|
1.Hoeveel wedstrijden reed je ?
In dit eerste jaar voor NGMT spelde ik 54 keer mijn rugnummer op. Daarbuiten nam ik deel aan enkele crosswedstrijden.
2.Wat waren de resultaten, winst ?
Dit jaar kon een wedstrijd niet door mij gewonnen worden. Een aantal top 10 plaatsen waren de hoogtepunten van een raar seizoen. Enkele malen was er mijn aanwezigheid in de goede ontsnapping, maar telkens moest ik mijn meerdere erkennen in de andere renners. Veel hoogtes met laagtes wisselden af en vaak zat er niet meer in dan achter de feiten rijden.
 
3.Wat vond je de beste prestatie ? Mooiste zege ?
Na mijn stage in Duitsland voelde ik mijn benen niet. In deze periode boekte ik mijn mooiste resultaten en dingde mee voor de overwinning. In Sint-Martens-Bodegem en Zingem zat er meer in dan een 7 de en 5 de plaats. Twijfelen en speculeren op de sprint bleken in deze wedstrijden geen goede beslissing te zijn.
4.Bracht het seizoen wat je er van verwachtte ?
Als ik kritisch ben (en mijzelf kennende) bracht het seizoen minder op dan verwacht. Wat de oorzaken hiervan zijn is niet duidelijk geworden. Vanaf maart tot half oktober reed ik elk weekend een wedstrijd en dit kan ermee te maken hebben. Vele hoogtepunten, met goede resultaten, wisselden af met teleurstellende uitslagen. De goede ontsnapping werd vaak gemist en dat frustreerde mij enorm. Na het seizoen mocht ik best tevreden zijn. Het extra-sportieve, met de opbouw van een nieuw wielerteam, brengt veel werk met zich mee en het werpte zijn vruchten af. Het team kende een groot succes met de website en de bekendheid gedurende de wedstrijden en dat deed deugd. Enkel de overwinning ontbreekt nog maar dat is niet het belangrijkste: amusement en vriendschap zijn een feit en dat is goed.
5.Waar was je sterk in ?
Als ik over goede benen beschik kijk ik niet op een inspanning meer of minder. Op glooiende omlopen komen mijn krachten het best tot zijn recht. In een ontsnapping zal je mij zeker zien meewerken, vaak van het goede teveel, wat zich op het einde vertaald in een mindere sprint.
6. Hoe is je eindsprint?
Massaspurten en sprinten voor ereplaatsen laat ik aan mij voorbijgaan. Met geluk en kunde weet ik me vaak toch in de eerste 10 te plaatsen in een sprint. Maar door de jaren heen is dit niet mijn sterkste wapen.µ
7.Wat heb je bijgeleerd ?
Een afwachtende houding innemen en achteraan het peloton meerijden brengen niets op. Vooraan worden de prijzen verdeeld en door vooraan te koersen kan een mens enkel sterker worden. Bij onvoldoende motivatie voor een wedstrijd kun je beter niet starten en er een doorgedreven training van maken. Want een gemotiveerde renner is er tijdens een koers twee waard; een renner die niet gemotiveerd is, is niks waard. Het wedstrijdniveau bij de nevenbonden zit de laatste jaren in een stijgende spiraal. Een renner moet er meer en meer voor doen om te bereiken wat hij wil bereiken.
8.Wat doe je deze winter en wat is je doelstelling voor 2011 ?
Na het seizoen een langere rustperiode inbouwen. In de winter doe ik hetzelfde als andere jaren. Dit is vooral lopen, op de rollen rijden, veldtoertochten rijden en (als het weer het toelaat) uiteraard mij met de koersfiets op de baan uitleven. Af en toe eens een crossje meepikken moet ook kunnen en de conditie en ikzelf zal bepalen wanneer de seizoensstart genomen kan worden. Mij goed verzorgen en trachten niet ziek te worden in de opbouwfase. In 2011 ga ik proberen om een wedstrijd te winnen en in dienst van de ploeg zoveel mogelijk proberen te doen. Met de uitbreiding van het team hoop ik dat we ons team in een positief daglicht kunnen fietsen. Als de focus in één richting kan gezet worden moet dit mogelijk zijn.
9.Voor welke ploeg ga je in 2011 rijden ? Waarom ?
Daar ik de oprichting en de opbouw van ons team mee heb verwezenlijkt blijf ik bij NGMT Cycling Team. Na enkele jaren bij verschillende ploegen spreekt een eigen team me meer aan. Het is tof om samen met vrienden / renners de favoriete hobby bij uitstek te kunnen beoefenen. Er is geen druk en heb er alles wat ik wil hebben. 
10.Stel jezelf eens een kritische vraag + eventueel antwoord ?
Geloof ik tijdens een wedstrijd genoeg in mezelf?
Dit lijkt voor sommigen een rare vraag maar mijn antwoord is vaker nee dan ja op deze stelling. Tijdens een wedstrijd ontbreekt het mij soms aan karakter en doorzettingsvermogen en daardoor laat ik soms te snel mijn moed zakken. Op de tanden bijten is het devies en volharden in mijn eigen wilskracht en vooral in mijzelf geloven. Een mens kan meer dan hij denkt, en denken (wat ik teveel doe) is tijdens een wedstrijd (waar snel beslist moeten worden) niet de juiste oplossing. In 2011 ga ik er proberen aan werken, samen met ons wielerteam. 
NOOT: Waar ben ik goed in? Smoelen trekken.
05-12-2010 om 00:00
geschreven door NGMT 
|
.
