De wijsheid van het leven bestaat uit het uitschakelen van onbelangrijmke dingen (gezegde uit China)
Gisteren avond hebben we een bezoek gebracht aan de kerk.
Dit dorp bestaat uit een kerk waarvan men van heinde en verre naar een
lichtshow komt kijken over het leven van de pelgrims.
Verder zijn er twee restaurantjes en 80 inwoners.
De restaurantjes zijn open in het weekend, dus hebben we gisteren zelf ons
potje gekookt, en nog wat geprofiteerd van de laatste zonnestralen en dan naar
bed.
We hadden trouwens de refuge weer voor ons alleen. Voor 13euro per persoon
zorgt de gemeente ervoor dat je als pelgrim kan slapen, douchen en koken;
probeer dit bij ons maar eens te vinden.
Deze morgen zijn we na het ontbijt om 08:08h vertrokken.
30Km na de kerk puften we reeds omhoog door het bos, een weg was er niet, wel
karresporen tot 60cm diep. Eénmaal boven was het tijd om te drinken en onze
fleece op te bergen.
Langzaam stijgend ging het nu verder over een smal asfalt-pad.
Als we op het einde van dit pad naar rechts afbuigen zien we in de verte de
bergtoppen door de wolken steken, terwijl we vol verwondering staan te kijken
verdwijnen langzaamaan de wolken en komen de bergen in al hun glorie te
voorschijn.
Hun besneeuwde flanken schitteren in de zon. Nu de wolken verdreven zijn, zien
we voor ons glooiende bergweiden verschijnen met hier en daar een dorp
verscholen achter enkele bomen of een bergrug. Op het einde van deze smalle
asfaltweg stuurt de GR78 ons door een smalle poort, een holle weg van max. 60cm
breed, langs sappige weiden begroeid met talloze bloemen.
We duiken de diepte in, op het diepste punt word ons geen rust gegund, door een
andere poort en een andere holle weg kruipen we terug omhoog.
Hier en daar ontwaren we een vervallen boerderij van een keuterboerke.
Holle wegen, dieptes en hoogtes wisselen elkaar af tot we uiteindelijk op een
smal asfaltpad belanden. Hier word ik opgewacht door een woest blaffende hond.
Ik waarschuw Mariette dat ze rechts van mij moet lopen, met mijn wandelstok in
de hand klaar om ons te verdedigen stappen we verder. Uiteindelijk heeft hij
het begrepen en geeft de hond ons een
vrije doorgang.
Enkele honderden meters verder nemen we een rustpauze op een rotsblok.
Blijkbaar is dit de zonneplaats van talrijke hagedissen.
Als we ons op het rotsblok neerzetten zien we overal hagedissen wegvluchten,
maar de verleiding van de zon is te groot, na een paar minuten komen ze ons
terug vergezellen.
Mariette aanschouwt hun manier van zonnebaden terwijl ik het volgende verhaal
verzin voor onze kleinkinderen.
Het verhaal van de
lelijke boom
Heel, heel lang geleden toen de aardbol nog niet helemaal af
was, vond onze lieve heer nog een grote open vlakte in Buzy in Frankrijk.
Mensen leefden er toen nog niet op deze plaats. Hij besloot op een nacht een
bos te schapen( toveren). Het bos bestond uit beuken en eikenbomen, die recht
naar de hemel groeide om trots met hun kruinen te wiegen. Maar ergens bijna in
het midden van het reusachtige bos stond een boom krom gegroeid met grillige
takken. Zijn stam stond vol met builen en bulten en goed 1 m van de grond was
een gat in de stam. Terwijl de andere bomen strots en zwijgzaam naar boven
groeide en op alles hoogmoedig neerkeken, had onze lelijke boom een speciale
gave ontwikkeld of gekregen. Hij kon namelijk praten met de dieren. Op zijn
kronkelige takken speelden eekhoorns enkwamen volgels uitrusten na een lange
vlucht. Aan zijn wortels zaten konijnen, vossen en soms beren vredig naast
elkaar te luisterennaar wat de boom te vertellen had. In het gat va de boom
hadden bijen hun huis gemaakt waar ze van de heerlijke nectar van de bloemen
honing maakte. Op hun beurt deelden zij hun honing met bruintje de beer, want
die was verlekkerd op honing. Zo ging het honderde jarenvredig zijn gangetje.
Tot op een dag een krijgsheer op zijn paard door het reisachtige bos kwam
gedraafd. hier in Buzy bouwen we onze burcht sprak hij tot zijn onderdanen.
Maar om een burcht te bouwen had hij veel hout nodig en zijn onderdanen eten te
geven had hij landbouwgrond nodig. Zo besliste hij op een dag om in dit bos de
mooiste bomen om te hakken, voor het bouwen van zijn burcht. Zo zou er ook
plaats vrijkomen om aan landbouw te doen. Na een tijdje kwamen de houthakkers
wel heel dicht bij de plaats waar onze leleijke boom stond. De dieren hadden
gehoord dat de volgende dag onze lelijke boom zou worden omgehakt voor
brandhout. Ze gingen met zn allen naar de lelijke boom om dit onheil te
vertellen. Onthutst aanhoorde hij hun verhaal, maar wat kon hij in hemelsnaam
doen. Hij die altijd zo goed geweest was voor de dieren, ze allemaal een thuis
gegeven had en ze getroost had wanneer het nodig was.
Die nacht barste er een hevig onweer los boven het bos, een
harde donderslag onmiddellijk gevolgd door een felle bliksemschicht, die zich
vlak voor de wortels van de boom in de grond boorde, gaf de lelijke een
wonderbaarlijke kracht .Plots kon hij zijn wortels bewegen en al wiegend kon
hij zich voort bewegen. Ren, ren zo snel je kan riepen zijn vrienden de
dieren.Toen de trotse hooghartige bomen onze lelijke boom zagen wegrennen,
trokken zij uit alle macht aan hun wortels, maar helaas geen enkele kon
vluchten. Ze zouden sterven om een burcht te bouwen.
Tegen de vroege morgen kwam onze lelijke boom doodmoe aan
bij een oude vervallen boerderijtje, hij had nog juist de kracht om zijn
wortels diep in de vruchtbare grond te graven. Wat schrok hij toen het oude
arme boerke, dat hier woonde met zijn vrouw en zeven kinderen,s morgens buiten
kwam met een enorme bijl in zijn handen en recht op hem af stapte.Net toe hij
zijn eerste houw in de boom wilde kappen kwam zijn jongste dochter buiten en
riepnenen papa neen, dat is onz eboom de mooiste van de hele wereld, wij
willen daar een huisje in bouwen. En zo komt het dat onze lelijke boom nog
altijd met de dieren kan praten, terwijl in zijn kruin kinderen spelen in een
prachtige boomhut. De boom leefde nog lang en gelukkig met de dieren samen met
de boerenfamilie, die nu zoveel jaren later nog altijd op dezelfde plaats wonen.
Einde verhaal en einde rustpauze. We vertrekken verder over
een breed bospad,, steeds hoger. Rechts van ons gaapt de afgrond, links groeien
statige beuken. Op deze weg spot Mariette haar eerste franse ree, komt het door
het schrikken, wie zal het vertellen, éénmaal boven kunnen we niet meer verder
en beseffen we dat we op onze stappen moeten terug keren. Gelukkig zien we na
een paar honderd meter waar we fout zijn gelopen en komen we na een steile
afdaling door een smalle holle weg weer op een asfaltweg terecht. Deze brengt
ons uiteindelijk in Maulien Licharre.
Oh ja we hebben gepicknicked in de berm van de D2 tussen
muntblaadjes (heerlijke geur). Vannacht hebben we in de gitte het gezelschap
van een 77 jarige duitser die in Portigal langs alle heiligdommen is afgefietst
en zo verder naar Santiago en nu verder naar Lourdes fietst. Hij weet nu nog
niet wat hij gaat doen als hij in Lourdes
aankomt.
13 mei 2014 dâoloron-saint-marie â lâhopital-saint-Blaise 26 km
Rust is het loslaten van het verleden en de toekomst en het
laten gaan van angsten (Ebo Rau)
Voordat we gisteren het centrum van Oloron introkken namen
we een rustpauze op de place Saint piere. Op deze plaats vochten vroeger de
ridders ter paard met hun lans om ten gunst te komen bij de dames van adel. De
rue centuelle brengt ons bij de kerkSaint-croir, hier in deze prachtige kerk
met Arabische invloeden laat onze camera ons in de steek(flits werkt niet). Om
de oude kathedraal Saint Marie te bezoeken moeten we eerst langs heel wat
trappen de diepte in om even later over het water weer fel te klimmen. In deze
sobere kathedraal worden nog enkele kunstschatten zeer streng bewaakt. Onze stempel bekomen we hier van een al wat
oudere kerkbewaarder.
Bij onze speurtocht naar onze slaapplaats is nog maar eens
bewezen dat toeval niet bestaat.Recht over de kerk staan naast elkaar twee
gezellige terrassen. Een pelgrim is ook maar een mens en dus besluiten we om
een lekkere capucino te gaan drinken. Als ik naar het rechtse terras afzak zegt
Mariette laten we dat linkse nemen. Als ik dan aan de ober vraag of hij ons
kan zeggen waar de refuge zich bevindt, antwoord hij Ik zal u dadelijk alle
info geven en ook de code om binnen te geraken, want ik ben de
verantwoordelijke, deze avond na 20:00 kom ik afrekenen, geen toeval hé.
In de refuge ontmoeten we Roger en José weer de twee
pelgrims die bij ons op het vliegtuig zaten, samen maken we er een gezellige
avond van. Ik vermoed dat we er weer enkele vrienden bij hebben.
Deze morgen zaten w , naa een goede nachtrust, samen mer
Roger en José, een Nederlandse studente van 19 j, een mexikaanse , een franse
dame en nog enkele fransmannen aan de ontbijttafel.
Onze start is aan de oude kathedraal Roger en José gaan een
andere kant op om over de somport weer op de camino frances te komen in Puenta
La reine. Wij daarentegen gaan verder naar Saint-jean-pied-de-port om daar de
oversteek naar Roncevalles te maken.
Vanaf de kathedraal tot in Moumour, het volgende dorp,lopen
we over asfalt wegen. Hier is het tijd om onze regenkleding te testen. Goed
beschermd tegen de natuurelementen duiken wij vanaf het dorp de diepte in naar
het stadspark, een park met eeuwen oude eiken, een echte rustgevende plaats. Na
de pont César gaat het weer even stijl omhoog. Puffend en hijgend moeten we
éénmaal boven onze regenkleding uitdoen en onze zonnegril opzetten. Hier
verlaten we de asfaltwegen om over een smal pad door het bos verder te gaan.
Nog geen twee kilometer verder hebben we onze regenkledij alweer aan. Als even
later de zon weer schijnt en we langs een struik met boerenjasmijn komen , kan ik
de verleiding niet weerstaan en pluk ik een flinke tak om aan Mariette haar
rugzak te hangen(dat noemt iemand in de bloemetjes zetten). Vandaag geen
bosaardbeien als voorgerecht. In Aren aangekomen is het tijd om iets eten. In
het stadspark nestelen we ons op een bank in het zonnetje, zoals altijd doen we
ook nu onze schoenen uit. Als we ons laatste stukje brood op hebben, moeten we
met al ons hebben en houden in een bushokje vluchten voor een naderende
regenbui. Tegen de wind, maar draag, gaan we even later verder. 2 km later
stuurt de gr ons het bos in, het begint nu echt te stort regenen en binnen 1
minuut is mijn 11 euro broek door en door nat. We lopen door een prachtig bos,
soms op een oerwoud lijkend, afgewisseld met kreupelhout. De weg wordt
gevaalijk glad en de volgende 10 km worden loodzwaar. Het bospad kronkelt,
daalt en stijgd voortdurend, de lemen ondergrond en de gladde rotsen beltten
ons om veel rond te kijken. Uitgeput komen we om 16:00 aan in Lhopital-saint-blaise
, waar we in een gemeentelijke refuge een plaatsje hebben gereserveerd, het zal
niet laat worden vandaag;