Ter gelegenheid van de vijfde editie van de poëziewedstrijd "Kruip in je pen",
uitgeschreven voor studenten van de Universiteit Hasselt, de Xios
Hogeschool Limburg en de Provinciale Hogeschool Limburg, schreef Mark
Meekers (Marcel Rademakers) de inleiding bij de verzamelbundel "Pennenvruchten. Poëzieprijs 2012". Hierin verduidelijkt hij de visie van de jury.
- KRUIP IN JE PEN
Voor de vijfde editie van de poëziewedstrijd Kruip in je pen werden 64 gedichten
ingezonden. Dit succes staat in contrast met de ademnood waarin de poëzie in
Vlaanderen verkeert. Er blijven nog maar twee poëzie-uitgeverijen over en de
verkoop halveerde op vijf jaar tijd. Het past in de algemene trend waarbij cultuur
gedevalueerd wordt tot amusement, de infantilisering van de media en het analfabetisme
toenemen.
Gedichten zijn een geschikt middel om gedachten en
emoties vorm te geven, te verwoorden. Dit contact met de taal draait soms uit
op een botsing, een kortsluiting, maar voor de meeste poëten is het een
diepsnijdende ontmoeting. Ze bieden ons een inkijk in een caleidoscoop van
themas, stijlen en genres.
Naast enkele surrealistische uitschieters komen de individuele,
erg ego-betrokken dingen des levens aan
bod: sterfgeval, ziekte, een misgelopen liefde. Vrolijke, gelukkig getinte
gebeurtenissen krijgen zelden een plaats. In talrijke verzen zoekt de auteur
naar zijn coördinaten in deze wereld, in deze tijd.Soms vergeet de auteur in spe dat de lezer meeleest en
pas door zijn aandacht het gedicht tot leven komt. Een tekst wordt maar gedicht
door de gehanteerde taal. Een gedicht moet daarom in feilloos Nederlands
gesteld zijn. De invloed van gsm- en twittertaal is nefast en er moet nog heel
wat bijgeschaafd worden.
De verwoording is vrij conventioneel, zelden hermetisch
met amper een spoor van experiment. Er wordt te weinig rekening mee gehouden
dat poëzie de dagelijkse, conventionele taal te buiten gaat, een vrijplaats is
waar de woorden anders dan logisch mogen worden gebruikt. De verzen zijn
meestal te letterlijk, zelden via metaforen in een andere toonaard gezet. Lyriek
wordt teveel verward met emoties, wat tot een tsunami van tranen leidt. Rijmwerk
en cliché schaden de authenticiteit.
Talrijke inzenders hebben getracht de taalalchemie tot
een goed einde te brengen, ontdekten misschien een eigen stem, in de keuze van
hun onderwerp, hun visie of hun persoonlijke verwoording. Allen stonden ze een
moment stil om even naar het ritselen, het fluisteren, het kermen, het juichen
van hun binnenste te luisteren, om even meer individu, persoon te worden.Een gedicht moet boven de woorden uitgroeien, contact
leggen door zijn evocatieve kracht, zodat er een boventoon klinkt. Waar die wonderlijke
magie opduikt ontstaat een echt kunstwerk in taal. We feliciteren de enkele inzenders
die met Baudelaire kunnen zeggen: Jullie
gaven me modder en ik heb er goud van gemaakt.
Mark Meekers (Marcel Rademakers)
|