Jef, ik zal je niet snel vergeten. Of liever, ik zal je nooit vergeten. Evenmin als ik Jules Desaever, Staf Snippe en Jean Calcoen zou kunnen vergeten, want jawel, ook zij zijn er niet meer.
Maar jij, jij was de oudste. 96 jaar. En je verhalen kwamen uit een ver vervlogen tijd. Uit de tijd van de koolbranders, uit de tijd dat de briketten en het ijs nog met pêêrd en karre naar de schepen werden gebracht, stel je voor
Je vaarde (voer?) met de visbakken van Crops, maar vooral en liefst met die van de Roo Vloote. Je vaarde (voer?) zelfs een keer naar Labrador. En in de jaren zestig liet ook jij je door de Pemarco overhalen om naar Congo te trekken om er te gaan vissen, samen met een koppage zwarten.
Maar het liefst hoorde ik je de kleine verhalen vertellen. Dat je zo zeeziek was toen je als dertienjarig ventje begon te varen en je daarom samen met je ouders naar t Brèènings kapelletje trok om te gaan lezen en dat het vanaf dan precies lik over was. Dat je een tatoeage liet zetten, in Blackpool, in een zatte bui. Een karwats, omdat ik als jongetje ook graag naar t leger bij t t pêêrdevolk was gegaan. Dat je graag en veel op café ging, die drie dagen dat je thuis was, en dat de serveuzes van t Hazegras je graag zagen komen.
Mij zag je ook graag komen. We hebben veel gebabbeld en gelachen. Het klikte. Ik vind het een eer je te hebben gekend. Elke keer dat ik naar Oostende kom en door de vismijn rijd, zal ik je visscherskop zien en zal ik roepen Hey Jef!
En dan zal ik je stem horen, alsof je er nog was.
Jef Ocket
12/10/14 6/5/11
17-05-2011 om 18:31
geschreven door katrien vervaele 
|