op mij? Er stond in dat ze een getatoeëerde mama had en dat ze een zee van geheimen had. Ik ga naar huis voor ze iets opmerkt.
Eindelijk thuis. Ik loop meteen naar mijn kamer. Plots wordt alles donker en terug licht. Hé, maar waar ben ik?
Je bent in de middeleeuwen, zegt een oud vrouwtje tegen mij.
Hoe kan dat?
Ik mis mijn familie nu al. Ja, nu al.
Ik hoor overal bommen.
Nee! Stop! Ik wil terug! roep ik.
Kijk daar een meisje en een jongen. Ze lopen naar mij toe. Ze komen dichter. Het meisje heeft blond haar en de jongen bruin. Ze hebben allebei een bruin T-shirt en een donkerblauwe broek. De jongen heet Ben en het meisje Lies. De jongen komt nog wat dichter.
Ik heb een groot geheim, zullen we naar het bos gaan?
Ik zei oké.
Ik riep: Lies! Is dat Lies? Ja, het is Lies. Stop met ons te volgen!
Oké, zei ze, maar wat was het geheim?
Dat kan ik niet zeggen, zei ik.
Lies gaat weg.
Mag ik het aan jouw vertellen?
Ik ben eigenlijk een weeskind van Afrika. Ik ben ontsnapt.
Waarom ben je weggelopen? vroeg ik.
Het eten was vies en ik werd gepest omdat ik nog met een knuffel slaap.
Oh, zo flauw, zei ik.
En wat is jouw geheim? vroeg hij.
Ik weet het niet. Eerst was het donker, en dan weer licht en nu ben ik hier. Het oude vrouwtje zegt dat ik in de middeleeuwen ben. Ik denk dat ik in een teletijdsmachine ben terechtgekomen.
Een wat? vroeg Ben.
Een machine, als je erin kruipt, reis je naar een andere tijd.
Wauw, zei Ben. Kan ik er ook een maken?
Ik denk het niet. Er is hier geen elektriciteit. Geen elektrische apparaten, geen blikjes en karton.
En stof? Zou het met stof lukken?
Ik weet het niet. We kunnen het proberen. We vragen Lies of ze meehelpt.
Een dag later is ze klaar.
Zal ik het proberen?
Saluuuuuuuut! Daaaaaaaaaaaaaaag!
Het verhaal van Eniz
De oude cipier
Ik zie in de verte twee kleine zwarte stipjes. Ze komen alsmaar dichterbij. Ik denk dat ze lopen.
Ik kijk goed rond en zie wel een miljoen bomen en een kerk die half afgebroken is.
Ook veel kasseien, maar dat maakt het dorpje niet onveiliger voor de kinderen. Ondertussen zijn de twee zwarte stipjes veel groter geworden dan daarnet; Ze heten Julei en Frank. Julie heeft lange blonde haren. Ze hebben allebei klompen aan. Ik kijk omhoog en zie dat er heel veel kraaien op de half omgevallen kerktoren zitten.
Julie vertelt me een geheim.
Ze nemen me mee naar een hele lange bosweg, er staan wel honderden bomen langs de kant. Ik kijk achterom en zie dat een oude cipier ons achtervolgt.Op het einde van de rit
We stappen uit de grote koets. Ik tracht weg te lopen voor de oude cipier, maar een paar meter verder heeft hij me te pakken.
De oude cipier sluit me op.
En het geheim?
Het geheim is veel te geheim om het te verraden. Niemand mag het ooit te weten komen.
Hij liep rond in de winkel en werd door een muis aangesproken.
Wil je vorig jaar euhm, dit jaar meedoen aan de maandelijkse, euhm, jaarlijkse loopwedstrijd?
Ja, zoals je hoort is het een verstrooide muis.
Maar nee, toe, smeekte de muis.
Vorig jaar heb ik met een val wel mijn benen gebroken. Dat wil ik niet meer meemaken. Maar om jou een plezier te doen, doe ik mee.
Oh, nee, dat heb ik weer, zei muis, euh nee, hartelijk bedankt.
Zo eenvoudig was het niet om naar het stadion te gaan. Want in het dorp, waar ze door moeten, zijn ze oorlog aan het voeren. Ze noemen hem wel eens WOII.
Dus ja, ze moesten een hele omweg maken. Na twee dagen waren ze er eindelijk. Het was het grootste stadion dat hij ooit gezien had.
Op uw plaatsen, riep de muis. Klaar, Pang! Silvertand kwam op de derde plaats, maar er was ook een valsspeler. Hij trok en duwde er op los. Silvertand kwam op de tweede plaats, in de laatste 100 meter had hij de valsspeler voorbijgestoken en hij won.
Hiephiephoera! riep de muis.
Een groot schot startte de werdstrijd.
Hij kreeg een paar mooie bloemen en het grootste stuk kaas. Hij smulde er op los.
Toen werd hij wakker.
Het was allemaal een droom!
Oh, zei Silvertand tegen mama vos. Ik heb zon buikpijn. Ik denk dat ik teveel kaas gegeten heb.
Maar jongen toch, zei mama vos. Je hebt helemaal geen kaas gegeten!
Droom maar lekker verder.
Einde
Het verhaal van Matthias
Polleke en het geheim
Op een dag moest Polleke een keuze maken. Ze mocht kiezen uit : zwemmen of dansen. Natuurlijk koos ze voor het zwemmen. Toen ging Polleke naar de zee. Ze had jeuk in haar haar, toch ging ze zwemmen. Ze zwemt altijd tot aan de boei en terug. Nu werd Polleke weggezogen. Ze zat vast en dacht aan netten, maar ze kon die netten niet zien. Toen was ze zo boos, bijna woedend. Ze had bijna duivelshanden. Een half uur later viel ze flauw. Na een paar dagen spoelde ze aan op een onbewoond eiland. Dat dacht ze toch. Toen zag ze twee mensen. Een jongen en een meisje. Ze zagen er uit als aliens. Ze hadden pimpelpaarse kleren en één been zonder schoen. De jongen liep snel naar Polleke en die jongen vertelde een geheim over eenkaart. toen was het meisje er. Ze droegen Polleke naar een paardenkar. ze reden in een grot. Helemaal aan het eind van de grot lag een kaart. Geen gewone kaart. het is een echte schatkaart met in het midden één kruis. Een groot rood kruis. Eerst moesten ze door twee palmbomen die een kruis vormden en die kaart lijkt op deze. Toen moest Polleke kiezen of ze een schat zocht of niet.
15-02-2009
Een dag vol spetterend plezier
Zeilen, redden, roeien, ... en dit in bikini (zwembroek). Met de handdoek rond ons midden of over de schouder konden we proeven van verschillende watersporten. Na de middag kregen we er ook nog een woordje uitleg bij. En? Je keuze gemaakt? Ben jij de volgende watersportkampioen?
27-01-2009
leesbuddy's
Wij dragen ons steentje bij. Wij kunnen en kennen al heel veel. Daarom delen we die kennis met de leerlingen van het eerste leerjaar. We helpen hen bij de eerste stapjes van het echte lezen. En daar zijn we trots op!
Ik wens alle leerlingen die ziek waren veel beterschap. Voor de andere wens ik dat de griep aan jullie deur voorbij gaat. Ik heb iedereen gemist!
Voor wie eraan zou twijfelen, maandag is er geen test Frans.
Geniet nog van de zondag!
13-01-2009
Sneeuw op school
Glijden en sneeuwballen gooien. Dikke pret en af en toe een buil.
op de tast
Plaatsen zoeken, buren leren kennen en zelfs dieren tekenen. Dat kunnen wij allemaal met onze ogen dicht.
voorstelling van de projecten
De evolutie van het leven, dit was wat jullie kozen als project. Na een brainstorm konden we dit onderwerp in vier grote delen onderverdelen: - het onstaan van het sterrenstelsel -de evolutie van de dieren -het onstaan van planten -de evolutie van de mensen Hele moeilijke materie, maar daar konden jullie wel weg mee! Een dikke pluim voor jullie inzet!
Dit zijn wij
Dank u wel Ginette
Ginette, the best a school can get, banken stoelen, zelfs toilet, altijd proper altijd net.
Kerstontbijt en pakjestijd
Dit jaar hebben jullie pakjes voor elkaar gemaakt. Zo blijkt dat jullie elkaar heel er goed kennen en je echt de moeite hebt genomen om elkaar eens flink in de bloemetjes te zetten.
Een boodschap in een fles
Gelukkig nieuwjaar!
De boodschap is met liefde en creatief inzicht gemaakt.
Sfeerbeelden; wij gingen schaatsen!
Heb je me nodig?
Dan kan je mij via deze weg bereiken. Dit adres wordt zo'n één keer per week geopend.