En dan leggen we terug de iets meer dan 500 km af naar Merida. Venezuela is ongeveer 30x België en de verplaatsingen zijn dan ook tijdrovend. En omdat we weer de Andes moeten oversteken, ligt de gemiddelde snelheid aan de lage kant. Dorpen en steden aandoen in Venezuela betekent zoveel als Bolivar ontmoeten. Elke stad of dorp, zelfs die naam onwaardig, heeft zijn plaza of avenida die genoemd is naar de grote bevrijder van weleer.
Simon Bolivar is de man die het hele noordwesten van Zuid-Amerika (Venezuela, Colombia, Ecuador, Panama, Peru en Bolivië) heeft bevrijd uit de handen van de Spanjaarden. Hij werd geboren in Caracas op 24 juli 1783. In 1812 nam Bolivar het commando over van de bestaande revolutionairen. Gedurende jaren bevocht hij de Spaanse overheersers. Uiteindelijk verklaart hij in 1819 de Groot-Colombiaanse Federatie (Venezuela, Colombia en Ecuador) onafhankelijk. Hij droomde van een soort Verenigde Staten van Zuid-Amerika, maar slaagde niet in zijn opzet. Hij stierf arm en miskend in Colombia op 17 december 1830. Later werd hij in ere hersteld en vandaag is het al Simon Bolivar wat de klok slaat. En Chavez natuurlijk.
Los Llanos in enkele dagen verkennen is niet evident. "De Serengeti van Zuid-Amerika", zoals het gebied ook wel eens wordt genoemd, beslaat alleen al in Venezuela een oppervlakte van 300.000km2 met nog eens 250.000km2 op Boliviaans grondgebied. Het is een grasland dat in het regenseizoen (mei-november) wordt overstroomd door het wassende water van talloze rivieren. Het extreme klimaat zorgt dan weer voor grote droogte en verzengende hitte in het droge seizoen. Touroperatoren nemen toeristen voor enkele dagen mee om een indruk te geven van het leven, vooral dierenleven op Los Llanos.
Na gisteren hebben we het dan ook wel duidelijk gezien, maar aangezien het programma nog een dag omvat, heeft men wat ontspanning ingelast. ·s Morgens paardrijden. Rustig toeren voor het vlakke land en gezelschap krijgen van vooral vogels. En tegen de middag in volle galop naar huis om een nieuwe stortbui voor te blijven. In de late namiddag piranha·s vissen. Van de vangst mogen we ·s avonds culinair "genieten". Van de magere vangst zal echter niet veel te genieten vallen. Piranha·s zijn best wel lekker, maar ze leveren meer graten dan vlees en we hadden eigenlijk iemand nodig om onze vangst te komen vermenigvuldigen (samen met de fles wijn die hij dan ook had kunnen meebrengen). Het is al mij al mooi geweest. Niet zo met mijn voeten en enkels. Die staan vol rode knobbels en maken mij gek van de jeuk.
Na een eenvoudig ontbijt gaan we op safari in onze 4x4. Dit is wel muggenland, maar ook talloze vogels hebben hier hun habitat.
Reigers in alle soorten en maten, ooievaars, ibissen, roze lepelaars, nog andere en vele niet bij naam te noemen steltlopers en watervogels. We tellen minstens vijf soorten havikken. Arenden, kanaries, vliegenvangers.........het houdt niet op. Tussendoor zien we ook nog kaaimannen in het water glijden wanneer we te dichtbij komen. Er zijn ook nog de onvermijdelijke capibari. De capibara is het grootste knaagdier ter wereld. Het houdt het midden tussen een varken en een grote rat. Dit dier kan tot 90 cm hoog worden en is de belngrijkste voedingsbron voor de anaconda. De anaconda, ook alweer de grootste wurgslang ter wereld waarvan we al vrij snel een exemplaar mogen bewonderen. Het is een mannetje dat ua omvang ruim moet onderdoen voort de vrouwelijke sexe. De slang die wij uit het water halen meet toch ongeveer drie meter. Deze succesvolle voormiddag eindigt met een grandioze stortbui die vier uur gaat aanhouden. In een mum van tijd is ons kamp overstroomd en een siesta is de enige verstandige tijdsbesteding. Opeens wordt iedereen opgeschrikt door de opmerkelijke aanwezigheid van een reuzenslang. Een 50-tal meter buiten het kamp is een vrouwelijk beest aangetroffen. Een indrukwekkend die van ruim zes meter lengte, een moeilijk te schatten gewicht en een omtrek -ongeveer in het midden- van ruim 60 cm. Zo n monster heeft geen enkel probleem om bvb een volwassen mens te doden.
Rond drie uur in de namiddag stappen we in een bootje voor nog meer watergewenning, vogels...........en de roze dolfijn. We varen door en langs een soort van mangrove, maar dat is het natuurlijk niet. Mangrove vindt je enkel in brak of zout water maar dit is een look-a-like. Bossen in het water. Naast soorten ijsvogels, weer andere soorten reigers, aalscholvers.....weet ik veel wat nog, wordt onze aandacht speciaal getrokken op de Hoatzin. Opisthocomus Hoazin. Een wat raar uitziende vogel die volgens geleerden de link is tussen de dinosauriers en de huidige vogels. Hij/zij is ongeveer zo groot als een fazant, heeft een verwarde kuif op de blauwe kop en combineert de kleuren licht-, donker- en roodbruin. Op de poten heeft hij nog een klauw waarmee hij, voor hij kon vliegen, in bomen klom. Ze leven uitsluitend in bomen die in waterrijk gebied staan en hij is hier in grote getale aanwezig.
In het water komen nieuwsgierige roze zoetwaterdolfijnen ons bootje onderzoeken. Hun huid is dus roze, ze worden ongeveer twee meter lang en tot 200 kg zwaar. Ze hebben bijzonder slechte ogen en gebruiken een soort radar om prooien te vangen en om zich te orienteren. Op het einde van onze uitstap kunnen we niet aan de verleiding weerstaan om een duik te nemen in het warme water en de dolfijnen gezelschap te houden. Wanneer we in het donker naar het kamp terugkeren, komen de nachtvalken te voorschijn. Het is een donkerbruin gespikkelde, tot 20cm grote nachtelijke jager. Vorig jaar in Madagascar kon ik deze bijzondere vogel in zijn slaap verrassen en van zeer dichtbij bewonderen. Hier zijn ze zeer talrijk aanwezig.
Wanneer ik s nachts het vreselijke gesnurk van onze chauffeur ontvlucht, en bovendien door vreselijke jeuk moegekrabd mijn hangmat verlaat, ga ik een luchtje scheppen. In het schemerlicht van een nieuwe woensdag word ik omsingeld door een leger vleermuizen. Hele zwermen fladderen in en door het kamp en verduisteren het licht van de nieuwe dag. Ik weet niet wat ik zie!
Vooraleer de verslaggeving te beginnen hebben wij nog een kort bericht voor onze goede vriend "Buenas Dias"
Buenas dias, nuestro amigo BD,
Las problemas ue encontramos no son problemas irresoluble para nosotros. En este caso, pensamos ue conocemos su identidad. Estas un hombre bastante gordo, con bigote muy grande y estas muy envidioso de nosotros por ue no puedes viajar y no puedes acompañarnos. Vagabunlocuazgolondrinala nuestro amigo. Hast luego.
Tot zover dit persoonlijk bericht.
Vandaag vertrekken we in 4x4jeep met nog vier andere toeristen naar Los Llanos. We verlaten Merida en moeten klimmem tot op ongeveer 3.800 meter. We passeren langs de hoogste pieken van deze uitloper van de Andes zoals Pico Bolivar met 5000 meter en Pico Humboldt die 4950 meter hoogte haalt. Van gematigd warm daalt de temperatuur naar redelijk koud. Na enkele uren begint de afdaling en we belanden stilaan in een warme tot tropisch warme en vochtige omgeving. Na ongeveer 540 km, twaalf uur rijden -en enkele stops- komen we aan op onze bestemming, ons kamp in Los Llanos. Los Llanos betekent "vlakte", eindeloze vlakte zeg maar. Los Llanos, eindeloze grasvlakte waar slechts een handvol veetelers wonen. In het droge seizoen een kurkdroge, barre streek, maar in het regenseizoen, waar we nu volop inzitten, wordt deze vlakte omgetoverd tot een groot moeras en waterland. Muggen vinden hier de gedroomde omstandigheden om zich op een ongehoorde manier te vermenigvuldigen. Anti-muggenmelk of niet, het baat niet. We zitten onder het zweet en de muggen. We verblijven in een eenvoudig campement en slapen allemaal samen in een soort slaapzaal waar voor ieder van ons een hangmat klaarhangt.
Oefening baart kunst, maar te weinig oefening baart stramme spieren.
We weten waar we voor staan en plannen een nieuwe dagtrip, hoger de bergen in. La culata is als het ware geen bestemming, eerder het eindpunt van een busrit en de startplaats van onze bergtocht van vandaag. We vertrekken met goed weer maar na ongeveer twee uur stappen beneemt een aanzwellende mist ons het zicht.
We nemen geen risico en keren op onze stappen terug. Bij het vertrekpunt is het hopeloos wachten op een busje terug. Ik stel voor om het er maar tevoet op te wagen hoewel we er ons van bewust zijn dat er ongeveer 30 km voor ons liggen. Les belges sont fous, zegt de dame van het Franse koppel waarmee we in gesprek geraakt zijn. Maar zij zullen de buschauffeur vragen ons een lift te geven als zij ons zullen voorbijrijden.
Maar een bus waar al enkele uren vele mensen op staan te wachten heeft geen enkel plaatsje meer voor naïeve stappers en rijdt ons ongeïnteresseerd voorbij. Ik loop al vele kilometers met mijn duim omhoog, maar voor Venezolanen zijn wij zonder meer quantite neglisable.
Dan stopt uiteindelijk auto nummer 547. Een Europees uitziende man die ons verwijst naar de open bak, maar ons uiteindelijk tot praktisch voor de deur van onze posada brengt. Onze vele kilometers zitten erop. Onze spieren hebben het geweten.
Morgen vertrekken we voor vier dagen naar Los Llanos, een soort pampas waar we dieren gaan spotten. We zeggen nog niet dewelke en hoeveel, we willen niet elke keer afgaan als een gieter. Meer dan waarschijnlijk zal onze blog dan ook voor deze periode inactief blijven, tenzij jullie massaal gaan beginnen reageren natuurlijk.
Wat wij op vrijdag uitspookten, las je natuurlijk bij donderdag. Donderdag en vrijdag zijn vlotjes in mekaar overgegaan via een nachtelijke busrit.
Acclimatiseren in Merida doen we via een daguitstap naar JAJI (uitspreken als ha-hee). Een por puesto (klein busje) brengt ons er naartoe. Jaji is een klein maar uiterst pittoresk bergdorpje met kleine huisjes, een lichtblauw kerkje, smalle straatjes en bijzonder weinig inwoners. Binnen het half uur hebben we alles gezien en we dalen te voet af naar La Mesa, het volgende dorpje. Onderweg staat er een vrouw in een soort open veldkeuken en we zien rode halve kippen en eveneens rode vissen samen boven een houtvuur hangen. We vragen ons af hoe zij aan die kleur komen en blijkt dat zij zijn gemarineerd in "mora", het sap van een soort braambes. Wij schuiven aan tafel en de kip wordt in stukken gehakt en gefrituurd. We hebben al zelden zo goed gegeten hier in Venezuela.
We vervolgen onze wandeling en stappen uiteindelijk zo n twintig kilometer door en vooral langs regenwoud. We beschouwen het als een eerste training na lang nietsdoen en ongeduldig wachten.