20 mei Plots staat Edwin er, vroeger dan verwacht en dat is heerlijk. Samen de namiddag en de avond doorbrengen op een mooie rustige plek in een hotel uit de jaren dertig van vorige eeuw, het lijkt uit een Amerikaanse film te komen. We maken, in de gietende regen, een lange kustwandeling....
De hele dag nieuwsberichten over de aardbeving in de omgeving van Emilia Romagna en de aanslag bij een schoolpoort in het zuiden van Italië.
19 mei Na het stortbad en een stevig ontbijt start de nieuwe rit. De besneeuwde bergtoppen die gisteren in de mist zaten zijn vandaag zichtbaar. Toch is er weer regen, eerst zacht en dan een stevige bui. De borgo's die ik passeer zijn altijd oud, nauwe straten, dreigende burchten op de rotsen, zeer veel groen en bloemen. Tegen de middag is de zon van de partij, veel politie, civiele bescherming, carabinieri....geen auto's meer, heerlijk fietsen. De straten langs weerszijden vol supporters in rooskleurige truitjes, schoenen, linten, ballonnen...De Giro d'Italia moet in sfeer niet onderdoen voor de Tour de France Op de duur moet ik veiligheidshalve de weg verlaten en een plaatsje op een terras zoeken, de ambiance is uitzinnig. Zelfs de politie doet mee aan de kermis door zwaaiend de supporters nog op te jutten. Na de passage rij ik verder naar Ivrea en Viverone. Dikke regendruppels vallen wanneer ik dit stadje aan een meer gelegen bereik, het goede is de keuze aan hotels. Ik kies het Lido en krijg een kamer met balkon en zicht op het meer. Een heerlijke maaltijd 's avonds en ik SMS Edwin in Frankrijk dat ik op een goed adres zit. Hij komt mij morgen bezoeken en van verse kleren voorzien.
Donderdag 17 mei In de avondlijke, weeral koude, wind sta ik in de eerste Italiaanse pleisterplaats waar ik een hotelletje vind bij de oudste romeinse brug, dichtbij de poort van Augustus. Aan de ijscrème kan ik niet weerstaan en na het avondeten trakteer ik mijzelf.
Vrijdag 18 mei Het regent zachtjes en ik vertrek voor de rit naar Chatillon, zo noemt deze Italiaanse stad echt. De hoteleigenaar zet me op de goede weg maar toch moet ik even later beroep doen op nieuwe hulp. Een boer die mij een prachtige stal koeien toont. Allemaal gewassen en gekamd, 15 stuks, goed gevleesde nogal compacte melkkoeien met robuuste koppen en grote hoorns. Voorlopig staan ze hier, straks gaan ze voor maanden naar de weiden buiten. Het verkeer hier houdt geen rekening met fietsers, ik gebruik kleinere wegen en dat is veel klimmen en kilometers omwegen langs mooie dorpen. Ik krijg een kamer in de refuge van de Kapucijnen en ga vroeg slapen, doodop.
Donderdag 17 mei Na de regen en hagelstenen die mij op de weg naar Montreux te beurt vielen dan toch beter weer, enkel wat koude wind om te vertrekken na het stevig ontbijt. Het is hier de wereld van de rich and famous en eventjes hoor ik erbij. Iedereen zegt beminnelijk goede dag op deze ochtend, er wordt sportief gejogd langs de mooie promenade die Rivièra genoemd wordt. Er staat een bronzen beeld van Freddy Mercury, net als vele andere, altemets kitcherige, kunstwerken. Mijn Zwitserse vriendin heeft van alles opgezocht i.v.m. het weer en de sneeuw op de St. Bernardpas, alles is dicht ook de Gothardo, het blijft vriezen de komende dagen, ik moet een oplossing vinden om tot Aosta te geraken. Twee jonge Koreaanse meisjes hebben geweldig gelachen toen ze mijn GSM zagen "out of the stone age", overigens bijzonder vriendelijke en beleefde kinderen en uitgerust met de meest recente elektronica. De weg vragen ter hoogte van de jachthaven is een plezier, nooit sloofden de rijken der aarde zich voor mij uit, nu doen ze het met de glimlach en zonder verbazing, excentriek bestaat hier niet. Ik kan niemand herkennen, daarvoor kijk ik te weinig televisie. De besneeuwde bergen zijn in nevels gehuld en zwanen glijden langzaam verder over het Leman-meer. Ik laat de beau-monde achter mij en kom in de vallei, het fietsen gaat prima en de temperatuur stijgt. In Saint-Maurice, een stadje in de welvarende vallei stop ik even voor een bezoekje aan de abdij, rust en schoonheid, het lijkt wel een museum. Lange zwarte rokken en witte biezen als afboording, de kleding van de paters is niet doordeweeks. De Zwitserse raad indachtig doe ik de bevoorrading, water, belegde broodjes en een paar croissants voor onderweg. Het weer is erg goed, op de wind na, ik ben vroeg in Martigny en kan nog een verkenning doen langs de vele romeinse resten en middeleeuwse gebouwen. Dan is het wachten op de bus die door de tunnel rijdt en mij naar de andere kant in Italië brengt. Rond het station opvallende Afrikaanse jonge vrouwen met weelderige vormen in spannende jeansbroek en op hoge punt hakken, ze worden af- en aangevoerd in gepimpte BMW's..... De hele dag vielen er Maserati's, Morgan's, Lexus, Bentley en aanverwanten te spotten. Eventjes zonder heimwee aan Knokke gedacht.
Over Sainte Croix in een hagelbui naar Zwitserland
Ijzige wind deze ochtend Vanaf het Chateau de Joux wordt het gestaag klimmen met koude en hagel op de Sainte-Croix pas. Na een spectaculaire steile afdaling aan de Zwitserse zijde kom ik in zacht en zonnig weer langs sprookjesachtige dorpen in een riviervallei. De bordjes sturen mij langs een toeristisch circuit en niet in de richting van de stad Orbe, mijn volgende halte. Ook Zwitserland kent zijn wrijvingen tussen diverse culturen en taalgemeenschappen, daar wordt ik over aangesproken in deze landelijke omgeving. Na een rondje sightseeing, vele extra kilometer die de benen moe maken, beland ik net voor de regen in het hotel, pal in het centrum van Orbe.
Van Orbe tot Montreux De ochtend is miezerig en koud wanneer ik vertrekkensklaar sta. Hoogspanningsmasten, betonnen bruggen en goed uitgeruste en perfect onderhouden autoweg verbindingen tonen een welvarend Zwitserland. Langzamerhand breekt de zon door. Af en toe kost het moeite om een verkeersluwe fietsroute te vinden. Alle wegen leiden door Lausanne, geen sinecure. Vandaar langs de oevers van het Lac Léman doorheen de oude vissersdorpjes tot Montreux geraakt. De koude straalt af van het meer dat gevoed wordt met smeltwater uit de omliggende bergen. Onderweg nog een paar keer gaan schuilen voor de hagelstenen. Bij de bronzen Freddy Mercury wordt ik opgepikt door een jonge sportivo.
Maandag 14/05 Het schrijven is moeilijk ondermeer vanwege een afwijkend Zwitsers klavier. Ik heb de mooie stad Ornans verlaten èn dit met goede tips van de hotel eigenares i.v.m. de route. Het klimmen gaat gestaag maar is haalbaar op de weg naar Chantrans, wel met een koude wind opzij of pal tegen. Daarna naar Sombacour, helemaal zoals mij was gezegd, schaduwrijke stukken, erg afwisselend, bos, kleine akkertjes, bloemrijke weiden en koeien met bellen onder grote eiken. In Sombacour zowaar een restaurant, ik heb mijn eetstop daar niet beklaagd. Het fietsen ging daarna wel wat langzamer. Het landschap wordt weer anders, grijze geërodeerde rotsformaties waar ik boucle na boucle over moet en plots onverwacht bijna, ben ik in Pontarlier in de aangename namiddagzon. Tijd voor een stadsverkenning en een bezoek aan het plaatselijke museum, er loopt een bijzondere tentoonstelling met tijdsgenoten van Courbet die hier in de streek schilderden of er een band mee hadden. Enkele opnames van een plaatselijke fotograaf trekken mijn aandacht, echte pareltjes. In de jeugdherberg een goed bed in een nette kamer gevonden, de fiets kan op de binnenplaats maar ik heb hem langs de nachtingang binnen in de hal gebracht.
Een harde kennismaking met het reliëf, ineens 250 meter hoger, gelukkig kreeg ik hulp om mijn fiets omhoog te duwen. Hilarisch was het wel, ik zat op een parcours van een wedstrijd en ik was als eerste boven. De eerste Italiaan op mijn reis heeft mij een heerlijke koffie aangeboden, ik ben hem heel dankbaar voor deze grote morele steun. Van Montfaucon naar Hôpital du Grosbois een heel lastig en eenzaam stuk door de bossen. Een keer terug moeten keren vanwege de weg kwijt en dan een tweede kilometerslange bosweg naar Ornans. Ornans is een schilderachtig plaatsje, er is een museum gewijd aan Courbet, ik was nog op tijd voor een rondleiding. Het werk ' L'origine du monde' wordt niet vernoemd.
12 mei Besançon Vannacht een hevig onweer en deze voormiddag lichte regen maar nadien is het winderig en zonnig. De kleding kan in de was- en droogmachine, praktisch is het centrum hier. Een oude computer en ik kan op het internet ondertussen. De namiddag is voor een bezoek aan de vele bezienswaardigheden. Een verrassing was het uitzonderlijke beeldhouwwerk van Conrad Meyt in de kathedraal. De talloze paleizen en herenhuizen zijn in zachte pasteltinten van geel en grijs, een plaatselijke kalksteensoort. Victor Hugo is hier geboren aan hetzelfde plein als de gebroeders Lumière. Er zijn de resten van een romeins theater en een imposante romeinse triomfboog. Elke hoek, elke binnenplaats, de versterkingen uit verschillende eeuwen, de namiddag is te kort..... Er zijn heerlijk ouderwetse koffie- en theesalons. Een grote stad met vele mooie winkels, nergens een Blokker, Hema of Zeeman gezien, wel Aldi en Lidl in de buitenwijken.
11 mei Mijn linkerduim is lam van het schakelwerk. Het blijft direct weer schakelen en versnellingen aanpassen om de hellingen op te geraken. De météo voorspelde een warme zonnige dag. Voorbij Autey en Mercey-sur-Saône stoot ik op een kilometerslang fietspad langs het water, tot Beaujeu. Statige zwanen, reigers en enkele eenden op het water, geen enkele fietser, wel passeren er twee kleine jachten. Soms hoor ik het klepperen van ooievaars, nooit krijg ik ze te zien. Ik neem de richting St. Broingt, St.Loup met als verrassing een intrigerend kasteel en bijhorend neerhof, een gedeelte van het gebouwencomplex ziet er middeleeuws uit. Ook waar de weg Velloreille-Villefranca de D474 kruist zie ik een imponerend kasteel, omvangrijker dan de landhuizen die sommige dorpen hebben. De koeien, een plaatselijk ras dragen hier bellen om de nek. Ik moet regelmatig mijn kaart raadplegen om de goede richting te vinden en het water is al flink geslonken. Vanaf Choye, Courcuire, Beaumotte eisen de warmte en de steile hellingen hun tol. De benen raken vermoeid. In Pin, het eerste plaatsje met voorzieningen koop ik een paar croissants die ik direct binnen speel. Gelukkig maar want het laatste deel van het traject naar Besançon is onnoemelijk zwaar, niet in het minst door het steeds drukkere verkeer en het totaal ontbreken van enige ruimte voor fietsers. Ik doe kilometers te voet onder een drukkende hitte, in de schaduw meer dan 30° kan ik lezen, en dit langs een vervelende weg doorheen de buitenwijken. Ik kan alleen tegen mezelf zagen.... Gelukkig nemen twee jonge sportievelingen mij op sleeptouw,ze loodsen mij doorheen de stad tot aan mijn logeeradres. De ontvangst is super, bezorgd en hartelijk, ik ben wel aan het einde van mijn latijn. Een stortbad en verse kleren doen wonderen. Vanuit mijn raam heb ik zicht op de afschrikwekkende bergen waar ik binnenkort over moet.
10 mei In het Design Inn Hotel een overdadig ontbijt, ik moffel nog wat dingen in mijn handtas voor de picknick onderweg, fruit en yoghurt als versnapering. Langs Noidant-Chatenoy duik ik weer de bossen in, geen regen deze morgen, wel alle geluiden van de natuur inclusief ruisende boomkruinen in de wind want die is er ook vandaag. Ik doe wat op de hellingen heerlijk is, mij lanceren aan een goede snelheid naar beneden om dan de volgende helling met minder kracht tot halfweg op te geraken. Dit soort reliëf zou een speeltuin zijn voor mijn zus Greet die kan klimmen als een gems. Ik kom af en toe een dorpje tegen, Heuilley Cotton, Heuilley-le-Grand, Rivières-les-Bois,Grandchamps, Maatz, Coublanc....Tussendoor een oude graansilo en een melkerij in verval, jammer. Onderweg geen café's, restaurants noch winkels, gelukkig ben ik goed voorzien van eten en drinken. Bovenaan op een van de hoge hellingen hou ik een kleine picknick. Een mooi zicht heb ik er op het lappendeken van velden met beneden de meanderende riviertjes en op de omliggende heuvels bossen. De grond is arm en de weiden staan boordevol veldbloemen. Champlitte onder een loden zon, de info-tourisme is blij met klandizie en hun tips zijn waardevol. Het restaurant 'Le Donjon' kan ik aanbevelen. Van voorgerecht tot dessert is hun plat du jour vers en lekker. Het restaurant in de gewelfde oude kelder is aangenaam fris. Ondertussen heb ik weer een liter water binnen, noodzakelijk bij dit warme weer. Een behulpzame jonge vrouw zet mij op de goede weg voor Dampierre, de kleine weggetjes dragen zelden een aanduiding. De eerste hellingen zijn zo steil, ik moet van de fiets. Bij een van de dorpjes blijk ik zowaar op een fietsroute te zitten, en de bordjes verschijnen regelmatig langs de weg. Neuvelle-les-Champlitte, Framont, Achey, Delain, Denèvre heten de dorpen en er zijn opvallend veel gerestaureerde huizen, vakantieverblijven langs de rivier. De kerken hebben hier dikwijls daken en/of torens in gekleurde keramiekpannen al of niet in een patroon gerangschikt. Mijn logeeradres 'La Tour des Moines' is zo'n oude natuurstenen woning, de muren van bijna een meter dik houden alles aangenaam koel. De balken zijn dik en de houten vloeren kraken. Ik krijg als welkom een karaf fris sinaasappelsap van de twee bejaarde eigenaars. Kamer en aansluitende badkamer zijn ruim, kraaknet en goed uitgerust. Er is een grote keuken waar ik een avondmaal kan klaarmaken, de boodschappen doe ik in de plaatselijke Colruyt(echt waar) waar de onvriendelijke kassierster alle klanten afsnauwt. Ik vind zelfs nog de tijd om wat kleding uit te wassen en in de zon te hangen.
9 mei Na het afscheid van de zeer hartelijke eigenaars van het hotel-restaurant is het weer klimwerk. Vandaag hoofdzakelijk door bossen, soms duiken er reeën voor mij op, grazend langs de wegkant waar meer gras staat dan in de bossen zelf. En regen, regen, regen, plenzend in mijn gezicht, mijn bril blijft in mijn zak.... Altijd de afwisseling met quasi verlaten dorpen, mooie en verrassende oude gebouwen en tussenin uitgestrekte velden. Ruimte zoals wij die in Vlaanderen niet meer kunnen ervaren. Een zonnestraal tussen de regenperiodes in blijkt voldoende om hommels en vlinders tevoorschijn te toveren zoals ik ze sinds mijn jeugd niet meer zag. In de velden altijd luidruchtige leeuweriken, kwetterende zwaluwen en zwevende roofvogels zonder de vele anderen te vergeten zoals eksters, kraaien, kwikstaartjes enz..... De laatste helling naar Langres opklimmen vergt veel. Ik zwoeg te voet naar omhoog..... De Auberge de Jeunesse is al 2j dicht, dan maar een hotel buiten de muren zoeken... Binnen de volledig ommuurde stad vele monumentale en schitterende gebouwen.
Riet H.en Peter K., bedankt voor de mailtjes,ik probeerde al te antwoorden maar het lukte niet Langres geboortestad van Denis Diderot (1713-1784), schreef eerste 'Encyclopédie des Sciences'.
8 mei Vandaag is een feestdag in Frankrijk, altijd stiller dan een werkdag, alhoewel dit op mijn traject nauwelijks te merken valt. Mijn gastvrouw voorziet mij naast het ontbijt ook nog van een welkome picknick voor onderweg. Vrij snel ben ik bij het ommuurde complex van Clairvaux. Tot mijn verrassing is de middeleeuwse abdij een deel van een gevangenis. Het dorp zelf mooi en stil, zoals de rest van de route die zich slingert door de velden, bossen en heuvels. Het regent en de kaart moet ik dikwijls raadplegen, geen aanduidingen langs de wegen. Gelukkig kunnen de kaarten tegenwoordig tegen het vele manipuleren en de vochtigheid. Ik stop in Chateauvillain bij restaurant 'La Belle Epoque' een zeldzaamheid langs mijn route en krijg een heerlijke plat du jour voorgezet. De kelner roept in de keuken, er is iemand met grote honger. Misschien krijg ik daardoor zulke grote portie... Ik besluit er ook te logeren deze avond, het ziet er aantrekkelijk uit en het blijft regenen terwijl ik ondertussen te voet de stad verken langs de oude muren en de vele historische gebouwen. De kerk en het gemeentehuis uit de 18de eeuw vind ik lelijk. 's Avonds voor de eerste keer sinds lang geen water maar een pint bier gedronken aan de bar.
7 mei Gisteravond een vos zien lopen over de landweg tussen de velden, hij was graatmager. De moeder van een 4-tal kleintjes volgens mijn gastheer. Het is vandaag de verjaardag van mijn gastvrouw. Ik neem samen met hen een heerlijk ontbijt, het zijn uitzonderlijke mensen en ik ben er echt welkom geweest, ook bij hun buren de landbouwers. Een laatste foto, een document voor de vrienden en de kinderen ten bewijze van het feit dat ik daar echt onverwacht toekwam op de fiets, dan ga ik de weg op. De benen draaien beter als gisteren en de hellingen schrikken niet af. En opnieuw gaat het door prachtige dorpen, langs watermolens en schuren. In de streek rond Reims en Laon waren de stenen schuren met grote steunberen hoog als kathedralen, hier zijn ze zeer breed, minder hoog maar toch volumineus, de houten binnenstructuren moeten de moeite zijn. Langs verlaten wegen en altijd ook door bossen én alweer met regen naar Brienne-le-Château. Hier een warme maaltijd genomen om mij wat te drogen. Napoleon studeerde in zijn jonge jaren in de militaire school van Brienne, er is in het oude gebouw een klein museum. Er zijn overal sporen van overvloedige regen, beken buiten hun oevers, ondergelopen akkers en spuitende bronnen langs de hellingen. Af en toe vallen nog wat druppels uit de dreigende wolken maar ik kom droog aan in Bar-sur-Aube, vroeger een aanzienlijk handelscentrum maar nu economisch onbelangrijk. In het oude centrum schitterende gebouwen, helaas ook veel dringend aan restauratie toe. Langs de muren schilderachtige hoekjes en grote voormalige watermolens. Ik kan er overnachten bij particulieren.
Zondag 6 mei Een natte ochtend om te starten. Weer zet een plaatselijke jogger mij op de goede weg, in de gietende regen langs het kanaal. Grote stukken zijn zo slecht dat ik ze te voet moet afleggen en mijn fiets is zo modderig dat ik met een stokje de klei vanonder en vantussen de spatborden moet halen. Mooi is het wel en slechts heel af en toe is er iemand te zien, een motocrosser die van de modder geniet vb. Ik verlaat de route langs het water Alle dorpen lijken uitgestorven, geen café's of restaurants. In Blacy zie ik een bakker en de twee chocoladekoeken die ik koop eet ik terplaatse op onder een afdakje. Het regent ononderbroken, het stroomt van mijn gezicht. In Chatelraoult heb ik er genoeg van, het is zwoegen op alle klimmende stukken. Ik waag mijn kans voor een gîte die aangegeven staat op een bordje. Ik bel aan bij een huis en de bewoonster zegt dat het op ongeveer 1 km is. Ik sleep mij verder, het is een eindeloos lange weg(5km), enkele zeer mooie vakwerk-boerderderijen rij ik voorbij, en dan ver van alle andere bewoning, 'Les petites Perthes'. Ze hebben een plaatsje voor mij. Verder zijn ze sprakeloos over het evenement. Ik krijg een heerlijke koffie en een heerlijk avondmaal. Ik trek droge kleren aan na het stortbad, stop de vuile kleding in de wasmachine en voel me stukken beter. De regen is gestopt en dan start ik de grote schoonmaak van de fiets. Op de nabijgelegen boerderij naast de akkerbouw ook runderopfok. De boerin heeft een paar getrainde paarden 'Le trait Ardennais', ze bieden mij een heerlijk stuk verse rabarbertaart aan. En zo ben ik helemaal gerecupereerd van de gedane inspanningen.
Zaterdag 5mei Het uitgebreid ontbijt in een geanimeerd internationaal gezelschap wordt gevolgd door de dagelijkse routine van nazicht en op de fiets bevestigen van de bagage. Dank zij tips van plaatselijke mensen, o.a. vissers, neem ik een groene route langs het kanaal Aisne-Marne. Niet altijd erg geschikt, een paar keer moet ik hele lange stukken te voet doen vanwege de glibberige klei-modder, maar zeer verlaten en vrij van auto's. Bij Courmelois verlaat ik het kanaal en 't is weer over de heuvels. Ik vraag bij een groenten-verkopende boerin of ik in de juiste richting zit, zij blijkt onder haar klanten de ouders van Carl De Caluwé te hebben. Ik krijg van haar een 4-tal genummerde blaadjes waarop zij mij de kruispunten schetst(er staan haast nooit wegwijzers), achteraf blijken de aanwijzingen helemaal te kloppen. In Sept Vaulx is het picknick tijd, pain artisanal en heerlijkheden van de beenhouwer. En daar krijg ik bezoek van Théodore, een Trait Comtois, mooi verzorgd en opgetuigd. Ik zit op een bank in een parkje, hij is zo nieuwsgierig zegt zijn begeleidster, hij komt jou van dichtbij bekijken. En dan vervolg ik de weg langs dorpen met oude schuren en watermolens. Het verkeersknooppunt 'La Veuve' is een verschrikking, op aanwijzing van iemand ter plaatse neem ik een ongeplaveide landweg en een aantal kilometer later zit ik vlakbij het centrum van Châlons-en-Champagne. Zoals elke dag reeds krijg ik dreigende wolken, lichte regen en vanavond ook alweer zware regen. Châlons heeft enkele zeer mooie plekjes met grote huizen in vakwerk(plak en stak). Een heerlijke koffie met croissant op een terras tussen de buien door, het is soms nat maar nooit echt koud. Ik slaap in een verder totaal verlaten 'Auberge de Jeunesse', een verhaal apart..... Twee fietsende Nederlanders worden weggestuurd en vertellen mij dat er geen plaats is in de auberge. Ik prijs mij gelukkig want een ogenblik later is het voor mij wel mogelijk. De vrolijke jonge zwarte toezichter belt de verantwoordelijke en het is in kannen en kruiken. Alles is spiksplinternieuw in het huis, aan de borden in de keuken kleven nog etiketten.
4 mei 2012 Ik kies voor de kleine verbindingswegen tussen de dorpen, vooral omdat er dan vrijwel geen auto's zijn. Veel geurige koolzaadvelden, ajuin, maïs, diverse graansoorten, zonnebloemen...het is een landbouwgebied met af en toe een grote graan silo middenin. Toch overal nog verspreide groepen bomen of een groot bos, opvallend zijn de massieve houtstapels bij de dorpen, men stookt hier met hout. Onderweg een bezoekje aan een archeologische opgraving van een gallische nederzetting, een tijd later met zicht op Laon, een heerlijke picknick, romige Chaourcekaas met pain artisanale en water(!) zo kan het zijn in de uitgestorven dorpen. Natuurlijk blijft ook vandaag de regen niet uit en bij het bereiken van Reims veranderen de dreigende wolken in een echte plensbui. Bij de de bakker en beenhouwer in de buurt van het Centre Internationale de Séjours, mijn logeeradres, uitstekende verse producten gekocht.
Vandaag 3 mei na een zware rit van 85 km door de regen aangekomen in Crécy-sur-Serre. Vanaf het vertrek uit de B&B na weliswaar een heerlijk ontbijt door de regen geploeterd, helling op en helling af. Het was wel kilometers ver door een bos, langs de route forestière. De boshyacynten staan blauw te bloeien onder het bladerdek, geen mens gezien onderweg. De hele omgeving van Maroilles is de moeite, alle percelen omringd door hagen van beuk of meidoorn, een heuvelend landschap, oude huizen en boerderijen in dezelfde rode baksteen met rondom de ramen of in de muren grijze natuursteen boorden. In Le Nouvion-en-Thièrache wordt het slechte weer teveel en ik duik een café binnen. En dan is er een opkikker, een SMSje met steun van Carine, bedankt, 't was op een goei moment. Een entrecôte met saus op basis van Maroilleskaas(met huisbereide frites en sla) en een koffie later kan ik er weer tegen. De heuvels worden hoger, de klimmen inspannender en het afdalen is super. De laatste 14 km zijn lastig en in Crécy is er ineens een doorbraak van de zon. Het hotel is dicht maar verschillende mensen komen mij verzekeren dat het straks zeker opengaat. Ik ben hier een beetje een bezienswaardigheid. Het hotel is oud, zeer stemmig, mooi bed- en badlinnen met washandje, de eigenaars erg vriendelijk en ik zal hier goed slapen.
Zondag 1 mei 2012 105 km Na een mooie rit langs verkeersluwe wegen en met tegenwind Doornik badend in de zon binnengereden. Snel kreeg ik het gezelschap van een alleenreizende fietster op weg naar Compostela. Na de koffie en het opfrissen zijn we later samen gaan eten op een van de terrassen van de markt met zicht op de gerestaureerde gebouwen. Een rondrit doorheen de stad loonde de moeite, veel authentieke monumenten, stadsmuren en de gerestaureerde scheldekaai Na een dag fietsen ben ik erg verbrand in mijn gezicht(neus en voorhoofd).
2 mei, 97 km naar Jolimetz. Een rit langs de vroegere jaagpaden van de Schelde en een van de kanalen, grotendeels zonder verkeer, met intrigerende industriële archeologie, kalkovens? Langs een voormalige spoorwegbedding naar Condé-sur-l'Escaut, de meeste stadjes onderweg hebben nog oude versterkingsmuren en vele monumentale gebouwen. Ik passeer watermolens, een kerk uit de 12de eeuw en indrukwekkende boerderijen, ommuurd en met een toren. Het mooiste is Le Quesnoy waar ik langs de oude poorten over de dubbele versterkingen binnen en buitenfiets. In de regen verder door een heuvelachtig gebied naar Jolimetz.
Deze namiddag met Edwin geoefend om de pedalen af te halen en het stuur los te maken, dit met het oog op de terugkeer per vliegtuig. Daarvoor moet het pakket wat compacter gemaakt worden. Nu staat de fiets klaar, alle bagage erop gemonteerd. Een geruststellende proefrit en het geheel, fiets+bagage, gewogen, een 35 kg op de balans. Een vriend komt ons verrassen met verse aardbeien. Afscheid van de kinderen en kleinkind, nog een knuffel....
Een zoektocht naar het openen van een blogspot.... daar kan ik mij amper mee bezighouden. De bagageperikelen zijn belangrijker. Wat kan ik nog vergeten zijn? Hoe kan ik het gewicht van de fietsbepakking tot een minimum herleiden?