Geachte heer Vansteenbrugge,
<?xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Wij, auteurs van het Anzegems dialectboek zijn meer dan vereerd met jouw lovende commentaar over ons werk in jouw Schrijvelarij.
Dat toebrouk-foutje -als het er al een zou zijn- schrijf dat maar op onze en vooral mijn rekening. Toch inspireerde jouw sublieme toelichting ons/mij om even verder te gaan grasduinen. (Maar past dit woord hier in deze concrete kledijcontext wel?)
Mezelf toch eerst even voorstellen, want jij kent mij allicht helemaal niet (en ik ken jou enkel bij naam). Evenwel, in mijn vorig leven kon ik namens ABB-verzekeringen jaar na jaar de inloopperiode van Dwars door Grijsloke een beetje sponsoren en werd er zelf ook een paar maal uitgenodigd, zelfs eens op een autocarrondrit anex voldoeneeë in de Bergrust. Dat sponsoren stopte toen de verwachtingen van Grijsloke onze/mijn mogelijkheden overstegen en mij bovendien werd meegedeeld dat een ander bedrijf stond te trappelen om ruime(re) financiële steun te bieden. En verder nog een weetje: mijn zoon woont momenteel in het kliniekske van dokter Rommens, dat jouw geboortehuis blijkt te zijn.
Nu terug die toebrouk waarover blijkbaar twee versies bestaan: was dit een damesonderbroek die van voor tot achter open was, dan wel, is jouw uitleg: een gesloten broek, de juiste. Natuurlijk lijkt jouw uitleg niet alleen de meest logische maar is zeker de meest plastische of mag ik hier aanschouwelijke gebruiken.
Eminente, zij het lokale, deskundigen heb ik met die twee versies geconfronteerd en het tweemaal gehoord excuus om jouw versie niet te (moeten??) onderschrijven is dat Parijs in oezn tijd toch zoô vêrre wa .. En zo waren wij (en zij) toen al op enkel de lokaal gekende versie aangewezen. Anderzijds werd mij voorgehouden dat het voorvoegsel toe- sloeg op het met linten rond de dij toe geknoopt zijn van dat bewuste kledingstuk. Maar een van oorsprong Brabantse dame aan wie ik nadere uitleg vroeg zei spontaan over onze versie: maar dat is n snelzeiker.
In de prehistorie, in mijn jeugd dus, toen de plastuit nog moest worden uitgevonden, heb ik ooit de visu kunnen vaststellen dat het kwestieuze damesondergoed er ofwel niet was ofwel voldoende ruimte bood om de dames toen al toe te laten rechtstaande een plasje te maken. Mijn waarneming was echter afstandelijk en beperkte zich tot een vluchtige observatie van het resultaat zonder dat het mij gegund werd het verborgene te kunnen aanschouwen.
Hoe ook, voor de derde druk van oezn bouk -ja, ja, die is in voorbereiding wegens geen enkel vroeger exemplaar meer beschikbaar- opteren we voor een vermelding van de beide
versies en laten de keuze aan de lezer voor verder, of indien nodig, diepgaander en grondiger
onderzoek ter zake. De aangepaste tekst zou er dan (ongeveer) als volgt uitzien:
toebrouk: ouderwetse vrouwenonderbroek met bijna knielange pijpen die rond elke dij werden dichtgebonden (zie ook: zeêrezeêkre) t zin der dien zêën van n toebrouk: da wa van veurn oopn ên vanachtren nie toe ên dermee n moestege n vrammêns noeit niet nie uitdoen aes ze ne keêr moestege hukkn; ên veur n kleêne kommissie kostege ze azoô tzêls blijvn rêchte staân t zin der oôke dien ter kontraerie houën staân da n toebrouk zjuuste wêl oovrals toe wa ên sertoe omdan de madams dien in Parijs danstegn ên daer ilder beênn hoôge in de lucht zwiereldegn nie girn n zoen ghad ên da iedreên die zaot te kijkn naer ildre oôk iedre keêr in pertrêtte zoe etrokkn eweest ên
Je merkt meteen dat we graag ingaan op jouw nuancerende toelichting en ook de Limburgse/
Brabantse snelzeiker in ons dialect vertaalden en als volgt zouden willen opnemen in de
alfabetische woordenlijst:
zeêrezeêkre: damesonderbroek met open bilnaad (zie ook: toebrouk)
Je kan natuurlijk vinden en stellen dat dit dilemma hiermee niet opgelost is, maar je begrijpt
allicht: in ons redactieteam waren enerzijds geen deskundige dames aanwezig en uiteraard
zouden wij mannen-auteurs toch ook graag het genoegen smaken om een beetje ons gelijk te
mogen behouden in deze voor ons al bijeen wat mysterieuze materie.
Bovendien bracht de tijdsevolutie intussen mee dat van die intieme dameslingerie
tegenwoordig enkel en alleen nog dàt minieme onderdeeltje rest dat hier nu precies het
verschilpunt is tussen uw en onze visie: de string. Maar weer die dualiteit want sommigen omschrijven dit pietluttig omhulsel, waarvan de lendenband doorgaans ook goed zichtbaar moet(?) gedragen worden, ook al met een andere naam en benoemen het als de streepjescode van de draagster. Nieuw dilemma??
Afsluitend: nogmaals onze hernieuwde dank voor jouw prachtige inbreng
Heel genegen groet,
Namens de auteurs,
Frans Mullie
26-03-2009 om 18:00
geschreven door Frans Mullie
|