Inhoud blog
  • Tiens (Column)
  • Hartstikke (column)
  • Limburgers (column)
  • Opvallend (column)
  • Voor de liefhebbers: de Eerste Wereldoorlog
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Dedju toch!
    Actualiteit, geschiedenis, een knipoog. En dat allemaal doorelkaar.
    De maatschappij is al ingewikkeld genoeg zonder dat deze historicus zich ermee bemoeit. Toch ga ik het proberen. Ik schrijf graag, vaak voor vakbladen, af en toe voor kranten. Dit alles onder het motto van Multatuli: 'ik wil gelezen worden'.
    12-10-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Geert Wilders, je kletst…
    In de Nederlandse krant NRC én in 'de Morgen' schreef de Nederlandse extreem-rechtse populist Geert Wilders een artikel over het samengaan van Vlaanderen en Nederland. Dat artikel kan ik hier niet plaatsen, ik hoop dat mijn kritiek evengoed duidelijk is.

    Voltaire en Karel V
    ‘Ik verafschuw wat u zegt, maar ik zal uw recht om het te zeggen met mijn leven verdedigen’. Dit citaat wordt aan Voltaire toegeschreven. Ik zou het graag op jou van toepassing verklaren. Je historisch gemotiveerde artikel over de hereniging van Vlaanderen en Nederland in de Nederlandse ‘NRC’ en de Belgische ‘De Morgen’, is echter zo’n flauwekul dat ik daarover twijfel. De helft van je artikel beslaat een opsomming van wapenfeiten uit de periode van de Nederlandse Opstand. Daarbij wek je de indruk dat dit gebied toen al zo’n beetje één en ondeelbaar was. Niets is minder waar. Het gebied dat tegenwoordig ruwweg België, Nederland en Luxemburg omvat, bestond ten tijde van de Opstand nog maar zeer kort. Pas in 1543 wist Karel V door de verovering van Gelre ‘de Nederlanden’ onder zijn heerschappij te brengen. Het enige dat het uitgestrekte gebied bond, was de ‘personele unie’ onder Karel V. Het volk had hierin niets in te brengen. Jij verwijst dus naar een gemeenschappelijk verleden dat alleen tot stand kwam door de dwingelandij en machtswellust van een vorst. Als je dat wil, van mij mag je. Maar zeg dat dan ook en verdraai niet de feiten. Inderdaad beschouwde Oranje de feitelijke deling door de Unie van Atrecht en de Unie van Utrecht als een persoonlijke nederlaag. Maar de belangrijkste Vlaamse steden waren wel toegetreden tot de Unie van Utrecht. In tegenstelling tot wat jij beweert, aarzelde Oranje met zijn adhesiebetuiging omdat hij ook graag het zuidelijke gedeelte in het huidige Wallonië en Frankrijk erbij had gehad. Als jij in de voetsporen van Willem de Zwijger wil treden, pleit je dus voor een verenigd België en Nederland, niet louter Vlaanderen en Nederland. Van mij mag je. Maar zeg dat dan, en verdraai niet de feiten.

    Katzenenlnbogen
    Jij noemt hem trouwens ‘Willem de Zwijger’. Mooie bijnaam, zeker blijven gebruiken. Maar in plaats daarvan had je ‘m ook Willem van Oranje mogen noemen, naar zijn belangrijkste prinsentitel van het prinsdom Orange in Zuid-Frankrijk. Ook herenigen neem ik aan? En Hoorne had je ook Montmorency kunnen noemen, de meer gangbare naam onder historici. Montmorency ligt bij Parijs. Erbij trekken dus? Of dat ik daar niet eerder aan heb gedacht: Willem was ook nog graaf van Nassau en zelfs van Katzenelnbogen, beide in het Rijnland. Bijvoegen maar? Dat begint al aardig op de door jou zo verfoeide Europese Unie te lijken. Je trekt historische parallellen. Van mij mag je, geen probleem. Maar wees dan wel consequent en verdraai niet de feiten. Je zegt overigens niets over het prinsbisdom Luik. Grote delen van België en de Nederlandse provincie Limburg behoorden tot dit gebied. Het prinsbisdom speelde geen enkele rol in de Nederlandse Opstand. Op basis van welke door jou genoemde historische banden zou dit gebied dan toch met die herenigde Nederlanden moeten samengaan?

    Franse Venlonaren
    Je maakt in je artikel een sprong naar 1830, en ik spring even mee. Je noemt de afscheiding van ‘het gedrocht België’ een historische blunder, verzonnen door buitenlandse diplomaten. Maar goed dat je politicus bent geworden, en geen historicus. De Belgische Opstandelingen hebben namelijk moeten praten als Brugman om een onafhankelijk België te mógen oprichten van de grootmachten. Engeland had een hekel aan allerlei opstandig gespuis, n’importe waar ze ook tegen in opstand kwamen. Hooguit bezag het de gedeelde Nederlanden positief vanwege de concurrentie in de handel. Frankrijk wilde op zijn minst een deel van België inpalmen, Pruisen en Rusland zagen liever een verenigd Nederland als buffer tegen Frankrijk. Dat België toch werd gesticht, kwam omdat geen enkele grootmacht er een Europese oorlog voor over had. Over de eenheid van België na de omwenteling valt veel te zeggen. Jouw visie van België als ‘product van de elite’ raakt echter kant noch wal omdat je de massa van brave katholieken uitsluit. De rooms-katholieke clerus was namelijk allerminst ingenomen met de protestantse Willem I, en juist het samengaan van de katholieken en de elite van liberalen maakte de Omwenteling mogelijk. Als er al blunders zijn begaan, zijn die vooral te zoeken bij de rigide opstelling van Willem I zelf. Het verzet tegen zijn taalpolitiek was in het zuiden vrij algemeen. Bijvoorbeeld in de toen nog ongedeelde provincie Limburg (jouw en mijn provincie overigens) sprak men veel Frans. In je eigen Venloos dialect zitten ontelbare Franse woorden die daaraan nog herinneren.

    Rechts-Extremisme
    Je surft verder naar de Eerste Wereldoorlog. Vreemd dat je juist die oorlog als voorbeeld neemt in een artikel dat over een hereniging gaat. De Eerste Wereldoorlog zit niet in het Nederlandse collectieve geheugen. Dat is juist een groot verschil tussen beide landen. Je bemoeit je vervolgens met zaken die je niet aangaan, en waar je bovendien geen verstand van hebt. De discussie over die oorlog is in België nog steeds zeer actueel, en met name in de taalstrijd wordt ze telkens weer gevoerd. Daar heb jij waarschijnlijk ook je plattitude van de Vlaamse soldaat die sneuvelde vanwege de Franse bevelen vandaan. Dat is een mythe die door de Vlaamse historica Sophie de Schaepdrijver al jaren geleden is ontmaskerd. De mythe doet onrecht aan de gruwelijke dood die velen in de modder van de westhoek stierven. En jij voegt je klakkeloos in die zienswijze. Door met name dit punt schurk je vervaarlijk dicht aan tegen het Vlaamse rechts extremisme. Voor mij is het al van den beginne duidelijk dat je een rechts extremist bent. Maar nu lijk je daar zelf ook voor uit te komen. Van mij mag je, ik gun het je. Maar zeg dat dan, en verdraai niet de feiten.

    Bemoei je niet met geschiedenis
    De historie is een rafelig gobelin, in mist gehuld. Een hereniging op historische gronden, sluit het Franstalige gedeelte automatisch in. En andere delen weer uit. Zo werkt dat nu eenmaal. Nuance is het kenmerk van de historicus. Jij bent een verklaard tegenstander van de nuance. Van mij mag je, maar bemoei je dan niet met geschiedenis. Je toetert je lofzang op de hereniging nog even verder, en gaat compleet voorbij aan het feit dat alleen een verwaarloosbare minderheid van Vlaamse rechts extremisten dit soort ideeën koestert. Zelfs die-hard separatisten willen geen eenheid met Nederland. Ze staan een onafhankelijk Vlaanderen in een sterke Europese Unie voor. En dat laatste wil jij weer niet. In het beste geval gaat de zinsnede op die ik laatst ergens las: ‘Nederland houdt van de Vlamingen, maar respecteert ze niet. Vlamingen respecteren de Nederlanders, maar ze houden niet van ze’. Niet echt een stevig uitgangspunt voor een hereniging lijkt mij. Om de al dan niet vermeende arrogantie van de ‘Hollanders’ staat geen enkele Vlaming te springen. De pastoor van Venlo schreef in de woelige augustusdagen van 1830 in zijn dagboek: ‘on voulait du repos’, men wil rust. Misschien slaan die wijze woorden van je historische stadsgenoot wel op jou.

    12-10-2008 om 00:00 geschreven door Hugo Luijten  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    11-10-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Patrick en de slag bij Oosterweel
    Toen de kritiek losbarstte op de Oosterweelverbinding, heb ik een artikeltje geschreven over hoe het verder zou kunnen aflopen. De Oosterweelverbinding is een plan om de Antwerpse ring in te korten met een brug dwars over de noordkant van de stad, tussen haven en kaaien. De plannen zijn nogal omstreden, en voor de zomer kwam er zelfs kritiek vanuit het college. Ik ben benieuwd, de komende maanden volgt de ontknoping. 

    De slag bij Oosterweel vond plaats op 13 maart 1567 bij het polderdorp Oosterweel, en wordt gezien als het begin van de Nederlandse Opstand, ook wel de 80-jarige Oorlog genoemd. Het heeft er de laatste tijd veel van weg dat er een moderne versie van die slag plaatsvindt. Nu niet met wapengekletter, maar met discussies in de media, vragen in het Vlaams Parlement en gedelibereer in de Antwerpse gemeenteraad. De deelnemers slaan elkaar niet meer met houwdegens om de oren, maar met afkortingen als BAM en MER. Het heeft lang geduurd eer de bevolking zich begon te roeren. Als Nederlander ben ik gewend dat dit soort projecten van begin af aan meteen omstuwd worden door juridisch gewoel en vertragende procedures. Het is in Nederland al herhaaldelijk voorgekomen dat grote openbare werken sneuvelden op de aanwezigheid van dieren met exotisch klinkende namen. De piepkleine zeggekorfslak en de knoflookpad bijvoorbeeld. Of neem Duitsland. Daar staat in Kalkar een volledig afgebouwde kerncentrale, die nooit ook maar één minuut in werking is getreden. Protesten begeleidden de bouw voortdurend. Men heeft er uiteindelijk een pretpark in gemaakt, waar men kan abseilen in de gigantische koeltorens. Of men ooit van de Lange Wapperbrug kan abseilen weet ik niet. Persoonlijk geloof ik niet dat de verbinding er ooit komt. Met het fijnstof hebben de tegenstanders een bijzonder sterk argument in handen. Het verweer van BAM en het gemeentebestuur is ook erg zwak. Natuurlijk neemt het fijnstof elders langs de ring af. Maar dat heeft weinig zin als het in toch al kwetsbare woonwijken toeneemt. Belangrijker is echter, dat het tij gekeerd is. Het momentum is er niet meer. De publieke opinie is tegen, nog voordat een vergunning is verleend. Dat krijgt het stadsbestuur niet meer uitgeveegd. Nog los van de vraag wie gelijk heeft, de tegenstanders hebben op een cruciaal moment de publieke opinie wakker weten te schudden. En zelfs een schepenen als Ludo van Campenhout. Als één politicus ook maar een seconde in het openbaar twijfelt, valt de hele bodem onder het project weg. Het protest zal aanzwellen en het standpunt van de voorstanders zal niet meer houdbaar blijken. Zoals Gorbatsjov de Sovjet-Unie niet meer in de hand kon houden toen hij de deur naar de vrijheid enkele millimeters openzette. De vraag is dus niet óf Patrick Janssens door de knieën gaat, maar wanneer. Als politicus pur sang kent hij de klappen van dit soort zwepen als geen ander. Ik kan mij niet voorstellen dat hij nog serieus rekening houdt met een ongewijzigde aanleg van de Oosterweelverbinding. Drie scenario’s zijn er mogelijk. 1. Janssens wacht op een gunstig moment om terug te trekken. Een krijgsheer die zichzelf én zijn tegenstander kent, wint honderd veldslagen. De kunst zal zijn om de terugtocht te dekken. Als wijze burgervader kan hij het zo draaien dat hij uit compassie met zijn burgers hoogstpersoonlijk de stekker uit het project haalt. Dat kan dan bij de verkiezingen omgezet worden in klinkende munt. 2. De burgemeester laat het te lang aanslepen. De krijgsheer die zichzelf wel, maar zijn tegenstanders niet kent, lijdt naast elke overwinning een nederlaag. Hij kan op een gegeven moment wel terugkrabbelen, maar alleen omdat hij zijn tegenstanders te sterk liet worden. Dat hij de Antwerpse bevolking niet wilde aanhoren toen ze gesmoord dreigden te worden in fijnstof, zal hem lang verweten worden. Hopelijk voor hem niet té lang. 3. Hij laat de bouw gewoon doorgaan. De krijgsheer die zichzelf én zijn tegenstander niet kent, verliest elke veldslag. Op het moment dat de verbinding volop in aanbouw is, zijn er verkiezingen. Op dat moment kan iedereen die dat wil uitpakken tegen Janssens. Ongeacht hun standpunt van vandaag over de Lange Wapperbrug. Dat is tegen die tijd iedereen vergeten. Bovendien kunnen zijn tegenstrevers dan zelfs nog beweren, in tegenstelling tot Janssens wél over voortschrijdend inzicht te beschikken. Het is te hopen voor de stad en voor Patrick Janssens dat hij op dit moment bezig is met de eerste optie. Anders vrees ik voor hem dat hij bij de gemeenteraadsverkiezingen zelf moet abseilen. En godweet in welk pretpark Antwerpen dan verandert.

    11-10-2008 om 00:00 geschreven door Hugo Luijten  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    10-10-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.‘Mein Kampf’ van Van Temsche
    Dit artikel schreef ik tijdens het proces van Hans van Temsche. Het artikel waarnaar ik verwijs stond in 'de Morgen'. Dat staat nog op de abonneesite van die krant, en ik mag auteursrechterlijk dat artikel natuurlijk niet plaatsen. Hopelijk is mijn verhaal evengoed duidelijk. Hans van Temsche werd veroordeeld voor de brute moord op de tweejarige Luna en haar oppas Oulematou. De toevallige passante Songül raakte zwaar gewond. Van Temsche trok gefrustreerd Antwerpen in met een jachtgeweer en pleegde zijn daad uit racistische motieven. Tijdens de rechtszaak bleek dat hij nazistische parafernalia op zijn kamer bewaarde die hij van zijn grootvader zou hebben geërfd.

    Zinloze zingeving
    In de media is er veel aandacht voor het racistische karakter van de moorden die Hans van Temsche pleegde. Dit lijkt de aandacht af te leiden van het onnoemelijke leed dat de moordenaar zijn slachtoffers en hun families aandeed. Sneeuwt hun afschuwelijke situatie niet onder in allerlei juridische haarkloverijen? Echter, juist het feit dat de enige overlevende aan dat racistische karakter van zowel de moorden als de dader een bijzonder belang hecht, rechtvaardigt die aandacht. Nog los van de juridische afwegingen is het maatschappelijke belang van een veroordeling op basis van racisme dan ook een ankerpunt in dit proces. Wellicht zorgt het voor een catharsis in de samenleving, zoals terecht door Luk Vervaet vrijdag jl. in ‘de Morgen’ werd betoogd. Ik krijg het echter niet voor elkaar om in dit verband ‘zingeving’ samen met de namen Oulematou, Luna en Songül op papier te zetten. Dat is een troost die schraler is dan een lege plek aan tafel.

    Bezopen racisme
    Het racisme van Van Temsche zou een bezinning van de maatschappij teweeg kunnen brengen. Meervoudige moordenaars ‘in koelen bloede’ zijn voor mijn boerenverstand altijd gedragsgestoord, wat het leger psychiaters daar verder ook over mogen denken. Maar deze gedragsgestoorde besliste wel zijn frustratie af te reageren op allochtonen. Dat maakt de moordpartij niet erger, iets ergers dan moord bestaat namelijk niet. Het verzwaart wel de strafmaat, net zoals iemand die een verkeersmisdrijf met dodelijke afloop op zijn geweten heeft, zwaarder wordt gestraft als hij gedronken heeft. Dat zou één van de uitkomsten van dit proces moeten zijn, dat racisme in de beleving van de maatschappij net zo verkeerd is als straalbezopen achter het stuur zitten. Daarvoor moet wel dat racisme worden aangetoond.

    Nuance?
    En al lijkt dat overduidelijk, het beeld van een racistische moordenaar wordt ook genuanceerd. Zo zou hij weliswaar het boek ‘Mein Kampf’ op zijn kamer hebben en in het bezit zijn van een SS-dolk, maar dat waren souvenirs van zijn grootvader. Bovendien is Van Temsche het Duits niet machtig, dus hoe moet hij dan beïnvloed zijn door de pennenvrucht van Hitler? Wel, juist dat feit onderstreept zijn abjecte ideeën alleen maar meer. Want waarom zou iemand een boek op zijn kamer bewaren dat hij niet eens kan lezen? Het gaat dus duidelijk om de symbolische waarde van het boek. Een boek dat staat voor de simplistische oplossingen van problemen, die in de geschiedenis tientallen miljoenen een ellendig einde hebben bezorgd. SS-dolken en exemplaren van ‘Mein Kampf’ moeten bewaard worden in musea, waar ze met een mengeling van afschuw en onbegrip bekeken kunnen worden. Desnoods moeten ze worden bewaard op zolder, diep weggestoken in een doos, als voorbeeld van hoe het níet moet. Ze moeten niet rondslingeren op studentenkamers.

    Mijn eigen nazi-document
    Ik heb ook een nazi-document van mijn grootvader geërfd. Het is een aanplakbiljet waarin de executie van zeven stakende mijnwerkers in Nederlands-Limburg werd aangekondigd, dat de bezetter aan zijn schoenmakerij plakte. Hij trok alle plakkaten van de muren in het dorp. Niettegenstaande het gevaar dat in een onderzoek naar de ‘vandaal’, het joodse jongetje dat hij liet onderduiken zou worden ontdekt. Ik bewaar de herinnering aan deze verzetsdaad in een doos op zolder. Ik heb hem niet in mijn kamer hangen, hoe fier ik er ook op ben. Als Van Temsche zijn parafernalia uit sentiment op zijn kamer bewaarde, bewijst dat hooguit dat hij afstand van de keuzes van zijn grootvader moet nemen, zoals ontelbare Europeanen na de Tweede Wereldoorlog hebben moeten doen. Of in een aantal gevallen zouden hebben moeten doen. Dat ze dat - zoals Van Temsche - niet altijd deden, bewijst het belang van het racistische element in dit proces alleen maar meer. Er is helaas nog veel bezinning nodig.

    10-10-2008 om 00:00 geschreven door Hugo Luijten  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    09-10-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dank u, sinterklaas
    Onder de titel 'daank uuch sinterklaos' verscheen dit artikel eerder in 'Dagblad de Limburger', toepasselijk op 6 december. Het is een reactie op de 'sinterklaasrel' in Maastricht. Vlamingen opgelet, het gaat over taalchauvinisme in Nederland! De kwestie gaat over een Groningse inwijkelinge in Maastricht, die zich erover beklaagde dat de goedheiligman zich van het Maastrichts dialect bediende toen hij zich tot de kinderschare wendde. Er barstte een storm van protest los. Ik probeer in mijn artikel de Limburgers een spiegel voor te houden.

    Daank uuch Sinterklaos

    Nog even en dan verdwijnt de stoomboot weer stilletjes aan de horizon. De laatste stofwolk van pepernoten zal neerdwarrelen, en samen met de discussie over de ‘Maastrichtse Sinterklaas’ bijeengeveegd worden om in het vuilnisvat van de geschiedenis te belanden. Wonend in Antwerpen kreeg ik de discussie pas in een laat stadium mee. Mij eerste reactie – nog altijd als volbloed Limburger – was er een van verontwaardiging: waar bemoeit die ‘hollandse’ madam (ik druk mij vriendelijk uit) zich mee? Een kramp waarin wel meer Limburgers zijn geschoten. Het is iets van de weinige dingen die als ‘typisch Limburgs’ kunnen worden aangemerkt: meteen amechtig hijgend van verontwaardiging als iemand ook maar met een vinger naar Limburg, het Limburgs of de Limburger wijst.

    Worsteling
    Gelukkig kon ik mij herpakken en de worsteling die men in de provincie voerde met het onderwerp bewijst ook al dat er kennelijk twee kanten zijn aan de zaak. Ten eerste de ‘Groningse mevrouw’ die de kwestie aankaartte. Ik kan mij voorstellen dat zij totaal verrast werd en zich terecht buitengesloten voelde. Dat ligt meer in de verrassing zelf dan in een diepgewortelde paranoia. Maar het legt ook de vinger op een zere Limburgse plek. Veel meer dan het bord ‘de Limburgers heten u welkom’ aan de provinciegrenzen, valt er in Limburg aan gastvrijheid voor ‘de anderen’ niet te beleven. Zolang ik mij kan herinneren worden ‘mensen van buiten’ bijvoorbeeld bij de slager in het dialect aangesproken. Dat mag misschien geen regel zijn, het komt te vaak voor om van een 'extremistische minderheid' te kunnen spreken.

    Kwetteren
    In vrienden en familiekring wordt ook in het bijzijn van anderstaligen vrolijk Limburgs gekwetterd, en dat komt behoorlijk ongastvrij over, zo blijkt maar weer. Van de andere kant zijn daar natuurlijk de Limburgers zelf. Mijn Antwerpse vrouw is weliswaar beleefd gevraagd of ze onze Midden-Limburgse waterval wel kon verstaan, maar dat weerhield mijn familie en vriendenkring – ik zelf incluis – er niet van om gewoon Limburgs te blijven praten. En helaas kan dat ook niet anders. Als u geen Limburgs spreekt, stelt u zich dan maar eens de vraag of u met intieme vrienden of familie bijvoorbeeld Engels zou kunnen spreken. Bijna onmogelijk. Vroeg of laat vervallen we in onze moedertaal, of het nu Nederlands, Limburgs of Gronings is.

    Taalchauvinisme
    Rest de vraag wat er dan met de Sint moet. Natuurlijk geeft deze ‘hollandse mevrouw’ (het is nogal een belediging voor een Groningse, denk ik zo) er blijk van zich met haar familie in het culturele leven van haar nieuwe woonplaats te storten. Dat mag ik tenminste aannemen als ze naar de intocht van Sinterklaas gaat. Wilde ze zich niet in het culturele leven mengen, dan had ze wel een sint ingehuurd, of was elders gaan kijken. In Groningen bijvoorbeeld. En ze kan moeilijk beweren dat ze na vijf maanden Maastricht nog nooit iets van het roemruchte taalchauvinisme gemerkt had. Dat merken andere Limburgers zelfs in Maastricht. Enfin, één en één is dus twee en een gewaarschuwd mens telt daar ook al voor. Storm in een glas water dus, zal wel iets typisch ‘hollands’ zijn. 'Wij' maken ons niet zo druk over dat soort dingen...nee nee...

    Wat spreekt Sinterklaas?
    Of de Sint zich individueel tot de kinderen in het Limburgs moet richten doet niet terzake. Ik nam als kind voetstoots aan dat de Goedheiligman als vanzelf ook perfect mijn dialect beheerste. Het gaat om de rol van de Sint en naar mijn indruk beheerste de Maastrichtse sint die tot in de vingertoppen. Waar het werkelijk om gaat is een herbezinning op dat ‘typisch Limburgs’. Wat mij opvalt is dat ‘de Limburgers’ steeds meer op de Vlamingen beginnen te lijken. Onder het pantser van ‘de gemoedelijke Bourgondiër’ schuilt een steeds verdergaand cultuurextremisme. Het Limburgs en de Limburger wordt steeds meer exclusief, en iedereen die hier komt wonen moet zich maar aanpassen aan dat ‘typisch Limburgs’. Een onderhand versleten liedje dat vandaag de dag grijs gedraaid wordt, ook buiten Limburg. Dat alleen al bewijst dat er niet zo iets bestaat als ‘typisch Limburgs’. Stilaan dringt zich een vergelijking met de taalstrijd in België op.

    Taalstrijd?
    Onder het mom van taal en cultuur krijgen extremistische groeperingen steeds meer de overhand. Het Vlaams-Nationalisme gaat bijna automatisch hand in hand met racisme en zelfs fascisme. Pas nu ik in België woon, valt mij diezelfde tendens ook in Limburg op. Het is godlof nog niet zo ver gekomen, maar de voortekenen bedriegen niet. De spagaat waarin de progressievere Limburgers in de sinterklaasdiscussie verkeerden wijst daar al op. Limburg moet oppassen dat het cultuurgoed dat er in Limburg is, niet exclusief in handen vallen allerlei soorten extremisten, zoals in Vlaanderen. Daar is het bijna onmogelijk om als progressief nog ‘Vlaams’ te zijn. Sterker, men dient zich zelfs met rabiaat conservatieve Franstaligen te verbinden om maar te tonen dat men niet tot de flaminganten behoort met hun vooral te onpas wapperende Vlaamse Leeuwen. Vertaald zou dat worden dat progressieve Limburgers zich eerder thuis voelen bij orthodoxe protestanten in de ‘bible belt’, dan in hun eigen provincie, waar Geert Wilders het ‘Limburg-gevoel’ gekaapt heeft. En met de ‘volkseigen’ discussies van de laatste dagen, voorzien van een stevige ondertoon van ‘aanpassen of opkrassen’ gaat het wel langzaam die richting uit. Cultuur is iets dat groeit en dat wij samen maken, in misschien twee generaties. Maar in elk geval vandaag. En als daar een Maastrichts sprekende Sint bij hoort, dan is dat mooi. Maar dat wil niet zeggen dat Sinterklaas dat om die reden alleen voor altijd en eeuwig moet doen. Misschien spreekt hij over 50 jaar wel Turks. Want daar komt hij per slot van rekening oorspronkelijk vandaan.

    09-10-2008 om 00:00 geschreven door Hugo Luijten  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)


    Archief per week
  • 25/01-31/01 2010
  • 16/11-22/11 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 12/01-18/01 2009
  • 01/12-07/12 2008
  • 27/10-02/11 2008
  • 20/10-26/10 2008
  • 13/10-19/10 2008
  • 06/10-12/10 2008

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Over mijzelf
    Ik ben Hugo Luijten
    Ik ben een man en woon in Antwerpen (België) en mijn beroep is Docent geschiedenis aan de Fontys Hogescholen in Tilburg.
    Ik ben geboren op 11/11/1969 en ben nu dus 55 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: .
    Het feit dat ik historicus ben en uit Nederlands-Limburg kom, kleurt mijn kijk op de dingen.

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs