Seizoen 2010: Roborst, zondag 19 september, WAOD â reeks F1, eerste overwinning.
Het is zondagmorgen, mijn gemoed wordtgekweld door een resem negatieve gedachten en gevoelens. Ik zie het niet goed zitten me straks te pijnigen in die lastige koers in het heuvelachtige Roborst, een stil dorpje in de Vlaamse Ardennen. Gisteren al 150 km met het Team Tiense Trappers gefietst, wat niet de conventionele voorbereiding is daags vòòr een wedstrijd. Bovendien ben ik vandaag verplicht in Boom te koersen, voor mijn sponsor, Cibel-Cebon (appelsientjes en hard fruit). Eerder heb ik in Roborst al een vijfde, tweede en zelfs een overwinning behaald, zodat ik al te goed besef dat de pittige omloop in dat mysterieus dorpjeweggelegd is voor het type renner dat ik ben.
De aantrekkingskracht van het schilderachtig plaatsje in deZwalmstreek leidt tot dat buikgevoel waaraan ik me opgelucht overgeef en naar mijn Roborst vertrek, vergezeld van Françoise en marraine. Samen zouden we, na de koers, verder reizen naar Wenduine aan Zee.
Aangekomen, valt het typisch glooiend landschap direct op. Er ontbreken enkele seingevers zodat de omloop dient ingekort. Bijgevolg zullen de renners het steile gedeelte van de omloop een paar keer meer moeten trotseren. Wegens te weinig deelnemers, rijden de reeksen E, E+, F1 en F2 in één koers. Aldus wordt de reeds zware wedstrijd, gezien de aanwezigheid van de sterkere jongere E-reeks, nog een stuk lastiger.
Inderdaad, de ontstuimige E-renners geven direct de toon aan. Zonder echt grote inspanningen te leveren, schuif ik attentvol mee. Ik zorg dat ik steeds in de voorste gelederen koers zodat ik er elke actie nauwkeurig kan inschatten. Bij elke beklimming trap ik soepel mee. Behoudens Jef Deneef, Belgisch Kampioen, zie ik geen enkele F1-renner in mijn omgeving. Heb behoefte noch tijd om achter mij te kijken en concentreer me ten volle op de koers en de te leveren inspanningen tijdens de beklimmingen. E-renners, Jos Devidts en Willy Van Herreweghe (zoon van wijlen mintjens Françine Chevalier) maken een verschil. Zij blijven een ronde vooruit, maar worden terug ingelopen. Op dat ogenblik versnelt Jef Deneef. Enkele E-renners, Daniël hautekete (F2) en ikzelf kunnen zich in zijn wiel vastklampen. Het gaat bergop en de grote groep scheurt af. We zijn weg. Nog een paar ronden. Jef blijft aan de kop sleuren. Je ziet nauwelijks aan hem dat hij grote inspanningen levert. Nu nemen de E-renners over, waardoor onze vlucht verzegeld wordt. Even later ontsnappen enkele E-renners uit de kopgroep. We laten ze gaan omdat ze tot een andere reeks behoren. Jef komt terug aan de kop en geeft er een lap op zoals hij zelf dikwijls zegt. Daniël en ik kunnen zijn tempo houden, maar voorlopig niet overnemen. Daniël Hautekete komt sterk aan de kop, ik volg in zijn wiel en neem nadien over, evenwel niet zo krachtig.
In de slotklim geeft Jef een teken dat ik moet aanvallen. Met Daniël Hautekete in mijn wiel rijd ik naar de eindmeet, armen in de lucht, als gebaar van mijn eerste overwinning 2010. Daniël wint bij de reeks F2 en ik bij de reeks F1. Na de koers ga ik Jef bedanken en doe geen moeite om mijn tranen te bedwingen
In het sprookjesachtige Roborst, deelgemeente Zwalm, hart van de Vlaamse Ardennen, heeft zich, na 29 juni, voor de tweede maal dit seizoen, een hels strijdtoneel afgespeeld op de iets gewijzigde, nog steeds lastige omloop van 5 km, waarvan de ene helft bergop en de andere helft bergaf.
Al van in het begin woekeren de meest begenadigden, Jef Deneef en Jos Vermeylen, zodanig met hun krachten dat het peleton breekt en er een kopgroep overblijft van zeven man. Even uithijgen alvorens te kunnen overnemen. Het is al vlug duidelijk dat er slechts vier van de zeven rennersregelmatig kunnen overnemen aan de kop. Na één ronde moet François Coppens lossen. Na even zwakjes aan de kop te komen en verschillende beurten over te slaan, moet Louis Moens er ook af. Er resten nog vijf renners aan de leiding. Helmuth Tas krijgt het temoeilijk, kiest voor aanklampen in laatste positie en zal (sportief) verzaken aan de sprint. Ondanks veelwinnaar, is den Tas, klaarblijkelijk, niet in zijn sas op dergelijk parcours. Al bij al, na deze zifting, blijven we nog met vier ronddraaien. Evenwel vlotter dan met zeven, daar elkeen evenveel meewerkt. De strijd gestreden, de koers gemaakt, blijft de afwerking. In het vlak gedeelte van de laatste ronde, voel ik in mijn rechterbil, een duwtje van de vingertoppen van Jef Deneef. Ik schiet vooruit tegen de harde wind, voel nauwelijks snelheid, fiets niettemin door, zonder omkijken. Op het einde van de vlakke strook, in de bocht naar de 300 m lange bergop naar de eindmeet, zie ik de vier op een behoorlijke afstand. Moet aan de beklimming beginnen met het beste er af. Arré, ge zèt er benna, moedigen mensen langs de kant me aan. Sta recht op de pedalen, armen, benen, trekken, duwen. De laatste steile meters, nog wat adrenaline en mag het zo begeerde overwinningsgebaar voor deze koers in Roborst maken.
Seizoen 2009: Ertvelde-Rieme, za 19 september, WAOD â cat F1 â 17° plaats
In het zonovergoten Rieme, gehucht van Ertvelde, deelgemeente van Evergem, mogen de 17 F1-renners nà het E-peleton vertrekken voor 15 ronden over een platte omloop met slechts vier bochten. Het tempo ligt zò laag dat de speeker ons, in naam van de politie, waarschuwt de koers stop te zetten als de achterstand op de Ees te groot wordt. De ene aanval volgt nu de andere op. Er ontstaan enkele barsten maar echt scheuren doet het niet. In de laatste ronde, terwijl ik nog aan het herstellen ben van een zwaar geleverd offensief, gaat Tas, onmiddellijk gevolgd door Boulard. Iedereen "kijkt" naar Karel Andries en er gebeurd niets. De twee zijn weg. De laatste km, met het oog op de derde plaats, rijd ik nog naar een vluchter, ga er over en val stil op 200 m van de meet. De aanstormende meute steekt me voorbij en ik eindig laatste van de wedstrijd. "Er is niets onherstelbaars gebeurd", filosofeert Françoise. "Morgen terug koers", zegt de vrouw van een Cibelploegmaat. Toch had ik, ondanks ik nog aan het uithijgen was, rapper moeten beslissen en naar het tweetal Tas-Boulard spurten.
Seizoen 2009: Poesele, 13 september, WAOD â cat F1 â 2° plaats
In het dorpje Poesele, deelgemeente Nevele, thuishaven van de Planckaerts en wijlen ex-wereldkampioen Rudi Dhaenens, moeten we 14 rondjes afwerken. Na een toer of drie geraken we met zeven vooruit. Behoudens een verbaal geweldadige uitbarsting van Roland Boulard aan het adres van François Coppens, omwille van een stom onschuldig stuurfoutje van François, is de verstandhouding in onze kopgroep goed. Ik neem me voor om niets te riskeren en de sprint af te wachten. Om de tijd te doden, visualiseer ik de finale in gedachten: als eerste de laatste bocht uitkomen en alles geven over de laatste 250 m. Altijd opnieuw herhaal ik dit scenario in mijn hoofd. Als het zover is en we de laatste bocht op 100 m naderen, hoor ik Boulard schakelen. Plots overvalt me een gevoel van onzekerheid. R. Boulard kan als eerste de bocht ingaan en ik in zijn wiel. Alhoewel ik op het recht stuk nog ietsjes goed kan maken wint Roland B. met een half wiel. "Proficiat Roland", zeg ik beleefd. Na de koers brengen we een bezoekje aan mijn kozijn Jozef Hunninck in het naburig dorpje Meigem.
Seizoen 2009: Heusden, do 13 aug, reeks F1 - WAOD, 4° overwinning
In Heusden, dorpje binnen de ring R4 rond Gent, deelgemeente Destelbergen, moeten de reeksen E, E+ en F1 samen starten. Al van bij het begin van de wedstrijd scheidt zich een groepje Es van het peleton af en ik zie ook een F1-renner nipt bij dat gezelschap aansluiten. Luttele seconden gaan voorbij zonder enige reaktie uit de grote groep. Alhoewel ik vaststel dat de vluchters reeds te ver zijn, schiet ik vooruit. Te laat. Djuë, djuë, verwijt ik mezelf almaar door en laat me naar achteren afzakken met de troostgedachte, daar uit te rusten voor de kampioenschappen van morgen in Evergem en overmorgen in Liedekerke. Ofschoon de kopgroep, telkens we de Laarnebaan oprijden, in ons gezichtsveld blijft, en ons peleton, zij het zonder veel overtuiging, de achtervolging inzet, komen we geen fietslengte dichter. Marc Vervondel probeert nog op zijn eentje het gat te dichten, tevergeefs. Mijn computer geeft een gemiddelde weer van 40 km/uur. Langs de kant van de weg staat Lucien Van De Vijver, mijn gewezen gewestelijke directeur van de dienst voor grote opmetingen en algemene plans van het kadaster. De brave man zal nu meer dan 75 jaar oud zijn. Nog drie ronden. In de verte zien we een renner. Het blijkt die F1-renner te zijn die in t begin nog net aansluiting had met de vluchters. Dit betekent dat alles nog mogelijk is voor mij (en voor de F1-reeks). Mijn frustratie van in het begin maakt plaats voor nieuw vertrouwen en daadkracht. We rijden de laatste ronde in en ik plaats mij vooraan de groep in het wiel van E+-renner Vervondel, een ervaren sprinter. Na de laatste bocht houd ik me nog even stil en dan, op 250 m, ga ik mijn eigen gang, met al mijn krachten gefocust op de totale inspanning, naar de eindmeet, die ik, als eerste F1-renner, overschrijd. Euforie maakt zich meester van mij, armen in de lucht en bevrijdende kreten. De meesten rond mij zijn blij samen met mij. Originele bloementuil: rood handtasje met plantjes, goed voor een lange tijd van warm aandenken.
Seizoen 2009: Erwetegem, 5 aug, VWF â cat E, 3° overwinning
Erwetegem, dorpje in het hart van de Vlaamse Ardennen, deelgemeente van Zottegem, woonplaats van Jan Van Aelvoet en Dirk Van Ruyskensvelde, 2 collegas van het Kadaster. Ik magin de lagere categorie E starten. Op politiebevel vertrekken de reeksen E en F samen. Tijdens de eerste twee ronden houd ik me gedeisd in de achterste gelederen. Als in de derde ronde, Gaston Vandeplas een 50-tal meter voorsprong neemt, kan ik mezelf niet meer bewingen, en sprint naar de koploper toe. Gaston is duidelijk bereid om de voorsprong verder uit te bouwen, maar het blijkt vlug dat hij niet meer dezelfde is als 2 jaar geleden. Langs de kant, maant Françoise me aan om kalmer aan te doen. Ik weet waarom. De volgende ronde worden we ingelopen. Opnieuw nestel ik me vanachter. Vanuit mijn comfortabele positie observeer ik de reaktie van José Hoebeke op een uitval van Roland Hellebaut. Het tweetal kan even een verschil van 100 m behouden en wordt dan opgeslorpt. In de laatste ronde wagen enkele renners hun kans opnieuw. Alvorens de laatste bocht, vòòr een 500 m lange lichte helling naar de eindmeet, in te gaan, komt alles terug mooi samen. Op dit punt zit ik in vierde positie, in het wiel van Charles Vandermosten, een snelle jongen. Op 300 m trek ik me in gang, kijk naar niemand meer en fiets voluit. Ik schakel nog een tandje groter en kan secondenlang de pedalen krachtig ronddraaien zonder te verzwakken, terwijl links noch rechts een renner waar te nemen valt. De gedachte aan de overwinning krijgt vorm. Het is pas als ik de eindstreep passeer dat een overwinningsgebaar mijn emoties weergeeft. Als ik uitgebold en nog steeds aan het hijgen ben, zie ik collega Jo Denijs en zijn zoontje staan, allebei met de koersfiets. Toeschouwers vertellen me dat ik win met 2 fietslengten verschil op Charles Vandermosten die tweede wordt. De voorzitter, Guy Van Parrijs, feliciteert me en laat me direct weten dat ik de volgende koers bij de VWF, terug naar de hogere reeks D moet. Françoise heeft me, langs de kant van de weg, verwittigd.
Seizoen 2009: Munkzwalm, 4 juli, WAOD â cat F1 - 2° overwinning
Met een zomers weertje (30° C), een hoop gezellig volk en een verleidelijke braadgeur heerst er een echte koersambiance rond de feesttent aan het station van Munkzwalm, een dorpje in de Vlaamse Ardennen, halfweg Zottegem en Oudenaarde. De kommerloze sfeer beleef ik in de plaats van de feestvierders want de adrenaline dwingt me tot complete concentratie op de nakende koers. Een wedstrijd van 55 km over 11 ronden, op een lastige omloop waarvan de helft bergop, een vierde bergaf en een vierde vlak met tegenwind. Een koersje op mijn lijf geschreven hoor ik hier zeggen.
Van bij de start trekt de Belgisch kampioen, Karel Andries, het F1-peleton tot een lange sliert. Ik zit attent in zijn wiel en neem het roer over terwijl het hoe langer hoe meer bergop gaat. Jef Deneef komt over en dan opnieuw ik. Nu kan ik me niet meer bedwingen en zonder nadenken mijn lichaam zegt: ik voel me oken val nu aan rijd ik stevig door en hou dit vol tot ik zelf buiten adem kom. Een groot gat en enkele seconden later rijdt Jef naast mij. Zonder woorden, zonder wederzijdse blik, begrijpen we elkaar en beginnen direct aan het groot labeur. Op het vlakke gedeelte, rechtsachteromhoog, zie ik de groep op een behoorlijke afstand.. Jef en ik verstaan elkaar en draaien rond als een horloge. In de volgende ronde op dezelfde plaats is het peleton niet meer te bespeuren. We lopen uit. In de bergzone geef ik twee enthousiaste ouderlingen teken ons de tijdsvershillen te melden. De ronde daarop staat één van beide plechtig op en articuleert één minuut . Niet te geloven !! Langs het parcours salueren we op Françoise. Jef zijn Godelieve meldt ons dat er een vijfkoppig groepje de achtervolging inzet. Telkens we langs onze twee tijdmelders passeren horen we tien seconden meer. De tweede groep verliest steeds meer veld. Jef geeft me de raad in de bergop rustiger aan te doen gezien onze luxueuse voorsprong. In de bergaf gaat Jef efficiënt snel. Nog vijf ronden. Ik moet even slikken. De twijfel duurt maar even en een nieuwe golf van vertouwen doordringt me. Telkens lichte ergernis met de X waarmee de speekerHunninck beëindigt. In de laatste ronde we rijden op twee min 10 sec - , laatste bocht vóór de aankomst, weet ik, dat ik de koers ga winnen. Nog een kleine kilometer. Ik zie het kermisvolk en steek rustig de armen halfweg in de hoogte als teken van voldaanheid en de handen naar het volk gericht als teken van dankbaarheid voor dit intens gebeuren. Mijn gedachten gaan uit naar Jef, mijn medevluchter, die zich samen met mij, totaal heeft gegeven om deze overwinning mogelijk te maken.
Seizoen 2009: Sint-Gillis-Waas, 1 juli, WAOD â cat F1, 4° plaats
Op deze warme zomerdag starten de E en E+-renners eerst en daarna volgen de F1s. Een renner (Jan Van Wezenbeeck) gaat onmiddellijk voluit over een afstand van 500 m, trekt het peleton op één rijtje en valt dan stil. Jos Vermeylen zit vooraan en ontketent de tweede demarrage van de nog maar pas gestarte koers. Een afscheiding volgt. Alfons Van Raemdonck, Lucien Van Goethem, Wim Van Den Heuvel en ikzelf kunnen nog net de kloof overbruggen en aansluiten bij Jos V. Ik kijk om en stel een groot gat vast met de opdagende Belgisch Kampioen Karel Andries. Karel kan aansluiten en weg zijn we. We draaien perfect rond. Jos V. fietst 2 km/h vlugger aan de kop dan wij. Met zes koplopers die allemaal goed meewerken kan ik goed recupereren. Wim Van Den Heuvel doet behoorlijk zijn deel van het labeur in onze kopgroep en moet het na een tijdje opgeven en zich laten afzakken. De E en E+ cat zijn in zicht en Jos V. is duidelijk overtuigd hen in te halen. Langzaam maar zeker dichten we het verschil en het wordt één koers. Jos V. tracht tevergeefs weg te raken met Jan Van Hove. Het wordt een (gevaarlijke) massasprint. Ik rijd in de voorste linie die zich over de ganse breedte van de weg aftekent. Daarna versmalt het en ik voel een hand op mijn linkerbil afduwen. Krijg het even benauwd, krijg geen overzicht meer en fiets zo hard ik kan. Jos V. wint vòòr Alfons en ik eindig vierde.
Seizoen 2009: Roborst, 29 juni, WAOD â cat F1, 2° plaats
Gisteren in Roborst, was ik best tevreden met het verloop van de koers. Categorieën E, E+ en F1 reden samen. Heel in het begin zat ik achteraan en ben dan rap naar voren geschoven omdat ik wist dat het direct ging breken. Met Jef Deneef, de Belgisch Kampioen E-cat Hilaire Heye en enkele aanklampers hebben we het gat kunnen maken. Helmuth is nog kunnen terugkomen omdat de E's niet echt hebben meegewerkt. Jef heeft enkele keren langer dan normaal krachtig aan de kop gesleurd zodat Helmuth het ook liet zitten en we met vieren overbleven: Deneef, Hilaire Heye, ikzelf en een E-renner. Op dat ogenblik was mijn koers al geslaagd. Mijn onderrug begon zich ook al te laten voelen. Met enkele rekbewegingen op de fiets terwijl ik in het wiel zat, ging het al iets beter. Gedachten kwamen in mijn hoofd over Lochristi en wat mij te doen stond tegenover Jef Deneef. Had ik hem en de kampioen moeten laten rijden ? Toen hij bij het ingaan van de laatste ronde aan de kop versnelde nam ik spontaan zijn wiel. Terug gedachten van twijfel. Toen heb ik Jef gevraagd wat we gingen doen. Heb goed mijn werk gedaan in ons vierkoppig groepje. Die andere E-renner (Van Den Bossche Harmel denk ik) kon een tijdje niet overnemen. Hij verzekerde om niet mee te sprinten. De laatste 500 m reed ik aan de kop. Jef en Heye staken me voorbij en namen allebei de zege respectievelijk in de F1- en de E-categorie. Ik eindigde voldaan tweede in de F1-cat.
Sponsor Achiel De Witte van Cibel-Cebon heeft graag dat er zoveel mogelijk Cibelrenners deelnemen aan zijn tweedaagse die hij heeft georganiseerd met aankomst en vertrek vòòr zijn deur in Elversele. Ik moet er starten in de tweede avondkoers bij de cat +40-40 voor 10 ronden van 5 km met telkens een straffe helling van 250 m lang. Met jonge renners erbij, rijden we rond met een gemiddelde van bijn 40 km/h. Kan het tempo goed aan. Bovendien voel ik telkens dat ik gemakkelijker op die helling rijd dan andere renners. Een 100 m grote afscheiding van een vijftal renners, brengt een lichte ongerustheid teweeg in de gelederen. Het gat is vlug gedicht. Ik houd me wijselijk kalm en kijk de kat uit boom. Ik weet trouwens niet - ken hier weinig renners en zit in een te straffe categorie - hoe fel ze straks misschien zullen tekeer gaan. Na nog een beklimming ben ik in een kopgroep van vier. Mooi gaatje, lossen niet vlot af en worden ingehaald. Peter Van Impe (winnaar) zou nu alleen vooruitrijden - heb ik na de koers vernomen - voor de rest van de wedstrijd. Ondertussen rijdt alles terug samen. Het langgerokken peleton rijdt naar de meet en ik zit in tweede positie. Nog vijfde van de ganse koers en vijfde van de categorie 40+.
Seizoen 2009: wielerwedstrijd Lommel - Kerkhoven, 23 juni
Het Limburgse Lommel, deelgemeente Kerkhoven, geboortedorp van Theo Coudhyzer, F2-renner en organisator van deze koers, ligt in het noordoosten van ons landje en paalt aan de provincie Antwerpen en Nederland. Naar horen zeggen, een koers waar de zon altijd van de partij is. Ander landschap, ander volkje, andere sfeer, een beetje op reis gaan en licht zenuwachtig geconcentreerd met de gedachte hoe het nu weer ging aflopen ... . Weinig F1-renners, bijgevolg samen koersen met E en E+. De wereld is klein, ja ik weet het een cliché, parkeren ons in een weide, naast ons staat ... Jan Tutenel, bijna een gebuur van ons. Jan heeft een rugnr van E+. Ik leg hem uit dat er weinig zullen zijn en dat De Leersnijder er nu niet is enz ... .
De koers begint met een 500 m lange demarrage van Jan T. Het houdt niet op: Jan Van Hove, Jos Vermeylen demarreren om beurt. Ik hou me in zesde, zevende positie, vang alle versnellingen mooi op en blijf zeer aandachtig. Ik voel dat ik telkens even uit mijn adem kom na elke krachtige uitval van die toppers. Reden te meer om me gedeisd te houden en reserve te bewaren voor als het echt nodig is een gat te dichten waarvoor ik mijn uiterste krachten moet aanspreken. Niemand raakt weg, ik neem ook geen initiatief en blijf mijn positie behouden. De vele bochten zijn gemakkelijk te nemen. Nog vier van de tien ronden. Reniers vertrekt onopvallend langs de linkerkant van de weg, niemand schijnt er erg in te hebben en hij neemt 100 m, blijft op 200 m rijden. De twee Jan's en Jos V. zijn de initiatiefnemers, zonder resultaat.
Ondertussen krijg ik enkele verwijten van Jan Van Hove. Waarschijnlijk geraakt hij zelf gefrustreerd omdat de koers niet openbreekt. Straks klacht indienen, gaat het door mijn hoofd. Toch hebben de intimidaties van Jan VH hun effect op mijn gemoed en ik laat me even afzakken. Van op de achtergrond zie ik renners vooraan een klein verschil maken. Ik besef dat ik achteraan op een slechte positie fiets maar stel mezelf gerust bij de gedachte dat Felix Luyten, achter mij en Jan T., vóór mij, het initiatief wel zouden nemen om dat kleine verschil op te vangen. Niemand bougeerde en de renners vooraan vergrootten hun voorsprong. Op dat ogenblik dacht ik er niet aan, maar na de koers vernam ik dat Jan T. gewoon bleef zitten omdat er geen E+-renners mee vooraan waren. Ondertussen waren ze weg, waaronder twee F1's. Tutenel wint de sprint van de E+ en ik ben tweede van de F1's in het peleton.
Drie fouten gemaakt: Laten afzakken naar achter, psychologisch laten intimideren door Jan Vh en vertrouwd op Felix en Jan T. (denkfout).
Seizoen 2009: Lochristi, 10 juni - WAOD, cat F1 - 1° overwinning
Een overwinning komt vaak als je ze niet verwacht of als j er begint bij neer te leggen dat ze niet meer komt en daarbij allerlei redenen zoekend. Woensdagnamiddag 10 juni in Lochristi bij de F1-categorie van de WAOD is het zo gegaan. Op het einde van de derde laatste ronde rijd ik een kleine honderd meter vooruit. Ik kijk om en merk dat het peleton blijft talmen. Zonder veel overtuiging en zeker niet met het gedacht vooruit te blijven rijd ik gewoon alleen verder. Tijdens mijn solorit kijk ik nog verschillende keren om en zie dat de groep achterblijft zonder op normale snelheid te komen. Pas op het einde van de eerste soloronde besef ik dat het F1-peleton stilvalten dat er wellicht afstoppingswerk gedaan wordt. Jef De Neef en de CibelCebon-ploegmaten flitste het door mijn hoofd ! Verstand op nul en alles geven zei toen de stem in mijn hoofd. Nog één ronde van 5 km. Alleen vooruitrijden is zeker niet mijn specialiteit. Toch moet ik nu doorgaan. Ineens een stortvlaag en ik beschouw dat als een voordeel op de groep. In een scherpe bocht roept een toeschouwer voorzichtig en Willy Chevalier (Mintjens) hoor ik tegen Françoise roepen èrre Paul èss alliën op kop . Dit als achtergrondmuziek want nu ben ik één en al geconcentreerd op lichaam, fiets en wegdek. Besluit niet meer om te kijken en alleen te rijden zo hard als het kan en toch doserend om niet stil te vallen. Nog even denk ik aan ons bezoekje van daarstraks, vòòr de koers, aan de Grot van Oostakker. Nog 2 km naar de meet , wind tegen, en zie op mijn computer dat ik slechts 36 km/uur haal. Alstublieft Lievevrouwke .... Een aanstormend peleton rijdt gemakkelijk 45 km/uur, panikeer ik. Kijk om, zie de groep in de verte op veilige afstand. Ik durf denken aan een mogelijke overwinning. Kan de meute zien aan de aankomst, kijk nog éénmaal om, laat bollen en geef me over aan de extase waarbij de armen gestrekt de hoogte ingaan.
Wielerseiz 2008, Beveren, do 15 mei, WAOD, reeks F1, 55 km, 1° pl., 2° zege
Nadat Herman Van Den Borre alleen weggeraakt is en dit enkele ronden heeft volgehouden (mbv het afstoppingswerk van Luc Snels) probeert Van Goethem het eveneens alleen. Vic Van Den Einde reageert en ik rijd er ook naartoe. We komen op dreef en maken een mooi gat. Als ik omkijk zie ik Luc Snels uit de achtergrond opdagen. Hij is vlug bij ons. We draaien goed rond en moeten nog één ronde rijden. Van Goethem zet aan op 400 m van de meet en ik neem zijn wiel, wacht een beetje af en ga voluit door. Ik zie niemand passeren en het dringt tot me door dat ik voor de tweede maal win !
De categoriën F1 en F2 rijden in hetzelfde peleton, waarvan reeds na 1 ronde van de 10 een kwart ontsnapt. Ik rijd in de kopgroep bestaande uit een achttal F1's en een vijftal F2's, waaronder mijn streekgenoot en trainingsmaat Omer De Becker (F2). De reus, Bert ter Hamsel, een gevaarlijk concurrent, zit onherroepelijk in het achterliggend peleton. Ik neem mij voor mij te concentreren op Luc Snels, renner in zeer goede doen en met een fijn koersinzicht. De opeenvolgende aanvallen van De Becker, Heirbaut, Van Goethem, Coudijzer, Snels en mezelf en de bijna elke ronde sprint voor een premie maken de koers vrij zwaar. De voorlaatste ronde maken we met vijf F1's het verschil. Op 3 km van de aankomst ontsnapt Van Goethem, de rest blijft een 10-tal sec stil afwachten tot Luc Snels als een pijl uit een boog tot bij Lucien Van Goethem demarreert. "Nu of nooit", flitste het door mijn hoofd e n ik schoot Snels achterna, met een felle wind in de rug en zo hard als ik kon ... Met zijn drieën rijden we om beurt aan de leiding door het centrum van Ijzendijke. Twee straten voor de aankomst schiet Luc Snels voluit naar voren, zoals verwacht (zijn tactiek was waarschijnlijk de eerste uit de laatste bocht vòòr de aankomst te willen komen). Voorbereid op zijn uitval, zit ik direct in zijn wiel en laat het niet meer los. Ik laat hem zijn plan - de eerste uit de bocht komen - uitvoeren en na de bocht, in een reflex, schakel ik nog iets kleiner (na de bocht ligt een kassei, van nog een klein 300 m en helt het licht bergop). De kleinere versnelling laat me toe snel op te trekken en Luc Snels sneller af te zijn ...
" Ca DOIT venir " zei mijn franstalige trainingsmaat nog in de week op oefening toen ik hem vertelde dat ik dit seizoen reeds 12 keer in de vijf eerste had gereden zonder overwinning. En hij heeft gelijk gekregen, tot grote voldoening van mezelf en van iedereen die meeleeft.