Fragmenten uit de geschiedenis van de Gentse politie.
07-04-2010
De âMotardsâ
De Motards
De eerste Gillet werd rond 1933 in dienst genomen bij de Gentse Politie.
Op 27.12.1935 verongelukte Robert LANGEROCK op de Vliegtuiglaan te Gent toen hij in een dichte mist tegen een treinstel opbotste.
Robert LANGEROCK,de foto op het bidprentje dateert uit de tijd dat hij nog tot de Cyclisten behoorde.
Foto 1939: De koplichten werden afgeschermd met het oog op de zichtbaarheid vanuit de lucht.
1948
Tijdens de periode na de tweede wereldoorlog werden sommige kunstschatten welke door de bezetter naar Duitsland waren overgebracht teruggegeven aan Gent. Op Belgische bodem werd het transport door de politie begeleid. Rechts op de foto bemerkt men hoofdcommissaris DE WALSCHE (in burger) en met de stofbril op de helm de latere inspecteur Alfons HUYGHE.
Na het beeindigen van WO.II trokken de Amerikaanse troepen zich voor een deel terug naar hun vaderland. Heel wat materiaal werd achtergelaten en te koop gesteld in de zogenaamde Stockyards. De stad Gent profiteerde van de gelegenheid om het voertuigenpark van de politie opnieuw op peil te brengen. Alsus kwamen twee Harley DavidsonsLiberator in handen van het korps. De Motards poseerden fier met de nieuwe aanwinsten.
Wij herkennen Willy SMAELE en Cyriel TANGE.
In de jaren 50 werden vier splinternieuwe F.N.s in gebruik genomen. De toenmalige motorijders mochten zelf hun voertuigen afhalen en poseren hier fier met de aanwinsten. Wij herkennen Cyriel TANGE, Willy SMAELE en Leopold DE BRAECKELEER. (Verdere identificatie is altijd welkom.)
De nieuwe voertuigen waren enerzijds bestemd voor snelle interventies en anderszijds voor het op post brengen van de verkeersagenten en voor patrouilles in afgelegen
gebied
Van links naar rechts: Roger SNOECK, adj.Comm. Fernand DE MEESTER, André MAERREM en André DE SMET. De twee laatstgenoemden Motards
jk-1965 Op de 8° wijk gebeurde het regelmatig dat agenten dienden in te staan voor de ordehandhaving bij militaire schepen die op bezoek waren in de haven.In dit geval zijn het Roger COLMAN, Werner HUYSE en René CLAEYS die instaan voor een dergelijke job.
De Hondenbrigade In 1979, onder impuls van de toenmalige hoofdpolitiecommissaris Karel MORTIER werd opnieuw een hondenbrigade opgericht. Onmiddellijk waren een aantal enthousiaste hondenliefhebbers en kenners bereid om de taak van hondengeleider op zich te nemen. En zij deden veel meer dan dat. Dank zij hun inspanningen was de hondenbrigade in 1980 operationeel. De hondengeleiders werden aangevuld met een inspecteur en een adjunct-politiecommissaris die de leiding op zich namen. Een gloednieuw gebouwtje diende als onderkomen voor de dieren. Nochtans waren de gronden toen al voorbestemd voor de uitbreiding van de haven.
Foto links: Inspecteur Hamelinck en Julien Boxtaele. Foto rechts: Marc Wuytens en Willy De Smet.
De nieuwe hondenbrigade was slechts een relatief kort bestaan gegund. Op papier bestaat ze nog steeds doch in werkelijkheid is ze ingekrompen tot amper twee honden. De reorganisatie van de politie ligt, naast andere factoren, aan de basis van het quasi verdwijnen van de Gentse politiehondendienst. Nadat er in de 80er jaren nog een schijn van opflakkering was haakten een aantal hondengeleiders af. Ook het onderkomen van de hondenbrigade verdween door de uitbreiding van de haven. Als dichtbewoonde stad was het niet evident om een geschikte inplanting te vinden waar de honden ongestoord konden ondergebracht worden. Er werden allerlei tijdelijke noodoplossingen gezocht doch het enthousiasme van de hondengeleiders ende wil om er iets goed van te maken waren verdwenen. Alleen de herinnering blijft in de geest van enkele enthousiaste hondenliefhebbers en mensen die het reilen en zeilen van hun politiekorps nauw aan het hart ligt.
De opening van het nieuwe onderkomen voor de honden in de kennel te Rieme. Zijn te herkennen: Burgemeester De Paepe, Hpc.Mortier, Inspecteur Hamelinck Marc Wuyts, Commissaris Georges De Wolf.
Na een paar jaren schakelde men over op Mechelse herders. Bovenstaande foto toont Freddy Dhont als pakman bij de training van een van de "Mechelaars".
Een ander lid van de hondenbrigade, Willy Suy, besteede vele uren aan de training van de honden.
Een foto uit 1907.Een deel van de hondenbrigade op weg voor een demonstratie.Achteraan rechts brigadier De Meyer die concierge was in de hondenkennel.
Een beeld dat men in Gent niet vlug meer zal terugzien.De hondenbrigade op weg voor een ordedienst in het stadscentrum.Foto uit de zestiger of zeventiger jaren. Wij herkennen inspecteur Hamelinck en adj.Comm.De Mol.
Hoe Gent de bakermat was van het gebruik van politiehonden.
Het idee om honden als politieassistenten te gebruiken werd voor het eerst geopperd door de Oostenrijkse jurist en kynloog Dr.Hans GROSS. In 1896 verscheen van zijn hand in het jaarboek der Oostenrijkse Gendarmerie een pleidooi voor het gebruik van politiehonden onder de titel: Een assistent voor de politie.
In feite was zijn idee niet zo nieuw als het wel leek. Het staat vast dat de nachtwakers in de grote steden op het einde van het Ancien Regime reeds volop gebruik maakten van honden.
Detail uit de Nieuwjaarswens der nachtwakers van Leuven.
Meestal ging het in die tijd om dieren die eigendom waren van de nachtwakers zelf. Die ontvingen dan in sommige gevallen een vergoeding van het stadsbestuur voor onderhoud en voeding van hun dieren. Nog in datzelfde jaar 1896 werd in Duitsland, meer bepaald in Hildesheim, door enkele politiemannen-hondenliefhebbers een experiment opgestart dat inpikte op het artikel van Dr.Gross. Ook hier ging het in feite om een privaat initiatief dat slechts gedoogd werd door de overheid die verder evenwel met de organisatie ervan niets te zien had. In de daaropvolgende jaren was het vooral de politiechef van Berlijn, Robert Gerlach, die in Duitsland de grote promotor was van de hondenbrigades. En met succes, want de geschiedenis leert ons dat er in 1909 niet minder dan 500 politiediensten waren in Duitsland welke van politiehonden gebruik maakten.
Op dat ogenblik was er ook in België belangstelling, zowel van wetenschappelijk geschoolde- als van liefhebbers kynologen. Wij beschikten immers om uitstekende werk- en rashonden. Wat evenwel de raskenmerken betrof stond men nog nergens. Met de doorbraak van de wetenschappelijk opgevatte kynologie werden de soorten bestendig veredeld en werden de raskenmerken steeds scherper gesteld. Daarbij kwam dat de tot dan toe populairste herdershond, de Duitse, door ondeskundige kweekmethodes endoor inteelt zodanig in verval was geraakt dat de vraag ernaar sterk was afgenomen, in het voordeel van Franse en Belgische honden.
Het is duidelijk dat er in de aanvang nog maar weinig sprake was van raskenmerken. De aandacht ging toen nog voornamelijk naar de bruikbaarheid als politiehond bij de aanschaf van de dieren.
Een van die belangstellende liefhebbers was de Gentse hoofdpolitiecommissaris Ernest VAN WESEMAEL. Gent was toentertijd een moeilijk te bewaken stad.
170.000 inwoners waren verspreid over 2659 hectaren. Waterlopen en bruggen overheersten het stadsbeeld en vormden allerlei kleine en grotere eilanden. Daarbij kwam de drukke scheepvaart met wekelijkse verbindingen naar Londen, Hull, Leith, Liverpool, Manchester, Newcastle en Galveston. De schepen lieten allerlei onguur volk en beachcombers achter. Daarnaast oefenden hun ladingen een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit op degenen die graag snel verdienden zonder al te veel inspanningen. De havenaccommodatie had geen gelijke tred gehouden met de snel aangroeiende scheepvaart en de ladingen werden veelal open en bloot op de kaden opgeslagen. In het najaar van 1898 kwam VAN WESEMAEL dan ook tot de vaststelling dat zijn 111 man sterke nachtpolitie niet langer volstond om op een efficiënte manier voor de veiligheid in te staat. Hij had berekend dat hij minstens 12 man meer nodig had. Hij richtte in die zin een verzoek tot het stadsbestuur dat om budgettaire redenen niet inging op zijn verzoek. Hierop richtte VAN WESEMAEL zich opnieuw tot de vroede vaderen in bewoordingen die erop neerkwamen dat hij zonder veel omhaal zegde: Als ge mij geen mensen kunt geven, geef mij dan honden
Aanvankelijk werd zijn voorstel niet op eenparig gejuich onthaald. Uiteindelijk kreeg hij toch de zegen en mocht a titre dessai drie honden opleiden voor het politiewerk. Het experiment slaagde zo voortreffelijk dat er tegen het eindevan hetzelfde jaar 10 honden in dienst waren. De behaalde resultaten waren van dien aard dat de pers niet onverschillig kon blijven. En niet enkel de lokale Vlaamse pers berichtte over de viervoetige hulpagenten. Ook de Belgische Franstalige pers wierp zich op het onderwerp. Blijkbaar werden deze kranten ook in Frankrijk gelezen. Een eerste verzoek om inlichtingen kwam van de secretarisvan de Parijse hoofdcommissaris. Als spoedig gevolgd door andere politieverantwoordelijken. Het uiteindelijk resultaat was dat er tegen 1907 al 14 hondenbrigades bestonden in Frankrijk met in totaal 61 honden.
Rechts een "Pinne" rond 1900,klaar voor het aanvangen van de dienst. Links, foto rond 1907;hond en hondegeleider in volle uitusting.
Ook in eigen land was men niet stil blijven zitten. Tot de eerste gemeenten die Gent navolgden behoorden Sint-Gillis, Schaarbeek en Leuven maar tegen 1909 waren er in België 30 gemeenten die over een hondenbrigade beschikten.
Vanaf dan maakte het gebruik van politiehonden een hoge vlucht en raakte verspreid over de hele wereld. VAN WESEMAEL deed op een gegeven ogenblik zijn beklag dat hij het verspreiden van inlichtingen met moeite kon bijhouden. En de honden raakten vermoeid omdat zij, naast hun nachtwerk, overdag bijna dagelijks demonstraties van hun kunnen dienden te geven.
Die hoogconjunctuur van de Gentse Dienst der Politiehonden ging teloor bij het uitbreken van de eerste wereldoorlog. De bezetters legden de hand op de Gentse honden en maakten er gegeerde frontsoldaten van, terwijl de mooiste exemplaren als gezelschapsdier voor de officieren moesten dienen.
Na het einde van de oorlog kwam de herstart maar moeilijk van de grond, de korpsleiding had tal van problemen op te lossen en de belangstelling voor politiehonden kwam op een laag pitje te staan. De nachtpolitie in zijn vroegere vorm werd afgeschaft. Desondanks waren er toch nog enkele honden in dienst. Uiteindelijk, toen de motorisatie van het korps de volle aandacht van de korpsleiding opeiste, verdween de hondenbrigade voor lange tijd volledig uit het korps.
De eerste hondengeleiders en hun dieren poseerden hier fier op de binnenkoer van de kennel. Uiterst rechts de concierge,politiebrigadier DE MEYER. In het midden van de groep zijn echtgenote die zorgde voor voeding en verzorging van de honden.
Deze toestand duurde tot 1979, toen onder het gezag van Hoofdcommissaris Karel MORTIER, opnieuw de hondenbrigade werd opgestart. Oorspronkelijk met uitsluitend Duitse herders, maar na verloop van tijd werd ook hier ingezien dat producten van eigen bodem zonder schroom de vergelijking konden doorstaan en minsten even goede, zelfs betere politiehonden opleverden.
De reorganisatie van de politiediensten bracht met zich mee dat de diverse plaatselijke hondenbrigades werden opgeheven om plaats en middelen te bieden aan een federale eenheid. Hiermede was Gent opnieuw en waarschijnlijk voor altijd zijn hondenbrigade, die eens de trots van het Gentse politiekorps was, kwijt. In een volgende aflevering brengen wij nog wetenswaardigheden over de laatste hondenbrigade.
Ook in politiemiddens is een lach nooit ver weg. Soms wrang, soms groen, soms een bulderlach, soms een glimlach, maar er zijn duizenden situaties die een minder ernstige houding verrechtvaardigen. In 1976 was het opheffen van de 8°politiewijk voor het personeel aldaar de aanleiding om op een folkloristisch-komische wijze afscheid te nemen van de bevolking. Zij deden het door het vertspreiden van een overlijdensbericht dat nota bene ook in de kranten verscheen.
Bij de fusie der gemeenten in 1977 kwam onder andere het politiekorps van Sint Amandsberg onder de vleugels van de korpsleiding van Gent. Ook hier werd een ludiek overlijdensbericht opgesteld dat enkel onder het politiepersoneel van de ter ziele gaande gemeente werd verspreid. Wij beleven nog steeds genoegen aan de manier waarop wij het hebben opgesteld.
Ten behoeve van de duidelijkheid laten wij hier een reproductie volgen:
Dura Lex
Sed Lex
Het heeft de heer Karel MORTIER, Commissarus principalis van de Citus Novam Gandavum behaagd tot zich op te nemen:
Na een slepende ziekte die aanving op 1 januari 1977 overleden aan de gevolgen van de LEX FUSICUM (Vulgus DE FUSIEPLAAG)
Het Politiekorps van Sint Amandsberg
Geboren in de 19°Eeuw
De wil van de H.MICHEL geschiedde.
Dit melden U met diepe droefheid zij die blijven en zij die gaan.
De plechtige klaagzangen worden gezongen op 26 maart 1977 om 20.00 uur in de Parochiale Kring Oude Bareel.. De blaaskapel van de EE.PP.Trapisten zal de plechtigheid opluisteren.
Gebed.
Er werd veel gewerkt bij ons,
Wij nemen onze officieren tot getuige.
Nu krijgen velen de bons
En moeten voor de fusie buigen.
Wij zullen trachten ons leed moedige te dragen
En in de toekomst het grote korps van Gent helpen schragen.
Ook al zullen wij daarvan niet sterven,
Toch zullen wij de sfeer en sommige vrienden moeten derven.
Zo is het leven nu eenmaal:
Niets blijft er duren,maar er is ook niets fataal.
(100 dagen afgang en de zegen van vader abt der trappisten)
De definitieve teraardebestelling heeft plaats op 1.4.1977.
Noch bloemen,noch kronen, noch tranen, maar bierkaartjes..
Een andere, vroeger zelfstandige, gemeente welke thans tot de stad Gent behoort is Wondelgem. Sinds 10.1.1946 was Denis VAN STEENBERGE er politiecommissaris. Hij was afkomstig van Sint Lievens-Esse waar hij op 14.5.1908 geboren was. Hij was een verwoed duivenmelker en kwatongen beweerden wel eens dat zijn hobby in sommige gevallen voorrang kreeg op zijn verplichtingen als politiechef. Wij laten die beweringen voor wat ze waard zijn.
Denis VAN STEENBERGE Bij zijn benoeming als PC.in 1946
Dezelfde in de jaren '50.
In 1971 werd de fakkel overgegeven aan Georges STEYAERT.Sinds 1954 was deze politieagent in Gent. Nadat hij de politieschool op de Drongensesteernweg doorlopen had kwam hij achtereenvolgens terecht op de 2° en op de 12°wijk. Hij volgde met succes de provinciale school voor politieoffricieren en de leergang criminologie. In '71 werd hij dan aangesteld als politiecommissaris te Wondelgem. Na de fusie der gemeenten werd hij in zijn ambt bevestigd en hij bleef politiecommissaris in Wondelgem tot aan zijn pensionering op 1.12.1994.
G.Steyaert bij zijn indiensttreding bij de Gentse politie in 1954 (Links) Bij de overname van het ambt in Wondelgem.(midden) en als politiecommissaris (rechts)
Toen Georges Steyaert het commissariaat in Wondelgem overnam telde het korps zeven politieagenten en twee veldwachters. De samenwerking met deze laatsten liep soms nogal stroef. Na korte tijd waren de plooien evenwel gladgestreken. Eén van die veldwachters was "Juulken". Wij,destijds politieagenten te Sint Amandsberg,kenden Juulken. Het was namelijk zo dat wij de de jaren'50-60 nog naar de politierechtbank in Evergem dienden te gaan als er een zaak voorkwam waarin wij betrokken waren en dienden te getuigen. Wij deden die verplaatsing meestal per fiets. Bij de terugkeer van Evergem ontmoetten wij in Wondelgem meestal Juulken. 't Was alsof hij onze komst geroken had. Er werd dan doorgaans samen met hem een pintje gedronken. Soms wel eens meer dan eentje. In die tijd was het "gaan getuigen" voor ons een uitstapje.
Jules Willemyns, veldwachter;maar ook een stukje folklore.
Identificatie gevraagd. Op onderstaande foto herkennen wij onder andere Roger Vercammen,Rik Rogiers ,Callemeyn en André Bontinck. Klaarblijkelijk is de foto genomen in het havengebied. Meer weet ik er niet over. Ik zou iedereen erkentelijk zijn die mij één of meer stappen verder helpt. Ter welker gelegenheid werd de foto genomen en wie is er nog meer te herkennen ?
Onder de korpsleiding van HPC.Karel Mortier werd in de schoot van het Gentse politiekorps het "Sociaal Fonds" , kortweg SOFO genoemd, opgericht. Ik had de opdracht en het genoegen om vanaf 1980 de dagelijks leiding op mij te nemen. De voorzitter van het Sofo was de heer Hoofdcommissaris, de secretaris was de dienstchef Personeelszaken. Tot de opdrachten van het Sofo behoorden een aantal tussenkomsten van Sociale aard . Zo o.a.: -Het aanschaffen en bezorgen van bloemen bij het overlijden van een personeelslid. -Het aanschaffen en bezorgen van een fruitmand aan landurig zieke personeelsleden. -Het bevoorraden der verschillende kantines. -Het openhouden der centrale kantine in het bestendig bueeau. -Het bezorgen van koffie en mondvoorraad aan de personeelleden die betrokken waren in langdurige opdrachten. -Het verzorgen van recepties die door het korps dienden ingericht te worden. -Het bezorgen van een geschenk aan de oprustgestelden. -Het organiseren van de jaarlijkse nieuwjaarsreceptie. -De viering van de in het voorbije jaar op rust gestelde peroneelsleden.
Foto 1982- Toespraak door de heer Hoofdcommissaris tot de in het voorbije jaar gepensioneerde politiebeambten. Wij herkennen verder de politiecommissarissen Robert Van De Voorde en Schollaert, evenals ikzelf.
Foto 1987 : Intussen was de viering der gepensioneerden een traditie geworden. De in het voorgaande jaar gepensioneerde personeelsleden van politie Gent werden gevierd in het dienstencentrum Gentbrugge. Van de gelegenheid werd gebruik gemaakt om een groepsfoto te maken in gezelschap van de Hoofdpolitiecommissaris K.Mortier.
Zijn te herkennen van L.naar R.: Robert De Roover, Roger Guilliaums, Hugo Desruelles, Basiel Laureyssens, Gilbert Carton, HPC.Karel Mortier, Julien Callemeyn, De Smet, Noël Ricart, André Buysse, André d'Hertoghe, Georges Dobbelaere en Gustaaf Van Heddeghem.
Foto 1988- De in 1987 op rust gestelde personeelsleden in gezelschap van de hoofdpolitiecommissaris- Van L.naar R.:Brig.Maurice De Meyer, adj.Pc. Lucien Vervondel, Gilbert Detienne (Goupietje), brig.Arseen Deschrijver, Inspecteur Jacque Meersman, brig.Roger De Munter, Hpc.Karel Mortier, brig.Willy Audenaert, Insp.Marcel Maes, adj.Pc; Oswald Kielemoes, Insp.Jacques Van Helsuwe, Insp.André De Cock, Hoofdinspecteur André De Wolf, Georges Van Buckhave, Hoofdinsp.Julien Ryckaert, Hoofdinsp.Cyriel Van Hyfte, Brig.Paul Zwaenepoel.
Nog 1988-Personeel en commissieleden van het sofo poseren samen met de dames gelegenheidsmedewerksters van het schoonmaakpersoneel. Wij herkennen van L.naar R. Albert De Buck,Walter Vos,ikzelf,Mr.De Caster(destijds dienstchef personeelszaken)Lucien Vermaele,en uiterst rechts Roger De Decker. De dames zijn gelegenheidsmedewersters van het schoonmaakpersoneel.
Ter dezer gelegenheid werd ook een bloemenhulde gebracht op het hoofdbureaau bij de gedenkplaat der in 40-45 overleden politieagenten. Het voltallige bestuur van het NSBP. en Hoofdcommissaris K.Mortier gingen samen op de foto.
In het ICC. te Gent werd ter dezer gelegenheid ook een tentoonstelling geopend onder de naam "Infopol". Verschillende fabrikanten en leveranciers van politiemateriaal en -uitrusting namen hieraan deel. Ikzelf,als toenmalig voorziter van de Oostvlaamse Politieverbroedering,mocht de aanwezigen welkom heten.
De Gentse Hoofdpolitiecommissaris opende de tentoonstelling.
Samen met Julien Rassouw, vaandrig van onze vereniging,tevreden kijkend naar het gepresteerde werk.
Op initiatief van de "Politieverbroedering" werd op het hoofdbureau een gedenkplaat ingehuldigd ter nagedachtenis van de in de 2°Wereldoorlog omgekomen politiebeambten.
Politiecommissaris Van De Vijvere verwelkomt de aanwezigen en dankt degenen die financieel bijdroegen.
Inspecteur Felix Van Wilder tijdens de naamafroeping der overleden personeelsleden. Uiterst rechts op de foto adjunct Politiecommissaris Arthur Lamon.
Ook de Gentse randgemeenten waren vertegenwoordigd op de plechtigheid.
Op de rechtse foto, uiterst links,commissaris Temmerman van Gentbrugge.Op de linkse foto een groep politieofficieren. Zijn te herkennen.: In burger Comm.Henderickx, op de tweede rij Adj.Pc.Van Hoecke waarnemend korpschef Sint-Amandsberg (Den board), Commissaris Temmerman van Gentbrugge, Commissaris Beyls van Ledeberg en commissaris Lefebvre van Gent.
Weergave van de gedenkplaat.
De zes oorlogsslachtoffers welke, naast Jef LOUBRIS, op de gedenkplaat vereeuwigd zijn. Van links naar rechts: Ernest Wellens, Oscar Verdickt, Antoine Balot, Robert Vander Steichel, August De Vos en Aloïs Vereecke.
In 1983 bracht Kimball Vickery, politiechef in Mount Angel, Oregon een bezoek aan de stad Gent. Als fervent hondenliefhebber wilde hij de Gentse politiehonden aan het werk zien. Samen met rijkswachter Eric Verwilst deden wij het nodige om dat verzoek in te willigen. Bijgaande foto's zijn daarvan de souvenirs.
Van L.naar R.: Eric Verilst, Kimball Vickery, ikzelf en Kenny, het zoontje van Kimball.
Inspecteur Hondengeleider Marc Wuytens (+ 15.9.1985) met E.Verwilst en Kimball Vickery.
Een paar fotos van een der oudste sportverenigingen in de schoot der Gentse politie mogen zeker niet ontbreken in deze blog.
Foto 1976- Zittend van L.naar R.: Marc Huylebroeck,Wilfried Packet, Jacky Van De Walle, Hubert Verlaecken, Willy Boone. Staande van L.naar R.: Maurice De Meyer, Jacky Van De Kauter, Albert De Keyzer, Walter Bartholomeus, Paul Van De Vijver, Roger De Smet, Roger Satijn.
Foto Januari 1979 : Zittend van L.naar R.: Willy De Smet, Hubert Verlaecken, Jacky Van De Walle, Jacques Van Damme, Peter De Maer. Staande van L.naar R.: Yvan Vandenberghe, Albert De Keyzer, Norbert Lisarde, Patrick Bral, Edwin Veermeer, Paul Hebberecht, Guido Huylebroeck.
Foto September 1980 : Zittend van L.naar R.: Patrick Bral, Hubert Berlaecken, Wily De Smet, Roland Goethuys, Marc Corijn. Staande van L.naar R.: Albert De Keyzer, Yvan Vandenberghe, Guido Huylebroeck, Paul Hebberecht, Jacky Van De Walle, Edwin Veermeer.
Het
bijna voltallige politiekorps van Sint-Amandsberg in de jaren 1949-50 (?).
Wij
herkennen:
Zittend:
Karel Van Den Broecke- Inspecteur Gerulphus Naudts- Commissaris Roger De
Caestecker- Burgemeester Haemers- Commissariaat Secretaris Honoré (Frans) Van
Poecke later adj.-commissaris)- Inspecteur Cesar De Coster- Brigadier Achiel
Bekaert- Brigadier Carolus Verwilgen-.
Staande:
Florimond De Koning- Marcel Van Verdegem- Jozef De Graeve- Armand Dhauwe (later
Inspecteur)- Albert Clauwaert (later Politiecommissaris)- Pascal Terneus- Emiel
Smeets- Carolus Crommelinck (later Inspecteur)- Theophiel Meerschaut- Robert
Hendrickx (later commissariaatsecretaris)- René David- Georges Colle- Maurice
Rogiest- Raymond Clauwaert- Maurice Elderwweirt- Robert De Brabandt (later
Inspecteur)- Albert De Waele- Jozef Lombaert-Jozef Waeytens.
Albert De Waele en Raymond Clauwaert slaan een praatje.
Jozef De Graeve poseert bij de gloednieuwe combi.
Albert Clauwaert en Armand Dhauwe
Albert De Waele en Raymond Clauwaert op de motor met sidecar.
In 1904 legden de Gentse dokwerkers het werk neer. Deze staking duurde zo lang dat het havenbestuur zich genoodzaakt zag om buitenlandse havenarbeiders te ronselen om in Gent de noodzakelijk beschouwde lossingwerken te komen uitvoeren. Vooral Duitse dokwerkers gingen in op dit verzoek. Het spreekt voor zich dat deze "Ratten" door hun Gentse collegas niet met open armen werden ontvangen. Politiebescherming was dan ook geen overbodige luxe.
Bovenstaande prentkaart mag beschouwd worden als een uniek tijdsdocument.
Vanaf de invoering van fietsen bij de Gentse politie voelden de agenten wielrijders zich een bevoorrechte klasse. Getuige daarvan een anekdote die mij voor waarheid werd verteld :
Bij een slager op de wijk Meulestede komt de echtgenote van een politieman haar inkopen doen. Zoals gebruikelijk bij sommige slagers wordt er een praatje gemaakt. Op dat ogenblik komt er een tweede dame de winkel binnen en de slager zegt kijk,kijk,madam es uuk getrèwd mee nen azent. Waarop deze laatste in alles ernst invalt met de woorden joamoar, Leon, mijne man ès giene geweunen azent zulle, mijne man ès cyclist bij de poliese
Agent wielrijder De Bonte. Later Inspecteur.
Amand De Longie. Later Politiecommissaris 12°wijk.
In de jaren '50 werden voor het eerst draagbare radios in gebruik genomen. Het waren omslachtige en zware toestellen die in feite meer last dan gemak betekenden voor de gebruikers
Ter gelegenheid van het congres van het Nationaal Syndikaat der Belgische Politie in 1936 werd de optocht geopend door de "Cyclisten"
In de jaren'50, toen het grondgebied van de stad zich uitbreidde totde grens met Zelzate en Nederland werden ten behoeve van de grotere verplaatsingen een vijftal "Mobilettes" in dienst genomen. Als tweede van links,zittend op de "brommer" herkennen wij Etienne Van Bever, die later nog hoofdcommissaris zou worden.
Overleden in het concentratiekamp van Esterwegen in Duitsland einde januari of begin februari 1944.
Hij was de zoon van een andere legendarische politieman, Emile LOUBRIS die mede aan de wieg stond van het Nationaal Syndicaat van de Belgische Politie (N.S.B.P.) dat toen nog Bond der onderhorige politiebeambten noemde omdat Syndicaat nog een verboden vereniging was voor politiebeambten.
In 1940 had te Gent een betoging plaats van de adepten der Nieuwe Orde. Een aantal patriottische verenigingen en studenten organiseerden prompt een tegenbetoging. Er werd fel gevochten tussen de Nieuwe Ordelingen en de patriotten. De aanwezige politiemannen hielden zich afzijdig en telkens een man van de Nieuwe orde een rammeling kreeg keken zij meestal de andere kant op. Deze houding was het collaborerende stadsbestuur niet ontgaan en er vielen enige schorsingen. Enkele politieagenten kwamen zonder inkomen te zitten. Jef LOUBRIS die op dat ogenblik voorzitter was van de Politieverbroedering, de Gentse afdeling van het N.S.B.P., richtte prompt een steuncomité op dat wekelijks zorgde voor het hoogstnodige geld in de getroffen gezinnen. Een en ander moest uiteraard in het geheim gebeuren. Hij werd hierin dan ook bijgestaan door de getrouwen uit zijn bestuur van de Verbroedering die zorgden voor het ronselen van fondsen en de uitbetaling.
Maar dit was zeker niet de enige daad van verzet van Jef. Als lid van het Geheim leger, cel Socrates en van de Inlichtingen en Actiedienst kon een aanhouding niet uitblijven. In 1943 was het zover. Jef LOUBRIS werd door de Gestapo overgebracht naar verschillende gevangenissen om uiteindelijk te belanden in het concentratiekamp vanEsterwegen waar hij begin 1944 overleed tengevolge van de martelingen en ontbering die hij doorstaan had.
Foto uit 1936 waarop Jef LOUBRIS met zijn volledig bestuur van de Verbroedering.