Inhoud blog
  • 15. De inhoud van de extases
  • 14. De toeschouwers
  • Nog even geduld....
  • 13. De eerste studies
  • 12. Serieuze woorden
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Links
  • Medjugorje
  • Drie In Eén God
  • Marypages
  • Garabandal
    Verschijningen en boodschappen van Onze-Lieve-Vrouw
    31-08-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Niet te missen!
    Vanaf maandag 1 september kan u op http://www.bloggen.be/medjugorje  in afleveringen het volledige boek lezen van de Heilige Anna Catharina Emmerich, "Het Leven van de Heilige Maagd Maria", zoals het haar is doorgegeven in haar visioenen. Een absolute aanrader!

    30-08-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.5. Alles lijkt van God te komen

    21 juni 1961
    Eerwaarde Valentin vernam al heel snel het nieuws. Alsook Juan A. Sero, hoofd van politie. Deze laatste schreef in zijn memoires: “Op 21 juni vernam ik dat er in mijn wijk iets miraculeus was gebeurd. Ik was die dag bij dokter Jose Luis Gullon in Puentenansa geweest en die vertelde mij dat twee vrouwen die van Garabandal kwamen hem verteld hadden dat er een engel was verschenen aan vier jonge meisjes uit het dorp. Ik ging onmiddellijk naar het hoofdkwartier van de Burgerlijke Bescherming en beval agent José Fernandez Codesido om naar Garabandal te gaan en alles wat er gebeurd was grondig te onderzoeken. Toen hij terug kwam vertelde hij me dat hij met elk van de zogenaamde zieners afzonderlijk had gepraat en dat hun verhalen identiek waren. De dag erna liet ik twee permanente wachters in Garabandal blijven. Het nieuws verspreidde zich al vlug tot in de omringende dorpen en elke dag kwamen er mensen naar Garabandal waardoor ik het aantal wachters moest verhogen. Na een tijdje kwamen er per dag 500 tot 3000 mensen naar Garabandal.”

    22 juni 1961
    Eerwaarde Valentin moet zo onder de indruk geweest zijn van het verhaal dat hij al besloten had om op donderdag 22 juni naar Santander te gaan om de bisschop in te lichten. Maar iemand hield hem tegen met de terechte opmerking : “Waarom wacht je niet tot je zelf gezien hebt wat er aan de hand is? Er zal vanavond toch wel iets gebeuren en dan kan je later een beter rapport overmaken aan de bisschop”. Dankzij deze slimme opmerking was er die donderdagavond in Garabandal voor het eerst een priester getuige van de communicatie die God met de mensen tot stand wou brengen.

    Om 20u30 begon de aanwezige menigte op de calleja te bidden. Een rust viel over de omringende vlakten en verspreidde zich in de ravijnen en over de bergen. Bijna alle inwoners van Garabandal, alsook de priester Valentin stonden rond de meisjes. Ze baden de Rozenkrans terwijl ze in spanning afwachtten… en dan eindelijk…gingen de meisjes in extase! “Er is geen twijfel meer mogelijk”, riepen een paar mensen.

    Maar niet alle tegenstand was verdwenen! Onder de toeschouwers bevond zich professor Manin. Uit nieuwsgierigheid om meer informatie nam hij de meisjes na de extase mee om hen te ondervragen over wat ze gezien hadden. Een aantal mensen begonnen te denken dat hij de meisjes voorbereid had voor hun visioenen op de calleja. De wachters vonden hem verdacht en dachten er aan om hem in de cel te gooien.

    23 juni 1961
    Rond 20u30 was er een nog grotere menigte toegestroomd op de calleja vermits het nieuws de omringende dorpen Cossio, Puentenansa en Rozadio had bereikt. Na de extase werden de meisjes omhelst door mensen die vervuld waren van vreugde. De wachters hadden die dag besloten om de professor niet mee te nemen voor ondervraging. De meisjes gingen met de priester naar de sacristie waar ze afzonderlijk ondervraagd werden om te zien of hun verhalen overeenstemden. Eerwaarde Valentin moet tevreden geweest zijn met de ondervraging want toen hij met de meisjes terug buiten kwam sprak hij tot de aanwezige mensen: “Tot nu toe lijkt alles van God te komen”.

    24 juni 1961
    Deze laatste zaterdag van juni was ook de eerste zaterdag sinds het begin van de verschijningen. Zou er op deze dag, die speciaal aan de H. Maagd is toegewijd, iets gebeuren? Zou er enkel een engel komen, zonder te praten? Of zou hij een boodschap brengen van Haar, Zij die zo veel werd aangeroepen met het Wees Gegroet en de litanie van Loretto!

    Toen de meisjes en de dorpelingen op de gewoonlijke plaats aankwamen waren er al veel vreemden die vroeg waren gekomen om een goeie plaats te hebben waar ze de kinderen konden zien. Er was zelfs geen tijd om de Rozenkrans te beginnen bidden. De Engel verscheen onmiddellijk en de meisjes werden in verrukking van alles rond hen afgesloten. Ze waren alleen met de Engel, in al zijn glorie. Toen merkten ze iets nieuws aan de Engel. Hij bleef hen glimlachend aanstaren;hij sprak niet. Maar onder de Engel stond een bord met een opschrift met een onbekende betekenis. De eerste regel begon met HAY QUE… en op de tweede regel stond een aantal hoofdletters, waarvan de meisjes later vernamen dat het romeinse letters waren die een datum voorstelden (1).

    Conchita: “We vroegen hem wat het betekende en hij glimlachte….maar hij antwoordde ons niet. Toen de verschijning voorbij was brachten de jongen mannen uit het dorp ons weg in een kar, zodat de mensen ons niet zouden verpletteren en ze ons niet zouden kussen. Ze brachten ons naar de kerk en Eerwaarde Valentin riep ons één voor één bij hem om hem te vertellen wat er gebeurd was.”

    De priester wou zo veel mogelijk feiten kennen om een rapport te kunnen opstellen voor de bisschop. De verschijning van die zaterdag kreeg speciale aandacht omwille van het opschrift dat misschien de oplossing was voor het mysterie van de calleja, maar de meisjes waren niet in staat om alle vragen van de priester te beantwoorden. Ze waren zo in de aanschouwing van de engel opgegaan dat ze de Romeinse nummers niet begrepen hadden. En ze hadden zelfs heel weinig aandacht besteed aan het opschrift waarvan de engel zelf had geweigerd om het te verklaren.

    Een latere verklaring van Jacinta:

    Vraag: “Het opschrift onder de engel, was het moeilijk of duidelijk te lezen?”

    Jacinta: “Ik kan het me moeilijk herinneren. Wat ik me wel herinner is dat de lijn met de hoofdletters – van welke we de betekenis niet begrepen – onze meeste aandacht trok. Later werd ons verteld dat het romeinse cijfers waren.”

    Vraag: “Toen jullie het opschrift zagen begrepen jullie niet wat er stond. Gaf de Engel jullie meer uitleg?”

    Jacinta: “Nee, het was de Maagd die het ons pas later verklaarde”.


    Toelichting:

    (1) In een brief die Conchita aan William A. Nolan in Illinois (V.S.) schreef beschrijft zij het volgende: “De eerste keren dat we hem zagen sprak hij niet, tot de 1ste juli. Voor de 1ste juli stond er een opschrift aan zijn voeten maar we begrepen het niet. De paar woorden die we begrepen waren: Er moet…. En op de laatste lijn “XVIII-MCMLXI”.
    Zoals later zal blijken is dit een verwijzing naar de boodschap van 18 oktober 1961.


    29-08-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.4. Een Licht op het Pad

    Na hun bezoek aan het Heilig Sacrament gingen de meisjes naar huis. Toen Conchita in de keuken kwam vroeg haar moeder : “Heb je de engel gezien?”. Waarschijnlijk waren de andere drie meisjes dezelfde vraag gesteld geweest toen ze thuis kwamen en alle antwoorden zullen zoals dat van Conchita geweest zijn: “Nee, we hebben hem niet gezien.”. Na het avondeten ging Conchita naar bed. Het was rond 20u45 maar ze kon de slaap niet vatten. Ze was teleurgesteld.

    Conchita: “Vermits ik de slaap niet kon vatten, begon ik te bidden. En plots hoorde ik een stem die zei: “Wees niet ongerust, je zal me nog terug zien.”.

    De stem liet een diepe indruk na en Conchita bleef verder bidden. Ze bad lange tijd tot ze in slaap viel. En zo eindigde die dag, 19 juni 1961 in gebed; een opwindende dag voor Garabandal, gevuld met tegenstrijdige gevoelens en woorden tussen hoop en angst, ongeloof en verlangen.

    20 juni 1961.
    De volgende dag was alles zowat hetzelfde, behalve dat de vijandige en achterdochtige kritieken in aantal waren toegenomen. Conchita: “Vermits we op 19 juni niets gezien hadden dachten de mensen dat de engel niet meer zou verschijnen. Maar ze wisten niet wat er met ons (de meisjes) de afgelopen nacht was gebeurd. We hadden het aan niemand verteld.”. Toen ze naar school stapten vernam Conchita dat de drie andere meisjes de afgelopen nacht dezelfde bevestiging hadden gekregen: “Je zal me nog terug zien”, en dus waren ze vervuld met vreugde. Toen ze ’s middags naar huis gingen voor de lunch, vroegen de meisjes ook toestemming om in de calleja te gaan bidden. Maar ze botsten op tegenstand.

    Conchita: “Mijn moeder, en ook de andere ouders, broers en zussen van de meisjes waren ongerust. Ze waren bang om het respect van de mensen te verliezen, om belachelijk gemaakt te worden. Mijn moeder deed heel lastig en zei “Als jullie willen bidden gaan jullie maar naar de kerk, de calleja is daar niet de geschikte plaats voor”. Ik smeekte mijn moeder om te mogen gaan, maar zonder resultaat. Gelukkig kwamen Loli, Jacinta en Maria Cruz net op dat moment aan en zij hadden toestemming gekregen om naar de calleja te gaan. Ze probeerden mijn moeder te overhalen”

    - de meisjes : “Alstublieft Mevrouw. Laat Conchita meegaan. Laat haar gaan!”
    - Aniceta : “Maar waarom willen jullie je belachelijk maken?”
    - de meisjes : “We gaan ons niet belachelijk maken! We gaan bidden en zien of de engel komt.”
    - Aniceta : “Nee, Conchita gaat niet. Gaan jullie maar als jullie dat willen.”

    “Langzaam vertrokken ze. Ik bleef heel droevig achter. Opeens veranderde mijn mama van mening en ze riep de meisjes terug. Ze zei : “Als jullie doen wat ik zeg, laat ik Conchita meegaan.”.

    Aniceta had een plan bedacht dat haar van schade en schande zou vrijwaren in het geval dat alles niet zou verlopen zoals de kinderen het dachten. Ze zei: “Jullie drie gaan nu alleen naar ginder, alsof jullie gaan spelen, zonder tegen iemand iets te zeggen. En als jullie op de calleja zijn zal Conchita stiekem bij jullie komen, zodat niemand het merkt.”. Loli, Jacinta en Mari Loli waren niet echt overtuigd van de oprechtheid van wat Aniceta zei. Aarzelend vertrokken ze naar de calleja. En even later voegde Conchita zich bij hen en ze knielden allen neer en begonnen de Rozenkrans te bidden.

    “Toen we klaar waren met bidden was de Engel nog altijd niet gekomen. We besloten om naar de kerk te gaan. Toen we opstonden zagen we een schitterend licht rond ons. We zagen niets anders dan het licht en we schreeuwden het uit van angst.”. Hoewel het licht heel intens was verblindde het hen niet maar het omringde hen, isoleerde hen van alles. Hierdoor kregen ze een angstgevoel, verlaten en zwevend in mysterie, iets volledigs onbekends dat ze niet konden begrijpen.(1).

    De dag ervoor, 19 juni, hadden de meisjes ervaren wat in Romeinen 9:16 staat geschreven: “Het is niet hij die wenst of hij die rent”. Dat wil zeggen, het hing niet hoofdzakelijk van de meisjes af of de verschijningen zouden plaatsvinden. Alles hangt af van Hem die boven alles staat. Maar tegelijkertijd verzekerde Hij hen dat wat ze gezien hadden echt was, en dat hem om een bepaalde reden was, en dat het slechts het begin was van iets grootser. Door die ervaring waren de meisjes voorbereid voor deze dag, 20 juni, voor het licht dat hen omringde. Hun geest en ogen moesten voorbereid worden op een hogere, schitterende wereld. In deze wereld van licht zouden ze elementen tegenkomen die extreem ver boven alle dingen staan die ze in hun dagelijks leven zien. Dus de angstige reactie van de kinderen is begrijpbaar. Als men zomaar uit zijn normale manier van leven wordt weggenomen is dat altijd pijnlijk.

    Toen de meisjes terug in hun normale toestand waren, alsof er niets was gebeurd, was het al 21u30 en dus besloten ze om toch maar niet naar de kerk te gaan. Ze konden moeilijk praten over wat ze net hadden ervaren en het effect op hen. Ze besloten om het aan niemand te vertellen. Ze ontweken ook de vragen die hun families stelden en ze gingen met het geheim naar bed. Maar al snel beseften ze dat ze het niet verborgen zouden kunnen houden. Ze moesten het verzoek van de parochiepriester inwilligen: Als ze iets zagen, moesten ze het hem onmiddellijk zeggen. En ze wilden gehoorzamen. Maar hoe? Hij woonde in Cossio, zes kilometer verder langs een gevaarlijk pad. Hun ouders zouden hen niet alleen laten gaan. Ze moesten het hen wel vertellen, en dat deden ze ook, op de morgen van 21 juni.

    21 juni 1961.
    De informatie werd strikt persoonlijk aan Eerwaarde Valentin doorgegeven. De verwachtingen van de mensen in het dorp liepen hoog op. Het eerste uitzonderlijke fenomeen op de calleja had geen getuigen gehad, maar op de avond van 21 juni 1961 zou daar verandering in komen.

    Conchita: “Nadat we die avond onze taken hadden gedaan (2) vroegen we aan onze ouders toestemming om naar deze plaats te gaan waar de Engel verschenen was. Toen we naar de calleja liepen vroegen we aan een vrouw, Clementina Gonzalez dat ze met ons mee mocht gaan als ze wou. Maar dat deed ze niet omdat ze haar twijfels had en ze ging een andere vrouw halen, Concesa genaamd. Toen andere mensen zagen dat zij met ons meeging, waren er meer en meer mensen die ons volgden. Toen we op de calleja kwamen begonnen we de Rozenkrans te bidden. Toen we dat gedaan hadden was de engel nog altijd niet gekomen. De mensen lachten en riepen:”bid nog eens”. En dat deden we. En toen verscheen de Engel. Zoals de priester ons had gevraagd, vroegen we de Engel wie hij was en waarom hij gekomen was. Maar hij antwoordde ons niet.”

    De hemel volgt zijn eigen ritme en zijn mysteries worden normaal gezien niet onmiddellijk onthult. Men moet zich voorbereiden, wachten en waardig zijn.De mensen die daar die nacht voor het eerst waren om de meisjes hun extatische toestand te zien werden aangeslagen afgevoerd. Ze wisten niet of ze moesten schreeuwen of wenen. Een raar gevoel kwam over hen. Ze waren onder de indruk van de gelaatsuitdrukkingen van de meisjes. Toen de meisjes terug in hun normale toestand waren zagen ze dat er een aantal mensen weenden en andere sloegen zichzelf op de borst. Iemand riep: “Oh mijn kinderen, als jullie de Engel terugzien, vraag hem dat hij ons vergeeft omdat we niet geloofden!”.  Een vrouw zei tegen de tante (Aurelia) van Conchita: “Heb jij de engel gezien?”. Aurelia antwoordde: “Nee, ik heb hem niet gezien. Maar als je hier niet in gelooft, dan geloof je niet in God!”.

    OPMERKING:
    Clementina Gonzalez vertelt een andere versie dan Conchita over dit gebeuren. Dit kan worden verklaard doordat Conchita in extase was en pas achteraf van een getuige had gehoord wat er gebeurd was. Volgens Clementina gebeurde het als volgt:

    Toen de meisjes op de calleja aankwamen en begonnen te bidden kwamen er nog andere mensen aangelopen, waaronder Angelita, Aurelia (tante van Conchita), enz… Diegene die enkel uit nieuwsgierigheid waren opgedaagd begonnen te lachen en te praten toen ze zagen dat de meisjes aan het bidden waren maar dat de engel niet verscheen. Maar ze waren zeer onder de indruk toen de meisjes in extase raakten. Ze konden het gezicht van de meisjes niet zien omdat ze achter hen stonden. Ze besloten om voor de meisjes te gaan staan maar Angelita, die het als eerste probeerde kwam bevend terug. Ze had een mysterieus obstakel gevoeld dat haar verhinderde om verder te gaan. Uiteindelijk rekten ze zich uit en konden ze de zijkant van het gezicht van de meisjes zien en ze konden horen wat ze zeiden. Clementina was zeer opgewonden over dit spektakel en ervan overtuigd dat het iets was dat van God kwam zei ze: “Conchita, mijn kind, bidt tot Onze-Lieve-Vrouw van de Berg Carmel… Bidt tot het Heilig Hart om ons te helpen… Laat hen zeggen wat ze van ons verlangen.”. Wat was hier aan de hand? De rest van de aanwezigen deelden haar opwinding niet en bleven lachen. Het was op dat moment dat ze zei (en niet de tante van Conchita!) :”O kinderen! Als je hier niet in gelooft, dan geloof je niet in God!”.

    Men kan zich voorstellen hoe het nieuws als een lopend vuurtje door het dorp ging. Er werd over niets ander gepraat op de avond in juni, een avond van genade!

    Toelichting:

    (1) Prudencio Gonzalez was één van de dorpsbewoners die het verhaal van de meisjes niet serieus nam. Op die avond kwam zij net de berg af met een kudde schapen toen ze de meisjes zag staan. Het maakte een grote indruk op haar. Om verder te kunnen moest ze tussen de meisjes lopen en daarbij raakte ze de schouders van één van hen aan. Later verklaarde ze dat ze daarbij de indruk had gekregen dat ze iets raadselachtigs aanraakte. De schouder voelde niet zacht en warm aan, maar eerder stijf, warm en bibberend.

    (2) Dit is belangrijk! De Hemel zegt ons om altijd onze plichten te vervullen.


    28-08-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3. Wat doet een engel in Garabandal?

    Toen iedereen op 19 juni 1961 wakker werd, werd er maar over één ding gesproken, de gebeurtenissen van de dag voordien :

    - “Aan de manier waarop ze de berg afkwamen moeten die vier meisjes moeten wel iets gezien hebben!”

    - “Het kan een grote vogel geweest zijn, het was tenslotte donker…”

    - “Of misschien hebben ze het gedroomd!”

    Iedereen had zijn eigen idee over het verhaal. Het zou een dag worden waarop men over niets anders praatte.

    Conchita vertelt: “Iedereen vroeg ons over wat we gezien hadden. En we waren zo blij met de verschijning van die mooie gedaante, dat we het met plezier vertelden. Er waren nog een aantal mensen die het niet geloofden. We vertelden hoe hij was, hoe hij gekleed was, hoe hij schitterde… De meeste mensen lachten ons uit, maar dat kon ons niet schelen want wij wisten dat het waar was.”

    “Toen we op school waren vroeg de juffrouw ons: “Mijn kinderen, zijn jullie zeker over de dingen die jullie gisteren verteld hebben?”. We antwoordden samen:Oh ja mevrouw. We hebben een engel gezien! De kinderen rondom ons waren verbaasd met wat we vertelden.”

    “Tijdens de middag gingen we naar huis. Jacinta en Maria Cruz ging samen naar huis en onderweg ontmoetten ze de parochiepriester, Eerwaarde Valentin Marichalar. Heel ongerust zei hij tot hen:”Is het waar dat jullie een engel gezien hebben?”. De meisjes antwoordden samen:”Ja eerwaarde, het is waar.”. “Misschien…misschien vergissen jullie je”, vroeg hij. Maar lachend zeiden ze:”Wees niet bang omdat we een engel gezien hebben! (1)”

    Terwijl de parochiepriester naar mij op zoek ging, gingen de meisjes naar huis. Toen hij me in de buurt van mijn huis zag werd hij heel nerveus en zei:”Conchita, wees eerlijk. Wat heb je gisteravond gezien?”. Ik vertelde hem alles en hij zei:”Wel, als jullie hem vanavond terug zien, vraag hem wie hij is en waarom hij hier komt.” Ik beloofde hem dat ik het zou vragen. Dan ging hij verder naar Loli’s huis.”

    “Loli vertelde hetzelfde als ik en de andere meisjes. En dus was hij meer en meer onder de indruk omdat wij allen hetzelfde vertelden. Uiteindelijk zei hij : ‘Goed, we zullen twee of drie dagen wachten en zien wat hij jullie zal vertellen, en of jullie hem nog zullen blijven zien. Daarna zal ik naar de bisschop gaan.”

    Na het middagmaal gingen de meisjes terug naar school. Om 17u waren de lessen gedaan en waren de kinderen vrij om te spelen of hun huiswerk te maken.

    Conchita: “Ik ging naar het huis van de vrouw van wie we melk kochten en zij zei tegen mij:”Is het waar dat jullie een engel zagen? Of zeggen de mensen zomaar wat?” Ik antwoordde dat we zeker een engel gezien hadden. Ze bleef mij vragen stellen: “Hoe hebben jullie hem gezien?”. Ik vertelde het haar en ze luisterde heel aandachtig. Dan glimlachte ze en zei: “Ik geloof dat jij een engel zag. Maar de andere meisjes: Nee!”. Ik zei: Maar we hebben hem alle vier gezien, Loli, Jacinta, Maria Cruz en ikzelf!

    Toen ik thuis kwam zei ik tegen mijn mama: Mama, ik ga naar de Calleja bidden. Pepe Diez, een metser die bezig was met reparaties aan ons huis, had me dit horen zeggen, alsook mijn broer Aniceto die hem hielp. Pepe sprak tot mij:”Luister kind, wat vertel jij daar over de verschijning van een engel? Besef je niet hoe ernstig dit is? Stop met die onzin anders zal ik het aan de politie melden. En dan komen zij je verklaring afnemen, je ondervragen. En je kan in de gevangenis belanden. En wat voor gevolgen kan dit hebben voor jullie families: schaamte en schande! Jij bent geen meisje dat zich met zo’n dingen bezig houdt.”. Dan zei hij lachend:”Ja, ja,laat haar maar gaan. Wat kan het kwaad om haar te laten bidden?”. Mijn broer protesteerde: “Conchita, laat dit niet gebeuren! De mensen zullen je uitlachen, en ons ook. Ze zullen zeggen dat je liegt”.

    Maar het verlangen om de engel terug te zien was te groot en ze liet haar moeder niet met rust tot ze eindelijk toelating kreeg om naar de calleja te gaan. En dus vertrokken ze weer met hun vieren, arm in arm, richting calleja. Onderweg kwamen ze een groep mensen tegen die vijandig deden tegen hen en grapjes maakten, vermits niemand hun verhaal geloofde. Of beter gezegd: Niemand wou zichzelf belachelijk maken door toe te geven het verhaal te geloven.

    Het was een donkere avond.

    “Het was heel erg bewolkt en er was ook veel wind. We begonnen te bidden. Maar de engel kwam niet. Toen het laat werd, rond 20u30, stonden we recht en gingen we terug naar de kerk. Voordat ze daar aankwamen, kwamen ze de schooljuffrouw tegen. Ze probeerde de kinderen op te beuren en zei: “Weten jullie waarom hij niet gekomen is? Het is waarschijnlijk waarom het zo bewolkt is.”.

    De meisjes gingen verder naar de kerk en bezochten het Heilig Sacrament.

    Toelichting:
    (1) Het zien van een engel werd vaak geassocieerd met sterven.


    25-08-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1. Hoe het begon...

    Garabandal is een klein dorpje in de provincie Santander in Noord Spanje, dichtbij de “Picos de Europa” bergketen, een ruwe maar mooie omgeving. De volledige naam is San Sebastian van Garabandal. Het ligt op 600m boven de zeespiegel, ongeveer 57km van de provinciehoofdstad. Om er te geraken moet je langs steile, moeilijk begaanbare paden. Er leven niet meer dan 300 mensen in Garabandal. Er heerst een opmerkelijke stilte in het dorpje. Er is geen dokter en ook geen plaatselijke priester in de parochiekerk. Vroeger werd de Mis er voorgedragen door de priester van Cosio, het naburige dorp.

    Op zondagavond 18 juni 1961 waren er een aantal kinderen aan het spelen op het pleintje  in het dorp. Twee van de meisjes, Conchita Gonzalez (11 jaar) en Maria Cruz Gonzalez (12) kregen het idee om appels te gaan plukken. Zonder iemand te vertellen waar ze heen gingen, wilden ze vertrekken  naar de plaats waar de appelbomen stonden. De appelbomen waren eigendom van de schoolmeester en zijn vrouw,  m.a.w., ze gingen de appels stelen. Het was alsof de duivel aan het werk was tijdens die avond. Net zoals Satan Eva verleidde tot het eten van de verboden vrucht van de Boom des Levens,  verleidde hij nu twee jonge meisjes tot het stelen van het “verboden” fruit. Toen twee van de andere meisjes zagen dat ze weggingen vroegen zij waar ze heen gingen. Conchita en Maria Cruz antwoordden: “Daarginds….”. En ze vervolgden hun weg terwijl ze nadachten over hoe ze de appels zouden stelen.  Toen ze bij de appelbomen kwamen, begonnen ze de appels te plukken.


    De meisjes leken zich goed te amuseren en plots zagen ze drie andere meisjes aankomen die naar hen op zoek waren. Het waren Maria Dolores (Mari-Loli) Mazon, Jacinta Gonzales, beiden 11 jaar oud, en nog een andere meisje. Hoewel  drie van de meisjes  dezelfde familienaam hadden, waren ze geen familie van mekaar.

     

    Toen Mari-Loli en Jacinta zagen dat de andere meisjes appels aan het plukken waren, riepen ze uit: “Hey Conchita, jullie zijn appels aan het plukken!”.  Conchita antwoordde: “Zwijg, de vrouw van de schoolmeester zal jullie horen en het aan mijn moeder vertellen.” Jacinta verstopte zich tussen de aardappelstruiken  en Maria Cruz liep het veld door. Loli riep luid: “Maria Cruz, blijf staan. We kunnen je zien. We gaan het aan de eigenaar vertellen.”

    Maria Cruz kwam terug en ze kwamen allemaal bij mekaar staan. Terwijl ze aan het praatten waren riep iemand het meisje dat met Marie-Loli en Jacinta was meegekomen en ze vertrok.

     

    Nadat ze nog wat gepraat hadden, besloten de vier meisjes om terug te gaan om nog meer appels te plukken. De meisjes hadden het best naar hun zin en opeens hoorden ze de stem van de schoolmeester, die de takken had zien bewegen en dacht dat het de schapen waren, en hij zei tot zijn vrouw “Concesa, ga naar de tuin. De schapen dwalen af naar de appelboom.”

    Toen de meisjes dit hoorden barstten ze in lachen uit. Toen ze hun zakken vol appels hadden gevuld, gingen ze terug naar de straat (de calleja) waar ze de appels rustig konden opeten.

    (De calleja is een steil, kronkelend, ruw pad dat van de achterkant van het dorpje naar de heuvel leidt waar de Pijnbomen staan).

    Terwijl ze hun appels aan het opeten waren (1) hoorden de meisjes een geluid, zoals een donderslag. En opgeschrikt riepen ze uit : “Het lijkt wel te donderen”. (2)

    Verklaring bij Hoe het begon

    (1)De appels in Garabandal die de meisjes gingen stelen konden zeker niet zo verleidelijk geweest zijn als de appels in de Tuin van Eden. In plaatsen zo hoog boven de zeespiegel, zoals Garabandal, konden de appels in de maand juni niet meer geweest zijn dan half-rijp fruit, bitter, zonder sap, hard, waar je enkel tandpijn kon van krijgen. Maar toch hadden ze een ongelooflijke verleidingskracht op de meisjes die zelden fruit te eten hadden behalve dat wat ze in de zomer van de bomen in hun tuin hadden.  In die jaren was er zo goed als geen ingevoerd fruit, dus gingen ze het fruit in het dorp halen terwijl het nog groen was.

    Het stuk grond waar de tuin met de appelboom gelegen was  werd later aangekocht door de echtgenoot van Mw. Garcia Llorente-Gil Delgado uit Sevilla. De tuin was in slechte staat. Haar man, die in de gebeurtenissen van Garabandal geloofde bouwde er in 1968 een stenen huis, het grootste in het dorp. Sinds het begin van de bouw van het huis zorgde hij heel goed voor de appelboom . En de boom bleef er staan tot 1975, toen hij een sterke wind hem tegen de vlakte gooide.

     

    (2) Het moet een ongewoon klinkende donderslag geweest zijn. En het maakte de meisjes zeker bang want mensen hebben angst voor een storm, zeker als ze in een open veld staan, in de stilte van de natuur. De meisjes stonden midden in die stilte, buiten het dorp maar toch dichtbij. Ze keken omhoog om te zien waar de donder vandaan kwam. Maar noch dichtbij, noch in de verte konden ze ook maar één klein donker wolkje bespeuren. Wat een vreemde donderslag..! Wat was er aan de hand…?



    Archief per week
  • 22/09-28/09 2008
  • 15/09-21/09 2008
  • 08/09-14/09 2008
  • 01/09-07/09 2008
  • 25/08-31/08 2008
  • 18/08-24/08 2008
  • 26/09-02/10 2005

    Contact

    Webmaster
    Mario


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs