Inhoud blog
  • Opgezet spel
  • Ode aan niemand in het bijzonder
  • Zwart gat
  • Bang in het donker
  • De onvrije zeemeeuw
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    De arrogantie der verbeelding

    Wanneer de stilte je 's nachts zomaar wekt, weet je even niets meer. Je weet niet meer wat je de afgelopen dag gedaan hebt, hoe laat het is, waarom je überhaupt wakker bent en wie er in duivelsnaam naast je ligt. Even weet je niet meer wat te doen. Je beweegt, of toch niet. Je draait je om en kijkt in het kwijlende slaapgezicht van je geliefde. Of niet. Je weet niet, het waarom niet en het gegeven niet, maar je grist desalniettemin een verfrommeld stuk papier en een potlood van het kastje naast het bed, en begint te schrijven...
    12-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waargebeurd op dinsdag

    Over de definitie van ‘soaked’

    Vandaag begon best goed. Laat, maar goed. En droog, zeer droog. Eenmaal uit mijn bed gestuiterd, gedoucht - oh, zinvolheid op een dag als deze - en normaal aangekleed, liet ik mijn kamer voor wat die was en verhuisde ik naar beneden om me nog maar een dag zinloos maar gezellig met mij pc’tje bezig te houden. So far so good, de echte ellende begon pas om ongeveer 16u. De aankondiging van, aka donkere wolken.

    Toen was er dat tijdstip waarop ik wel degelijk iets te doen had en zeulde ik mezelf dan ook overeind om m’n fiets te pakken. Uit voorzorg nam ik mijn regenjas mee, waarschijnlijk onnodig maar toch wel handig. Als ik hem thuis had gelaten had ik achteraf gezien hetzelfde effect bereikt.

    Bij de kapper was het zoals altijd; ik werd als een hond gewassen met een douchekop in een bakje én ik was getuige van een zorgvuldig onnavolgbaar gemaakt relaas over de nieuwste roddels van de klant voor mij - en bezweek dan ook direct voor de verleiding van de uitnodiging om te staren in het niets, die dat soort monologen wel vaker bij me opwekt. Toen het eenmaal mijn beurt was, liet ik die arme jongen wijselijk met rust, wel nadat ik hem mijn deel van de familieroddels had bijgebracht, dit zijnde niet veel, en het verlekkerde vooruitzicht op een vakantie aan zee. Hierna verveelden wij elkaar met wanhopige blikken door de ruiten. Ja, ik was met de fiets, welkom in België. Afgezien van een ordinair gillend mens dat ook de deur een uur te vroeg besloot plat te walsen en een gekwelde blik van mijn kapper, gebeurde er tijdens mijn kappersbezoek niets noemenswaardig. Ik deed hem de groeten van mijn moeder, hij deed ze terug. Veel geluk op mijn weg naar huis.

    Eenmaal buiten – ik was toen al nat, want ik heb één keer de aanblik van een haardroger afgewezen, en god zij dank onthoudt mijn kapper dat soort dingen – begon het echter pas goed te gieten, dit alles terwijl ik mijn uiterste best deed om in minder dan een half uur de oortjes van mijn mp3-speler door mijn jas te wurmen, dat ding aan te krijgen, mijn jas opnieuw - maar dan goed - dicht te ritsen en mijn sleutel te zoeken. De foto van mijn wanna-have haircut heb ik maar verfrommeld en in mijn tas gepropt. Om tijd te sparen, uiteraard. Nu staat er natuurlijk een mooie inktvlek op de binnenkant van mijn meeneemgereedschap.
    Dat het met mijn natte kop niet veel zin had om een kap op te zetten, verdrong ik als een herinnering aan een nachtmerrie, simpelweg omdat ik het niet wilde weten. Uiteindelijk was het verschil tussen de binnenkant en de buitenkant van mijn muts zo miniem, dat ik me afvroeg of de kapper het op een akkoordje met de weergoden had gegooid.

    Vervolgens ging ik een vriend van taekwondo – van toen de club nog bestond, that is – te vereren met een zeer kort bezoekje om hem een geleend fietslampje terug te geven. Diepzinniger dan wanhoop vanwege het weer en een reply met de woorden ‘jup, just my luck’, is onze conversatie in die vijf seconden niet geweest.

    Toen ik eenmaal mijn weg terug naar de apotheek zocht, besloten de weergoden mij nog een beetje extra te pesten, waardoor ik volkomen doorweekt en koud op mijn bestemming – nog geen kilometer van de vorige – aankwam. Dankzij de compassievolle, maar toch ietwat nerveuze apotheker ontving ik één derde van wat ik nodig had, de rest mag ik morgenochtend gaan halen. Oh juich. Hopelijk heeft mijn regenjas dan meer zin om waterdicht te zijn. Sorry, winkelvloer en werknemer die moet dweilen.

    Ik hoef u niet te vertellen dat het, toen ik voor de derde keer dat anderhalve uur ergens buitenkwam, nog harder regende dan ervoor, wat ervoor zorgde dat ik mezelf - een kwartier later - thuis aantrof in een toestand die schreeuwde en smeekte om een handdoek. Aangezien ik, dankzij mijn kapperbezoek, boven mijn romp volledig vol hing met kleine haartjes, besloot ik eens efficiënt te zijn en enkel mijn schouders en hoofd onder de douche te houden. Uiteraard had ik net een droge broek aangetrokken, waarvan de linkerpijp netjes werd meegewassen toen ik mijn kop in de douchecabine stak. Een broekspijp die nu trouwens nog steeds koud is, omdat het hier onder tafel toch wel een beetje tocht. Ik heb heel veel zin in morgen nog zo'n dag. Dit is een relaas van een gebeurtenis die om één of andere reden in verschillende maar gelijkaardige versies, meermaals in mijn repertoire voorkomt. Ik ben vervloekt.
    Een goede avond!

    12-07-2011 om 20:00 geschreven door Nogood  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    Categorie:Bedenkingen
    07-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Loze woorden

    Woorden die me

    eens vervulden met

    liefde en vertedering,

    brengen nu

    geen hoopvol

    denken meer teweeg

     

    Woorden die zorgden

    dan mij hart levendig
    bleef kloppen,

    geven nu

    niets meer dan pijn en

    gunnen geen kansen meer

     

    Woorden die ooit

    zoveel betekenden

    naar ons gevoel,

    zijn nu

    verleden tijd en nog

    maar weinig waard

     

    En toch meenden

    we wat we zeiden;

    alsof de vergank’lijk-

    heid van ‘zeggen’,

    geen vloek meer is,

    maar nooit ons deel was

     

    En als ik nu dan zo

    je brieven lees,

    verlang ik niet

    langer, maar denk

    ik ook niet dat

    ik niets meer mis

     

    Alsof een zin

    zijn punt verliest

    en zijn woorden

    zijn misspeld,

    terwijl de hoofdletter

    toch koppig standhoudt

     

    Zo woordgebonden

    ontbreek jij nu

    aan mijn verhaal

    en zorg je nu

    dat ik hier spreek met
    niets
    dan loze woorden

    07-07-2011 om 14:57 geschreven door Nogood  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Gedichten
    30-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Maan en zon 1/3

    One-shot

    Avondlicht

    Deel 1 van driedelige reeks ‘Maan en zon’

    Dit verhaal speelt zich af in een onbeduidend plaatsje op het platteland, ergens aan de rotsige kust van Engeland, waar de wind het hardst waait en de regen op zijn felst is. Tijdens de tweede helft van december - maar nog net voor kerst – was het dorpje zorgvuldig weggestopt onder een dikke laag sneeuw. De straten waren doodstil en verlaten, afgezien van drie zwerfhonden, die dicht tegen elkaar aan lagen te slapen onder een van de vele bankjes langs de kant van de weg. Het enige geluid dat er te horen was naast hun regelmatige gehijg, kwam van de half gesmolten hoopjes sneeuw, die af en toe van de warme deksels boven de gloeilampen die als lantarenpalen dienst deden, op de grond ploften. Binnenin de gloeilampen zat het vol met ter dood veroordeelde motten en spinrangen, maar voor de rest was er geen enkel teken van leven. De Victoriaanse bouwvallen die de huizen van de dorpsbewoners vormden, lagen diep in de schaduwen van de nacht en van de hen omringende bomen. In slechts één huis brandde nog licht, want daar woonde Susan. Het was haar vannacht niet gelukt om in slaap te vallen en daarom had ze besloten om haar huis te decoreren met honderden lichtjes. Dat de felheid van de lampjes maar beperkt zou zijn en dat ze vóór de ochtend aanbrak alweer in het donker zou zitten, kon haar niet deren. Het ging haar om het moment zelf, de luttele uren die ze tussen haar lichtjes zou kunnen doorbrengen en waarvan ze in stilte kon genieten, terwijl ze een kop thee of iets sterkers dronk. Diep weggestoken in haar huis en achter de sluier van de nachtelijke duisternis, kon haar niets gebeuren. Ze was compleet alleen en veilig voor alle verstoring en de duistere angsten die haar 's nachts soms plaagden.

    Buiten haar huis en buiten haar registratie, schoten de zwerfhonden gedrieën overeind en staken ze hun neus in de lucht. Ze jankten zachtjes, maar gingen gerustgesteld weer liggen toen de in een zwarte mantel gehulde figuur verscheen, ze zijn geur herkenden en hij hen zachtjes toefloot. Hij was een man van lang postuur, Midas heette hij, niet uitermate breed maar wel een krachtige verschijning, die gehuld ging in duisternis. Zijn scherpe trekken gingen verborgen onder de grote kap van zijn mantel, die hij over zijn ravenzwarte krullen getrokken had. Zijn donkere ogen spiedden de omgeving af. Het was lang geleden dat hij hier was geweest, maar hij kende de straten nog goed. Ze waren dezelfde als die van toen hij hier zelf nog woonde, van toen alles nog gemakkelijk was en hij zijn noodlot nog niet kende. Het bonten voorschoot dat hij onder zijn mantel droeg, was net niet dik genoeg om de ijzige winterkou buiten te sluiten en zijn lichaam verlangde naar een warm haardvuur en een kom soep. Dat het al ongelooflijk laat was, schoot ook door zijn hoofd. De herberg aan de andere kant van het dorp zou al lang voor publiek gesloten zijn, zeker tegen de tijd dat hij daar aan zou komen. Hij overwoog zijn opties. Hij hield er niet van om de oude, vergeten en verdrongen verhalen op te rakelen, maar deze omgeving hield geen rekening met zijn voorkeuren en bracht niets anders dan juist die herinneringen die hij wilde vermijden bij hem naar boven. Een trieste blik kwam in zijn ogen bij de gedachte aan zijn jeugd en hij vroeg zich wederom af of hij hier wel zou mogen zijn vannacht. Het idee kwam hem nu zo ongelooflijk onredelijk en onrealistisch voor; het leek allemaal zo veel te voorbarig, dat hij bijna besloot om terug te keren. Gefrustreerd balde hij zijn handen tot vuisten. Maar hij was toch zeker niet voor niets gekomen, om alleen een beetje te staan staren en twijfelen om vervolgens weer op zijn dooie gemak naar huis te strompelen? Oh, zijn huis! De gedachte aan zijn huidige woonplaats knaagde aan zijn binnenste. Dit nu zo donkere, maar eens zo lieflijke dorpje was eigenlijk de enige plek die hij ooit echt als een soort thuis had gezien, laat staan dat hij terug wilde naar de plek die hij net zo wanhopig ontvlucht was. De plek in de bergen. Nee, hij moest verder, hij kon niet terug naar zijn ‘thuis’, dat alleen bestond uit een vervallen kasteel ergens ver tussen de kieren van de rotsen aan de kust, de slagtanden van de aarde, die ondanks hun schoonheid nog minder dan niets voor hem betekenden. Hij was nu al te ver gekomen, terugkeren was niet meer mogelijk. Stilletjes kwam hij naderbij, diep in zichzelf geruisloos herhalend waarvoor hij kwam. Eén blik was voor hem, enkel dat was hem vannacht gegund. Eén blik. Niets meer.

    30-06-2011 om 21:54 geschreven door Nogood  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Verhalen
    25-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gemis

    Elke dag lijkt een verspilling

    omdat  ik niet bij jou kan zijn

    Elke glimlach een verkilling

    omdat ze niet aan jou

    geschonken is

    Elke voetstap is vernederend

    want ze is niet aan jouw zijde

    Elke daad voelt aan als moord

    omdat ze niet voor jou gepleegd is

    Ieder klein gebaar zoals zo-even

    is volkomen nutteloos

    wanneer niet aan jou gegeven

    25-05-2011 om 00:00 geschreven door Nogood  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Gedichten
    15-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stille tekens

    Zit je soms wel eens

    op de bodem van

    de douche

    en probeer je door

    de kalk van het plafond

    de witte lucht te zien

    terwijl de neiging om

    te schreeuwen

    de druppels van

    je schrale huid verdrijft?

     

    Laat je ooit wel eens

    zo’n druppel glijden

    zonder je te willen

    hechten aan het spoor dat

    deze nalaat zonder

    je te schamen

    voor de tranen

    die verschijnen

    en de gebaande wegen

    alsnog verslagen volgen?

     

    Als een getemde

    hond ga je mee

    in het zwijgen omdat

    je eens toch ook

    zo onuitstaanbaar

    vrolijk bent geweest

    terwijl de stilte ’s nachts
    toch overduidelijk

    de meeste woorden

    zo te kennen gaf?

     

    Zit je ook wel eens

    druipend halfnaakt in

    een badhanddoek

    je frustratie neer

    te schrijven

    zonder te beseffen

    dat de heuvels op

    je armen stille

    tekens zijn

    van zwaar gemis?

    15-05-2011 om 00:00 geschreven door Nogood  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Gedichten


    Archief per week
  • 11/03-17/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 14/11-20/11 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 09/05-15/05 2011

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Een interessant adres?


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs