Ingrediënten voor 4 personen 1 varkensgebraadje van 1 kg 1 ui 1 wortel 1 takje soepselder 8 plakjes abdijkaas 8 plakjes gekookte ham 2 dl room 150 g gemalen kaas nootmuskaat peper en zout
Bereiding Laat in een pan boter warmen tot hazelnootkleur. Kruid het gebraadje intussen met peper, zout en wat nootmuskaat. Schroei het vlees dicht en doe er de grof gesneden soepgroenten bij. Gaar het vlees verder in een oven op 170°C. Haal het vlees uit de pan en laat het afkoelen tot kamertemperatuur. Zeef het braadvocht en laat het verder inkoken met de room. Doe er, wanneer je de gewenste dikte hebt bereikt, het grootste deel van de gemalen kaas bij. Kruid af met peper en zout. Snijd het vlees in plakjes en stel het gebraad vervolgens weer samen maar steek tussen elk plakje ook een half plakje kaas en ham. Zet de Orloff in een ovenschotel en giet er de kaassaus overheen. Strooi er de rest van de gemalen kaas op en zet in de oven om te gratineren. Serveer met kroketjes en gestoofde spinazie.
Ingrediënten voor 4 personen 1 blik groentemengeling van 400 g (265 g uitgelekt gewicht) 4 eieren 75 ml light room (20 % vet) 75 g geraspte kaas 1 fijngesneden knoflookteentje 1 el maïszetmeel 1 el fijngehakte (diepvries) peterselie zout en peper
Bereiding Meng de eieren met de room en het maïszetmeel. Voeg er de kaas, de peterselie, de knoflook en de uitgelekte groentemengeling aan toe. Breng op smaak met zout en peper. Giet het mengsel in een ingevette cakevorm en bak de bereiding gedurende 25 minuten in de voorverwarmde oven op 200 °C. Controleer met de punt van een mes of het groentebrood voldoende gebakken is (er mag geen deeg meer aan het mes kleven).
Ingrediënten voor 4 personen 1 konijn - in stukken versneden 2 ajuinen 1 stuk prei 1 wortel 1 stuk selder 2 laurierblaadjes 20 g gelatineblaadjes per liter bouillon
Bereiding De stukken konijn in koud, gezouten water aan de kook brengen. Regelmatig de onzuivere schuimvorming afschuimen. Er de laurierblaadjes en versneden soepgroenten aan toe voegen. Verder laten koken gedurende +/- 1u30 min. De konijnenbouillon laten afkoelen. Het konijnenvlees zorgvuldig van de beentjes verwijderen en in een terrine verzamelen. De bouillon zeven en ontvetten. Terug aan de kook brengen. De geweekte gelatineblaadjes in de lauwe bouillon vermengen. De terrine overgieten met de bouillongelei en gedurende 24 uur laten opstijven in de koelkast vooraleer te serveren.