EINDELIJK IS HET ZOVER! Holala, het weer
ziet er niet goed uit: kil en druilregenachtig Met de stoptrein anderhalf uur
naar Chicago geboemeld tot in het grote eindstation (the Chicago Transportation
Center) en daar een taxi genomen naar Grant Park waar het te doen is. De taxi
nemen voor die relatief korte afstand kost niet veel meer dan de bus, en een
taxi heb je sneller te pakken. Het festivalterrein is deels in het park en
deels in twee grote lanen georganiseerd: Jackson street en Columbus boulevard
zijn speciaal voor die gelegenheid helemaal afgesloten. De politie is goed
vertegenwoordigd, festivalgangers worden aan de ingangen gecheckt op metalen
voorwerpen en wapens. Maar er heerst een heel gezellige sfeer. Er zijn 5 podia:
4 kleinere die rond de middag beginnen, en een vaste concertzaal in openlucht
waar vanaf 18 uur de hoofdacts optreden. De kleinere podia worden dan gesloten
en het publiek verzamelt op dat concertterrein, het Petrillo Music Shell. Het
festival is volledig gratis en wordt gesponsord door heel wat bedrijven zoals
Pepsi, Bud Light, de privé-vervoermaatschappij van Chicago CTA, de Chicago Tribune,
enz. Je merkt daar een beetje van als festivalganger: er worden gratis
staaltjes frisdrank aangeboden, op de podia worden de sponsors regelmatig
vernoemd, enz. Maar dat kan de pret niet drukken. We halen op de Check-in-stand
ons speciaal armbandje dat toegang geeft tot de voorbehouden plaatsen voor
mensen met een beperking en hun begeleiders, rechts opzij het hoofdpodium. Dat
blijkt wel nodig, want met zon massa van rond 200.000 dagelijkse enthousiaste
bluesfans die regelmatig gaan rechtstaan van de klaargezette stoelen en
beginnen dansen, zie je als rolstoeler niks meer van het gebeuren vooraan. Alles
is hier heel goed georganiseerd, niets wordt aan het toeval overgelaten. Er
lopen naast de politie, overal veelal vrijwillige securitymensen rond die
alles in goede banen leiden. Blijven staan of dansen in de gangpaden tussen de
stoelen van het hoofdpodium mag niet, roken evenmin: de security komt je dan
vriendelijk vragen om door te lopen, te gaan zitten of je sigaret te doven;
onvermoeibaar doen ze dit de hele avond door. Ook aan de properheid wordt heel
hard gewerkt: voortdurend doorkruisen medewerkers de menigten aan de podia met
vuilniskarretjes die alles van de grond komen ruimen. Chicago is absoluut een
propere grootstad. Als je in Amerika een pintje wil drinken moet je altijd je
ID voorleggen en bewijzen dat je minstens 21 bent, anders word je wandelen gestuurd.
Op dat punt zijn de Amerikanen zeer consequent. Dus zie ik mijn stevig gebaarde
medereizigers van de dranktent terugkomen met dat extra felgekleurd armbandje
over 21 We besluiten om als eerste podium de Mississippi Juke Joint stage
te bezoeken. De muziek is er zo leuk dat we het hele programma afwerken: het
duo DMar & Gill: gitaar en drum die de pan uitswingen, dan grote madam
Nora Jean Bruso (de dame in het blauw), een zwarte stem als een, nee twee klokken!
Ze zweet gewoon de blues uit, iedereen gaat uit de bol; tijdens een van de
laatste nummers wandelt ze gewoon weg van haar micro en bluest haar muziek zo
het publiek in, wat haar een staande ovatie oplevert. Pol was zichtbaar
ontroerd: ze raakte helemaal zijn bluesziel. Ze deed hem denken aan wijlen Koko
Taylor. De dame zong (echt waar) zich een ladder in haar kous en de geurvreters
uit haar open schoenen. En dan ouwe bekende James Super Chikan Johnson die we
al op het festival in Jackson gezien hebben: vrolijke swingblues ondersteund
door zijn drie madammen. Hij voert opnieuw zijn nummertje met zijn geweer-slidegitaar
op (somebody SHOOT that thingggg!) maar het blijft superleuk. En als
afsluiter ene Fernando Jones (met flaphoed) die hier bekend is omdat hij een
bluesschool voor jongeren organiseert, de Kids Foundation, en die een jam houdt
met gewone amateurbluesmuzikanten (je moet wel vooraf ingeschreven hebben);
dat levert ook soms wel toffe, niet heel professionele maar wel echte momenten
op. We leven hier op bonnetjes voor water, bier en fastfood. Gezond eten kan je
het echt niet noemen: hamburgers, vlees en kip, alles gefrituurd en met zoete
sauzen het typisch dieet van Uncle Sam. We vinden een Aziatische eetkraam die
tenminste noedels serveert, het minst ongezonde dat je volgens ons hier kan
vinden. En dan naar het hoofdpodium. Mensen, wat een volk! Zeker minstens
150.000 mensen. Alles verloopt rustig en toch wordt er veel en graag yeah!
geroepen, gedanst, geapplaudiseerd, gefloten, het is echt een leuke, gezellige
sfeer. Nothin but the blues! Ongelooflijk toch hoe ze dat hier doen. Het
festival wordt elke dag stipt om half tien s avonds afgesloten, en alles
verloopt vriendelijk en ordelijk. Werkelijk fijn om dit mee te maken! Vanavond
draait het op het hoofdpodium om een eerbetoon aan Robert Johnson: tributes
worden gebracht door verschillende bands: eerst de band van Eddy Cotton die een
stevige maar lange set brengt, maar het volk lust er wel pap van; dan de
Duwayne Burnside Band die een akoestische gesmaakte set brengen; daarna Rick
Sherry helemaal alleen op akoestische gitaar en de afsluiter van de avond. Een
van de zonen van Robert Johnson komt een liedje meezingen applaus!, ook al
heeft de man de stem van zijn vader echt niet meegekregen. Commercieel zijn ze niet
schroomvallig, de Amerikanen: iedere artiest maakt tijdens zijn of haar
optreden wel een paar keer reclame voor zijn cds die na het optreden te koop
aangeboden worden. This song that I wrote comes from my new CD which you can buy over
there We kennen die zin al van buiten ondertussen. But you gotta keep the blues alive, man! Gelidjk hebben ze. Niet zo
heel moe maar wel tevreden nemen we daarna de taxi naar het station; twee uur
later liggen we weer in ons beddeke op de camping.
9 juni - met het hoofd omhoog door Chicago & Shirley Johnson blues band in 'Blue Chicago'
Donderdag 9 juni
Vandaag hebben we het terrein nog
verder verkend, om geen tijd te verliezen bij het zoeken naar de juiste weg richting het 3-daagse bluesfestival dat morgen start in Grant Park; ons plan
was ook om s avonds een live-optreden mee te pikken in het bluescafé Blue Chicago
op 536 North Clark Street. He't heeft ons een indrukwekkende stadswandeling en
een paar erg mooie beelden opgeleverd. Vooral de wandeling langs de riverside
(het kanaal) doet wel even je mond openvallen door de verbazend grootse
architectuur; de wolkenkrabbers lijken wel een Zwitsers hooggebergte, echt prachtig. De
stadsmetro loopt ook gedeeltelijk bovengronds, op spoorbruggen boven de
straten. Dat wordt hier de L-train (elevated train) genoemd: in totaal is die
170 km lang, het derde grootste metrostelsel in de VS, na New York en Washington
D.C. Het is wel even wennen om opeens een treinstel boven je hoofd te horen
voorbijdenderen. Om de honger te stillen een pizzatent gevonden; de stukken
pizza zijn duidelijk aangepast aan de schaalgrootte van Chicago: enorm dus. De bluesband
van dienst donderdagavond in Blue Chicago is Shirley Johnsonss blues band.
Een goeie impressie van dit bluescafé vind je op: www.bluechicago.com,
muziek incluis en de meneer met de baard die de intro doet heeft ons ook
binnengelaten en na het optreden een taxi voor ons aangehouden (ging dat éven
snel!). De band was best goed, de saxofonist was echt wel een talent. U ziet
tevens een glunderende Pol in de armen van de bluesdiva (alleen maar even voor
de foto natuurlijk). En morgen begint het driedaagse bluesfeest in Grant Park.
We zijn zeer benieuwd: het is het laatste hoogtepunt van onze roadtrip! Men
verwacht er trouwens tussen de 400 en 600.000 festivalgangers, en het weer
blijft redelijk, al is het pakken frisser dan waar we al geweest zijn. We
beginnen te snappen waarom Chicago the windy city genoemd wordt. De wind
overvalt je in de brede lanen van alle kanten op onverwachte momenten.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Tags:Chicago, blues, blue Chicago, L-train, Shirley Johnson
De volgende dagen valt er niet zoveel te
melden, we hebben de afstand Horn Lake in Mississippi naar Chicago, Illinois
afgelegd in 2 dagen, met een tussenstop op de Timber Trails RV camping in
Mulberry Grove, Illinois. Dat betekent toch 600 mijl of bijna 1000 km met de
camper, die zich nog altijd heel goed blijft gedragen (behalve de airco). Na
een paar telefoons naar ondermeer de Tourist Information om een standplaats te
zoeken voor ons verblijf in Chicago, dachten we de hoofdvogel getroffen te
hebben door een standplaats te vinden heel dichtbij het Grant Park waar het
Bluesfestival zou doorgaan, maar dat was een sof: van de stadsinfo klopte niet
veel; het ging om een parking voor vrachtwagens, zonder water of elektriciteit.
En de dichtstbijzijnde camping is op anderhalf uur rijden van Chicago Veel
keus hadden we dus niet. We staan nu op de KOA-camping in Union, noordwest van
Chicago. Het binnenrijden van deze grootstad is echt indrukwekkend als je er
nog nooit geweest bent: de brede lanen, de ongelooflijke wolkenkrabbers, heel
mooi en divers van architectuur Maar het is ook een stad waar het lawaai nooit
stopt, heel overweldigend. Na wat zoekwerk hebben we dan beslist om de volgende
dagen niet met de camper naar Chicago te forenzen voor het bluesfestival maar
met het openbaar vervoer. We zien hier op de camping in Union namelijk nog
campers van Cruise-America (de firma bij wie we onze camper gehuurd hebben) die
hun voertuigen na hun vakantie in Chicago moeten afleveren, wat erop wijst dat
je inderdaad niet dichter bij de stad kan parkeren. Het openbaar vervoer nemen
hier is ook wel een ervaring! Het kost ons wel twee uur treinen en bussen om de
stad te bereiken. Een mede-commuter (pendelaar) vertelde ons dat als je uit het
centraal station van Chicago vertrekt met de trein naar het platteland, het
3 kwartier kost voordat je de stad echt uit bent We hebben op onze eerste
ontdekkingstocht geprobeerd om een optreden mee te pikken in het Buddy Guys
legendarische bluescafé op 754 South Wabash Avenue, maar ze vroegen er een zo
hoge toegangsprijs voor nog enkel staanplaatsen (the tables are sold out for
tonight, sir) dat we dat echt overdreven vonden en dan maar terug naar huis
zijn gependeld. N.B. Treinen en bussen zijn perfect aangepast voor mensen in
een rolstoel en je moet het hier niet 24 uur op voorhand aanvragen zoals in
Belgenland. In elke bus en trein heb je een ingebouwd automatisch rolstoelliftsysteem.
Nog een leuk detail: tot enkele minuten voor de aankomst van de trein mag je in
de kleinere stations gerust op de aangeduide plaatsen gewoon de sporen overwandelen
naar je vertrekspoor. Geen gedoe met ondergrondse trappen! Maar dat belet niet
dat er hier regelmatig wel ongevallen gebeuren.
5 juni - Memphis laatste dag & waarom Rudi toch eens de grond moest kussen waar Elvis ook werkelijk op gestaan heeft.
Zondag 5 juni - Dit was voor ons nog een memorabele dag
erbij: we zijn begonnen met een bezoek aan de STAX-studio, waar de rauwe
soulmuziek is ontstaan.Nu is het een
heel knap museum. Je kan er onderandere de blauwgouden Cadillac van Isaac Hayes bewonderen... Stax is tenonder gegaan na de moord op Martin
Luther King, waardoor de spanningen tussen blanken en zwarten erg toenam;
daarvoor kwamen zowel zwarte als blanke muzikanten probleemloos er met elkaar
opnemen. En dan toch maar eens naar Graceland afgezakt! Dikke tegenvaller wat
ons betreft: het is een commerciële kermis, Elvis van voor en van achter, op
pins, kleren, handtasjes, enz. en voor alles dokken, ook voor een kleine of
grote rondleiding door het domein. Je kan er zijn 2 airliners bezoeken (eentje
was van zijn dochter Lisa Marie) en zelfs samen met Hem posthuum op de foto,
dat vonden we nogal verregaand, maar soit, er zijn mensen die dat geweldig
vinden, ons niet gelaten. De extreme commercialiteit stootte ons eerlijk gezegd
een beetje tegen de borst en dus zijn we niet echt binnengegaan; de muzikale
originaliteit van Elvis hebben we gelukkig enigszins kunnen terugvinden in de
oude beroemde Sun Studio van wijlen Sam Philips, die overdag een museum is en
s nachts nog echt als muziekstudio gebruikt wordt à 100 dollar opnamekost per
uur, voor iedereen die dat wenst. Oorspronkelijk de opnamestudio voor de zwarte
muzikanten uit de Delta zoals BB King, Big Walter Hornton, James Cotten, Rufus
Thomas en anderen. Hier ontstond werkelijk de Rockn Roll, Het nummer Rocket
88 van ondermeer Ike Turner wordt beschouwd als de eerste rockn roll-plaat.
De ongelijke stoep zorgde voor een onverwacht pauselijk gebaar mijnerzijds, doordat
mijn voorste wieltjes van mijn rolstoel blokkeerden en ik even voluit in
ongewilde overgave op de beton voor de ingang van de Sun Studio lag. Nadat Pol
& Fons van hun schrik bekomen waren (niks erg, alleen een paar schrammen en
een onverwacht Comedy Caper-effect) heb ik het natuurlijk mogen horen. De pittige
blonde jongedame die ons door de studio gidste deed me het voorvalletje wel erg
snel vergeten ;-). De Sun Studio vond na een moeilijke periode opnieuw een
grote revival na de opnamen van Elvis. Later verkocht Sam Philips Elvis aan RCA
voor 35.000 dollar, een ongehoord bedrag voor die tijd. Daardoor kon Philips
zijn schulden afbetalen en de studio verderzetten. Roy Orbison, Carl Perkins,
Jerry Lee Lewis en Johnny Cash waren de mensen die er nog opgenomen hebben en
daarna een grote carrière uitgebouwd. Ook U2 heeft er opgenomen Na een
bluesriffje door Rudi op de opnamepiano (EINDELIJK een piano!) en Pol die
Mannish Boy van Muddy Waters in de micro kweelde, een kop koffie en enkele
souvenirs zijn we terug naar Beale Street afgezakt. Het Rum Boogie Café aldaar
bezorgde ons, na een typische maaltijd van meatloaf, catfish en red beans &
rice, een heel leuke live-verrassing: hier hebben we een schitterend optreden
meegemaakt van Kirk Smithhart & band, drie topmuzikanten met heel originele
covers van blues- en andere muziek. Zoek hem zeker eens op facebook en op
Reverbnation.com. De man is als gitarist een waar genot qua finesse, accuraatheid
en snelheid. Een Belgisch festival als Blues Peer zou er wel bij varen. De
afsluiter van de avond was de gig van Patrick Dodd & band in BB Kings.
Mooie dag, kortom. Au!
De airco blijft problemen geven We
moeten dit echt opgelost krijgen, zo kunnen we niet verder. Rondgereden,
herstelplaatsen gezocht die allemaal gesloten waren of niet meer bestonden, de
firma van de camper proberen te bellen Na veel vijven en zessen zei men ons
daar dat de foutmelding op het controlepaneel te maken had met een slecht contact:
het zaakje uit zijn houder gehaald de print stuk! Naar de lokale afdeling van
Cruise America gereden, wat bleek: dat was gewoon een gesloten tuinhuisje
Merde. Terug naar de camping en probleem uiteindelijk zelf opgelost met wat
vindingrijkheid en een colablikje! Héhé. Het is ons
toch gelukt om nog een paar bezoekjes af te leggen: namiddag aan het enorme
Horse Shoe Casino in Robinsonville met het muziektheater Bluesville. Bluesville
zelf was helaas gesloten, dan hebben we maar even rondgestruind in het
gokpaleis dat minstens zo groot was als de Makro Money en glitter, best
indrukwekkend! Fotos verboden, maar we hebben er toch een paar getrokken. Er
speelde ook een coverband, een heel goeie zelfs, die vooral brave nummers van
The Beatles speelden. Eens iets anders! s Avonds, om de dag toch op een bluesy
manier af te sluiten naar een juke joint gereden in Memphis: Kelly &
Burnsides in een industriële achterbuurt; de eigenaar is de oudste zoon van
bluesgitaris uit de Delta Hills, R.L. Burnsides. De buitenkant was
veelbelovend, maar die avond helaas geen live-muziek, enkel discobar met
Heineken-bier. Het is hier ook niet meer wat het geweest was alles evolueert
blijkbaar.
3 juni - Memphis 1e dag en waarom BB King geen gaten ziet in zijn gitaar
Vrijdag 3 juni Vandaag ging de airco in de camper naar
de knoppen Ramp o ramp, dat is iets wat je hier echt niet kan missen met bijna
40°! Toch weer aan de praat gekregen, oef, en dan naar Memphis, een van de
belangrijkste muzieksteden, waar de blues en de rock&roll daadwerkelijk
geboren zijn en hun veroveringstocht over de wereld zijn begonnen. Dit is een
mooie dag geworden: ons eerste bezoek aan Beale Street en aan de Gibsonfabriek
was wel memorabel! Hier worden de semi-akoestische gitaren en de doublenecks
gefabriceerd. Verboden fotos te nemen tijdens de rondleiding doorheen de
productielijn. Ze maken rond 50 gitaren per dag. Hier ontdekten we ook dat de
Lucille-gitaar van BB King geen F-holes, dus geen klankgaten heeft (alle andere
Gibsongitaren van deze soort wel) omdat de meester de voorkeur gaf aan deze
resonantie omdat hij altijd zittend speelt. Een weetje voor de liefhebbers. Pol
is daardoor vergeten ons te trakteren voor zijn 35e trouwdag. Dus we
hebben nog een taart tegoed, he Pol! In Beale Street zijn zoveel live-groepen
tegelijk bezig, zowel binnen als buiten dat je er rondwandelt in een kakofonie,
zeker in het weekend.. Merkwaardig was de grote aanwezigheid van de politie en
security, die iedereen die Beale street grondig fouilleerde en door de
metaaldetector haalde. Ikzelf hoefde door de metaaldetector te rollen, maar
moest toch verklaren aan de agent dat ik geen wapens of ander tuig meehad. We
hebben, dat meegemaakt hebbende, de camper dan toch maar geparkeerd in een
bewaakte betaalparking. Maar het is wel een heel kleurrijke bedoening, echt de
moeite, ook op muzikaal vlak. We hebben genoten van Tinsley Ellis in het BB
King-café, en in het park van een live-band die een prachtige versie bracht van
Papa is a rolling stone van The Temptations. Door de hitte zijn we
binnengegaan in het indrukwekkende, airco-gekoelde Hard Rock café.
2 juni bis - enige mijmeringen over het leven in de deep South en over grote Amerikaanse kampeerwagens
We
staan dus op goed verzorgde camping Jellystone park RV in Horn Lake, enkele
miles ten zuiden van Memphis. Ons plan is hier minstens 3 nachten te blijven om
de beroemde muziekstad en omgeving te verkennen, en misschien doen we
Graceland, het stulpje van Elvis, er ook nog bij, we zien wel. Memphis ligt net
niet meer in de staat Mississippi maar in Tennessee en wordt toch beschouwd als
de economische en culturele hoofdstad van Mississippi. Van zodra we Memphis
naderden, zagen we dat de huizen hier beter gebouwd zijn. Nu valt het ons op
dat er veel verschil is tussen het uitgestrekte, armoediger platteland van het
diepe zuiden (Louisiana, Mississippi) en de rijkere grote stadsgebieden.
We
hebben een paar dagen geleden een praatje gedaan met de blanke kassierster van
een warenhuis in Clarksdale, een niet zo heel klein plattelandsstadje; ze
vertelde ons dat de mensen hier eigenlijk relaxt leven, de stress die je hebt
doe je hier jezelf aan. We doen onze job en daartussen nemen we het zoals het
komt en genieten we van het leven. Je hoort het zelfs aan het lijzige Zuiderse
accent. Je merkt dat ook aan de manier waarop men met elkaar omgaat: altijd een
praatje slaan, constant elkaar groeten, ook wij krijgen heel vaak zomaar een
wuifhandje van vooral zwarte mensen die op het terras voor hun huis zitten als
we door hun wijken rijden, of als we door de straten lopen: How are ya
doin?. We kunnen er ons wel iets bij voorstellen: de hitte, de enorme
afstanden Hier ben je verplicht om je tijd voor de dingen te nemen. Wat weer
opvalt op deze camping is hoe groot de Amerikanen hun voertuigen bouwen, ook
door de enorme afstanden: de mobilhomes zijn allemaal 2 tot 3 keer groter dan
bij ons, hele huizen op wielen met alles erop en eraan; ook de trailers (wij
noemen dat een caravan) hebben die reuze-afmetingen. Daarnaast hebben de
trekkers alrijd een extra wagen mee, vaak een pickup-auto: die hebben een open
laadbak met een systeem om de reuzecaravan aan te haken. Maar ook mensen met
een gemotoriseerde mobilhome (RV) hebben een tweede, kleinere (!) auto om rond
te rijden eenmaal de camper op zijn vaste plaats staat. We staan hier naast een
koppel met een reuze-autobus én een USV-jeep En de meeste kampeerders zijn
maar met zijn tweeën. Je zou denken dat iedereen van de buitenlucht geniet,
maar neen hoor: iedereen blijft de hele tijd in zijn camper met airco. De hitte
(rond 38° C) dwingt je er gewoon toe.
Het is Pol trouwens gelukt om in een
RV-verkoopscentrum in zon demo-RV-camper binnen te sluipen en er fotos van te
nemen. Dames en heren, voor u, een fotoreportage van een Hilton-suite op
wielen. Voor de mensen die het interesseert: de prijzen schommelen tussen
150.000 en 600.000 dollar. In het kleine België kan je daar trouwens niets mee
aanvangen: de vraag is of België voorzieningen heeft voor die reuzebussen.
2 juni - Clarksdale dag 2 en de cabin van Muddy Waters!
Donderdag
2 juni Clarksdale en de cabin van Muddy Waters!
Deze
dag was vooral sight-seeing: het Riverside Hotel, voorheen een ziekenhuis en nu
hotel; indertijd is hier Memphis Minnie overleden na een tragisch ongeval.
Vervolgens Reds, een oude juke joint met geregeld optredens, heel authentiek
gehouden want het regent er nog altijd binnen (bij een regenachtig optreden zit
je tussen de emmers!).. De Cat Head opgezocht, een deltablueswinkel met cds,
info, boeken, folk-art Maar eerst nog een muziekwinkeltje binnengegaan dat
ertegenover lag, met echt vintage muziekinstrumenten en versterkers, de
eigenaar toonde ons een 2 in 1 street-amp (straatversterker)Premier 76 uit de jaren 40! Het RocknRoll
&Blues Heritage museum van de Nederlander Theo Dasbach was helaas gesloten.
Opnieuw naar Ground Zero, waar we iets gegeten hebben; het Deltamuseumlag er vlak naast en HIER STOND HET DOEL VAN
ONZE REIS: de cabin van Muddy Waters! Dit staat niet langer op zijn originele
plaats aan de Stovall Plantation die we later zouden bezoeken, maar men heeft
de hut in dit museum ondergebracht omdat fans er voortdurend stukjes hout eraf
breken als souvenir (hoewel de bewaking in het museum zodanig was dat Pol en
Fons toch hun eigen relikwietje er, euh, gevonden hebben ) Na dit vol dagje
namen we afscheid van de baas van de Ground Zero Club Clarksdale en dan de highway 61 richting Memphis, Tennessee. Tijdens de lange rit zagen
we hier en daar opnieuw verbrande velden. We hebben de mooie Jellystone RV
Camping in Hornlake gevonden voor ons bezoek aan Memphis, Tennessee!
Teruggereden
naar Cleveland, Fons zijn portefeuille teruggekregen (oef), en dan via Porchman
(waar een staatsgevangenis ligt die minder indrukwekkend was dan we verwacht
hadden) naar Tutweiler in de
Midden-Delta: op de muur van het oude treinstation vind je daar
muurschilderijen (murals), ondermeer van de bluesopenbaring (epiphany) van
zwarte muzikant WC Handy. Toen die in 1903 in dat station op zijn trein wachtte,
hoorde hij een lange Neger met soepele gewrichten slide spelen op zijn gitaar
met een mes terwijl hij voortdurend zong: Goin where the Southern cross the
Dog. Handy vond dat de mafste muziek die hij ooit gehoord had. Daarna scheef
en publiceerde hij zijn eerste composities gebaseerd op de blues, met
gebruikmaking van het woord blues in de titel. Een daarvan heette Yellow Dog
Blues waarin hij de woorden van zijn anonieme medereiziger gebruikte. Toch een
mijlpaal in het onststaan van de blues! In de buurt lag ook het moeilijk te
vinden graf van Sonny Boy Williamson II, een van de beste harmonicaspelers van
die tijd. Toen Pol de weg ernaartoe vroeg aan een groep zwarte
gemeentearbeiders, bood iemand zich spontaan aan om de weg te wijzen. In de
camper merkte de man met dubbele tong op dat hij al een beetje gedronken had,
waar hij zich voor verontschuldigde. Maar hij was net nuchter genoeg om de
grafsteen te wijzen, die op een verloren kerkhofje tussen de velden zat. Het
toch goed onderhouden graf lag vol mondharmonicas, achtergelaten door
bewonderaars. Pol heeft daar op een van die harmonicas de last post geblazen
als eerbetoon. Daarna hebben we onze gids met een beetje drinkgeld (!) terug op
zijn stek afgeleverd, en zijn we oude Hopson-katoenplantage gaan opzoeken. De
oude plantagebouwen zijn bewaard en omgevormd tot een juke joint met live-muziek;
de huisjes waar de zwarte arbeiders in woonden zijn bewaard gebleven als een
soort plaatselijk Bokrijk. Volgende stop was dan Clarksdale. In het lokale toeristeninfocentrum werden we door een
lieve dame op weg gezet, ondermeer naar de plaatselijke gemeentecamping waar
die dag ook de kermis stond Gelukkig sloot die wel om 22 uur! (Wij waren later
terug thuis, ons heeft het niet gestoord hihi). Onze buurman op de camping bleek
er te staan, niet omdat hij met vakantie was, maar omdat de omgeving van zijn
huis door de Mississippi overstroomd was en hij tijdelijk zijn huis niet meer
in kon. In de club Ground Zero het stevige optreden meegemaakt hebben van de
lokale blanke Big Dave(op de foto zie je waarom hij zo genoemd wordt) en zijn
band; zijn rockblues was niet slecht, en een toevallig gastoptreden van ene
Nathan, een bezoeker/muzikant uit South-Carolina die er een enorme lap op gaf
met zijn gitaarspel en zijn vriend Doc op de mondharmonica gaf er wel een extra
kleurtje aan! Moe maar tevreden enz.
31 mei - De zeer korte studentencarrière van Pol, Fons & Rudi aan de State University of Cleveland, Mississippi
Dinsdag 31 mei
(Gisteren bleek dus maandag te zijn, en
niet dinsdag 30 mei, we verliezen hier wat de dagen uit het oog à
s Morgens vertrokken uit Chicot Park,
een mooigelegen camping aan het C-vormige meer van Lake Village. naar Indianola
waar de Ebony, de juke joint gesloten was, jammer want we hadden daar een optreden
willen meepikken. We hebben de hand- en voetafdrukken van BB King dan maar
bewonderd die ergens in het voetpad gedrukt waren. Dan doorgereden naar het
stadje Leland waar we het kleine gezellige Highway 61-museum binnengetrokken
zijn. Ene Pat Watson zat er blues te spelen, hij is de zoon van de bekende
bluesmuzikant James Son Watson uit Leland. Zoon Pat maakt ook als kunstenaar
wat bizarre koppen uit klei die hij aan de toeristen verkoopt. Volgende stop
was Cleveland, op zoek naar de Delta Music Hall of Fame, die we maar niet konden
vinden. Op zoek daarnaar zijn we terechtgekomen in de Mississippi Delta State University,
afdeling muziek maar die wisten het zelf ook niet We hebben dan maar van de
universiteitsbib gebruik gemaakt om ons aan te sluiten op internet (daarvoor
moesten we ons er wel even inschrijven als gast-residenten!) zodat we onze
mails & de blog konden afmaken. Bleek daar dat onze volgende kampplaats ook
al verzwolgen was door de Mississippi. Alternatief vonden we in het stadje
Grenada in de Frog Hollow RV Campground. Onderweg zagen we onderweg dikke rookwolken over de velden: hier verbrandt men de afgemaaide velden om ze vruchtbaarder te make. Fons voelde zich zo welkom ontvangen
op de univ dat hij er zijn portefeuille had achtergelaten Nog gebeld om 20 uur
s avonds naar de universiteitsbib, die gelukkig nog open was! De man van de ballie
herinnerde zich ons nog en heeft Fons papieren veilig weggelegd. We wisten dus
al hoe we de volgende dag zouden beginnen: terugrijden naar Cleveland!
30 mei - Howling Wolf, superbehulpzame politie en BB King!
Dinsdag 30 mei - Zonder problemen de campersite in
Starkville achter ons gelaten, uitgewuifd door een heel mooi vogeltje (een
roodkopspecht?). Van hieruit rijden we richting Westpoint waar we proberen
feeling te krijgen met de Blueslegende Howling Wolf. Helaas was zijn museum
dicht Gelukkig lag dit net tegenover het police station;Pol zijn stoute
schoenen aangetrokken en sprak de agent van dienst aan, een indrukwekkende
verschijning want Pol kon er helemaal in verdwijnen. De man was ontzettend
behulpzaam en hielp hem bellen met de museumbewaker, die wel wou maar met zijn
kleinkinderen aan het zwembad zat wegens Memorial Day. We hebben het moeten
doen met de foto van het standbeeld. Dan maar de highway 82 genomen naar
Greenwood om daar het Heritage Museum en het graf van Robert Johnson te zien.
Helaas er stond een bordje for sale aan het museum (!). Robert Johnson is
een Delta-bluesman die deelektrische slidegitaar heeft geïntroduceerd in de
blues. De man blijkt drie begraafplaatsen te hebben, maar wij hebben natuurlijk
de échte gezien. Deze ondubbelzinnige informatie hebben we van het radiostation
WABG dat we onderweg langs de weg zagen liggen. Pol natuurlijk naar binnen en
hij bleef lang weg, volgens Fons en mij, die de hitte trotserend in de camper
bleven wachten. Achteraf verantwoordde Pol zich doordat de lokale DJ ab-so-luut
een live-interview van hem wou. Dus, lieve lezer, Pol is vandaag écht op de
Amerikaanse (lokale) radio geweest! Do or naar Indianola, waar het prachtige BB
King-museum te vinden is. Echt waar, het is de moeite om dit museum binnen te
gaan als je ooit de kans zou krijgen: het vertelt niet alleen de persoonlijke
geschiedenis van levende blueslegende Riley King, die zijn ouders verloor op
9-jarige leeftijd en toch zijn weg heeft kunnen maken tot wie hij nu als
86-jarige beroemdheid is, maar geeft ook een goed inzicht over de moeilijke
tijden die zwarten moesten doormaken in Amerika in de 20e eeuw tot
hun erkenning als volwaardig mens en burger nu in Amerika. Onze zoektocht naar
een slaapplaats vandaag werd na veel inspanningen beloond met een plaatsje in
Lake Village, in Arkansas. Daarvoor zijn we de Mississippi even moeten oversteken,
maar het is een mooie plaats aan een meer. Jammer genoeg dat het hier zo heet
is dat we zelfs s avonds niet buiten kunnen zitten, want het koelt hier s
nachts niets af
29 mei - Via de Natchez Trace Parkway, howling to the Deep Delta
Zondag 29 mei.
Tijd om Jackson te verlaten om ons
reisschema aan te houden. Nu begint de reis naar de diep-Delta. We hebben
daarvoor een deel van de Natchez Trace Parkway gevolgd. Deze 300 km lange weg
is oorspronkelijk een bizonspoor, dat de Indianen gebruikten om handel te
drijven tussen de verschillende stammen; de Europese immigranten maakten hier
ook dankbaar gebruik van totdat de Mississippi ontdekt werd als bevoorradings-
en handelsweg. Het is een prachtige natuurweg, vooral gebruikt door fietsers
(ja ze bestaan hier ook, al zijn ze niet in de meerderheid!) en trekkers. Geen
bewoning, alleen maar bomen, bloemenvelden, waterplassen, Over een bepaalde
afstand zagen we wel heel veel geknakte en ontwortelde bomen, vermoedelijk het
gevolg van een tornado die hier is voorbijgekomen. Druk was het er allesbehalve,
misschien omdat het morgen Memorial Day is, de Amerikaanse versie van onze 11
november (herdenking van de gesneuvelden), daar ook niet vreemd aan. De weg
wijst richting West Point, de stad van Howling Wolf, en Starkville. Howling
Wolf heette eigenlijk Chester Burnett en was een van de belangrijkste
oorspronkelijke bluesmuzikanten, inspiratiebron van ondermeer The Rolling
Stones. Na veel moeite vonden we eerst in Starkville een wat bizarre
kampplaats, een pas aangelegde, totaal verlaten camperparking naast de State
University of Mississippi, mét elektriciteit, watervoorziening en WC-afvoer.
Geen aanmelding, geen informatiebord, geen telefoonnummer enkel een
reclamebord van de aannemer. Fons die al reiservaringen heeft in Canada en
Montana, had dit ook nog nooit meegemaakt. We waren er helemaal alleen, er
stonden enkel een paar verlaten gesloten campers Pol heeft er weer voor
gezorgd dat onze innerlijke mens heerlijk versterkt werd. Een professionele kok
meenemen op zon trip is een dikke aanrader, lieve lezer! We zijn voor de zoveelste
keer moe maar tevreden én gratis in slaap gevallen!
Voor het programma: zie bijlage. We waren
er al om 13u30. Het speelde zich af bij de Hall & Malls, een vrij grote
evenementen- en muziekzaal, maar dan wel op het voorplein ervan. Het was er
BLOEDHEET, een wolkenloze hemel waarin de zon vrij spel had. We moesten echt
schaduw opzoeken of het was niet uit te houden. We konden er niet van over dat
de lokale mensen, ook politie in vol ornaat, gewoon in de zon bleven staan, ze
zijn het hier duidelijk meer gewoon dan wij Noorderlingen. Water was te koop
aan een heel democratisch prijsje en heeft ons het leven gered. Alles ging door
onder het motto revitalizing Jackson: de universiteit, de Blues Foundation en
lokale mensen proberen de blues hier nieuw leven in te blazen, want het is
zoals blijkbaar overal: niemand is Sant in eigen land: de blues is
wereldbekend; maar nog niet voldoende erkend in eigen streek waar ze ontstaan
is, en veel is in verval geraakt. Niet alleen de jonge blanken trachten dit opnieuw op te pikken, het
festival maakte duidelijk dat ook de jongere zwarten dit vinden en er iets aan
willen doen. Pol ondersteunde ook het initiatief door alvast te verbroederen
met Marilyn Harris, de presentatrice (zie foto!) De bands waren heel divers, we
hebben vooral genoten van bluesman McKinley, James Super Chikan Johnson,
begeleid door 3 heel diverse dames (zijn dochter als straffe drummer, een zotte
pianiste en een Aziatische bassiste die het woord aangezichtsspieren niet in
haar woordenboek had) en absoluut opvallend waren zijn gitaren, en Bobby Rush
als afsluiter. Pol heeft in de voorbije twee weken enorm zijn blueshartje
kunnen ophalen, hij neemt veel initiatief om contact te nemen met de artiesten,
wat hem al veel contacten, handjes en cds heeft opgeleverd.
Beste uitspraak van de dag: de man van de
organisatie die de tombolaprijzen weggaf aan het einde toen het al erg donker
was, en die tegen een van de winnaars die uit het publiek naar voren kwam om
zijn prijsje af te halen, zei (ze waren allebei zwart): Hey man, stop wearing
black clothes at night, I cant even see you! PS: Pol heeft ook 3 T-shirts
gewonnen! (maar hij was wel zichtbaar).
Voor onze laatste nacht in Jackson zijn
we dus moe maar tevreden gaan slapen.
Vrijdag 27 mei Blues in Bentonia Sombody say yeah and its alright!
(YEAH!)
s voormiddags was het even gewoon het
huishouden doen: de was, de camper schoonmaken, de blogachterstallen bijwerken
De namiddag was gewijd aan het bezoek van een bekende juke joint, the Blue
Front Café in Bentonia, op een halfuur rijden van Jackson. Een juke joint was
vroeger het dorpscafé, de ontmoetingsplaats van de zwarte bevolking op het
platteland rond de Mississippi (na de afschaffing van de slavernij).
Bluesmuzikanten kwamen er ook en speelden dan; de traditie is hier en daar
gebleven. We zijn s avonds teruggegaan, omdat bleek dat er een optreden gepland
was. De juke joint wordt al 41 jaar uitgebaat door Jimmy Duck Holmes, die het
nog van zijn vader heeft overgenomen. Van hem mochten we onze namen op zijn
voordeur achterlaten. Maar daartussen hebben we even aan necrofanologie gedaan
en zijn de graven gaan bezoeken van respectievelijk Jack Owens in Bentonia en
van Elmore James en Lonnie Pitchford in Ebenezer, mensen wiens aanpak van de
blues van betekenis is geweest. s Avonds hebben we in het Blue Front Café 2
optredens meegemaakt, een leuke onderdompeling in de echte deltablues. De baas
zelf speelde ook. Deltablues is een een-akkoordenblues (vooral rond het
E-akkoord), waarbij de muzikant verhalen uit het dagelijkse leven die hij vaak
ter plekke improviseert . Het was er zo donker er brandde nl. maar één bloot
peertje, wc incluis - dat de fotos niet erg veel opgeleverd hebben. Morgen
zaterdag staat er een heel bluesfestival in Jackson op het programma!
26 mei - Music landmarks en de 67e verjaardag van bluesman Jessy Robinson!
Donderdag 26 mei -We hopen dat de eigenaars van LeFleurs
Bluff State Park in Jackson geen Nederlands kunnen lezen, want we hebben daar
ongewild gratis gelogeerd Bij de ingang zat niemand in het hokje, de parkwachter
was onvindbaar, alleen zijn speelse hond was thuis (maar Fons had op dat moment
geen goesting om met hem te spelen); zelfs bij herhaalde pogingen vonden we gewoon
niemand om te betalen! We zijn dan maar vertrokken richting Flowood om een
plaats te reserveren voor de nacht; de RV-camping Timberlake is een mooie
familicamping aan een groot meer (het Barlett reservoir). We hebben geluk dat
we nog een plaatsje vonden, want wegens Memorial Day komen veel Amerikanen al
vooraf hier hun camper plaatsen. En dan naar Jackson. De stad is bekend om zijn
bluesverleden, zo bleek uit onze papieren gids uit 2003 en gelijk had ie: alle
bekende plaatsen en blueszaken staan in verval of zijn ondertussen afgebroken
sinds die gids verschenen is! Pol heeft er dus vooral alleen maar gedenkplaten
kunnen fotograferen. Tijdens die fototoer van de landmarks (= belangrijke
historische plaatsen op de Bluestrail) viel ons op dat verlaten en vervallen
woningen niet afgebroken worden; men laat ze gewoon verkommeren, wat in sommige
buurten een heel achtergestelde, verwaarloosde indruk geeft. De opnamestudios
stonden in Farish Street, maar ook die worden nu afgebroken of gerenoveerd voor
andere doeleinden. We vonden er wel twee legendarische eetcafés waaronder The
Peaches gestart in 1961 en een bloeiende begrafenisondernemer van 1906. MAAR
een groep jonge blanken probeert de oude zwarte bluesmuziek hier opnieuw leven
in te blazen en is bezig om de buurt te doen heropleven. Zo is het oude Fields
Bluescafé ondertussen opnieuw opgestart onder het motto Revitalizing Jackson!
Hadden wij chance: net die avond geeft ouwe bluesrakker Jessy Robinson voor
zijn 67e verjaardag een buurtfeest met al zijn vrienden muzikanten.
Ze drongen erop aan dat de Belgians zouden meevieren. Dit is voor ons een
unieke kans om de bluescultuur en sfeer van binnenuit mee te maken! Nog gauw
een hap gaan eten in Peaches de fotos spreken voor zich: sinds 1961 is hier
écht niks veranderd, dus ook niks gerenoveerd! Ons 3de highlight.
Het begon met voodoo-getrommel: 3 zwarten bespeelden ongeveer zowat vanaf 15
tot 19 u de Afrikaanse trommen en de djembés voor de deur van het café.
Ondertussen arriveerden de hoofdrolspelers en de gasten. We mochten mee op de
foto (zeker kijken!!). De party begon pas echt vanaf 20 uur; het was één grote
jamsessie met en van de vrienden van de jarige; veel gedans, uitbundig
sfeertje, colourful people, en muziek muziek muziek. Voor de blueskenners:
zelfs Bobby Rush was er! (zie foto!) Een nummer werd speciaal aan ons
opgedragen: We got Belgians in da house! Een onvergetelijke topavond van deze
reis. Na de terugrit naar de kamping, nog een laatste slaapmutsje om wat te
bekomen en bij te praten en dan in ons bed. Morgen is het wasdag.
Woensdag 25 mei - 1000 mijl Amerika hebben we al achter de
kiezen. De camping die we gevonden hebben is vrij primitief. Het valt op dat er
ook mensen in trailers hier gewoon permanent wonen. Zo kwam op de vorige
camping in Natchez s morgens de schoolbus binnenrijden om kinderen op te
halen Vandaag weer geen muziek maar opnieuw geschiedenisles. Vicksburg heeft
een cruciale rol gespeeld bij de vorming van de Verenigde Staten: in 1863 heeft
het geleden onder een 47-dagen durend beleg en vormde het laatste hoofdstuk van
de 4-jarige burgeroorlog tussen de Noordelijke en Zuidelijke staten. De
Zuidelijken hebben hier uiteindelijk op 4 juli (vandaar Independence day) de
duimen moeten leggen. Het museum hier is trouwens scheepsvormig: heel wat
gevechten hebben zich op en rond de Mississippi afgespeeld. Daarna zakken we af
naar de rivieroever, om het bluescafé Monsours Bisquit Company Café te
bezoeken. We merken daar dat de rivier de spoorweg en het spoorstation helemaal
overstroomd heeft.
Vicksburg is ook de geboortestad van
bluesman Willy Dixon en van het Coca-Colamuseum.
En dan op weg naar de volgende etappe:
Jackson. Het blijkt helemaal niet eenvoudig om een camping te vinden: het is al
wat laat geworden, en de eerste lijkt niet zo toegankelijk; we proberen de 2e
in de buurt te zoeken, en na heel wat rondrijden blijkt die vol! Dit is toch
echt Amerika: op onze zoektocht naar een andere camping botsen we op een echte,
schitterend witte Hindutempel Het wordt een race terug naar de 1e camping
omdat de poort daar sluit om 20 uur voor nog niet ingeschreven gasten. Om 19u55
stuiven we er net op tijd binnen De avonden en nachten koelen hier praktisch
niet af en de tempaturen overdag blijven heet en zwoel. We zien ons genoodzaakt
om de brommende airco van de camper ook s nachts te laten draaien om toch te
kunnen slapen. Een geluk dat we oordoppen meehebben! Al 2 dagen geen internet
gevonden, de blog zal even op zich moeten laten wachten.
24 mei - Verdwenen Natchez-indianen en te hoog gegrepen bouwplannen
Dinsdag 24 mei
En vandaag bezoeken we de stad Natchez
langs de Misssissippi. Hier zien en horen we een stuk Amerikaanse geschiedenis.
In het museum krijgen we uitleg over de Natchez-indianen die hier geleefd
hebben, totdat ze na een periode van co-existentie met de blanken, in opstand
gekomen zijn en in feite uitgeroeid Het was een speciale gemeenschap die een
zonnekoning had die hen leidde, the Great Sun. Die titel werd overgeërfd.
Als het opperhoofd stierf, werden zijn vrouwen en wie met hem mee wilde reizen
naar het hiernamaals, gewurgd en samen met hem begraven. Zijn huis dat op een
heuvel stond, werd dan vernietigd en de woning van de opvolger werd daarbovenop
gebouwd. De site waar die heuvels stonden is Amerikaans erfgoed, maar stelt
niks meer voor: een grasvlakte met twee lege heuvels en ergens een nagemaakte
woonhut. Hebben we ons daarvoor helemaal ingesmeerd tegen de zon en de
insecten. Maar goed, dan bezoeken we Longwood, een merkwaardig 8-kantige
koloniale woning, reusachtig groot en architecturaal bijzonder. Longwood werd
gebouwd in 1861 door de heel rijke katoenplanter Putt en zijn vrouw; ze hadden
11 kinderen van wie acht in leven zijn gebleven. Hij wou een ambitieuze
familiewoning van 6 verdiepingen voor zijn gezin en zijn huisslaven, met
vanboven een grote koepel die de zonnestralen via een ingenieus systeem
projecteerden via lichtgaten tot in de benedenverdieping. Maar alleen het
gelijkvloers is echt afgemaakt; de Amerikaanse burgeroorlog die 1,5 jaar na de
start van de bouw begon, heeft zijn project gekelderd. Eerst heeft het
Zuidelijke leger zijn hele katoenoogst in beslag genomen opdat ze niet in de
handen van de Noordelijken zouden vallen, en zijn volgende oogst werd in beslag
genomen door de Noordelijken Een jaar later stierf de heer Putt aan een
longontsteking, 48 jaar oud. Zijn weduwe en nageslacht hebben nooit meer geld
genoeg gehad om het huis af te maken, en nu is het een archeologische toeristenattractie.
Van zon verhaal moeten we even uitpuffen in de schommelstoelen die we vinden
in de schaduw van het bijhuis. Het is vooral de drukkende hitte die ons daartoe
dwingt. De oudere vrouw achter de balie van het museum vertelde ons trouwens
dat ze als kind nog geweten heeft hoe zwarte loonarbeiders met de hand katoen
plukten op de velden en daarbij gospel- en bluesliederen zongen omdat ze niet
veel andere ontspanning hadden in die tijd. Daarna opnieuw op weg via de
highway 61 naar Vicksburg. We moeten onverwacht zeker 100 km omrijden omdat de
61 onderweg overstroomd is. Opeens stopte de weg zelfs helemaal: we stonden
voor een veerpont, met de laconieke boodschap: closed forever! Na wat
terugrijden en zoekwerk bleek men een paar kilometer verderop een grote vaste
brug gelegd te hebben. Maar een bordje om dat te melden kon er blijkbaar echt niet
meer vanaf.
Maandag 23 mei - We hebben New Orleans achter ons gelaten, en er een heerlijke tijd gehad. Het was meer dan de moeite om met dit
deel van de wereld kennisgemaakt te hebben. Wie naar deze stad gaat om live
muziek te horen en te beleven, moet dus zeker Frenchmen Street bezoeken! Deze
dag hebben niet veel meer gedaan dan gereden een echte roadtripdag. We
passeerden de grens van Lousiana en de staat Mississippi. Opeens veranderde de
camper van een rammelkar in een limousine! Hier zijn de wegen gewoon perfect
aangelegd, het gevoel dat Vlamingen hebben als ze Nederland binnenrijden. We
genoten van de highway 61, the blues highway, uren van open natuur, dunbezaaide
civilisatie en cruisen. Het enige wat je ziet zijn houten huizen, barakken, en
hoge huisnummers (zie foto!) Ons doel was Natchez, de poort van de Mississippi
en de blues! Deze stad ligt aan de grote rivier en we hebben het geweten: de
RV-camping die we voor ogen hadden, was gesloten, want overstroomd een
tegenvaller want we kwamen pas s avonds vrij laat aan. Dus nog een hele
zoektocht gedaan naar een slaapplaats; uiteindelijk vonden we na veel zoeken en
vragen de RV Plantation Park op de 61 South, waar we nog net de allerlaatste
open staanplaats konden huren héhé.
22 mei - Frenchmen Street, New Orleans where musicians make a living
Zondag 22 mei Tweede hoogtepunt van onze reis! Dit is
wat ons betreft het echte New Orleans. Frenchmen Street geeft een meer
doorleefde en waarachtige indruk: de huizen, winkeltjes en music bars zijn oud,
geven een wat vervallen en minder verzorgde indruk, het stinkt er, maar het
leeft! We hebben een drietal live optredens kunnen meemaken van ondermeer Dave
Easley & band in The Maison, met een hele genietbare jazzy bluespopsound;
hij is een wat oudere zanger-muzikant die straffe dingen doetmet een pedalsteelguitar, begeleid door een pracht
van een contrabassist uit Missouri en een plaatselijke drummer. Fons was nogal
gecharmeerd hoe die laatste zijn vervoer georganiseerd had: met de moto gekomen
en enkel zijn snaredrum en cymbalen daarmee vervoerd. Daarna zijn we terechtgekomen in café Le
Négril, waar ene John Lisi & band van katoen gaf, ook weer een trio: John
is een heel knappe zanger-gitarist met een heel natuurlijke manier van
entertainen; je ziet dat hij dit al lang doet, maar wat een pure sound met
slechts drie musici.De man is een
virtuoos op zijn gitaar maar hij houdt het heel leuk. Je kan trouwens op www.wozz.org een lokale
radiozender, heel wat optredens live volgen en de dagkalender voor livemuziek
in New Orleans raadplegen.
Moe maar tevreden belden we voor de
thuisreis opnieuw taxidriver David, bleek die eigenlijk al in zijn bed te
liggen, maar omdat hij had beloofd dat hij er altijd voor ons zou zijn, stond
hij om ons toch thuis te brengen, voor een prijsje. We hebben nog een leuke
babbel gehad in de taxi met hem over het niet altijd makkelijke leven in New Orleans
en hem a good life toegewenst. Daarna hebben we geslapen als (bezwete) roosjes.