Het is grote liefde tussen Genk en Marc Papanikitas. Buiten de eerste editie en de voorgaande aan deze heb ik daar altijd gelopen. De marathon! Zeven keer werd ik er winnaar. De slechts winnende tijd was 2h38' en een paardenscheet, de best winnende tijd was 2h29' en alweer diezelfde paardenscheet. Ik ben er één keer tweede geworden, heb er twee keer opgegeven vanwege een blessure. Dus...ik mag gerust zeggen dat ik er kind aan huis ben. Op die pittige omloop liep ik twee keer onder de 2h30'. Eén keer gewoon lekker solo, de andere keer in een verbluffende sprint die meer dan een kilometer duurde tegen de Wit-Rus Dmitri Bula. Vorig jaar stond ik aan de kant. Met het startpistool in de hand. Het was een paar weken na mijn operatie, en er werd mij gevraagd om deze olijke bende op gang te schieten. Het was toen fijn om daar te zijn. Ik kon toch niet lopen en ze gaven me er werk. Dit jaar stond ik er weer. In een iets "emotionelere" bui.
Ik kon wel lopen, maar helaas is de marathonperiode voorbij. Ik heb even een traan weggeplinkt toen ik de marathonlopers zag vertrekken. De tijd dat ik als favoriet aan de start stond, vol zelfvertrouwen, een beetje hautain misschien, is voorbij. Ik heb me beperkt tot de halve marathon en dit was jaren geleden dat ik dat nog gelopen had. Met alleen maar wat duurloopjes in de benen-ik geef wel toe dat ik de afgelopen twee maanden aan een gemiddelde van 95km zit- is zo'n halve marathon best hevig. Temeer omdat me gevraagd werd om ook nog even mijn eigen race op gang te schieten. Een beetje kolder in Genk kan nooit kwaad, en voor zulke zaken ben ik altijd te vinden. Ik stond daar dus in wedstrijdkledij, een pistool in de hand. Na het schot, direct het pistool op de grond en inpikken in de race.
Na 1h19'40" liep ik als achtste de eindmeet over. Daar kan ik best vrede mee nemen, als bijna 50 jarige.
Morgen -5 februari-loop ik de halve van Cadzand. Ik begin er stilaan weer goesting in te krijgen.....
|