Een tuin met bloemen wordt dagelijks bezocht door vlinders en bijen.
Beschik je bovendien over een vijver dan trekt deze ook amfibieën aan (salamanders, kikkers, padden, waterjuffers, libellen), maar ook slakken, muggen en schaatsenrijders. Andere bezoekers die dan langskomen zijn vogels die hun dorst komen lessen en spijtig genoeg ook reigers en ijsvogels.
Van mollen hadden we tot op heden niet veel last. We hebben namelijk spoorwegbielzen in onze tuin die voor de afboording zorgen en deze worden regelmatig ingewreven met bio-carbolineum en wellicht kunnen deze zwarte diertjes met de reuk niet overweg.
Om het even welk dier je tuin bezoekt, het brengt sowieso leven in de brouwerij.
Bij de opstart van onze tuin hadden wij quasi geen bloemen. Het merendeel van de beplanting waren struiken al dan niet met bloemen.
Gaandeweg is evenwel de passie gegroeid om meer kleur in de tuin te brengen. Dit kwam onder meer door ons bezoek aan andere tuinen en reizen in het buitenland. In Zuiderse landen is het namelijk een stuk eenvoudiger om bloemen te telen en daarenboven bloeien ze ook nog een stuk langer door de hoge temperatuur die er heerst.
Sinds we meer bloemen in onze tuin hebben staan, komen er ook meer gevleugelde dieren onze tuin bezoeken: bijen, vlinders, ...
Bloemen (of bloembollen) die we jaarlijks weer zaaien of planten zijn sowieso:
Voor de winter worden enkele grote bloempotten ook rijkelijk gevuld met bloembollen zoals hyacinten, narcissen, krokussen en tulpen. Zo hebben we reeds op het einde van de winter/begin lente kleur in de tuin.
Bij de aanleg van de tuin hadden we eerst geen rozen voorzien, maar gaandeweg, in de loop der jaren, is de passie ontstaan om ook verschillende rozen in te passen in de siertuin.
Nu, zovele jaren later, staan er 18 stamrozelaars (16 grote en twee laagstammen), 3 klimrozelaars, een 20-tal verschillende soorten Moschatahybriden, 50 perkrozen en 3 soorten miniatuurrozen.
Volgende foto's spreken voor zich.
Mijn lievelingsrozen zijn:
Stamrozelaars: Schneewitchen en Melrose
Klimrozelaar: Bourbon Madame Isaac Pereire
Moschatahybriden: Ballerina, Poesie, Heavenly Pink en Bouquet Parfait
Perkrozen: Melrose en Nina Weibull
Mooie rode roos
Mooie oranje
Mooie roze
Wil je zelf je rozen uitkiezen dan kan ik je twee adressen warm aanbevelen:
1. "Lens Roses" in Oudenburg
2. De rozentuin "Coloma" in Sint-Pieters-Leeuw
Lens Roses is een verdeler van rozen en beschikt over een uitgebreide website. Ik heb reeds rozen online bij hen besteld die vlug en perfect geleverd worden in een container.
In de rozentuin in Sint-Pieters-Leeuw kan je geen rozen aankopen of bestellen, maar je kan er vrij en ongestoord rondwandelen en de verschillende rozentuinen bezoeken. Indien je hier je gading niet vindt zowel qua kleur als qua reuk dan weet ik het ook niet meer.
Let wel, ik wil niemand bevoordelen, in alle tuincentra, kan je terecht voor een ruim aanbod aan rozenplanten en voor deskundige uitleg. Laat me hierin duidelijk zijn.
Voor het snoeien van rozen, verwijs ik graag naar het artikel "Snoeien" hiernaast.
Wat de bemesting van rozen betreft, geef je best in het late najaar (november) wat stalmest en in het voorjaar en volle zomer organische meststof.
Bijmesten in september of later is uit den boze. Je plant moet de tijd krijgen om in winterslaap te gaan en ze dan nog stimuleren om te groeien levert wellicht vorstschade op.
Qua planttips beperk ik mij tot het volgende:
bodemvereisten: leemgrond of lichte kleigrond. Indien aan deze vereisten niet kan worden voldaan, voldoende zand of compost bijvoegen;
containerplanten, dus planten in pot, kan je het hele jaar planten, maar niet tijdens vorstperiodes. Nadeel: ze zijn vrij duur. Voordeel is evenwel dat ze vlug aanslaan. Bij aanplanting tijdens droge periodes, veel water geven;
planten met blote wortel, steek je in het najaar in de grond. Maak het plantgat voldoende groot, spreid de wortels uit en vul aan met losse grond;
de occulatieplaats (= knobbel boven de wortels) moet minimum 3 cm onder het aardoppervlak zitten;
Vissen brengen leven in de brouwerij (lees vijver).
Vooraleer evenwel vissen in de vijver uit te zetten moet eerst de vijver gesetteld zijn.
Je wacht best 6 maanden na het plaatsen van de folie en ook zo'n 3 weken tot je planten de kans hebben gehad om goed uit te groeien.
De vissen zullen eerst zo'n week of twee naar dieper water
verdwijnen. Pas als ze weer naar boven komen kun je ze gaan voederen.
Op de foto hierboven, genomen in onze vijver (mei 2017) zie je goudwindes, blauwwindes, een paar kleine koi's, goudvissen, sarassa's, komeetstaarten, sluierstaarten en shubunkins.
1. Aantal
Aanbevolen wordt om 1 vis / m2 oppervlakte uit te zetten
Max. 100 cm vis / 1000 liter water
2. Aanbevolen soorten
2.1.
Goudwindes
Laten planten met rust, zwemmen samen in scholen, zijn
insecteneters, appreciëren stromend water, zelden parasieten, eisen
zuurstofrijk water en gelden dus als testvissen in een vijver.
Een goudwinde is
een zeer slanke, onvermoeibare vis die tot 40 cm. groot kan worden en hij wordt
ook wel eens de dokter van de vijver genoemd. Een goudwinde stimuleert het
leven in je vijver en alleen daarom is hij al als schoolvis aan te bevelen.
Koop het best een schooltje van 4 goudwindes.
2.2. Shubunkins
Laten planten met rust en zijn
insecteneters, gevlekt (rood, blauw, oranje, wit en geel), zwemt hoger in het
water.
Kenmerkend bij
Shubunkins zijn de lange vinnen waaronder de staartvin het langst is. De
kleurenpracht van shubunkins is vooral te danken aan de schubben. Ze hebben
gewone schubben die het licht weerspiegelen en ze hebben transparante
parelmoerachtige schubben die de kleuren van de onderste huidlagen laten
doorkomen. Deze combinatie heeft soms prachtige kleurschakeringen. Het zijn
eerder goedkope vissen, sterk en gemakkelijk om kweken. Als men goudwindes in de vijver heeft dan
zullen de shubunkins ze graag volgen. Shubunkins zijn redelijk winterhard, sterk,
blijven van de planten af. De shubunkin is een heel dankbare vis voor de
liefhebber.
Maximumlengte : 10 tot 20 cm.
2.3. Sarassa
Prachtig dieprode vis met witte
vlekken, komeetstaart, tot 25 cm, laten planten met rust en zwemmen niet te
diep.
2.4. Grondel
10 cm, blijft op de bodem en maakt
hem schoon zonder dat dit leidt tot vertroebeling.
2.5. Sluierstaart
Lengte 10 tot 20 cm
Doordat zijn staart even lang is
als zijn lichaam ondervindt hij last bij het zwemmen, wat hem tot een
gemakkelijke prooi maakt voor vijanden. Door zijn gratie is het evenwel een vis
om in de collectie op te nemen.
2.6.
Komeetstaart
Lengte : 10 tot
20 cm
Hij heeft geen
hinderlijke eigenschappen zoals woelen in de grond en planten opeten. Enkel
waterpest lust hij wel en dit als een soort medicijn.
3. Let op bij aankoop!
·
levendige uitstraling;
·
gestrekte vinnen;
·
heldere ogen;
·
heldere kleuren;
·
gebalanceerd zwemmen;
·
vol lichaam.
4. Voeding
Koop best drijfbaar gekorreld voedsel dat niet onmiddellijk naar de bodem zakt.
Als het voedsel langer dan 5 min blijft drijven, geeft men
wellicht teveel
Als de temperatuur lager dan 10° C bedraagt best niet meer voeden (+/- 3 à 4 maanden)
Geef hen best steeds rond hetzelfde tijdstip eten. Op de duur wennen ze hieraan.
Elk jaar organiseert de Volkstuinen afdeling Geraardsbergen een hofprijskamp.
Zij bezoeken dan de tuinen van de leden.
De mooiste tuinen, zowel de Volkstuintjes van Geraardsbergen, de siertuinen en de groentetuinen worden in de bloemetjes gezet en de winnaars ontvangen een diploma en een fruitmand.
In 2017 vielen wij in de prijzen voor onze siertuin.
Links op de foto: André De Pelseneer, voorzitter van de vereniging; 2de van rechts, den Erik;
rechts op de foto Eddy Praet, verzorgt de administratie van de vereniging.
Voor elk lid is dit een blijk van erkenning voor het vele werk van het afgelopen jaar.
Ik ben Erik Dhaeyer, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Nonkel Erik.
Ik ben een man en woon in Galmaarden (België) en mijn beroep is gepensioneerd preventieadviseur.
Ik ben geboren op 26/09/1957 en ben nu dus 67 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: tuinieren, reizen, wandelen, fotografie, lekker uit eten gaan, ....