 |
|
 |
Paikea's dromendagboek |
Ik hou van dromen. Niet zozeer om ze te kunnen ontcijferen of analyseren, want voor mij is het al voldoende om mijn dromen gewoon te kunnen 'zien'. Ik ben ervan overtuigd dat mijn onderbewuste precies weet wat er
moet gebeuren en wat het moet doen voor mij om in evenwicht te blijven. Het enige wat ik moet doen, is voelen wat er binnenin mij omgaat... en dat is nu net wat soms zo moeilijk is. Dromen brengen me dichter bij mezelf.
Laten datgene los wat me in de echte wereld vasthoudt en laten me voelen wat het is om vrij te zijn in mijn eigen hoofd...
|
 |
09-03-2016 |
Droom 245: ontsnappen met het meisje |
Veel details vergeten die naar mijn gevoel wel belangrijk waren. Het kleine meisje is in gevaar. Ik probeer haar te weren tegen de gevaren in haar eigen thuisomgeving. Het is al donker buiten en we zijn buiten in de tuin. Ik verstop me, maar iemand komt uit het huis en heeft me opgemerkt. Ik wil beginnen vluchten, maar ik moet het kleine meisje mee krijgen. Ik heb twee messen vast en begin te vechten met de man die ons wil tegenhouden. Hij slaagt erin om één mes van me af te pakken. Ik bescherm het meisje met mijn arm waardoor ik tot drie maal na mekaar op vrijwel dezelfde plek in mijn onderarm wordt gesneden. Het is een diepe snee. Ik voel geen pijn, maar er is wel veel bloed. Ik zeg tegen het meisje dat ze moet beginnen rennen. Ze wil niet, maar beseft wel dat ze moet voor haar eigen veiligheid. Ik grijp haar arm en we rennen samen. Dan begint ze toch tegen te pruttelen, dus ik neem haar op en ren zo verder. We zijn bij een ander huis. De sleutels van de buitendeuren ontbreken. Ik probeer een sleutel van een ander slot, maar dat past niet. Iemand die ons wil helpen en eerder in het verhaal voorkwam, maar ik weet niet meer juist hoe, neemt een stuk doek en bindt die stevig rond mijn arm om het bloeden te stelpen.
Er ging nog een heel gedeelte aan vooraf, maar ik weet niet meer hoe het allemaal samenhing.
|
|
|
 |
08-03-2016 |
Droom 244: voorstelling/vlinder |
Ik ben met enkele familieleden (L, K, F, N & C) op een voorstelling. Het is donker in de zaal en we zitten op zachte bordeaux stoelen. Het is een goede voorstelling (herinner ik me niet veel meer van). Na de voorstelling verlaten K&F meteen de zaal, maar ik blijf nog even zitten omdat het ontzettend druk & aanschuiven is om naar buiten te gaan. Ik zie dat N&C ook nog blijven zitten. Ik ben blij want ben graag in hun gezelschap. We babbelen nog wat na en C maakt mijn haren, die in een staart zaten, los. Ze kamt mijn haren alsof ze een kapster is en ik zeg nog voor te grappen dat ze niet mag knippen, maar even later voel ik een schaar door mijn haren gaan. Ik verschiet een beetje, maar vertrouw op haar dat ze weet wat ze doet. Ze knipt het af tot net iets onder mijn oren & geeft me dan nog wat tips. We babbelen nog wat na en dan begint er onverwachts nog een komisch stukje op het podium. Ik vind het erg grappig en lach luidop mee.
Ik wandel over een smal pad door een tuin en kom allerlei bloemen en planten tegen. Ik kijk uit waar ik mijn voeten neerzet dat ik niets plat trap. Ik zie een gele tulp en iets waarvan ik denk dat het een vlierbloesem is en geel-kleurige vijgenplanten. Er wandelen nog mensen achter mij en ik denk ook een stuk voor mij. Ik zie plots geweldig mooie vlinders rechts langs het pad. Eén kleiner limoen-groen vlindertje trekt als eerste mijn aandacht, maar als ik dichter kom merk ik plots een heldere gelig-oranje vlinder met prachtige strak afgetekende ogen op haar vleugels. Ze is redelijk groot. Ik denk net iets groter dan mijn hand. Ik bewonder het beestje en wil er een foto van maken, maar een paar andere mensen (waaronder mijn moeder) zitten in de weg met hun camera's. Zij snappen de pracht van dit diertje niet en willen gewoon gretig hun foto hebben. Ik maak me kwaad en zeg dat ze aan de kant moeten gaan. Ze komen veel te kort bij de vlinder. Het beestje dreigt weg te fladderen, maar dan zie ik mijn vader met zijn handen ernaar grijpen om ze tegen te houden. Ik word nog bozer en zeg dat hij met zijn handen eraf moet blijven. Ik haal uit naar hem om hem tegen te houden het beestje te kwetsen, maar hij weert me af met zijn armen en krijgt toch het beestje vast. Ik zie de vlinder met gesloten vleugels naar beneden dwarrelen. Ik leg het in mijn handpalm. Het is nu opeens veel kleiner, grauw & geel-grijzig van kleur en de vleugels zijn helemaal verlept. Ik ben razend. Dit prachtige wezentje is vernietigd voor niets! Ik wil mijn vader los in zijn gezicht slaan om wat hij gedaan heeft, maar hij blijft me afweren met zijn armen en ik kan hem nauwelijks deren. Ik sla harder & harder tot mijn schouders ervan schokken en ik schiet wakker van de schokbewegingen.
|
|
|
 |
28-02-2016 |
Droom 243: Meuris |
Ik zie Stijn Meuris zitten buiten op een terras met nog een paar mensen. Het zonnetje schijnt & het is lekker warm. Ik wil graag eens met hem gaan babbelen. Het terras staat op een verhoging. Als ik langs loop 'val' ik op één of andere manier van de verhoging af en kan me nog net met één hand aan de rand van de muur vastgrijpen. Ik probeer mijn andere hand er bij te betrekken om beter grip te hebben, maar dit lukt moeilijk. Een vrouw heeft me zien hangen en komt heel op haar gemak naar me toe terwijl ze met nog een andere vrouw een praatje maakt. Ik erger me aan haar tempo want ik voel dat ik het niet lang meer ga kunnen houden. Ze neemt mijn hand vast en tilt me op alsof ze superkrachten heeft, maar net niet ver genoeg zodat ik nog half moet klauteren om er helemaal te geraken.
Ik zit in een klaslokaal. We hebben net testen afgelegd en zijn aan het wachten op onze resultaten. Ik weet niet of het de bedoeling is dat wij aanwezig blijven tijdens het wachten. Een meisje vraagt me om mijn naam in te voeren in haar gsm, maar ik heb moeite om de knopjes in te drukken. Ze reageren niet hoe het moet. Ik laat het invoeren aan haar over, maar ik zie dat het ook bij haar niet van de eerste keer lukt. Ze schrijft mijn naam dan ook nog eens verkeerd en gebruikt een L ipv een T. Als het gelukt is zegt ze dat ze er een hartje bij zal zetten om het zeker niet meer te vergeten. Ik vertrek want heb geen zin om daar te blijven als het niet nodig is. Als ik even later terug kom heeft iedereen zijn resultaten al gehad. Ik probeer ergens aan een computer te geraken om online mijn punten te kunnen opvragen.
Ik stap een kamer binnen. Doe de deur dicht, maar even later zie ik de kamer hevig op en neer gaan als een boot op volle zee die hevige stormen moet doorstaan. Ik doe de deur open en zie het golvende & kolkende water. De lucht is erg donker & grijs, maar ik zie dat ik niet zo heel ver van 'de kant' af ben en stap uit de kamer op de verhoging waar eerder Meuris in het zonnetje een terrasje zat te doen. Ik neem de kamer vast en sleep ze achter mij aan mee naar de kant alsof het een opblaasboot is.
|
|
|
 |
01-02-2016 |
Droom 242: twee lichtjes net boven mijn oog |
Twee kleine lichtjes, ongeveer ter grootte van erwtjes, verschenen net boven mijn oog (ik denk mijn linkeroog, maar ben niet meer zeker). Ik zag ze in de spiegel. Ik had het gevoel dat het engelen of zoiets waren. Ze gaven een beetje warmte af en hadden een vertrouwd gevoel. Ze hadden een wit-rozige gloed. Ik voelde de lichtjes bij momenten 'zitten' op mijn ooglid, maar het stoorde me niet. Ik voelde een zekere sereniteit door hun aanwezigheid.
|
|
|
 |
31-01-2016 |
Droom 241: inktvis |
Iemand naast me heeft een inktvis vast. Even later is de inktvis nog maar één 'arm' van het dier. De kerel vertelt me dat die arm ver kan uithalen als je de inktvis kwaad maakt. Ik zeg dat hij de inktvis niet zo kort bij mij moet houden, maar hij lacht en houdt hem met opzet op een afstand waarbij de inktvis mij net wel kan raken. Ik herhaal meermaals dat ik het meen en hij het dier verder van me weg moet houden, maar hij neemt mijn woorden niet serieus. Ik maak me kwaad en had een stokje of latje of zoiets in mijn hand waarmee ik hem begin te slaan. Het stokje begint te buigen en lijkt nu meer op een zweep. Ik blijf door slaan maar lijk hem niet te kunnen deren.
|
|
|
 |
17-01-2016 |
Droom 240: Les revenants |
Ik droomde dat ik een formule had uitgevonden die verklaarde wat er met de mensen in 'Les revenants' was gebeurd. Het zag eruit als een formule uit de organische chemie met een z-isomerische structuur, een dubbele binding en er kwam een X en een min-teken in voor
|
|
|
 |
15-01-2016 |
Droom 239: spelletje uitgevonden |
Ik droomde vannacht dat ik een spelletje had uitgevonden. Het was zoiets als sudoku, maar dan met kleuren in plaats van cijfers en er zaten bommetjes achter de kleuren waar je niet op mocht klikken en er mocht maar één bommetje voorkomen per rij.
|
|
|
 |
14-01-2016 |
Droom 238: hamster |
Een kleine muisgrijze hamster is ontsnapt. (Het lijkt eigenlijk meer op een muis, maar in mijn droom denk ik dat het een hamster is). Het diertje is erg snel en ik probeer het te vangen met mijn handen. Na een paar pogingen slaag ik erin om hem te pakken terwijl hij de lucht in springt. Hij is zo klein dat hij volledig in mijn hand past. Het diertje bijt in een paniekreactie met zijn kleine vlijmscherpe tanden in mijn vinger. Als ik de hamster heb neergezet merk ik dat mijn vinger rood begint te worden. De rode plek wordt een blaar en terwijl mijn vinger meer en meer begint op te zwellen verkleurt ze van rood naar blauw naar paars. De blaar aan de zijkant van mijn vinger is enorm groot geworden en mijn vinger lijkt wel 3 keer zo dik van de zwellingen. Ik bedenk me dat ik naar de kliniek moet...
|
|
|
 |
29-12-2015 |
Droom 237: De docente blijkt een hologram te zijn. |
Ik ben op school. De les gaat beginnen en we nemen plaats in een aula. Aan elke bank staan 2 stoelen. Ze zijn één geheel en hangen aan mekaar vast. Ik schuif me achter een bank waar niemand zit op de eerste rij. De docente blijkt een hologram te zijn. Ze ziet er streng uit. Ik weet niet meer wat ze vertelt, maar op een bepaald moment stelt ze vragen in de aula en komt ze naar voren. Ze stapt naar me toe en komt héél dicht met haar gezicht voor mijn gezicht staan. Ik draai mijn gezicht naar rechts en voel de warmtegloed van de energie die ze uitstraalt op mijn linkerwang. Ze stapt dan een rij verder. Ze lijkt wel een beeld van op de televisie, kleuren die warmte uitstralen en met een lichte ruis in het beeld. Ik wil me terug rechtop zetten op mijn stoel, maar blijf met mijn voeten hangen achter de voetensteun onder de bank. Ik stuntel een hele tijd omdat die bank en stoel aan mekaar vasthangen en dreig enkele keren om om te vallen, maar slaag er toch in om de bank terug recht te krijgen.
|
|
|
 |
24-12-2015 |
Droom 236: fruit voor smoothies |
Ik ben in de winkel op zoek naar een cadeautje voor mijn metekind en beslis om fruit te kopen voor smoothies te maken. Ik zie op de fruitafdeling aardbeien, kokosnoten, ananas, nectarines.. en neem de kokosnoot en ananas mee en steek ze in een doorzichtig plastic potje. Ik wil er ook bosbesjes bij doen, maar wat ik dacht dat een grote bosbes was blijkt na het proeven een blauwe nectarine te zijn. Als ik iets verderop in de winkel nog een paar stukken fruit koop, moet ik die in een ander zakje steken want de doos die ik gebruikte is vol. Ik ga aan een medewerker vragen of het mogelijk is om het doosje en het zakje samen in te pakken, maar de medewerkster begint moeilijk te doen en zegt dat het niet het moment is om daarmee af te komen. Ik beland dan bij een andere medewerker en ook die doet moeilijk om van de 2 stuks samen 1 pakje te maken. Hij zegt tegen nog een ander medewerker wat mijn bedoeling is, op een nogal spottende manier. Ik ben serieus geïrriteerd en zeg geef mij dan een grotere pot dan steek ik alles samen en is het maar 1 stuk!
|
|
|
 |
23-12-2015 |
Droom 235: vals ontwaken / slapen op de trap / 'slangetjes' in de matras |
Ik ben deze ochtend een aantal keren vals ontwaakt. Heb geen besef meer van de volgorde waarin de dingen gebeurden. Zal wat flardes uitschrijven die ik me nog herinner. Ik word 'wakker' in mijn bed en merk dat ik nog niet wakker ben. Ik heb dat snel door want herken de signalen ondertussen goed genoeg. Ik doe toch even mijn 'handtrucje'. Even later voel ik mezelf krabben op mijn voorhoofd zonder mijn hand te zien, dus ik ben zeker. De rode draad doorheen al de flardes is dat mijn gezicht naar het plafond gericht is. Er komt een stukje in voor dat ik op school ben en met een paar leerkrachten mee naar een klaslokaal wandel. Er zijn geen leerlingen want de les is al gedaan en het is middagpauze ofzo. Ik vraag aan hun of het ok is dat ik mijn spullen achter laat in het lokaal. Ik zie hun niet, enkel het plafond waar ik naar staar, maar ik kan mijn hoofd niet bewegen. Ik vraag me af of dat geen debiel zicht is dat ik tegen hun praat en ondertussen naar het plafond staar, maar dan bedenk ik me dat ik aan het slapen ben en in de 'echte' droom mijn gezicht gewoon normaal heb staan en normaal functioneer, dus dat zij er niets van merken. Ik wil uit bed komen want ik wil graag ontwaken. Ik probeer een paar keren om te draaien, maar dat lukt niet. Ik krijg geen beweging in mijn lijf. Het is al licht in de kamer. Uiteindelijk lukt het toch en kan ik opstaan (met mijn gezicht naar het plafond), maar ik voel me loodzwaar en doodmoe. Ik geraak niet verder dan de trap, waar ik mijn lijf terug als een slappe vod op de tredes voel neerzakken. Ik denk oei, ik probeer nog rap terug naar bed te kruipen want ik wil niet op de harde trap liggen slapen. Met al mijn kracht duw ik mezelf op handen en voeten omhoog en sleur me zo terug naar mijn bed. Een keer word ik 'wakker' van iets, een knal ofzo, iets waarin ik verschiet, maar ik weet het verhaal er niet meer achter. Weer weet ik dat ik nog steeds slaap. Ik wil zo graag ofwel wakker worden ofwel gewoon doorslapen want ik ben doodvermoeid. Mijn bed bevindt zich nu ergens op een feest en de matras bestaat uit losse vierkante kussens tegen mekaar, behalve in het midden van het bed is een groter stuk aan mekaar vast. Rond de kleinere kussens hebben ze 'slangachtige' beestjes gestoken. Ik denk om het vuil op te eten ofzo wat in de hoekjes kruipt. Ze komen er niet uit, maar ik probeer me zo te draaien dat ik op het middelste stuk van de matras kom te liggen waar geen beestjes zijn. Dat gaat natuurlijk heel moeizaam omdat mijn lijf nog steeds loodzwaar aanvoelt en amper kan bewegen. Ik 'zie' (gezicht nog steeds naar boven) grote feesttafels. Feestelijk bedekt. Wijnglazen. Er zitten mensen. Ik babbel met een paar mensen, maar weet niet veel meer van de rest. Ik weet ook niets meer van kort voor het echt ontwaken, maar wel dat ik meteen 'test' en opgelucht merk dat ik wakker ben.
|
|
|
 |
30-11-2015 |
Droom 234: iets speciaals / zware last / kot met 2 deuren |
Ik herinner me niet veel meer..
Een meisje met een zwart/wit-gestreept truitje zegt tegen me dat ik wel iets 'speciaals' heb, waarop ik antwoord dat iedereen wel iets speciaals heeft. Ik ervaar wel een heel 'bewust' moment als ze het zegt en ik voel ook aan haar dat het gemeende woorden zijn. We zitten buiten op een tuinbank. Ze heeft halflang licht-bruin haar dat een beetje wappert in de wind.
Er is nog een andere meid die een zware 'last' op haar schouders moet dragen, in de vorm van een zwarte bol uit één of ander metaal. Ze houdt de bol met haar twee handen vast. Ik begrijp dat als ze de bol loslaat en laat vallen, dat alles verloren is. (was nog meer aan de hand met dit verhaal, maar dat ben ik vergeten)
Ik zit ook nog in een studentenkot, met een aantal veel jongere studenten. Mijn kot heeft 2 deuren, waarvan ik het nut niet goed inzie, dus ik sluit één deur zodat er maar één deur gebruikt hoeft te worden. Ik merk dan dat één deur niet helemaal open kan omdat ze tegen de treden van een trap aan stoot. Ik snap niet goed waarom ze de deur zo dicht tegen die trap aan hebben gezet. Ik besluit ook om het kot wat te herinrichten om het meer als een thuis te laten aanvoelen.
|
|
|
 |
21-11-2015 |
Droom 233: De toren landt. Het blijkt een gigantische hologram te zijn. |
Ik heb een kindje in mijn armen, helemaal in dekens gewikkeld. Ik denk dat het een nichtje van mij is ofzo. Het is kerstperiode en we staan in een stad op straat. We kijken omhoog. Er vliegen dingen door de lucht. Ik weet niet meer precies wat. Het kleine meisje laat haar hoofd helemaal achterover hangen en geniet van het uitzicht. Ze zegt hoe mooi ze het vindt. Dan komen er ook speciale vliegtuigjes overgevlogen. Ik wijs haar aandacht naar de vliegtuigjes. Ze kijkt gefascineerd, maar dan blijkt één van de vliegtuigjes plots een, met gekleurde lampjes, versierde frietkraam te zijn zoals op de kermis. Ik denk eerst dat het een soort luchtballon is ofzo en bij de show hoort, maar dan plots begint het ding heel erg te zwalpen door de lucht. We zien het omlaag zwalpende ding onze richting uit vallen en het wordt groter en groter. Het lijkt nu niet meer op een frietkraam, maar meer op een gigantisch grote toren, zoals de eiffeltoren, maar dan van steen. Het komt dreigend dicht en ik wil het meisje en mezelf in veiligheid brengen door op een veilige afstand te rennen, maar de toren is zo groot dat ik het onmogelijk zou kunnen ontvluchten, welke kant ik ook zou kiezen. De toren landt. Het blijkt een gigantische hologram te zijn. Ik zie de grote stenen poten de grond raken, het past net niet tussen de gebouwen, maar omdat het een hologram is, maakt het niet zoveel uit. De mensen op straat zijn opgewonden van deze grote 'show'.
|
|
|
 |
06-11-2015 |
Droom 232: Wilrijk |
Ik ben op mijn oude werkplek (Wilrijk), die in RL failliet is gegaan. Er is vanalles veranderd. Een nieuw computersysteem, dat blijkbaar heel erg duur is geweest. De verantwoordelijke toont me 2 functies en verdwijnt dan uit de zaak. Ik loop hem nog even na en vraag of er nog iets is dat ik moet weten, maar hij zegt dat alles zou moeten lukken met die 2 functies in het systeem. Het blijkt inderdaad een heel handig en eenvoudig systeem te zijn. Er is niet veel volk in het begin. Er staat een draagbare radio kort bij me te spelen. De radio steekt in een zwarte hoes en ik merk op dat er slechts een paar knopjes op staan. Luider & stiller. Ik zet ze iets luider, maar het geluid is niet zo geweldig want de kleine radio klinkt natuurlijk niet goed door de hele zaak. Ik vind het wel goede muziek. Ik kijk wat rond om te zien wat er nog veranderd is buiten de computer. Links van de balie staat een grote glazen kubus op poten met daarin een tv die staat te spelen. De tv blijkt twee functies te hebben want hij ziet er ook uit als een kachel. Ik zie de oranje warmtegloed boven uit de tv komen. Ik bedien een paar klanten en reken af. Ze kopen snoepgoed en drank. Een andere klant komt twee VHS'en inleveren. Ik zie op het scherm dat hij 4 dagen te laat is. Er staat een belachelijk hoge boete aan te rekenen. Iets op de 90 of 900. Ik reken het hem niet aan. Hij staat nu aan de kassa met een doos en wilt graag de prijs ervan weten. Ik neem de doos aan en merk dat het een atoommodellen-bouwkit is. De doos kost 25. Ik ben verbaasd dat wij zoiets verkopen en ik was daar zelf naar op zoek. Ik zie dat de klant de doos gaat terugplaatsen in de rek. Omdat het rustig is in de winkel besluit ik om een uurtje vroeger te sluiten. Het is al donker buiten en ik wandel naar mijn auto, maar als ik op mijn horloge kijk zie ik dat het nog maar 21u is. Ik heb dus per ongeluk 2u vroeger gesloten in plaats van 1u. Ik ga terug de winkel binnen en doe ze terug open. Zet de zekeringen & radio terug aan en bedenk me dat ik het hoofdkantoor even moet verwittigen over de vergissing. Ik besluit om later een mailtje te sturen, dan kan ik gelijk ook meedelen dat ik niet meer fulltime kan werken zoals vroeger, maar enkel nog in de weekends omdat ik door de week naar de les moet. Ik hoop dat ze het geen probleem gaan vinden want ik vind het eigenlijk wel leuk om terug te zijn. Er komt meer en meer volk de winkel binnen nu. Het is een aangename drukte. Eén klant houdt de boel wel een beetje op met zijn vragen en hij wil dat ik vanalles voor hem opzoek, maar er staan ondertussen al een stuk of 5 personen achter hem aan te schuiven dus ik probeer het zo snel mogelijk af te handelen. De iets oudere dame na hem koopt 2 kleine flesjes coca-cola. Ze moet 2 betalen, maar dan zie ik dat er nog een doosje chocoladekoekjes achter stond. Die zijn nog niet aangerekend. Als de werkdag er eindelijk op zit en ik kom buiten, merk ik dat het al licht begint te worden. Ik heb de winkel door de plotse drukte dus veel langer opengehouden dan normaal.
|
|
|
 |
25-10-2015 |
Droom 231: Griekenland / hogeschool / voetbal |
1ste droom: Ik ben op vakantie in Griekenland en zie rotsachtige bergen. Het is wel mooi maar ik heb al indrukwekkendere plaatsen gezien en vraag me af of ik mijn geld niet beter zou besteden aan een andere bestemming. Ik verplaats me plots per trein, denk ik, want hoewel ik geen trein rond me zie, merk ik op dat we over een soort van rails vooruit gaan. Er zitten nog mensen in de 'trein', maar ik zie ze niet. Ik hoor ze wel. Eén passagier zegt dat we door tunnels moeten en ik zie dat we door 3 'tunnels' rijden. Het zijn niet echt tunnels, maar meer stenen bogen tussen de rotsen door. Als we door de tunnels zijn voel ik plots dat deze bestemming me meer aanstaat en ben dan blij dat ik toch hier gebleven ben...
2de droom: Ik wandel rond op de hogeschool, tussen de verschillende afdelingen. Het is een vrij groot gebied en ik heb niet door dat ik steeds verder weg aan het stappen ben van waar ik vertrok. Ik zie wat studenten aan picknick tafels en op een grasveld tussen de gebouwen staan/zitten. Helemaal op het einde van het schooldomein kom ik uit op een straat. Ik zie aan de overkant van de straat een bushokje staan en besluit om met de bus terug naar het begin te gaan omdat het te ver stappen is. Om aan het bushokje te geraken moet ik over een asfalt fietspad dat een brede gracht doorkruist en dan een bocht van bijna 90° naar rechts neemt en meteen na de bocht steil omhoog gaat tot aan de straat. Ik zie een studente voor me met haar fiets het fietspad omhoog scheuren alsof het niks is. Ik neem nu ook mijn fiets en ga richting fietspad, maar in het begin dreigt het al mis te gaan want ik kan maar moeilijk mijn evenwicht bewaren en raak een paar keer van het fietspad af waardoor ik met mijn voorste wiel op het smalle strookje gras naast het fietspad geraak. Gelukkig maar een klein stukje zodat ik niet in de gracht beland. Ik neem de bocht, maar die bocht maakt het onmogelijk om een aanloop te kunnen nemen naar boven, dus ik moet vrijwel vanaf stilstand tegen de steile berg naar boven zien te geraken. Al heel snel merk ik dat het véél te zwaar is en stap van mijn fiets af om te voet verder te gaan. Het fietspad is nu plots van donkere losse zand en ik heb teenslippers aan waardoor mijn voeten heel gemakkelijk wegslippen. Ik doorzoek de grond onder mijn voeten om plekjes te vinden met reliëf waar ik grip kan hebben. De fiets wordt zo zwaar als een rotsblok en met hoeveel kracht ik ook probeer... ik krijg er geen beweging meer in.
3de droom: Ik zit op een bankje bij een boom. Rond de boom is een groot plein dat vol staat met mensen. Ik geloof dat het voetbalsupporters zijn. De menigte staat in een cirkel rond de boom, allemaal met hun gezicht naar de boom gericht. Zittend vanop mijn bankje ben ik de enige die de andere kant opkijkt. Ik voel me een beetje ongemakkelijk, omdat ik zo apart zit dan de rest en voel dat er van mij verwacht wordt dat ik bij hun ga staan, maar blijf toch op mijn bankje zitten.
|
|
|
 |
17-09-2015 |
Droom 230: dakloos meisje |
Ik ben aan een zwembad. Iemand die ik ken duikt vanaf de rand in het water en springt er aan de overkant als een dolfijn weer uit. Hij glijdt over zijn buik over de vloer, maar kan niet meer stoppen en vliegt met hoge snelheid met zijn hoofd tegen de muur. Ik denk even dat hij dood is, maar dan hoor ik dat hij nog leeft en neem ik mijn gsm om een ambulance te bellen, maar ik weet niet meer precies welk noodnummer ik dan moet draaien. Ik draai enkele keren een verkeerd nummer. Nog voor ik een juist nummer kan bellen zegt me iemand dat het al niet meer nodig zal zijn omdat hij zich al veel beter voelt. Het lijkt me toch geen goed idee omdat het zo een zware klap tegen zijn hoofd is geweest. Ik moet een heel eind te voet naar huis wandelen. Als ik door het bos ga ben ik plots wel met de fiets en kom een moeder met haar dochter tegen. Ze zijn dakloos. We maken een babbeltje, maar ik weet niet meer precies wat er gezegd wordt. Als ik door fiets komt het kind me plots achterna gefietst. Ik begrijp dat ze er alleen voor staat en neem haar met me mee. Ze is 6,5 jaar oud en heeft half lang bruin haar. Het is een lief meisje. Ik geef haar onderdak, maar vraag me af of ik de rijkswacht zou moeten bellen om het te melden. Het huis heeft verschillende verdiepingen. Als ik iemand buitenlaat, zie ik een man met een bebloed hoofd richting mijn voordeur stappen. Hij lijkt wel dronken en is heel wankel. Ik merk aan het meisje dat zij hem herkent en ze stapt angstig weg van de deur. Ik wil de deur dicht doen, maar als ik probeer het slot om te draaien, dan lukt dit niet. De man probeert de deur open te duwen. Er kwam ook nog een aquarium voor in de droom. Het waterniveau stond heel scheef en het deksel explodeerde.
|
|
|
 |
15-09-2015 |
Droom 229: de grote vissen van mij weg krijgen, maar toch mijn eigen vis bij mij houden |
De droom lijkt wel een scene uit een film. Iemand bevindt zich op een soort van boot/vlot, maar dat hele vlot bevindt zich net onder het wateroppervlak. Die iemand ben ik plots zelf en het vlot is een soort van vis-kwekerij. De vissen die er gehouden worden leven nog, maar zien eruit als een stuk vis uit de winkel, zonder hoofd en staart. Hun vel zit half los. Ik heb een vis vast en probeer ze bij te houden, want rond het vlot zwemmen allemaal grote vissen die uit zijn op mijn vis. De vis is glibberig en ik probeer krampachtig alle stukjes van de vis bij mekaar te houden. Als de grote vissen de smaak te pakken krijgen van mijn vis, geven ze niet meer op tot heel mijn 'oogst' verdwenen is. Het vel van de vis komt weer los. De grote vissen zijn eng, hebben tanden en komen heel dichtbij. Ik bedenk even om ze van mij weg te meppen met een vis, maar bedenk me dan dat dat geen goed plan zou zijn. Ik ben een beetje radeloos. Ik wil de grote vissen van mij weg krijgen, maar toch mijn eigen vis bij mij houden. Uiteindelijk glijdt de vis uit mijn handen en krijgt de grote vis ze te pakken. Ik bedenk me dat mijn hele oogst nu om zeep is.
|
|
|
 |
10-09-2015 |
Droom 228: tot binnenkort / witte stokjes |
Ik sta aan een bushokje te wachten en mijn (overleden) oma wandelt voorbij. Ze glimlacht en ik zie haar gezicht van heel vlakbij als ze me passeert. Ik vind het jammer dat ik haar maar zo kort gezien heb en opeens lijkt het alsof er terug gespoeld wordt tot ze weer langs me voorbij komt. Ze stopt als ze vlak naast me staat en glimlacht nog steeds heel aardig. Ze komt nog dichterbij en fluistert in mijn oor 'Tot binnenkort'. Ik verschiet en vraag haar 'Ga ik dood?'. Ze antwoordt 'Yes'. Ik ben een beetje verdrietig omdat ik nog niet dood wil gaan, maar haar glimlach stelt me wel gerust en ik besef dat ik het gewoon moet accepteren. Later in de droom ben ik ergens in een hotelkamer ofzo. Op de bedsprei staan witte stokjes die in banen, gelijk als op een rolband, richting muur gaan om daar door de muur te verdwijnen. Ik begrijp dat de witte stokjes mensen voorstellen die zopas gestorven zijn en tegen dat het avond en meer schemerig begint te worden, beginnen er meer stokjes te verschijnen. Het valt me op dat de stokjes niet allemaal even hoog zijn en niet allemaal even recht staan.
|
|
|
 |
21-06-2015 |
Droom 227: vuur-druppels en appelsienenboom met chocolade schoenen |
Ik ben op school en we moeten onverwachts nog een test afleggen in het labo. Ik maak me zorgen of ik het wel ga kunnen omdat ik er niet op voorbereid ben. We krijgen elk een erlenmeyer met een lichte roze vloeistof in. We moeten het opdrinken. Het smaakt naar één of ander alcoholische aperitief. Als mijn potje leeg is, merk ik dat het zich vanzelf stilaan weer vult. Ik drink het weeral leeg.. en nogmaals begint het zich te vullen. Ik heb zo een drietal volle potjes leeggedronken tot het zich weer een keer begint te hervullen en ik zie dat het glas begint te barsten. Ik waarschuw de rest dat het op ontploffen staat en ik loop naar de andere kant van het lokaal. We staan een tijdje af te wachten wat er gebeurt en dan schieten de vlammen in het drankje en niet veel later ontploft inderdaad het hele boeltje. Het geeft een luide knal en al snel staat het plafond in brand. Ik stap weg van de muren, waar precies lava druppels lijken af te druppen, maar dan merk ik dat de druppels ook al van het plafond vallen. Ik wil onder een tafel schuilen, maar zelfs onder de tafels lekt het vuur-druppels. Ik ren het lokaal uit en roep naar de rest dat ze ook het gebouw moeten verlaten, maar zij blijven binnen en roepen mij dan terug naar binnen. Als ik terug binnenkom is er al geen vuur meer. Het lokaal ziet er alleen wat dof en stoffig uit wat aangeeft dat er zonet iets gebeurd is. Er zit precies een soort jury ofzo die lichtjes geïrriteerd aan een rij banken zit te wachten. Ik ga dan terug zitten en krijg een aantal kleine papiertjes met opdrachten die ik praktisch moet uitvoeren. Ik krijg ook een bakje met appelsienen waarmee ik de proeven moet doen. Een paar klasgenoten krijgen collages en mogen iets creatief maken, blijkbaar rond hetzelfde thema want we moeten er een groepswerkje mee maken. Buiten staan een aantal werktafels in de tuin. Mijn klasgenootjes hebben een tafel helemaal achterin uitgekozen en roepen me. De tafel staat onder een boom. Ik begin mijn appelsienen uit de kist te halen en door de wind valt er plots iets uit de boom. Het blijken ook appelsienen te zijn. Ik zie dan in mijn kist dat er een aantal rotte appelsienen tussen zitten en vraag me af of ik die slechte appelsienen zou mogen wisselen met een paar verse uit de boom, ook al is het niet dezelfde soort. Dan plots vallen er geen appelsienen uit de boom, maar chocolade schoenen! Ik vind het een heel leuk stel gympies, maar als ik mijn 'baas' zie afkomen verstop ik de schoenen snel naast een kist. Hij heeft het echter gezien en zegt, geef mij daar ook maar een stuk van. Ik baal enorm want ik wou de schoenen graag zelf houden, maar ik geef hem dan toch een stuk. Hij eet er heel smakelijk van. Ik zeg.. eet het dan maar volledig op.. en geef hem de rest van de chocolade.
|
|
|
 |
17-06-2015 |
Droom 226: ik merk plots dat het zo lekker was dat ik alles zelf heb opgegeten |
Ik heb een maaltijd bereid voor een jury, maar als ik aan tafel aan het proeven en babbelen ben met een lerares, merk ik plots dat het zo lekker was dat ik alles zelf heb opgegeten en er niets meer overblijft om te laten beoordelen als de jury arriveert. Er is niet genoeg tijd meer over om nog iets nieuws te maken, want ze zijn al onderweg.
|
|
|
 |
|
 |
|
 |