In het sprookjesachtige Roborst, deelgemeente Zwalm, hart van de Vlaamse Ardennen, heeft zich, na 29 juni, voor de tweede maal dit seizoen, een hels strijdtoneel afgespeeld op de iets gewijzigde, nog steeds lastige omloop van xml:namespace prefix = st1 />5 km, waarvan de ene helft bergop en de andere helft bergaf.
Al van in het begin woekeren de meest begenadigden, Jef Deneef en Jos Vermeylen, zodanig met hun krachten dat het peleton breekt en er een kopgroep overblijft van zeven man. Even uithijgen alvorens te kunnen overnemen. Het is al vlug duidelijk dat er slechts vier van de zeven rennersregelmatig kunnen overnemen aan de kop. Na één ronde moet François Coppens lossen. Na even zwakjes aan de kop te komen en verschillende beurten over te slaan, moet Louis Moens er ook af. Er resten nog vijf renners aan de leiding. Helmuth Tas krijgt het temoeilijk, kiest voor aanklampen in laatste positie en zal (sportief) verzaken aan de sprint. Ondanks veelwinnaar, is den Tas, klaarblijkelijk, niet in zijn sas op dergelijk parcours. Al bij al, na deze zifting, blijven we nog met vier ronddraaien. Evenwel vlotter dan met zeven, daar elkeen evenveel meewerkt. De strijd gestreden, de koers gemaakt, blijft de afwerking. In het vlak gedeelte van de laatste ronde, voel ik in mijn rechterbil, een duwtje van de vingertoppen van Jef Deneef. Ik schiet vooruit tegen de harde wind, voel nauwelijks snelheid, fiets niettemin door, zonder omkijken. Op het einde van de vlakke strook, in de bocht naar de 300 m lange bergop naar de eindmeet, zie ik de vier op een behoorlijke afstand. Moet aan de beklimming beginnen met het beste er af. Arré, ge zèt er benna, moedigen mensen langs de kant me aan. Sta recht op de pedalen, armen, benen, trekken, duwen. De laatste steile meters, nog wat adrenaline en mag het zo begeerde overwinningsgebaar voor deze koers in Roborst maken.