Met welk recht ik over politiek schrijf, als ik helemaal niet in politiek geïnteresseerd ben en er zo goed als niets vanaf weet? Het is een recht, beste lezer, dat ik mijzelf toeëigen, ter compensatie voor het feit dat men mij verplicht om op 8 oktober a.s. naar de stembus te gaan, tegen mijn zin en zonder dat ik er verstand van heb. Men doet er niet alleen míj onrecht mee aan ik moet er een weekendje Ardennen voor opofferen maar tevens alle wél geïnteresseerde kiezers wier stem gedevalueerd wordt door al die ongemotiveerde kiezers die er met hun klak naar slaan terwijl ze eigenlijk blanco zouden moeten stemmen. Waarom de meesten van die ongemotiveerden dan níet blanco stemmen, mijns inziens? Omdat het offer van dat weekendje Ardennen plus die stembusgang anders tot helemaal niets zou gediend hebben. Neem nu míjn geval. Mijn stemgedrag wordt bijna uitsluitend geleid door niets ter zake doende totaal irrelevante argumenten. De vrouw met het knapste voorkomen bijvoorbeeld of degene die mij onlangs een pint heeft getrakteerd of simpelweg
de underdog. De grootste underdog voor wie ik ooit heb gestemd ik weet begot niet meer voor welke partij hij toen opkwam is Louis Paul Boon. Hij was een paar weken te voren gestorven, maar aangezien de stembrieven op de dag van zijn overlijden al gedrukt waren bleef Boontje kandidaat. Hij heeft nog meer dan zevenduizend stemmen gehaald! Ik was dus bijlange niet de enige onnozelaar.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Voor mijn plotse aandrang om over politiek te schrijven heb ik op dit ogenblik geen verklaring. Feit is dat die aandrang mij vandaag naar Gent gedreven heeft. Eens gaan kijken hoe het daar met de verkiezingskoorts gesteld is. Als ik ergens een stem zou willen uitbrengen, dan misschien wel in Gent, want er is geen stad waar ik meer affectie voor heb dan voor de fiere Arteveldestede. Maar óf het tegengevallen is! Heel Gent - of toch een groot deel ervan - afgedweild en amper een paar aanplakbrieven gezien. Nergens lijsten met de kandidaten. Fotos van kandidaten? Amper een paar. Dan maar de lijsten van het internet gehaald
Laten we beginnen met de VLD, de liberalen ofte de blauwen.
Wie staat daar op kop, helemaal bovenaan, als lijsttrekker? Sas van Rouveroij, gebeten door Gent, verliefd op zijn stad, in elk opzicht klaar om een bevlogen burgemeester te zijn. Ik heb een collega wiens achternaam Sas is en tot voor een paar uur verkeerde ik in de waan dat Sas van Rouveroij zijn ietwat adellijke dubbele achternaam was. Toch denk ik dat men hem kortweg burgemeester Sas zal noemen. Sas van Rouveroij gedomme, de underdog, de eeuwige tweede. Sta me toe dat ik even afdwaal en een vergelijking maak tussen Sas en die andere eeuwige tweedes uit de wielrennerij, meer bepaald uit de Ronde van Frankrijk: Raymond Poulidor en Joop Zoetemelk. Poulidor heeft een keer of tien op het podium gestaan in Parijs en heeft desondanks nooit of te nimmer de gele trui gedragen. In tegenstelling tot Poulidor is Zoetemelk, die andere eeuwige tweede, er uiteindelijk toch in geslaagd één keer de Ronde te winnen. En toch, Poulidor had het zoveel meer verdiend dan Zoetemelk, want Zoetemelk was een wieltjeszuiger, Poulidor was een zwoeger. Het zijn de paarden die de haver verdienen die ze niet krijgen! Nu maar afwachten hoe het met Sas afloopt. Hij is achttien jaar lang schepen geweest in Gent. Is hij een zwoeger geweest of een wieltjeszuiger? Ik heb er geen antwoord op. Ik zei het al: van politiek weet ik zo goed als niets. Hij is in ieder geval, net als ikzelf overigens, gebeten door Gent en verliefd op die stad. Sas, ik duim voor jou.
Er staan twee De Clercqs op de VLD-lijst: Mathias op plaats 5, Claudine op plaats 39. Zijn dat kinderen van de grote onvolprezen Willy De Clercq, het boegbeeld van het Gentse liberalisme? Of kleinkinderen? Want Willy moet toch al heel dicht bij de tachtig zijn. Ik heb hem gekend en samen met hem een pint gedronken toen ik studeerde in Gent en senior seniorum was. Hij was toen al minister, zelfs vice-premier als ik mij niet vergis. Zou hij nog iets doen in de politiek? Of moet hij het stellen met een karig zelfstandigen-pensioen? Ik hoop alvast maar dat Willy niets tekort komt.
Als de kandidaat op plaats 7 een verkiesbare plaats , Kaan Osmanagaoglu, burgemeester wordt, gaan ze in Gent met een probleem zitten. Maar ze zullen het wel oplossen: misschien korten ze de naam af tot Osmana of misschien noemen ze hem gewoon burgemeester Kaan naar analogie met burgemeester Sas. Daarenboven: ga eens tien dagen lang tweemaal daags voor de spiegel staan en zeg dan telkens tienmaal burgemeester Osmanagaoglu en je zal zien dat je daar aan het end geen moeite meer mee zal hebben. Ondertussen ga ik er al de hele tijd van uit dat die Kaan een man is, maar héél zeker weet ik dat niet. Onlangs kwamen ouders bij mij op raadpleging met een kind dat Indiana heette. Indiana blijkt een jongensnaam te zijn en ik dacht dat het een meisje was. Dat vonden de ouders erg dom van mij
Even had ik gedacht dat Carl De Decker (plaats nummer 8) familiebanden zou hebben met Jean-Marie, maar die gedachte heb ik laten varen. Ten eerste wordt de achternaam van Jean-Marie in één woord geschreven. En ten tweede: Carl De Decker is nu net een van de weinigen waarvan ik een foto gezien heb in Gent en de gelijkenis met Jean-Marie is nihil. Alhoewel: je weet maar nooit
Joëlle Desprechins de Gaesbeke staat op plaats nummer 30. Gelukkiglijk een onverkiesbare plaats. Gelukkiglijk, vanwege die naam. Waarom laat ze dat nu niet veranderen in Desprechins tout court, of beter nog Van Gaesbeke? Maar bon, als Joëlle over een aantal jaren tóch burgemeester wordt, zal de meerderheid van de Gentse bevolking ongetwijfeld spreken over haar als burgemeester Desprechins tout court. Het doet mij denken aan een collega die ik heb gekend toen ik assistent was in het Dijkzigtziekenhuis in Rotterdam. Hij heette Wildervanck de Blécourt zijn voornaam ontsnapt mij . Iedereen noemde hem Blécourt, alleen de professor noemde hem steevast Wildervanck.
Met Katrien Merlevede (plaats 22) en Marina Vierkötter (plaats 36) lijkt het dan weer een beetje de sextoer op te gaan. Ik leg het even uit aan de hand van het Woordenboek van de Familienamen van Frans Debrabandere. Merlevede komt van meluw (= slap) en vede (= penis), dus iemand met een slap lid, een passieloos of impotent iemand. Een beetje in tegenspraak met wat tussen haakjes achter haar naam staat: vivant. Maar das waar ook en dat realiseer ik mij nu pas , er bestaat een klein partijtje dat Vivant heet en dat best zou kunnen samenspannen met de liberalen: daar zal Katrien dus lid van zijn. Als het maar geen slap lid is
Voor Marina Vierkötter heb ik het woordenboek van Debrabandere niet nodig: het wordt uitgesproken als vierkutter. Ik kan er niets aan doen, het bezoek aan de dierentuin van drie weken geleden komt mij voor de geest: mijn vrouw en ik, samen met de twee kleindochters. Een welbespraakte gidsende dame legde uit dat een slang twéé penissen heeft en dat het praktisch is bij het paren. Wat is dat, paren? vroeg de kleindochter van acht, tamelijk luid. Hou je mond jij, zei de kleindochter van twaalf en ze gaf haar zus een flinke por in de ribben.
Ik wil gaarne een woordje wijden aan Astrid Van Ingelgom. Ze is opgegroeid in een sigaretten- en antiekwinkel. Dat verklaart misschien haar ondernemingszin en vrijgevochten geest die haar aanzetten om aan de gemeenteraadsverkiezingen deel te nemen, denkt zijzelf, zo lees ik op het internet. Het zou mij niet verwonderen dat ze het bij het rechte eind heeft. Omtrent de oorsprong van haar naam geeft Debrabandere een ingewikkelde en twijfelachtige verklaring. Ik denk dat het oorspronkelijk Van Gingelom moet geweest zijn en dat men in vroeger tijden, toen men er bij de burgerlijke stand vaak een potje van maakte, de eerste G achter de l geplaatst heeft. Waarom? Misschien kon de ambtenaar niet goed overweg met de hoofdletter G. Tussen haakjes, vind u niet, waarde lezer, dat deze uitleg veel plausibeler is dan die van Debrabandere? Denkt u dat er in die richting misschien nog een toekomst voor mij is weggelegd? Laat mij alstublieft uw mening daaromtrent eens kennen. Overigens een aardige meid, die Astrid. Dunkt me.
Kandidate nummer 49, Catharina Segers. Ik had al een vermoeden, maar toen ik haar foto zag in Gent Catharina is dus ook een van de weinigen wier foto ik daar gezien heb , toen wist ik het zeker: ik kén die dame. Tenminste: ik heb haar ooit gelukgewenst en gezoend op de beide wangen, toen ze, een paar jaar geleden, op het ereschavotje stond van onze stratenloop Dwars door Grijsloke en ik de trofeeën mocht overhandigen. Waarom staat zon knappe, sportieve, waardevolle dame pas op de negenenveertigste plaats op eenenvijftig kandidaten? Ik kan Catharina nochtans ten zeerste aanbevelen. Jammer dat ze dit jaar niet wéér deelgenomen heeft in Grijsloke: dan had ik haar nog krachtiger aanbevolen
Op plaats nummer 50 staat Geert Versnick. Ik zou mij al erg moeten vergissen als dat niet de man is die getrouwd is geweest met een miss België. Als zíj hem gedumpt heeft, dan wíj ook. Laat hem daar maar staan op die voorlaatste plaats. En voor het geval híj het is die háár gedumpt heeft
wel dan verdient hij niet beter dan die voorlaatste plaats. Hoe durft hij, een miss België dumpen?!
U herinnert zich ongetwijfeld hoe groot mijn bewondering is voor Herman Brusselmans. Zopas heb ik nog een van zijn boeken gekocht. De titel van het boek is Mank en ik heb er 3,50 euro voor betaald. En dan te bedenken dat mijn boek O jerum, jerum, jerum
dat zopas is uitgegeven (mijn eerste boek dat niet in eigen beheer werd uitgegeven) 17,95 euro kost en dat de uitgever mij verzekerd heeft dat het boek nimmer tegen een lagere prijs zal verkocht worden. Naar ik meen te weten kan Brusselmans leven van zijn pen. Ik daarentegen verdien er geen rotte sou mee. Er zijn nu eenmaal groten en kleintjes in de wereld
Op de eerste pagina van zijn boek heeft Brusselmans het over ene Guy Verhofstadt, een badmintonner die nog kampioen van België is geweest en die niets te maken heeft met zijn naamgenoot, onze eerste minister. Er is een goede kans dat het diezelfde Guy Verhofstadt, de badmintonner, is die we terugvinden op de éénenvijftigste ofte allerlaatste plaats op de lijst. Vast en zeker gaat het hier niet om dé Guy Verhofstadt. Ten eerste zie ik niet in dat hij zijn job van eerste minister wil laten varen om burgemeester van Gent te worden en ik kan mij moeilijk voorstellen dat de twee jobs te combineren zijn. En ten tweede: het zou op zijn minst een misplaatste grap zijn van de doorgaans toch ernstige VLD om dé Guy helemaal achteraan te zetten! Toch zou het mij niet verwonderen als de badmintonner veel stemmen achter zijn naam zou krijgen. Alleen al vanwege de naam.
Hier moet ik ophouden. Dit cursiefje wordt anders veel te lang. Ik had nooit kunnen denken dat ik mij zo zou laten meeslepen hebben door de politiek. Ik wil nochtans de andere partijen niets te kort doen. Maar dat zal dan wel voor de komende dagen zijn. Er resten ons nog een dikke twee weken
|