Zaterdag 15 jul. 17
Wat ons bezielde weet ik niet maar ik dacht vanmorgen plots aan zaken die ik nog moest doen vóór ons vertrek en ik dacht dat het bijna 7.30u was, dus ging ik meteen aan de slag; een uurtje later, aan het ontbijt, bleek het nog maar 7.15u te zijn!!! Een uur vergist geen nood: we konden dus vroeg vertrekken;
Maar eerst onze reisgenoten adieu gezegd; toch diegenen die wakker waren
We hebben het goed gehad samen; we leden af en toe kou, we werden samen nat, maar we zagen o zo mooie landschappen en ontmoetten ook zoveel toffe mensen; er zijn nieuwe vriendschappen geboren op deze reis! Ja, we koesteren al die mooie momenten en tellen zeker onze zegeningen!
Met een dankbaar gevoel hebben we de camping verlaten, en al rijdend besloten we om verder door te rijden dan we eerst gedacht hadden. Het ging zo vlotjes dat we tot in Raa geraakten (zeg 'Rau' want er moeten bolletjes op de aas).
Een prachtig bloemendorp met een knappe plezierbotenhaven en schilderachtige plekjes.
We fietsten naar Helsingborg maar waren rapper terug dan we gedacht hadden; de geluiden en geuren van de stad we zijn er nog niet aan toe. Het leek ons ook helemaal geen gezellige stad.
We stalden onze fiets weer in de garage en gingen te voet het dorp verkennen en dat was veel leuker. Geen grote winkels maar pittoreske straatjes met verzorgde en originele huizen (huisjes eigenlijk naar Belgische begrippen). Ja, echt de moeite!
We zochten ons te pletter naar een stoffige camperplaats, zoals vermeld stond in het boek maar vonden alleen maar nette parkings waar je stroom kan nemen (en betalen) of gratis staan. Zicht op de haven of op de zee restaurantje waar je voor 23 met twee gegeten hebt nog wensen?!! Wij alvast niet.
Een koppel van de groep dat Götheborg ging bezoeken is hier ook aangekomen, maar die mensen hadden wel de pech dat in die stad hun camper gekraakt werd en ze daarbij hun gps en tablet kwijt geraakten. Een spijtige zaak die een schaduw werpt op de mooie reis, en een ontnuchterende vaststelling: ook in Scandinavië groeit de criminaliteit; minder snel dan bij ons, maar toch.
Gelukkig zijn zij zelf gezond en wel en betaalt de verzekering de materie wel terug, maar een mens maakt het liever niet mee natuurlijk.
Morgen op naar Denemarken, waar we 2 nachten blijven en we deze blog zullen afronden.
Vrijdag 14 juli 17
Een vrije dag dient om van alles te doen waar je anders niet aan toe komt, he. We lummelden dus wat aan in de voormiddag en sprongen dan op ons stalen ros richting Trollhättan want om 15u zouden 'de sluizen open gaan', hadden ze ons verteld. Wat dit betekende begrepen we pas achteraf: vanaf de Oscarbrücke kan je in een mum van tijd een massa water de rivierbedding zien vullen.
De elektriciteitscentrale zet stipt om 15u de sluizen open en dan lopen er miljoenen liters water de bedding, die tevoren droog staat, in.
Wij gingen een verdiepje lager staan zodat we de kracht van het water letterlijk konden voelen toen dat in volle vaart naar beneden stormde. Wat een power! Bangelijk eigenlijk want je realiseert je plots wat het betekent als bv een tsunamigolf het land nadert; daar heb je geen verhaal tegen; zo ook niet tegen deze gecontroleerde tsunami.
Het sluizencomplex hebben we ook bekeken; meerdere sluizen naast en achter mekaar op het Göthakanaal die door een rots in het midden van elkaar gescheiden zijn;
Wij fietsten de ziel uit ons lijf weer naar de camping en daarna terug richting stad voor het afscheidsdiner; in Zweden mag je geen druppel alcohol gebruiken als je met de auto rijdt (natuurlijk ook niet met de fiets, maar de kans dat wij moesten blazen was toch een heel pak kleiner, dachten we).
Het deed deugd om na het lekker eten weer 7.5 km bergop, bergaf te fietsen naar de camping. Vooral bergaf! De temperatuur lag hoger dan we tot dan gekend hadden om 23u, en onze benen waren zo blij dat ze nog eens kracht mochten zetten, dus niks dan leute. Edgard had een koplamp op omdat hij zijn fietslicht niet vond; een foto waard, als het niet zo donker was geweest, haha.
Want ja, we verlieten de zone van 24u licht in de zomer al een poosje. Dat was een welgekomen verandering want ons systeem kreeg last van het missen van het dag- en nachtritme!
Je wordt midden in de nacht wakker en je denkt dat het ochtend is! Heel verwarrend. Liever niet!
Zo werd deze vrije dag weer een onvergetelijk mooie dag.
Donderdag 13 jul. 17
Zo vroeg zijn we nog nooit vertrokken: om 7.45u al gelaarsd en gespoord op pad want we keken een beetje op tegen die laatste 415 km, maar al bij al ging het super goed! Geen files, geen ongevallen, mooie plekjes onderweg, dus redelijk vaak gestopt om te genieten en al om 17u aangekomen op de laatste camping van deze VKT reis.
De dag begon weer met lange broek en fleece maar tegen de middag ruilde ik de lange voor een korte broek en in de namiddag voor een rokje want het was meer dan 20° en dat zijn wij niet meer gewoon!
We passeerde de kaap van 25 000 km met de camper; proficiat, zowel voor het huisje op wielen als voor de chauffeur die zoveel km zonder kleerscheuren wist rond te rijden.
In de groep had niemand echt grote pech; het bleef bij een lekke band, bij het binnenrijden op de camping, een kapotte spiegel, en een gebarsten voorruit, maar als je 16 (eenheden) x 8000 km telt, valt dat toch meer dan goed mee?!
Ik miste het bewegen en was dus erg blij met een fietstochtje om de locaties voor morgen te ontdekken: het sluizencomplex aan het Göthakanaal en het restaurant voor het afscheidsdiner vinden.
De weg langs Mariestad viel enorm goed mee; we mochten een reetje zien vanmorgen en vonden mooie plekjes om eens halt te houden. De E45 zou ons veel zwaarder gevallen zijn omdat we niet zo graag autosnelwegen nemen; die zijn zo eentonig.
Wat ons nog altijd verbaast is het feit dat we van het ene moment op het andere een stad kunnen voorbij rijden, bijna zonder het in de gaten te hebben. Plots is ze daar en je bent er ook zo voorbij. Geen grote reclameborden, kilometers op voorhand! Die zouden hier ook niet passen.
Gelukkig vertelt de GPS ons wanneer er een tankstation aan komt, maar het is steeds weer een kwestie van goed wakker zijn om op tijd een grootwarenhuis te zien; wat een verschil met die industrieparken bij ons
Maar vanaf hier zal alles weer stillekesaan normaal worden, vrees ik. En we zullen ook dat waarschijnlijk weer snel gewoon zijn.
Vanaf nu zal het eerder sporadisch zijn dat we internetverbinding hebben omdat we op de terugweg (vanaf zaterdag) vaak op camperplaatsen zullen overnachten. Tegen 1 augustus zijn we normaal in Aosta en weer op camping.
Dus sluiten we hier morgen de blog af; een beetje moe maar heel voldaan; maar dat is voor morgen.
woensdag 12 juli 2017
gisterenavond trakteerden twee mensen van de groep omdat de vrouw jarig was en omdat ze tijdens de reis voor de derde keer opa/ oma geworden waren (en ook omdat het 11 juli was en zij in de politiek actief zijn).
Vanmorgen kregen we een ontbijt aangeboden door VKT; een onverwachte, leuke verrassing.
Daarna reden we naar het dierenpark Gronklitt, op 15 km van hier. Een grote dierentuin, zeg maar;
We zagen ijsberen, de bruine en zwarte beer, de lynx,
Het blijft zielig om zon grote dieren achter hekkens te zien zitten, hoe groot hun terrein ook is. Het kan niet tippen aan hun normale habitat en je ziet aan hun gedrag dat ze toch wel nerveus zijn, hoe goed ze ook verzorgd worden.
De wandelpaden liggen op een grote hoogte, zodat de veiligheid van de mensen gevrijwaard is;
Naar het Nusnäs atelier, waar de Delecarlian paardjes vervaardigd worden, zijn we niet meer gegaan; we wilden het wat kalmer aan doen want morgen wacht ons nog een lange rit (rond 430 km).
Dinsdag 11 juli 2017
Het weer zit hier op de wip: gisteren 20°, vanmorgen nog 9° maar voor de Zweden nog altijd reden genoeg om in short om 7u s morgens buiten te zitten! Het is maar wat je gewoon bent, he?!
We namen een alternatieve toeristische route, en dat was een voltreffer; al zaten we vroeg op de morgen nog wel in de mist en de regen; het landschap was ruig, maar mooi gekleurd met massas wit mos! De bergen lagen vaak achter de wolken verscholen, maar soms hing de wolk lager dan de top en kregen we die toch te zien. Hoog kan je ze niet noemen, die bergen, (ong 1500m) maar ze hebben wel iets;
Nog vóór de middag staken we de grens met Zweden over en enkele kilometers daarna veranderde het landschap weer! Gek toch?! Met Finland hadden wij dat ook
Hoe zouden we het noemen? Het werd weer zacht en vertrouwd;
Het hoge Noorden heeft toch wel iets bars, onvriendelijks; daar moet je met de natuur serieus rekening houden of het kan je duur te staan komen; dat is nu weg; we naderen ook de bewoonde wereld, wat enerzijds geruststellend is maar anderzijds al heimwee oproept want dat andere gaan we wellicht niet meer weerzien.
Net zoals ik in Nepal besloot om niet meer naar de grote hoogtes (boven 4000m) te gaan, zo weten wij nu dat we het hoge Noorden geen tweede keer meer gaan bereizen. Misschien komen we nog eens terug om het zuidwesten van Noorwegen te verkennen, dat kunnen we nu nog niet zeggen, maar de Noordkaap laten we voor wat ze is. Aan één keer hebben we genoeg, zeker omdat we niet weten of het een volgende keer beter weer zou zijn.
De mensen die het vroeger deden hadden toen niets gezien omdat alles in de mist zat, zowel Lofoten als Noordkaap; tja, slechter kan het dan niet, maar wij hadden toch redelijk goed weer, voor deze streken. Wij vonden het koud, omdat we andere temperaturen gewoon zijn, maar de Zweden lopen hier bij 15° in bikini rond!
We zagen een springschans van dichtbij vanmorgen (zie foto); wat een angstwekkende hoogte om af te donderen! Je ziet het wel op tv maar zo in het echt is toch nog anders; en dan weten dat ze beneden bijna in het midden van het dorp landen!!! Gekkenwerk! En we zagen niet hoe ze boven geraken! Misschien wordt er in de winter een lift gemonteerd??
Onze reis zit er bijna op; vanavond vieren we de geboorte van een kleinkind van één van de deelnemers; overmorgen zetten we koers naar de laatste camping van deze reis (de 17e!!).
De Noren en Zweden werken s zomers heel hard aan hun wegen en dat blijkt ook zo te zijn op de route naar Trollhattan gelukkig heb ik een wakkere broer die ons dat signaleerde zodat we een andere weg kunnen kiezen! Dankjewel, Harry!
maandag 10 juli 2017
verkenning van Röros stond vandaag op het programma; het is een dorp dat al heel lang beschermd erfgoed is.
Bijna gans het dorp bestaat uit houten woningen, die aan mekaar aansluiten in vrij nauwe straatjes; het brandgevaar is dus niet denkbeeldig en er is dan ook een ingenieus systeem voorzien om mogelijke branden te blussen met water dat onder heel hoge druk staat en nevelt.
Het is een mijnwerkersdorp; niet de eerste kopermijn van Noorwegen, maar toch een belangrijke geweest.
De mensen werkten 12u (van 3-15u en van 15-3u); het luiden van de klok in het dorp gaf de wissel aan; de smeltovens verspreidden een dikke solferwolk over het dorp en toch werden de mensen hier ouder dan elders in Noorwegen (in de 18e eeuw). Dat zou te danken zijn aan het feit dat mensen hier werk vonden in de mijn en dat daarnaast de vrouw en de kinderen de boerderij runden. Zo was er een relatieve welstand, die anderen niet kenden.
In het dorp was een Vlaanderenstraat, maar of die effectief iets met Vlamingen te maken had, dat kon de gids niet bevestigen.
We kregen van de gids uitleg over de verschillende stadia van de koperwinning. Toen de smeltovens in Zweden qua technologie moderner werden dan die hier in Noorwegen, besloten ze het koper naar daar uit te voeren.
Bedroevend was het om te zien hoeveel steenafval geproduceerd werd en hoeveel hout en steenkool moest gebruikt worden om een beetje koper te winnen; er was geen bos meer te bekennen in de verre omtrek van Röros
Uiteindelijk ging de maatschappij failliet maar ze hebben er alles aan gedaan (oa blijven water wegpompen uit de mijn) om de sites toegankelijk te houden zodat het toeristische trekpleisters werden en ze toch nog voor wat inkomsten zorgden/zorgen.
De bergen steenafval werden al voor een deel gebruikt in de wegenbouw maar de resterende zijn nu evengoed beschermd; heel de omgeving is Unesco erfgoed.
In de namiddag bezochten we de Olavsgruva. Toch wel een eind weg rijden over een slechte weg, maar zeker een bezoek waard.
We daalden af tot diep in de mijn, waar het maar 7° warm is; indrukwekkend was het wel. Een immens gebied is uitgekamd op zoek naar koperaders, die soms ergens stopten en pas 50 jaar later weer gevolgd konden worden, 10 m dieper.
In het begin werkten de mijnwerkers 12u met een pauze van 2u. In die tijd konden ze tot boven komen om in de frisse lucht te zijn; later werd de werktijd verkort tot 8u maar hadden ze maar een half uur pauze Die brachten ze dan door in een rustruimte in de mijn.
Goed om te weten:
- In deze camping kan je niet lozen, noch chemisch toilet, noch afvalwater
- Dat kan je wel op 500 m van de camping (maar lastig als je hier meerdere dagen zou staan!)
- Je kan in het dorp wel gas (propaan) bij laten vullen! In de Stamphusveien. Daar leerden we dat hier in Noorwegen geen LPG gebruikt wordt zoals bij ons; onze LPG is een mengeling van butaan en propaan, en kan dus bevriezen; hier wordt alleen hoogwaardig propaan gebruikt omwille van de lage temperaturen! Voor 25 hadden wij weer een volle gasfles! We kunnen dus nog héél lang verder!
Morgen weer een verplaatsing, terug naar Zweden.