Voor Jezus is er geen verschil tussen
woorden en daden. Dit kun je duidelijk lezen in Matteüs 5 in de bergrede. Je
vindt er eerst de zaligsprekingen en erna allemaal uitleg hoe de Farizeeërs de
Wet van Mozes ondermijnden, en wat de juiste versie was van Jezus.
Slechte gedachten worden gelijk gesteld met
slechte daden.
In de praktijk is het zo dat als er geen
daden worden gesteld, de samenleving op beide oren kan slapen. Is dit zo ?
Als er een persoon met de gedachte
rondloopt om iemand neer te maaien, is dit dan goed genoeg om te laten gaan ? Nee,
natuurlijk niet. Het komt erop aan als de omgeving rond die persoon maar iets
merkt van zn gevaarlijke ideeën, die persoon van gedachten te doen veranderen.
En vooral geen olie op het vuur te gooien.
Als er een persoon een diefstal wil plegen,
maar hij heeft de daad nog niet gesteld :
op beide oren... ? Nee ! De persoon moet
op zijn verkeerde gedachtegang gewezen worden.
Als de persoon niets laat merken, dan is
dit de enige reden die je kunt aanhalen dat er niets kon gedaan worden aan zijn
wandaden. Verkeerd !!
Eens in de persoon zijn verleden eens
ploegen. Wedden dat je iets vindt ?
De persoon heeft in zijn jeugdjaren veel
miserie gekend. Ouders met hun eigen problemen, niet rijp om kinderen te
hebben, kinderen bij de miserie zetten.
Dit telt niet altijd in de rechtbank, maar
bij God komen de ouders ook aan de beurt : hoe ze hun kinderen hebben opgevoed.
Natuurlijk is het zo : het is niet omdat je een slechte jeugd hebt gehad, dat
je crimineel wordt. Maar God ziet alles !!!
Ook bij seksueel perverse gedachten, moet
de samenleving niet op beide oren slapen.
Er zijn zaken zoals verkrachting,
pedofilie,...die niet over het hoofd mogen gezien worden. Die mensen hebben
fulltime therapie nodig dat ze inzien dat zij slachtoffers maken. Ook al hebben
ze nog geen daden gesteld !!
Bovendien zijn daden al te laat, er zijn
dan al slachtoffers. Je moet preventief kunnen werken. Dan pas mag de
samenleving op beide oren slapen.
Wat met de bergrede ? Die is veel strenger
dan de gewone wetten, omdat het hier gaat over eigen energie in je gedrag
steken om je tot Jezus maatstaven te kunnen verhogen.
Het gaat nochtans over simpele zaken, maar
ze vergen het uiterste van jezelf.
Heb God bovenal lief, en je naaste als
jezelf.
Het knooppunt ligt altijd bij de naaste. Het
is zo moeilijk om in de naaste je buurman te zien, of je collega, of je
tienerdochter, of de baas die je buitengezet heeft, of je bemoeizuchtige
schoonmoeder, of je broer die om een futiliteit niet meer met je spreekt, of de politieker waarvoor je gestemd hebt
en die nu een coalitie vormt met een tegenpartij, of je dokter die blijft zagen
om te stoppen met roken, of de boetiek waar je een hemd hebt gekocht die na 1
keer wassen uiteen valt...
Je begrijpt wel wat ik bedoel.
Dit vraagt liefde vanuit het hart, en je
hart heeft juist een lege batterij.
Vraag aan God een stel nieuwe batterijen en
focus je gedachten op een goede, vredevolle, vriendelijke samenleving. Dit
begint met de gedachten. Dat wil Jezus zeggen !
Dan volgen daden met liefde automatisch. Dan
kan de samenleving voor een heel lange tijd op beide oren slapen.
Een echtpaar leefde in de stad. En een
engel klopte aan hun deur. Hij vroeg of hij daar een tijdje op logement mocht
blijven omdat hij in de stad mensen aan God moest doorgeven die klaar waren om
naar de Hemel te vertrekken. Het echtpaar liet de engel een tijdje bij hen
verblijven. Op het einde van zijn opdracht was de engel zo tevreden dat het
echtpaar drie wensen mocht doen.
De man zei tegen de vrouw : Schatje, denk
eraan we zouden wat geld kunnen gebruiken voor verbouwingswerken aan het huis !
Maar de vrouw zei tegen de engel : Zorg dat
alle armoede uit de stad is verdwenen.
De engel willigde haar verzoek in. De man
daarentegen was kwaad : Zeg, waarom vraag je nu geen geld, nu je de kans hebt ?
Maar de vrouw antwoordde : Alles komt in
orde.
De engel zei : U bent aan uw tweede wens
gekomen.
De man kordaat tegen zijn vrouw : Kies nu
voor geld ! We wilden ook nog een reis rond de wereld maken !!!!!!
Maar de vrouw zei tegen de engel : Zorg dat
alle terminale ziektes verdwijnen uit de stad.
De engel deed alle terminale ziektes
verdwijnen. De man werd wit van woede : Mens, waarom doe je nu zoiets, WE HEBBEN
GELD NODIG !!!!!
De engel zei : Dit is nu uw laatste wens.
De man trok aan de arm van de vrouw, en
brulde : Kies voor geld ! Wat gaan we doen als onze auto versleten is ? GELD
hebben we nodig !!!!!
Maar de vrouw zei tegen de engel : zorg dat
ik het bidden tot God niet opgeef en dat ik blijf in Hem geloven.
De engel deed wat de vrouw vroeg. En ging
dan weg.
De man brulde : dit was nu werkelijk het
toppunt. Ik kan met jou niet samenleven. Dit doet nu echt de deur dicht. Ik pak
mijn boeltje. Ik zie je bij de vrederechter !!!
De vrouw was heel verdrietig en bad tot God
dat alles toch zou in orde komen.
De stedelingen wisten wie de wonderdoenster
was en ze riepen haar uit tot burgermeester
van de stad. De vrouw wist amper wat haar
overkwam. Toen ze burgermeester was werkte ze samen met een hele groep mensen
die allemaal de noden van de stedelingen vast stelden en ze oplossingen boden. Daar
leerde ze een man kennen. Ze waren van dezelfde ingesteldheid. En zij leefden
nog lang en gelukkig.
Hadewijch wordt in
een vlakte der volmaakte deugden gevoerd bij bomen.
1ste Boommet verrotte wortel, zeer broos, en met een zeer
stevige stam : de boom der zelfkennis.
2de Boomzeer
laag, met bladeren van alle kleuren, die door dorre bladeren beschut worden :
de boom der nederigheid.
3de Boomgroot, sterk, met brede bladeren : boom van volmaakte
wil.
4de Boomgroot, met vele takken, die door elkaar groeien
: boom van onderscheid door Rede.
5de Boommet drie soorten van takken : boom der Wijsheid.
1. de drie onderste takken,
met bladeren van groene kleur, scherp, lang, op ieder blad een rood hart,
betekenen een drievoudige vrees:
a) vrees om God niet genoeg te
verheerlijken door volmaakte deugden;
b) vrees dat de mensen God te weinig
verheerlijken;
c) vrees met Christus te lijden en te
sterven, door gehele versterving met Christus.
2. de drie middelste takken,
met witte harten, betekenen een drievoudige reinheid:
a) reinheid van lichaam en uitwendige
werken, (schijnt een meer uitwendige reinheid, in de werken, te bedoelen);
b) reinheid van zonde in begeerte en
werken; (een meer inwendige reinheid in mening en bedoeling);
c) gehele reinheid van alle vlek van
laagheid, om van het dragen der Liefde, op te stijgen tot het voelen der Liefde,
tot het Liefde-zijn.
3. de drie bovenste takken
met gouden harten, betekenen een drievoudige verhouding tot de Liefde:
a) met Liefde, haar zoeken in
volmaakte deugden;
b) met Liefde Gods wil doen volgens
zijn welbehagen;
c) uit de menigvuldige deugdbeoefeningen
opstijgen tot de enkele deugd in Liefde.
Daarna drinkt Hadewijch de kelk van de verduldigheid, om God trouw te
dienen.
6de Boommet wortel naar boven en top naar beneden :
boom van kennis van God.
7de Boommet rode en brede bladeren, waarvan niet meer
de Engel, maar Christus zelf, de betekenis zal verklaren.
1. Hadewijch ziet een
kruis uit kristal; daardoor heen een grote vlakte; ervóór een zetel als een
schijf, waaronder drie zuilen; midden onder de schijf een kolk.
2. Verklaring: de zetel is Gods eeuwigheid; de drie zuilen
de drie Goddelijke personen; de kolk de Godsgenieting in de wezenheid.
3. Christus verschijnt haar op de zetel:
Eerst is er een beschrijving en erna een toespraak :
lof van Hadewijch, die Hem op allerlei wijzen heeft gezocht.
Zijn wil tegenover
haar : zij moet haar wil met de Zijne verenigen.
Een nieuw gebod :
zij moet veel lijden om op Hem te gelijken in zijn Mensheid, en zo te
komen tot gelijkvormigheid met zijn Godheid.
Verwijt : zij zal
niet op haar deugden en lijden steunen; niet klagen dat zij verlaten is :
Christus heeft als mens zijn Godheid niet gebruikt om zijn lijden te
verzachten. Hoe Christus als mens leefde.
Belofte : Hadewijch
heeft geen wonderen, maar alleen Liefde verlangd. Daarom wil Jezus haar
twee zaken geven : 1 begrip van zijn Liefde-wil, en kunst van ware Liefde
en 2 Liefde-voelen van Jezus, soms ook in extase (genieting).
Afscheid : Hadewijch
mag een blad van de boom nemen, en een roos, waardoor deze graden van
Minne betekend worden.
De 7 de boom is : kennis der Liefde.
Algemene beschouwing.
Dit visioen is feitelijk een allegorische voorstelling van heel het
geestelijk leven in functie van de hoogste trap :
oDe basis is zelfkennis.
oDan volgt de eerste deugd, die alle
verdere deugden moet beschermen : nederigheid.
oDan moet de wil in positie gebracht
worden om zich op de deugdbeoefening toe te leggen.
oDie deugdbeoefening gebeurt met
onderscheid, onder de leiding van verlichte Rede.
oDan stijgt men op in het geestelijk
leven : dat de ware Wijsheid is.
De vorige bomen waren de algemene voorwaarden
van dit geestelijk leven, maar de boom der Wijsheid is de ontwikkeling ervan.
In de Bijbel staat dat het begin van Wijsheid de vrees des Heren is. De laagste
graad van wijsheid is die vrees : een kinderlijke vrees om de volmaakte
deugden niet ten volle te kunnen beoefenen. Na die vrees en door die vrees zal
de ziel zich steeds zuiverder houden, weg van zonden. Het is een zuivering van
dagelijkse zonden en tekortkomingen. Daarnaast is er een meer apostolische
vrees : dat de mensen God niet genoeg eren. En als laatste de vrees, voor
zichzelf en voor anderen, om met Christus te lijden en te sterven. Want het
geestelijk leven is dit : Christus navolgen. Zodat die navolging van bij het
begin van het geestelijk leven gesteld wordt. Maar dit is nog niet helemaal
hetzelfde als de wijze waarop die navolging in het meer mystieke leven, zal
opgevat worden : als een gelijk-, een éénvormig worden met de Godmens.
Dit is de drieledige indeling van het geestelijk leven
:
oloutering van alle zonden in het
lichaam en in uitwendige werken
oloutering van alle zonden in
begeerte en in de mening zijner werken
oloutering eindelijk van alle zonden,
van alle onvolmaaktheden, door de ware beoefening van de deugd die in het
gouden midden ligt. En omdat deze zuivering steeds hoger kan stijgen, wordt er
hier reeds de ontwikkeling van aangeduid, in drie stadia: Minne dragen, Minne
voelen, Minne zijn.
Zo geraakt de ziel omhoog tot de derde ontwikkelingsgraad van het
geestelijk leven, wat met de via unitiva kan vergeleken worden. De
Liefde vormt de ziel om en doordringt haar. De ziel streeft eerst de Liefde na
in de beoefening van volmaakte deugden, en dan in het naleven van de wil van de
Godmens en zijn welbehagen.
Zo komt een enkelvoudigheid in de ziel tot stand : ze legt zich toe op
de volledige Minnebeoefening, zonder nog bepaalde deugden afzonderlijk na te
streven, maar alle in de Liefde beoefent. Daarvoor is standvastigheid en trouw
noodzakelijk : de ziel drinkt aan de kelk der verduldigheid en legt gelofte af
van standvastige trouw.
Zo ver gaat de ontwikkeling van het geestelijke leven,
met de gewone genaden. Wat tot dusver geschetst werd overschrijdt op zichzelf
nog niet de grenzen van wat men noemt het ascetische leven, al staan we er
reeds vóór, bij de opperste toppen, of takken, van de wijsheid. En zo moet ook
al het voorgaande van het ascetische leven begrepen worden. De ziel is de boom
van kennis van God opgestegen : beginnend met het Geloof. Maar nu
ervaart zij, dat die boom haar wortels heeft in Gods liefde. Het mystieke leven
begint.
Het mystieke leven is het éénworden met God
door gelijkvormigheid met Hem. In het Middeleeuws gedachtengoed betekende God
concreet de Godmens, Jezus. Zo verschijnt ook Jezus. En Hij verschijnt haar als
de Godheid. Omdat de ziel Hem op allerlei wijzen gezocht heeft, en vurig
verlangd had met Hem één te worden, wil de Godmens zich aan haar openbaren, en
de mystieke wegen leren: haar wil zal voortaan in alles overeenstemmen met Zijn
wil. De grote weg bestaat uit het streven naar gelijkvormigheid met Hem in zijn
mensheid, door allerlei lijden aan te nemen, zonder te klagen, zonder enige
leniging te verlangen; geheel naar zijn voorbeeld, ten volle mens te worden
zoals Hij. Wel zal ze daartoe de zeven gaven krijgen van de H. Geest, en kracht
en hulp van de Vader om volmaakt te lijden en zo gelijkvormig te worden met
Christus, ook in zijn Godheid. In plaats van wonderen, waarvan de ziel heeft
afstand gedaan, wil Jezus haar de ware Liefde geven; Hij zal haar zelf leiden.
Bovendien krijgt zij kennis en begrip van zijn Wil met de kunst van de ware
Liefde. De vereniging met Hem alleen, in één-zijn, versmelten. Zo eindigt het
geestelijk leven bij die laatste boom, die dan ook heet : kennis der Liefde.
Wij hebben hier dus een algemene, volledige schets van
het geestelijk leven in zijn tweevoudig uitzicht: het ascetische en het
mystieke.
Enkele bijzondere leerstukken.
1.In deze mystiek speelt de Godmens
een voorname rol. De ziel moet zich met Hem verenigen. De ziel moet heel zijn
Mensheid in zich opnemen en uitdrukken, om zo ook zijn Godheid in zich op te
nemen : per Christum hominem ad Christum Deum. Uit de wijze, waarop Hadewijch
hiervan getuigt, zou men mogen besluiten, dat hierin het voornaamste leerstuk
van haar mystiek gelegen is. En inderdaad : de visioenen, zoals verder uit de
ontleding zal blijken, ontwikkelen bijna allen deze basisleer. En feitelijk is
het laatste een uitbeelding van het volmaakte nageleefde Godmens-zijn.
2.Er wordt een groei van de ziel in de
Liefde aangegeven. Eerst draagt de ziel de Liefde, zoals Maria de Godmens
gedragen heeft. Dit dragen is : verlangen, begeren, liefde dienst, vlammende
wil, beoefening van alle deugden. Dan komt de ziel tot het Minne voelen : vrij
van al het gewoel van de Liefde-dienst. Dan leeft de ziel in een gevoelde
tegenwoordigheid van de Liefde : in een stil denken aan de Liefde, een
bezig-zijn van de geest met de Liefde. Eindelijk wordt zij helemaal Liefde.
Niet alleen een één-worden met Liefde, maar doordat de Liefde haar helemaal in
bezit neemt.
3.Zo is de groei van de Liefde in de
ziel , of liever : de groei van de ziel in de Liefde. Er wordt een drievoudige
Liefde-beoefening geschetst :
a.Met volmaakte deugden alleen Liefde
zoeken met Liefde, geheel (en zo waarschijnlijk kennis van Liefde te krijgen)
b.De volle Liefdeswil met Liefde te
volbrengen
c.Tot enkelvoudigheid in de
deugdenbeoefening met en in Liefde te geraken
Maar deze schets geldt van de
deugdbeoefening, die telkens aan de mystieke ervaring beantwoordt.
4.Wat de Godmens op het einde belooft
heeft betrekking met de openbaring van de Liefde aan de ziel. Dit is ook de
uitkomst in het mystieke leven. De Liefde openbaart zich aan de ziel, door een
volledig begrip van haar wil, om Zijn Wil in al haar verborgenheden te
begrijpen, te beoefenen en mee te delen. En ook door de kunst om oprecht te
beminnen, zoals ware Liefde dit doet. Hierin wordt de ziel door Jezus zelf
geleid en onderricht. Dan zal de ziel Liefde voelen, waardoor God aan de ziel
en de ziel aan God hun volle voldoening hebben. Soms zal de ziel ook door God
in extase geraken. Dit gebeurt slechts bij uitzondering. Of dit het genieten
van Gods wezen reeds is, of een genieten van de enig geschapen gelijkenis van
God, wordt niet gezegd.
5.Van belang is ook de wijze waarop
Hadewijch schetst hoe Jezus volmaakt mens is geweest en heeft geleefd.
6.Dit mystiek leven had een
apostolisch karakter. Zo had Hadewijch kennis en begrip van Gods wil ontvangen,
die ze meedeelde aan degenen die dit nodig hadden. Zij heeft haar taak bij de
mensen te volbrengen, tot de Godmens tot haar zegt, zoals Hij van zichzelf kon
getuigen : Consunmatum est.
Uit Sprekend tot
de Zwijgende Karl Rahner S.J.
Mijn alledaagse
leven wil ik voor uw aanschijn brengen, Heer. Die lange uren en dagen, die van
allerlei dingen vervuld zijn, maar alleen niet van U. Zie neer op dit alledaagse
leven, mijn milde God, die barmhartig zijt voor de mens. Voor de mens die
vrijwel niets anders is dan een straatweg, waarop het konvooi van deze wereld
eindeloos voortrolt met zijn futiliteiten, met zijn gepraat en gedoe, met zijn
nieuwsgierigheid en zijn lege gewichtigdoenerij. Is mijn ziel voor U en uw
onbeïnvloedbare waarheid niet zoiets als een markt, waar de voddebazen van alle
windstreken elkaar ontmoeten en de armzalige rijkdom van deze wereld verkopen,
waar in eeuwige, afstompende onrust ikzelf, de mensen en de wereld hun
nietswaardige spullen uitstallen ? De ziel is om het zo te zeggen alles. Dat
heb ik vele jaren geleden als filosoof op school geleerd. Ach, God, hoe heel
anders heb ik nu dit woord moeten ervaren, dan ik het in die dagen gedacht en
gedroomd had : mijn ziel is tot een soort kolossaal pakhuis geworden, waarin
van alle kanten alles zonder onderscheid dag in dag uit wordt binnengereden,
totdat het vol zit, tot aan het dak, met alledaagsheid. Wat moet er van mij
worden, mijn God, wanneer mijn leven zo verder gaat ? Hoe zal het mij te moede
zijn op het ogenblik, waarop heel die alledaagse rommel eensklaps weer met één
slag uit het pakhuis geveegd gaat worden ? Hoe zal het mij te moede zijn op het
ogenblik van mijn dood ? Dan is er geen alledaags leven meer, dan ben ik
plotseling verlaten van alles wat nu mijn dagen en mijn leven vervult. Maar wat
zal ik zelf op dat moment zijn, waarop ik louter en alleen mijzelf zal zijn en
verder niets ? Wat zal ik dan zijn, ik die mijn leven lang enkel alledaagsheid
was, bedrijvigheid dus en leegte, gevuld met voos gepraat en voos gedoe ?
Wanneer op een gegeven ogenblik het drukkend gewicht van de dood op mijn leven
zal neerkomen en uit al die vele dagen en lange jaren onverbiddelijk hun
werkelijke gehalte zal uitpersen : wat zal dan het resultaat en de opbrengst
zijn ? Mijn God, als Gij barmhartig voor mij geweest zijt, dan zal in deze
grote ontgoocheling, die over de grote begoocheling van mijn alledaagse leven
zal komen, misschien nog een paar ogenblikken de reële rest van een onreëel
leven zijn, een paar ogenblikken waarin de genade van uw liefde binnengeslopen
is in een hoek van mijn met het voddekraam van de alledaagsheid gevulde
leven.
Maar hoe zal ik
deze nood van mijn alledaagse leven keren, hoe zal ik mij keren tot dat éne
noodzakelijke, dat Gij zijt ? Hoe zal ik ontkomen aan het alledaagse leven ?
Hebt Gij mij niet in dat alledaagse leven gezet ? Heb ik mijzelf niet gevonden
als een aan de wereld verloren, midden in de alledaagsheid geplaatst wezen,
toen ik voor de eerste keer een vaag voorgevoel begreep, dat mijn werkelijke,
op U gerichte leven niet verstikt zou mogen raken in de alledaagsheid ? Hebt Gij
mij niet tot mens gemaakt ? Maar wat is de mens anders dan het wezen dat niet
genoeg naar uw oneindigheid hunkert, en daarom op uw verre sterren begint toe
te lopen en zo... al de wegen van deze wereld afloopt en uw sterren ook aan het
eind van al deze wegen nog altijd rustig op dezelfde afstand ziet stralen ? En
als ik dan eens, mijn God, aan mijn alledaagse leven wilde ontvluchten, als ik
zelfs kartuizer wilde worden om niets meer te hoeven doen dan in zwijgende
aanbidding te vertoeven voor uw heilig aangezicht : zou ik dan werkelijk boven
het alledaagse leven verheven zijn ? Wanneer ik aan de uren denk, dat ik voor
uw altaar sta of de getijden van de Kerk zeg, dan weet ik, dat niet de wereldse
aangelegenheden mijn dagen alledaags maken, maar dat ikzelf degene ben die ook
de heilige gebeurtenissen weet te maken tot uren van grauwe alledaagsheid. Ik breng mijn dagen tot alledaagsheid :
zij doen het niet.
Zodoende weet ik
dat wanneer er ooit en ergens voor mij een weg naar U kan bestaan deze weg
midden door mijn leven van alle dag voert. Zonder het leven van alle dag naar U
vluchten zou alleen maar voor mij mogelijk zijn, wanneer ik op deze heilige
vlucht mijzelf kon achterlaten. Maar is er midden door het leven van alle dag
een weg die naar U leidt ? Leidt een dergelijke weg mij niet steeds verder van U
? Brengt hij mij niet steeds verder binnenin de luide leegte van de
bedrijvigheid, waar Gij, stille God, niet te vinden bent ? Zeker, ik weet wel
dat de mens langzamerhand genoeg krijgt van de activiteiten die zijn leven en
zijn hart opvullen; ik weet wel dat het taedium vitae (levensmoeheid), waar de
filosofen over spreken, en de verzadiging van het leven, waarover uw woord
verhaalt als de laatste levenservaring van uw aartsvaders, ook meer en meer
mijn deel zal zijn. Ja, het leven van alle dag gaat uiteindelijk vanzelf over
in de grote melancholie van het leven. Maar is dat niet iets wat ook de
heidenen ervaren ? Is de mens reeds bij U, wanneer het leven van alle dag uiteindelijk
zijn ware gezicht laat zien, wanneer de mens belijdt dat alles ijdelheid en
kwelling van de geest is, wanneer hij ervaart wat uw Prediker heeft ervaren ?
Is het leven van alledag simpelweg de weg naar U ? Of heeft het niet eerder op
dat moment zijn laatste overwinning behaald, wanneer het uitgebrande hart op
het laatst ook voor de eigen dingen van het alledaagse leven onverschillig gaat
worden ? Voor die dingen die anders de mens zo vlot en gemakkelijk over de
verveling en de leegte van het hart heen helpen ? Staat een moe en ontgoocheld
hart dichter bij U, dan een energiek hart, dat zich in de wereld verheugt ?
Waar zijt Gij eigenlijk te vinden, wanneer het welbehagen in het alledaagse
leven U doet vergeten en ook de ontgoocheling over dat alledaagse leven U nog
niet heeft gevonden en deze ontgoocheling zelfs het zo bitter en ziek geworden
hart nog ongeschikter maakt om U te vinden ?
Mijn God, als de
mens U in alles kan verliezen, als gebed noch heilige plechtigheid, noch
kloosterstilte, noch de grote ontgoocheling over alle dingen op zich het gevaar
uitsluiten van U te verliezen, dan behoren ook die heilige, niet alledaagse
dingen nog altijd tot het leven van alledag. Dan is het leven van alledag niet
een stuk van mijn leven, niet eens het langste stuk van mijn leven. Neen, dan
ben ik altijd in het leven van alledag, dan valt daar alles onder, omdat
alles mij het enige kan bederven en ontroven waar ik eigenlijk behoefte aan heb
: U, mijn God.
Maar indien Gij
mij nergens een plaats gegeven hebt, waar ik maar heen hoef te vluchten om U al
gevonden te hebben, indien alles voor mij tot verlies van U kan leiden, de Ene,
dan moet ik U ook in alles kunnen vinden, omdat anders de mens U helemaal niet
zou kunnen vinden, de mens die zonder U niet kan zijn. Dan moet ik U in alles
zoeken, dan is het alle dagen mijn leven, leven van alledag en zijn alle dagen
uw dag en het uur van uw genade.
Alles is leven
van alledag en is tegelijk uw dag. Mijn God, zo versta ik weer wat ik al zolang
weet. Zo gaat in mijn hart weer leven, wat het verstand mij al zo vaak heeft
gezegd. Wat is echter het nut van de waarheid van het verstand, indien zij niet
tegelijk het leven is van het hart ? Ik moet altijd terug dat kleine papiertje
te voorschijn halen, waarop ik vele jaren geleden een citaat uit Ruusbroec heb
overgeschreven. Ik moet dat citaat ook nu weer lezen, nu het ook door het hart
weer begrepen wordt. Altijd troost het mij, te lezen hoe deze innige mens
zich zijn leven voorstelde. Dat mij, na zoveel alledaagsheid in mijn leven,
deze woorden nog altijd dierbaar zijn, is voor mij zoiets als een toezegging,
dat Gij ook mijn alledaagsheid een zult zegenen :
God comt sonder onderlaet in ons komt
direct bij ons
met middele ende
sonder middel,
ende eyschet ons ghebruken ende werken, genieten
ende dat dat een
van den anderen
onghehindert blive,
maer altoes ghesterket werde.
Ende hieromme bezit
die innighe
mensce sijn leven
in desen twee wisen,
dat es in rastene ende in werkene. rusten en werken
Ende in elcken es hi al ende onghedeilt,
want hi es al in
Gode daer hi (God is altijd aanwezig : in rusten,
gebrukelijcke
rast, ende hi es al in genieten, in werken)
in hemselven daer
hi werkelijcke mint.
Ende hem wert
alle uren van Gode
ghemaent ende
geëyschet beide, (het komt erop
aan in alle taken
raste ende werc,
te vernuwene... en op alle
tijdstippen God lief te
Aldus es de
mensche gherecht ende hebben, dan is
God daar ook)
gheet te Gode met
innigher minne
in eewighen
werkene, ende hi gheet
in Gode met ghebrukelijcker neyghing innerlijk
gevoel van vreugde
en in eewigher
rasten, ende hi blivet
in Gode ende
gheet nochtans ute tot
allen creaturen
in ghemeynre minnen
in doechden ende in gherechticheiden. deugden en genaden
Ende dit es dat
hoochste van innighen
levene. Alle die
menschen die rasten
en de werken in
ééne oefeninghen niet
en besitten, si
en hebben niet vercreghen
deze gherechticheit.genade
Deze gherechte
mensche, in sinen
inkeere en mach
hi niet ghehindert
werden, want hi
keert hem in,
ghebrukelijcke
ende werkelijcke.
Maer die mensche
es ghelyc eenen (de mens is als een
dubbele spiegel :
spieghele die
dobbel es, die in beiden aan de ene neemt
de mens God in
siden beelden ontfeet.
Want na den zich op en aan de
andere zijde ziet
oversten deele
ontfeet de mensche Gode hij
beelden van zijn uiterlijk leven
met allen sinen
gaven, ende na den nedersten doorheen zijn zintuigen)
deel ontfeet hi
van den sennen lijflijcke beelden...zinnen
In één oefening
moet ik het alledaagse leven en uw dag hebben. In mijn uitgaan naar de wereld
moet ik tot inkeer komen tot u, in alles moet ik U, de Ene, hebben.
Maar hoe wordt
mijn alledaagsheid tot uw dag ? Mijn God, alleen door U. Alleen door U kan ik
in mijn waaier van dagelijkse werkzaamheden een innig mens zijn. Alleen door
U ben ik in mijzelf bij U, wanneer ik uitga om bij de dingen te zijn. Noch de
angst, noch het niets, noch de dood bevrijden mij van de verlorenheid aan de
dingen van de wereld, gelijk de hedendaagse filosofen het zeggen. Dat doet
alleen uw liefde. Liefde tot U. Gij doel en vertrekpunt van alle dingen, Gij die
in uzelf verzadigd bent. Uw liefde, mijn oneindige God, de liefde tot U, die
door alle dingen heen, midden door het hart van alle dingen heen, uitstijgt
boven de dingen tot in uw oneindige verten, en daarbij al de verloren dingen
nog meeneemt als een loflied op uw oneindigheid. Voor U wordt alle veelheid
één, alle verstrooiing is in U verzameld, alle uiterlijkheid wordt in uw liefde
innerlijk en innig. In uw liefde wordt alle uitgaan tot het alledaagse,
inkeer tot uw eenheid, die het eeuwige leven is. Maar deze liefde, die het
leven van alledag laat voor wat het is en het toch omschept tot een dag van
inkeer tot U : deze liefde kan alleen door U gegeven worden.
Wat moet ik U
zeggen op dit ogenblik nu ik mijzelf, het alledaagse, voor uw aangezicht breng
? Ik kan maar één ding doen : een bede stamelen om uw gewone gave, die uw
allerhoogste gave is : uw Liefde.
Raak mijn hart met uw genade aan. Als ik naar de dingen van deze wereld grijp
in vreugde of in smart, laat mij dan door die wereldse dingen heen U begrijpen
en U liefhebben, hun aller enigste Oorsprong en Reden. Gij die de liefde zijt,
geef mij de liefde, geef mij U, opdat al mijn dagen eens mogen uitmonden in de
éne dag van uw eeuwig leven.
Tertio 345 20 sept 2006 : artikel Duizelingwekkende mystiek leidt tot nuchtere dienstbaarheid- Guido De Baere, jezuïet en UA-hoogleraar,over kritische uitgave van Ruusbroecs
geschriften. Als
je Ruusbroec zo leest, ontdek je dan zijn rijkdom? ,,Dat
is alvast mijn ervaring. Ik raakte diep
onder de indruk van zijn organische kijk op de religieuze werkelijkheid.
Ruusbroec stijgt vaak op tot duizelingwekkende hoogtes, bijvoorbeeld wanneer
hij beschrijft hoe de mens in het meest intieme liefdesleven van God de
Drie-eenheid meeleeft. Tegelijk staat de Brabantse mysticus met zijn twee
benen op de grond en moedigt hij aan tot eenvoudige, nuchtere dienst in het
alledaagse leven. Het ene heeft alles met het andere te maken. De mens die
verloren is in de Goddelijke afgrond van liefde, is een uutvloeiende, milde
mensche, zegt Ruusbroec. Zijn goedheid is onuitputtelijk, omdat zijn bron niet
de eigen voortreffelijkheid, maar de Goddelijke overvloed is. Dat verloren zijn
in God gaat gepaard met grote vreugde ghebruken of genieten noemt hij het.
Het speelt zich af in de diepste kern van de ziel, maar het veruitwendigt zich
en werkt tot in de toppen van vingers en tenen.
Het initiatief komt niet van de mens ,,Neen, het is altijd een uitnodiging en een genade. De mystieke ervaring
is een geraakt worden gerinen in het Middelnederlands. Zelfopgebouwde
mystiek is voor Ruusbroec een contradictio in terminis. Hij beschrijft wel een
soort natuurlijke mystiek, waarbij je op eigen kracht verzinkt in je wezen tot
bij het punt waar je als schepsel door God wordt geraakt en uit Hem vloeit. Dat
geeft wel rust en vrede, maar je blijft zweven bij je eigen wezen, meent
Ruusbroec. Omdat er geen liefde mee is gemoeid, brengt die ervaring ook niet de
vreugde van het ghebruken. Omdat hij zelf met die natuurlijke mystici dreigde
te worden verward, zette hij zich daar hevig tegen af.
Wat heeft een niet mystiek begaafde mens aan de ervaring van mystici? ,,Zelf zegt Ruusbroec: wat ik beschrijf dat hebben alle goede mensen.
Christenen weten in geloof dat wij helemaal in Gods liefde zijn ondergedompeld,
maar bij mystici is dat ook een alles doordringende ervaring. Hoe zij
het ervaren, is ons vreemd, maar wat zij beschrijven, is voor een gelovige wel
herkenbaar. Er is naargelang van de affiniteit van de lezer een gradatie van
totale vertrouwdheid naar totale vreemdheid. Wellicht begrijpen alleen mensen
die even mystiek begaafd zijn als hij, Ruusbroec volkomen. Wie authentiek
innerlijk probeert te leven, zal veel in zijn geschriften herkennen. En sommige
lezers zullen zeggen: voor mij zijn dat louter woorden.
Dit
zijn twee stukjes uit het boekje Jezus spreekt deel 2 samengesteld door
A.J.Russell door twee anonieme luisteraars doorgekregen boodschappen. Samen
met het eerste deel zijn deze uitgaven meer dan de moeite waard om helemaal te
lezen.
De liefde springt voorwaarts
Je
moet dicht bij Mij blijven.
Getrouwheid
is niet slechts een gehoorzamen aan de geboden in Mijn geschreven Woord. Ze is
het intuïtief kennen van Mijn wens, door een nauw en innig contact waaruit een
waar begrip omtrent Mij is gegroeid.
Zelfs
met deze kennis kan getrouwheid alleen mogelijk zijn wanneer je versterkt wordt
met de kracht die deze omgang met Mij schenkt.
Indien
je Mijn geringste verlangen kent en uit Mij de kracht in je hebt opgenomen om
dat verlangen uit te voeren, dan springt de liefde voorwaarts, reagerend, zich
verblijdend in de Heer.
Liefde maakt de last lichter
Wanneer het eenmaal tijd is,
zullen wij oogsten, als wij niet verslappen.
De
weg kan lang en grauw schijnen.
Mijn
hart van liefde doet soms pijn, omdat Ik je moet vragen om zon lange en zon
vermoeiende weg te gaan. Toch is voor ieder van Mijn volgelingen de gekozen weg
zeker die welke het meest geschikt is voor zijn voeten.
Maar
voeten raken vermoeid. Heb je de moeizame weg laten effenen door de liefde ? We
wandelen tezamen.
Dit komt van You Tube. Atheïsten doen goed
hun best om christenen te doen nadenken over hun geloof. Je zou bijna denken
dat ze ervoor betaald worden.
Gods Plan is de manier hoe gelovigen
traditiegetrouw zaken uitleggen zoals amputaties, kanker, orkanen,
accidenten,... Zelfs al gebeurt er iets slecht, dan is het nog goed en
aanvaardbaar, omdat het deel uitmaakt van Gods Plan.
God heeft een plan met
mensen, maar het basisidee blijft altijd : laat de mensen alsjeblieft
terugkeren naar God, hun hemelse Vader. God probeert hen altijd daartoe te
bewegen, MAAR ZONDER DE VRIJE WIL VAN DE MENSEN TE BEKNOTTEN. God weet echt wat
best is voor de mens, omdat Hij de fractie van het leven op aarde tegenover de
eeuwigheid in de Hemel of de Hel voor ogen houdt.
Neem nu het boek van Rick Warren The
Purpose Driven Life. Van dit boek zijn er meer dan 20 miljoen exemplaren
verkocht. Dit boek was de New York Times bestseller.
Hieruit citeren we :
Omdat God je gemaakt heeft voor een reden,
besliste Hij ook wanneer je zou geboren worden en hoelang je zou leven. Hij
plande je levensdagen op voorhand en legde de exacte tijd van jouw geboorte
en jouw overlijden vast. In de Bijbel staat : U zag me voor ik was geboren
en legde elke dag van mijn leven vast voordat ik begon te ademen. Iedere dag
was opgenomen in uw boek ! Psalm 139:16
Verder staat in het boek nog dit :
Zonder rekening te houden met de
omstandigheden van je geboorte of wie je ouders zijn, had God een plan om jou
te scheppen. God doet niets per toeval, en Hij maakt ook nooit fouten. Hij
heeft voor alles wat Hij schept een plan. Iedere plant en ieder dier zijn door
God gewild en gepland, en iedere persoon was ontworpen met een doel voor ogen.
Alles in het hele universum wordt door God
gepland.
Er moet toch iemand
alles regelen ! Bovendien heb je al bv. 15 mensen een feest laten organiseren voor
400 man ? Ik denk dat het best is dat God in Zijn alwetendheid alles regelt,
dat gaat veel vlugger !
Als je nadenkt over Gods Plan, dan zul je
snel realiseren dat Gods Plan belachelijk en onmogelijk is.Haha, die
atheïsten toch !
Als je rekening houdt met het voorgaande
zijn er 4 gevolgen :
1 God plant alle abortussen
Als je de aangeduide tekst van hierboven
aanhaalt : God legde de exacte tijd van jouw geboorte en jouw overlijden vast.
Laten we één simpele gevolgtrekking van
deze bewering onderzoeken. God heeft iedere abortus dat heeft plaats gehad op
de hele planeet vooraf gepland. God wil al deze abortussen laten plaats
grijpen.
Bovendien zijn de volgende zaken een gevolg
van de door God gewilde abortussen :
1 De moeder die de abortus aanvraagt is
onschuldig,SCHULDIG
2 De dokter die de abortus uitvoert is ook
onschuldig,SCHULDIG
omdat het God is die de abortus van het
kind heeft gepland.
Hij koos de exacte tijd van het overlijden.
De moeder en de dokter zijn marionetten die enkel Gods Plan uitvoeren.
3 Je ziet ook dat alle christenen die tegen
abortus vechten, de kern van de zaak missen.
Zij zijn domweg tegen Gods Plan aan het
vechten. Hun gevecht is volledig nutteloos.
GOEDE STRIJDERS
God laat nog altijd de
vrije keuze aan de mens om in te grijpen. Natuurlijk de tijd voor de aanvang
van het leven op aarde, als de tijd na het tijdstip van overlijden op aarde IS
VAN GOD, DE ZIEL IS VOOR EEUWIG. De ouders kunnen het kind lichamelijk maken,
maar HET GEESTELIJKE DEEL VAN DE MENS IS VAN GOD. HIJ GEEFT IEDERE MENS EEN
ZIEL.
Wat betreft abortus :
NIEMAND MAG EEN MENSENLEVEN DODEN, HOE PRIL OOK. ALLEEN GOD GEEFT EN NEEMT
LEVEN.
2 Moordenaars zijn volledig onschuldig
Wanneer God de exacte tijd van overlijden
kiest, zijn alle moorden ook door God gepland. Moordenaars zijn simpelweg Gods
marionetten. De moordenaars zijn volledig onschuldig.
DIT IS NIET GODS WIL,
MAAR ER ZIJN NU EENMAAL KWADE KRACHTEN OP AARDE DIE ALLES IN HET WERK STELLEN
OM TE DODEN. IN GODS PLAN KOMT OOK HET KWADE VOOR. GOD LAAT NU NOG BETIJEN,
MAAR DAT BLIJFT ZO NIET DUREN. DEGENEN DIE DENKEN DAT ALLES ONGESTRAFT BLIJFT,
ZULLEN HUN FOUT WEL MOETEN INZIEN.
3 God plant verkrachtingen
Omdat God besliste wanneer je zou geboren
worden en dat God wist wie je ouders zouden zijn, betekent dit dat iedere
verkrachting die uitloopt op een zwangerschap een deel van Gods Plan is. Dat
wil dus zeggen dat verkrachters erkenning zouden moeten krijgen voor Gods Plan
te vervullen.
Zijn atheïsten
achterlijk ? Zie vorige uitleg.
4 Je hebt geen eigen keuze
Met wie ga je huwen ? Je hebt eigenlijk
geen keuze. Je wederhelft was op voorhand gekozen door God voor jou, zodat je
de kinderen zou hebben die deel uitmaken van Gods Plan.
Hoeveel kinderen ? Je hebt bovendien geen
keuze van het aantal kinderen je wilt hebben : God plande reeds hun geboorte.
Waar ga je verblijven ? God heeft dit ook
al gepland.
Ieder heeft een vrije
wil en een vrije keuze. God komt daarin niet tussen. Bovendien kun je
onmogelijk God de schuld geven dat Hij alwetend is. Je zult nooit Gods
levensboek kunnen inkijken als je nog niet geoordeeld bent. Dus zul je er geen
last van hebben dat alles door God geweten is. Atheïsten moeten geen zever
verkopen over zaken die je toch niet kunt weten. God loopt je niet voor de
voeten.
Als Gods Plan waar was, dan zou je geen
eigen vrije wil meer hebben en zou bidden volslagen zinloos zijn.
Maar Gods Plan is
waar, je hebt een vrije wil. Blijf bidden.
Geloof je dat :
God alle abortussen plant
Moordenaars vrijuit gaan
Verkrachters beloond zouden moeten worden
Je geen eigen wil hebt
Waarschijnlijk niet. Daarom kun je niet in
Gods Plan geloven. Het is tijd om de waarheid naar voor te brengen. Gods Plan
is belachelijk. Er is geen plan. De bewering : het maakt allemaal deel uit van
Gods Plan is een van de onzinnige ideeën dat gelovigen gebruiken, omdat ze
niet nadenken over wat ze geloven.
Gods Plan is onmogelijk.
God is denkbeeldig.
Begin na te denken.
God, de almachtige
Vader bestaat en Hij wacht op je. Tuurlijk heeft Hij een plan. Maar Hij zal er
nooit mee rond je oren slaan. God maakt wel gebruikt van alle middelen die Hij
ter beschikking heeft om je ziel naar zich toe te trekken. Maar dit is om je
van de Hel weg te trekken. Als je nog niet gedacht hebt waar je na dit leven
wil zitten, bij God of bij Satan, begin dan zeker na te denken !!!!