Marokko is te verdelen in vier natuurlijke landschappen.
1. Het Rifgebergte ligt evenwijdig aan de Middellandse-Zeekust en omvat de bergketens vanaf de Monding van de Moulouya tot aan de Straat van Gibraltar. De hoogste top is de Tidirhine (2456 m). Het is weinig toegankelijk bergland met veel erosie. De kust van het noorden van Marokko is rotsachtig.
2. Het Atlasgebergte bestaat uit de Midden-Atlas (de noodwestelijkste keten van de Atlas) en de Hoge Atlas die verbonden is met de zuidelijkste keten, de Anti-Atlas. De Hoge Atlas bestaat voornamelijk uit een serie hoge plateaus (tot 2000 m), die de zuidzijde van de vlakte van de Sous begrenzen en in terrassen naar de wadi`s in het voorland van de woestijn afdalen.
3. De hoogvlakte van Oost-Marokko, een steppe in de regenschaduw van de Atlasketens. Hier ligt het brede dal van de 530 km lange Moulouya, die ontspringt op de Midden-Atlas en uitmondt in de Middellandse Zee. Afdalend van het Atlasgebergte naar het zuidoosten ligt op een hoogte van 1500 à 1600 meter een plateaulandschap, dat door een breuklijn gescheiden wordt van de Sahara. De beweging langs dit breukvlak veroorzaken soms hevige aardbevingen (verwoesting van Agadir in 1960).
4. Het gebied ten noordwesten van de Atlas. Er zijn drie landschapsvormen te onderscheiden, een vruchtbare kustvlakte, meer landinwaarts een droog, steppeachtig, minder vruchtbaar plateau en tenslotte een strook aan de voet van het gebergte. Deze laatste is rijk aan water en vormt een aaneenschakeling van boomgaarden, waarvan de oase van Marrakech het middelpunt vormt.