Foto
Inhoud blog
  • Busójárás: een festival in Mohács
  • BUEK - Gelukkig Nieuwjaar- Búèk üdv 2024
  • Reactie van Vladimir Ronin op het artikel: Zijn de Hongaren een Turks volk?
  • Zijn de Hongaren een Turks volk?
  • We vonden de zoon van József Stadler en zijn gezin: "We erfden een auto en een leeg stuk grond van onze vader"
  • Voetbal in het midden van het niets - 25 jaar geleden ontdekt J Stadler dit spelletje - Een merkwaardig verhaal van een merkwaardige man in Akaszto
  • Who are the Székelys? Meer info over dit Hongaarse volk
  • "Chinees "vredesplan" voor Oekraïne? Laat me niet lachen! door Andras Csengö
  • Újévi kívánságok
  • The Female Soldier - Dit ikonische beeld van een "heldin" is een symbool van de opstand van de Hongaren in 1956
    Archief per jaar
  • 2024
  • 2023
  • 2022
  • 2021
  • 2020
  • 2019
  • 2018
  • 2017
  • 2016
  • 2015
  • 2014
  • 2013
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 1975
  • 1974
  • -0001
    MIJN FAVORIETEN
  • EVERBEEK- BOVEN
  • AKASZTO
  • KOCSOLA
  • OPBRAKEL
  • BRAKEL
  • THE CROWD
  • ENCOUNTERS
  • HALACSARDA
  • TOURISME BRAKEL
  • GOD IN HONGARIJE
    VRAAGBAK
  • ALLES OVER HONGARIJE
  • TOERISTISCHE DIENST HONGARIJE
  • HET WEER
  • K M I
  • WEERBERICHTEN HONGARIJE
  • MEDIA
  • HET LAATSTE NIEUWS
  • HET NIEUWSBLAD
  • DE TIJD
  • 2de HANDS
  • E-BAY
  • CHEW
  • HONGARIJE VANDAAG
  • BALATON ZEITUNG
  • BUDAPESTTIMES
  • CULTURE. HU
    ROUTEPLANNER
  • MICHELIN
  • MAPPY
  • GOOGLE MAPS
  • E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Foto
    Zoeken met Google


    Startpagina !
    Blog als favoriet !
    HONGAARS - VLAAMSE club, BRAKEL Be
    Belevenissen in het land van de Magyaren - Kalandok a magyarok országában.
    Deze blog gaat over Hongarije (Magyarország), voor velen onder ons een vrij onbekend land, ver van mijn deur. Daarom tracht deze blog ons een beter inzicht te geven in dit land, zijn tradities, zijn cultuur, de anekdotes, de lokale gebruiken en evenementen, het landschap en vooral zijn boeiende geschiedenis . - Ez a blog Magyarországról szól, sok külföldi szemében egy ismeretlen ország, amely messzén áll az otthonunktól. A weboldal sok érdekes kérdést megmagyaráz erről az országról, a hagyományairól, a kultúrájáról, viccekről, a helyi hagyományokról és eseményekról, a tájról és mindenekelőtt Magyarország feltűnő történetéről mesél.
    15-08-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.20th Century Fox verandert naam, de Hongaarse oprichter Vilmos Fuchs keert zich om in zijn graf…..

    Vilmos Fuchs, wie is dit nu weer? Welnu, Vilmos Fried is de oprichter van de Fox Film corporation, het bedrijf dat later fuseerde tot 20th Century Fox. Tja,nu wordt het verwarrend, Vilmos Fried? Dit is de geboortenaam van William Fox, de grote man achter het tot internationaal uitgegroeide filmbedrijf. De start was in 1915, maar het grote succes kwam pas later toen Vilmos besloot om in honderden bioscopen van bijna de ene dag op de andere de ’stomme filmvoorstellingen’ te vervangen door ’beeld en geluid tegelijk’.

    Vilmos Fuchs werd in 1879 geboren in het Hongaarse dorpje Tolcsva, gelegen in de provincie Borsod-Abaúj-Zemplén. Als kind van ouders met een Joods/Duitse achtergrond, dit nog even voor de volledigheid. Tolcsva bevindt zich  helemaal in het noordoosten van Hongarije, midden in het beroemde wijngebied van Tokaj. De kleine Vilmos was amper 9 maanden oud toen het gezin in 1879 emigreerde naar de Verenigde Staten. In New York ging Vilmos tot zijn 11e levensjaar naar school, maar dat was het ook dan op het gebied van zijn schoolse educatie. Geld verdienen en zijn droom waarmaken, dat was zijn ’drive’, om te beginnen als afwashulp. Dit dorp Tolcsva bezochten wijzelf voor o.a. het aankopen van de beroemde Tokai wijnen.

    In het jaar 1900 (op 21 jarige leeftijd) bezat hij al een eigen onderneming die hij 4 jaar later verkocht om een bioscoop te kunnen verwerven. Typisch een aankoop van iemand met een visionaire blik. In die tijd begonnen de stomme films op te komen, Charly Chaplin is er bijvoorbeeld groot door geworden. De combinatie van filmproducties en het vertonen van deze in zijn eigen bioscoopzalen was een sterk staaltje van voorwaartse integratie. Vilmos is ook degene die de naam ’moviestar’ heeft bedacht. De filmacteurs in plaats van de scenarioschrijvers en filmproducenten/regisseurs werden in het publicitaire zonnetje gezet. Dit klinkt anno 2020 vanzelfsprekend, maar was het in die tijd toch niet. Ja, en ook de uitdrukking ’filmster’ komt ons – argeloze bioscoopbezoekers – volledig logisch voor, maar dat had heden ten dage ook ’filmzon’ of ’filmdiamant’ kunnen zijn. Klinkt raar nietwaar, maar als U ermee zou zijn opgegroeid was één van deze omschrijvingen net normaal geweest als de term radio DJ. Of de uitdrukking ’pamper’ die voor veel mensen – vooral ouders van jong kroost – synoniem staat voor ’luier’.

    In het grote depressiejaar van 1929 ging het mis voor Fox Film Corporation, geld voor bioscoopbezoek was tijdens de crisis in rook opgegaan, of opzij gelegd voor – te verwachten – nog slechtere tijden. In 1930 werden 90% van de aandelen overgenomen door verscheidene banken en daarmee was Vilmos de zeggenschap over zijn eigen ’company’ definitief kwijt. In 1936 werden Fox’ bedrijven alle failliet verklaard, maar daarnee was de ellende nog niet voorbij. William had voor de faillisementsrechtzittingen geprobeerd om de rechters om te kopen wat hem een gevangenisstraf van 6 maanden opleverde. Het was over en sluiten….

    Na zijn vrijlating heeft Fox zich nooit meer bemoeid met de filmindustrie, als berooid man stierf hij in 1952 te New York. Daarvoor overigens al – in 1935 – fuseerde Fox Film Corporations met 20th Century, waarmee het wereldberoemde bedrijf/merk werd geboren. Bij geregelde filmkijkers is bovenstaande foto volgens mij in het geheugen gegrifd. Deze herinnering dreigt nu te vervagen want in 2018 nam Walt Disney Corporation ’de toko’ over en er werd al lang gefluisterd dat de nieuwe eigenaar de naam van de firma zou willen wijzigen.

    Tja, 85 jaar heeft  20th Century Fox bestaan, de erfenis van Vilmos Fried leeft verder in de filmgeschiedenisboeken, het is niet anders. De BBC suggereerde dat Walt Disney niet geassocieerd wil worden met de naam van het rechtse Fox, het conglomeraat van mediamagnaat Rupert Murdoch. Daar kan ik mij wel iets bij voorstellen, TV-zender FoxNews is bijvoorbeeld één op één de ’leugenspreekbuis’ van ons aller Donald Trump.

    Toch is het jammer, 20th century studios klinkt toch algemener, eigenlijk tamelijk saai zou ik zeggen. Had de naam 20th Century Stars niet eerder voor de hand gelegen? William Fox heeft immers de term ’moviestar’ bedacht en op deze manier had zijn erfenis toch verder geleefd. Bovendien was deze naam een stuk ’flonkerender’ geweest. Zoals blijkt beste lezer, is wederom niet om mijn advies gevraagd, such is life……

    Such is life? Hé, dat is een tekst van Sean Connery in één van de Bondfilms, ik meen ’live and let die’. Of was het toch ’thunderball’? In ieder geval distribueerde 20th Century Fox exclusief enkele Bondfilms. Voorbeelden van eigen producties: de Star Warsreeks, Peyton Place, Titanic, the A team, Avatar, Alienreeks, Cleopatra, Heidi, the Simpsons, the sound of music etc etc.

    Veel van de producties staan nog steeds op ons netvlies gebrand en/of in ons geheugen gegrift. Één voorbeeldje?

    Suicide is painless uit M*A*S*H: https://www.youtube.com/watch?v=4gO7uemm6Yo



    Bron: Keek op de week

    15-08-2020 om 18:57 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    09-08-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mooiste communistische bus ooit! Van Hongaarse makelij - De iconische Ikarus bussen - zowat de "Van Hool" van het voormalige Oostblok

    Kijkt U nog eens naar het plaatje, volgens mij moeten busliefhebbers hun vingers aflikken bij het design van de Ikarus 55. In het begin van de jaren ’50 werden de eerste protypes van deze ’buscoach’ vervaardigd. Samen met de Ikarus 66 waren deze twee types de paradepaardjes van de Csepel Autógyár, de bus/vrachtwagenfabriek gelegen aan de Donau in het zuiden van Boedapest.

    Het type 55 werd gebruikt voor regionaal busvervoer, de ’66’ voor stadsvervoer. Hieronder vindt U een foto uit de brochure van het type 66, eigenlijk is het onvoorstelbaar dat zo’n kiekje werd toegelaten in de zwartste tijd van het communisme in de 50’er en 60’er jaren. Het ’bourgeois-karakter’ straalt gewoon van de foto af. Kijkend met een wat minder scherpe blik zou je zeggen dat Cary Grant met een jonge Catherine Deneuve bewonderend de modieuze lijnen aanschouwt van dit sublieme design. Monarchistische gebouwen op de achtergrond, kan het nog ’imperialistischer’?

    De Sovjet-machthebbers waren tevens gecharmeerd van de Ikarusbussen en verordonneerden in het kader van de beruchte 5-jarenplannen dat de bussen geïntroduceerd moesten worden in de meeste Warschau Pact-satellietstaten. Ik vermoed overigens dat er nog een andere – essentiële – reden aan deze beslissing ten grondslag heeft gelegen. Uiteraard was het niet de bedoeling van het Kremlin dat Hongarije een florerende economie zou worden, deze rol was slechts toebedeeld aan het Sovjetbolwerk zelf. Maar ja, in de eigen heilstaat was men slechts in staat dieselslurpende tanks te produceren. Ook al vermeldde het design/productieplan het vervaardigen van een bus, er rolde uiteindelijk  toch altijd een tank van de lopende band af. Maar dat gold ook voor de constructievoorschriften voor tractors, brommers en gaskachels. Het productieresultaat was altijd hetzelfde: een tank….

    Icarus vloog volgens de Griekse mythologie met zijn wassen vleugels te hoog en te dicht bij de zon, waardoor zijn vleugels smolten en de arme Icarus reddeloos in de Egeïsche zee stortte. Met andere woorden: hoogmoed komt voor de val…..Tot 1975 werden de Ikarussen voor de diverse communistische satellietstaten gebouwd, het was de glorietijd van de Csepel Autógyár. Daarna was het over en sluiten. Volvo liet tot 1980 nog 1000 Volvo Laplanders bouwen in de fabriek, maar in 1992 werd Ikarus definitief failliet verklaard.

    De erfenis van de Ikarusbussen – ja, in Hongarije met een ’K’ geschreven – blijft echter in ons geheugen gegrift. En ook in het ’echie’ zijn er diverse gerestaureerde exemplaren voor de volgende generaties bewaard gebleven. De foto aan de kop van dit artikel vind ik welhaast iconisch. Het geeft me zelfs een beetje dat ’Peter Stuyvesant’-gevoel, ook iets wat totaal niet in overeenstemming is met de communistische doctrine natuurlijk.

    Nog steeds maakt het design van de Ikarusbus nog een futuristische indruk (althans bij mij), de vormen kunnen de tand des tijds met gemak doorstaan. Net als de Citroën DS – ’de snoek’ – zijn er voertuigen die eenvoudigweg letterlijk en figuurlijk nooit enige roest laten zien. Één van de revolutionaire vindingen – voor Midden/Oost-Europa dan…..- was de plaatsing van de motor aan de achterzijde. Deze ’bobbel’ had de dood voor het design kunnen zijn, maar hier is het tegendeel het geval. De ’achterpukkel’ is in complete harmonie met de ronde lijnen van de bus. Maar ook de voorkant is niet verkeerd, geen grote zoeklichten bijvoorbeeld, maar subtiele koplampen, sommige zelfs mooi verborgen onder de voorbumper. Lyrisch ja, dat zou je ervan kunnen worden….

    Ik heb een beetje ’gegoogled’, want ik wilde natuurlijk wel weten welke ontwerper zich achter deze buscreaties verbergt. Verbergt? Ja, want van een communistisch design kun je hier toch niet spreken, de bussen moeten wel door een ’burger’ – polgár – zijn bedacht. Twee namen komen naar voren, György P. Horváth en Béla Zerkovitz, de eerste verantwoordelijk voor de ’mooie vormen, de tweede voor het technische design. Zowel de chauffeur als de reizigers hadden met de ’achterpukkeloplossing’ veel minder last van de lawaaierige motoren van die tijd. Het feit dat de communisten destijds toelieten dat busbouwers zich bekommeren om het gerief van passagiers is trouwens op zichzelf al een ’novum’ uit die brute periode van de geschiedenis. Maar ja, misschien reisden er in die tijd ook wel veel inlichtingenofficieren per bus. Om de ’medekameraden’ in de gaten te houden….

    Of ik zelf als kleine jongen wel eens in zo’n Ikarus 55 heb plaatsgenomen? Verscheidene malen, maar de laatste keer was een iets minder positieve ervaring. Reizend vanuit het noorden van Hongarije naar Keleti Pályaudvar – ’Station Oost’ in Boedapest – gaf de motor er de brui aan. Hulp liet lang op zich wachten, maar de reparatie was succesvol zodat de reis hervat kon worden. We kwamen nog net op tijd aan om de internationale trein naar Wenen te halen. En dat was maar goed ook, want de volgende trein naar het ’vrije westen’ vertrok pas twee dagen later…..

    Iedereen wil wel met je mee in de limo. Maar wat je nodig hebt is iemand die de bus met je pakt, als je limo kapot is. (Oprah Winfrey, Amerikaans TV Host 1954 – )

    Bron: Keek op de Week



    Een Ikarus bus - type 66

    Dit model zagen we ooit in het verkeersmuseum in Kiskörös

    09-08-2020 om 00:00 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    14-07-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wijlen Péter Esterházy, groot schrijver én Ferencváros-supporter!
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Op 14 juli 2016, 4 jaar geleden overleed één van de grootste schrijvers van de Hongaarse literatuur, Péter Esterházy. Zijn naam vermoedt een adellijke achtergrond, dat lijkt me duidelijk. Misschien is de de Esterházy-dynastie wel de meest bekende onder Hongaren én buitenlanders. Adel spreekt altijd tot de verbeelding, alle Europese Koningshuizen appelleren bij velen aan een ’sprookjesgevoel’, dat zo nu en dan wordt doorbroken als één of andere burger met grote oren toetreedt tot ’het walhalla van de mensheid’. Juist. Zijne Koninklijke Hoogheid prins Pieter van Vollenhoven, die dus.

    In Hongarije en Transsylvanië is er oorspronkelijk veel adel te vinden – lees het boek Kameraad Baron van schrijver Jaap Scholten maar eens – , maar die is door de communisten wel aardig gedecimeerd. Vooral na de Tweede Wereldoorlog. Uiteraard werd de adel gezien als dé onderdrukkende vijand van het proletariaat, kameraad Stalin had ze eigenlijk allemaal met wortel en tak uit willen roeien.

    Dit lot was de familie Esterházy ook beschoren, de Hongaarse staatsveiligheidsdienst – ÁVH – had het ook op de Esterházys gemunt, zijn opa bekleedde in de Monarchistische tijd –  tijdens de Eerste wereldoorlog –  nog de positie van Minister-President. Tja, dan was je natuurlijk het haasje bij die boertige en wraakzuchtige communisten in de donkerste communistische tijd van de vijftiger en zestiger jaren. Zo verging het ook de familie van Péter, toch lukte het de schrijver op de universiteit terecht te komen waar hij afstudeerde in notabene wiskunde.

    Esterházy was een postmoderne schrijver, ééntje die de Hongaarse taal tot in de perfectie beheerste. Als ’non-native’ Hongaars lezer meen ik zelfs de schoonheid van zijn Hongaarse schrijfstijl te herkennen. Zijn meesterwerken Harmonia Caelestis bracht hij uit in de jaren 2000 en 2004 en betreffen de mooie en tragische familiekroniek van de Esterházys. Eigenlijk is het jammer – voor mij dan – dat de beide boeken vliegensvlug in het Nederlands werden vertaald, zodat ik voor een groot deel de gemakkelijke afslag heb genomen. Naderhand was het trouwens wel eenvoudiger Hongaarse delen uit zijn meesterwerken te lezen….

    Deel twee betreft de verbeterde versie, omdat Esterházy na het schrijven van de eerste er achter kwam dat nota bene zijn vader regelmatig rapporteerde aan de Hongaarse geheime dienst. De schok bij Péter was groot, met name toen hij in de staatsarchieven ook zijn naam zag opduiken. Wat bleek? Vader Esterházy  bespioneerde zijn eigen zoon en rapporteerde daarover tegen zo’n ’zwart-leren jas’ van de gevreesde ÁVH, Állami Védelmi Hatóság. Letterlijk in het Nederlands: de autoriteit tot bescherming van de staat. Meer precies: tot bescherming van de onderdrukkende moordenaarsbende van kameraad Rákosi en later kameraad Kádár.

    De twee versies van Hamonia Caelestis zijn niet alleen een vertelling van een tragische familiegeschiedenis, maar ook die van het Hongarije uit de communistische tijd. Een tijd waarin de terreur tot in perfectie was georganiseerd, je kon immers evengoed door je beste vriend verraden worden, of door je zusje. Of in dit geval, zelfs door je bloedeigen papa. Deze triestmakende Hongaarse historie druppelt nog steeds door in de huidige Hongaarse samenleving waarin het niveau van onderling vertrouwen nog steeds op een ongezond laag pitje staat.

    Péter Esterházy is helaas veel te vroeg van ons heengegaan, hij stierf nog maar vier jaar geleden op 66-jarige leeftijd aan alvleesklierkanker.

    Pfoeh! Ok, laten we eindigen met met wat vrolijkheid en vertier. Péter heeft een beroemde broer, de gewezen voetballer Márton Esterházy. Deze was in zijn glorietijd – 1980 tot 1987 – een bloedsnelle aanvaller die met zijn donkere krullenkop verdedigers regelmatig zijn hielen liet zien. In 1984 deed hij ’Oranje’ de das door de winnende goal te scoren in een WK-kwalificatiewedstrijd. Nota bene in Rotterdam. Een dijk van een prestatie van de Hongaren tegen een Nederlands elftal dat bijvoorbeeld de volgende voetballers in zijn gelederen had: Ruud Gullit, WimKieft, Frank Rijkaard, Marco van Basten, Hans van Breukelen…….Oranje haalde met deze namen het WK in Mexico niet eens, Hongarije was de eerste Europese ploeg die zich – damals – plaatste.

    Ja, waar zijn de oude tijden gebleven, wat betreft het natione Hongaarse elftal zijn hiermee de internationale successen van de laatste 35 jaar wel verteld. Behalve het 3 -3 gelijkspel tegen de latere winnaar Portugal tijdens het EK van 2016.

    Márton Esterházy begon zijn voetbalcarrière bij het clubje Csillaghegyi MTE, maar verhuisde als talent – natuurlijk! – naar Ferencváros. Daarmee is hij dus een zogenaamde ’Fradista’ geworden voor zijn leven. En van Ferenváros ben je geen supporter, nee het is een levensvorm/overtuiging. Dit gold ook voor Péter Esterházy. Zijn mooiste aubade aan de mooiste voetbalclub van Hongarije gaat als volgt:

    Apropó Fradi. Engem úgy neveltek, hogy az ember fradista. Nem is nevelés ez, hanem valami nagyon magától értődő, egyszerű dolog, az ember úgy fradista, ahogy a nap süt vagy a fű nő. 

    In het Nederlands: Overigens Fradi. Ik ben op de volgende manier opgevoed: elk mens is ’Fradista’. Maar het is eigenlijk niet het gevolg van opvoeding, maar iets  vanzelfsprekends. Het is heel simpel, de mens kan niet anders dan Fradista zijn, op dezelfde manier als het gras groeit en de zon schijnt……

    Amen

    Péter Esterházy, schrijver, 1950 – 2016)

    Nog een tip voor boekliefhebbers, Esterházy’s boek, stroomafwaarts langs de Donau, een persoonlijke roman die U kronkelend langs de Donau voert door de Midden-Europese geschiedenis. Gewoon bij bol.com te koop.

    Bron: Keek op de week

    14-07-2020 om 18:05 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    06-07-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Society - Why is Trianon still so devastating for Hungarians even after 100 years?
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Foto bij het artikel - Klik op de foto voor grote weergave

    06-07-2020 om 18:59 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Society - Why is Trianon still so devastating for Hungarians even after 100 years?

    The Treaty of Trianon, signed on 4th June 1920, is still a social trauma for many Hungarians even though a hundred years have passed. According to György Csepeli’s representative survey in 2010, 66% of respondents, which grew to 68% two years later, have called Trianon the greatest tragedy in Hungarian history. The revolution of 1956 and the subsequent retaliation is in second place, while the Holocaust, the persecution of Jews and their deportation is the third most tragic event in Hungarian history.

    24 writes that, according to the findings of Publicus Institute in 2018, 73% of Hungarians believe that the Trianon Treaty was the most tragic event in the long history of Hungary. In 2020, this number rose to 83%, with no relation to political beliefs among respondents. 

    Even according to an international poll conducted by the Pew Research Centre this year, two-thirds of Hungarians agreed that certain parts of neighbouring countries should belong to Hungary to this day.It is completely understandable why Hungarians, who have directly become minorities and who even experience discrimination directly because of the treaty, find it difficult to accept the event, but how did the detachment of areas affect those who were not directly involved in it? Why do they experience it as a trauma, and how can a historical event survive in the public consciousness? Why does the Treaty of Trianon still hurt after 100 years?

    Historical traumas affect us from generation to generationWe know a lot of things about the nature and effects of personal trauma. However, we do not know as much about stressful events remembered for generations by people belonging to a group or a nation. The Treaty of Trianon is a collective, historical trauma for many Hungarians.

    Certain events can, in fact, cause shock, anxiety, or depression without direct personal involvement.

    This phenomenon was first observed in the children of Holocaust survivors, but later, the same behaviour was detected in other groups, and the theory got confirmed. Such historical trauma can be a one-time event, but it can also be centuries of discrimination and oppression. The latter, long process obviously has a stronger effect on the condition of direct survivors and their offspring as well. According to some research, the effect passed on through generations can be psychological, but it could also be social, cultural, neurobiological, or, according to some, it could even be genetic.

    The perception of such traumatic events by individuals, however, can be greatly influenced by their communities. The events that have happened in the past but that are still active parts of contemporary culture will legitimately affect the current state of mind of people and their interpretation of current problems as well. 

    Therefore, a collective trauma can be felt not only by those who are directly connected to it via the experience of discrimination, or those that have family photos or memories connected to the event, but also by other people through various social and political phenomena, symbols, or actions that remind the group or nation about the incident.As a result of historical trauma, a collective victim identity is often developed when a group of people believes that they are the victim of other groups or tragic events, thus creating a kind of collective reality for their members. To experience this, one needs to identify with the group, feel direct continuity with the events of the past, and experience such a defeat as one’s own. This victim identity can increase the sense of togetherness of affinity of the group towards its members. It can reduce stress, or even motivate members to take action.

    Politics can bring remembrance by various meansIt is certainly understandable that there is more talk about the Treaty of Trianon, because of its centenary, but it has been an important element in Hungarian politics for the past few decades. Between the two world wars, the Hungarian government devoted a lot of their assets to shaping the belief of retaliation and revisionism. This, however, has greatly changed after 1945. The Treaty of Trianon became a taboo subject, and it was not possible to talk about it. Even though it was a taboo, according to later surveys, the issue of Hungarians across the border still interested many at the time. 

    The demolition of villages in Romania in 1988 and the discussions about the planned Bõs-Nagymaros dam brought the question of the situation of Hungarians living over the border to the forefront, and people living in mainland Hungary began to show solidarity to minority Hungarians in neighbouring countries. After the regime change, part of the revisionist program between world wars was reinstated.

    The topic of Trianon became mainstream in politics and history in the 2000s, and today, more and more social scientists (such as Ignác Romsics, György Csepeli) consider it a social trauma that still deeply affects Hungarians today.The loss of territory was in itself devastating, but it is likely that all the suffering of World War I and the period right after, along with the Spanish flu, is part of that experience of loss, and it might be why that particular trauma is so severe.

    Because it is the centenary of the event, it is understandable that issues related to the peace treaty now concern even more people, but over the past decades, various political and cultural reminders have shown us how to interpret Trianon properly. In 2010, the Parliament accepted the National Unity Day, and since then, June 4th is a national Memorial Day in Hungary. There is a memorial museum in Várpalota which, according to its creators, is “one of the bravest, most important, and most effective institutions of Hungarian cultural memory policy”. There is an internet database called the ‘Köztérkép’ (Public Map), which is independent and is maintained by voluntary work. The database has collected a total of 254 Hungarian monuments and works of art that are in some way or another connected to the Treaty of Trianon. The rock opera ‘Trianon’, based on personal recollections, directed by Gábor Koltay, debuted two years ago, for example, and commemorations were held on 4th June 2020 all over Hungary.

    Although it is a sad and devastating event of Hungary’s past, such tragic events are the ones that truly bind us Hungarians together and inspire us to keep on fighting.

    Read more at: https://dailynewshungary.com/why-is-trianon-still-so-devastating-for-hungarians-even-after-100-years/?fbclid=IwAR1US6_XWOIbtTzdRJ7aUEyw1LXbyvrc35eUHNkhyhZFo7QWjzITRkCX5fQ 

    Bron: Daily News Hungary

    06-07-2020 om 18:54 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-06-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hongarije, het enige land ter wereld dat al 100 jaar aan zichzelf grenst…….Trianon und kein Ende

    Hongarije, het enige land ter wereld dat al 100 jaar aan zichzelf grenst…….

    Trianonmap

    Mint az öt millió Magyar, akit nem hall a nagyvilág. Vertaling: Zoals de 5 miljoen Hongaren waar de wereld maar niet van hoort. Voorgaande is een zinsnede uit het meest populaire nummer van de band Ismerős Arcok (bekende gezichten). Het is zo’n beetje het tweede Hongaarse volkslied geworden dat door jong en oud geregeld woordelijk wordt meegezongen. Het is geen aanklacht, geen zielig ’huilie huilie’ lied, geen oproep tot fout nationalisme. Nee, het lied is een uiting van de hervonden Hongaarse identiteit die lang onder een laag van onderdrukking, frustratie en een huizenhoog minderwaardigheidscomplex verborgen lag.

    4 juni 2020 is wat mij betreft geen dag om te ’politiseren’. De totstandkoming van het verdag – of het dictaat – van Trianon op 4 juni 1920 was een tragische historische vergissing én misdaad, dit is geen politieke beoordeling maar een oorverdovend feit. Op deze dag past het herdenken van de vreselijke consequenties die ’Trianon’ heeft veroorzaakt. Maar ook past het om de ’beginnetjes’ van successen te vieren. Hongaren ’all over the world’ hebben decennia niet kunnen of willen spreken over het nationale trauma dat het Hongaarse volk is overkomen. Dat (kantel)punt zijn we inmiddels voorbij wat een verfrissende werking had/heeft op de mentale gezondheid. Hiernaast kunnen we een verbetering zien van de positie van etnische Hongaren in met name Slovenië, Slowakije en Servië. Helaas geldt dit (nog) niet voor Oekraïne en Roemenië.

    Nog even een paar ’feitjes’. Hongarije verloor in 1920 bijna driekwart van zijn grondgebied, er bleef een schamele 28,8% van over. Het huidige Roemeense Transsylvanië nam de grootste ’hap’ voor zijn rekening, bijna 32% bedroeg het teritoriale verlies. Inderdaad, Transsylvanië is in vierkante kilometers groter dan het huidige Hongarije. Dat stemt toch tot enig nadenken, nietwaar?

    Van de circa 10 miljoen Hongaren in het karpatenbekken verloren er op één dag bijna 3,5 miljoen Hongaren hun staatsburgerschap en ’mochten’ verder leven als etnische minderheid in hun ’nieuwe’ natie. Daar werden ze meestal als tweederangs burgers beschouwd of zelfs de grenspoort gewezen. De overblijvenden werden maatschappelijk zwaar achtergesteld en werden regelmatig verplicht om naar een andere regio te verhuizen (of werden eenvoudigweg gedeporteerd). Een pijnlijk voorbeeld hiervan is de Transsylvanische stad Arad waar de wrede dictator Ceauçescu ’etnische schoonmaak’ hield. De overwegend Hongaarse bevolking werd ’gewisseld’ met fris ’ingevlogen’ Roemenen. In 1910 was het percentage Hongaarse bewoners in Arad nog 80%, in 2020 bedraagt dit percentage nog geen 10%……..

    Na de Tweede Wereldoorlog heeft geen enkele Hongaarse regering officieel teruggave van (een deel van) het verloren gegane grondgebied geëist. De Trianon-tragedie is – territoriaal gezien – onherroepelijk, dat weet elke realistische Hongaar. Zelfs de vaak van ongezond nationalisme beschuldigde Viktor Orbán zou het zich niet in zijn hoofd halen om in welk internationaal gremium dan ook teruggave van bijvoorbeeld het Slowaakse ’felvidék’ te eisen. Wat wel prominent op de agenda van de Hongaarse regering staat is de emancipatie van de etnische Hongaren in de verschillende ’gastlanden’. Op dit terrein is nog onvoorstelbaar veel werk te verzetten, met de autonomie en de maatschappelijke positie van velen is het nog beroerd gesteld. De grootste verliezers zijn in dit opzicht de etnische Hongaren in het door een burgeroorlog verscheurde Oekraïne. Gaat U maar eens een kijkje nemen, ik heb het al meermalen gedaan….

    Het is spijtig en verdrietig dat de Europese Unie zich weinig gelegen laat liggen aan de achterstelling van deze etnische Hongaren. Terwijl EU-wetgeving en jurisprudentie hier toch klip en klaar over is. Maar ik zou me niet overgeven aan politieke bespiegelingen, dus ik volsta hier met de opmerking: wat niet is kan nog komen.

    Hongarije grenst aan zichzelf, een tragische constatering, maar het leven gaat ook op de eerste dag na de 100 jarige herdenking van het Trianonverdrag door. Waar het om gaat is de leefsituatie voor al die etnische Hongaren te verbeteren wat alleen maar mogelijk is als met de regeringen in Slowakije, Kroatië, Servië, Oostenrijk, Oekraïne, Roemenië en Slovenië wordt samengewerkt. Met standvastig beleid, overtuiging, terughoudendheid én bezieling.Met als doel de verbetering van de levenskwalliteit van etnische Hongaren – en hun medeburgers – zodat er eindelijk een halt kan worden geroepen aan de tendens die onderstaande statistieken laten zien……

    Nagyvárad (Roemeens: Oradea): percentage Hongaarse inwoners (inclusief Hongaarse Joden) in 1910: 91%, anno 2020: 23%…..

    Szabadka (Servisch: Subotica), in 1910: 59%, in 2020: 35%….

    Dunaszerdahely (Slowaaks: Dunajska Stredá), in 1910 98%, in 2020: 75%…

    Marosvásárhely (Roemeens: Târgu Mureș), in 1910 89%, in 2020 43%….(PS vanaf de huidige Hongaarse grens ligt deze stad op zo’n 300 autokilometers. De afstand Groningen-Maastricht bedraagt ruim 300 autokilometers…….)

    Ungvár (Oekraïens: Uzshorod), in 1910 80%, in 2020 7%……

    Enzovoort, enzovoort, enzovoort. Cijfers liegen – in dit geval helaas – niet…….

    Graaf Albert Apponyi (1846 – 1933) was de leider van Hongaarse delegatie tijdens de ’Trianon-onderhandelingen’. Hij weigerde zijn handtekening onder het ’vredesverdrag’ te plaatsen. Hij sprak onder andere de volgende woorden uit:

    …Ha Magyarország abba a helyzetbe állíttatnék, hogy választania kellene ennek a békének elfogadása vagy visszautasítása között, úgy tulajdonképpen arra a kérdésre adna választ: helyes-e öngyilkosnak lenni, nehogy megöljék.…

    Indien Hongarije in de positie zou worden gesteld te moeten kiezen tussen het accepteren van deze ’vrede’ of het verwerpen ervan, dan zou Hongarije eigenlijk op de volgende vraag antwoord  geven: is het niet beter zelfmoord te plegen, zodat we in ieder geval niet gedood worden?

    Isten, áldd meg a Magyart

    Ismerős arcok, nélküled: https://www.youtube.com/watch?v=EuFkLx1Z9jE

    Bron: Keek op de week


    04-06-2020 om 19:55 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    30-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'Vijf-zes glazen melk per dag' = Een interview over de Hongaarse kindertreinen
    'Vijf-zes glazen melk per dag' = Een interview over de Hongaarse kindertreinen

    Bron: Orsolya Réthelyi/Magyar Narancs
    26-05-2020

    Door Anita Markó
    Dit is een bewerking van een interview dat oorspronkelijk in het Hongaars is verschenen in het politieke-culturele weekblad Magyar Narancs. Bron: https://magyarnarancs.hu/sorkoz/napi-ot-hat-pohar-tej-128363

    Honderd jaar geleden vertrokken de eerste kindertreinen onder meer naar Nederland, waar gezinnen enkele maanden lang hulpbehoevende kinderen ontvingen die verschrikkingen van de oorlog meemaakten. Het onderzoek kwam pas kort geleden echt op gang en brengt veel nieuwe zaken aan het licht.

    Magyar Narancs (MN): Lange tijd was de geschiedenis van kindertreinen alleen bekend uit familieherinneringen. Wat betekende deze actie, wat wachtte de kinderen?

    Orsolya Réthelyi (OR): Na de Eerste Wereldoorlog en de revoluties was er vooral in Hongarije een enorm tekort aan van alles: voedsel, medicijnen, kolen. Hier hadden de zwaksten, dus ook de kinderen, het meeste last van. Verschillende landen hebben daarom besloten om niet alleen ter plaatse hulp te verlenen, maar ook om kinderen in nood op te nemen in het kader van een humanitaire actie, om fysiek en mentaal te herstellen van de verschrikkingen. Zo vertrok op 8 februari 1920 de eerste trein naar Nederland met 600 kinderen vanaf het Ooststation in Boedapest. Het programma groeide uit tot een brede internationale samenwerking: er werden kindertreinen gestuurd naar Zwitserland, Engeland, Zweden en vanaf 1923 ook naar België. Meer dan 60.000 Hongaarse kinderen gingen op reis, de meesten naar Nederland of België. Het doel van onze onderzoeksgroep is om deze transnationale geschiedenis te verkennen: we onderzoeken niet alleen de Hongaarse, maar ook de Nederlandse en Belgische aspecten.

    Orsolya Réthelyi, neerlandica en historica is universitair hoofddocent Nederlandse letterkunde en cultuurgeschiedenis, tevens vakgroepshoofd van de Vakgroep Neerlandistiek van de Eötvös Loránd Universiteit Boedapest (ELTE)

    MN: Hoe durfden de ouders in de onzekere internationale situatie de kinderen naar een wildvreemd land te sturen?

    OR: Er was sterke positieve propaganda in de pers, maar er was aan beide kanten ook veel bezorgdheid over. Vanuit Nederlands oogpunt bestond Hongarije praktisch niet, de landen moesten elkaar verkennen. De eerste trein kon aanvankelijk niet worden gevuld. Aan Nederlandse kant werden Duitse en Oostenrijkse kinderen al opgevangen in soortgelijke acties, dus meldden veel mensen zich als gastgezin, maar Hongaarse ouders waren bang om hun kinderen weg te sturen. Uit ons onderzoek bleek dat degene die daar toe overgingen, dat vaak deden uit wanhoop – de eerste deelnemers kwamen vaak uit vreselijke ellende. Aan de andere kant stuurden ook hooggeplaatste mensen hun kinderen met deze eerste trein mee om een voorbeeld te geven. Het verblijf van de kinderen was in eerste instantie voor zo’n drie maanden gepland, maar de gastouders vroegen hen vaak om langer te blijven. Omdat de ellende van de ouders in Hongarije ondertussen meestal niet afnam, moest in veel gevallen worden besloten dat het voor het kind beter zou zijn om iets langer in het buitenland te blijven.

    De omslag van het boek van G. Terlingen: Ilonka de eerste Heilige Communie van een klein Hongaartje

    MN: Naar schatting bleef ongeveer een tiende van de kinderen echt in het buitenland. Wat is er met de teruggekeerden gebeurd?

    OR: Elk verhaal is uniek, maar er zijn terugkerende elementen. De meeste kinderen leerden ongelooflijk snel Nederlands, maar tegelijkertijd vonden ze het steeds moeilijker om zich goed in het Hongaars uit te drukken, hun herinneringen aan hun eigen familie en vaderland werden vaak wazig. Herintegratie na hun terugkeer was vaak moeilijk. Sommigen gingen terug naar Hongarije, maar werden door hun Nederlandse pleegouders elke zomer uitgenodigd - ze voelden zich in beide landen thuis. Ook zien we dat in moeilijke historische situaties - na de Tweede Wereldoorlog, onder het communisme of na 1956 - velen direct naar Nederland vertrokken. Interessant is ook het verhaal van de kinderen die in Nederland bleven: zelfs als ze in goede omstandigheden leefden, ervoeren ze toch vaak een leemte in hun leven, ze hadden het gevoel dat hun echte familie hen had opgegeven. Ze gaven dit verdriet en deze pijn door aan hun kinderen, soms zelfs  aan hun kleinkinderen. Het was voor mij schokkend om te ervaren hoe mensen van mijn leeftijd die van de derde generatie zijn over deze leemte vandaag de dag vertellen.

    De omslag van het Nederlandse kinderboek van Co van der Steen-Pijpers uit de jaren 50 in de traditie van de kindertreinen: het hulpbehoevend magere 'Hongaartje' Zsigmond wordt bijgestaan door zijn Nederlandse vriend Barendje

    OR: Dit is een vergissing. Aan Hongaarse zijde werd het namens de staat geregeld door de Országos Gyermekvédő Liga (Landelijke Liga voor Kinderbescherming = Liga) en waren ook staatsfunctionarissen vertegenwoordigd in de organisatie, zodat ze op ministerieel niveau contact hielden met Nederland. De OGYL had ook intensief contact met religieuze geloofsgemeenschappen, maar niet alleen met protestanten, ook met katholieken en andere groepen. In het begin werd er zeker gebruik gemaakt van het al lang bestaande netwerk van protestantse kerken van de twee landen, aan de ontvangende kant speelden katholieke groepen en civiele initiatieven een even belangrijke rol. De bepaling van de religieuze achtergrond van de kinderen was vooral belangrijk omdat in Nederland de katholieke en protestantse bevolkingsgroepen strikt gescheiden waren. Hiermee werd rekening gehouden bij de verdeling van de kinderen over de gastgezinnen.

    (Bron Orsolya Réthelyi - 2020)

    Fotocollage met Hongaarse kindertreinen uit de jaren 1920

    MN: Hoe werden de kinderen geselecteerd, wie kon er gaan?

    OR: In de eerste aankondigingen werden kinderen tussen de 6 en 14 jaar gevraagd, met als belangrijkste aspect de hulpbehoevendheid. Er werd een medisch onderzoek uitgevoerd om te zien of het inderdaad om een verzwakt, maar gezond kind ging. Aanvankelijk was kennis van de Duitse taal ook een voorwaarde en het was bekend dat de Nederlandse partners vooral kinderen uit de middenklasse wilden. Het was namelijk vooral de middenklasse die zich als gastouder opgaf. Hoewel men arme kinderen wilde helpen, wilde men het liefst kinderen die op hen leken, als het ware. Volgens de Nederlandse pers had namelijk de verarming van de oorlog vooral gevolgen voor de middenklasse. Aan de andere kant was in Nederland destijds veel aandacht in het nieuws voor de antiklerikale acties van de communisten in de periode van de rode terreur, dus was er aandacht voor dat de arme Hongaarse kinderen in hun eigen land hun religie ook niet konden beoefenen – dan maar hier bij ons! In de praktijk werden de gestelde richtlijnen echter vaak overschreden. Er waren ook kinderen op de treinen gezet die niet ouder waren dan twee en een half jaar, of ouder dan veertien jaar. Er werd ook al snel afgezien van de taaleisen. Na de aanvankelijke bezorgdheid werd het programma zo populair in Hongarije dat er snel wachtlijsten ontstonden. De organisatoren probeerden de verzoeken van invloedrijke families niet te veel mee te laten spelen in de selectie.

    MN: De kindertreinen waren in de eerste plaats een humanitaire actie. Hoeverre gaf dit een mogelijkheid aan een land dat de oorlog verloren had om diplomatieke contacten weer op te bouwen?

    OR: Primair ging het erom hulp te bieden, maar Hongarije ontdekte al snel dat dit een goede gelegenheid was om uit het internationale isolement te breken. De kinderen boden een uitstekende mogelijkheid om de gevoelens van sympathie te laten ontstaan voor dit land. En dat is precies wat er gebeurde. Niet alleen de kinderen, maar ook het land Hongarije werd geliefd bij de Nederlanders. In de jaren van de kindertreinen werd het toerisme   intensiever en ook de economische-, politieke- en culturele betrekkingen versterkten zich. Er ontstond een golf van literaire vertalingen in beide richtingen. Om een voorbeeld te noemen: er verschenen in die tijd vier geschiedenissen van de Hongaarse literatuur in het  Nederlands, en elke auteur was verbonden met kindertreinen. Tegelijkertijd begon Hongarije ook zijn klachten over de onrechtvaardigheid van het vredesverdrag van Trianon (1920) en zijn streven naar herziening hiervan te exporteren. Nederlandse nieuwberichten en Hongarije-enthousiasten namen dit vaak over als teken van liefde voor de Hongaren en steunden dit met propagandistische publicaties en meningen. Het beeld is dus erg complex: alles kreeg er een plaats in, van de puurste, door de burger geïnitieerde humanitaire hulp tot de pragmatische dagelijkse politieke doelstellingen.

    (Bron Orsolya Réthelyi - 2020)
    Hongaarse kinderen vertrekken met de kindertrein naar Nederland vanaf het Ooststation (Keleti pályaudvar) te Boedapest. (Collectie: BTM-Kiscelli Múzeum inv.nr. 13156-28.)

    MN: Waarom was Nederland juist het eerste gastland?

    OR: Nederland bleef in de Eerste Wereldoorlog neutraal en profiteerde zelfs financieel van de oorlog, dus de Nederlanders beschouwden het in zekere zin als hun plicht om hulp te bieden. Aan de andere kant is het een sterk onderdeel van hun zelfbeeld. Sinds de reformatie werden regelmatig vluchtelingen uit Hongarije ontvangen, dus liefdadigheid en specifiek steun geven aan de Hongaren zijn onderdeel geworden van hun nationale identiteit. In de Nederlandse kinderboeken vindt men bijvoorbeeld opvallend veel Hongaarse personages, maar circa negentig procent van deze personages is een vluchteling of hulpbehoevende. Het Hongaarse kind in nood werd een literaire topos in Nederlandse kinderliteratuur. Dit is ook de reden dat er in Nederland tegenwoordig weinig begrip voor is dat de Hongaren hekken bouwen tegen de vluchtelingen. Het wordt niet begrepen dat dit volk, wiens inwoners altijd welkom waren in Nederland in tijden van nood, zelf niets doet als iemand anders hulp nodig heeft

    (Bron KADOC-KU Leuven en Museum Hoogstraten - 2020)

    Uiteindelijk vertrokken er tussen juni 1923 en december 1927 meer dan 40 treinen vanuit het Ooststation van Boedapest naar België. Op de foto verpleegsters die de kinderen tijdens de treinreis begeleidden in 1925

    MN: Waar zijn sporen van de kindertreinen in het gedeelde geheugen bewaard gebleven?

    OR: Hoewel er veel verloren is gegaan, is het materiaal verbazingwekkend rijk, kinderboeken, gedichten, liedjes, films en artefacten bewaren de herinnering aan het programma. Ik heb onder andere onderzoek gedaan naar het ontstaan van het 'Hongaarse Raam', een prachtig kunstwerk dat in het atelier van de beroemde glasschilder, Miksa Róth gemaakt is, gebaseerd op de plannen van Sándor Nagy. Dit wordt bewaard in het Koninklijk Paleis Noordeinde in Den Haag en werd gemaakt als een geschenk voor koningin Wilhelmina. Het raam werd zelfs met een kindertrein vervoerd van Boedapest naar Den Haag. Kindertreinen werden letterlijk en figuurlijk een kanaal voor culturele overdracht: ze reden regelmatig heen en weer met kinderen tussen 1920 en 1930, maar ook gastouders kwamen op bezoek met georganiseerde reizen. Natuurlijk was er ook een enkeling die van dit kanaal heeft proberen te profiteren, het gebeurde ook dat sommige begeleiders er misbruik van maakten door te smokkelen. Daarmee vreesden de organisatoren dar het programma in de pers een slechte naam zou krijgen.

    MN: In persoonlijke verhalen werd Nederland vaak als Kanaän gezien, vloeiend met melk en honing. Hoe hebben de kinderen de reis ervaren?

    OR: Er zijn zowel veel grappige als hartverscheurende verhalen. Zo beschrijft Barna Nagy in zijn dagboek over zijn verblijf in Nederland dat ze bij aankomst in Nederland al een vreemde gele kifli (Kipferl is een langwerpig, gebogen gebakken product dat voor het bakken tot een sikkel wordt gerold en gevormd) van een van de passagiers had gekregen, maar niet wist wat hij ermee aan moest - aangezien hij nog nooit een banaan had gezien. Het is hartverscheurend om te lezen dat sommige kinderen die uit een arme families komen, basisvoedsel zoals eieren en vlees niet herkenden. In de meeste brieven is te lezen, hoeveel extra gewicht de kinderen hebben gekregen, dat ze 5-6 glazen melk per dag krijgen – melk was in die tijd een schaars product in Hongarije – dus het werd een symbool van welzijn in het buitenland - chocolade, cacao, brood besprenkeld met een dikke laag suiker ...

    MN: Waarom is deze grootschalige actie, waar meer dan zestigduizend kinderen aan meegedaan hebben juist nu een onderzoeksonderwerp geworden?

    OR: Nederland nam in 1947 opnieuw Hongaarse kinderen op, maar het programma eindigde in 1948. De communistische regering heeft verklaard dat Hongarije de hulp van het buitenland, vooral het Westen, niet nodig heeft. Het programma werd stopgezet met een lelijke poging om het te diskwalificeren in het oog van het publiek: het werd bestempeld als misbruik, een zelfvoorzienend initiatief voor de kerk. Uit het archiefmateriaal van de geheime dienst zien we dat volwassenen die probeerden de contacten met Nederland blijven behouden vaak het doelwit werden van de geheime politie. Zo werd het verhaal van de kindertreinen een bewust vergeten onderdeel van de Hongaarse geschiedenis. Ons onderzoeksteam begon de actie in internationaal verband te onderzoeken zodat we met resultaten klaar zouden staan voor het 100 jaar bestaan van het programma. In 2018 organiseerde de Vakgroep Neerlandistiek van de Eötvös Loránd Universiteit een conferentie, waar Nederlandse, Belgische en Hongaarse onderzoekers elkaars resultaten konden leren kennen en bespreken. Voor deze gelegenheid hebben we een kamertentoonstelling georganiseerd en een bijbehorende tweetalige catalogus gemaakt samen met de historicus Maarten J. Aalders. Het conferentiemateriaal is begin dit jaar gepubliceerd in een boek dat in het Hongaars en het Nederlands tegelijkertijd verschenen is. Maar we vonden het al op de conferentie van 2018 belangrijk om ook de nazaten van de kindertrein kinderen uit te nodigen, en niet alleen de onderzoekers, om meer te weten te komen over de individuele verhalen.

    We verzamelen materiaal op vele manieren: we interviewen de nazaten van de deelnemers, we verzamelen en analyseren eerder gemaakte interviews, memoires, historische en literaire bronnen, dagboeken voor kinderen, brieven, archiefgegevens. Een collega van mij doet bijvoorbeeld onderzoek naar de ontwikkeling van Nederlands-Hongaarse woordenboeken die mede door de actie begonnen te verschijnen. Een eerste voorbeeld, een lijst van woorden en uitdrukkingen gedrukt op één pagina, die op die door Liga aan kinderen werd gegeven voor hun reis naar Nederland om de communicatie met de gastouders te versoepelen. Door een nauwkeurige analyse van archiefmateriaal in Nederland ontdekte Maarten J. Aalders dat – in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht in Hongarije –, niet de Nederlandse overheidsinstanties of de koninklijke familie de grootste voorstanders van het programma waren. Het Nederlandse Ministerie van Arbeid (met een afdeling voor de volksgezondheid) probeerde de actie zelfs tegen te werken, omdat men bang was voor epidemieën, juist toen er een einde kwam aan de Spaanse griep. Daarom waren ze er tegen om massaal kinderen naar Nederland te laten reizen. Hij heeft laten zien dat de kindertreinen-actie dus een burgerinitiatief was, van onderop begonnen. Dit is een mooi voorbeeld van nieuwe gegevens die door het onderzoek aan het licht gebracht zijn.

    (Foto Gábor Rusznák - 2019)

    Maarten J. Aalders is freelance historicus en houdt zich in het bijzonder bezig met de Nederlandse kerkgeschiedenis vanaf 1795. Sinds januari 2016 richt hij zich op de relatie tussen Nederland en Hongarije gedurende het Interbellum. Regelmatig is hij in Budapest om zijn onderzoek te vervolgen

    We zijn overigens nog steeds heel blij als mensen contact met ons zoeken die ons over hun voorouders kunnen vertellen of brieven en documenten over de kindertreinen bewaren. We zijn nu een kindertreinen website aan het bouwen met een database van de gegevens over de kinderen die deelnamen aan deze actie. Samen met de studenten Neerlandistiek van de ELTE zijn wij ook een aantal individuele verhalen uit privébronnen aan het reconstrueren. Binnenkort hopen we dat iedereen  zelf op deze site informatie kan zoeken over de kinderen die met de trein naar het buitenland reisden, waar ze aankwamen en door wie ze ontvangen zijn.

    Orsolya Réthelyi, neerlandica en historica is universitair hoofddocent Nederlandse letterkunde en cultuurgeschiedenis, tevens vakgroepshoofd van de Vakgroep Neerlandistiek van de Eötvös Loránd Universiteit Boedapest (ELTE). Naast haar onderzoek naar de culturele herinnering van de kindertreinen is haar huidige onderzoek gericht op interculturele transfer tussen de Lage Landen en Oost-Europa, de verspreiding van oudere en moderne literatuur door middel van vertaling en bewerking, en op de literatuur van migratie.

    Bron Orsolya Réthelyi - 2020)

    De omslag van het boek 'De Hongaarse kindertreinen een levende brug tussen Hongarije, Nederland en België na de Eerste Wereldoorlog' door Maarten J. Aalders, Gábor Pusztai en Orsolya Réthelyi

    Levende brug – 100 jaar geleden

    De Hongaarse kindertreinen. Een levende brug tussen Hongarije, Nederland en België na de Eerste Wereldoorlog is samengesteld van de bijdragen aan een internationale conferentie ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de eerste kindertrein. Het boek, geredigeerd door Maarten J. Aalders, Gábor Pusztai en Orsolya Réthelyi, werd tegelijkertijd uitgegeven door de uitgeverijen Verloren (in het Nederlands) en L'Harmattan (in het Hongaars) in 2020. De geschiedenis van de kindertreinen opent een buitengewoon boeiend en divers onderzoeksonderwerp dat tot nu toe vrij onbekend is gebleven. Als onderdeel van deze humanitaire actie na de Eerste Wereldoorlog konden meer dan 60.000 Hongaarse kinderen naar het buitenland reizen en enkele maanden bij gastgezinnen doorbrengen. Uit de studies en rijke beeldmateriaal van het boek kunnen we leren hoe dit programma tot stand is gekomen en welke impact het heeft gehad op het leven van kinderen in nood. We kunnen van individuele verhalen naar een bredere historische context gaan en meer te weten komen over de rijke culturele, wetenschappelijke en economische verbindingen die zijn ontwikkeld door middel van kindertreinen, en de sporen hiervan die nog steeds bestaan.

    Lees ook: 'Kindertreinen' tussen Hongarije, Nederland en Vlaanderen 100 jaar geleden

    Bron: Amstelveenweb.com

    30-05-2020 om 00:00 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Trianon verdrag wordt binnenkort 100 jaar - Deze materie ligt zeer gevoelig in Hongarije - Roemeense president en parlement spelen smerig ’Trianon-spelletje’

    Klaus Johannis is de President van Roemenië én etnisch Duitser. Op zichzelf is met dit laatste niets mis, in Hongarije leven ruim 200.000 Hongaren met een Duits-etnische achtergrond. Deze landgenoten gaan met hun authentieke Duitse achternaam door het leven, in veel gevallen hebben hebben hun (voor)ouders hun familienamen echter verHongaarst – bijvoorbeeld Szommer in plaats van Sommer – of vrijwillig gekozen voor een fonkelnieuwe oerHongaarse naam. Dit laatste kan ik mij nog steeds goed voorstellen, na afloop van de Tweede Wereldoorlog werden etnische Duitsers in Hongarije immers zwaar achtergesteld als ze al niet hun woning uit werden geflikkerd. Of zonder pardon uit het land werden gezet. Tja, voorwaar geen prettige geschiedenis.

    Nu waren de (etnische) Hongaren al gewend aan voortdurende schofferingen van Roemeense zijde, maar het hek is nu echt van de dam nu Johannis zich hierbij heeft aangesloten. De aanvallen staan natuurlijk niet los van een naderende dag en wel de vierde juni. Op deze datum is het exact 100 jaar geleden dat het verdrag van Trianon werd onderkend. Hongarije hield een schamele 28,6% van zijn oorspronkelijke grondgebied over. Roemenië werd wel goed bedeeld, het kreeg heel Transsylvanië in de schoot geworpen en daardoor werden tegen de 2 miljoen Hongaren van het thuisland afgesneden. ’Trianon’ is niet alleen een historisch gapende wond voor de meeste Hongaren, maar tevens een uitnemend ‘product’ van de overwinningswaanzin van de overwinnaars van de Eerste Wereldoorlog. Net als het verdrag van Versailles……

    Aan de vooravond van de aanstaande vierde juni worden de vuurtjes aan Roemeense en Hongaarse zijde opgestookt. Door de Coronacrisis staat de mediaverontwaardiging over ’Trianon’ in Hongarije vooralsnog nog op een laag pitje. Bij de Roemenen ziet dat er toch iets anders uit…. De geachte president van Roemenië was onlangs te betrappen op de volgende uitspraak: ’De (regerende) sociaal-democratische partij – PSD – strijdt hartstochtelijk voor het opgeven van Transsylvanië aan Hongarije’. Vervolgens bedankte hij de PSD-voorzitter in het Hongaars en stelde vervolgens de volgende retorische vraag: welke(financiële) voordelen heeft Viktor Orbán de PSD-voorzitter eigenlijk beloofd?

    Ja, ik moest eerst ook mijn ogen uitwrijven. Hallicuneerde ik? Het hoofd van een natie dat dergelijke giftige vullis spuit? Orbán en zelfs de (ceremoniële) president János Áder onthielden zich persoonlijk van commentaar, eigenlijk was er sprake van een lauwe Fidesz-reactie. Ik ben geen Fidesz’er maar in dit geval wil ik de Hongaarse regering een klein pluimpje op de hoed geven. Geen onnodig wapengekletter in deze Coronatijd. Van één ding ben ik echter wel zeker: Orbán heeft Johannis’ uitspraken ergens op de plank gelegd, om deze er later af te halen. En dan zal hij er vast wel een laagje buskruit overheen strooien.

    Maar niet alleen deze kwestie ligt te wachten op ’verdere behandeling’. Er zijn nog wel meer vraagtekens te plaatsen bij gedragingen en uitspraken van Roemeense politici. Zo is daar het besluit van het Roemeense parlement dat autonomie van de Szeklers – Hongaarse bevolkingsgroep uit Transsylvanië – eenvoudigweg geen onderwerp meer kan zijn tijdens de parlementaire zittingen. Dit is niet alleen een ontoelaatbaar affront ten opzichte van de wettelijke normen van de Europese Unie betreffende minderheden, maar in de eerste plaats deelt het Roemeense parlement een beuk uit aan Szeklers zelf. Analoog beschouwd zou de autonome postie van de Duitssprekende Belgen in de Federale staat België onbestaanbaar zijn. Ik heb het flauwe vermoeden dat zo’n – gelukkig – hypothetische situatie op geen enkele manier gepikt zou worden door de Europese Unie. Heeft de EU overigens gereageerd op deze schoffering van het Roemeense parlement? Niets dan ’Coronastilte’…….

    Kan het nog gekker? Heet van de naald is de net aangenomen Roemeense wet waarin 4 juni vanaf nu wordt uitgeroepen tot nationale feestdag. 4 juni wordt voortaan officieel de herinneringsdag van het Verdrag van Trianon. Het plan is dat deze dag gepaard zal gaan met vrolijke festiviteiten in het hele land. De officiële vaststelling behoeft thans slechts de handtekening van een hoge politicus. Wie? Klaus Johannis natuurlijk. Ziet U de etnische Hongaren in Nagyvárad – Oradea in het Roemeens – al gezamenlijk met Roemeense vlaggetjes door de binnenstad paraderen? Conclusie: een onnodige, vileine en onbeschofte houding van een meerderheid van het Roemeense parlement die contraproductieve effecten zal hebben in de gehele Roemeense samenleving. Ik geef U hier ook maar even een vergelijking: de instelling van een Nederlandse nationale feestdag voor het vieren van de Hollandsche inbezitneming van de Nederlandse Antillen. In Willemstad op Curaçao zouden ze uit hun dak gaan!

    Nog heter van de naald? In het Europese parlement fulmineerde ene Ramona Strugariu tegen het Hongarije van Orbán. De artikel 7 procedure moet stante pede worden ingezet, maar beter nog: EU-gelden ten behoeve van Hongarije moeten meteen worden bevroren. Van welke partij is deze Strugariu ook alweer? Van de Nationaal-Liberale partij – PNL – , dezelfde partij waartoe ene Johannis behoort……De botervloot op het hoofd van deze Roemeense ’politica’ is zo groot als de boterberg waarmee de EU-landen in het verleden mee te kampen hadden. Roemenië is nota bene één van de landen die tijdens de Coronacrisis het Europese verdrag voor de rechten van de mens heeft bevroren. Waar hebben we het eigenlijk over? Over besteding van EU-gelden in Roemenië hoef ik niet veel woorden vuil te maken: ’corruption all over the place’. Ook Klaus Johannis heeft zich in het verleden vergrepen aan de staatsruif. Op zijn ’palmares’ staat ook het uit de laan sturen van de hoofdaanklaagster van het anti-corruptie directoraat Laura Codruţa Kövesi. Inmiddels is Kövesi aangesteld als eerste Hoofdaanklaagster van het kersverse Europese Openbaar Ministerie, hoe ironisch, nietwaar? Overigens, Kövesi, Kövesi? Is dat geen Hongaarse naam?

    Tot slot wil ik U één van de meest trieste én tragikomische uitspraken van een Roemeens politicus niet onthouden. Uit de mond van toenmalig Roemeens premier Mihai Tudose konden we begin 2018 het volgende optekenen: ’als de Szekler vlag wordt opgehangen aan officiële Roemeense instellingen kunnen de uitvoerders van deze actie wat mij betreft naast die vlag worden opgehangen. Van Szekler autonomie kan geen sprake zijn’.  Dit terwijl een ROEMEENSE rechtbank even daarvoor had gevonnist dat de Szeklervlag met recht kan worden opgehangen op overheidsgebouwen in gemeentes die door een meerderheid van Szeklers worden bewoond. Naast de Roemeense natuurlijk, zoals het hoort in een normaal EU-land.

    Anderhalf jaar geleden schreef ik het volgende in één van mijn columns: De politieke situatie in Boekarest is een complete slangenkuil waar het alleen maar draait om cliëntelisme, nepotisme, egoïsme, hebzucht, ultiem kleptocratisch gedrag. Daar komt nu ook haatdragend gedrag bij ten opzichte van de eigen etnisch-Hongaarse bevolking.

    Feitelijk is Roemenië een disfunctionerende staat die door de Coronacrisis nog zwaarder aan het infuus ligt van financiële instellingen als het Internationaal Montetaire Fonds (IMF). En het IMF is niet alleen een financiële club, maar oefent ook politieke invloed uit. Eigenlijk is Roemenië een geopolitiek speelplein waar achter de schermen de Amerikanen  – CIA ! – een grote rol spelen. Poetin krijgt in Boekarest tot nu toe geen vaste voet aan de grond. En de Chinezen ook niet echt.Van een onafhankelijk parlement en regering is in Roemenië überhaupt geen sprake. De Amerikanen laten de Roemeense politici de politieke kruimels. En dat ongebreideld graaien en schofferen? Ach, denken die Yankees, als het ons maar niet teveel geld en energie kost, die problemen zijn voor de EU. En die EU, wat doet die mooie club van Europese normen en waarden? Kent U het kinderliedje ’ik zag twee beertjes broodjes smeren’? Het eindigt met: hi, hi, hi, ha, ha, ha, ik stond erbij en ik keek ernaar………

    Roemeen zijn? Da’s een beroep…….

    The result of the Treaty of Trianon in Europe is not peace, but the fear of another war. (Neville Chamberlain Prime minister van het Verenigd Koninkrijk 1869 – 1940)

    Eerste PS Tot nu toe zijn de zaken tussen Roemenen en Szeklers/etnische Hongaren nog niet echt uit de hand gelopen. Ik hoop maar dat de schennis van Hongaarse graven van slachtoffers uit de Eerste Wereldoorlog – in het Transsylvanische Csíkszentmárton – geen voorbode is van opvolgend etnisch geweld. De bruutheden vonden vorig jaar plaats rond de vierde juni. Dat was 99 jaar na de ondertekening van het verdrag van Trianon……….

    Tweede PS De Szekler Nationale Raad – Székely Nemzeti Tanács (SZNT) – heeft een petitie opgesteld die de autonomiewens van de Szeklers ondersteunt. De benodigde 1 miljoen handtekeningen zijn inmiddels verzameld. Dat is nog niet hemaal voldoende, er moeten nog wat handtekeningen bij, want de aantallen moeten in 4 landen nog omhoog. Zo werkt het EU petitiesysteem. De Europese Commissie heeft vanwege de Coronacrisis de termijn gelukkig opgerekt. Wordt de petitie-actie een succes, dan is de Europese Commissie verplicht zich met dit thema bezig te houden. Zoals de Duitsers zeggen: wir drücken die Daumen! Dat geldt niet voor de Demokratikus Koalíció – DK -, het politieke vehikel van ene Ferenc Gyurcsány. Prominent DK-partijlid Tamás Bauer meende onlangs in een gegeven interview dat er geen sprake van kan zijn dat de Szekler autonomie in de EU behandeld wordt. Daarmee is DK een dissonant in de Hongaarse politiek op dit onderwerp.Zelfs de oppositionele Momentum en de LMP steunen de tekst van de petitie. Eigenlijk is hier sprake van een politiek nationaal ondersteunde activiteit. Dat mag in het gepolariseerde Hongaarse politieke klimaat ook wel eens onderstreept worden. Voor wat betreft DK-politici: LANDVERRADERS!

    Bron: Keek op de week        

    16-05-2020 om 19:06 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    01-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bomvolle Balaton Barst straks uit zijn voegen - Bizarre tijden voor de toeristen en rezigers - een leuke beschouwing

    Bomvolle Balaton Barst straks uit zijn voegen

    balaton1

    Parallelle werelden, daar zijn er nogal wat van. Denk maar aan het ’voetbalwereldje’ waarover al weer pagina’s worden volgeschreven, het ’testbeeldprogramma’ Studio Voetbal trok veel kijkers met de discussie hoe in vredesnaam die Eredivisie nu moet worden afgesloten. Wie degradeert, wie gaat Europa in, dat soort geneuzel. Heerlijk om die ’onderzeebootkapitein en Koersk-berger’ Frans van Seumeren – tevens voorzitter van Fc Utrecht – tekeer te horen gaan tegen de KNVB. Wel de bekerfinale gehaald, maar Europa mag Fc Utrecht niet in. Dan maar een vriendschappelijk wedstrijdje met Fc Poetin regelen Frans! Er zit niks anders op. Of de rechter gaat nog anders beslissen….

    Hoe parallel wil je het hebben? Terwijl in diverse Afrikaanse landen arme sloebers hun dagelijks kommetje rijst niet meer bijeen kunnen scharrelen en in de Verenigde Staten Coronapatiënten het ziekenhuis niet betreden kunnen als niet onmiddellijk de portemonnee wordt getrokken, wordt in Nederlandse talkshows geklaagd hoe vervelend het is om niet naar de kapper te kunnen. Bovendien, hoe moet dat nu met onze welverdiende geboekte vakantie aan dat hagelwitte strandje op dat atolletje in de Indische oceaan. We hadden ons zó verheugd op dat hemelbed bestrooid met rozenblaadjes op de Malediven. En nu, heel misschien naar een stom vakantiepark in Nederland en het middeleeuwse centrum van Zutphen bezoeken? Gepromoot bovendien door die chagrijnige dikkerd van een Maarten van Rossem die afgeeft op mij, de geregelde IKEA-bezoeker?

    Vakantie in eigen land, dat is het enige wat ons rest. Maar alleen voor de gelukkigen die hun baan hebben behouden of reeds gefortuneerd waren. Het herontdekken van Uw eigen ’homecountry’ kan dit jaar beginnen. In Hongarije weten ze daar wel raad mee. Gedurende de communistische jaren konden alleen de partijbonzen vrijelijk naar Oostenrijk, Italië etc reizen, het gepeupel moest het doen met een verstrekt visum dat eens in de drie jaar werd verstrekt. Maar de meeste Hongaren vertrokken in juli naar hun arbeidersvakantieparadijs aan het Balatonmeer. Meestal kon de noest werkende proletariër een afzichtelijk appartementje betrekken. Op 6 hoog had de onderdrukte Hongaar dan wel een mooi uitzicht over het meer. Als hij niet tegen de gezwollen kop van zijn overbuurman moest aankijken die in de betondoos voor hem van zijn welverdiende vrije weekje van het jaar probeerde te genieten. Je kon die Hongaarse communisten niet verwijten dat ze geen wansmaak hadden. Ze hebben er alles aan proberen te doen om de schoonheid van het Balatonmeer te vernietigen.

    Aanvankelijk leek het er op dat de ’Hongaarse binnenzee’ in de vergetelheid zou raken. Na de ’Wende’ in 1989 viel het ondiepe Balatonmeer namelijk in een diep gat. Hongaren reizen tegenwoordig in de zomer massaal af naar de Kroatische kust en andere oorden. West-Europese toeristen hadden er eigenlijk al eerder de brui aan gegeven. In 1976 was het nog leuk om eenvoudig te kamperen in Balatonfüred en een avondje uit eten met je 3 koters kon er gemakkelijk vanaf. Drie gangen met een grote plas bier en een literkaraf wijn voor een tientje, wat wilde je nog meer? Ik praat over Nederlandse guldentjes, dus niet over Eurootjes, hè! Er was in 1989 echter een klein probleempje: die gememoreerde camping was er niet echt op vooruit gegaan, de douches en toiletten waren niet gemoderniseerd, nee sterker nog: die toiletpot trok nu helemaal niet meer door. Tot in het nieuwe millenium – tot circa 2005 – was  er slechts van vergane glorie sprake aan de boorden van het Balatonmeer. En nog van een comunistische glorie ook, bijna depressiefmakend! De westerse toerist begon de Balaton dan ook te mijden als een ’Coronuitbraaklocatie’.

    Maar nu liggen alle kansen open! Wie durft er de komende tijd te gaan vliegen? Op elkaars lip gedrukt in een Ryan Airtoestel met die interne luchtcirculatie die de ’Coronaatjes’ in een mum van tijd je kleinste longblaasjes inpompt? Brrr, veel reizigers/toeristen zullen het voorlopig voor gezien houden. Afgezien van de vraag hoeveel internationale bestemmingen er nog over blijven. En welke grote ’airliner’ valt als eerste om? Is de KLM-zwaan wel bestand tegen het Coronavirus? Degene die een buitenlandse trip aandurft zal waarschijnlijk niet voor enige vorm van openbaar vervoer kiezen. Dus hop, met die koters in het scheurijzer of camper naar zonnige streken. Ik hoor de ellenlange fileberichten op de route du soleil al voorbij komen.

    Het Balatonmeer ligt per auto op Franse Rivièra-afstand en is een wat goedkopere bestemming voor Henk en Ingrid en Jan met de pet. Maar ik denk zelfs een goed alternatief voor menig Zoetermeers gemeentesecretarisgezin. Op de camping of in het terrasappartement aangekomen zullen de Hollanders van twee zaken verbaasd opkijken. Ten eerste is er toeristisch de laatste 15 jaar flink aan de weg getimmerd in Hongarije en aan het Balatonmeer in bijzonder. Op sommige plekken kun je al echt ’stijlvol’ je vakantie doorbrengen. Inmiddels zijn er prima restaurants, vakantieverblijven, (festival)evenementen etc voorhanden. De plee kun je op de meeste campings zelfs zonder problemen doortrekken.

    Ten tweede zal het mutjevol zijn met Hongaren zelf die hun all-inclusive vliegreis naar Alanya, Turkije maar eventjes op de wachtlijst geplaatst hebben. Maar dat moet te verhapslikken zijn, want het Balatonmeer overstijgt qua oppervlakte bijvoorbeeld het Gardameer ruimschoots. Een ieder moet z’n plekje kunnen vinden, lijkt me. Balatonfüred wordt het nieuwe ’Nice’ en Siófok het nieuwe ’lido di Jesolo’. Overdreven? Uiteraard, maar het is nu de tijd het Balatontoerisme op de Europese kaart te zetten. Als ik het nu niet doe, wanneer dan wel?

    Bijkomend voordeel van het Balatonmeer is dat je eerst honderden meters door het water moet ploeteren voordat je in enigszins dieper water terecht komt. Een beetje extra training na die maandenlange ’lock down, dat kunnen die spiertjes wel gebruiken. Voor de Hongaar is dit sowieso geen probleem: hij/zij ploetert al jaren voort……

    Luctor et Emergo, ik worstel en kom boven!

    Bron: Keek op de week


    01-05-2020 om 14:02 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    17-04-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Uw Naamdag vergeten, hè! Een beschouwing in C-tijden

    Mejuffrouw Cor(on)a, niet Uw Naamdag vergeten, hè!

    cora van nieuwenhuizen

    (Song)festivals worden afgeblazen – arm Rotterdam……– , voetballiefhebbers krijgen ontwenningsverschijnselen, het kleine Amsterdamse volkscafé ’Nol’ zit met de handen in het haar met die 1,5 metersamenleving en Koning Willy kan op 4 mei in zijn ééntje al die kransen bevestigen aan de staketsels op de Dam. Ons leven is een ’beetje’ veranderd, gelukkig geven al die goedwillende psychiaters/psychologen ons goedbedoelde tips. Maar eigenlijk komt dat zieleknijpersjargon neer op de 3 R’en. Rust, Reinheid en Regelmaat. Onze betovergrootouders wisten deze woorden al als een mitrailleursalvo op te dreunen.

    Alles goed en wel, maar valt er met deze oud calvinistische benadering nog wel ergens ouderwetse lol te trappen. In Hongarije en ook andere (Midden)-Europese landen wordt naast de verjaardag ook de zogenaamde naamdag gevierd. Twee keer lol trappen dus! In de communistische tijd werd er in Hongarije bijvoorbeeld meer aandacht aan de naamdag besteed dan aan die macabere dag dat je weer met je neus op de feiten wordt gedrukt: weer een jaar ouder, weer een beetje dichter bij de dood. Het wereldwijd massaal vieren van verjaardagen heb ik nooit begrepen, aan mijn eigen verjaardag heb ik dan ook een broertje dood.

    Naamdag wordt in Hongarije dus nog gevierd. Met familie en/of vrienden uiteraard besprenkeld met de nodige alcoholica. Het is een gezamenlijk feestje van ’gelijknamigen’, ineens kom je in de kroeg een groep László’s of István’s tegen. Die laatsten hebben de prachtigste koosnamen als Pista, Pisti, Pistike, Isti, Pistu, Pityuka of Pistukám. Of madárfejű – vogelkop – omdat de István in kwestie zo’n smalle schedel heeft. En vaak een spitse neus…. En zo kan ik nog wel even doorgaan. De koosnaam voor András is dan weer Bandi. Begrijpt U het allemaal nog? Vooral bij mannen geldt: als je niet met een koosnaam of bijnaam wordt aangesproken ben je een nono. Of eigenlijk een no name. Ik heb de indruk dat deze ’traditie’ iets minder in zwang is bij het vrouwelijke geslacht. Althans voor wat betreft de bijnamen. Judit kan dan wel Juci, Jutka, Csutka of Ditta worden, tussen vriendinnen is het niet echt usance om bijnamen als vogelkop te bezigen. Behalve in het roddelcircuit natuurlijk.

    Sommige namen kunnen zich in maar liefst 6 naamdagen ’verheugen’. Vader des Vaderlands koning Stefan – István dus – moet natuurlijk wel geëerd worden, dus mogen de István’s zich 6 keer per jaar met hun naamgenoten laten fêteren. De vrouwelijke benaming is gek genoeg niet Istvánia maar Stefánia. Bovendien vermeldt de naamdagkalender slechts 1 dag waarop de Stefánia’s omhelsd kunnen worden Het is werkelijk een schande! Niet alleen moeten vrouwen genoegen nemen met de latijnse versie van István, ze mogen bovendien slechts jaarlijks éénmalig uit hun dak gaan. Emancipatorisch is er in Hongarije nog werk aan de winkel.

    Naamdagen hebben als oorsprong de sterfdagen van heilig verklaarde geestelijken. Uiteraard waren deze niet Calvinistisch. Voor de meeste Nederlandstaligen luistert de bekendste heilige naar de naam Sint Nicolaas (van Myra). Hij stierf op 6 december in het jaar 342 (of 352) en die datum is dus ook de naamdag van de Nico’s in deze wereld. Ziehier het grote misverstand: velen menen dat op 5 december de verjaardag van Sint Nicolaas wordt gevierd. Twee foute veronderstellingen, nietwaar? Daar komt nog de derde bij want de goedheiligman komt niet uit Spanje maar uit Myra Turkije. Daar is de president van Turkije Recip Erdoğan beslist niet geboren. Cadeautjes geeft hij trouwens wel, maar alleen aan grote stoute mensen…..

    Tot slot. Zal de naamdag van de Corina’s nog wel gevierd worden in de toekomst? Een beetje binnensmonds uitgesproken is de link met het ons al zo bekende virus snel gemaakt. Dat lijkt me geen aanbeveling als de Corina-vriendinnen elkaar in de cocktailbar willen omhelzen. Ik denk dat ze in plaats hiervan liever nog een Bloody Mary naar binnen klokken. De naamdag van de Corina’s valt trouwens op 22 oktober en met die dag is niets mis. Er is wel een ander probleempje. Corina stamt af van het Griekse Koré en dat was de roepnaam voor Persephone, de Griekse godin van het dodenrijk. Wat zegt U? Inderdaad, toeval bestaat niet

    Ik vrees dat er nog meer nevenschade kan ontstaan door de wereldwijde viruscrisis. Kunnen de premiersambities van VVD Minister Cor(on)a van Nieuwenhuizen wellicht op koud ijs worden gezet? Met zo’n voornaam begin je meteen met een achterstand, dat lijkt me duidelijk. Mark Rutte begon al een beetje te vrezen voor de politieke vrouwendruk binnen de VVD en de Nederlandse samenleving in het bijzonder. Hiernaast is van Nieuwenhuizen een frisse en sympathieke verschijning. Wat een geluk voor je Mark, met jouw naam kun je je geen buil vallen. De herhaling van het ’bijna Rita Verdonksyndroom’ blijft je op deze manier bespaard.

    En wat gaan de Hongaarse Cora’s uitrichten op hun naamdag? Ook ’down the drain’? Welnee, Cora/Corina wordt in de Hongaarse taal op de volgende manier gespeld: Korinna. De koosnaam wordt vanaf nu uitsluitend Kori, bijgedachten aan Corona zijn zo niet meer aan de orde. Zo ziet U maar, improviseren zit er bij Hongaren ingebakken. Het is de volgende variant op de anekdote over de draaideur voor een warenhuis. U stapt als eerste naar binnen, maar de Hongaar(se) die achter U stond komt er als eerste uit….

    Een verjaardag is de begrafenis van het verlopen jaar.(Alexander Pope, Engels dichter 1688 – 1744)

    Mijn toevoeging: een naamdag is dat niet…….

    Bron: Keek op de week

    17-04-2020 om 10:31 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    21-03-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Maar die Hongaarse oudjes gaan gewoon nog naar de markthal! Corona-toestanden in Hongarije

    Maar die Hongaarse oudjes gaan gewoon nog naar de markthal!

    In de binnenstad van de zuidelijke Hongaarse stad Pécs was het afgelopen maandag hommeles voor de ingang van de centrale markthal, de Pécsi Vásárcsarnok. Het gemeentebestuur had verordonneerd dat er maximaal 100 mensen – veelal stadsbewoners van gevorderde leeftijd – op de oude betonnen marktvloer mogen rondschuifelen. Deze maatregel liet de Burgemeester snel varen toen er een oploop ontstond van honderden bezoekers/kopers die zich ophoopten voor de ingang. Men begon hevig te protesteren, het oproer der oudjes kraaide! Hadden zij – de senioren – er dan niet voor gezorgd dat er een revolutie in de gemeenteraad had plaatsgevonden? De overgrote meerderheid van de Orbánpartij Fidesz was immers bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen weggestemd en ook de Fidesz burgemeesterskandidaat werd met pek en veren op een bolderkar gezet.

    Op dit moment mogen de winkels in geheel Hongarije nog open zijn tot 3 uur in de middag. Als deze inkt droog is kan dat in deze coronavirusachtbaan overigens al weer oud nieuws zijn. Maar snel doorpennen dus……Binnen in de markhal is het altijd een drukte van belang, groente- en fruitstandjes staan vlak naast elkaar, of met de rug tegen elkaar. Aan de zijkanten kun je een heerlijke Hongaarse bloedworst bestellen – véres hurka – die staand naast een andere peuzelaar soldaat kan worden gemaakt. Na het laatste slokje bier weggeklokt te hebben is het tijd om die verse kip te kopen bij dat oude vrouwtje. Huiskip natuurlijk, persoonlijk gevoederd op het erf. Daarna nog even naar de eerste etage waar op grote tafels veelal Zigeuners diverse soorten paddestoelen aanprijzen, eekhoorntjesbrood met een diameter van meer dan 20 centimeter is geen uitzondering. Uiteraard alleen tijdens het seizoen.

    Zo zijn er nog onnoemelijk veel van dit soort markthallen te vinden in heel Hongarije. Vaak oude, grote in socialistisch-realistisch stijl opgebouwde ’pakhuizen’. Bij de vrijheidsbrug in Boedapest– Szabadsághíd – bevindt zich overigens een juweeltje, een markt in monarchistische stijl. De hygiëne is op de meeste plaatsen acceptabel, maar in deze coronatijd zouden het wel eens ’ideale’ besmettingshaarden kunnen zijn. Gedrang in hutje mutje situaties draagt volgens mij nu niet echt bij aan de afremming van dat virus met het kroontje.

    Zelf betreed ik regelmatig met een groot – nostalgisch – plezier één van deze archaïsche ’plaza’s’. De gezellige drukte, de hartelijke ontmoetingen, het grote versassortiment, maar vooral de geur van oude tijden geeft altijd een prachtig palet aan indrukken. Niet dat die oude tijden zo prettig waren – want communistisch – , toch heb je het gevoel stevig in de volkse wereld te staan. Ééntje waarin praatjes worden aangeknoopt, handeltjes worden gedreven en oude knarren elkaar op de schouder slaan. Een geweldig contrast met die moderne ’shopping malls’ die steriel ogen en allemaal volstaan met dezelfde zogenaamde merkoutlets. Op de achtergrond hoor je rustgevende deuntjes van het type Richard Clayderman. Wie kent overigens ’ballade pour Adeline’ nog?

    Van de week las ik een kranteartikel waarin landen als Singapore en Taiwan bewierookt worden. Het aantal coronagevallen is daar tot nu toe beperkt gebleven, voornamelijk door de zeer strenge maatregelen die zijn opgelegd aan de burgerbevolking. Als je je hoofd om de hoek van je eigen deur steekt dreigt reeds een zware geldboete of gevangenisstraf. Nu zal ik de laatste zijn om het overheidsingrijpen in deze landen te bekritiseren, want wat is wijsheid in deze onzekere periode? Daarover verschillen zelfs de deskundigen van mening. Wel vraag ik me hardop af of keiharde vrijheidsbeperkingen in westerse samenlevingen gepikt zouden worden. Vooral als deze – pak ’m beet – meer dan 2 maanden zouden duren. En dan heb ik het nog niet eens over de catastrofale economische schade die een complete lock down veroorzaakt.

    In Hongarije laten veel (eigenwijze) ouderen – vooral in steden – zich vooralsnog niet vrijwillig opsluiten. Hier wreekt zich trouwens de evolutie naar een geïnduvialiseerde samenleving, een virus dat Hongarije ook hard heeft getroffen. Veelal zitten Hongaarse gepensioneerden in hun eentje thuis in hun kleine flatappartement en dat is voor 2 á 3 dagen misschien best plezierig, maar daarna wil tantje Marietje – Marika néni – toch graag even die paar appels en dat stuk spek kopen in de markthal. Bovendien komt ze daar altijd haar oude schoolvriendin Erika tegen met wie ze nog heeft geknikkerd op de lagere school. En het gesprek met Erika gaat niet over de laatste ontwikkelingen op het internet, want dat is voor veel Hongaarse senioren nog altijd een ver-van-mijn-bedshow.

    Jongere Hongaren zijn door het gedrag van hun oudere landgenoten niet altijd ’amused’, Nu zijn zij hun baan al kwijt en beperken ze zichzelf in hun bewegingsruimte en wat doen die oudjes? Die drommen bij elkaar op de marktvloer, waar zijn ze in hemelsnaam mee bezig!?  Bovendien, zo redeneren de ’angry Hungarians’ verder, wij zijn het toch die de dringende adviezen opvolgen die jullie vervolgens teniet doen. En jullie zitten nu juist in de risicogroep!

    Dit laatste is dan ook weer een begrijpelijke reactie, een ieder bevindt zich natuurlijk onder hoogspanning. Voor de volksgezondheid is het wellicht verstandig om die markthallen de deuren te laten sluiten, de Hongaarse regering is echter (nog) niet zover. Tja, als Orbán de markthallen sluit krijgt hij trouwens niet alleen de oudjes over zich heen, maar al die kleine zelfstandige standhoudertjes ook. Bovendien wrijven Tesco en Lidl zich dan in de handen, die kunnen dan nog meer pleepapier bestellen!

    Het aantal besmettingen is op dit moment in Hongarije net boven de 100 personen. Tja, wat is wijsheid? Als de besmettingen beperkt blijven en Europa gaat weer langzaam ’open’ vlamt wellicht toch nog een groot aantal besmettingen op. Italië bereikt namelijk op enig moment ’groepsimmuniteit’. Maar Hongarije dan?

    Premier Viktor Orbán en een hele stoet van artsen, regeringsvertegenwoordigers en zelfs bekende musici roepen in diverse media het volgende: MARADJ OTTHON, blijf thuis dus. Voor veel ouderen is dit nog steeds aan dovemansoren gericht maar er zijn er wel meer die dovemansoren aan hun hoofd hebben…..

    Ik doe gewoon wat mij niet verteld wordt (Loesje)


    21-03-2020 om 11:05 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    20-02-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hongaars en Hollands Carnaval of wat is de Busójárás in de Donaustad Mohács?

    Hongaars en Hollands Carnaval

    campagnebuso

    Carnaval in Hongarije? Daar is het gehele jaar door Carnaval, in de politiek, op het werk en natuurlijk in de kroeg. De meeste dingen die gezegd en geschreven worden kun je immers met een korreltje zout nemen. Ik weet trouwens niet wat de carnavalsnaam is van de stad Boedapest. Ik denk Boedapest…….De sleutels van de stad liggen naar verluidt al jaren op de bodem van de Donau, nabij de Petõfi brug.

    Ik heb het even nagekeken maar carnaval is in de Hongaarse vertaling niet ’Farsang’ zoals velen – ondere andere ik – aannemen, maar gewoon ’Karnevál’. Althans als we onder dit zottenfeest de laatste 3 dagen voor aswoensdag rangschikken. Of in de onvermijdelijke Hongaarse uitdrukking ’a farsang farka’. ‘Farsang’ sec is de periode van Driekoningen – 6 januari – tot Aswoensdag. ’Farka’ betekent letterlijk ’de staart van’ daarmee het einde van de Roomse feestperiode aangevend. Voor Hongaarse Rooms-Katholieken begint dan de vastenperiode – tot Pasen – en ik ken toch nog een redelijk aantal Hongaren dat deze vastenperiode serieus neemt. In Nederland is er vorig jaar per toeval een Rooms-Katholieke ’vastende’ ontdekt in een gehucht naast het Limburgse Vaals. ’Hart van Nederland’ – SBS6 – maakte er vorig jaar met veel aplomb melding van. Kijk, John de Mol – de nieuwe eigenaar van de ’campingzender’ – dat zijn nog eens sensationele nieuwsfeiten!

    Alle carnavalsgekheid op een stokje, prachtige praalwagens zijn in Hongarije in deze tijd niet echt te signaleren. Dat is onder de Hollandse grote rivieren wel even anders. Als ze niet zijn afgefikt natuurlijk zoals laatst in Zaltbommel. De vrijwilligers van de carnavalsvereniging ’de wallepikkers’ – geen grap! – zagen door ontploffende gasflessen hun levenswerk in rook opgaan. Daarmee waren de wallepikkers wel één van de hoofdthema’s van het NOS 8 uur journaal. Ach ja, deze tragedie veroorzaakt óók leed. In de Hongaarse provincies rijden overigens wel voortdurend vreemdsoortige vehikels rond die in Nederland met gemak in de ’stoet’ mee zouden kunnen. Krakkemikkige krotten getrokken door een vermoeid paard, Wartburgs met kerstverlichting, Trabanten met meertonige hoorn etc. Wat ik al zei, het gehele jaar is het carnaval dat de klok slaat.

    Seth Gaaikema – wie kent de overleden cabaretier nog? – meende dat wijlen VVD coryfee Molly Geertsema een groot carnavalsliefhebber was in zijn tijd. Geertsema sprak ’carnaval’ wel altijd met een corpsballenaccent uit namelijk: kérnewél. Tot de Groningse cabaretier er achter kwam dat de oude liberaal het over ’kernafval’ had. Voor de thuisprovincie – Groningen – van Seth was dat nog net op tijd, de Brabo’s werden daarentegen met de radioactieve afval van Nederlandse kerncentrales opgescheept. Want had Molly die zuidelijke Nederlanders niet gevraagd ’of ze nog kérnewél willen’? Natuurlijk wilden die Oeteldonkers dat wel!

    In het oosten van Hongarije hebben ze overigens nog nooit van ’farsang’ gehoord. De daar overwegend protestantse bewoners zouden de poppen op eventuele praalwagens meteen vertrappen, een ongehoorde Rooms-Katholieke beeldenverering in hun ogen. De beeldenstorm van 1566 zou terstond herhaald worden, vort met die papen! Wat Christelijk geloof betreft is er een divers beeld zichtbaar in Hongarije. Er bevindt zich een tamelijk grote protestantse minderheid binnen de landsgrenzen, maar ook daarbuiten zoals in Transsylvanië. Dat is in andere midden-Europese  landen – bijvoorbeeld Kroatië en Polen – wel anders, daar bedraagt het percentage Rooms-Katholieken rond de 102%.

    Een echt kostuumfeest in Hongarije vindt rond de carnaval in de Donaustad Mohács plaats, de zogenaamde Busójárás. Een cultureel evenement met vrolijke volksdansgroepen, hapje, drankje op straat in een uitgelaten carnavalsstemming. Maar de hoofmoot vormt de gang door de stad van de Busók, vervaarlijk uitziende lieden gehuld in dierenvachten met enge maskers voor. Vaak met ellenlange stierenhoorns op het hoofd geklemd. De legende gaat dat tijdens de belegering van de Turken in de 16e eeuw de oorspronkelijke bewoners met kano’s het moerasgebied invluchtten in voornoemde vervaarlijke outfit. De argeloze turken die de Busók in de mist zagen opduiken schrokken zich natuurlijk een hoedje en kozen het hazenpad. Dit liet overigens onverlet dat de Turken in de slag bij Mohács – 1526 – de Hongaren een vernietigende slag toebrachten. Een kniesoor die daarop let. In de dagen van de Busójárás is het Wein, Weib und Gesang in de stad met veel liederlijk bezopen deelnemers. Het voksfeest is sinds 2012 officieel een Hungarikum en sinds 2009 als cultureel erfgoed bestempeld door de UNESCO! Egészségetekre! Voor de niet-Hongarijekenners onder ons: ’op jullie gezondheid’. Ziet U wel hoe efficiënt die Hongaarse taal is, voor deze uitdrukking volstaat één Hongaars woord!

    Tot slot. De Hongaarse regering doet er alles aan om de de Hongaarse landgenoten in de carnavalssfeer te brengen. Het hele land is volgeplakt met plakkaten – zie boven – met twee uitbundige feestvierders met feestmaskers op. Wat zegt U? De gefotografeerde mannen dragen geen maskers? Wat een demasqué!

    Mien waar is mijn feestneus, Mien waar is m’n neus? Waar is m’n feestneus gebleven? (Toon Hermans levenskunstenaar 1916 – 2000)

    Ja, waar is die feestneus eigenlijk? Stiekem verstopt in de bureaulade van Orbán én Juncker! En die van Frans Timmermans? Die heeft Frans al jaren om zijn neus geklemd, maar valt niet meer op. Waarom niet? De rode kleur is verbleekt……..

    Een hartelijk aláááf uit de carnavalsstad Nergenshuizen (Utopia). Welke stad dat is? Brussel natuurlijk, of Bruxelles voor de Francofielen onder U.

    Bron: Keek op de week


    20-02-2020 om 17:24 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    09-02-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Hongaarse en Hollandse Wekker. De Hongaarse rinkelt eerder…….De Hongaren zijn inderdaad eenn "vroeg" volkje

    De Hongaarse en Hollandse Wekker. De Hongaarse rinkelt eerder…….

    kop koffieOpstaan, het is al vijf uur geweest! Lig je als Hongaars meisje/jongetje nog lekker te dromen over madeliefjes – in geval van jongetjes – of over de laatste stoere knokfilm van Sylvester Stallone – in het geval van meisjes – of je moet alweer uit de veren. ’School’ begint op sommige dagen niet om 8 uur ’s morgens maar een uur eerder, het zogenaamde ’nulde’ uur. Vaak wordt les gegeven tot 4 uur in de middag waarna de meestal met rugzak bepakte leerlingen weer naar huis mogen keren. Met een beetje pech volgt eerst nog een busrit – van soms wel om en nabij een uur – over hobbelige straten. Thuisgekomen wacht meteen een berg huiswerk, de dagelijkse aflevering van de Hongaarse Sesamstraat – Kossuth utca – moeten veel jongelingen aan zich voorbij laten gaan. Wat zegt U? Dat Hongaarse kinderprogramma kent U niet? Ik ook niet, net zo min als veel Nederlandstalige kinderen Sesamstraat alleen nog maar in geschiedenisboekjes zullen kunnen vinden in de toekomst. Of zelfs daar niet……

    ’It’s a hard life for the Young ones in Hungary’ lijkt het op het eerste gezicht. Tja, in de schoolperiode is het ’afzien’ geblazen, maar daar staat tegenover dat de zomervakantie op de meeste Hongaarse scholen reeds half juni begint. De leerlingen worden vervolgens pas begin september verwacht om weer in de schoolbanken plaats te nemen. Voor hun ouders is deze weelde niet weggelegd, zij werken waarschijnlijk allebei en nog steeds is het gebruikelijk dat een Hongaar(se) meer dan één baan heeft. Dus vroeg opstaan – ook in de zomerperiode – blijft onontkoombaar. Het gemiddelde Hongaarse gezin kan zich tegenwoordig wel een vakantie(tje) veroorloven, want hoe je het wendt of keert, het ’Orbáneske’ economisch beleid heeft wel zijn vruchten – paprika’s – afgeworpen.

    In de negentiger jaren van de vorige eeuw kon ik in Nederland regelmatig een kanon afschieten als ik om 8 uur in de ochtend voor het koffieautomaat – op kantoor – gezellig een praatje met mezelf maakte. Tot overmaat van ramp smaakte de koffie meestal ook naar ’iets’, maar ik kan die smaak nog steeds maar moeilijk omschrijven. In ieder geval niet naar koffie, zoveel is zeker. Om 9 uur druppelden de eerste collega’s binnen die snel hun kantoordeur dichtgooiden waarna je – starend in de bruine smurrie van je plastic koffiebekertje – plotseling een ’kantoordeursticker’ met de volgende tekst ontwaarde: ’voor de koffie niet zeuren’. Volledig gedesillusioneerd sjokte je naar je eigen duffe bureau waar de penetrante vieze ontsmettingslucht van de schoonmaak van de vorige avond met zelfs wijd geopende ramen niet weg te krijgen was. Om 12 uur plaatste je jezelf in de rij van collega’s die als robotgestuurden naar de van spruitjeslucht bezwangerde kantine op weg waren.

    Voorgaande ’story’ is misschien ’ietwat’ overdreven, ik maak echter een wedje dat velen van U persoonlijke aanknopingspunten vinden… In Hongarije zit men vaak al om 7 uur achter de ’desk’ met een espressokoffie voor de snuit. Veel Hongaren drinken voor dag en dauw hun eerste kopje koffie, daarna nog één en dan is het meestal gebeurd voor de rest van de dag. De onvermijdelijke komst van Amerikaanse ketens als Starbucks en andere soorten van Amerikaanse food/drinksblubber hebben de traditionele koffieconsumptie van de Hongaar wel veranderd. ’Café latte’ – zogenaamd op z’n Italiaans – wordt nu regelmatig ook rond het middaguur genuttigd. Vroeger kreeg je ongeveer dezelfde kwaliteit in de ’tejcsárda’, de melkkroeg dus. Met één groot verschil: de prijs was – ook relatief – een stuk lager. Ach, het overnemen van dit vulgaire Amerikaans snobisme heeft een prijs die Hongaren – maar ook Nederlanders – graag betalen…..

    Terug naar het krieken van de dag. Doorgaans is het in Hongarije vroeger licht dan in Nederland. Ook dit is een belangrijke reden waarom het leven eerder begint in Magyarenland. En natuurlijk is er nog steeds de erfenis uit de communistische tijd. Kameraden werken zich – per definitie – uit de naad voor de communistische heilstaat, helemaal wanneer er ’verklikkers’ in de buurt zijn die je graag aansporen een minuutje eerder op het werk aan te komen. De keerzijde van de medaille is dat Hongaren al redelijk vroeg in de middag de kuierlatten kunnen nemen. In Nederland zit je om vier ’s middags nog gewoon achter je bureau naar buiten te staren. Om 5 uur trek je je regenjas aan – het zal namelijk wel weer miezeren – en duik je in de donkerte. In januari overkwam het me in Nederland geregeld dat ik in het donker op kantoor aankwam en in het duister weer ’op huus’ aanging. In de tussenperiode was het enige dat de kantoorruimte verlichtte afkomstig van een bepaald type buis: TL, ofwel Tube Luminescent. Een romantischer licht kan ik me niet voorstellen, maar niet heus…

    ’s morgens rinkelt de wekker in de Hongaarse slaapkamer alweer om 5 uur, in Nederland slaapt men nog door tot zo rond 7 uur. Als het een gezonde slaap betreft geniet ’den Hollander’ van zijn REM-slaap in de periode van 5 tot 7 uur. ’Dreamtime’ dus. een klein voorbeeldje van zo’n Nederlandse droom: heerlijk zonnen met een cocktail op het bovendek van een cruiseschip, om vervolgens naar de hut gecommandeerd te worden vanwege de uitbraak van het Coronavirus.

    En hoe ziet de gemiddelde Hongaarse REM-slaap eruit? Die wordt om 5 uur ’s ochtends abrupt ’afgeremd’. Maar op welk punt bevond zich de droom van János of Marika bij het piepen van de wekker? Op het moment dat János zijn BMW, nieuwste SUV-versie in ontvangst nam. Die bolide  wil namelijk elke Hongaarse man. En Marika? Die stond op dat moment naast János’ BMW om hem voorgoed uit te zwaaien. Vroem, vroem en weg was János. Om nooit meer terug tekomen. Zo’n zoete droom wenst zich elke Hongaarse echtgenote……..

    In de dromen en in de liefde is niets onmogelijk. (János Arany, Hongaars schrijver 1817 – 1882)

    Bron: Keek op de week


    09-02-2020 om 12:51 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    01-02-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.This is how Sisi, Queen of Hungary kept her amazing beauty - Interessant artikel over de legendarische Sissi

    This is how Sisi, Queen of Hungary kept her amazing beauty

    Elisabeth, commonly known as Sisi, the Queen of Hungary, was considered to be the most beautiful woman in Europe in the 19th century. She was beloved by a whole nation and the world around her. On the other hand, the Queen was not always satisfied with her appearance and paid a great price to make herself dazzling every day. 


    Femina reported that many know the significant moments of the Hungarian Queen: when she fell in love with Franz Joseph at the age of sixteen, that she felt lonely and abandoned in Vienna and loved spending time at the Castle of Gödöllõ (Pest County). And, of course, everyone was aware of her amazing beauty. But how did Sisi keep her perfect look?An interesting fact is that when she was a young woman, she was not considered to be beautiful at all. Many historians wrote about her boyish look and body shape which was the main reason Sisi started a strict diet, leading her to suffer from a severe lack of self-confidense.

    Her thin body and long brown hair astonished every eye looking at her. She was proud of herself but paid a great price for her beauty. Sisi had her hair washed every third week. Her hairdresser, Fanny Feirfalika, brushed a special liquid for hours into Sisi’s hair which weighed kilograms. The liquid contained eggs and cognac which made the Queen’s hair soft and glowy. During the procedure, Sisi usually read or studied Greek and Hungarian. 


    Feirfalika hid the lost hair under her skirt. Although Sisi loved her hair, because of its heavy weight, it often caused her physical pain and headaches. Sisi was 172 centimetres tall but weighed only 48 kilograms.


    She registered her measurements in her diary every day. At the Castle of Schönbrunn, Vienna, she spent one hour with strict training every day. She often rode a horse and took long walks whenever she had enough time. Rumour has it that she even had some of her ribs removed to make herself thinner, but this was never confirmed. Surprisingly, what she ate could be called anything but healthy.

    The Queen only asked for food twice a day: in the morning and for supper around 6 pm. She usually ate chicken and beef, but there were weeks when only eggs and oranges were served for her. On the other hand, Sisi loved sweets and could not eat enough of them. After these eating-rushes, she usually did not have anything for days, which led Sisi to suffer from bulimia. The reason for her severe lack of confidence was her teeth and wrinkles. She rarely attended public events and dinners as she would not have had the opportunity to eat her usual meals. When Sisi did attend, she tried to talk as little as possible. It was not because she was not educated but because she was ashamed of her teeth. Sisi’s teeth had many health problems which were due to her love for sweets. When she talked, she usually held her hand in front of her mouth. When she became an old woman, she used dentures. Sisi also had a problem with ageing. During her old age, she only appeared publicly with a veil covering her face and forbid to be photographed after her 30th birthday.

    Read more at: https://dailynewshungary.com/this-is-how-sisi-queen-of-hungary-kept-her-amazing-beauty/?fbclid=IwAR2afDcUwbzRgQBz_B9yyPhZA3rQ3Kmz32ntaZZNYliTKDq1YTJRhN3-wu8 

    Bron: Daily News Hungary 

    01-02-2020 om 18:52 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    26-01-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Mooiste ’Communistische’ Auto Ooit!

    De Mooiste ’Communistische’ Auto Ooit!  


    skoda cabriolet,

    Achter het IJzeren Gordijn was het van 1945 tot 1989 niet echt prettig leven. Behalve als je je in de top van de communistische partij bevond natuurlijk. Jan met de pet had geluk als hij een autootje kon aanschaffen, sommigen genoten het privilege rond te kunnen ’touren’ in een echte Lada. Geen ’tweetakt’ maar een benzineauto. In plaats van een rokende Trabant met een polyester geraamte een echte ’bak’. In Nederland/Vlaanderen  werd algemeen aangenomen dat Lada de afkorting betekende van LAndDAf. In het Groningse Finsterwolde – een traditioneel communistisch bolwerk – schijnen in de zeventiger jaren van de vorige eeuw relatief meer Lada’s verkocht te zijn dan in de rest van het land. Waar die (ex)communisten uit het Groningse land nu in rijden? Waarschijnlijk in een (teedehands) Japanner of Zuid-Koreaan en zijn ze lid van GroenLinks….

    Over relatief gesproken. Tegenwoordig zijn de meest populaire automerken in Hongarije Mercedes, Audi, BMW en dan bij voorkeur in de meest afschuwelijke SUV-versies. Er is nogal wat veranderd door de jaren heen……. Natuurlijk worden er tegenwoordig ook nog mooie auto’s gefabriceerd, vaak straalt de ’eenheidsworsterigheid’ er trouwens wel vanaf. En nu moeten we van de internationale politieke lobby en inmiddels ook de autolobby ook nog elektrisch gaan sturen. En die vehikels kunnen ook al uitzichzelf inparkeren en op de snelweg kan je gewoon de krant lezen achter het stuur, de computer loodst je wel door de file. Dit laatste zal wel bijdragen aan de verkeersveiligheid, maar mijn autoplezier gaat zo wel naar de gallemiezen. En of elektrisch rijden nu beter is voor het milieu? Daar zijn op zijn zachtst gezegd wel wat vraagtekens bij te plaatsen……

    Maar goed, laten we het hebben over esthetiek. De meeste klassieke autoliefhebbers benoemen  hun favoriete ’cabrio’ onmiddellijk  als hun deze vraag wordt gesteld. De ene praat verliefd over de Alfa Romeo spider uit de jaren zeventig, de ander – met een iets duurdere smaak – over zijn/haar Aston Martin DB5  of misschien wel over een Volkswagen Kever cabrio uit 1960. Allemaal prachtige karretjes, daar niet van, maar er kan er natuurlijk maar één uitspringen en dat is de Škoda Felicia cabriolet die in productie was gedurende de jaren 1959 – 1964.

    Ach, zult u zeggen – na aanblik op de foto’s boven dit artikel – , dat valt toch wel mee, zo bijzonder is deze vierwieler toch ook weer niet? Tja, ik vind van wel, de belijning is gestileerd en geavanceerd, vooral de achterflanken met de lampen lijken op de eerste versie van de USS Entreprise, het ruimteschip uit de serie ’Star Trek’. Leuk hè, deze kinderlijke fantasie. Helaas is de productieperiode danig kort geweest, in totaal zijn er slechts 14.863 Škoda Felicia’s vervaardigd. Aan de andere kant: als ’collector’s item’ wordt de Felicia er alleen maar waardevoller van. Over de huidige Škoda Felicia  doe ik het liefst maar het zwijgen toe. Hoe is het mogelijk dat Volkswagen – de huidige eigenaar van Škoda de naam ’Felicia’ op deze wijze bezoedeld. Tegenwoordig is de Felicia-versie een goedkoop middenklassertje, niks mis mee, maar niet onder deze naam! ’Felicia’ betekent toch ’geluk’? Dat is ver te zoeken op deze manier, die Duitsers hebben het woordenboek er waarschijnlijk niet op nageslagen….

    Maar is nog een andere – veel belangrijkere – reden dat deze Škoda ’a King of a Cabriolet’ is. Hoe is het mogelijk dat de communistische machthebbers destijds hun akkoord hebben gegeven op het ontwerp en de productie van een zogenaamde ’bourgeois’ automobiel? Alles aan deze ’koets’ had toch een ’imperialistische’ reuk. Nu ja, het was meer stank voor die communistische Moskou ja-knikkers die normalitair gewend waren aan het prachtige geluid en de vormgeving van een Sovjetrussische Belarus tractor. En die ’fijne’ olierook die er uit die krengen tevoorschijn kwam. Die partijlkameraden in Boedapest en Praag kwamen nogal eens van het platteland. Hun ’intellectuele’ hersenpannetjes waren natuurlijk eenvoudig te brainwashen door de voorgangers van Poetin…..

    Schrijvers, acteurs en anti-communistische intellectuelen in Boedapest vielen voor de Škoda Felicia en sprokkelden – vaak met een groep vrienden – de benodigde Forintjes bij elkaar om een beetje vrijheid te genieten. Als was dat alleen maar mogelijk tijdens een ritje langs het Balatonmeer: met wapperende haren plankgas over de boulevard van het kuuroord Balatonfüred bijvoorbeeld. Daarna moest je weer terug naar het ’grijze muizenbestaan’ van het dorre Bolsjewisme. Hoppa, maak ik daar toch even een onvergeeflijke fout! Intellectuelen zijn natuurlijk altijd anti-commmunistisch. Oef, laat wijlen Jean-Paul Sartre het niet horen. In ieder geval wees Sartre – als oerMarxist – het neerslaan van de Hongaarse opstand  door de Sovjet-Unie wel af…….

    Op grond van de ’polulariteit in verkeerde kringen – volgens de communistische GeStaPo dan – begonnen die Tsjechische kameraden in Praag toch nattigheid te voelen. In 1964 was het alweer over en sluiten voor de stijlvolle cabriolet. Bleef over de Wartburg Cabrio uit de DDR. Wartburg Cabrio? Wat is dat nu weer voor een vlag op een modderschuit? Inderdaad, de laatste versie heeft meer weg van een doosje Pennywafels maar de eerdere ontwerpen hadden wel niveau. Ook allemaal weggebulldozerd door de Belarus tractoren. In het communisme is natuurlijk iedereen gelijk. En arm van geest. Én zonder verbeeldingskracht……

    De auto is een redelijk nauwkeurig equivalent van gotische kathedralen.(Roland Barthes, Frans schrijver, 1915 – 1980)

    Bron: Keek op de week


    26-01-2020 om 13:37 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    25-01-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een van de laatste treinkinderen wordt honderd - Nu helaas overleden

    Augustus 2012: Anna van Rompay-Béber 100 jaar  

    Een van de laatste treinkinderen wordt honderd

    'Vorige week ben ik bij een lezeres in Vlaanderen op bezoek geweest... De dame had speciaal voor mij de avond tevoren nog tot één uur ’s nachts goulashsoep staan koken. Ik moest en zou er tijdens mijn bezoek de volgende dag een glaasje echte Stierenbloed bij drinken. Haar dochter kwam tussen de middag ook meeëten met de Hongaarse maaltijd. Die dochter is 75.'


    Menigmaal heb ik dit na mijn bezoekje in deze woorden verteld. Het duurde altijd even voordat de mensen zich realiseerden wat dat inhield: dan moest die moeder dus nog veel ouder zijn.  Ja, inderdaad, Anna (Anneke) van Rompay-Béber uit het Vlaamse Onze Lieve Vrouwe Waver is, naar ik mag aannemen, onze oudste abonnee. In augustus hoopt ze 100 jaar te worden!  Bij dezen alvast van harte proficiat!! Isten éltesse! (De igen, a jóisten éltette, mégpedig száz évig...)


    Anna en haar dochter Annuska brengen met hun levensloop feitelijk de Hongaarse geschiedenis van de twintigste eeuw in beeld: na de Eerste Wereldoorlog, toen er hongersnood heerste bij de verliezende partij, Oostenrijk-Hongarije, werd er in Nederland en kore tijd later ook in België een grote hulpactie op touw gezet: honderden, zo  niet duizenden Hongaarse kinderen werden op de trein gezet naar onze landen, waar ze een half jaar zouden blijven om aan te sterken.
    Velen zijn echter gebleven, raakten verliefd, verloofd en getrouwd en stichtten hier een gezin.  Maar ook de kinderen die wel teruggingen naar Hongarije, hebben nog lang de band onderhouden met Nederland en België.  Er zijn nog  steeds veel lezers van dit magazine die door de bekende Kindertreinen uit de jaren twintig van de vorige eeuw een band hebben met Hongarije...


    Anna was dus zo’n Hongaars treinkind. In 1924 kwam ze als elfjarig meisje naar België. Ze vond uiteindelijk onderdak bij een intelligente dame van gegoede afkomst. Haar pleegmoeder, wier verloofde in de slag bij Diksmuide was omgekomen, wilde Anna graag langer bij zich houden en verzocht de instanties en haar ouders in Hongarije om toestemming. Vanwege de slechte leefomstandigheden in Hongarije vonden haar ouders dat goed.
    In 1935 trouwde ze met de leraar en heemkundige Jozef van Rompay, wiens naam de gemeente later op een fraai bord heeft laten zetten op de gevel van het woonhuis. Anna kreeg twee dochters, Sárika, genoemd naar haar pleegmoeder Sara van Reeth, en Annuska, genoemd naar grootmoeder Anna in Hongarije. Eind jaren tachtig is haar man Jozef overleden.

    Op haar negenennegentigste woont Anna Béber nog steeds zelfstandig in het huis waar ze als kind terechtkwam. Ze heeft zich haar leven lang geïnteresseerd voor cultuur en was lid van allerlei culturele organisaties.


    Geheel indachtig de vermaning van haar vader bij haar vertrek uit Hongarije Légy mindig kedves és hálás! (Wees altijd aardig en dankbaar) heeft zij altijd met dankbaarheid aanvaard wat haar gegeven werd en heeft zij altijd voor iedereen een aardig woordje klaar. Tot voor kort ging ze nog elke dag naar het naburige bejaardenhuis om daar 'de oudjes' te bezoeken.

    Omdat Anna haar moedertaal nooit is verleerd en altijd Hongaars is blijven spreken (ik spreek aan de telefoon ook voornamelijk Hongaars met haar!), werd ze vaak door mensen gevraagd om te helpen als er ergens een Hongaar in moeilijkheden zat of  - laten we maar
    zeggen – de weg kwijt was. 

    Zo ook in 1956. Na de opstand werd Anna’s talige assistentie menigmaal gevraagd bij de opvang van de Hongaarse vluchtelingen. Alras kwamen er ook diverse Hongaren in huize Van Rompay-Béber over de vloer. Een van hen, de 23-jarige Gyula Bódi, trouwde met dochter Annuska. Daarmee kreeg Anna een sympathieke Hongaarse schoonzoon, die helaas een paar jaar geleden is overleden.

    Vorig jaar zomer was Anna nog even in Budapest.  Ze heeft nog steeds contact met haar tien jaar jongere zus en haar familie en met de familie van haar schoonzoon. Ze wordt door haar dochters regelmatig bezocht, en vrienden en kennissen nemen haar nog vaak mee naar allerlei activiteiten. Anna is blij met alle goede dingen die haar overkomen. Tijdens ons gesprek zegt ze menigmaal: 'ik vraag nooit iets, maar toch krijg ik altijd heel veel.' En daar is ze God heel dankbaar voor. 'Want dankbaarheid is,' zegt ze 'het geheugen van het hart!'

    Edwin van Schie

    Bron: Most Magyarul - Augustus 2012

    25-01-2020 om 09:34 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    01-01-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.We beginnen met POSITIEF Hongaars, Hollands en Vlaams nieuws!

    We beginnen met POSITIEF Hongaars, Hollands en Vlaams nieuws!

    lidl prosecoo

    Gelukkig Nieuwjaar! of BÚÉK! Mijn goede voornemens voor dit nieuwe jaar? Ik beloof plechtig geen vervelende, cynische, satirische en laatdunkende stukjes meer te schrijven over welke burgers, b(h)oeren en buitenlui dan ook. En dit voornemen geldt specifiek voor (inter)nationale politici. U zult zeggen, ’en gij geleuft dat zelf?’ U heeft gelijk,  maar ik waag een poging in mijn eerste bijdrage van dit jaar. Ik wens U veel leesplezier tijdens het meters maken op de loopband in het fitnesscentrum. Want dat jaarabonnement voor de ’sportschool’ heeft U toch al gekocht mag ik aannemen? Ach, moet U maar denken, zo begint het financiële jaar tenminste prettig voor al die spierversterkende ’zweethokjesondernemers’. Na 15 januari zien ze U toch niet meer terug……… Potverdrie, ga ik nu al in de – cynische – fout!

    In Nederland kon het nieuwe jaar niet beter beginnen, je kon door de mist geen hand voor ogen zien. Zelfs de tuin van de buren was in een waas gehuld. Een stuk minder ergernis dus in vergelijking met het vorige jaar. POSITIEF! Zogenaamde vuurwerktegenstanders hadden gisteravond ook genoeg redenen om te gniffelen. Voor een recordbedrag van 77 miljoen Euro ging er ’de lucht in’. Maar ja, die vuurpijlen kwamen terecht in een witte wattendeken, de ’vuurwerkafschieters’ hadden zo maar weinig eer van hun werk. POSITIEF! Ik las in het Algemeen Dagblad dat zogenaamde compounds in 2019 erg ’in trek’ waren. Dit zijn samengestelde boxen met complete vuurwerkshows. Of bedoelen ze daarmee een compound van Nederlandse militairen in het Afghaanse Uruzgan? Da’s toch ongeveer hetzelfde?

    In de Belgische supermarkt Lidl – eigenlijk Duits, maar volgens boze tongen in eigendom van die afschuwelijke Scientology-sekte – verkopen ze tegenwoordig ’katervrije Prosecco’. Aldus de Belgische krant de Standaard. POSITIEF dus! Wat een marketingtruc, ik ben welhaast jaloers. Prosecco is in de meeste gevallen al een veel te duur halfwas bubbeldrankje dat misschien – eventueel – nog van de Proseccodruif wordt gefabriceerd, maar met Italianen weet je het natuurlijk nooit zeker. De katervrije Prosecco bevat geen sulfiet, dus kun je er liters van drinken zonder de volgende dag met barstende koppijn wakker te worden. POSITIEF! Maar in 99 van de 100 gevallen veroorzaakt niet de hoeveelheid sulfiet de ’hangover’, maar de grote hoeveelheid geconsumeerde alcohol, gecombineerd met de slechte kwaliteit van de wijn, In dit geval de Prosecco. 99 van de 100 te koop aangeboden ’Italiaanse bubbeltjesbocht’ is deze kwalificering waardig, dus de kater is sowieso gegarandeerd.

    Zijn alleen de Belgen op deze manier in het ootje genomen? Nee hoor, Lidl is wel slimmer. Ook in de Nederlandse vestigingen is de Proseccovariant te koop. Deze blijkt ook nog de classificatie ’biologisch’ te dragen. Volgens één of andere ’bekwame Jan Doedelexpert’ – ene Richard Bampfield – is de kans op kleine mannetjes die op de eerste januari met grote hamers op je schedeldak beuken een stuk kleiner geworden. POSITIEF! Toch blijft er in mijn hoofd een klein zeurend migrainegevoel hangen: van sulfiet krijg je GEEN kater, behalve als je allergisch voor sulfiet bent. Bovendien is een allergische reactie eigenlijk niet als een kater te betitelen. Hoe dan wel? Als een allergische reactie. Tenslotte is ook de sulfietvrije Prosecco niet echt sulfietvrij. Er zit volgens Lidl ’weinig’ sulfiet in het bubbeltjesdrankje en dat kan ook niet anders: zonder de sulfietzouten wordt de wijn zo mistig als de oudjaarsavond in Nederland, dus onverkoopbaar.

    Zo’n 9 euro dient voor de ’organic Prosecco’ neergeteld te worden! POSITIEF! Voor Lidl en die sluwe Italiaanse wijnboeren natuurlijk. Niet voor de consument die een astronomisch hoog bedrag betaalt voor een flesje bocht met een snedig marketingsprookje. Maar ach, die snobistische ’wijndrinkers’ barsten toch van het geld, wat een fantastisch grachtengordelproduct is dit toch! Dit type volk is in Hongarije nog niet in groten getale mate te vinden. Misschien is het daarom dat ik geen bio Prosecco in de Hongaarse Lidlschappen heb gevonden. POSITIEF! Tja, het is maar hoe je het bekijkt, in ieder geval heeft een meerderheid van de Hongaren op 1 januari last van ’Másnaposság’ (een kater dus). Daar helpt geen fles bio Prosecco tegen. En ook geen lieve moeder……

    Sorry, die Prosecco-migraine blijft maar in m’n hoofd doorzeuren, nog even terug naar Belgenland. Persoonlijke ervaring leert me dat Vlamingen/Walen ietwat meer kijk hebben op culinaire geneugten dan Nederlanders, waaronder het degusteren van wijn. Vlamingen die het bubbeltjesbrouwel consumeren? Van Walen – reservefransen – kan het me al helemaal niet voorstellen. Maar er is nog een overtreffende trap: het grote aatal Italiaanse (immigranten)Belgen en hun kinderen dat voornamelijk in Wallonië woont. Die Rocco Granatafans moeten zich toch een Italiaanse bubbelbreuk lachen om die ’Proseccogekte’. Daarom kom ik op mijn existentiële vraag: hoe is die Belgische bevolking momenteel eigenlijk samengesteld?

    Tenslotte goed nieuws van het Hongaarse geboortefront. Het Hongaarse nieuwsportaal Origo – één op één de nationale ’Orbánbarometer’ – meldt dat er op het Hongaarse ’platteland’ – vidék – twee kinderen zijn geboren! POSITIEF! Maar U en ik zullen waarschijnlijk met de volgende opmerking counteren: ’So what’ ? Nee, nee, het is wel degelijk breaking news, want het betreft twee zuigelingen die vlak na twaalf uur ter wereld zijn gekomen. Het uitsterven van de Hongaarse bevolking dient koste wat kost voorkomen te worden, de Hongaarse regering heeft de gezinspolitiek derhalve hoog op de agenda staan.

    het geboortenieuwsbericht heeft onmiskenbaar de bedoeling Hongaarse vrouwen aan te zetten tot het krijgen van kinderen. Op zichzelf is daar niks mis mee, wat mij betreft zelfs toe te juichen. Jammer voor de Orbánisten is wel dat ze niet konden berichten over een geboorte – zo vlak na middernacht – te Boedapest. Of mogen er in de hoofdstad geen kinderen geboren worden in verband met het risico dat ze later op de oppositie gaan stemmen? Noot: in oktober won de oppositie de gemeentelijke verkiezingen in Boedapest. Ik vermoed echter dat er vlak na 00.00 uur in Boedapest geboorte is gegeven aan menig mensenkindje maar dat de hoofdredactie van ’Orbán Origo’ dit niet relevant achtte om te plaatsen. Leve het platteland, want daar komen de zekere Fideszstemmen vandaan. POSITIEF! Maar niet meer voor iedereen………….

    Als je goede voornemens breekt ben je een zwakkeling, als je er één maakt ben je een idioot. (F.M. Knowles, Canadese schilder 1859 – 1932)

    Bron: Keek op de week.


    01-01-2020 om 19:48 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    31-12-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BÚÉK – Boldog Új Évet Kívánok!

    Aan alle lezers - Minden olvasónak

    Boldog Új Évet kívànok mindenkinek!

    Een vrolijk, gezellig, voorspoedig en gezond 2020!

    foto van Van Cauwenberge Eric. foto van Van Cauwenberge Eric.

    Eric & Roberto


    31-12-2019 om 15:32 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    30-12-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Beste Wensen voor2020! BÚÉK! Maar waar gaan we in het nieuwe jaar naar toe?

    De Beste Wensen! BÚÉK! Maar waar gaan we in het nieuwe jaar naar toe?

    vegter-rolletje-1

    De tijd is gekomen dat we elkaar al het goede wensen voor het jaar 2020. In Nederland/Vlaanderen gaat dat meestal op twee manieren: Gelukkig Nieuwjaar! Of de beste wensen voor het nieuwe jaar! De ’stichtelijken’ onder ons maken daar ook wel ’gezegend nieuwjaar!’ van. Vooral op de ’biblebelt’ of in Spakenburg, of Barneveld, of Katwijk of  – op – Urk. In deze laatste vissersplaats nemen de jongeren er meteen maar een snuifje ’coke’ bij.

    In Hongarije is sinds jaren de afkorting ’BÚÉK’ ingeburgerd. Lekker gemakkelijk bij het sturen van een e-mail, SMS of messengerbericht op Facebook. ’Boldog Új Évet Kívánok’. Letterlijk: ik wens een gelukkig nieuwjaar. Ja, maar wie wens je dan een gelukkig nieuwjaar? De geadresseerde kan dat er zelf bijbedenken. De verzender van de goede wensen ontwijkt hiermee de kwestie of hij/zij de geadresseerde met U of jou wil aanspreken. Bovendien, je hoeft maar 4 letters in te toetsen. Twee vliegen in één klap dus. Wie zei dat de Hongaren geen efficiënte lieden zijn?

    In het nieuwe jaar beginnen we in Nederland bij menig bedrijf of overheidsinstantie met de traditionele ’nieuwjaarsreceptie’. Ik heb er zelf heel wat meegemaakt in de polder. Meestal geen pretje moet ik U zeggen, het is een beetje een verplichte samenkomst gepaard gaand met een opgeblazen gevoel – van de oliebollen! – en een lichte hoofdpijn veroorzaakt door de geconsumeerde alcoholische versnaperingen. Als je pech hebt komt die Jan Doedelchef ook nog aan het woord die – mislukt – enthousiast roept dat ’we er weer tegenaan gaan’ dit jaar. De eventueel geserveerde champagne mag die naam eigenlijk niet dragen: veel te zoete bubbeltjes-spumante …….

    In mijn mistige geheugen gravend kan ik me geen nieuwjaarsreceptie in Hongarije herinneren. Nogmaals: wie zei ook maar weer dat Hongaren niet efficiënt zijn? Een ieder wenst de ander op de werkvloer het beste en zet zich weer zuchtend aan het werk. Of begint met een computerspelletje uit het zicht van de chef. De ongeschreven gewoonte schrijft voor dat het geoorloofd is om de gehele maand januari ’den ander’ een gelukkig nieuwjaar te wensen. Ik heb het na de eerste week van januari maar zelden meegemaakt. Maar ja, dat komt misschien wel door het feit dat ik ’die beste wensen’ zelf al in een koffertje heb opgeborgen.

    ’Waar gaan we in het nieuwe jaar naar toe? Naar het Oosten, naar het Westen of naar de kerk in ’t midden?’ Dit waren de eerste zinnen van een liedje dat de Grote Wim Kan zong tijdens zijn oudejaarsconference van 1973. Misschien had Wim Kan – bij leven – in deze tijd de tekst een beetje aangepast. Bijvoorbeeld door het niet over de ’kerk in ’t midden’ maar over de ’moskee in ’midden’ te reppen. Allitereert ook lekkerder. Maar of het nu ’kerk’ of ’moskee’ was geworden, op de sociale media zouden de meningen wel kenbaar zijn gemaakt. Waarschijnlijk op niet al te genuanceerde wijze…..

    Hoever stond Nederland in 1973 wel niet van de huidige (im)migatie- en integratieproblemen af? Er was nog sprake van een ’zuilenmaatschappij’, de kerken werden nog redelijk bezocht. Er waren in de grote steden wel wat Joegoslavische en Turkse ’gastarbeiders’ waar te nemen, maar dat was het dan. ’Gastarbeider’, interessante uitdrukking, nietwaar? De bedoeling was dat deze mensen weer terug zouden keren naar hun vaderland. Maar ja, die Hollanders/Vlamingen waren toen al te beroerd om hun eigen WC potten te reinigen. En asperge steken was er ook al niet bij. Kreeg je maar hernia van….

    En in Hongarije? Kon men daar op straat gastarbeiders signaleren? Arbeiders natuurlijk wel, dat was eigenlijk iedereen in de visie van de communistische Hongaarse supervisor, Sovjet-Unie genaamd. En iedereen moest natuurlijk ’kameraad’ zijn van elkaar. In het Hongaars: elvtárs. Letterlijk vertaald betekent deze uitdrukking ’beginsel-metgezel’. Maar ja, die beginselen waren zo verrot als oud ijzer en die metgezel was eerder een verklikker van de communistische partij. Gastarbeiders waren er wel degelijk in de ’communistische heilstaten’, ze kwamen meestal uit broederlanden van de Komintern – communistische Internationale – bijvoorbeeld Vietnam. In de jaren 70 bezocht ik Hongarije regelmatig maar een vietnamese loempia heb ik nooit ergens kunnen kopen. Tja, culinaire genoegens waren iets voor de snobistische westerse imperialisten, niet voor de staalarbeiders natuurlijk. En ook niet voor de geknechte ’kameraden’ werkzaam op een kolchoz (collectieve boerderij).

    Er is veel veranderd, Hongaren genieten rond oudjaarsdag van een deftige punch op de nog open zijnde kerstmarkt en bestellen er een hamburger met hertenvlees bij. En Nederlanders? Die smullen op nieuwjaarsdag nog steeds van een ’Vegter’s rolletje’.(zie foto boven) Met verse slagroom uiteraard.

    Op het (jaar)einde zou ik het graag efficiënt en kort willen houden:

    BÚÉK!

    Bron: Keek op de Week


    30-12-2019 om 20:03 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    22-12-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hemelse Zegening - leuke beschouwing over regen in Hongarije - Égi áldás, ofwel hemelse zegening

    Hemelse Zegening

    esõ

    Omdat het Hongaarse klimaat mij nog vreemd is, heeft de regen in Boedapest mij al een aantal keren flink te grazen genomen. Ook bij stralend weer kan de hemel onverwacht openbarsten en als er dan geen metrostation in de buurt is wordt het rennen naar de eerste de beste beschermende boom. Daar zijn er gelukkig genoeg van in deze groene stad. Onder het dichte bladerdek wachten we dan maar gelaten af.

    Bij korte buien zijn deze natuurlijke paraplu’s afdoende maar duurt het langer dan is het voor de mannen, ook als zij zelf kletsnat worden, een onverdeeld genoegen om te blijven staan onder de uitverkoren boom zolang de schuilende vrouwen maar niet wegvluchten.

    De elegante, maar vanwege het landklimaat, schaars geklede Hongaarse vrouw kan nu niet langer haar onderliggende kledinggeheimen verbloemen.

    De oude boom wil niet langer beschermen tegen de alsmaar neerkomende regen; zijn steeds zwaarder wordende takken buigen zich nu begerig naar beneden en druppen de dunne stof van de vrouwen steeds verder bloot tot op de huid.

    Wanhopig wegrennen naar een veiliger plek heeft geen zin meer.

    Zsuzsanna maakt zich meer zorgen om twee jongetjes die ernstig staan te koukleumen in hun dunne T-shirtjes. Zij komen met hun fietsjes van ver buiten de stad en als de bui over is gaan die wel mee naar ons huis voor droge kleding.

    Het metrostation is bij uitstek het beste adres tegen een hoosbui. Bij het kleine station van de gele metrolijn onder het Heldenplein ontstaat  een unieke verbroedering tussen mensen die onder droge omstandigheden geen woord met elkaar zouden wisselen. De schuilers worden aardig voor elkaar en er ontstaat een spraakwaterval van verschillende talen. Jong en oud, bekende of vreemdeling, Boedapest wordt één familie.

    Mensen troosten elkaar, lachen en maken een ieder deelgenoot van besognes.

    De donkere Franse krullebol deelt in het Duits zijn enthousiasme over Ferenc Liszt. Één van de vele mooie Hongaarse meisjes blijkt de kordate gids te zijn van de uitbundige jongens die een vrijgezellenfeest vieren. Een Amerikaanse oudere man praat voluit over een try-out van zijn koor, waar hij nu niet meer bij kan zijn. Maar dit onverwachte oponthoud bevalt hem ook. Een Japans echtpaar wil wel snel verder en zoekt een alternatieve route onder de grond naar hun hotel en vragen om advies. Dan moeten ze wel weer even bovengronds naar de andere kant. Dit zullen ze de volgende keer niet meer doen. Ze staan een minuut later met hun laarsjes vol water op het andere perron beteuterd te kijken naar nog droge volksdansers die wat met elkaar oefenen.

    Dan komt een slimme man, die zijn nationaliteit niet bekend wenst te maken, met  paraplu’s de metro in. Hij wordt niet direct bestormd maar verkoopt er twee. Één aan ons.

    Dit heeft nu weinig zin meer als blijkt dat de aardige Fransman, met de andere paraplu, weer snel terug komt. Niets helpt meer tegen de plensbui boven ons.

    Zo ontstaat er solidariteit in deze schuilkelder die er elders aan de grenzen van het land niet meer mag zijn. Zou één zo’n bui op onze regeringsleiders niet tot dezelfde uitwerking kunnen leiden?

    Als het regenen net zo plotseling weer ophoudt als het begonnen is wordt er even snel gezwaaid en duikt een ieder weer onder in het anonieme stadsrumoer.

    Bijna niets is na een warme nacht overigens troostrijker dan gewekt te worden door het zachte geluid van kaarsrecht vallende regendruppels.

    In Hongarije hebben zij een naam voor deze vaak voorkomende regen,  Égi áldás, ofwel hemelse zegening

    Ook de Hongaarse buien zijn mijn vrienden geworden.

    Bron: Keek op de week

    22-12-2019 om 16:51 geschreven door Eric  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    T -->

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs