Via Thalfingen, Oberelchingen, Unterelchingen, Weissingen, Leipheim, Günzburg, Gundelfingen, Lauingen, Dillingen, Steinheim, Höchstadt, Blindheim, Gremheim, Zusum.
100 km (8219-8319)
Overtrokken, warm, drukkend weer de hele dag. Later op de avond een hevig onweer. De nooddiensten moeten uitrukken in Donauwörth.
_________________________________________________________________
Na een deugddoende rustdag gisteren ben ik deze morgen vroeg wakker. Ik pak alles in voor een trip van 90 km. Ik reken af aan de receptie van het hotel en ik fiets richting centrum Ulm. Daar vind ik geen enkele Backerei zo vroeg open op zondag. Ik peddel dan maar verder en doe mijn fleece aan want het is behoorlijk fris. Een groepje jongeren wil mij doen stoppen maar ik vertrouw het zaakje niet en ik geef hen nakijken. Zo vroeg in de morgen en nog op pad met vijf. Waarschijnlijk dronken. Salut!
Er volgt dan een mooi stuk door het bos: ik geniet van het gekwetter van de vogels, er zit zelfs een suskewiet bij en ik hoor in de verte een koekoek. 25 kilometer verder stop ik in Leipheim en ontbijt ik in een bakkerij- patisserie. De koffiekoeken zijn zó goed dat ik er twee bijbestel voor onderweg.
Het blijft een mooi sintelpad langsheen de Donau. De Donauradweg is niet alleen goed onderhouden en bewegwijzerd; er is voor de fietser in elke gemeente (klein en groot) langs de route duidelijke infoborden: bezienswaardigheden, een beetje geschiedenis, eten en drinken, bbq-plekjes, campings, eerste hulp, hotels en overnachtingen enz. Het staat er allemaal op.
Al een tijdje merk ik groene borden langs de Donau die precies per 200 meter aftellen. Zo stop ik aan bord 2555,40. Exact 200 meter verder volgens kilometerteller een nieuw bord 2555,20. Ik ben quasi zeker dat de borden aangeven hoever het is tot aan de Zwarte Zee. Ik ben dus nog niet klaar...
Op en langs de Donau is de natuur vol leven: witte zwanen met kleintjes, kikkers (of padden) maken een verschikkelijk kabaal, een watervogel bekijkt mij roerloos vanop haar nest. Die is waarschijnlijk aan het broeden.
Na Höchstadt volgt er een fietspad langsheen een drukke autoweg. Ik wijk af en zoek de Donau op tot Donauwörth. Na exact 100 kilometer vind ik mijn reservatie voor vanavond: een moderne JHB. Ik ben blijkbaar de enige gast die avondeten heeft besteld. Ik laat dat dan ook vallen; het is te gek om daarvoor iemand op zondag speciaal te laten komen. Ik zoek een Stube op waar ik op zijn Duits een Grill Teller mit Salat und Bier kan eten. Een verademing na de Italiaanse en de Chinese keuken. Ik ben er net binnen of daar breekt een geweldig onweer los. De klanten op het terras vluchten binnen. Het diensterke die al weinig vriendelijk was tegen mij, geraakt overstressd en laat een grote plateau met bestellingen vallen. Grote pantomime. Teveel gasten ineens, denk ik.
Het blijft maar regenen. Ik heb gelukkig mijn poncho mee die de watertest goed doorstaat. Behalve mijn broekspijpen kom ik droog toe in de JHB.
Ik lees nog wat in mijn tolino en draai het licht uit. Tot morgen.
Via Zwiefaltendorf, Obermarchtal, Untermarchtal, Munderkingen, Rottenacker, Zettingen, Ehingen, Griesingen, Öpfingen, Erbach, Donaustetten, Donautal.
68 km (8150-8219)
Droog, zonnig de hele dag. Later een regenbui. Alles koelt wat af
_________________________________________
De fietstocht begint al vlug met een venijnig klimmetje van 20%. Mijn hartslag gaat waarschijnlijk veel te hoog volgens doktersadvies, maar ik kom goed boven en al even vlug daalt de hartslag onder de limiet.
Ik luister voor het eerst naar mijn MP3. Ik heb meewind en geen moeite om 20 à 25 km/uur te rijden. Ik voel me prima behalve dat ik geplaagd word door een prikkelende hoest. Mijn verkoudheid is nog niet weg.
Ik kom onderweg verschillende stappers tegen, op hun rug zware rugzakken. Het zouden Camino's (pelgrims) kunnen zijn want ik kruis enkele routes van de Jacobsweg.
Al om 15 uur kom ik aan in Ulm. Een drukke stad en ik vind niet zo gemakkelijk het hotel. Na wat zoeken en een paar keer vragen kom ik aan waar ik moet zijn. Een mooie kamer voor 2 nachten; ik neem er geen ontbijt bij. Ik wil wel eens koffie en gebak proeven in een Konditorei.
Ik ben nog maar een half uur binnen of er is buiten een fikse regenbui. Ik zit deze keer veilig onder dak. Ik doe tussendoor een wasje. Hoe doe je dat?
Eerst vul je de lavabo met lauw water, dan waspoeder en kleren erin en een tijdje laten inweken. Een beetje frotten met de handen en uitwringen. Het waswater vervangen door koud spoelwater, kleren uitspoelen en opnieuw uitwringen. Je neemt dan een handdoek van het hotel en je legt de kleren uitgespreid erop en oprollen. Om het vlug te laten drogen bestaat de truc erin om op de handdoekrol te gaan staan en te stappen. Door jouw gewicht pers je het water eruit. Nadien hangt je alles uit in de kast en de volgende morgen zijn de kleren zo goed als droog. De truc van het snel drogen heb ik van Roy. Thx Roy!
Rond 19 uur ga ik de stad in. Van het hotel naar het centrum is het nog geen kwartiertje stappen. Centraal staat de Münster Ulm: een mooie gotische kathedraal die tijdens de laatste oorlog gespaard is gebleven van bombardementen. De Münster heeft de hoogste kerktoren ter wereld: 161,53 meter. Je hebt dus geen moeite om je erop te oriënteren. De eerste steenlegging dateert van 1377. De werken werden beëindigd in 1890. De burgerij had niet altijd geld (de kerk is gebouwd door de burgerij van de stad). Een klein deel staat in de steigers. Zo blijft men bezig hé.
Het plein en de straten errond zijn volledig autovrij: het is er heel rustig en kinderen spelen tikkertje. Ik eet eendeborst met noedels en groenten voor 7,50 euro. Mijn halfliter pint kost 2,50 euro. En het was lekker.
Ik kijk naar de passanten: een favoriete bezigheid van mij en Hilde. Ik luister naar een kleine jongen die met zijn mama onderhandelt over hoever hij mag lopen. Die moet in de politiek gaan, want hoe langer het duurt, hoe groter zijn territorium wordt.
Het klaart laat op de avond helemaal op en iedereen loopt er content bij. Ik heb het gehad voor vandaag. Morgen ga ik de toerist uithangen in Ulm. Ik weet de weg. Geen USA gezien vandaag.
Via Inzigkofen, Sigmaringen, Scheer, Mengen, Binzwangen, Riedlingen.
62 km (8088-8150)
Droog, zonnig de hele dag.
_________________________________________
Rond 8 uur opgestaan na weinig uren slaap. Ik heb redelijk wat last van die verkoudheid en het hoofdkussen was als van lucht zodra je hoofd erop lag. Dat komt hier wel meer voor maar dit was toch extreem. Het ontbijt in het hostel was selfservice. De uitbater Rudi had alles klaargelegd, maar was er zelf niet. USA was al begonnen. Ik rommel wat in de keuken en vind tomaten, eieren, een bakpan, boter en zout. Ik maak mezelf een omelet met tomaat; de anderen hadden blijkbaar geen trek in mijn kookkunsten. Michèle had er later spijt van.
Zij vertrekken vroeg ('early birds, early start') en ik heb het kot voor mij alleen. Er is in de hostel goede Wi-Fi en ik werk mijn blog bij. Leuk om lezen: Gertjan, een reisgenoot uit de Azoren, heeft als heemkundige wat opzoekwerk gedaan omtrent de naam Triberg. Dank voor je reactie, Gertjan.
Om 10 uur zet ik aan en de verkoudheid maakt mij vlugger dan normaal moe. Ik zit dus niet optimaal op de fiets, maar ik doe het rustig aan en ik stop regelmatig. Luister naar je lichaam, zei ooit een Hollandse gastvrouw uit Ijmuiden en dat heb ik onthouden.
Zorgen om een slaapplaats heb ik nu niet want ik heb al geboekt. Die gasten van California hebben mijn voorbeeld gevolgd en ook in hetzelfde hotel geboekt. Vanavond zien we elkaar terug.
Ik passeer Sigmaringen en ik neem verschillende foto's van de burcht.
Onderweg zie ik in de dorpen dat bijna alle huizen feestelijk bevlagd zijn met de pauselijke kleuren. Het is immers een katholieke feestdag: Lichtnahme of zoiets en wordt steeds genomen 50 dagen nà Pinksteren. Iemand betitelt het als corpus christi. Het is mij onbekend maar misschien weet mijn broer pastoor wel raad.
In Mengen hou ik halt. Er is op het dorpsplein een blaaskapel aan het spelen. Het is al over de middag en er wordt gegeten en gedronken. Het is er best gezellig en ik schuif aan. Ik doe een praatje met de tachtigjarige Adolf en zijn mindervalide zoon Rolf. Adolf is zijn vrouw verloren over 40 jaar en draagt sindsdien zorg voor zijn zoon. Hij zegt dat hij nu een beetje vader en moeder is voor Rolf. Rolf geniet duidelijk van de muziek. Ik drink een halve liter Apfelschorle in hun gezelschap en voor ik het weet is er al een klein uurtje voorbij. Adolf legt mij uit dat er naar aanleiding van de feestdag een bbq wordt gehouden voor de lokale burgerwacht. Die bestaat al sinds 1526. Kortom, ze lopen daar allemaal gekostumeerd en uitgedost in hun traditionele pak. Het is een beetje kermis en het doet mij denken aan de vele barbecues van onze verenigingen thuis.
Ik hoor het klappend geluid van ooievaars en Adolf zegt dat ze broeden op het stadhuis. Ik neem afscheid van het tweetal onder het voorwendsel van een foto van dat broedsel. Adolf en Rolf wuiven nog eens naar mij. Zij vonden het blijkbaar een gezellige babbel.
Ik fiets verder; het is druk op de Donauradweg. Veel mensen genieten van deze zonnige vrije dag en rijden met velen op de Donauradweg.
Via mijn gps vind ik mijn plek voor vanavond. Het is maar 5 km van de route. Gasthof Post is heel degelijk, zoals men mag verwachten van een gasthof in Duitsland.
Ik rommel wat in en ik ga daarna het stadje in. Een gigantische Mariakerk hebben ze hier, een prachtvoorbeeld van late barok en rococo. Ooit een klooster, nu een psychiatrisch ziekenhuis. Zelfs het gemeentehuis vindt er zijn plek.
Voor het gasthof is er een pizzeria. Ik stap er binnen en daar zit de USA compagnie. Zij zien liever D. Trump niet verkozen worden, maar zijn wel bang van wel. We gaan allemaal vroeg naar bed.
Via Pfohren, Geisingen, Immendingen, Möhringen, Tuttlingen, Meldingen, Mühlheim, Fridingen, Beuron, Hausen
90 km (7998- 8088)
Droog, in de namiddag zonnig.
_________________________________________
Ik heb niet zo goed geslapen; ik heb wat last van een verkoudheid. De regen van gisteren zal er wel voor iets tussen zitten. Een goed ontbijt in het Jägershof. Ik heb een babbel met Friederike en Joggen Thoms uit Schleeswijk-Holstein.
Zij zijn 10 dagen onderweg en fietsen her en der in het Zwarte Woud. Friederike doet mij een beetje denken aan Riet, een vriendin van mij. Zij is wat nieuwsgierig naar mijn plannen:"Wow? Naar Boedapest? Helemaal alleen? En wat zegt uw vrouw daarvan?".
Kortom, het ontbijt duurt wat langer dan voorien en ik start om 10 uur. Gasthof Jägershof is echt een aanrader: goed gelegen, prijs-kwaliteit prima, vriendelijk en behulpzaam onthaal. Dinsdag is hun sluitingsdag; toch was het pension volgeboekt. Er was wel geen avondeten door de sluitingsdag.
De zon komt er door en ik geniet van het fietsen langs de Donau. Het doet mij een beetje denken aan het Lechtal in Tirol: tussen de groene heuvels door; de bermen kleuren geel, groen en blauw van de boterbloem en korenbloem. De Donauradweg is zeer goed aangeduid. Een fiets-gps is niet nodig.
Aan een stroomversnelling eet ik wat fruit. Ik laat de zon goed op mij inwerken. De kou van gisteren trekt zo weg. Ik begin 'in the mood' te komen. Ik stuur een smske naar het thuisfront.
Ik steek verschillende leren de Donau over via die typisch overkapte houten bruggetjes.
Ik peddel maar verder en in Tuttlingen smul ik van een gigantische ijscrème in de CremaGelato, vlakbij het stadhuis.
Wat verder stop ik aan een Mariagrot; een paar oude mannen zitten op een bankje wat te kletsen. Veel devotie tonen ze echter niet.
Aan een boerderij stop ik bij een beeld met daarbij een bronzen jodenster. Het is een dankbare herdenking van enkele overlevende joden voor heer en mevrouw Maria en Ernst Heni die in de nazitijd hun op gevaar van hun leven onderdak en bescherming gaven in hun boerderij. Eén van de zeldzame uitzonderingen.
Rond 16.00 uur begin ik volgens plan uit te kijken naar een overnachting. Het wordt mij na wat rondbellen vrij vlug duidelijk dat alles volzet is. Morgen is het in Duitsland een feestdag; de meesten maken er een verlengd week-end van en boeken alle pensionnekes en hotelletjes vol. Ik begin een beetje te panikeren en hier en daar op goed geluk te vragen onder het motto: een vliegende vlieg vangt meer dan een zittende.
En ja hoor, ik vind langsheen de route een backpackershostel. Een bed en ontbijt voor 30 euro. Veel mag je niet verwachten, maar ik heb een dak boven mijn hoofd.
Ik ben er niet alleen. Roy, Jerry en Michèle uit Alameda - Californië zijn er ook en we gaan samen iets eten in een nabijgelegen restaurant. Het wordt een leuke avond en ik vervul voor de zoveelste keer mijn rol als vertaler-tolk.
Rond 22.00 uur gaan we slapen. Ons gezelschap is doodmoe na een rit van 90 km. Ik ging het wat kalm doen...
Via Schonach, Schönwald, Escheck, Martinskapelle - Donauquelle, Fürtwangen, Vöhrenbach, Hammereisenbach, Wolterdingen.
56 km (7941- 7997)
Koud en killig de hele dag, motregen, slecht weer.
___________________________________________________
Om 8.30 uur ontbeten. Het hotel Zum Bären geeft een uitgeleefde indruk: donker, ouderwets, stofferig. De man is al gaan werken (van moetens?). Gisteren wou hij mij per sé verleiden met een gratis treinticket naar Donaueschingen. Toen ik hem zei dat dit toch niet sportief was, vroeg hij mij of ik een motor had op mijn fiets. Ik zei met een beetje trots dat ik een goede fiets én goede benen had. Zijn vrouw stond er geamuseerd op te luisteren. "Ge moet het maar zelf weten", zei hij wat gepikeerd. "Morgen zal het regenen." Van aanmoediging gesproken.
Wat er ook van zij, de man had gelijk. Het was rotweer en het zou pas in de late namiddag ophouden met miezeren.
Naast een gratis treinticket gaf hij mij ook een gratis ticket voor de Tribergse watervallen. De hoogste van Duitsland. Daar ben ik wel naar toe geweest. Weinig indrukwekkend als je bijvoorbeeld watervallen in Canada gezien hebt. Triberg is ook bekend voor zijn uurwerkmakerij. Ik ben zo'n winkel binnengestapt. Ik dacht onmiddellijk aan die eerste keer toen ik bij mijn schoonouders binnenkwam: zij hadden een winkel van juwelen en uurwerken. Aan de muur hingen tal van die koekoeksklokken. Prijzig hoor, die klokken! Hier in Triberg ben je niet weg met 1500 euro voor iets deftigs. Ik neem een paar foto's, maar iets kopen doe ik niet. Het zou geen zicht hebben: een koekoeksklok achter op mijn fiets, stel je voor.
Ik reken af voor mijn verblijf en vertrek in volledige regenoutfit. Het regent fijntjes, maar je bent na een tijdje even nat. Mijn poncho doet zijn werk en houdt mij min of meer droog.
Ik wist dat de eerste tien kilometer bergop waren, maar dat ik een heuse MTB fietstoer had besteld, wist ik niet.
Pas na 17 km moeizaam zoeken, veel gezwoeg, geploeter op slijkerige paden vind ik tegen 14 uur de Bregquelle of de bron van de Donau. Het feitelijk geografisch begin van de Donau. Daar is in 1965 in de regio veel over te doen geweest. Die van Donaueschingen waren allerminst blij dat hun trekpleister na eeuwen plots verplaatst werd 40 km westwaarts. Ze blijven dan ook de Donauquelle claimen als de samenloop van de Breg en de Bribach. Maar geografisch is er geen speld meer tussen te krijgen. De Bregquelle is objectief de Donauquelle.
Als een pasgeborene ontspringt de Donau daar hoog in het Zwarte Woud in de buurt van de Martinskapelle, niet ver van de waterscheiding tussen Rijn en Donau. Als het water Donaueschingen bereikt is het al een flinke kleuter die in Wolterdingen een nieuw gebouwd waterbeheerssysteem nodig heeft gehad om niet al te hevig de buurt onder water te zetten.
In Gasthof Kolmenhof (aan de bron) kom ik bij bij een warme soep en een tas koffie. Ik word bediend door een jonge dame gekleed in een traditioneel en erg Duits keurslijfje mét diepe inkijk. Ik heb als een deugniet klein geld op tafel gelegd die ze moest natellen...
Ik maak kennis met Wolfgang, een kranige Duitser van 78 jaar, die de Donauquelle vanuit Triberg te voet en zware rugzak opzocht. Die oudjes doen dat niet slecht hé.
Daarna ging het snel naar beneden. Ik vind langsheen de prille Donau een modderig fietspad tot Donaueschingen. Rond 17.30 uur kom ik aan bij het Jägershof: een tip die ik op de trein gisteren had gekregen van 2 sympathieke Nederlanders.
Jägershof is mooi en rustig gelegen in de bossen aan de rand van de stad.
De kamer is goed verwarmd en ik hang mijn natte spullen overal uit. Ik rammel van de honger en ik ga te voet naar het Stadtmitte een lekkere spaghetti eten. Rond halftien kruip ik onder het donsdeken en val ik in slaap in een veel beter bed.
Dag 0 Met de trein naar Triberg in het Zwarte Woud
Via Gent, Brussel, Welkenraedt, Aken, Keulen, Mannheim, Karlsruhe.
0 km gefietst, 900 km gespoord.
Regenachtig, slecht weer.
_________________________________________ Ben heel vroeg opgestaan. Mijn trein vertrok al om 5.55 uur vanuit Gent Sint-Pieters. Ik heb de treintickets voor mezelf én voor mijn fiets via internet geregeld. Ik zal 4 keer moeten overstappen. Op zich is dat geen probleem, maar met een fiets én bagage van méér dan 20 kilo is dat andere koek. Sommige perrons kan je bereiken met de lift. Maar in andere stations is het een heel gedoe om de fiets tijdig op het juiste perron te krijgen. Maar we trekken ons plan en met een beetje hulp van brave reizigers lukt het wel.
Ik neem afscheid van Hilde in de K&R zone van het station. Ik haast me naar het station. Ik ben niet zo goed in afscheid nemen. Ze zal mijn papiertje onder het hoofdkussen wel vinden.
Op het perron vraagt een Colombiaans viertal of de trein stopt in Brussel Zuid. Er is iets raars aan dat gezelschap: 3 jonge backpackers + 1 grijsaard (de opa?), beladen alsof ze de Mount Everest gaan beklimmen, stappen uit in Brussel. Om het Atomium te beklimmen misschien?
In mijn wagon zitten 4 Vlamingen steen en been te klagen over het inleveringsbeleid van de regering. Maar alle vier besluiten ze dat de regering niet anders kan. Ik moei mij er niet mee.
Voorbij Brussel geraak ik aan de praat met Marc B.: hij volgt de Noordzeeroute en pikt de draad op van vorig jaar aan de grens met Denemarken. Hij heeft slechts 1 week en stopt in Frederikshaven, na 600 km fietsen. Volgend jaar komt Zweden en Noorwegen aan de beurt.
In Keulen nemen we afscheid en wensen elkaar goede reis en ook zonnig weer want fietsen in de regen is niet leuk, of het nu Denemarken of Oostenrijk is.
Ik stap op de trein naar Mannheim voor een trip van 3 uur. Mijn ogen vallen toe en in mijn dutje word ik wakker gemaakt door een felle Duitse madame. Blijkbaar zijn er plaatsen gereserveerd en zit ik op haar plaats. Een vriendelijk meisje wijst mij de niet gereserveerde plaatsen aan.
In Mannheim zijn er geen liften voor mijn perrons, maar ik heb ruim de tijd om de overstappen te doen.
We passeren de building van ERGO, een vroegere klant die daar haar hoofdzetel heeft. Flarden van gesprekken tijdens de onderhandelingen toen duiken nu op. Het was een mooie periode bij Attentia, maar voor mij is het definitief afgesloten. In Karlsruhe praat ik wat met een duitse Siciliaan die mij op het eind zijn emailadres geeft. Het gesprek verliep moeilijk want we zaten in een lawaaierig treinstel. Hij deed iets in de opera maar het fijne ervan heb ik niet begrepen.
Deutsche Bahn ist punktlich; ik kom op het juiste uur aan in Triberg. Je zou er uw uurwerk kunnen op juist zetten.
Ik vind in de regen vlot mijn hotel. Veel zaaks is het niet, maar ik ben onder dak en ik hoef niet in de regen te lopen zoeken.
Na het avondeten kruip ik vroeg onder het donsdeken. Het is genoeg geweest voor een nul-dag als vandaag. Morgen staan er niet zoveel kilometers op het programma en ik heb al een kamer vastgelegd ... in das Jägerhaus.