KUTA
Na een lange vlucht landen we op de luchthaven Denpasar op bali. We verblijven in hotel Patras Bali Resort in het kustplaatsje Kuta. Kuta is de bekenste badplaats van Bali maar sinds de bomaanslag van oktober 2002 waarbij bijna 200 mensen om het leven kwamen is de grote toeristenstroom hier sterk vermindert.
Na het ophalen van de koffers en de douane formaliteiten staat er iemand van Best Tours ons op te wachten om ons naar het hotel te rijden. Amper 5min later zijn we reeds in het hotel. Het Patras Bali Resort is een mooi, verzorgt maar iets verouderd hotel dat vlak naast de luchthaven ligt aan het wondermooie strand van Kuta. Wanneer je aan het strand of zwembad ligt zie je de vliegtuigen landen en opstijgen. We nestelen ons aan het zwembad en genieten van de eerste dag vakantie terwijl Largo zich amuseert met een paar Japanse kinderen.
Door de korte rit van de luchthaven naar het hotel hebben we van het eiland nog niets kunnen bekijken, maar gelukkig heb ik vanuit Belgie, via internet, kennis gemaakt met Mini. Zij is een Balinese die 2 jaar in Nederland gestudeerd heeft en bijna perfect nederlands spreekt. Zij zal ons de komende twee weken rondleiden op Bali samen met Made, onze chauffeur, in een veilige busje voor ons alleen. Morgen komt zij naar het hotel om alles uit te leggen en verder af te spreken.
Bij de eerste avondwandeling door Kuta valt al meten op dat het plaatsje grondig verandert is sinds de bomaanslag. De grote massa toeristen die in alle reisgidsen aangekondigt staan is hier nergens te bekennen. Goed voor ons maar de plaatselijke horeca denkt er wellicht anders over. Bij het betreden van een bar of restaurant wordt je grondig gecontroleerd en je tassen en rugzak worden gescand op inhoud. De veiligheidsmaatregelen zijn hier redelijk streng maar dat is natuurlijk niet verwonderlijk. Verder wordt al snel duidelijk dat Kuta niet echt veel te bieden heeft: winkeltjes, bars, restaurants en pups en dat is het.
NOORD- BALI
Vandaag onze eerste excursie met gids Mini. We gaan de noordkant van het eiland bezoeken.
Eerst is het verkeer nog erg druk in het hectische Kuta maar eens we de bergen zijn ingereden krijgen we de beroemde rijstterrassen te zien en worden de uitzichten alsmaar spectaculairder en mooier. We nemen foto's van de rijstvelden en de Balinese bevolking die dagelijks tot aan de knieen in deze modderpoelen hun rijstvelden bewerken. Voor de toeristen zijn deze terrassen een lust voor het oog maar voor de plaatselijke bevolking is het dagdagelijks hard-labeur!
Rond de middag stoppen we in een hotel aan het strand van Lovina waar we de typisch Balinese gerechten kunnen proeven. Het strand van Lovina staat bekend om zijn pikzwarte zand waarop talrijke vrouwen hun waren willen verkopen.
Daarna rijden we richting de Git-git waterval. Na een korte (pittige) wandeling kom je bij de mooie waterval die goed verborgen ligt tussen de bossen en achter enkele kleinere dorpjes. Ook hier is de plaatselijke bevolking blij om terug toeristen te zien en ook zij proberen een graantje mee te pikken. Een meisje van een jaar of 5 spreekt ons aan in het Engels en verkoopt ons een handgemaakte halsketting.
Na de waterval keren we terug richting hotel via prachtige wegen en stoppen nog bij het Bratanmeer. Het Bratanmeer geeft een mysterieuze inruk omdat er bijna altijd een lichte vorm van nevel boven het water hangt. In het meer vind je de mooie Pura Ulun Danu tempel. Hier is het wel erg druk ook omdat de Balinesen zelf dit als een ontmoetingsplek zien. Na het bezoek aan het meer wandelen we nog over de plaatselijke markt en bekijken de prachtige opgestelde kramen met groenten en fruit.
Onderweg naar het hotel zien we langs de kant van de weg nog vele tientallen aapjes vrij rondlopen. Onze eerste excursie zit erop en het beloofd voor de rest van de reis
OOST-BALI
Na een paar dagen rust (voor Largo blijft het toch lastig om dagelijks vroeg op te staan en uitstappen te doen) gaan we vandaag terug op excursie. Dit keer is de oost-kant van Bali aan de beurt.
Mini komt ons vroeg ophalen in het hotel en we vertrekken richting de Besakih tempel. Deze tempel staat bekend als de moedertempel. De tempel ligt op de flanken van de vulkaan Gunung Agung en is bereikbaar na een lange wandeling bergop. De tempel bestaat uit verschillende bouwwerken (ci 200) en deze zijn verdeeld over 30 complexen. Bij het betreden van de lange steile trap is het verplicht om een sarong te dragen en verder volledig gekleed naar binnen te gaan (geen ontbloot bovenlijf). Bovenaan heb je een prachtig uitzicht op Lombok en Rinjani. Het enorme tempelcomplex is sober en hard vergeleken met de anders tere schoonheid van de andere tempels op Bali maar toch is dit een indrukwekkend complex.
Ons middagmaal gebruiken met zich op de vulkaan en wanneer we vertrekken op weg naar het dorpje Tenganan zien we de voorbereidingen voor de begrafenis van een blijkbaar vooraanstaand Balinees. De voorbereidingen zijn enorm: reusachtige beelden en bouwwerken worden klaargemaakt om de dode te eren. Een gigantische toren staat klaar, prachtig versierd met bloemen en slingers, en Mini verteld dat later het lijk van de dode naarboven zal worden gedragen waarna alle mannen uit het dorp de gigantische constructie buiten het dorp rollen om daarna de volledige toren, inclusief lijk, in brand te steken. Op bali kennen ze geen feestdagen maar elk dorp heeft zijn eigen dagen voor feesten, recepties en ceremonies en ook bij begrafenissen is iedereen aanwezig.
Tenganan is een dorp op Bali dat anders is dan de rest. In Tenganan leeft de bevolking in een soort commune. De dorpelingen handelen volledig zelfstandig en iedereen werkt samen in het dorp. Je betaald een klein bedrag om het dorp binnen te gaan en je komt in een andere wereld. Het lijkt of de tijd hier al een poos stilstaat. De vrouwen zitten buiten en alle mannen zijn samen riet aan het vlechten voor het dak van een van de gebouwen in het dorp. Deze kleine commune en apparte wereld heeft het echter niet gemakkelijk sinds de jeugd buiten het dorp naar school gaat. Je ziet hier weinig of geen jeugd want de meesten komen na hun studies niet terug naar Tenganan maar blijven liever in de vrijere en modernere wereld hierbuiten.
Als afsluiter bezoeken we nog de tempel van Goa Lawah. Dit is één van de 9 heiligste tempels op Bali en is gelegen aan de ingang van een grot waarin duizenden vleermuizen hangen. De stank die deze dieren meebrengen is onbeschrijflijk maar ze bieden ook een fantastisch zicht. De wand van de grot ziet werkelijk zwart van de talrijke dieren die hier hangen. Probeer vroeg in de ochtend of iets later op de avond te komen want anders word je echt wel veel lastig gevallen door de verkopers die je allerhande prullaria willen aansmeren.
Wanneer we door één van de vele kleine dorpjes rijden op weg naar Kuta zien we dat Mini niet heeft overdreven wanneer ze zei dat op Bali altijd wel een feest of ceremonie is. We worden de weg versperd door een stoet prachtige gekleede en opgemaakte mensen die duidelijk in feeststemming zijn. De ceremonie is ter ere van e echtgenote van één van de overleden dorpsleiders. De kranige oude dame word op een stoel rondgedragen door het dorp.
KECAK DANS & ULUWATU TEMPEL
Na een dagje strand en zwembad komt Mini ons rond 17.00u ophalen om naar de beroemde Kecakdansen en de zonsondergang bij de Uluwatu tempel te kijken.
De Uluwatu tempel is ook één van 9 heiligste tempels op Bali en is er eentje waar je als toerist moet opletten! Overal op Bali zie je apen rondlopen maar degene hier aan deze tempel zijn werkelijk brutaal. Alles wat loshangt pikken ze mee: sjaals, zonnebrillen, pet, portefeuilles, camera's,...niets is veilig voor deze snelle dieven. We zien dan ook menig toerist, tevergeefs, achter een aap met een pet of camera aanlopen. De tempel zelf bied een fantastisch uitzicht op de kust en de omliggende zee.
De Kecakdans, ook wel apendans genoemd, is een wonderbaarlijk schouwspel. In deze dans word het verhaal verteld van de ontvoering van Sita, de vrouw van Rama. De dansers herhalen steeds dezelfde woorden en/of geluiden al dan niet op een nader ritme. De intensiteit en de eentonigheid hiervan brengt de dansers in een soort trance zodat ze uiteindelijk op blote voeten in het vuur rondlopen en trappen. Het schouwspel gaat door terwijl achter je de zon ondergaat wat een ongelooflijke sfeer creeert.
Na de dans gaan de meeste toeristen naar Jilmbaranbeach waar je zelf je vis of garnalen kan uitkiezen en op het strand opeten maar na foto's van deze toeristenattractie en het bekijken van het overvolle strand laten we deze uitstap vallen en keren terug naar Kuta waar we eten in het fantastische restaurant de Koffiepot
TANAH LOT TEMPEL
Vanavond bezoeken we de Tanah Lot tempel. De Pura Tanah Lot is een tempel aan de westkust van Bali en ligt boven op een rots in zee. Bij zonsondergang is het zicht hier wondermooi maar je moet er uiteraard de grote stroom toeristen bijnemen. Toch is het een spektakel om vanop een terras de zon te zien ondergaan met deze mooie tempel op de voorgrond.
Bij laag water is de tempel net wel (of net niet) met droge voeten te bereiken. De toegang voor toeristen is echter beperkt tot de eerste 5 meter van het eiland. Op het deel van het eiland dat wel toegankelijk is is een grot met een magische bron. Bij hoog water is de tempel volledig afgesloten door het zeewater.
De Tanah Lot is één van de meest toeristische attracties van Bali en ook één van de 9 heiligste tempels.
BARONGDANS-UBUD & MONKEY FOREST
Vanmorgen gaan we de bekende Indonese Barongdans bekijken. We vertrekken redelijk vroeg omdat Mini erop staat om ons een echte Barongdans te laten zien en niet een toeristen-performance.
Wanneer we rond 9 uur aankomen op de plaats waar de voorstelling zal gegeven worden zijn de dansers en danseressen al volop bezig zich klaar te maken voor de dans. We mogen achterin naar de voorbereidingen gaan kijken en zien hoe elk detail minicieus word aangebracht op het hoofd van de danseressen. Elk pluim of parel word precies aangebracht waardoor de dansers ettelijke uren voor de show reeds beginnen aan hun voorbereiding. Ik verbaas me evenzeer aan het grote gewicht dat de dansers moeten meezeulen die "de draak" spelen in het verhaal.
De Barongdans is een dans waarin de eeuwige strijd tussen goed en kwaad wordt uitgebeeld. De Barong is een in een prachtig versierd kostuum mythologisch fabeldier, dat door twee mannen wordt gedragen en door hen tot leven wordt gebracht. Hij neemt het op tegen de kwaadaardige heks Rangda. Bij de Barongdans, die begeleid wordt door een gamelan-orkest, dragen de spelers kleurrijke maskers, die gesneden zijn uit de pule-boom. De Barong zelf draagt een demonisch masker dat er boosaardig uitziet, maar waarachter een goede geest schuil gaat. Het bijwonen van een Barongdans is een onvergetelijke ervaring en we waren diep onder de indruk van hetgeen ons geboden werd.
Na de mooie dans vertrekken we naar Ubud. Ubud staat op Bali bekend als kunstenaarsdorp en in elke reisgids staat het aangeduid als "niet te missen" maar ik vond er niks aan. sinds de bomlaanslag in Kuta heeft het massatoerisme zich meer en meer verplaatst richting binnenland en die sporen zijn duidelijk zichtbaar in Ubud. Wat vroeger en charmant en rustig dorpje bleek te zijn is nu een toeristenplaats die je kan vergelijke met de kustplaatsen zoals Kuta. Dezelfde winkeltjes, bars en restaurantjes dan diegene die je in de drukke badplaatsen aantreft.
Welk leuk is het apenbos in Ubud. Je betaald inkomgeld, koopt een paar trossen bananen en je wandelt het bos binnen. Bijna onmiddellijk komen de apen je tegemoet. Wanneer je hun de kleine bananen voorhoud duurt het niet lang of ze klimmen zelfs op je! Largo vond dit weer geweldig uiteraard (tot er eentje in zijn nek klom).
Na het apenbos gaan we nog naar een soort dierentuin in Ubud. We zien hier varanen en leguane die je kan aanraken en vastnemen. Slangen en andere reptielen zijn hier overvloedig aanwezig zodat ook dit de moeite waard was.
FIETSEN OP BALI
Hoewel we absoluut niet sportief zijn boeken we toch een "mountain-bike tocht" door landelijk Bali. Dat de organisator ons beloofd dat de toch hoofdzakelijk bergaf gaat speelt natuurlijk mee.
De mensen die deze tocht organiseren komen ons ophalen aan het hotel en brengen ons naar de top van de Batur vulkaan. Daar nemen we de fietsen en vertrekken we op onze tocht.
We vertrekken en inderdaad (geruststelling!!!!) het gaat voornamelijk bergaf. We dachten dat dit een tocht ging worden met allemaal sportieve, jonge mensen maar ons groepje bestaat slecht uit twee gidsen, twee oudere franse heren en wij drietjes! Ideaal!
We passeren het eerste kleine (naamloze) dorpje en rijden met onze fietsen door de lege, soms troosteloze, straten. De jeugd merkt echter al snel dat er toeristen in het dorp zijn en komen massaal kennismaken. De kinderen zijn vriendelijk en lachen constant. Vooral Largo heeft veel bekijks en we doen niets anders dan handjesklappen met deze vrolijke bende. Allemaal nog op de foto en we vertrekken weer. Hoewel er niets speciaals gebeurt is heb ik een geweldig gevoel, ik heb ongelooflijk genoten van het contact met deze kinderen en ben blij eindelijk eens het echte Bali te kunnen zien. Voor mij kan deze dag nu al niet meer stuk! Pittig detail: aan de rand van het dorp zien we in de bomen overal een soort "bollen" hangen. De gidsen vertellen dat wanneer een vrouw in dit dopr bevalt de moederkoek in zo een bol gaat en aan de rand van het dorp in de bomen word gehangen om de boze geesten buiten te houden.
We rijden verder over het platteland en zien de mensen werken op de velden. Bij een houtbewerkers familie worden we uitgenodigt op het erf. We bekijken het eenvoudige erf en mogen binnen in huis een kijkje nemen. Schokkerend! Binnen is het eenvoud troef, een kamer die dienst doet als keuken, zeer vuil want er word op een open vuur gekookt en een bed zijn al wat er binnen te zien is. Een paar schappen met vuile potten en pannen vervolledigt de huisraad. Buiten is er nog een afdak waaronder het bed van de ouders staan. De vrouw is echter zo fier op haar bezittingen en ze is zo vriendelijk dat ik twijfel wie er nu gelukkiger is: zij of wij????
We rijden verder en zien mannen werken aan de wegen en met ongelooflijk zware palen en stokken de stijlste hellingen beklimmen. In één van de andere dorpjes stoppen we en gaan een kijkje nemen in een klaslokaaltje van de plaatselijke school. De kinderen zijn allemaal pikfijn uitgedost en de lerares gaat vriendelijk doch vastberaden verder met haar les.
We eindigen deze fantastische fietstocht met een maaltijd in het olifantenreservaat maar niet de olifanten waren de attractie van de dag. De plaatselijke bevolking en de mensen op het land hebben van deze dag een onvergetelijke ervaring gemaakt.
KUTA WATERPRETPARK
Niks wereldschokkends maar toch leuk voor mensen met kinderen: het waterpretpark in Kuta.
Glijbanen, grote en kleine zwembaden, bubbelbaden speeltuinen, kortom alles om de klein mannen te amuseren. Leuk voor Largo was dat zijn Japans vriendje dat in het begin van de vakantie nog in ons hotel logeerde toevallig ook vandaag in het waterpretpark was.
15-08-2006, 00:00 geschreven door sammy tempels 
|