Bart Van Loo in gesprek met
Gaea Schoeters
Tijdens het schrijven ijsbeer ik veel,
terwijl ik intussen hardop praat. Voor een boek zoals dit lees ik enorm veel
vooraf, en dan probeer ik aan mezelf uit te leggen wat ik daarover verteld wil
krijgen, alsof ik voor een publiek sta. Zo ontstaat er een discours in mijn
hoofd, een manier van denken. Dat gaat blijkbaar
niet zonder wandelen.
Nina Weijers in gesprek met
Ann-Sofie Dekeyser
Ik heb heel lang gedacht dat ik een
oplichter was. Ik zat aan mijn bureau en zag de tijd passeren. Er waren dagen dat er niet meer dan één
alinea op papier verscheen, die ik de volgende dag weer kon weggooien. Of zelfs weken dat er nauwelijks iets uit
mijn vingers kwam. En dat terwijl ik
vrolijk aan de buitenwereld vertelde dat ik een boek aan het schrijven
was. Mensen stelden me heel logische
vragen: waarover gaat het, wat voor soort roman is het
Ik had geen
antwoord.
(
)
Ik haal veel voeling uit de wereld,
maar het echte werk, het schrijven zelf vereist een terugtrekking uit de
wereld. Als ik schrijf, leef ik
eigenlijk niet. Ik zit dan alleen in mijn eigen hoofd. Het tegenstrijdige is dat ik, net doordat ik
me terugtrek, mezelf juist heel zichtbaar maak.
(
)
Ik had geen bouwplan, het boek is
organisch gegroeid. Als een plant die ineens die kant opging of daar een tak
kreeg. Schrijven is een inefficiënt vak. Toch zeker in de omslachtige manier
waarop ik dat doe.
(
)
In de eindsprint voor het boek heb ik
tegen al mijn vrienden gezegd dat ze me twee weken niet zouden horen of
zien. Dat ik niets anders kon doen dan
schrijven. Dat werd een roes. Ik ging op in een vreemd ritme, leefde op Red
Bull, waardoor ik de hele tijd vreselijk rilde ik drink die dingen nooit
meer. Ik merkte dat het prettig voelde
om mezelf fysiek uit te putten.
Karl Ove
Knausg°ard in gesprek met Maria Vlaar
Schrijven is afstand nemen en
ironiseren. Het is niet ik die
schrijft, maar ik die kijkt naar iemand die schrijft. Ik weet veel dat mijn hoofdpersonage, ikzelf
dus, niet weet.
(
)
Schrijven is maken, vormgeven, tot de
essentie komen. Het reële leven
daarentegen is complex, vormloos.. Dichotomie
is een simpele en krachtige vorm. Mijn persoonlijkheid
zit ook vol tegenstrijdigheden: ik ben verlegen, vol schaamte en tegelijk
extravert, kijk mij eens. Ik heb ook
aanleg voor manische depressiviteit. Dat onevenwicht dat maakt dat ik schrijf.
(
)
Ik kan niet aan de lezer denken als ik
schrijf. Als ik probeer aan verwachtingen te voldoen, dan ben ik dood.
Herta Müller in gesprek met Guus Bauer
Ik knipte woorden uit mijn nieuwe
kleurrijke aanwinsten en legde ze op de tafel in mijn appartement. Maar daar verstoften ze langzaam. Daarom kocht ik een archiefkast met heel veel
laatjes en bracht ze daarin onder. Ik
maak er met lijm en schaar collages van op briefkaartformaat, gedichten zeg
maar.
(
)
Dat is een essentie van mijn
schrijven. Rangschikken is het
belangrijkste dat we met taal doen. Mocht
ik ophouden met het schrijven van boeken, dan zal ik altijd blijven plakken en
knippen. De woorden zijn te mooi om te
negeren.
Stephen King in gesprek met
Elvin Post
Mijn verhalen zijn altijd koud wanneer
ik begin. Hoe goed het idee ook is, in
eerste instantie heb ik altijd het gevoel: deze keer gaat het me niet
lukken. Maar zodra ik de personages
beter leer kennen, wordt de wereld waarin het verhaal zich afspeelt, levensecht
voor me.
Lydia Davis in gesprek met
Gaea Schoeters
Op mijn desktop staan altijd een
heleboel onafgewerkte verhalen, die ik van tijd tot tijd weer opneem. Ik begin nooit te schrijven op een blanco
pagina, met het gevoel dat ik iets moet schrijven. In plaats daarvan schrijf ik de dingen gewoon
op als ze bij me opkomen, wat die gedachten ook zijn: een zin, een idee, een
stukje dialoog dat ik ergens gehoord heb of iets dat ik ergens gelezen
heb. Ik ben fanatieke notitienemer, en
ik heb allerlei notitieboekjes. Als iets wat ik heb opgeschreven het begin van
een verhaal zou kunnen zijn, werk ik er meteen aan door, zo gauw ik kan. Ik blijf schrijven tot er niets meer komt.
Dan hou ik ook meteen op. (
) Door deze techniek, waarbij ik altijd aan veel
verhalen tegelijk werk, heb ik nooit het gevoel dat er niets te schrijven valt,
of dat ik geen inspiratie heb.(
)
Ik geloof in de waarde van geduld: je
kunt verhalen niet overhaasten, je moet ze laten rijpen tot je het gevoel hebt
dat ze volledig af zijn, zelfs als dat een jaar, of zelfs een paar jaar duurt,
iets wat me soms overkomt. (
)
Het helpt als je schrijft met een
gevoel van plezier, een gevoel dat alles kan.
En natuurlijk moet je altijd blijven schrijven, al zijn het notities in
een notitieboekje. (
)
Ik geloof dat het werkelijk van het
allerhoogste belang is de beste voorbeelden nauwgezet te bestuderen. Dat heb ik
altijd gedaan, en dat zou ik nog steeds doen telkens als ik iets nieuws
probeer.
Sandro Veronesi in gesprek met
Michaël Bellon
Een verhaal vertellen is energie aanwenden
om de lezer te dwingen zijn tijd voor jou te nemen. Aan het begin van een roman moet je heel veel
energie ontwikkelen omdat je ook erg ver moet raken. En dan nog zal je onderweg moeten
bijtanken. (
)
Maar ik vertrouw erop dat dat bijtanken
lukt. Een crescendo naar het einde is
dan niet meer nodig. Te veel plot is een teken van de onzekerheid van de
auteur.
Howard Jacobson in gesprek met
Kathy Mathys
Als je je persoanges vrij spel geeft
en dat moet je doen dan doen ze uitspraken waarvoor de schrijver geen
verantwoordelijkheid draagt. Natuurlijk heb je auteurs die van hun romans
pamfletten maken. In dat geval vind ik
dat de schrijver wel verantwoordelijk is voor wat zijn personages beweren.
Rachel Kushner in gesprek met
Kathy Mathys
De klassieke verteller in de derde
persoon, interesseert me momenteel niet zo. Ik hou me er liever van omdat ik
vrees dat de typische valkuilen die hij met zich meebrengt moeilijk te omzeilen
zijn. In het geval van een klassieke
verteller kijkt de lezer naar het personage niet door de ogen van het
personage. Ik vind dat de roman het
medium is dat de lezer in staat moet stellen om in iemands hoofd rond te
dwalen. Hoe bereik je dat? Niet door een personage te beschrijven aan de
hand van enkele karaktertrekken (lief, enthousiast, inventief) en enkele
uiterlijke eigenschappen (bruin haar, blauwe ogen). Een naam komt van buitenaf, eht komt niet
vanuit het personage. Daarom gebruik ik er
geen ook al wordt mijn verteller in alle kritieken Reno genoemd, naar de plek
waar ze vandaan komt. Het is een bijnaam
die ze krijgt van een and e personages maar die bijnaam vermeld ik slechts twee
keer. Er is nog een tweede reden waarom
ik haar een naam onthield. Ik wilde haar
stem laten klinken als een gedachtestroom.
Ze komt uit een provinciale plek en landt in een grootstad die ze niet
vat, een plek waar kunstzinnigheid, op de meest donkere momenten, uit mondt in
wreedheid. Enkel wanneer je zo diep in het hoofd zit van
iemand kun je als lezer voelen hoe het was voor haar om daar te arriveren.
(
)
De personages vormen een synthese van
mijn gedachten over de kunstscène in die tijd, ze zijn representatief voor wie
er toen werkzaam was. Sommige van de
cameos zijn wel gebaseerd op echte kunstenaars.
Ilja Leonard
Pfeijffer in
gesprek met Veerle Vanden Bosch
Een roman schrijven is evengoed te
vergelijken met emigreren. Het is een
soort reis. Dat heeft erg veel te maken
met de manier waarop ik schrijf. Ik
vertrek niet vanuit een uitgewerkt schema dat ik daarna ga invullen. Het groeit op een organische manier vanuit een
idee dat in eerste instantie redelijk vaag kan zijn. Daardoor is het voor mij ook een avontuur, en
ben ik op een gegeven moment heel benieuwd hoe het gaat aflopen. Een heel erg spannende, maar ook tijdrovende
en inefficiënte manier om een boek te lezen, is het zelf te schrijven. En als de laatste punt gezet is en alles
klopt, dan heb ik het uit.
Etgar Keret in gesprek met
Michaël Bellon
Schrijven heeft veel functies. Een
ervan is bijvoorbeeld datje vreemde gebeurtenissen die geen zin lijken te
hebben, toch van betekenis kan voorzien.
Met toeval als uitleg kan ik namelijk moeilijk leven. Als iemand mij op straat plots in het gezicht
mept, dan wil ik daar meteen een verhaal over schrijven dat de reden en het
belang van dat vooral duidt. Verder is
het zo dat wij in ons leven heel eel van de dingen die we graag zouden doen,
toch maar laten.
(
)
Maar verhalen zijn emotionele
laboratoria waarin je wel kan doen wat je wil zonder mensen te kwetsen. Door te schrijven kom je meer over jezelf te
weten. Dat is angstaanjagend maar ook heel uitnodigend, en ik wil er niet aan
weerstaan.
(
)
Ik schrijf ook veel verhalen over
zelfmoord terwijl ik zelf nooit zelfmoord zou plegen. Telkens gaat het om existentiële momenten
waarop mensen zich afvragen :wil ik dit leven wel?
Als ik moet kiezen tussen een goede
roman van vijfhonderd bladzijden of een nog iets beter verhaal van twee
bladzijden, dan kies ik voor de twee bladzijden. Vertel gewon wat je wil
vertellen en stop dan. Als ik les geef, overkomt het me dat ik een onderwerp al
na twintig minuten helemaal heb behandeld.
Edward St Aubyn in gesprek met
Kathy Mathys
ik kan me vooral vinden in de woorden
van de dichter Shelley. To imagine what
we know, verbeelden wat we weten: dat is de essentie van literatuur, vond
hij. Ik wil vooral graven in mijn eigen
leven. I want to inscape, not escape. Totaal
nieuwe werelden scheppen, interesseert me niet.
(
)
Je zou denken dat het me opluchtte om
die boeken over mijn leven te schrijven, maar in eerste instantie voelde ik me
veel slechter dan voordien.
(
)
Ik heb meteen gekozen voor de derde
persoon omdat het inderdaad wat afstand schept. (
)
Dat is de grote kracht van de roman: je
kunt dingen laten zien die je niet in een autobiografie kan tonen. Ik denk niet dat de lezer geïnteresseerd is
in een hysterisch is-verhaal vol zelfmedelijden. Ik ben me altijd heel sterk bewust geweest
van mijn verantwoordelijkheid tegenover de lezer.
(
)
Maniakaal observeren, me andere stemmen
aanmeten bij gebrek aan een stevige
identiteit: het zijn dingen die van pas komen als schrijver. Dat ik nu zo goed stemmingswisselingen bij
personages kan evoceren, stamt ook uit mijn kindertijd.
Tomi Ungerer in gesprek met
Hans Cottyn
Voortdurend je stijl veranderen helpt
niet om je naam te vestigen. Gelukkig
ben ik gedisciplineerd geweest. Je kunt
het lezen voorstellen als een driehoek.
Eén hoek is enthousiasme, één discipline, en één pragmatiek. Iedereen
kreeg één talent, minstens één. Ik heb
er misschien te veel, en alleszins te veel ideeën. Dat is mijn probleem. Maar hard werk is veel belangrijker dan talent.
Jon Kalman
Stefànsson in
gesprek met Maria Vlaar
Ik ben bijna alles vergeten wat ik
geschreven heb. Ik schrijf in een droomtoestand en ben me nauwelijks bewust van
wat ik doe. Zodra ik begin te schrijven
gooi ik alle plannen die ik van tevoren maakte en alle personages die ik heb
bedacht overboord. Ik ga naar binnen,
binnenin mij ontstaat de taal. Het is een poëtische, intuïtieve manier van
schrijven. Onvoorspelbaar en onlogisch.
(
)
Schrijvers hebben de taak om de mensen
te laten voelen dat er maar één tijd is, waar wij middenin zitten. De mens is vol herinneringen en gedachten aan
de toekomst en nooit alleen maar in het heden.
Ik wil het verleden herinneren en naar het heden brengen.
Michael Cunningham
in
gesprek met Peter Jacobs
Ik geef les in creatief schrijven.
Wanneer ik mijn studenten uileg hoe ze een personage moeten ontwikkelen, hamer
ik erop dat ze moeten weten wat het wil.
Zelfs al lijkt het personage het zelf niet te weten, toch moet de
schrijver het weten. Zonder verlangen is
er geen verhaal. Met mensen die niets
willen bouw je geen verhaal. Het hoeft geen groot verlangen te zijn. Madame Bovary wilde gewoon naar feestjes gaan
en toch werd ze een reus van een personage in de wereldliteratuur. Ons verlangen naar meer meer is wat ons
interessant maakt.
(
), om over een personage te kunnen
schrijven, moet ik het zo goed kennen dat het autobiografisch aanvoelt. (
) Je hoeft dus niet in een houthakkerskamp
gewerkt te hebben om erover te schrijven.
Maar je kunt niet overtuigend schrijven over een emotie die je niet zelf
gevoeld hebt. Als je nooit verliefd bent geweest, schrijf dan niet over
liefde.
(
)
Het is goed voor een romancier om met
een zekere dosis twijfel te leven, met het gevoel dat het beter kan. Zelfs een grote
roman van Tolstoj kan beter.
|