maandag 19 juni 2017
bijna de langste dag van het jaar en wat een dag!
Met tegenzin vertrokken we vanmorgen in Skeda Gärd want het was er zo eindeloos mooi en rustig (sinds het vertrek van de caravanners), haha.
We zetten koers richting Odeshög, en reden over de weg die we gisteren gefietst hadden; dat doet toch iets met een mens: je ziet het landschap met andere ogen; het is een stukje van jou geworden. Als je er alleen met de auto door rijdt is dat niet zo; je moet het land bewandeld, befietst, bevoeld hebben.
We kwamen nog voor de middag aan bij het kerkje en de Runesteen van Odeshög; het kerkje werd bezocht omdat de grote steen met Runetekens erbij staat, want op zich had het niet veel bijzonders. Dan maar door naar het Ecopark Omberg; dat was wel heel bijzonder! Het ligt op enkele km van Odeshög, op de rand van het Vättern meer.
We aten op de parking midden in het bos en gingen dan de berg op, naar Hjässan, het hoogste punt van het park. Heel het natuurgebied wordt doorkruist door wandelwegen, die oude pelgrimswegen blijken te zijn.
Eén ervan volgden wij; de Ellen Keytrail, toch voor een stuk: tot aan de ruïnes van het Klooster van Alvastra; wat een pad zo stil dat je alleen vogels en onze doffe voetstappen op het pad hoorde; meer niet
We maakten al kennis met de beroemde en beruchte vliegen en muggen van Zweden; eenmaal je gaat zweten op een beklimming komen ze op je af als vliegen op een stront; volgende keer misschien al maar muggencrème opdoen.
De ruïne straalde, zoals meestal, rust en sereniteit uit. Er stond nog een hele oude boom met twee monolieten ernaast het begin (of einde) van een allée à la Stonehenge, maar dan in miniformaat.
De tuin van het klooster was goed herkenbaar; de ruïne wordt goed onderhouden; na ons bezoek beklommen we weer de berg, richting camper.
We hielden nog even halt bij het Ecocenter want de afspraak was: als er meer campers zouden staan, dan bleven wij er ook; aan de jeugdherberg mag je overnachten, maar er stonden alleen autos van wandelaars, dus zetten we koers richting E4 N (noord).
De tweede camperplaats die we bezochten was die van Linköping, aan het Luchthavenmuseum, maar we maakten meteen rechtsomkeer want het was ingenomen door mensen die permanent in hun caravans leven (het staat nochtans in de Acsiboeken en op campercontact.nl).
Snel gekeken naar de volgende mogelijkheden: Norsholm, aan het Götakanaal in de Acsiboeken staat dat het 20.25 kost, maar dat klopt niet: als je geen stroom nodig hebt, betaal je 160 Zweedse kronen (16) en mits betaling van een waarborg (200 ZK) krijg je een kaart om te douchen, toilet te gebruiken en te wassen!!! Inbegrepen in de 16 staangeld!
De plaatsen zonder stroom bevinden zich het dichtst bij Billies restaurang, waar je betaalt en het sanitair vindt. Voor een plaats met stroom betaal je meer, en je zit verder van alles. Enig nadeel tot hiertoe: een trein die vrij regelmatig passeert, maar die horen we straks misschien al niet meer.
We zagen al twee cruiseschepen, die het Götakanaal afvaren, passeren. Vlak bij ons is er één van de vele sluizen, dus attracties genoeg; als het morgen nog zo mooi weer is, dan fietsen we een stuk langs het kanaal, richting Mem; zal vast wel leuk zijn. Daarna moeten we richting Stockholm rijden want om 18u is de eerste briefing, maar we hoeven slechts een kleine 200 km te rijden; geen haast dus.